Tweede Blad
Vrijdag 19 Septembar 1924
UIT DE PERS
,4 EDERLAN0-BU1 TEN-EUROPA
EN DE TROONREDE
Het Huisgezin schrijft:
Merkwaardig mag het heet en, welk een
betrekkelijk groote plaats het nederland-
sche gebied overzee in de korte Troon
rede inneemt.
Vroeger moesten de „koloniën" zich
veelal met een korte en stereotiepe ver
melding tevreden stellen; thans wordt
ruime aandacht aan haar gewijd.
Is d'it mede gevolg van het feit, dat wij
tegenover Nederland buiten Europa an
ders staan dan weleer; dat wij interna
tionaal breeder hebben leeren kijken en
beseffen dat Oost- en West-Indië er niet
uitsluitend zijn voor onzen handel en om
er goede baantjes te krijgen?
Begrijpen wij beter de beteekenis der
beide Indiën in verband met onze inter
nationale betrekkingen; óók dat wij ten
gevolge van ons koloniaal bezit niet een
klein landje in een uithoek van Europa,
maar een groote mogendheid het vijftig
millioen zielen zijn?
En dringt het ook meer lot ons door,
dat wij groote, te lang verwaarloosde ver-
plichingen tegenover Indië hebben, ver
plichtingen van ontwikkeling en bescha
ving eenerzijdë, verplichtingen als Chris
ten natie anderzjds?
Juist wat dit laatste betreft, hebben wij
in vroegere Troonreden onder dit minis
terie meer dan in deze tot bevrediging en
hoop stemmende klanken vernomen.
Zoo werd in de Troonrede van 1918
de hooge beteekenis erkend van den ar
beid der Christelijke zending.
Zoo werd in dio van 1919 aangekondigd
een wijziging van artikel 123 van het Re-
geeringsreglemenJt betreffende het over
heidstoezicht op de Christelijke zending.
Zoo werd in die van 1922 verzekerd,
dat aan de geestelijke en stoffelijke be
langen der bevolking, ook der overzeesche
gebiedsdeelen, de onverdeelde aandacht
der Overheid zou worden gewijd.
Zoo heette het in die van 1923, dat de
bevordering van de geestelijke en stoffe
lijke belangen der bevolking, ook van die
der overzeesche gebieden, een onderwerp
van aanhoudende Regceringszorg blijft
uilmaken.
Zeker, thans wordt gezegd, dat de aan
staande opening der xechtshoogeschool te
Batavia wederom een schrede is op den
weg der geestelijke ontwikkeling van
ïndi'ë, maar daarnaast is nog zooveel te
doen en te laten wat tot verheffing van
den inlander srekken kan.
De socialistische, meer nog, de commu
nistische propaganda in Indië rust niet,
de zedelijkheid lijdt er geweld, het inter
nationalisme en het bolsjewisme dreigen
met afscheuring van Nederland.
Daartegenover mag nets verzuimd wat
de bevolking aan ons land zou kunnen
binden: een rechtvaardig bestuur, opvoe
ding tot zelfregeering, de zegen van het
Christendom.
Tegenover de drieste propaganda der
revolutie-partijen en het laisser faire-stel-
sel der liberale school heeft een Christen
regeering haar plicht te doen zonder
iwakte en zonder weifeling.
VOOR ééN KEER MET HEM EENS.
De Volkskrant schrijft:
Zelden of nooit zijn wij het met den heer
Simon Maas eens.
Daarom verdient het een streepje aan
den balk, dat hij difrnaal ee,n redevoering
heeft gehouden, waarop we weinig af te
dingen vinden.
Een redeneering, die getuigt van zooveel
gezonden zin en zoo nuchtcren kijk, dat
g? *re hem dit bezit niet voor een keer, maar
blijvend zouden willen toewenschen.
De beer Maas heeft dan gesproken bver
"Jl de nieuwe tariefwet.
Al dc fraaiigheden, die zoowel de N. R.
t Ort. als de sociaal-democratische pers daar
tegen debitecren, heeft hij uiteengerafeld.
Het praatje vooral, dat het hoogere recht
van drie percent de artikelen duurder moet
maken.
De bewering, vooral door de vereeniging
van ijzerhandelaren gecolporteerd, dat de
buitenlandsche fabrikant de drie percent
op den prijs legt en dat de binnenlandsche
fabrikant het natuurlijk ook doet.
