1 VOOR DE VROUWEN. I
-Ta, dat *s tegenwoordig een Kool
makkelijker.
Ten minste voor jullie.
Laat ze dan ook afknippen. Dat 's
toch do mode.
'k Zou je lekker danken.
Even pauze hij 't verder drentelen langs
do wanden met meesterstukken.
Nou, die schilderijen heh 'k al ge
zien.
Daar heb je 'n gang met een ouwo
koets.
O. nou komen zeker de rariteiten.
Dat denk ik ook.
In zoo'n koets zat vroeger de ko
ning.
Nog wel.
i De koningin dan.
1 Nou ja.
De gouden koets zal wel net zoo
mooi wezen.
Nog al meer schilderijen.
Andere dingen ook: pieken en kogels
en 'n klok.... Kijk maar goed rond.
Leuk zeg, die ouwe boerensjees.
Die zie je zoo toch niet meer.
Dat 's nou een oud weefgetouw. Al
les met de hand.
Tegenwoordig toch maar een boel
makkelijker met dio machines.
En vlugger.
1Wat zou zoo'n ouwe wever verdiend
hebben?
'n Schijntje.
Dus dat 's tegenwoordig ook al be
ter.
Ja, als de boel maar niet zoo duur
was.
Nou do trap weer op.
Wat zit dat museum aardig in me
kaar.
Dat komt zeker doordat ze 't nieuwe
stuk en 't ouwe aan mekaar moesten
lappen.
'k Denk het ook.
Hier is nou de rariteitenafdecling.
1 Kijk, 'n martelmachien.
Hoe zou zoo'n ding heeten? 'n Galg
is bet niet.
'k Denk om je dèr op vast te bin
den.
Ook lekker! Wat zou'en die koperen
vischjes beteekenen.
Dat heb ik wel eens hooren vertellen.
Als je zo grooter ving dan zoo wier je be
keurd.
'n Heele uitzoekc-rij.
Maar 't is nog zoo.
Nooit van gehoord.
Wat weet jij ook van vissollenMoet
je maar eens aan me vader vragen.
Die ouwe boeken kunnen me niks
bommen.
Als je alles goed wil bekijken, heb
je wel een dag noodig.
En de rest.
Weer een trap op! Je word er moo
van.
Ha, -daar heb je die groole schilderij
van Van der Werff! Dat weet nou iedere
Leidenaar.
Ja, dat 's van 't beleg.
Wat 'n toestand, zeg.
Laten we even op die bank gaan zit
ten, dan kunnen we rustig kijken.
Wat 'n baas 'van een schilderij.
Zeg, die menschen geven ook niks!
Welke menschen?
Die daar. Aan dien oppasser. Dan
had jij d'r straks ook wel wat aan kun
nen vragen.
Mot jo maar wetën.
Waar zou 't nou eigenlijk verbeel
den, dat die Van der Werff staat met al
die lui?
Weet ik 't! Do stad js natuurlijk een
hoop veranderd. Ga je mee.
Die ouwerwetsche kleeren, zeg, wat
aardig. Maar tegenwoordig zitten ze mak
kelijker.
Nu moeten we nog naar 't nieuwe
stuk.
Hoe kom je daar?
Moedig geworden doordat ze een be
waker onbefooid zagen, werd de weg ge
vraagd en kwam ons paartje langs dc-n
kortsfen weg op do bovenverdieping van
het nieuwe museumdeel.
Alweer schildrijen.
En ouwo meubelen.
Zeg, dat zeil zal ook iederen dag
een hoentje moeten hebben!
Waar let je al niet op.
Nou, vind jij dan niet dat 't er goed
uitziet?
En of! Maar wil ik jo eens wat zeg
gen: 't is droog.
Hè? r
Ja, kijk maar naar bujten.
Waarachtig! Dan gaan we maar.
En zonder vragen werden paraplu's en
uilgang ras gevonden.
Nu zal ik natuurlijk geenszins beweren
zelfs niet durven beweren dat
alle museumbezoekers aldus loopen te „ge
nieten", maar een zeker percentage toch
wel.
