Tweeds Blad
Zaterdag 12 Juli 1924
De Nederlandsche
Staatsinrichting,
Bisitenl. Weekoverzicht.
HET STERVENDE LAND.
DE CAND10AATSTELUNG.
Op den vastges telden dag. Koste
loos verkrijgbaar. Waarom juist
20 hokjes. Geen zorg! Mis
geraden. Om welke reden ook
do gemeente moet vermeld wor
den. In optocht. Makkelijk
een verzuim. Wat nu? De
oordeelvelling Zonder vorm
van proces. De eindbeslissing.
Wanneer volgens ons nieuw algemeen
Kiesreglement de voorbereidende werk
zaamheden zijn verricht, en de candidaten,
tra^van een aantal als R.-K. Kamerleden
zal optreden, definitief zijn aangewezen,
moeten op den daartoe vastgestelden dag
d6r officieele candidaatstelling gewoon
lijk den voorlaatsten Dinsdag der maand
j£ei hij den voorzitter van liet hoofd-
alemhureau de lijsten worden ingediend.
Dezo min of meer koude plechtigheid
geschiedt ter secretarie der gemeente, waar
het hoofdstembureau gevestigd is, dus
bijvoorbeeld te Maastricht, te Leiden, te
Utrecht. De indiener behoeft echter niet al
te vroeg op stap, wat met den zomertijd
een buitenkansje is; weliswaar kan hij met
zijn bagage 's morgens om 9 uur al terecht,
maar als hij 's middags om 4 uur zijn taak
volbracht heeft, dan is hij ruimschoots op
tijd. Nu moet hij maar juist dien dag der
candidaatstelling weten, zoo zal men op
merken. Terzijde gelaten de gewichtige
quaestie, of dat nu eigenlijk niet meer is
dan zijn plicht, wordt hij als trouwens
ieder burger ten overvloede aan dién dag
herinnerd. Minstens drie dagen te voren
immers brengt in elke gemeente van ons
le burgemeester het belangrijk feit
(er openbare kennis.
Maar, kan elk persoon zoo'n lijst indie-
jn, mag hij er candidaten op plaatsen,
die en zooveel als hij verkiest, moet hij
rich houden aan een bepaald formulier of
hoeft hij slechts op een onverschillig stuk
papier wat namen to krabbelen? Die vra-
gen stellen is ze beantwoorden. Want voor
eerst. is natuurlijk wel degelijk een be
paald formulier vastgesteld; exemplaren
oran-worden gedurende drie weken vóór
en op den dag der candidaatstelling koste
loos verkrijgbaar gesteld.
Op zoo'n formulier riet men vooreerst
een twintigtal hokjes staan voor do namen
der candidaten op deze wijze:
,M.,r Voorletters of w
I,AAM Voornamen Woonplaats
8 enz. tot 20j
Waarom er juist 20 hokjes gezet worden
in niet meer of minder, spreekt van zelf.
Op een on dezelfde lijst mogen immers
hoogstens 20 namen voorkomen. De namen
ilf kunnen en mogen kris, kras door
alkaar gezet worden, zooals de onder-
leekenaars zelf verlangen. Men behoeft
ïich niet te storpn aan alphabet, waardig
heid of geslacht.
Met deze onaantastbare vrijheid der
onderteekenaars kan wellicht een of an-
candidaat zich heelemaal niet ver
enigen. Hij kan misschien zich geenszins
levreden stellen met het nummer, waarop
hij geplaatst werd, ja zelfs mogelijk met
do candidaatstelling zelf geen genoegen
nemen. Geen zorg. Want met de lijst moet
zijn (volgens bepaald formulier)
ichriftelijke of als hij zich toevallig op
?en vóór-zomerreis je huiten het Rijk be
vindt. telegrafische verklaring óverlegd
worden, dat hij, de candidaat, in zijn can
didaatstelling op de bepaalde lijst bewil
ligt. De lijst zelf moet verder volgens dit
onderteekend worden:
Hnndleekeningen
der Kiezera
Gemeente
op welker kiezerslijst
zij voorkomen
3 tot minstens 40
Kijk, concludeert wellicht iemand, de
lijst moet dus door 40 man of vrouw on
derteekend worden. Misgeraden, want 25
ondertoekeningen zijn al voldoende. Maar
dan moeten die ook zijn van lieusche,
echte kiezers, die in den kieskring voor
de Tweede Kamer kiesbevoegd zijn. Daar
echter een vergissing gauw gebeurd en
mogelijk een of andere onderteekenaar niet
gerechtigd was zijn naam te zetten, mag
men voor de zekerheid! meer menschen
laten onderteekenen: om daartoe gelegen
heid te geven worden alvast wat meer hok
jes gezet, dan strikt noodzakelijk zijn.