De heer Maas heeft nog eens duidelijk
doen uitkomen en zijn oordeel door het
geval met- het Schcenenwetje geïllustreerd
dat belemmering van invoer de binnen
landsche nijverheid in de gelegenheid stelt,
haar productie op/te voeren en dus goed-
keoper voort te brengen.
Deze belangrijke factor, waarvan we de
beteekenis voor de schoenindustrie hebben
kunnen vaststellen, wordt door de tegen
standers der tariefwet stelselmatig gene
geerd.
Het meest verbaast ons dit van de so
ciaal-demoeraten, die toch dezen zomer uit
de besprekingen op bet congres van het N.
V. V. hebben kunnen leeren, dat er onder
hun geestverwanten zijn, die dezen vorm
van bescherming niet afwijzen, maar in het
belang juist van de arbeiders toejuichen.
Wij moeten niet vergeten, dat de meeste
onzer werklieden industrie-arbeiders zijn,
en dat, willen we op den duur voor onze
sterk toenemende bevolking een middel
van bestaan kunnen vinden, uitbreiding on
zer industrie onze toevlucht behoort té we
zen.
Er is geen ande.re uitweg.
En willen we ook, dat onze arbeiders in
de industrie en behoorlijk stuk brood kun
nen verdienen, dan dienen we te zorgen, dat
onze nijverheid niet door buitenlandsche
concurrentie tot den rand van de bestaans
mogelijkheid of daar beneden wordt ge
drongen.
Me.t te jammeren, zooals het Volk bij
het Sigarenwetje deed, dat dan de Duit-
schc sigarenmakers het loodje zouden leg
gen, lost men voor de eigen arbeiders het
vraagstuk niet op, brengt hen integen
deel steeds verder van huis.
Het doet ons pleizier, dat de heer Ma-as,
dien we overigens maar matig bewonderen,
in dit ge,val het gezond verstand heeft la
ten spreken, en, beter dan de sociaal-demo
craten, minder door de politiek beïnvloed,
cok liet belang der industrie-arbeiders
heeft gediend.
KERKHIEUWS
Paicr Pesch S.J. 70 jaar.
De bekende Duilsche Katholieke geleer
de, Pater Heinricli Pesch S.J., heeft den
17dc-n dezer zijn 70sten verjaardag ge
vierd.
Pater Pesch word in 1854 te Keulen ge-
horen, ging in 1872 naar do universiteit
te Bonn én studeerde daar theologie.
Toen deze faculteit gesloten werd, wijd
de hij zich aan de rechtstudiën.
Reeds had hij zich voor het examen
van referendaris aangemeld, toen hij het
besluit nam, in de Sociëteit van Jesus te
treden.
Na het noviciaat studeerde hij drie ja
ren philisofie te Valkenburg en was dan
in het opvoedings-instituut „Stella Mali-
tuna" te Feldkirch werkzaam, tot hij tot
het volbrengen zijner theologische stu
dies naar Slonyhurst in Engeland gezon
den werd, alwaar hij in het jaar 1888 door
bisschop (later kardinaal) Vaughan pries
ter werd gewijd.
In 1892 werd Pater Pesch aan het pries
ter-seminarie te Mainz verbonden.
Ter vermeerdering zijner kennis van de
volks-economie ging Pesch als 46-jarig
priester' naar de universiteit te Berlijn.
Inmiddels was hij ook schrijver en rede
naar in actie.
Van Berlijn uit ging Pater Pesch naar
Luxemburg, waar hij aan de redactie der
„Stimmen aus Maria Laach" verbonden
werd. De redactio zou een groot leerboek
uitgeven over nationaal-cconomie, doch,
daar haar geldmiddelen niet toereikend
waren om het werk te voltooien, keerde
Pesch in 1910 naar Berlijn terug. Hij
werd rector van de zusters en verpleegden
van het gesticht de Goede Herder in
Mariëfelde.
Zijn groote wetenschappelijke prestatie
is zijn voor de christelijke nationaal-
cconomie zoo belangrijk vijfdeelig werk
„Lehrbuch der Nalionalökonomie", waarin
een rijkdom van gedachten is vastgelegd.
Om dit hoofdwerk van den schrijver
groepeert zich oen heele reeks andere
Averken op economisch gebied.