't Gaat in den regel zoo, dat men nauw
keurig gadeslaat wat met eigen studie,
vak, liefhebberij of ondervinding verband
houdt en de rest loopt mion vluchtig
voorbij.
Wat jammer is.
Museumbezoek toch kan leerzaam den
blik verruimen omdat men allerlei ont
moet, wat om een of andere reden wetens
waardig is. 't Gaat er maar om, goed in
zich op te nemen wat men ziet, waarbij
tenzij deskundig geleide aanwezig
mocht zijn, wat 't aangenaamst ds do
catalogus goc-de diensten kan bewijzen.
Natuurlijk moet men zich daarbij wat
tijd en moeite gunnen, zoodat het aanbe
veling verdient, niet een heel museum op
eens te willen bezien: dan blijft er weinig
van bij. Men neme nu eens deze, een vol
gende maal een andere af deeling en zoo
krijgt men langzamerhand van 't geheel
«en goeden indruk.
Ouzo Lakenhal is een meervoudig be
took zeker waard, want zeer verscheiden
Js wat daar bijeen werd gebracht-
Voor heden zij do aandacht gevestigd
$p het gobelin betreffende het ontzet van
Leiden, hangende in een dor gangen van
bet nieuwe gedeelte. Werd het b.v. bij
jelegenhcid der a.s. feesten afzonder
lijk geëxposeerd achter een winkelraam ïn
de Breestraat, half, zoo niet heel Leiden
zou er naar gaan kijken omdat bet zoo
duidelijk toont, hoe de Staatsolie schepen
onze benarde veste genaderd zijn. Men
ziet het ondcrgeloopen land met de Ted
ding brengende vloot; vindt aangegeven
dank zij de groene kleur tot hoever
bet water kon doordringen en leert zoo
doende, waarom do Lanyno Schans nabij
Cronesteyn zoo'n belangrijk bolwerk was:
het bleef de Vliet beheerschen, wijl de
schepen niet anders dan door deze vaart
vorcfër konden. Pas Toon (fe KpanjaarcteP
deze schans bleken verlaten te hebben,
was dan ook do weg naar Leiden vrij.
Kon men dat in de Breestraat zien, men
zou zich vooral wanneer de feest
vreugde daarbij aanvuurde voor de ruit
verdringen, thans loopt men liet gobelin
schier achteloos voorbij.
Zeg eens, Lakenlial-bezceker, of 't niet
waar is?
En zoo is er meer, gelijk u hooren zult.
AJO.
DE VROUW IN DE KEUKEN.
Er zijn geachte lezciieason twee
consumptie-artikelen, door de grootindus
trie mi den handel gebracht, welke in do
laatste jaren zoo'n vlucht hebben «enc-
men dat men ze nu in haast elke keuken
aantreft. Ook in gewone huishoudens
vmdt men ze druk vertegenwoordigd. Ik
bedoel „Liebigs vleeschextract" en Mac-
gi-producten".
Met deze twee producten voor ons.
