r KANTONGERECHT TE LEIDEN* Voor openbare behandeling komen 20 Baken op dè rol voor, voor niet openbaar geen zaken. Honderdvoudige overtreding Arbeidswet in de Lcidsche Katoenmaatschappij. F. H. A. Dr., directeur van c?n katoen- fabriek te Leiden, wiens zaak reeds in Augustus was voor geweest doch toen aan gehouden, stond thans terecht voor eenigo fivevtredingen van de Arbeidswet. In de eerste zaak staat beklaagde te recht, dat hij op 28 Juni, toen de ar beidstijd om half vijf had geëindigd moe ten zijn, deze. zonder dit te belemmeren, heeft laten voortduren en dat toen vijf mannen tegen vijf ure nog aan den ar beid zijn aangetroffen. Beklaagde bekende, doch voerde als toen aan, dat liet noodzakelijk was ge weest, daar anders een order uit Enge land geannuleerd zou zijn geworden, wat zoowel tegen het belang van de zaak als tegen dat van het personeel was. waar omtrent beklaagde de correspondentie daar over gevoerd, voorleest. Gehoord wordt in deze zaak getuige Kramp, wever, die zegt, dat hij zoowel in het belang der zaak. als in zijn eigen be lang niet het minste bezwaar had over te werken. Eisch 6 geldboeten van f 5. In de tweede zaak gold de overtreding 12 vrouwen en 53 mannen, op 16, 17, 18 en 39 Juni. Bekl. bekent ook deze overtreding, op denzelfden grond. Gehoord worden als getuigen Mej. Reij- ken-geb. Zwart, P K. Zandvliet. J. Ba- rendse, A. Rosier. J. Fakkel en A. C Fak kel De eerste getuige verklaart met alle ge noegen te werken, omdat het belang der zaak ook haar belang is. Van getuige Zandvliet, dre ook geen be zwaren had, meent bekl. dat deze buiten de wet valt. daar hij (le baas is van een tifdceling. Ook voor de getuigen Barendse en A. C. Fakkel geldt datzelfde; zij zijn béide bazen de laatste sterkersbaas" van wiens werk de bekl. nadere verklaring geeft Zij zijn blijkbaar allemaal baas zegt de Ambtenaar; waarop bekl. opmerkt, dat de verkeerde personen zijn gedagvaard. Dit komt ook weer naar voren, bij J. Fakkel, die weversbediende is, en A. Ro eier, die als port'er bij do fabriek werk zaam is. De Ambtenaar hierna het woord nemen de, zegt. dat wat bekl. recht meent te geven op dit overwerk, n.l. het inhalen van feestdagen, niet opgaat. Boven deze uren gaat hij nog ruimschoots heen. Spr. meent, dat hij veel meer jonge krachten moest aanstellen en de oudere pensioeneeren. Vergunning is hem geweigerd, op grond, dat er nog voldoende werkkrachten aan de arbeidsbeurs waren, en hij, met die aan het werk te stellen, in plaats van de an dere (door hem te pensioneeren menschen) de orders behoorlijk had kunnen uitvoe ren. De wet is voor allen gelijk, en. als bekl. zich daar niet aan onderwerpen wil, zou wel eens kunnen blijken, dat de wet sterker is dan de heer Dr., waarna de eisch gesteld wordt van 130 boeten v a n f 5. Do Kantonrechter, deelt nog mede dat in de derde zaak, een gelijke overtreding be treffende. bekl. is veroordeeld tot 12 geld boeten van f 5. Bekl. repliceerde hierop, dat hij ook gemoedsbezwaren heeft, en daarom voor zijn deel, de drukkerij, geen vergunning wenscht te vragen. Voor de weverij, waarover zijn broeder nis mededirecteur gaat. is werkelijk ver gunning gevraagd, en die is afgewezen, op grond, dat er nog 14 wevers aan de Ar- bcidsbeurs staan ingeschreven wat on zinnig is. en totale onkunde verraadt, want meerdere wevers vragen uitbreiding van het aantal ,.boomen". wat juist niet gedaan wordt om de werkzaam zijnde ar beiders zoolang mogelijk in dienst te hou den. Wat de penei oen eering betreft zegt bekl., dat dit op tweeërlei wijze kan geschieden, n.l. door de Staat, dan betalen het de be lastingbetalers. en door de onderneming, doch spr. m^t dat de Ambtenaar niet kan beoordeelen, of het bedrijf het dragen kan. Uitspraak over 14 dagen. F. M. E., onderwijzer te Leiden, heeft op een plaats en tijd gerijwield, waar zulks en teen zulks niet geoor loofd was. Bekl. bekende, en had blijkbaar schik in het geval eens in de beklaagden bank 2e mogen staan, vooral toen de nog al schikkelijke eisch van f 1boete hem ter kennis werd gebracht. W. J. M.. kantoorbdiende te Voor schoten, had eveneens een rijwielzonde op zijn geweten en wel zonder licht rijden, welke de Ambtenaar taxeerde op f 3. HAAGSCHE RECHTBANK. DE KNOEIERIJEN RIJ DEN BOUW VAN HET ACADEMISCH ZIEKENHUIS Vandaag is door de Haagsche Recht bank voortgezet de behandeling van de zaken, welke betrekking hebken op de bij.den bouw van bet Academisch Zieken huis te Leiden gepleegde malversaties. Zooals men zich zal herinneren, deelde het O. M. bij de Haagsche Rechtbank in eijn requisitoir bij de eerste behandeling mede, dat de voornaamste van de aan het licht gekomen feiten eerst in het najaar kenden worden behandeld. Zulks geschiedt thans en vandaag zul- ?pn terecht staan A A. van T en G. van J) em morgen de rijksboaiwmeesiers J. A. "W V. en J M de G. De beklaagden zullen onderscheidenlijk worden bijge staan do:r Mrs. Nijsingh, Ro'andus Ha- gedoora. van Kuyk en D. van Houten. Aan dom beklaagde. A A v. Tienhovon, (geboren 27 Mei 1876 te ^s Gravenhage, feomdeT beroep, wonende ie Oegstgeest, jthams gedetineerd in het Huis van Bewa king te 's-Gravenhaee, is im de dagvaar- Sin g ten laste gelegd, dat hij: I. te 'b Gravenhage, althans j.u het ar- Tond'sseraent Gravenhage, op twee ver schillende tijdstippen jin het jaar 1919, telkens opzettelijk gebruik beeft gemaakt van de hieronder te omschrijven vaksche, althans vervalschte geschriften, a''S waren deze echt en onverval'scht, terw'jl uit dat gebruik eenig nadeel kon ontstaan, heb bende hij immers in of omstreeks Juni 1919 en in of omstreeks Julli 1919 opzet telijk valschelijk telkens een declaratie wegens het leveren van helm-asten ten be hoeve van bet scheikundig Taborator'urfl te Delft aan den Staat der Neder1 an den, repp, ten bedrage van 90.912 gulden cm 93.088 gulden, welke declaraties de be- k1 aagde voor deugdelijk cn onvergolden had verklaard, en met z'ju naam onder teekend. en op welke declaraties vnVche- lijk de verklar:ng van d°n riiksbouwkum- d'ee voor de "©bouwen van ond"rwn',"t! enz. was gestold, aan het Departement van OndprwiKunsten en Waterschap pen inced'end of door Wilt om Barnardus Schildwacht, cnmm'e-s bij dn TVjkson'W- wijs°rebouwen of door éé>n of meer ambte naren. werkzaam op dat Departement, doen ind'enen. en daarop de in d;o geschriften genoemde bedragen van de Staat der Nc- der1 acclcn te ontvangen, zulks hoewel be- kkea.edp wish d-t hij in d-> declaration ver melde VverinTTk niet had gedaan, dat hij geen re^ht of aa/nsnraak had on de 'n d:e decVraf'ën genoemde bedri^-i dat de verkkarimgen van den Piikshouwkund'g" velsoh en in strijd met de waarheid wa ren: TT. te '8 Gravenhage. althans »n he- arrondie^m-nt 's Gravenhage in of