Als maatstaf, als kenteo'c.en, al3 eenigst
doorslaand bewijs voor kiesbevoegdheid
geldt ten slotte, zooals we weten, het ge
plaatst zijn op de kiezerslijst. OnY .deze
reden moet do onderteekenaar achter zijn
naam ook do gemeente vermelden, waar
hij als kiezer genoteerd slaat.
Is deze gemeente toevallig do stad, waar
het hoofdstemburcau gevestigd is, dan is
hij 'van allo verdere formaliteiten vrij.
Want de Burgemeester, die immers voor
zitter is van het hoofdstembureau, kan
^ich gemakkelijk even van de waarheid
overtuigen. Wat anders is het, als do
ondergeteekende man of vtouw elder3 ge
boekt is. In dat geval moet n.l. bij de
inleveinng der lijst ook nog een verklaring
van den betrokken burgemeester gevoegd
worden, dat de onderteekenaar(ares) niet
gejokt heeft doch werkelijk in zijn ge
meente op de kiezerslijst staat.
Wanneer alle paperassen in orde rijn,
begeeft tenminste één der onderteekenaars,
welbewust van het groot gewicht zijner
4aak. zich op den bepaalden tijd naar het
hoofdstembureau, om de lijst in te dienen.
Desgewenscht kunnen de candidaten in
optocht meetrekken. Met een min of' meer
vriendelijk gezicht aanvaardt de voorzitter
het document, doet het onverwijld op do
secretarie neerleggen en geeft den indiener
een ontvangstbewijs. Deze verdwijnt van
het tooneel.
Niettegenstaande de grootste nauwkeu
righeid kan toch zelfs op een met' do
grootste zorg samengestelde lijst makkelijk
een verzuim voorkomen. Een ongeluk ligt
in een klein hoekje. Verschillende dier
ongelukken echter kunnen nog goed afloo-
pen.~ Want als het hoofdstembureau bij
zijn onderzoektot bevinding komt, dat
een lijst niet door 25 geschikt© personen
was onderteekend, de candidaten hiet be
hoorlijk er op staan, een of andere ver-
eisckto verklaring van candidaat of burge
meester .ontbreekt, dan geeft het van die
misslagen dadelijk kennis aan den indie
ner, die binnen drie dagen zijn verzuim
kan herstellen.
Deze goede man, dio misschien in volle
gerustheid dacht rijn zaakje er heel knap
afgebracht te hebben, kan intusschen
spoorloos verdwenen zijn; hij is misschien
een tochtje langs den Rijn gaan maken of
heeft wat hij des levens broosheid mo
gelijk is de groote reis naar de eeuwig
heid aanvaard. Wat nu? Voor het herstel
der verzuimen is zijn vertrek geen onover
komelijk bezwaar. Want bij verhindering
of ontstentenis des indieners kan een der
overige onderteekenaars in de volgorde,
waarin rij de lijst hebben onderteekend,
zijn plaats innemen.
Wanneer de indiener of zijn plaatsver
vanger in staat gesteld rijn de gemaakte
fouten te verbeteren of zo het doen
willen, moeten ze zelf weten gaat het
hoofdstemliureaü uiterlijk op den achtsten
dag na de inlevering rijn vonnis uitspreken
zoowel over de lijsten zelf, als ook over
dé candidaten, die zich er heel vreedzaam
op bevinden. De zitting, waarin, deze
oordeelvelling- geschiedt, is openbaar en
wordt met dag en uur^n een nieuwsblad
aangekondigd.
Ongeldig worden verklaard de lijsten,
die niet op tijd of volgens het bepaald for
mulier rijn ingeleverd of niet door het ver-
eischt aantal geschikte kiezers zijn onder
teekend. Welke alleen zulké gteschiktfei
kiezers rijn, hebben wij reeds vermeld.
Tot de ongeschikte worden bovendien rij
gerekend, die de arrogantie hebben begaan
om meer dan Üfén Kjst te onderteekenen.