dTiiigt van zelf <fe vraag naar voren: Wat
,s.r vleeschextract" en wat ia
„Maggi Ik geloof, dat bij het stellen
dezer vraag mijn geachte lezeressen er
net voor staan als een schooljongen voor
een puzzle of rebus. Ik stel mij heden ter
mver beschikking, dames, om bovenstaan
de vraag te beantwoorden, want u zult bet
allemaal interessant vindon, te weten uit
welke substantie deze producten bestaan
Vooreerst: behandelen mij het ..Liebigs
yleeschextraet Gaan wij daarvoor eens
an den geest een reisje maken naar een
groole Amerikaansóhe vleeaohfabr'ek. Wat
een bedrijvigheid, welk een drukte! Men
zou meenen doof fe worden, van het ge
stamp en geratel der machines. Blijven
wij daarom maar op een afstand. Ziet ge
'hoe dat die honderdo Zware koeien on
ossen, worden neergeschoten met een
schietmaaker? Ziet. nu worden de ko-ien
die neergeschoten zijn, de een na den an
der, met kettingen aan hun vier poolen
machinaal omhoog gehesnhen, lot boven
een groot ijzeren bassin. Kijk daar wordt
d en' met den kop omlaag hangenden Ves
ten, de keel open gesneden, door mannen
die daarvoor gereed staan op die brug
boven liet bassin aangebracht. D'e koe:en
b ijven hoven 't bassjn hangen tot ze uit
gebloed zijn. Aan de andere ziide van hot
bassin wordt do koe opgewacht. Zie daar
komt zo omlaag, wordt van do kettingen
ontdaan en op een lage lorrie gelegd, op
en rug, en, kijk eens, door zes man tege
lijk. van vel, kop en poten ontdaan, open
gesneden, ingewanden, hart. long, en lever
er Uitgehaald, een rondhout door dn ach
terpoten gestoken, on weg gaat do lorrie
■met de koe, in vliegende vaart naar een
ander dee! der fabriek, waar het heest
wordt schoongemaakt, dn nieren er uil-
gehaald on waar liet verder 21 uur blijft
■hangen in een koelhuis. Do koppen e„ po
ten worden g-bronid, afgeschrapt, do
ooeen worden verwijderd, evcna's de
echoeren der poten, en in een ballorrio
gegooid. Hart, lever, nieren en long wor
den ook in baklorrie's gestapeld, on mar
do vleeschextracf-afdee''iiig gereden, waar
zij tegelijk mot de lorrie's. waarop kop
pen en poofen, aankomen. De tong wordt
uit den kop verwijderd voor ze gebroeid
'wordt, en direct ingepekeld.
Gaat nu eens mee, dan gaan wij een
kijkje nemen in de vloeschextract-afdee-
irng. Z ot u die groots kojreren kote r ai„
le z jn zij voor drie kwart in don grond
gemetseld. Voor iedere ketel, dio men
pappenaanseho polten noemt, komt zoo'n
tórrio met Ion,gen en levers enz., aanrij
den en wordt dan omgekiept ,in den ketel.
Is zoo n ketel, welks inhoud 7 A 800 liter
bedraagt nu voor 7/8 gevuld, dan wordt
het deksel eenige hrvnderdc kilo's zwaar
dat hoven iederen ketel aan zware cven-
wiehlstakels hangt er op gedaan on de
ketel wordt hermetisch ges'oten. Maar,
u i Aaar attire lorriies aankomen,
het lajkt ^vei| blank veh -waar zij moo ge-
vuld zijn. Ki.jk, zij komen hier heen, zou
at vet ook in de ketels moeten voor
vleesohextract? Neen, dames, dat is geen
iet, dat da tryp of schoongemaakte pens
en maag van de koe. In dien tijd dat wij
hier hebben staan kijken zijn die pensen
en magen al schoon gemaakt, afgeschrapt
hebben ze een kalkbacl gehad en zijn wit
gezwaveld, daar zijn ze zoo mooi blank
■van. En nu gaan ze ook in de ketels, want
die pensen en magen geven een verbazend
selatinegehalfe. Zij worden op alle ketels
veTdeeld, zoodat iedere ketel zoowat gelijk
vol is, met lever long enz.,koppen, poolen
cn pensen en magen. Nu zijn alle ketels
vol en dicht. U heeft weli gemerkt, dat er
igcen dnippel water bijgevoegd is. Met
een spanning van 120 graden Celsius wor
den uit die massa de sappen geperst ge
durende 6 uren. Na dien tijd wordt de
Sloom afgesloten en een half uur gewacht
totdat de ketels al hun spanning kw-'jt
zijn. De vleesckmassa ligt in de ketels op
een roosier en onder dit rooster is in den
bodem van den kelel een scliroefkraan
aangebracht. Die scliroefkraan steekt in
een dwarspijp, wc.lko la«gs iedere ketel
joopt en ook, zooa's u ziet, aan iedere ke
tel met een kraan verbondtn ik. Nu wor
den al die kranen opengezet. Aan het eind
der dwarspijp is een perspomp verbonden
die nu hot pure vocht uit de kete's pompt
in een koperen van binnen sterk vertind
assin. Terwijl dit vlug in zijn werk gaat
door stoombedrijf, houdt men weldra een
kurkdroge, furfachtigo massa in do ketels
over welke de substantie geeft voor kunst
mest en varkensvoer. Nadat het vocht uit
do ongen, levers, harten, nieren, koppen
poolen tryp en ander slachtafval verkre-
gen, 24 uren heeft gestaan, gaat het in een
«nldamp-apparaat. Dit bestaat uit oen
vierkanten koperen kast verdeeld in lage
bakken of Iaden, en welks dubbele, wan
den gevuld zijn met kokende olie. Van bo
ven is die kast voorzien van een venlila-
lor. Zoo wordt dit vocht, alreeds papperig
dik, nog eens uitgedampt en dan in potjes
en bussen gedaan van verschillende groot
te en zwaarte.