In 1923 werd hem door de faculteit der
staatswetenschappen van de universiteit
te Keulen het cere-doctoraat verleend.
Thans werkt de groote geleerde aan de
nieuwe uitgave van het 2de en 3e deel
zijner „Nalionalökonomie". Het 4e en 5e
deel wordt door oen jongeren orde-broeder
bewerkt.
B8NEIE9iLAniD
Het „eenvoudige rekensommetje"
betreffende de „étiketten".
In artikel 6' van hefc nieuwe kiesregle
ment voor den Bond van R. K. Rijkskies-
kringorganisatie-s wordt voorgeschreven
dat het kringbes tuur bij het maken van de
bindende voordracht (voor de Commissie
van Advies) en het Bondsbestuur bij zijn
aanwijzing rekening houdt „met de ver
schillende maatschappelijke groepen,"
Het. kringbestuur van Drenthe heeft,
naar men weet. daarme.e rekening gehou
den en een landbouwer, een middenstander
en een arbeider voorgedragen (het heeft
hen ook, wat het niet had moeten doen,
als „vertegenwoordiger" elk van zijn
stand voorgedragen).
Een inzender in de „Tijd" stemt met de
door Drenthe gevolgde methode in, waar-
cp de redactio met „een eenvoudig reken
sommetje" trachtte te bewijzen, dat de
inzender zich vergist. We hebben van een
en ander mededeeling gedaan.
Kijk eens, zei de „Tijd", Drenthe heeft
een vertegenwoordiger van de landbouwers
een van de middenstanders en een van de
arbeiders op de voordracht geplaatst en
een vertegenwoordiger van den „hoogeren
stand" alvast uitgeschakeld. Dat is al mis.
Maar van de drie door Drenthe voorge
dragenen kan er maar één gekozen wor
den, zoodat in ieder geval nog twee stan
den worden uitgeschakeld en voor Drenthe
dan niet in de Commissie van Ad vues ver
tegenwoordigd zullen zijn.
Bij haar „eenvoudig rekensommetje" ziet
de „Tijd" één ding over het hoofd, zoo zegt
op haar beurt nu het „Huisgezin", nl.: dat
het niet de bedoeling van het kiesregle
ment is, dat alle maatschappelijke stan
den of groepen voor eiken kieskring ia
de Commissie van Advies worden verte
genwoordigd (dit kan trouwens niet, daar
de meeste kieskringen maar één, dc overige
tv.ee vertegenwoordigers krijgen in de we-
der-helft van het Bondsbestuur), doch dat
in die weder-helft de verschillende maat
schappelijke groepen zullen zijn vertegen
woordigd.
Om dit mogelijk te maken, zullen zij ook
cp de bindende voordrachten moeten
voorkomen.
Kieskringen als Rotterdam, Amsterdam,
Den Haag enz. zullen allicht geen land
bouwer op hun voordracht brengen, andere
geen middenstander; weer andere wel een
vertegenwoordiger der leidende standen of
(en) een vrouw.
Het Bondsbestuur, dat uit de voordrach
ten kiest, zal zich omtrent de samenstel
ling dier voordrachten (Drenthe heeft het
door de „etiketten" bijzonder gemakkelijk
gemaakt.) eerst oriënteeren.
Het zal, rekening houdend met een ver
tegenwoordiging der maatschappelijke groe
pen, uit elke voordracht den beste of de
beste nemen.
Let er op, dat het zal meevallen, al ver
klaart de „Tijd" de zaak ook „wiskundig
onmogelijk."
H. M. de Koningin-Moeder in het
Sint Antonius Gasthuis te Utrecht.
Tegen half vier Woensdagmiddag be
zocht H. M. do Koningin-Moeder, zooals
reocls in 't kort gemeld, het St. Antonius
Gasthuis te Utrecht.
De- Koningin-Moeder, vergezeld door ba
ronesse v. Ittersum en den kamerheer
Graaf van Limburg Styrum, werd in de
vestibule van het gesticht ontvangen door
den directeur-geneesheer, dr. Boekelman,
en de moeder-overste Zuster "Wiilhelmina.
Een dochter van dr. Boekelman bood
Hare Majesteit een tuil lila orchideeën aan
In de regentenkamer werd H. M. vervol
gens officieel verwelkomd door Mgr. v. d.