om- sfreaks 1919 onzetteliik hco'l gebruik ge maakt van het hieronder te omsohrkivPn varscho. altbnu-s vervalscbfe geschrift a\s ware dit eoM cn onvevva1c,cM, terwij' uit da' gebru'k een:g nadpel kon onts'a^n. hebbende hij immers in of omst^^e'-s Mor» 1919 opzettelijk vabrhelljk oen d"?! era lie wegens geden* werkzaamheden rn leve ringen ten behoeve van het Academisch Ziekenhuis aan den Staat der Nederlan den, .op welke declaratie dre posten voor kwamen, te weten, op 1 April 10'9 2°0 M3. gaszzsnd. op 11 April 1919 362 M3. grint en 220 M3. riverzaicd tot fc"dragen van resp. 1100, 2896 en 1045 gulden, hoe wel deze leveringen niet waren geschied, aan. het Departement van Onderwijs, Kunsten en "Wetenschappen ingediend iof door W. *B. Schildwacht, comm1'es fhcj de Rijkeonderwj-sgehouwen of door één of meer ambtenaren, werkzaam aan dat Departement, doen indienen, ien daarop het in dat geschrift ge noemd bedrag van den Staat dor Neder landen ontvangen, zn^ks hoewel hij. be- een gift heeft aarenomen van 10.000 gul- klaagde. wsf. dat hij de voorschreven le veringen niet had gedaan, dat hij geen recht of aanspraak had op do daarvoor ge declareerde bedragen, en dat de verkla ring van dm Rijksbouwkundiee valsch was en in strijd met de waarhe'd: subsidiair en voor de telastelegging on der I te 's-Gravonhage. althans in het arron- disement 's-Gravenhage, op ver schillende tijdstippen in of omstreeks Mei en Juni 1919, telkens met het oogmerk om zich of een ander wederrechtelijk te bcvoor- deelen, den Staat der Nederlanden, in de personen van den Minister van Onder wijs. Kunsten en Wetenschappen, vén aan dezen ondergeschikte ambtenaren aan het Departement, van den Rijksbetaal meester le 's-Gravenhage en andere amb tenaren, belast met de uitbetaling van gel den voor den Staat der Nederlanden.werk zaam in de uitoefening van den dienst, die hun door den Staat der Nederlanden was opgedragen, en als organen van den was opgedragen in hun aangegeven "hoedanigheid heeft homogen tot afgif te of hel doen afgeven van do be- diragen van 90912 gw'den 93088 gulden, of van bedragen daaromtrent, althans van assignaties tot die bedragen, doordat hij listelijk, bedriegelijk en in strijd met de waarheid als volgt heeft gehandeld: In een akte, gedagteekend op 10 Maart 1919, doch inderdaad geruimen tijd na dien datum gemaakt, beeft hij verklaard mondeling te zijn overeengekomen!met den Rijksbouwmeester voor de Onderwijs gebouwen omtrent en tot een levering van 7000 heimasten, welke levering zou ge schieden in twee gedeelten, waarvan de eene partij te leveren in klei 1919 en de andere partij in Juli 1919. Daarna heeft hij in 2 declaraties respec tievelijk d.d. 30 Mei 1919 en 4 Juli 1919 verklaard, dat hij de overeengekomen hoe veelheid of ren hoeveelheid daaromtrent had geleverd en deze declaraties voor deugdelijk en onvergolden verklaard tot de hiervoren genoemde bodragen. Vervolgens he<^t hij deze declaraties op of omstreeks voormelde dagen bij liet De partement van Onderwijs, K. en W. - in gediend of doen indienen, welke declara ties, nadat zij valschelijk. voorzien waren van de verklaring van den Rijksbouwkun- dige voor de gebouwen van Onderwijs, dat het in de declaratie vermelde was ge schied op zijn mondelingen last, onder de bepalingen, vervat in de in afsehrift daar bij gevoegde verklaring, zijnde de hiervo ren omschreven