Dat is bet „Liebigs vleeschextract"!
Nu moet u niet zeggen, dames: „maar
dat Vind ik een vieze bereiding?" Opper
vlakkig beschouwd, goef ik dit gaarne toe
Maar van den anderen kant bobben wij
aan liet Liebigs-extraet een vllecschgelial-
te, en een voedingswaarde, voor gezonden
en zneken, welke niet zou verkregen wor
den met het trekken van een zelfde hoe
veelheid zuiver vleesch. Doclrr Lich'g
heeft met zijn uitvinding aan de greot-
liidustne een grooten d'enst bewezen,
doordat zo nu het zoogenaamde slachtaf
val zeer productief in den handel brengt
en do keuken een vleeschextract bezorgt
hetwelk bij een versterkende voedings
waarde, een groot gemak oplevert
En wat is nu „Maggi"? A's ik zeg
„Maggi is vleeschextract, dan zeg ik
waarheid! En a's ik u zeg. dat er in Ma--
:p zooals Maggi bouillon-blokjes, ex
tract en soepen, hee'emaal geen korreltje
vleesch aanwezig is, dan zeg ik ook de
waarheid. Ba ra, wat is dat! In l,et kort
zal ik u dit du-lelijk rnakon. Vleesch
scheikundig entleed, bestaat uit wa'-r
«wit. vet en fosphor, weinig of reen Sni-
kerdcelen. Als men im uit selderij pre'
champignon. nV,n, wortelen, en Savoie-"
kool en snijboonen die ze'f le voedimrsdee-
Jen haa t, dan hooft men ook vleesch. Het
aldus verkregen extract is eigenlijk van
Engelse tien oorsprong. Maggi (een Zwit-
sersoho hoer) is zoo s im geweest, en hoeft
een groente-extract samen weten fc stol
len en met hehu'p van vakmannen op k"u-
tengnhied, en schaftende en techniek, dm
extract im drongen staat in don ha'nde!
gebracht c.n met succes.
Willen wij eens oven om een hoekje kii-
ken in ren Ma 'g-i-fabriek? Groole 'uitge
strekte velden z'et mer rond do fabriek
waar verschillende groenten geteeld wor
den, zooals witseldenij, prei, champignons
(groole zwarte) Sav<f-W, uien, worte
len, enz., terwijl do snijboonen er a's een
haag om heen staan, hoofdzakelijk om do
ohamp gnons togen het zonlicht fe lie
s',i 'ini'.n Binnen in do fabriek treft men
weer aan die r-moto papporiaansahé pot
ten, van 7 a 800 liter inhoud, evenals op
een fabriek van „Liobig". Daar worden de
(groenten na gewascJien en schoonge
maakt fe zijn. door vrouwen on mo'sjes,
allen in hot wit gek'eed met witte mutsen
op. verwerkt. D" verhouding der groenten
is a s volgt: 100 Kg. pref, on 100 Kg. stvu-
•iv £^Jro!iC',1 champignons, (voor ei
wit), 50 Kg uien en 25 Kg. wortelen voor
sinker en Minera aldceten, Savoiekool en
snijboonen voor suiker en aschdei-len. Da
Ji -te. wordt met de groenten gevuld niet bij
voeging van water, zoodat do groenten
a ras onderstaan, hermetisch gesloten en
ook op 120 graden CeWus spanning'i-c-
brachf; idl 2 twen wordt stopgezet, "afge
tapt en het aldus verkregen sap werd' 'n
een bassin in koelhuis gezel tot den ande
ren dag Nu wordt hc-t evenals vruchten
wijn met kieselruh geclarifeerd en dan in
een koperen nildampkast. eenals Lichige.