Wetering als voorzitter der Regenten,
waarna het Zuslerkoortje haar toezong het
„Domino salvam fac reginam nostram".
f Do Koningin-Moéder maakte vervolgens
een ommegang door het Gasthuis, waarbij
dr. Boekelman en Zuster Wïlhelmina Hare
Majesteit begeleidden.
Ton slotte nam H. M. inzage van de tee-
keningen voor de uitbreiding van het ge
sticht.
De Kamer van Koophandel en Fabrieken
voor Gouda en Omstreken.
In de vergadering van de Kamer van
Koop handel en Fabrieken voor Gouda en
Omstreken werd mededeling gedaan van
een antwoord van de directie der Ned.
Spoorwegen, waarin afwijzend beschikt
werd op het verzoek der Kamer om de trei
nen 266 en 248 in het belang van reizigers
naar Schoonhoven, Boskoop en Waddinx-
veen te Gouda te doen stoppen.
Ter sprake kwam het dreigend gevaar
van weder in werking stelling van het tij
dens den oorlog door Duitschland tijdelijk
opgeheven invoerrecht op kaas.
De meening werd -uitgesproken, dat Ne
derland, in verband met c.redietverleening
aan Duitschland (welk crediet nog niet is
geëindigd) onder bepaling, dat er levens-
middelenwoor gekocht möeten worden, wel
zou kunnen ageeren tegen de eventueele
weder in werking stelling van het invoer
recht.
Besloten werd, na contact met andere in
stellingen, de noodige stappen bij de regee
ring te doen.
De Rijksbetaalmeesters.
Verwacht wordt, dat de opheffing van
het ambt van rijksbetaalmeester, waartoe
in beginsel is besloten, in de eerste helft
van 1925 zal kunnen geschieden.
Heht Gij pijn in
en lendenen
Blijf daarmee toch niet loopen. Akker'3
Kloosterbalsem zal Uw pijn onmiddellijk
tot bedaren brengen, U snel behaaglijke
verlichting, kalmte en rust bezorgen.
Kloosterhalsem
verdrijft de pijn
Elcctrische boekhoudmachines bij hel Rijk
Op de begrooting van het departement
van Financiën voor 1925 is een post van
f25.000 uilgetrokken voor de aanschaffing
van elcctrische boekhoudmachines, welke
noodig zijn in verband met de voorgeno
men opheffing der betaalmeesterskantoren
waarvan de werkzaamheden met behulp
dezer machines, naar verwacht wordt, door
het thans beslaand personeel der afdeeling
Generate Thesaurie zulten worden verricht
R.-K. Slagersgezellenbond.
Tot geestelijk adviseur van den Ned.
R.-K. Slagersgezellenbond „St. Joris" is
benoemd de welcerw. kapelaan L. Brink te
Amsterdam.
Gemengde Serichïen
Een ontrouw curator.
Verduistering van ongeveer
f 100.0001
Men meldt uit Nijmegen aan de ..Tel.":
De vorig6 week liep hier ter stede een ge
rucht, dat de heer D. G. M., van beroep
rentmeester van het Kroondomein, die
sinds jaren alhier een kantoor heeft, voort
vluchtig was met medeneming van een
groote som geld. Men sprak van eenigo
tonnen.
Wij hebben daarvan geen melding ge
maakt, omdat bevestiging van het gerucht
niet te krijgen was en de heer M., die
veel op reis was, Maandag jl. als naar ger
woonte op zijn kantoor vva-s verschenen.
Hij had daar het werk geregeld en de ge
wone bezoeken ontvangen. Na afloop is hij
met zijn auto weder op reis gegaan.
Het kantoor was tot op heden openge
bleven en bet personeel had tot vanmid
dag alle loopende zaken afgedaan.
Intusschen is nu toch een bevel tot zijn
aanhouding door de justitie uitgevaardigd.
UIT DE RADIO-WERELD.
Wal er vanavond Ie hooren is
5.20 uur Brussel 265 M. Concert. "Wer
ken van Belgische componisten, i
6.35 EL (Eiffeltoren) 2600 M. Mo
derne Spaansche muziek. Wer-1
ken van Albeniz, Falla en Gra-i
nados.
8.20 2LO (Londen) 365 M Concertl.
8.20 5IT (Birmingham) 475 M.
concert on uitvoering van een
tooneelstuk.
8.20 M 5WA (Cardiff) 350 M. Twee
tooneelstukjes.