Op hét officieele stembiljet komen even
min die lijsten, waarop alle candidaten
worden geschrapt, om de eenvoudige reden
dat er geen geldige slem op zoo'n blanco-
lijst kan worden uitgebracht. Die schrap
ping is behoeven wij het nog te zoggen?
niet willekeurig, maar geschiedt een
voudig om nalatigheid aan de wettelijko
voorschriften. Wanneer b.v. de candidaat
niet netjes en behoorlijk met naam, toe
naam en woonplaats in zijn hokje schit
tert, als zijn bewilliging ontbreekt, als hij
no. 21 of lager staat, of de stoutheid heeft
begaan rich in denzelfden kieskring op
nog een andere lijst of zelfs lijsten te laten
zetten, dan wordt hij zonder vorm van
proces, zonder pardon „afgevoerd". Djt
„zonder vorm van proces" he teekent ech
ter niet, dat men hot met de schrapperij
of ook ongeldigheidsverklaring eens moet
zijn. Elke kiezer kan in beroep gaan hij
Gedeputeerde Staten, die de eindbeslissing
geven.
FR. CÜNIBERTUS SLOOTS,
Weert. O. F. M.
Het is nu de lijd van de eindexamens
en van de vacanties, do tijd om te genieten
van het verrukkelijke zomerweer. Er is
een gouden gloed van zon; er is een
windje, dat de heerlijke geuren aanwaait
van builenRuiten, waar de hoornen en
de hosschen zijn, waar de velden liggen en
de groene weiden, waar het water blinkt
en schittert en de duinen golven.
Daar op een duin zitten, geloof ik, Mac
Donald cn Herriot en dé laatste wipt' den
Engelschman een beentje "en laat hem van
de glooiing naar heneden rollen. Maar dat
zal wel niet zoo. zijn. Ik denk, dat ik het
zelf hen; maar misschien zijn het mijn
gedachten, die hui ten ver weg - rond
dolen en ergens wegrollen, de hemel mag
weten waar naar toe.
Het is zulk goddelijk wer: de zon speelt,
de wind stoeit, alles is zoo mooi... Maar
daar is Mac Donald weer.
Hij zit in Parijs nu, en is verkouden.
Zijn dierbare collega Herriot heeft zoo
juist oen glas water met Emser-zout naast
hemmeergezet.
Ze praten. 1 i
Groote genade, wat kunnen die mjenr
schen praten, zwamneuzen die ze rijn.
„Mon cher Mac Donalde ,hoe kom je er
toch in vredesnaam bij om de eminente
mannen van do Commissie van Herstel te
willen vervangen door andere obscure lui?
Mon dieu, en dan nog te praten van dat
internationale hof van Justitie daar er
gens in het Noorden, in de huurt van de
Noordpool?"
„Tlie Hague" kucht Mac Donald.
„Eek? Aak? La Haye' Juist daar Is
het. Hoe kom je op het idee?"
„Meening van de Bruche, uche,
Britsche regeering, my dear".
„Jongen, wat hebben ze te keer gegaan,
Poincaré en de rest. Ik heb water en bloed
gezweten. Ik transpireer nog; jammer dat
je als minister-president je jasje niet kunt
uittrekken. Maar a propos, ze hebben ge
zegd, dat ik mij daar hij jou op dat aller
aardigste buitentje in de luren heb laten
„In de 1Shocking 1"
„AbominableMaar wij moeten dat ver
anderen. Nog een hoestpastille?
Wij moesten gauw een gemeenschappe
lijke verklaring schrijven. Neen, vermoei
je maar niet, ik zal wel schrijven. De
Commissie van Herstel blijft ritten waar
ze zit".
„O Yesl Maar de Britsche regeering ïs
van meening, dat een andere organisa
tie
„Die doen we d'r bij. Maar krijgt niets
te zeggen",
„Tja, maarals die Amerikanen dan
maar willen schokken?"
„Ja, die Amerikanen, daar heb ik niet
aan gedacht".
„Stop er één in de Commissie van
Herstel. Daar is nog een stoel leeg".
„Maar als-t-ie- z'n mond opendoet"
„Dan duwen ze er een' stuk kauwgom
in l"
De pers komt binnen. Nare kerels die
pers-muskieten.
