Vierde' Blad.
Zaterdag 3 Mei 1924
De Nederlandsche
Staatsinrichting.
het recht van vereeniging
en vergadering.
Tot den verleden lijd. Ovcrvloc-
die gebruik. Zonder voorafgaan
de machtiging. Koninklijke
Goedkeuring. Een nuttige uit
gave. Een foefje. Openlucht-
meelingen. Vrije toegang. Uit
eengaan. Trouwe bezoekers.
Het recht van vereeniging en vergade
ring: terwijl wij deze woorden neerschrij
ven, zien we in den geest tal van lezers
-en lezeressen ons met groole oogen en
verbaasd gezicht aanstaren. Hebben we
daar ook al een recht voor noodig, zoo
vraagteekenen zich hun voorhoofden. In
derdaad, die verwondering is verklaar
baar: we leven thans in een tijd, waarin
liet vereenigingsleven tot li oogen bloei ge
komen is, waarin vergaderingen van per
sonen aller rangen en standen en op alle
gebied aan de orde van den dag zijn. Wo
kunnen een gemis van zulk een recht bij
na niet indenken. Toch is het niet zoo heel
lang geleden sinds 1848 namelijk
dat voor het oprichten eener vereeniging
verlof aan de Regeering moest gevraagd
worden; ja zelfs, dat een dergelijke per
missie noodig was voor het houden eener
vergadering, welke uit meer dan twintig
personen bestond. Deze buitenissigheden
behooren nu tot den verleden tijd. Thans
wordt het recht der ingezetenen tot ver
eeniging en vergadering erkend (art. 9).
Ja zelfs niet-ingezetenen kunnen van dit
recht volop gebruik maken. Slechts voor
vreemdelingen, die geen ingezetenen zijn,
geldt het verbod om lid te zijn ,van staat
kundige vereenigingen. Een troepje Duit-
schers, die vandaag over de grenzen ko
men, kan dus niet jnorgen een politieke
partij gaan vormen.
Van het recht tot vereeniging wordt
overvloedig gebruik gemaakt. Naast ver
eenigingen, wier doel het is hej; stoffe-
9 lijke en financieele welzijn barer leden to
bevorderen, vinden we er, die zich op
godsdienstig of zedelijk, op liefdadig, we
tenschappelijk of staatkundig terrein be
wegen. Ja, zelfs troffen we laatst een ver
eeniging aan, die met groolo letters haar
naam schreef: T. H. O. R., wat bediiidt:
Tot Heil Onzer Ribbenkast 5
Wanneer wij vereenigingen, die direct
het stoffelijk cn financieel belang der le-
üon beoci'gep.,'"zGO ds maat- cn vennoot
schappen, verzekering- en waarborgmaat
schappijen, wier Techtsbestaan afzonder
lijk is geregeld, uitzonderen, kunnen deze
allen, zonder voorafgaande maclnigng, ge
heel vrij worden opgericht en zelfs, verte
genwoordigd door haar besturen, hande
lend optreden alsof zij afzonderlijke per
sonen waren. Hierbij lioude men echter
in het oog, dat, wanneer ©en vereeniging
niet Koninklijk goedgekeurd is. do over
eenkomsten namens die vereeniging ge
sloten, en de goederen namens haar ver
kregen, worden beschouwd als volgende
de personen, die de overeenkomst gesloten
en do goederen" aanvaard hebben. Om als
zoodanig, als zelfstandig lichaam, burger-
Jijko handelingen te kunnen aangaan,
moet een vereeniging rechtspersoonlijkheid
bezitten, of, wat hetzelfde is, moet zij ko-
niuldijke goedkeuring hebben verkregen.
Die koninklijke erkenning, welke alleen
geweigerd wordt om redenen van alge
meen le;sng "geschiedt door goedkeuring
van de statuten of de reglementen der ver
eeniging en wel bij Koninklijk besluit als
zulk een vereeniging voor minder dan 30
jaren, door de wet, wanneer zij voor een
onbepaalden - tijd of -voor langer dan 30
jaren wordt aangegaan. Hoe de statuten
eener vereeniging behooren te..worden op
gesteld, teneinde daarop Koninklijke
goedkeuring te kunnen verkrijgen, bespre
ken wij hier niet; wie het wil weten, ver
wijzen wij naar „Voor Studie en Prac-
tijk", waar in jaargang I no. 13 ter zake
kundige voorlichting wordt geschonken.
