[Derde Blad.l stjmisïïïëuws kecht2flkefê. j Vrijtiag 10 Octüöar 1924 BIliHEIILJIIlD I De 8-Octnbsrfeesisn ie Alkmaar. De correspondent van „Do Tijd" te Alk- jmaflr bericht: Voor de eerste maal zijn alhier de 8- Ocloberfeesten algemeen ook door de Jh_K. gevierd. Te 8 uur 's-inorgens werd een reveille-tocht gehouden. Ten huize van den burgemeester voerde de voorzitter van de 8-October-Vereeniging, de lieer A. H. P. Blauw, het woord en ves- itigde o.m. de aandacht op de eendrachtige -viering van het ontzet van Alkmaar. Spr. had tijdens zijn aanwezigheid te Leiden op dit feit de aandacht van H. M. de Koningin gevestigd, die er haar vreugde en voldoening over uitsprak. Te 12 uur had bij het Victorieheeld de •itraditioneele huldiging plaats, waarhij een krans om het beeld werd gehangen en de heer Blauw nogmaals het woord voerde. 's Middags werd ten aanschouwen van duizenden een bloemencorso gehouden, dat wel veel van den regen had te Lijden, maar toch een succes is geworden. 's Avonds gaf de R.-K. Tooneelvereeni- ging „Alherdingk Thijm" in ,,Het Gulden Vlies" een uitvoering van ,,De Violiers" ten beste terwijl in de „Harmonie" een variété-gezelschap optrad en in de Groote Kerk door den heer H. Slinger een orgel concert werd gegeven; alles ten gerieve yan de leden der 8 Octoher-Yereeniging, Tenslotte dient nog vermeld, dat het, ondanks den neerstroomenden regen, 's avonds in de straten zeer druk was en het „Stedelijk Muziekkorps" op het Hof plein concerteerde. Mr. Dr. J. van Best. „Het Volk" ze.gt uit goede bron to ver nemen, dat mr. dr. J. van Best, die eeni- gen tijd met zijn gezin te Brussel ver toefde, naar Eindhoven zal terugkeeven en zijn advocaten-practijk hervatten. Inzake het faillissement zou een regeling zijn ge troffen. Uittocht der kapitalen. De „Msbd." meldt nu, dat het bericht van zijn correspondent over een bespre king tusschen Nederland en België om de kapitaalvlucht uit heide landen tegen te gaven, onjuist is. Critiek en anti-critiek. Naar aanleiding van het ook door on<s Overgenomen schrijven van Mej. Zwarten dijk in do N. R. Crt. over het openlucht spel, schrijft hel bestuur der' 3 October- Vereeaiging aan hetzelfde blad: De hoogdravende critiek van mej. J. Zwartendijk im Uw Avondblad van 7 Oc tober j.'l. heeft niet vermocht indruk op mij te maken, en 't lijkt mij ook het meest geschikt, de geheele beschouwing te laten voor wat ze is. Alleen al daarom niet," omdat de critiek- schrijfsler blijk geeft na et eens geheel ter zake kundig te zijn, en zonder voldoende kennis van zaken oordeelvellingen doet en persoonlijk wordt, wat in die omstandig heden m. i. met te pas komt. Dat alles is nu wel heel gemakkekjk en goedkoop, maar van een hoogstaand kri- •ticus mag men toch anders verwachten. Mag ik mej. Z. nu eens even inlichten, hetgeen 't Bestuur der 3 October-Vereeni- iging voorstaat, n.l. het arrangeeren van een feestdag, voor iedereen genie «haar en zoo veel mogelijk voor iedereen bereikbaar Het zal zich wel' verre houden van de richting, d:e mej. Z. blijkt geeft voor te staan, een richting, die bewezen heefi tot 'het onmogelijke te behooren, zelfs reeds Dierkbaa^r vóór den oorlog. Immers, zoo dra de groote kunstenaars hij de Leidsche Lustrumfeesten hun intrede hebben ge daan, zijn de uitgaven dermate ge-stegen, dat aldus gearrangeerde feesten niet meer konden worden