8.20 2ZY (Manchester) 375 M. Wag
ner-avond. Fragmenten uit
Tannhauser, Meistersinger en
Lohengrin.
8.20 5NO (Newcastle) 400 M. Zang
en cello.
8.35 5SC (Glasgow) 420 M. Concert
en voordracht.
8.35 Brussel 265 M. Nieuws en con
cert.
8.50 6BM (Bournemuoth) 385 M.
Opera-concert.
8.50 2BD (Aberdeen) 495 M, Con
cert en zang.
8.50 Berlijn 500 M. SkandinaafschiJ
avond, werken van Grieg, Sten-
hammer, Ibsen en Strindberg.
9.00 NSF (Hilversum) 1050 M.
Voordracht van prof. dr. Jac.
van Ginneken S.J. hoogleeraar
aan de Katholieke Universiteit
te Nijmegen.
9.20 SFR (Radio-Paris) 1780 M.
Opera-concert.
10.20 SFR Dansmuziek.
Wij vernamen dat de heer M. wordt ge-
.zocht, verdacht van verduistering in zijn
kwaliteit van curator van den heer J. J.
L. van Heunen. Deze laatste was indertijd
zeer gefortuneerd. Hij liet o.a. het zgn. kas
teel op de Mookerheide bouwen, dat eenige
jaren geleden werd verkocht. In 1917 werd
de heer L. onder curateele gesteld en de
bewuste rentmeester als zijn curator be-
noemd.
Deze moet het vermogen van den heer L.
slecht beheerd hebben, zoodat er laatste
lijk nog slechts f 100.000 onder zijn berus
ting was. z
Het bevel tot aanhouding van M. is uit
gevaardigd omdat men hem verdenkt van
verduistering van laatstgenoemd bedrag.
De rentmeester, die omstreeks 50 jaar
cud is, heeft zijn domicilie te Heemstede,
waar zijn vrouw en twee kinderen wonen.
Hij zelf was gewoonlijk op reis en vertoef
de alleen te dezer stede voor de behande
ling van zaken. Vandaar, dat men in zijn
verdwijning Maandag jl. zelfs in zijn naas»
te omgeving niets bijzonders heeft- gezien.
Verdronken,
Gisterenmiddag vermiste de heer A. G.
uit de Trompstraat te Loosduinen zijn 7-
jarig zoontje, dat bij hem in de pakloodtf
op het terrein van de Coöp. Groentenvei-
lirtg aan het spelen was. Toen het kind ook
niet thuis bleek te zijn is men in de ha
vens op de veiling gaan dreggen. Eerst des
avonds om Jl uur werd het lijkje van deiï
jongen opgehaald. Het kind schijnt spelen
derwijs Ie water geraakt te zijn en zonder
cm hulp te hebben kunnen roe.pen verdron
ken. anders had het ongeval op een zoo
druk veilingsterrein niet onopgemerkt kun
nen plaats hebben.
Doodelijk ongeluk.
Gisterenmorgen ongeveer half tien uur.
had in de Emmastraat te Arnhem een droe
vig ongeval plaats met doodelxjke.n afloop.
De schilder B. Kerner, die bezig was met
het afnemen van jalouzieën, viel plotseling
door het breken van zijn ladder van een
hoogte van 15 meter. De ongelukkige was
onmiddellijk dood. Hij laat een vrouw en
een 13-jarig dochtertje na.
Het auto-ongeval te Zwolle.
De 25-jarigo ongehuwde kleermaker B.
Kok, die, gelijk gemeld, gisterenmorgen te
Zwolle onder een auto geraakte en daarbij
ernstig werd gewond, is des middags aan
de gevolgen overleden.
Een portefeuille met f 122.000 gevonden.
Men meldt aan de "s-Hert. Crt." uit- Wy-
chen:
Dinsdag 16 September passeerde een mo
torrijder de Graafsche baan. komende van
FEUILLETON
DE NIEUWE DOKTER
Naar.het Fransch van
JULES PRAVIEUX.
(Eenige geautoriseerde vertaling.)
U)
Wat dit materiaal betreft, spreken die
Romans slechts over liefde? Liefde. Wiat
drommels, inoet ik daarmee aanvangen?
Mejuffrouw Francois© heeft een groo
ten invloed op baar vader, dat weet ik.