Mac Donald begint:
„Mijne heeren. Wlij staan aan het be
gin van een volledige suLsïantieele over
eenstemming. (Hij roert in rijn glaasje
met Emser-zout en besluit om van de
Roer maar niets te zeggen). Maar alles
gaat niet opeens, ik kan niet tooveren.
pardon, wij kunnen niet tooveren. (Aan
doenlijke te.ekenen van overeenstemming
tusschen de beide premiers).
Verder staat alles op dat papiertje, dat
wij samen" (slokje Emser-zout-water)
Herriot: „Maar d'r staat niet alles op.
Er kunnen nog problemen aan worden
toegevoegd".
Mac Donald: „Vervolgens moet ik u er
vooral op wijzen, dat er.(hij slurpt
hét laatste droppeltje uit z'n glas) niet
meer uitgehaald, moet worden als er in zit
In die gemeenschappelijke verklaring, be
doel ik". i
Da pers af. r,
„Nou en.wel bedankt, m'sieur Mac.
Donalde. Nu zullen ze heusch niet meer
zeggen, dat ik me door jou in de luren heb
laten leggen' Als ik je nog eeris noodig
heb, zal ik je wel roepen, hoor".
Mac Donald af, kuchend en niet al te
frisch in het hoofd, met een vaag voorge
voel, dat hij strak3 in Engeland niet zeer
enthousiast zal worden ontvangen.
Het misverstand. Maar de
zaak is eigenlijk veel te ernstig en te be
langrijk zelfs bij het mooiste zomer
weertje om erover te ginnegappen.
Voor degenen, die liet naadje van de kous
willen .weten, het volgende:
Herriot keerde van do Chequers terug
en sprak van volledige overeenstemming.
Kort daarop schrijft de Britsche regee
ring een uitnóodiging voor de Londen-
sche conferentie aan alle geallieerden, be
halve aan Frankrijk dat was niet noo
dig, waht die conferentie was immers de
vrucht van de besprekingen op de Che
quers. Die uitnoodiging ging vergezeld
van een program, waarin eenigo opzien
barende dingen voorkwamen, waarover
wij verleden week reeds hebben gespro
ken en waarvan de voornaamste was, dat
voortaan niet de Commissie van Herstel
(die overwegend Fransch is) een in ge
breke blijven van Duitschland wat betreft
de nakoming van het Dawes-plan zou
constateeren, maar een nieuwe (niet over
wegend Fransche) organisatie, terwijl bij
oneenigheid de zaak zou worden voorge
legd aan het Haagsche Hof van Interna
tionale Justitie. En aan het slot van dit
document stond: „De Britsche regeering
heeft de eer met het bovengenoemd doel
(n.l. over deze voorstellen, te discussi
eeren) de geallieerde regeeringen, uit te
nooddgen een conferentie te Londen op 16
Juli bij te wonen".
"Wat lag meer voor de hand, dan dat
Frankrijk en Engeland het reeds daarover
waren eens geworden. Hetgeen een groote
concessie zou beteekend hebben van de
kant van Frankrijk. Al spoedig bleek even
wel, dat Herriot het volstrekt niet eens
was met dat program en uit de verwarde
^verklaringen" was wel zooveel op te ma
ken, dat er ergens een stommiteit was ge
pleegd. Herriot, wien men verweet, dat
Jiij zich op de Chequers door Mac Donald
dn de luren had laten leggen, kwam ge
ducht in de knel, zóó zelfs dat men dacht,
dat hij wel eens ten val zou kunnen wor
den gebracht nog vóór den 16on Juli.
Mqc Donald kwam (oen lïaastig naar Pa
rijs, niettegenstaande hij nog niet her
steld was van een aanval van bronchitis
en zijn verlangen om de pas herstelde sa
menwerking te behouden was zoo groot,
da't hij het heele Britsche plan liet varen
en nagenoeg op alle punten' het Fransche
standpunt aanvaardde.
De Commissie van Herstel behoudt haar
bevoegdheid, om in geval van een moed
willig en flagrant in gebreke blijven van
Duitschland, dit te constateeren. Zij zal
ook vaststellen wanneer de Roerbezelting
zal worden opgeheven. Wat dus wil zeg
gen, dat de Franschen met de hulp van
de Belgen, door middel van de Commis
sie kunnen dóen wat rij willen, hun zin
kunnen doordrijven.
De eenige concessie, die gemaakt is van.