verklaring, d.d. 10 Maart 1919, dat cle oplevering behoorlijk had plaats gehad en zonder afwijking van de, bovenbedoelde bepalingen en dat de de claraties derhalve door hem werden goed gekeurd tot de hiervoren genoemde be dragen, op zijn, beklaagde's last of met zijn medeweten en goedvinden aan den Minister van Onderwijs, K. en W., ten einde daarop voldoening te verkrijgen, zijn doorgezonden en ingediend, waarop afgifte van voormelde assignaties en uit betaling aan hem, beklaagde, door voor melde ambtenaren van de voorschreven bedragen is gevolgd, zulks hoewel geen levering van heimasfen, door hem, be klaagde, zooals hiervoren bedoeld, had plaats gehad en hij geen recht of aan spraak had op de hiervoor genoemde be dragen. Bekl.. Gevardus v. Drecht, geboren 2 klaart 1879. bouwkundige, wonende to 's-Gravenhage, gedetineerd in het Huis van Bewaring te 's-Gravenhage, staat vol gens de dagvaarding terecht ter zake dat hij: I. te 's-Gravenhage, althans in Neder land in of omstreeks 1920 opzettelijk een bedrag van ongeveer elf duizend gulden, toebehooremde aan den Slaat der Neder landen, althans aan een ander dan aan hem, bekl., en welk bedrag hij van Johan nes Hendrikua Cornelis v. d. Hurk had ontvangen, ten einde daarmede vorderin gen van leveranciers op den Staat der Nederlanden te voldoen, althans ten einde dit bedrag aan den Rijksbouwmester Vrij man af te dragen en welk bedrag hij uit dien hoofde onder zich had, wederrechte lijk zich heeft toegeëigend, subsidiair op plaats en tijd voormeld opzettelijk een bedrag van ongeveer 11 000 gulden, dat door valschheid in geschrifte, althans door hot opzettelijk gebruik maken van een valsch geschrift als ware het echt en onvervalscht. terwijl uit dat gebruik eenig nadeel kon ontslaan, was verkregen, u t winstbejag beeft vervoerd, bewaard, al thans verborgen; II. te 's-Gravenhage. althans in Neder land in of omstreeks 1919, terwijl hij was ambtenaar in dienst van den Slaat der Nederlanden.' te w<den districtsbomvkun- digo of architect-afdeelingschef bij den Dienst der gebouwen van Onderwijs,, van Ant'nonie Alexander v. Tieuho"©!* aan nemer van leveringen en werkzaamheden voor de 'gebouwen van Onderwijs van den Staat der Nederlanden of van een persoon betalende voor genoemden v Tienhoven, den. althans van een bedrag daaromtrent, wetende dat deze gift hem gedaan werd tengevolge, althans naar aanleiding van hetgeen door hem in strijd met zijn plicht, in zijn voormelde bediening was gedaan en nagelaten, hebbende immers hij. bekl in sir: id met zijn plicht in zijn voormelde bediening bij den aankoop ten dienste van het Onderwijs in of omstreeks 1918 voor een bedrag van 153090 gulden of voor een bedrag daaromtrent van een terrein er ooi 3 IT.A. 6 en 18 cA kadastraal bekend gemeente Vrij-nba-n, sectie C no. 816 en 817 door den Minister an Staat, minister van Binnenlftndscbe Zaken, handelende voor den Staat der Nederlanden van voor noemden aannemer v. Tienhoven, het aan genoemden M'nister of aan den Ambte naar, die deze zaak voor en in opdracht van den Minister behandelde, bedrieglijk en in strijd met de waarheid doen voor komen, dat voornoemde v. Tienhoven bij de aankoop van gemeld terrein van don oorspronkelijken eigenaar alleen en uit sluitend als tusscl onpersoon zou ontreden, dat deze geheel belangeloos zijn diensten zou verleenen. dat hij v. Tien