extract uitgedampt tot 1/10 van het vo'u-
me. Nu is het een dikke siroopachtige
massa geworden -welke mei 45 pet zout
tot deegÉ gemaakt wordt. Dit deeg wordt
aan b okjes gestoken, welke bij een warm
te van 40 graden gedroogd worden. Deze
blokjes worden machinaal verpakt 011 in
den handel gebracht. Van eenzelfde ex
tract, uitgedampt op 25 pc!worden ver-
«ctaHende soepen bereid, me! bijvoeging
va.n do gewone ingrediënten, bcnoodixi
voor Franscho soepen. Di» soepen woi'den
worden dan alle ge!'i.ik in de kete's zelve
uitgedampt, terwijl de- damp wordt op
gei an een in cén kogel. Deze damn weer
tot extract vervaardigd, is Maggi's"aroma,
terwij] de droge socpmassa verpakt wordt
als verschillende Maggi-soopen.
Maggi en Liebig, zijn beide versterkend
en voedzaam: het één® vleescli, liet anders
groente. Maar hot één zoowel ais het an
dere kan ik den dames aanbevelen zoowel
voor gezonden als voor zieken.
iJ~y r T. G. BOL.
NUTTIGE WENKEN.
Glimmend koper.
Om het koper eens extra mooi 'te laten
glimmen, doen wij Wat droog kalkpoedor
■taj eiken ^roglist verkrijgbaar, op den uit-
iWrjjfdoek.
1 Kalkvlekken,
Kalkvlekken, ook die, -welke ontstaan
zsjn door scherpe zeep en geest van sal-
Jniak, gaan weg met azijn. Verfvlekken
verwijdert men met terpentijn, benzine
petroleum of spiritus. Vorsche verfvlekken
laten zich ook wegwerken met droog brood
iuil of pijpaarde.
Mahoniehout.
Mahoniehouten meubelen worden prach
tig mooi, wanneer u ze boent met een
mengsel van azijn en iwater. Gebruik een
2achten flanellen' 2ap er voor en een zach t
boa-steltje voor de richels en de lijsten.
He! verwijderen van vlekken.
Vetvlekken in stoffen kunnen over het
algemeen zeer goed met waler en ammo
nia behandeld Iworden. Daarna strijkt men
met heete bouten nadat men grauw pa.pier
over de vlek heeft gelegd. Ook kan men
mts lekend aanwenden een oplossing van
-5 gram borax in een ballve'n liter water
,en daarmede do vlekken uitwrijven.
Vetvlekken in kïoocferi of karpetïen', vlek"-'
ken die ontstaan zijn door het morsen met
olie, saus. was of 'n dergelijke substantie
moei men dik bestrooien met magueria-
poeder en er voor het wegstuiven en in-
loopen een papier op leggen. Na een! paar
iuur schept men' het poeder er af, des
noods met den aohlerkant van een mesje
en herhaalt zoo noodig dezelfdei be
handeling nóg eens. Het vet trekt dan dn
bef poeder. Daarna iegt m;en er grauw
papier overheen en strijkt met 'lieete bou
ten. Ziet men nog een kring of een1 plek
of is de vlek verouderd dan wrijft men na
met water en ammonia en wrijft droog
met een sckoone doek.