Fransche zijde, os de aanbieding, dat de
Amerikaansche commissaris-generaal voor
de betalingen 1 waarvan het rapport der
deskundigen spreekt aan de commis
sie zal worden toegevoegd.
Jammer genoeg blijkt uit een telegram
van Washington, dat Amerika déze ópïoiSM
sing denkelijk niet kan goedkeuren. Z(j
willen er nog eens over denken, maai.
trekken een zuur gezicht. Dat wordt een
mooie boel.
Over de Roerkwestie wordt niet gespro
ken, daarover bestaat dus waarschijnlijk'
zelfs nog geen „begin van overeenstem-*
ming", ofschoon er van Duitsche rijd*
herhaaldelijk op wordt gewézen!, dat'
Duitschland met het deskundigen-rapport
alleen wil meewerken als de Roer ont
ruimd wordt.
De Amerikanen willen hun geld ook
niet geven als het rapport niet in z'n ge
heel wordt aanvaard, als derhalve do eco
nomische oenheid van Duitschland niet'
wordt hersteld. Bovendien wenschen zij
garanties, dat het geleende geld niet ver
loren zal gaan door een militaire of poli
tieke actie van eenige geallieerdo regee
ring, door een herhaling van hét Roer-
avontuur. Als Frankrijk ln de C. v. H.
z'n zin kan doordrijven is inderdaad zulk
een garantie nog niet gevonden. Dat Poln-«
caré zulk een uitbundige hulde aan Her
riot brengt is een veeg teeken.
Duitschland is zeer teleurgesteld en wil
met alle geweld op de conferentie verte
genwoordigd zijn, daar het niet wenscht,
dat hem de voorwaarden en de verplich
tingen van het deskundigen-plan zullen;
worden gedicteerd.
Met andere woorden: wat er van da?
deskundigen plan moet terechtkomen, Is
een raadsel.
Men kan zich echter troosten met de ge-*
dachto, dat het er in allo romans zoo
naar toe gaat. Nooit zijn éfe gelieven zoo
ver van elkaar verwijderd als tegen het
einden toch krijgen m mekaar op de
laatste pagina. Het is te hopen, dat do
a.s. Londensche conferentie zoo'n laatste'
pagina zal zijn en' tevens het begin van
een nieuw boek, het boek van den werke-
lijken vrede.
Opstanden. Helaas, men spreekt
van vrede, "vrede en er is geen vrede. In
Marokko b.v. gaat het er heet naar too.
-Het is er heet; uit Algiers werd dezer da-
gén een' temperatuur van 149 graden Fah
renheit gemeld en het zal in Marokko, dat
er betrekkelijk niet ver vanaf ligt, wel
niet veel minder heet zijn. Bovendien;
wordt er heet gevochten. Gelukkig vliegen
er ijsvliegtuigen boven de belegerde blok
huizen, die stukken ijs naar beneden la
ten vallen, juist in de glazen Ranja of
kwast met spuitwater, 'n Ideale drank,
kwast met- spuitwater
Maar, ik had het over Marokko en wil
de maar zeggen,dat de Spanjaarden er nog
een harde dobber hebben, terwijl de her
haalde nederlagen er niet toe bijdragen
om het pi^estige van de militaire regeering
in Madrid te verlioogen. De militaire re-
gecring, die nota bene de burgerlijke re
geering heeft omver geworpen wegens de
nederlagen in Marokko.
Ook in Brazilië is een opstand uitge
broken. In Sao Paolo was een stelletje on
tevredenen, die op een goeden dag besloot
zelf te gaan regeeren. Troepen werden ge
zonden, 400 man omver geknald en do rust1
was weer hersteld, aldus berichtte de Bra-
ziliaansche regeering.
Maar andere berichten zeggen, da?
Sao Paolo nog in handen der rebellen is.
Nu beginnen er weer 'n paar in Santa'
Cruz in Bolivia; ook in Albanië is het on-*
rustig. En dat alles bij bet mooie weer;
het is onbegrijpelijk.