gedekt, -tenzij een enkeling zi-ch de luxe permitteerde, zéér belang rijke lcosien voor eigen rekening te nemen. En die tijden zijn voorbijl Waren niet ïceds bij ALeonora de prijzen der toe- gangsplaatsen meer dan het dubbele van do thans geldende prijzen? (in 't midden latende de sedert ingetreden waarde-ver- mindering van het geld?. Is niet tóen reeds aan den dag gekomen, dat een dus danige opdrijving van kosten moest leiden 'ot 't ten gTooide gaan van Lustrumfesti- Tnfehen? En is mej. Z. dan, zou ik zeggen, ióó naief, om niet te kunnen hegrijpen of te kunnen overwegen, dat een Openlucht spel als door haar bedoeld, tot het men- sckelijk onbereikbare is gaan behooren? Omdat er niemand is te vind-en, dlie deze ris;co zou durven op zich nemen? Het is dwaas, een dusdanige critiek te schrijven, zonder eerst nagevorscht te hebben, of met dezelfde middelen meer te bereiken Ware geweest, zich te hebben vergewist -van het al- of niet mogelijke. Da 3-Octoberdag blijve en dient ie zijn •een feestdag voor iedereen, voor iedereen genietbaar en begrijpbaar. Het groote pu bliek is niet enkel intellectueel in die mate., "dat de hooge kunist het meest aangewezene voor dezen feestdag is. En het Bestuur der 3 October-Yereeniging begrijpt zijn taak, gelukkig, en bedenkt zich weï tien maal vóór te gaan in de richting als docr mej. Z. voorgestaan. De hémel behoede Leiden daarvoor! De echte Leidenaa-r is trotsch op zijn 3 Ocïober-Vereenj'grag en het zich begeiven op den wèg van mej. Z. heteekende voorzeker tegelijk het ten szAA-n <3^ hbvwvha vweenjiffj-vue Met alle respect voor de hooge kunst en voile bewondering voor Neerland's be kwame kunstenaars en kunstenaressen, is het noodzakelijk dat deze, zoo goed als richting en politiek, verre blijven buiten t werkterrein der Vereeniging. Liever iets minder kunstzinnigs, misschien zelfs iets stumperigs ih oogen als van mej. Z., dan dwaasheden begaan, die tot ondergang voeren. Wij, echte Leidenaren, zijn trotsch op de feestvieringen, ten spijt de door U geobserveerde legio zwarte plekken, ten spijt het grootst te-kort van het Bestuur, niet onder de beste kunstenaars te hebben gezocht. Mej. Z. vergete niet, dat jtuist de Leid sche feesten schitteren doordat alles door allen con amore wordt geboden, alléén daardoor is het mogel'jk geworden den Leidschen feestdag te maken tot een dag, die hui-ten ons Vaderland hekend Is en op welken feestdag Leiden wordt bezocht door een aantal menschen alls nog nimmer eenige festiviteit heeft getrokken. Het bestuur der 3 October-Vereeniging mag zich tevreden achten dien dag van de 350-jarige herinnen'mg van Leiden s Ontzet te hebben gemaakt tot een waren en oawcTgetelijken voor vele duizendtallen van stadgenooten en vreemdelingen, en 't moge haar een voldoening zijn, dat het van verschillende en bevoegde zijden te- vredenheidisbetuigilngen heeft mogen ont vangen. Uitggaweha Beknopt Handboek der Kerkge schiedenis door W. No!et, Hoogleer- aar te Warmond. N.Y. Dekker, Van d'e Vegfc en J". W. van Leeuwen, Nij megen, 1924. I De studie. van onderwijzers is van geheel anderen aard dan die welke beoefend wordt aa,n inrichtingen voor Middelbaar, Voorbereidendho-o ger en Hooger Onderwijs. Afgezien "van de eigenlijke leerstof is de metthode geheel verschillend. Gymnasiaal en Hooger Onderwijs leggen de grondslagen voor zelfstandig weten- schappelirjken