Vlekken van wagensmeer of leer smeert
men in met boter of een' stukje rauw spek
en laat di-t eenige uren intrekken. Daarna
het vet en vuil er af nemen mot een mesje
en uitwasschen met water en zeep en am
monia, of als de stof niet gewasschen kan,
met witte terpentijn naSvrijven.
Watervlekken kan men uit lancaster-
gordijnen verwijderen dioor wrijiviaig met
(Warme zemelen, mi'l3 men er vlug bij is.
Gümvlekken op kleeren wrijft men weg
met een mengsel van 50 deelen water, 20
•graan zout en 20 gram ammonia-.
Vliegvlekken op verguld kan men ver
wijderen mot een penseeltje, gedoopt in
stijf geklopt eiwit, 1 deel petroleum en een
mespunt zout.
Ivoor, dat vuil gevlekt is, kan men be
handelen met een papjo van zaagsel en
citroensap. Stevig en dik insmeren, laten
opdrogen, uitborstelen met een zacht
schuiertje en daarna wrijven met wollen
lap.
DE R00DE PORTEFEUILLE.
Na, oen lang® suporreis kwam ik in den
avon-I met. mijn vrouw te B. aan. De gas-
lantaarns brandden reeds. Ook het groote
a.ation was helder verlicht, Er heerschtb
daar eau zeer groole drukte, want tegelijk
onzen Irem waren ook een paar trei
nen uit andere richtingen binncngeloopen.
Onderweg had ik mijn vriend getelegra-
pbcerd, dat hjj ons verwachten kon. Daar
wo hem aan liet station niet zagen, gingen
tvo direct naar ors hotel.
Nauwelijks waren wo daar op onze
kamer gekomen toen ik- tot mijn schrik
bemerkte, dat ik bestolen was. Mijn porte
feuille was weg. Op de plek, waar mijn
(milieuzak zat, was een znede in mijn jas
gegeven en zoo de portcfeuillo gestolen,
m''cst;. het gedrang op het station
gobenrd zijn, want op het perron had ik
mijn portefeuille nog uitgehaald om er wat
geld uit te nemen. Men kan zich mijn
schrik voorstellen, want er zaten 30.000
Mark aan bankpapier in.
Aanstonds besloot ik naar de politie to
gaan. icen ik do deur opende, stiet ik op
een man, die binnenkomen wilde. Hij
drong mij in de kamer terug en keek me
doordringend aan,
„Wat wilt ge! Wie zijt gijl" vroeg ik
hem drnlig, geërgerd over het oponthoud.
„ik ben politiebeambte," antwoordde hij
mot koude bedaardheid, „en arresteer 11.»
N') ,CS"° mi" hand op mijn ana. Ik
J-ocd ccn stap terug en brak ondanks het
ernstige van de situatie in lachen uit.
,Gij arresteert mei Maar dat is toch al
te gek!"
„Het kan gek zijn 't verandert niets
aan de zaak. Ge komt direct uit Wecnen!"
„Jawel."
„■...Heet Freund een oude intcr-
natioiialo zakkenroller in gezelschap
van een dame go moet direct met ons
race.
„Ik heet geen FreunJ," schreeuwde ik
woedend. „Informeer eerst beter, eer ge
het waagt fatsoenlijke menschen lastig to
vallen. Ik zal mijn beklag over u doen en
stel u aansprakelijk voor allo schaden, dio
ik door deze comcdie beloopen zal."
„Maak nu maar niet zooveel omhaal,
geef liever do gestolen -portcfeuillo terug."
„De gestolen portefeuille," Zei ik, zicht
baar verrast.
„Ja, natuurlijk, met 20.000 Mark er in."
„Met 30.000 Mark er in hebben ze de
mijno gestolen."
„De reiziger, wien gij onderweg zijn
roodc portefeuille ontstolen hebt, ver
klaarde, dat er 20.000 Mark inzat.' Men
heeft gezien^ dat ge op het station* de ge
stolen portefeuille uit uw zak hebt ge
haald."
„Dat is zoo, en dat was de laatste keer.