M o s k o u. De naam van deze stad
geeft mij altijd een gevoel van frischheid',
misschien om de laatste lettergreep van
dien naam, misschien omdat het er in cLen!
winter ook werkelijk frisch is. Dat neemt
evenwel niet weg, dat het er nu toch heel
broeierig sdhijnt te zijn. Terwijl de Bolsje
wieken aan alle kanten om erkenning zeu
ren en om kapitaal om het kapitalisme te'
bestrijden het eerste krijgen ze wel
maar met het tweede lukt het met* erg J
zijn do Moskousch9 heeren klaarblijkelijk!
aan 't zoeken, boe ze bet best de regeerin-
gen, die hen erkend liebbeni, omver zullen'
werpen. Op het oogenblik schijnen ze be-
zig hun actie te concentreeren op den Bal-*
kan en wel bijzondeT in Bulgarije.
De bedoeling van Moskou zou rijn ge
bruik te makeu van de in do verschillende
S'güiLLETQü
Je bent nog altijd' even lief, ant
woordde bij. Om je te- zien, wil ik kilome
tre afleggen. Moeder Nesmy wilde niet
ht ik tot bier kwam om wille van de
reiskosten, doch ik heb haar gezegd: „Ik
cot nog liever niet". En dat is waar Rou-
tille
Zij kon zich niet inhouden van hot
lachen
-' Je kon steeds goed praten, Jean Nes-
foy. ik bespeur geen verandering bij je.
Er zijn er goenzei hij, terwijl hij
*ijn hagelwitte tanden liet zien.
En onmiddellijk vergat zij hare onge
rustheid, Het scheen aan beiden dat rij
elkaar niet verlaten hadden, zoo gemakke-
'jk rolde do woorden over bun lippen. De
kaars beefde onder bun woorden,
p Zeg eens, RousiUe, hoe staan onize
zaken.^Ben je gelukkig?
Niet al te zeer. Wij hebben op Fro-
roentière niet veel geluk. We hebben bier
«eden verkoopdag gehad, 't Is spijtig
Toor onze meesters!
Onze edelen in de Bocage zouden dat
wiet toegelaten hebbenI zei de jongen, de
lü flrat oplichtend.
Overigens, hei-nam RousiUe, sedert
-taiiQoLs vertrokken is, is hier niets meer
(Ion haak. Driot is ontroostbaar ove!r
z'jn héengaan.
Nu nog?
-Ja, au nog! Men meende dat hij op-
«eruin^ was bij rijn terugkomst. Welnü,
dezen avond weende hij. Wat heeft hij ge
daan. Is bet uit angst dat onze pachthof
ook verkocht wordt? Was het iets anders?
Uit hem kon men niet wijs worden.
Misschien heeft hij oog op een meisje
van hieT?
Ik zou het willen, Jean, voor hem en
voor ons, want zijn huwelijk zal het onze
bespoedigen. Al onze hoop ligt in mijn
broeder André, want als hij niet trouwt,
dan zijn wij grijs alvorens ons op het al
taar te kunnen vereenigen. Vader zal mij
niet laten vertrekken zoolang er geen an
dere huishoudster dn de familie is. En
hier te komen wonen met Mathurin
Hij veracht ons beiden te erg. Wij zouden
steeds ruziën op Fromentière. Nooit zal
vader toestemmen' om met Mathurin op de
hoeve te blijven
Spreekt hij ooit over mij, als hij
werkt? vroeg Jean
Ik ga nooit 't veld in, antwoordde
Rousille, maar op zekeren avond heb ik
hem tót mijn rieken broeder hooren zeg
gen: „Val den jongen uit Bocage niet
aan. Ik heb hem wel mijn dochter gewei
gerd en ik heb goed gedaan, doch hij
werkte dapper, hij had liefde voor onzen
bodem"
Achter het tralietje kleurde van fierheid
het gelaat van den ouden knecht.
Dat is waar, dat ik den akker hier
lief had, om u Rousille. Dus, wil André
niét trouwen?
Dat 'zeg ik niet. Hij is nog 'altoos be
droefd. Dooh 'de 'tijd zal hem wel genezen'.
Wii zullen André voor ons hebben. Den
dag vaq. uwen brief heeft hij mij met veel
liefde gesproken. Hij heeft mij beloofd mij
te helpen, doch zei niet hoe.
Is het voor binnenkort?
Ik denk van ja, Rousille, want hij
sprak die belofte heel heslist en kranig uit
en scheen zeker van rijn stuk.
Nu sprak zo opeens stiller.
Hebt gij iets gehoord? vroeg rij.
Neen, niets.
In het bakhuis verroerde zich iets.