arbeid, welke bij het vol tooien der hoogere studiën bekroond wordt met heit verdedigen van stellingen of inde meeste gevallen van een wetenschappelijk proefschrift," waaraan stellingen zijn toege voegd. De methode van het onderwijs is er ge heel op gebaseerd, den candidaat tot zelf- standig onderzoek te brengen. Het ambt of de bediening, welke hij later wil uitoefen nen, eischt menschen-, die een wetenschap- pelijken ondergrond bezitten, waarop zij zoo noodig zelfstandig methodisch voort knnnen -bouwen. D'e studie der onderwijzers evenwel is meer een op zeer breeden voet voortgezet lager onderwijs. Onwetenschappelijk mag deze studie natuurlijk niet zijn in dien zin, dat nauwkeurig rekening moet gehouden worden met de uitkomsten en den stand der wetenschappen in zooverre ze die noo dig hebben. Maar wetenschappelijk in clen strerg be perkten zin, dat ze zich voor zouden berei den voor zelfstandig onderzoek, waarvan de uitkomsten streng systematisch worden vastgelegd, is die studie allerminst. Natuurlijk zijn er onderwijzers, die na heb belha'len der noodzakelijke akten zich met ijver en nauwgezette voorzichtigheid op gen of ander vak toeleggen, diit acade misch beoefenen zonder te veavallen in dil le ttantisme. Een dergelijke belangstelling staat bui ten of in verwijderd verband met hun eigenlijk arrabt. De doorsnee-onderwijzers naderen ook slechts zelden bot de bronnen, ook al om dat hen uitzonderingen daargelaten de noodige talenkennis en bijna altijd tijd en gelegenheid ontbreekt. Men weet dat het Nederlandsc-h Episco paat van de leerkrachten bij het Katholiek lager -onderwijs diploma's eischt, -waaruit blijkt, dat. zij voldoende kennis bezitten van verschillende godsdienstvakken., om daarin met vrucht -onderwijs te kunnen ge ven in allerlei inrichtingen. Bekwame geestelijken hebben sinds een paar jaren de opleiding voor die diploma's op zich genomen. Zoo heeft Prof. Nol-et in Den Haag aan een aantal onderwrjzereissen en onderwij zers een cursus van 40 uren. gegeven in de kerkgeschiedenis voor heb exiamen te-r ver krijging van heb „Godsdienstdiptoma B." Deze cursus werd de grondslag van zijn Beknopt Handboek der Kerkgeschiedenis. Beknopt! maar'toch nog bijna 600 royale pagina's druk, dus waarschijnlijk heel wat meer stof behelzend, dan hij bij zijn cursus 'kon gaven. In zekeren zin verrichtte Prof. Nolet met heb samenstellen van dit werk pio-nniers- arfeeid. Natuurlijk zijn er reeds ee.n aantal hand, en leerboeken der Kerkgeschiedenis bij het middelbaar en hooger onderwijs in ge bruik. Voor menschen, die met het vak inieit eenigermate vertrouwd zijn, zijn deze werken gewoonlijk vrij dor al beantwoor den ze precies aan het d-oel, waarvoor ze geschreven werden: voorbereiding van eigen wettensehappelijken arbeid. Maar voor een letterlievend mensch zijn ze een penit'enitde. Het kleurige en aanschouwelij ke ontbreekt er aan. Anders is dit melfc het Handboek van Prof. Noleb, dat in de eerste plaats voor onderwijzers en hun docenten geschreven is. Natuurlijk valt er op heit wetenschappe lijk gehalte van het werk niet te tornen de autoriteit van den geleerde is daarvoor voldoende borg. Maar het is niet bedoeld als leiddraald voor de beoefening vlan we tenschappelijke studie en onderzoek. 