En wat een-vrouw wil.Als zij dokter
Bravières wil huwen, dan zal zij hem hu-
Wen. Een vereischte -is het nu, dat zij wil
«n opdat zij wille is het noodzakelijk, dat
zij heminne
Ik verlang niets liever, dan dat de
jonge Bravières en de jonge FranQoise
elkander lief hebben, maar opdat iets
plaats vinde, is het niet voldoende, dat
*nen er naar verlangt.
Er heerschte een oogenblik stilte en
»eiden zochten, in gedachten verzonken,
®on oplossing.
Plotseling riep de eerwaarde heer Mo-
Kié uit: Als u mevrouw Poucet eens gingt
Opzoeken, om het welslagen van uw plan
te bevorderen. Ge weet dat zo reeds heel
Wat huwelijken heeft tot stand, gebracht.
J Is haar lust en. haar leven,
r Mevrouw Poncet, was 't antwoord,
terwijl hij zijne lip optrok, is een. zeer
£oed menseh, een brave vrouw huiten kijf,
®aar zij is zeer zonderling. Aan gevoels-
^aken ruimt zij hare achting een te groo-
3 plaats m. Philosophisch is zij een ab-
onnaal geval. Maar dezen namiddag nog
zal ik madame Poncet gaan opzoeken.
Het moet innmers
Madame Poncet was een weduwe van
minstens vijftig jaar, die in het gehucht,
op drie kilometers van Brenay verwij
derd, een soort kasteeltje bewoonde van
een vreemden en wonderlijken bouwtrant,
dat zij de villa der Heide had gedoopt.
Zonder kinderen, zonder eenigo andere
bloedverwanten dan verwijderde neven,
was zij na den dood van haar man zich
daar komen vestigen op een bezitting, die
zij van haar familie had geërfd; hier had
zij een villa laten houwen naar het mo
del, dat zij in een roman beschreven had
gezien.
Zij, die haar (en tijde van hare jeugd
hadden gekend, waren eenparig in hare
verklaringen, dat madame Poncet mooi
was geweest, maar hare schoonheid had
van haren glans reeds veel ingeboet en zou
sedert gcruimen tijd geen spoor meer heb
ben achtergelaten, indien madame Poncet
door de kunstmiddeltjes der kappers ze
niet op den rand van den. afgrond had
vastgehouden. In de verbeelding der in
woners beschikte zij over een fortuin van
ettelijke millioenen; dit was echter over
dreven. Mevrouw Poncet mocht zich in
het bezit verheugen eener rento van der
tigduizend frank, die zij besteedde aan
een verblijf te Nizza gedurende den win
ter en te Parijs gedurende do lente. Voor
Brenay-sur-Andarge was zij de toonaan-
geefster der mode. De dames van de stad
wachtten elk nieuw seizoen, tot mevrouw
hare toiletten had gedragen om de kleuren
te kennen, die in de mode waren en te
welen wat er gedragen werd. Dan deden
zij hare bestellingen aan dc groote maga
zijnen van Parijs. De kasteelvrouwe van
de Heidevilla vervulde zoodoende voor de
dames de rol van een levende illustratie
der onbezielde modebladen, die zij uit Pa
rijs ontvingen en met de meeste nauwge
zetheid bestudeerden.
Door madame Poncet als een zonderlin
ge te bestempelen, liet pastoor Tliarot
haar volkomen recht wedervaren; inder
daad zij geleek niet op iedereen. Droome-
rig, sentimenteel en romantisch aange
legd, behield zij onder de valsche vlech
ten, dio haar reeds grijzende haren bedek
ten, een wonderlijke jeugd des gemoeds en
een frischheid van verbeelding, die pas
ontloken scheen. Men vertelde dat haar
huwelijk gelukkig was geweest. Om de
waarheid te zeggen, waren dan ook vele
cn groote ontgoochelingen haar deel ge
worden. Toen de boeren van do streek
den dood vernamen van mijn/lieer Poncet,
riepen zij uit: „Wolk een verlossing voor
zijn vrouw. Zoo'n echtgenoot te hebben
gehad. Zij zal geen anderen op de markt
gaan zoeken". En waarlijk, mevrouw Pon
eet ging niet op zoek naar een nieuwen
man en zij deed wel: haar geluksideaal
was geen marktartikel. Zij wees alle hu
welijksaanzoeken, die haar werden ge
daan, van de hand.