Zie mij aan, RousiHe, daar is niets,
dat verroert, antwoordde de jongen.
Weder draaide rij l^r gezicht naar
hem toe, lachend zei rij:
Men riet wel da/t .gij nóóit schrik
hebt. Waar waart gij zooeven verborgen*
alvorens ik het blind opendeed?
Tusschen bet stroo. De wind waaide
eitg koud, die mijn ledematen verstijfd
heeft en wijl ik niemand zag, heb ik een
beetje geslapen.
1=1 Ja? En wie heeft je gewekt?
Turk, toen hij uw knecht begeleidde.
Hoe, de knecht? zei Rousille verwon
derd. Ik heb den hond hooren blaffen;
doch ik dacht dat hij een arbeider aanviel
of dat hij je herkend had.
?=-* Je weet goed, Rousille, dat hij nooit
tegen mij blaft, sedert wij samen op jacht
zijn gegaan. Neen, ik ben zeker, dal de
knecht uitgegaan isHet slot is terug
gevallen Ik heb drie, vier passen aan
den anderen kant van het huis gehoord en
hét gerucht van een geworpen steen. Dat
was de lmecht, zeg ik je, of je broeder. Ik
ben er zeker van dat een man van Fromen
tière uit is gegaan.
Zij verbleekte een weinig en richtte
zich' dan op.
Maar neen, zeide zij. André gaat niet
ap de lier als gij komt! André gaat ook
niet n'aar Challans, gelijk FrancoisIs
misschien Mathurin niet uitgegaan om ons
te bespieden?Pas op, Jean Nesmy,
wees voorzichtig. Hoor, luister'-...
Zij nam de kaars en lichtte nu even in
bet vertrek. De vlam wierp -een roóden
schijn op de meubels.
Het is waar dat er rich iets in het
bakhuis verroert.
Stil werd de deur geopend, die grijnsde
in haar hengsels.
Rousille werd doodsbleek. Doch rij had
een moedig hart en dragende de kaars in
haar hand, ging zij heel stil tot bij de
deur, ontgrendelde deze en opende ze
plotseling.
't Was Turk, die rond haar kwispelde.
Een felle tocht blies geweldig van den
anderen kant.
-- Is dan de deur van buiten niet geslo-
ten? I
Het jonge meisje keek in de richting van
hét venster en zag het gezicht van Jean
Nesmy. Dan ging zij naar het bakhuis,
waar alles op z'n ouds stond. Dooh de
deur, dié .toegang tot de laatste kamer gaf,
deze van André, stond open.
De wind blies bijna de kaars uit, die rij
met haar geplooide hand beschutte.
De wind kwam over het erf.
Ja, André was uitgegaanZij liep
naar rijn bed, dat nog netjes opgemaakt
was
Een twijfel kwam op, dien rij snel ver
joeg.
Zij dacht aan Fran<jois. De tranen van
André, het waken, rijn ontroering
„Ach mijn Gód!" fluisterde zij. Snel boog
zij zich, lichtte onder het bed om te zien
naar rijn schoenen en zijn reislaarzen;
alles was verdwenen.
Zij opende de kleerkast; zij was*ledig.
Zij kwam terug in 't bakhuis, klom den;
zolder op om zijn zwarten reiskoffer té
zien, dien 'hij uit Afrika meegebracht had.
Ook die was weg. Alle bewijzen waren er.
Het ongeluk was zeker.
Dan gausch uit het veld geslagen, kwon£
zij geheel van streek naar beneden; zij
kon haar geheim niet langer bewaren en
schreeuwde:
1 Vader I
Een stem antwoordde dof:
1 Wat os er?
Driot is niet meer hier! Zij liep al
schreeuwende: Driot is weg.
Zij ging door de kamer en riep vlug door
het tralied venstertje, naar een schim, die
zij meende te zien:
Vaarwel, Jean Nesmy! zei zij, zon
der te blijven staan. Kom nooit wederl
Wij zijn verloren! I
Zij verdween en ging door de keuken-'
kamer tot in de groote keuken, waar dé
vader sliep.
Deze was uit het bed gesprongen, kwam
blootsvoets in zijn broek aan. Uit zijn!
eersten diep slaap gewekt, had hij haat
nog niet goed begrepen en kwam haar te
gemoét. li
Waarom schreeuwde jij zoo? vroeg
hij. Ver kan ^ij niet zijn.