'Daar om zijn er ook geen bronnen vermeld. Voor men'schen, die verder zonden willen stu- deeren verwijst Prof. Noïet naar do bron nen genoetód in helt uitnemende handboek van PatCr Albers. Prof. Nolet wil eenvoudig kennis mede- de ellen en hij doet 'dit in den verhaaltrant. Daardoor is het levendiger, kleuriger, on_ derhoudehder dan andere werken. Deze verbaa'ibrajufc i» boeiend en onderhoudend 1 zonder evenwel in lagere populartccrt te vervallen. Nieit de flair van het volksver haal, maar een rustige voornaamheid; his- toriestijl in den besten zin van heb woord. Prof. Nolet geeft niet een -onbegrensde hoeveelheid van. namen en jaartallen, maar vat de groote lijnen in heb oog. Hij legt stetk don nadruk op de representatieve personen en feiten, waarvan hij klaar en duidelijk de beteekenis uiteenzet. Hij laat gëvoelen do organische geleding van d'e geschiedenis van Gods Kerk op aarde. Dat (hebben de onderwijzers in de eerste plaat® noodig: een klaar inzicht in het historisch verloop, heldere kennis, opdat zij /naar de 'behoeften hunner klasse beknopter •of breeder uitgewerkt een boeiend en dui delijk overzicht aan htin leerlingen kun nen geven. Het boek geefc natuurlijk veel meer dan de onderwijzer bij zijn ambtsvervulling •practiseh noodig heeft. Maar zal hij zijn leerstof voldoende beheersc'ben, dan is het -wenischelijk dat hij veel meer weet dan wat hij heeft mede te dee'len. Als hier een vergelijking geoorloofd is, dan zou ik willen zeggen: Prof. Nolet zou zoo'n prachtig boek niet hebben kunnen schrijven als hij' zelf niet mijlen ver boven de stof stond. Door de overzichtelijke indeeling, door vet en cursief gedrukte marginale noten is de pracfische bruikbaarheid van het werk verhoogd. De cursief gedrukte noten geven de eigenlijke examenstof aan voor diploma B, zoodia-t onderwijzers ver van studiecentra- precies'weten, wat ze noodig hebben voor -hun examen. Beter is het natuurlijk dat de docent het boek gebruikt als leiddraad, terwijl de cand-idaten na de lessen ren en ander grondig bestudeer en en zich eigen maken. Een uitvoerig register vergemakkelijkt het naslaan. Tenslotte deeiéh we nog mede, dat een afzonderlijke vragenlijst over de examen stof verkrijgbaar is. 11. Wannefer we het boek alleen voor onder wijzerskringen geschikt achtten, zouden we met het voorgaande kunnen eindigen. Het wil ons evenwel toeschijnen, dat het nog in e,en andere zeer dri:;/gen'de behoefte voorziet. Iedere EaitheLiek van eenige ontwikke ling behoort 'te weten dat de Kerkgeschie denis ee.n uitnemende apologie van het Christendom is. Wie veel met andersden_ kenden meet omgaan en toevalligerwijze over allerlei godsdienstkwesties komt te spreken, ontdekt dikwijls tot zijn teleur stelling, dat hij van de Kerkhistorie te weinig op de> hoogte is, om dwalenden in 'b goede spoor te brengen. Men ontmoet soms men-schen. die overi gens niet onsympathiek tegenover de Ka tholieke Kerk staan maar van verre blijven staan door a-llerlei onjuiste voorstellingen, bijv. van de A-laat. van Luthers optreden, •van de Je-suiëten, van de Barthclomeus- nacht, door de verwarring van Pauselijke en Spaansdhe Inquisitie, enz. enz. Nu is het natuurlijk het veiligst en zelfs geboden dergelijke lieden den raad te ge wen zich o<m inlichtjn,gen, tot een geestelijke ■te wenden. De practijk leert evenwel, dat ■velen dit niet willen of niet. durven en d*t ontwikkelde leeken meermalen -het eerste opruimingswerk in verwarde hersenen moe ten