hoven, geen voordcel van een<ge beteekenis voor zijn tusschenkomst zou genieten, hebbende bij, bekl., verder in strijd met z'jn plirlit in zijn voormelde b^dlojvng opzet fel5 .ik aan voornoemden v. Tienhoven middellijk of onmiddellijk gelden verstrekt om den door dozen verschuldigde aankoopprijs voor gemeld terre'n aan oen derd© te voldoen en hebbende bij, bek), vervolgers in strijd met zijn plicht in zijn voormelde bedie ning nagelaten den voornoemden Minister of den Ambtenaar, die deze zaak voor en in opdracht van den voornoemden Minis ter behandelde te doen weten, dat voor meld terrein dooi clen genoemden v Tien- hoven, ten tijde van de onderhandelingen over den verkoop aan den Staat der Nederlanden, van den oorspronkelijken eigendom was of zou worden aangekocht voor een bedrag van 3.50 gulden per M2. en voor een totaal bedrag van ongeveer 107.CC0 gulden dat hij en de Rijksbouw meester of Rijksbauwkundige bij den dienst der gebouwen van Onderwijs Vrij man en de arrhiter»-afrlce!:n*Tscbef of J's- trictsbouwkund'go bij den dienst (lcr ge bouwen de Groef, gelden aan voornoem den v. Tienhoven voor den aankoop door dezen van gemeld terrein zouden verstrek ken en hadden verstrekt, en dat het voor nemen bestond, dat ieder hunner van den aannemer v. Tienhoven een ec deel te van het bedrag an op'"•veer 45990 gulch.:, waarvoor de Staat der. Nederlanden bij den aankoop van gemeld terre'n benad .IJ zou worden cn werd, zou ontvangen. De eerste zaak is die tegen A. A. van T voor wien als verdediger optreedt Mr. Nysingh. In deze zaak zijn 11 getuigen gedag vaard vanwege het O. M. en 4 van de zijde der verdediging. Allereerst worden door den griffier ver schillende stukken, w. o. missives van de Algemeene Rekenkamer e. d., voorgelezen. Verhoor van den beklaag.de. Vervolgens verhoort de president den bekl Deze deelt mede als aannemers be trokken te zijn geweest bij (len bouw van het Academisch Ziekenhuis. In Mei 1919 is bekl. door den Rijks bouwmeester V. ontboden op diens kan toor in de Parkstraat. Deze vroeg hem als tusschenpersoon op te treden voor de leve ring van heimasten voor den bouw van 't Laboratorium te Delft; bekl. had reeds eerder iets dergelijks gedaan. Bekl zou de palen koopen (van een Duitscher.) V. heeft er niet over gesproken, dat het een voon- deelig zaakje was, doch hem verwezen naar van Dregt. Deze deelde bekl. precies mede, hoe de zaak in elkaar zat, Het con tract was reeds kant en klaar; als een heidsprijs werd i?i het contract f 1.20 per paal genoemd. Bekl. beeft het contract geteekend; de koopsom, groet f 13800, zou in marken gestort worden. Kort nadat dit gebeurd was, is een declaratie opgemaakt. Derge lijke declaraties werden altijd naair het kantoor van den rijksbouwmeester gezon den. In de betreffende declaratie werd als eenheidsprijs genoemd f 1.60. Bekl. hoor de dit toen voor bet eerst. Van Dregt zeide tegen hem, dat zoodoende een winst van f 30.000 kon gemaakt worden. De eerste declaratie, groot f 90912, werd ingediend wegens leveranties van heipalen, hoewel op het oogenblik van indiening nog geen enkele paal geleverd was. De President: De declaratie was dus in alle opzichten valsch! Bekl.: Pardon, ik had het geld voorge- 1 schoten en dat zou ik zoo spoedig mogelijk terug krijgen. De President merkte op, dat*hoewel in het contract met de Duitschers f 1.20 als eenheidsprijs