Wij nemen tevens de gelegenheid waar
deze nuttige uitgave der actieve K.S.A,
warm aan te bevelen.
Het recht tot vereeniging en vergade
ring is niet onaantastbaar. Zoo kan wan
neer ter handhaving der veiligheid de
slaat van oorlog of beleg is afgekondigd,
er van afgeweken worden (art. 189) en
de organieke wet van 22 April 1855 regelt
en beperkt de uitoefening van dit recht in
liet belang der openbare orde (ygl. art. 9)
Krachtens deze wet zijn vereenigingen
die met de openbare orde in strijd zijn,
verboden. Als zoodanig worden gebrand
merkt vereenigingen, die tot doel hebben,
ongehoorzaamheid aan of overtreding
van de wet of cene wettelijke verordening
te prediken, die aanranding of bederf der
goede zeden fceoogen, die stoornis in de
uitoefening der. rechten van welken per
soon ook veroorzaken.
Al zijn ze verboden, vinden vereenigin
gen, dio zulke doeleinden mochten heb
ben, er toch wel een foefje op, om te blij
ven beslaan cn haar hcilloozc actio voort
lo zetten. Hebben we het niet beleefd, dat
do Neo-Malfhusiaansche Bond met zijn
propaganda voor wat oen gruwel is in
Gods oog, zelfs Koninklijk goedgekeurd
werd. Ach, gepleisterde graven zijn uiter
lijk schoon: doel, grondslagen en werk
kring eener vereeniging zijn in statuien
gemakkelijk onschuldig vcor Ie stellen!
Door bovengenoemde organieke wet van
22 April 1855 is ook liet recht van verga
dering ccn weinig beperkt. Zoogenaamde
openluchtmcetingen, waarbij men tot ge
meenschappelijke beraadslaging samen
komt, mogen alleen plaats hebben met toe
stemming van den Burgemeester, verleend
vijf dagen vóór dat de vergadering wordt
gehouden. Wanneer men in de ©verlui-
ging zou zijn, dat het hoofd van het Ge
meentebestuur onredelijk de permissie
weigert, ligt de weg open naar den Com
missaris der Koningin in de Provincie,
die ook een door den burgerrueester gege
ven vergunning kan intrekken.
Uit ondervinden weten we, hoe rumoe
rig het vooral in donkerroodo en vuur
rood vergaderingen kan toegaan. Een
niet onnoodige bepaling is het daarom,
dat do politie vrijen toegang heeft tot alle
vergaderingen in gebouwen, waarbij het
publiek wordt toegelaten. Dezen toegang
kan ze zich desnoods met geweld verschaf
fen.
Elke vergadering hetzij binnenshuis
hetzij in do buitenlucht, moet op hun op
vordering uiteengaan, wanneer daarin de
openbare orde verstoord of anderszins te
gen bepalingen der wet gehandeld wordt.
Wij hopen, dat in vergaderingen van
Katholieken een optreden der politie nooit
noodig zal zijn. Daartegenover yekken
wij onze lezers en lezeressen óp, toch.
trouw de vergaderingen te bezoeken dier
vereenigingen, waarvan zij het lidinaat-
-schap hebben aanvaard. Voor een bloeiend
vereenigingsleven zijn goed bezochte le
denvergaderingen een beslaanskweslie. Eii
voor ijverige bestuursleden is er niets
meer ontmoedigend, dan telkens opnieuw
de vergaderzalen slechts matig gevuld te
zien.
Onthouden we dit:
Goede leden eener vereeniging zijn
trouwe bezoekers der vergaderingen.
Fr. CUXIBERTUS SLOOTS.
Weert. O. F. M.
Buiten!. Weekoverzicht.
Volgons een oud Grieksch verhaal heette
de eerste vrouw Paudora. De goden gaven
haar alle mogelijke geschenken en Zeus, de
opperste der goden, begiftigde haar met
een doos, die zij echter niet open mocht
maken. Maar wat deed nu haar man,
Epimetheus? De stommeling maakte de
doos toch open, en als een stormwind vlo
gen toen alle rampen uit de doos over de
wereld, alleen de hoop op betere tijden
bleef op den bodem liggen. Zoo komt het,
dat de wereld geen aardsch paradijs
meer is.