De ontgoocheling bij mevrouw Poncet
draaide niet uit op verbittering. Om zich
(e (roosten, begon zij mede te vverken aan
liet geluk van dcti evennaaste. Onvermoeid
ijverde zij om jonge menschen tot een
huwelijk te brongen. Wanneer het haar
ter ooi'9 kwam, dat een jonge man en een
jong meisje elkander behaagden en een
goed paar zouden kunnen vormen, dan
liet zij hare villa in den steek en kende
geen rust, voordat zij hen voor den amb
tenaar van den burgerlijken stand en
voor den pastoor had gebracht. De fami
lies, die een schoonzoon of een schoon
dochter zochten, de moeders die wilden,
dat hun zonen een levensstaat kozen,
wendden zich tot mevrouw Poncet als tot
een beschermgodin van den huiselijkcn
haard, en steeds snelde zij haar ter hulp.
Men zou kunnen meenen, dat door die
manier huwelijken tot stand te brengen,
mevrouw Poncet zich op die wijzo op
haren evennaaste trachtte te wreken voor
hare tegenslagen. Niets was minder waar.
Zelfzucht was niet in haar ziel doorge
drongen; hare groote levensvreugde was,
zich ervan bewust te zijn, dat bijna alle
huwelijken, waaraan zij don eersten stoot
had gegeven of waaraan 'zij had medege
werkt, goed gingen; hot zou haar hart
Izecr hebben bezorgd te vernemen, dat
het anders was. Aan hare klanten wensch-
te zij met de meeste oprechtheid van hare
ziel toe, dat dc zon van hun huwelijks
geluk eeuwig bleef schijnen aan een
eeuwig blauwen hemel.
Op den weg naar bet gehucht, midden
door do bosschen, las de eerwaarde heer
Tharot zijn brevier. Onophoudelijke ver
strooiingen, waaraan zijn wil part nog
deel had, kwamen hem overvallen gedu
rende de vespers. „Ik ga nu een stap doen,
dacht hij, die mij volstrekt niet aanslaat
en ik wilde, (tel ik Sf ïceós van af was.
Ik weet niet precies hoe mevrouw Poncet
tmij zal ontvangen; ik leef immers met
haar op gespannen voet. Doch waarom
ook gaat zij hardnekkig voort, in mijne
parochie romans te laten rondslingeren,
die zij aan iedereen uitleent, romaus,
waaraan een min of meer verdacht tintje
is. Ik heb haar verzocht er mee op te
houden en daar zij er zich niets van aan
trok, heb ik niet gewild, dat zij dit jaar
deel zou uilmaken van het damescomité,
belast met het inzamelen van den Sint
Pieterspenning. De ontvangst zal koel zijn.
De pastoor ging voort met zijn god
vruchtige lezing, terwijl hij iu zijn geest
den Ein van den tekst trachtte vast te
houden, doch zijn aandacht, doorgaans zoo
goed geoefend, ontsnapte hem geregeld.
„Ja, zei hij bij zichzclven, zij zal kwaad
zijn, dat is iets, wat zeker is, maar in
tusschen zal ik haar spreken over een hu
welijk, dat moet gesloteu worden. Ik ken
haar, zij zal er zich opwerpen, als mijn
kippen op de maïskorrels".
Op do villa aangekomen, deed pastoor
Tliarot zich aandienen en bijna onmiddel
lijk verscheen mevrouw Poucet in de zaal.
Van stonde af aan kreeg hij de vaste
overtuiging, dat zij de kleine kastciding
vergeten was, die haar pastoor gemeend
had 'haar tc moeten toedienen. Mevrouw
Poncet ontving den pastoor met eerbied.
Zonder eenige inleiding ontvouwde hij het
doel van zijn bezoek. „Om redenen, die hij
meende tc moeten verzwijgen, achtte hij
het wenschelijk, dat de nieuwe geneesheer,
dokter Bravières, mejuffrouw Ghantcau
huwde; daarom kwam hij mevrouw Poncet
opzoeken, wier toewijding om dergelijke,
kiesche onderhandelingen tot een goed
einde to brengen hij kende, omdat zij hom
zou bijstaan om dit plan naar wensch te
doen slagen". Terwijl hij sprak, over-
toog een glans van voldoening de trekken
van mevrouw Poncet.
(Wordt vervolgd).