tot stand brengen. We weten ook dat dit met tact, voorzichtigheid en fijngevoe ligheid moet geschieden. Maar hoe zuilen we het doen, als we niet allerlei schee-ve voorstellingen die den menschen jarenlang ingehamerd zijn kun nen losmaken en rechtzetten! Be handboeken voor het middelbaar en hooger onderwijs verwijzen bij allerlei kwesties veelal naar de bronnen of zijn te summier gesteld; voor een leek niet altijd even 'logisch e.n duidelijk, omdat ze heel vat wetenschap als bekend veronderstel- lert Voor de beoefening van bet leeken apos. tolaat lijkt mij juist bet. Handboek van Prof. Nolet met zijn heldere historische uiteenzettingen bijzonder geschikt. Dat komt door de methode. Men voelt dat het boek uit de practijk van het doceeren geboren is en geschreven is voor menschen die behoefte hebben aan groote aanschouwelijkheid. •Daarom hoort het thuis in de boeken kast van alle ontwikkelde leeken, die hun dogmatische geloofszekerheid door his torisch inzicht willen bevestigen, die tact vol en met kennis van, zaken een aposto laat. willen beoefenen, en die ten slotte de uitdrukking van Gods liefdevolle wijsheid willen zien, erkennen en verheerlijken in da leiding van Zijn H. Kerk. N. J. H. S. HAAGSCHE RECHTBANK. DE KNOEIERIJEN BIJ DE RIJKS GEBOUWEN. (Vervolg van de,Rechtszitting van gisteren) Na de pauze deelt de president mede, dat de behandeling van de za-ak tegen G. van Dregt in verband, met de lange duur der behandeling van de eerste zaak, heden niet meer zal plaats hebben. De getuigen in deze zaak worden morgenochtend 10 uur terugverwacht. De zaak tegen den rijksbouwmeester Vrijman zal dan Zaterdagmorgen kunnen plaats hebben, terwijl naderhand bepaald kan worden, wanneer de vierde zaak. (die tegen J. M. de G.) behandeld wordt. Hierna werd voortgezet het getuigenver hoor in de zaak-v. Tienhoven. De- gedeti neerde rijksbouwmeester Vrijman legde verklaringen af omtrent de levering van heipalen door den koopman Mayer. De onderhandelingen met dezen koopman zijn gevoerd door v. Dregt; De koopprijs her innerde getuige zich niet meer, hoewel hij het waarschijnlijk acht, dat men hem deze gezegd zal hebben. Dab er een tusschen- persoon was, wist getuige; dab gebeurde albijd 'bij dergelijke transacties. Heb geven van een belooning van f 16000 vindt getuige in verband met. heb beschikbaarstellen van den koopsom- niet te hoog. Getuige heeft gewéten, dat er wel eens te hooge declara ties werden ingediend. Dit geschiedde om geld te krijgen om achterstallige betalin gen te kunnen doen. Dat er speciaal in dit verband te veel is gedeclareerd, kan hij zich niet meer herinneren. In goed vertrou wen heeft get. de declaratie geteekend. Schildwacht maakte de declaraties op. Get. acht het volslagen onmogelijk de duizenden declaraties te controleern. De hooge be dragen, waarover het hier ging, hebben getuige geen aanleiding gegeven, om ze eens wat nader te bezien. President: Hebt u ten slotte flO.OQO ontvangen als uw aandeel in dezo zaak? Getuige: Vermoedelijk wel. Zeker weet ik het. niet meer. Op een vraag wat hij met dit bedrag heeft gedaan, deelt getuige mede, dat hij daarmede vorderingen heeft voldaan aan iemand, die geld had voorgeschoten aan een aannemer, die een werk voor den Rijksgebouwen dienst te Medemblik had verricht. Het geld is dus niet in getuige's eigen zak gekomen. Getuige van Dregt verklaart, dat