Gelijk de Griekscke goden kwamen ook
de Deskundigen bijeen om aan mevrouw
Europa alle goede gaven te brengen.
Maar in afwijking met de goden deden
zij alles in één groole doos: het deskun
digenrapport. En zij bepaalden, dat deze
doos in zijn geheel moet worden aangeno
men, bij mocht niet worden opengemaakt
om er iets uit te nemen, anders zou do
doos worden een bron van veel rampen.
De goden vertrokken per trein en stoom
boot, ieder naar bun eigen land. En do
wijze regeeringen van Europa houden
zich aan den raad der goden en willen
de doos aanvaarden in z'n geheel, intact,
ongeschonden. Poincaró evenwel toont
Epimetheus-neigingen en wil de doos open
maken. Wat zal er n u gebeuren?
De antwoorden der regeerin-
g e u. Engeland, Frankrijk, België,
Italië, Japan en IJoego-Slavië hebben ge
antwoord op de vraag van do Commissi©
van Herstel: „Wat dunkt u van het des
kundigenrapport".
En do antwoorden uit Londen, Brussel,
Rome en Tokio luiden alle: het plan lijkt
ons een geschikte grondslag voor onder
handelingen. Wij aanvaarden do conclu
sies en nemen het Tapport in z'n geheel
aan.
IJoego-Slavië verklaart zich eveneens
bereid om met do andere geallieerden
samen le werken tot uitvoering van het
deskundigenplan, maar zou graag wat van
meer nabij toekijken. Er wordt daar zoo
met milliarden gegoocheld, geen wonder
dat den heeren in Belgrado het water om«
do tanden loopt.
Alleen uit Parijs klinkt een andere toon.
Poincaré is opgetogen over de verslagen
der deskundigen. Hij is er zelfs trolsch
op., dat hij het initiatief genomen heeft
om deze heeren bijeen to roepen. En hij
is dan ook verrukt over het resultaat.
Dat de eerste gedachte van een onpar
tijdig onderzoek allerminst hij Poincaré is
opgekomen en dat Baldwin indertijd het
vuur zoo na aan de geëerde schenen van
Poincaré heeft gelogd, dat hij dat initia
tief wel moest nemen, vergeet de jube
lende Fransehe premier natuurlijk to zeg
gen.
Hij is het volkonlen met do deskundigen
eens en aanvaardt ze das, ma.ar.... als
een t h o o r o t i s ch e n grondslag.
Do Commissie van Herstel moet nu op
dezen Iheoretischon grondslag een prac-
t i s ch plan opbouwen. En dan volgt weer
het oude liedje: wij kunnen onze produc
tieve panden aan de Roer niet prijsgeven
voor ijdele beloften van Duitschland; wij
kunnen de regie-spoorwegen niet uit han
den geven, want clo bezettingstroepen mo
gen niet komen af te hangen van de wille
keur van Duitsche beambten.
Los van alle frasen wil Poincaré dus
zeggen: „De deskundigen kunnen naar de
maan loopen met hun theorieën. Wat wij
hebben, houden wij."
Nu is het altijd nog mogelijk, -dat de
Commissie van Herstel, die, naar verluidt,
al druk bezig is met het ontwerpen van
een volledig herstelplan, dat plan zóó
„practisch" weet te maken, dat het den
practischen PoincaTé zoowel als de meer
theoretische apdere regëèringsmannen be
vredigen kan.
De Belgische bemiddelaars.
De Belgische ministers Theunis en Hij
mans zijn onderlusscheneens met Poin
caré gaan praferT over do „practijk". Zij
hebben er een strikt vertrouwelijk onder
ons-je van gemaakt. Stenograpken en par
ticuliere secretarissen mochten er niet
bij zulke kleine potjes hebben te groote
ooren.
En met hun drieën hebben zij eenige
uurtjes gebabbeld, later met hun vieren,
toen Maarschalk Focli in het vertrouwen
werd genomen. Maarschalk Focli kwam
met do kaarten geen speelkaarten na
tuurlijk, al waren ze met z'n vieren
maar met de kaarten van het bezette ge
bied. Het ging toen over de spoorwegen
in bet bezette gebied, die do Franschen
niet willen prijsgeven uit een oogpunt van
veiligheid der bezettingstroepen. Zij wil
len namelijk voor troepentransport niet
"afhangen van de willekeur van Duitsche
ambtenaren. En bovendien, je kunt nooit
weten, als Duitschland eens niet wil en
er militaire sancties moeten worden geno
men, dan komen spoorwegen goed te pas.