werd genoeand, in bekl.'s declaratie f 1.60 werd opgegeven. Er moest dus een valsch eorftract worden opgemaakt om naar de Algemeene Rekenkamer te zenden. De datum van het contract klopt dan ook niet. Heeft u, zoo vroeg mr. (1e Joncheere aan bekl., een en ander met den rijksbouw meester overlegd? Bekl. ontkent dit. Er is met hem nooit overgesproken, hij heeft het contract ter goede trouw geteekend. Bekl. geeft toe, dat hij nu erkennen moet, dat het contract valsch was. Bekl. deelt vervolgens mede, dat een tweede declaratie is opgemaakt, groot f* 93088. In totaal ontving hij f 184000. Hij ontving dus f 46000 te veel; hiervan heeft hij f 30.000 afgedragen. Vrijman, de Groot en van Dregt zouden dit bedrag dee- len: bekl. zelf hield dus nog f 16000 over. Mr. Ban duin: Is er na afloop van de leveringen door den Duitscher nog niet f 80.000 aan marken op de Bank blijven staan? Bekl. zegt dat dit juist is. Mr. Bau du in: Dat geld dat aan het Rijk toekomt, is dus ook verloren; (lie marken zijn niets meer waard. Bekl.: Dat is mijn schuld niet. Mr. Bauduin: U had er met den Minister over kunnen spreken! Het getuigenverhoor. De eerste getuige, de adjunct-accountant A. A. J. v. Riemsdijk, deelt mede, dat bekl. inderdaad van eigen rekening f 138.000 bij de Rott. Bankvereeniging heeft gestort. Aan hem is uitbetaald f 184000. In 't geheel heeft 't R;,jk bij deze affaire f 120.000 schade geleden. Op een vraag var den verdediger, hoe getuige aan dit cijfer kwam, verklaart deze, dat slechts voor pl.m. f 64.000 aan palen geleverd is. Trekt men dit bedrag af van de f 184 000. dan komt men tot het verschil van f 12C 000 Wat op gefingeerde de claration is uitbetaald heeft hij dezen .dienst zeker het mill'ioen overschreden. Ge tuige geeft enkele beelden uit de vele gevallen, die voorgekomen zijn. om een denkbeeld te geven van de wiize, waarop gehandeld v""d. De volgende getuige is de Du'tsche koop man F. A. W. MayeV. Dez3 is in Mei 1919 in Den Haag geweest en wel op het kan toor van d-n rijksbouwmeester. Daar heeft hij met van Drrgit gesproken over de levering van heipalen. De eenheidsprijs werd bepaald op f 1.20. De eerste levering heeft in Augustus plants gehad De koop som (f 138 000) zou bij de Rofct.bank ge- s'.ort worden. Onder bepaalde omstandig heden mocht het contract verbroken wor- dea; getuige heeft h'ervan gebruik ge maakt toen hij voor ril m. f 63.000 geleverd had. Meer dan (le helft is er nooit door hein ge'everd; de kojpsom hiervan is hem in marken geworden. Getuige weet nielt meer of hij tijdens de onderhandeling ook met den Rijksbouwmeesi'er zelf gesproken heeft Getuige Schildwacht, commies bij den dienst der JR.jksgebouwen, verklaart, dat h'j vaak voor het opmaken dor declaraties zorgde. Hem werden hiervoor de gegevens verstrekt; aanvat)kflijk werden wel reke ningen overgelegd. Later kreeg getuige do cijfers op kladjes papier. Getuige kreeg een kleine vergoed:ng voor zijn werk. Getuige erkent do dcolaraties betreffen de de palcn-l-cveringen te hebben opge maakt. Mr. Nysingh: Heeft bekl. hiervoor reke ningen ingeditrd? Getuige: Neen Van Dregt heeft hem de cijfers op een stuk jé papier doen toe komen. Getuige heeft he{ ook njg nagerekend aain de hand van het contract. De cijfers kwamen uit Getuige geeft, naar aanleid1'ng van ver dere vragen, toe, dat hij wist dat er din gen gebeurden, dl-e nirt 