hij de overeengekomen eeniheidprijs van f 1.20 aan V., in het bijzijn van den Duitsohen- koopman, heeft medegedeeld. Getuige V. zegt nog, van het valsche- lijk opgemaakte niets afgeweten te heb ben. Hij hoeft hiertoe de opdracht niet gegeven. Getuige Schildwacht verklaart het con cept-contract van Van Dregt tp hebben ontvangen. Van D. kan zich dit.niet herinneren. Op vragen van den verdediger deelt ge tuige V. nog mee, dat. de gewoonte be stend ten behoeve van den Rijksgebouwen dienst soms gelden te leenen van aanno- mers, tegen een rente van 10%. -Het O.M. merkt op, dat bekl. hoewel hij zegt niet zeker te weten of hij de f 10.000 heeft ontvangen,"toch een verklaring geeft wat hij met dat bedrag gedaan heeft. De president ondervraagt bekl. vervol gens over het tweede feit. Bekl. geeft toe, dat hij f 5000 aan de Groot heeft gegeven voor betalingen. Dit geld zou verrekend worden met de materialen, de winst zou er dan bijkomen.-Deze bedroeg 10%. De President: Met andere woor den: er moesten gefingeerde posten op de dec.lart.ie voorkomen om het geld terug te krijgen. Ook omtrent dit feit legt de accountant van Riemsdijk verklaringen af. Getuige geeft toe, dat de mogelijkheid bestaat, dat er met geld, dat door gefingeerde posten was verkregen, andere vorderingenten las te van het Rijk zijn voldaan. Dit gebeurde omdat de begrooting van sommige wer ken ver waren overschreden en met dit wüde bemantelen. Getuige Evertse, bouwkundige, heeft op last van de G. de f 5000omge,zet in materia len en de posten daarvoor over eenige we ken verdeeld. De G. had er bij opgegeven, dat het bedrag met 10 pet. moest worden verhoogd. Dat was trouwens usance als een aannemer geld had voorgeschoten. Getuige k- décharge de Blij. accountant bij de belastingen te Rotterdam, heeft bij firma's te Dordrecht en te Rotterdam een onderzoek in de boeken ingesteld en daar uit is hem gebleken, dat deze firma's gel den hebben voorgeschoten en later met 10 pet. rente hebben terugontvangen. Op een vraag van het O. M. zegt de ge tuige, dat hij iets dergelijks in zijn prac tijk nooit is tegengekomen. Een hoofdcommies van het departement van onderwijs, eveneens getuige h déchar ge. acht het niets bijzonders, dat er in ge val van levering door een buitenlandsche firma een Nederlander als tusschenpersoon optreedt. Dat brengt vele gemakken mee. Het M. meent, dat zulks hier niet ter zake doet. De Duitsche firma had im mers een vertegenwoordiger te Rotterdam. Een andere getuige heeft ook geld ge leend ten behoeve van den rijksgebouwen dienst en. daarvan 10 pet. rente ontvangen. Het requisitoir. Mr. Bauduin, requisitoir nemende, zegt, om verwarring te voorkomen thans niet over de toestanden aan het rijksbouwbu reau te zullen spreken. Dit kan beter ge schieden bij de behandeling van de zaak te. gen V. Wel wil spreker constateeren dat er zeer nauwe rela ties tusschen het bureau en bekl. bestond. Wanneer er iets gebeuren moest, waar mfen zelf niet voor uit wilde komen, werd' deze bekl. in den arm geno men en die was. wel zoo goed, valsche de- claraties op te maken. Hij was de stroopop daarbif! Spreker wijst op de familiebetrek kingen, die tusschen eenige der bekl. be stond en de gemeenschappelijke zakenbe- langen zeer hartelijk waren, zoo hartelijk zelfs dat zij op de ambtelijke belangen overgingen. Aldus was*de toestand. Spr. komt dan