Aa dien tijd was ik zo kwijt. Als ge dus
politiebeambte zijt zou jo mo een grooten
dienst deen, als jo ze weer terugbracht."
„Ik ben er al mco bezig. Mijn collega
Fischer had u in do gaten en in do omni
bus van dit hotel zien stappen."
„Maar ik ben zelf do bestolene," riep
ik. „Kijk hier, ziet go die snee in mijn jas,
daardoor is mijn portefeuille verdwenen."
Do politiebeambte bekeek aandachtig de
snee, een oogenblik scheen hij niet te
weten wat er van to -denken, toen begon
hij te lachen en zei:
„Heel goed gedaan maar het is eigen
werk."
Er werd aan de deur geklopt. De be
ambte deed alsof hij het niet hoorde. Hij
had de deur afgesloten cn den sleutel in
zijn zak gestoken.
„Daar wordt geklopt," zei ik.
De beambte ging naar de deur.
„Wie is daar?" vroeg hij ongeduldig.
„Julius," riep een stem van buiten cn
er werd aan den knop van de deur ge
draaid.
jjZijt gij het, Ludwig", riep ik, aange
naam verrast.
„Ja, mijn jongen', maar te drommel maak
toch open."
„Eloe oogenblikkelijk open*" gebood) ik
bevelend. „Je zal direct zien, hoe# schande
lijk ge u vergist hebt."
Do beambte maakte open. Mijn vriend,
dio gezantschapssecretaris was, trad bin
non. r
„O pardon1, ge hebt bezoek," zei hij, toen
hij den beambte zag.
„Mooi bezoek, een politiebeambte om me
to arresteeren."
„Wet?"
,y.cg <licn man eens. wTó ik r
Mijn vriend keek den beambte aan
„Kent ge mij?" vroeg hij.
„Zeker," antwoordden-deze.
„Goed, deze heer hier j/ mijn. vriend'
vocaat Schrottien uit. Wc/nen cn <lat i3'
echtgenoote, mijn nicht
Hij trad op haar toé en stak haar J
handen toe.
Do beambte stond verslagen en
zeer bleek.
„Ik deed mijn plicht," mompelde hij J
ik mij vergist heb
„Natuurlijk hebt gij u vergist l0
daar zijt ge niet mee af. Hoe heet tnii'
„Ik heet Reif." J
Mijn vriend stolde voor om aansU
naar het politiebureau te gaan. Wij y
den ons beklag in. Do commissaris J
zekerdo ons., diat de boaxnbto [Reif
anders had kunnen handelen, want d
veel geleek op den dief, volgens <h
schrijving, dio Fischer er van gegeven
Een dag of wat later verscheen Reif,,
verwacht bij mij in het hotel. Hij
mijn vrouw zijn verontschuldiging aan
verklaarde, dat hij in staat hoopte te
ons de poTtefeuillo ongeschonden -terug
bezorgen.
„Hebt go dan eenig spoor?" vroeg k|
„Ja," zei hij, „maar dat moet verder
geheim blijven."
„Tot. mijn spijt kan ik u de mi miners J Jfe!
bankbiljetten niet opgeven", zei ik no.r
„Dat is niet noodig, als u mij do pj
feuillc maar nauwkeurig beschrijft,"
woorddc hij.
„Dat. is zeer gemakkelijk, 't is eenit.1
portefeuille met. van binnen do wooril]3[1
er in „Deditio T. E. S." jBü
„Goed, ik wil hopen, dat het geld
onaangeroerd er in zal zijn."
„Welaan als het u gelukt, heb verlorJ
terug te brengen, beloof ik u 2000 M
Twee maanden gingen voorbij zotij
dat ik iets meer hoorde. Ik dacht al
anders, of het geld was verloren,
zekeren dag kreeg ik een telegram
mijn vriend, dio seinde:
„De u bekende politiebeambte Reif
bij mij en vroeg uw adres. Daar hij
klaarde u een belangrijke mededeelinr
doen te hebben, gaf ik hem do gewensdj
inlichting."