'n den haak waren. Dat was een publi-ek geheim op het bureau. Dat het om dergelijke (groote bedragen ging, heeft getujge nooiit geween. Hij durfde er niet tegen in te gaan. President: Zeker omdat er van hoog tot laag aan het geknoei mee gedaan werd. Getuige: Ik was toendertijd de jong ste bediende en was bang voor mijn be trekking De ri jk '/bouwmeester had veel invloed en kwarn dikwijls bi!j den Minis ter. President: Ja zeker, 't rs zeer be- gri'pe'iik, dat lift zoo geloopen is. De Referendaris bij de A leem eene Re kenkamer P. H. C. Brunt, deelt het een ent ander mede over den gang 'van zaken, wanneer er declaraties binnenkomen. In het a'gemeen stelt de rekenkamer zich te vreden wanneer een declaratie gedekt wordt door een verklaring van een auto riteit, die daartoe bevoegd moet worden geacht. Als zoodanig is de Rijksbouw meester Vrijman yltijd besnouwd. G?tu:gb E. Cannemnn, referenda/rils bij het Departement van-Onderwijs, is in Juni 1919 waarnemend secretaris-generaal gc- weest. Hil heeft toen een.ige declaraties geteekend. Hij zou dat niet gedaan heb- benwanneer hij geweten zou hebben, dat zij niet in orde waren. Door de verklarin gen. welke er hij waren, is getuige Hot tee- ken'ng bewogen. Getuige J. G. Tromp is eveneens refe rendaris aan het Departement van Onder wijs. Ook deze getuige heeft een der de claraties, betrekking hebbende op (le leve ring der palen, als waarnemend secre taris-generaal, namens den Minister ge weekend. Deze getuige zou evenmin, getee kend hebben, wanneer hij geweten had, dat de declaraties valsch waren. Aan de laatste heide getuigen stelt mr. Nijsingh de vraag of er vanwege het De partement een verklaring van den Rijks bouwmeester Vrijman over de declaratie werd uitgelokt, terwijl men welen kon, dat Vrijman over do betreffopde deck Taties niet kon oordeelem. De getuigp. beantwoordden beiden ontkennend; zoover zij weten, is dat nooit gebeurd. Wanneer men twijfelde aan declaratie» werd een nader onderzoek ingesteld. De gedetineerde bouwkundige G. van D als getuige gehoord, heeft de onderhandel lingen over het koopen van heipalen go. voerd. De Rijksbouwmeester had den Duitschen koopman bij hem geïntrodu. ceerd. Toen de onderhandelingen bijna ge. slaagd waren, is bekl. ontboden, die al) kooper zou fungeêren. De eenheidsprijs van f 1.20 per meter, dat bekl. f 1.60 heeft gedeclareerd, heeft get. bij den Rijkscoin- missaris gehoord. Hij zelf kon zich dii niet herinneren. Trouwens, hij herinnerd) zich van de geheelo zaak niets meer. Hij weet niet wat er precies gebeurd »i Dat hij f 10.000 'ontvangen zou hebbe^ bestrijdt getuige. Vermoedelijk is de bekl' met een andere zaak in de war. Ook vac een valsch getuige weet getuige niets. Pre s.: Het valsche contract is dm niet met uw medeweten opgesteld? Get.: Dat zeg ik niet. Ik weet het alleea niet meer. Bekl. verklaart de f 30.000 aan vaj Dregt te hebben afgedragen. Deze zoc voor de verdeeling zorgen. Bekl. is nooit hij de onderhandelingen geweest. Pres.: De verdeeling der wimst on de, uw vieren moet toch tevoren besproket zijn. Bekl.: Daar is geen sprake van! Ik bel gewoon zaken gedaan en daarmee ver< diend. Get. merkt op, dat het ontvangen ec verdeelen van de f 30.000 toch niet zoó'j alledaagsch geval is. Hij zou helt zich tool moeten herinneren, maar weet integendeel nergens van. Pres.: Bekl. is anders erg pertinent