tot het eerste feit. Er worden palen gekocht voor f 138.000; bekl. wordt in de arm genomen en verkoopt ze aan den staat voor f 184.000. Zoodoende bleef er f 46.000 over. Het bedrag van f 138.000 werd gedeponeerd op de Bank; dat geld kon men eerst, terugkrijgen als uitvoering was gegeven aan het uitvoerings contract. Het middel om nu toch aan geld 1-8 komen, zonder dat men denken kon dat bekl. te vroeg declareerde, was eenvoudig: men antidateerde het. Door gebruik te maken van dit vervalschte geschrift heeft bekl. ten slotte de uitbetaling weten te ver krijgen. De bewijsbestemmmg van het ge schrift acht spreker in verband met de in de dagvaarding vermelde instructies enz. volkomen vaststaand. Alle elementen voor het ten laste go- legde feit zijn aanwezig: bekl. zal dan ook niet aan een veroordeeling kunnen ontko men. Het feit is zeer ernstig; aan den Staat werden onrechtmatig f 46.000 onttrokken. Hierbij komt nog do lichtzinnige wijze, waarop gehandeld is. Toen de Duitsche koopman het contract veihrak, heeft geen der bekl. den Staat gewaarschuwd voor de f 80.000 in marken, die op de Bank waren blijven staan en dio lederen dag minder waard werden. De totale schade voor het rijk is derhalve f 120.000. Voor het tweede feit refereert, spreker zich aan 'hetgeen hij met betrekking tot het eerste heeft opgemerkt. UIT DE RADIO-WERELD. Wal er vanavond te hooren is. 1 f 5.05 uur Radio-Paris, 1780 M. Voordracht 5.20 uur Brussel, 265 M. Concert. r 6.20 uur Berlijn, 500 M. Voordracht over de Zuidpool. 6.35 uur Ej§f el toren, 2600 M. Opera-Con- cert. j 7.20 uur Alle Engelsche Stations: Tijd,. sein Big Ben, nieuws. 7.50 uur Berlijn 500 M. Benatzky-avond. 7.50 uur Londen, 365 M. Concert, zang en voordracht. 7.50 uur Birmingham, 475 M. Concert. 7.50 uur Bournemouth. 385 M. Moderne) Britsche muziek. 7.50 uur Cardiff. 350 M. Concert. 7.5Ö uur Manchester, 375 M. Concert en uitvoering van een kluchtspel. 7.50 uur Newcastle, 420 M. Concert en zang. 8.uur Hilversum, 1050 M. Voordracht; over: Pluimveeteelt in Neder land. 8.05 uur Aberdeen. 495 M. Geschiedenis van Aberdeen en zang. 8.35 uur Brussel, 265 M. Nieuws en con cert. 9.20 uur Radio-Paris, 1780 M., Concert. I De ontvangst geheel op wisselstroom. Een, mijlpaal! Zoo duidt de teekenaar der radio-carica- turen in het weekblad „Radio Expres" in het deze week verschenen nummer van dab blad het thans verkregen succes met de ontvangst op wisselstroom aan. De experimenteerende amateur heeft er al menigen zweetdroppel bij gelaten enl het was ditmaal een steile hoogte, die be klommen moest worden langs een doornig pad. Maar ook dit vraagstuk heeft men nu blijkbaar voor het grootste deel onder de knie. Verleden week bevatte het blad uit voerige technische gegevens over de benut ting van het lichtnet om zoowel de lampei! van den radio-ontvanger te laten branden' als om ze van plaatspanning te laten voor zien. 1 Geen accu's en geen batterijen meer! Dat' wordt wel aanlokkelijk. Maar acht u nu voor den gewonen ama teur, die nauwkeurig schema en raadgevin gen opvolgt, het succes ook verzekerd! Zoo is.aan R. E. gevraagd. De redactie, antwoordt beslist: ja! ,,Op voorwaarde, dat men niet werkt van een lichtnet met abnormale spanningsva riaties. Overigens is voor luidspreker-ont vangst op volkomen succes te rekeneu, wan neer men slechts een klein beetje geduld' heeft voor