Drie dagen later al was hij bij mij,
was in een onberispelijk reisgewaad
kleed.
„Nu, wat brengt u?" vroeg ik hem.
„Do roode portefeuille," zei hij, haij
zc te voorschijn en overhandigde zo
Verwonderd en opgewonden greep ili
naar.
„U hebt zo toch gevonden?" vroegf
„Wie was do dief?"
„Wcqs zoo goed eeTst den inhoud ml
zien," antwoordde hij bedaard. „Teil-
eens na, er is 30.240 Mk. in. Mankeer
niets aan?
Ik leeek den inhoud na. het was inorl
„Maar vertel me nu ccr s," drong ik af
„Doch wacht een oogenblik." Ik seliL
<len bediend© en liet een flesch wijn bi
if
gen.-Toen ik de gla-.en gevuld ha<l cm
op het. succes van Heif geklonken ha^1
vertelde hij het volgende:
„Het was een eigenaardig geval, il1'1
omdat cr toevallig twee diefstallen !elSJ
lijk gepleegd werden, maar omdatmijmlr
lega Fischer u als den dief aanwees,.'
zelf uw portefeuille stal. Zijn optredcif
het perron, toen hij mij vertelde hoe
den dief in 't oog had gehouden, endci
drukking van zijn «oogen bij de scene
het politiebureau gaven mij vermoodefL
Ik hield hem goed in d© gaten, dochilSj
niets bijzonders Tyispeivren. Fischer i
arm en daarom ging ik zijn uitgaven
zo gingen niet boven zijn krachten. Ik'
moedde, dat hij heb geld ergens verbod
had en sprak er mijn chef over, die ajtó
toestemming gaf alles to beproeven oar
zaak op te helderen.
Van dat oogenblik af volgdo ik ïW]
in alle mogelijk© vermommingen. Op r
keer benutte Fischer een vrijen dag i
een uitstapje met dien trein ta maken
ging met den zelfden trein mee. Onded
begon het hard te regenen. Hij staptei
esn klein tusschenstation uit, ik void
hem onopgemerkt. Hoewel het zeer hj
regende, ging Fischer een landweg op j
sloeg weldra de richting van een
bosch in. Ik hem achternai, mijn f
doend o om niet gezien to v/orden.
„Plotseling bleef hij in het bcsch d
cn keek schuw om zich heen. Ik was!
velijkö twintig pas van hen af cn
achter een dikken boom. Ik zag nu do;
zijn hand in een hollen bcom stak, ze
later terugtrok en teen wegging.
„Toen hij weg was, ging ik naar
boomsiam en stak ook mijn hand k
gat. Ik haalde er een blikken kistje
In dat kistje zat do roode portefeuille
slak de portefeuille bij mij, zette 4
kistjo weer op zijn plaats en ging n35-j
stad. terug. Nog dcnzclfdcn avond <K®|
ik mijn chef mijn ontdekking mede. I
„Den volgenden dag werd Fischer^
de plaats gebracht en bevolen bet -j
uit den boomstam te balen. Ik oe'
hoe hij beefde en sidderde. Toen lnj
■dat hij ontdekt was, bekende bij
„De chef stond mij toe, u de jportch
ter hand te stellen en de premie aj-j
nemen en, daarmee is do zaak afg^j
„Hier hebt u 3000 Mark," zei J
hebt het geld moeilijk gene eg
EEN TREFFEND VOORVAL
De bekende schrijver, Mgr. pe
Verhaalt in een zijner werkjes het
dq -treffend voorval.
Eenige jaren geleden wachtte c?
dood-veroordeelde sergeant m (,c
gevangenis te Parijs het ooge'13
waarop hij zou gcfusileord wo
Groot was zijn misdaad ?ewcC.
een straf, die zijn luitenant kcaV,
gelegd, had hij deze uit wraak
bedachten rade gedood.
I Als aalmoezenier der geva^S j
zocht ik sergeant Herbuel cn bia
do troostmiddelen van onzen