io •zijn beweringen. Trouwens, het ligt eenig* zins voor de hand. U had tooh ook de on* derüandelingen, enz. gevoerd. Heeft dan een der anderen de f 30.000 ontvangen? Get. blijft erbij, dat hij nergens van weet. Bekl. merkt op, dat hij zich indenken kan, dat men hem de geheelo winst van f 46.000 zou laten behouden. Daar zat na tuurlijk vanzelf al in, dat hij een gedeelu moest afdnagen. Pres.: Natuurlijk! Ik vindt het erg o nnatuurlijk, dat ambtenaren in een der gelijke winst moesten deelen. De Pres. vraagt den getuige of hij bet tegenspreekt, de f 30.000 te hebben onb vangen. Get.: Dat mag ik niet! Ik weet bet niet. De zitting is hierna geschorscht tot kwart na twee. Na de pauze deelt de president medj dat de behandeling van de zaak tegen G. van Dregt in verband met de lange duui der behandeling van de eerste zaak, hedea niet meer zal plaats hebben. De getuigen ij deze zaak worden morgenochtend 10 uur terugverwacht. De zaak tegen den rijksbouwmeester Vrijman zal dan Zaterdagmorgen kunnea plaats hebben, terwijl naderhand bepaald kan worden, wanneer de vierde zaak in be handeling komt. Hierna werd voortgezet het getuigenver. hoor in de zaak-v. Tienhoven. De gedtti neerde rijksbouwmeester Vrijman legd» verklaringen af omtrent de levering vaa heipalen door den koopman Maye.r. Bs onderhandelingen met dezen koopman zijl gevoerd door v. Drecht. De koopprijs her innerde getuige zich niet meer, hoewel hr; het. waarschijnlijk acht, dat men hem dew gezegd zal hebben. Dat er een tussche* persoon was, wist getuige; dat gebeurdi altijd bij dergelijke transacties. Het geva van een belooning van f 16000 vindt getuia in verband met het beschikbaarstellen var. den koopsom niet te hoog. Getuige heeft geweten, dat er wel eens te hooge declara ties werden ingediend. Dit geschiedde cü geld te krijgen om achterstallige betalt» gen te kunnen doen. Dat er speciaal in dii verband te veel in gedeclareerd, kan lif zich niet meer herinneren. In goed vertroe ven heeft. get. de declaratie geteekend Schildwacht maakte de declaraties op. Gel acht het volslagen onmogelijk de durzendee dclaraties te eontroleeren. De hooge be dragen, waarover het hier ging, hebbel getuige geen aanleiding gegeven, om ri eens wat nader te bezien. STATEI6"BEMEBftftL TWEEDE KAMER. Vergadering van heden. In de heden gehouden vergadering kw« na aanneming zonder hoofdelijke stemmig van de suppletoir© onderwijsbegrooticf 1924 aan de orde, de wijziging der Arbeid» wet beoogende handhaving van het dn» ploegenstelsel. De heer v. d. Waerdel ontwikkelt bezwaren tegen wettelijke vast legging van genoemd stelsel en acht special voor het overheidsbedrijf daarvoor gée' enkel motief aanwezig. De heer Kersten zal tegenstemrnst tenzij de Minister den Zondagsarbeid. dit het ontwerp bevordert, onmogelijk maab De heer Smeenk wil alleen Zondags^ beid toestaan, wanneer het. continubedu een doorslaand beroep kan doen op buit?» landsche concurrentie. De heer Sn o e c H enkemans sluit zich hierbij aan. mum r- LEIDSCHENDAM. Geboren: Johannes Leonardus klam nus Goeman geb. van der Goes z. n anus Johannes Cornelis "Willemse geb. Veen z. v i Gehuwd: Jolian nes Wilhelmus man en Johanna Cornelia Zandbergen Thomas van de Lijke cn Margje Hog«( doom. Overleden: Jacoba van Rijn 1 wed. van C. v. d. Zijden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1924 | | pagina 4