experimenteeren. Zeker, men moet de ontvangst op wisselstroom nog steeds beschouwen als iet®, dat in bet pro- ■beer-stadium verkeert, maar het éffect uiti den luidspreker kan werkelijk geheel ge lijkwaardig zijn aan hetgeen op accu to bereiken valt. En als men er een paar da gen mee heeft gewerkt, is de ontvangst be- driifszekerdev dan op de oude manier. „Het feit-, dat men alle batterij gekraak en verzwakking door zakkende accuspan- ning kwijt i3, laat zich niet onderschatten. En het heel zachte gezoem uit den luidsnre- Icer. dat overblijft, en alléén hoorbaar is alr er gee.n ontvangst is, is feitelijk veel minder storend dan wat batterijen ons kun nen aandoen D^t gezoem 13 veel gerinsrer dan het na.aldseluid van de beste yama- foon en bovendien nog minder storend. Als een machtig telcfcnie-station muziek eeeft, hoort men het zelfs heelemaal TiieU meer.' In dit verband wordt- nog even gewezen op een poging van een Fransche firma rm met een verbazend eenvoudig apoaraahe, dat tusschen lamefitting en lamn kan wor den geplaatst eveneens op elk toestel wiss°l- stroomaanwendin-or mogelijk te maken, on dat Correteur Grille heet. Aangeduid wordt waarom dat op zoa- eenvoudige whze ecMer niet gaat en ook niet ltau gaan. Tegen illu sies daaromtrent, d'e slechts teleuroUe'liug geve- wc-i -, "=T^rS4'iwd. «•n'tfotte n d.-.M!- wca in de dacvaardin- Mt het uiterste he.eft be. Perkt. Had hij alle valschhcden aange bracht, dan zou de rechtbank alleen voor deze zaak 14 degen noodis hebben Mei ■,o strafmaat kan er echter re.keninn- mee war den gehouden. Deze bekl. is echter met zoo schuldig'als de andere bekl., die hun ambtsplichten hebben geschonden. Maar aan den anderen kant moet er reken mg mee worden gehouden, dat de Staat ernstig is benadeeld. Ei3ch: 3 jaar gevangenisstraf. De verdediging. Mr. Nysingfc merkt op, dat pers en pu bliek alleen spreken van <le malversaties bij het Leidsche ziekenhuis. Dat is volko men onjuist. Men heeft hier te doen met ee.n wanbeheer voor den Rijksgebouwen- dienst van het departement van onderwijs. De zaken tegen dezen bekl. zijn voortgeko men uit die wijze van beheer. Bekl. staat buiten dat bureau. f?l zijn er relaties. Amb- tenaar is hij echter niet. Wanneer er gel-j den zijn verduisterd, is er een actie geweest van de ambtenaren een actie waar deze bekl. buiten staat. AUes wat er gebeurd is, geschiedde op aanstichting van het Rijks bouwbureau; dat is het kardinale punt in deze zaak. Dit punt heeft het O. M. even wel buiten beschouwing gelaten. Dat van aannemers gelden werden ge-» leend ten behoeve van den Rijksgebouwen-* dienst en dat hierop 10 pet. rente werd gei geven, is door de getuigenverklaringen vast 'komen te staan. Iedere firma, die met den Rijksgebouwen dienst in aanraking kwam en geld vooW schoot, heeft die 10 pet. genoten. Dat blnkj duidelijk uit de accountantsrapporten. U< firma's dienden declaraties in, zooal3 dienst dat wilde en wat men niet meesj 'hebben, gaf men terug. De dader is hiel do Rijksgebouwendienst, die de declare tie# op laat maken. Bekl. en anderen hebbefl wanneer de rechtbank er een misdrij wil zien, alleen middelen verstrekt voof het feit. Noch juririsch noch feitelijk bekl. echter de dader. Met welk doe dienst zoo handelde, kan in de zaak tegeï V, behandeld worden. 4

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1924 | | pagina 3