Hoe is het nu afgeloopen met die be-
middeli ngspogmgen?
Er wordt natuurlijk weinig losgelaten,
do Belgen zeggen alleen, dat zij uitermate
tevreden en optimistisch zijn hetgeen
wel zoo'n vaart niet zal loopen en Poin
caré zegt natuurlijk wat hij kwijt wil zijn.
In ieder geval zegt eèn officieel commu
niqué, dat de onderhandelingen zullen
worden voortgezet, wat op twee dingen
wijst: le. dat men het nog lang niet eens
is geworden en 2e. dat er nog wat te on
derhandelen valt, en er nog achterdeuren
zijn.
Nu zijn Theunis en Hijmans naar
Londen en tegen half Mei gaan zij naar
Milaan.
Afwachten is do boodschap.
„\V o gaan nog niet naar liuis"
Wat cr ook van zij, dat staat vast:
de bezettingstroepen maken nog geen aan
stalten om uit het Roergebied weg te gaan.
Zij verlangen nieuwe kazernes, speuren
naar geheime genootschappen en beknib
belen de Duitsche maatregelen alsof er
geen vuiltje aan de lucht is. Zoo pas beeft
generaal Degoutto weer een gemengde
commissie ingesteld, ter beslissing in alle
heschillen betreffende de aansprakelijkheid
van de regie inzake spoorwegongevallen,
vertraging, enz. Dezer dagen hebben
de Franschen een nota gericht tot
hebben de'Franschen een nota gericht tot
de Duitsche regecring, waarin zij wezen op
het gevaar van de geheime vereenigingen
in het befcetto gebied. Over welk© nota
de Berlijnsche) tregeering zich zeel* ver
baasd toonde, want, zoo iemand daar iets
aan kan helpen, dan toch zeker de Duit
sche regeering niet, die daar in het be"
zette gebied zoo goed als niets te vertel
len, heeft.
Do rijksdagverkiezingen.
Als er te klagen valt in het bezette ge
bied, dan kan men dry met meer recht
doen over do communisten, die daar met
het oog op de a,s. rijksdagverkiezingen
aardig huishouden. Knokpartijen zijn
onder hen altijd geliefkoosde argumenten
geweest om hun leer ingang te doen vin
den. Trouwens ook andere uiterste partij
en vinden, dat verkiezingsleuzen met
vechtpartijen moeten worden ondersteund
en botsingen worden in deze dagen niet al
le enuit do arbeidersstreken van het be
zette gebied, maar ook uit andere deelen
van Duitschland gemeld.
Ook de 1 Mei-dag is niet overal oven
rustig verloopen.
Wat zal morgen de uitslag der verkie
zingen zijn?
De Duitsch-nationalen en do nog fellere
Deutseh-Völkischen welko beide legen
de „Vervullingspolitiek" zijn zullen wel
sterker uit den strijd komen dan zij voor
dien waren, vooral do Deutsch-Völkiscken,
die op het oogenblik maar heel weinig ze
tels hebben, zullen sterk vooruitgaan, pro-
centsgewijs. En ook de uiterst linksche
vleugel, dio der communisten za.1 wel wat
zieltjes winnen.
Maar al worden daardoor de midden
partijen Centrum, Sociaal-Democraten,
Volkspartij noodzakelijkerwijs ver
zwakt, toch wordt verwacht, dat zij uog
een tamelijk goede meerderheid zullen
hebben.
Wordt deze verwachting waarheid, dan
zal dat vooral le danken zijn aan het rap
port der experten, dat een machtige steun
is komen geven aan de politiek der mid
denpartijen, n.l. di© van de vervulling van
het vredesverdrag.
En mocht onverhoopt de verkiezing geen
meerderheid voor de regeering opleveren,
dan wil de rijksregeering, volgens een ar
tikel in de „Zeit" (het orgaan van Strese-
mann) den pas gekozen rijksdag weer
ontbinden en nogmaals een beroep op bet
volk doen.
Ook de rijksregeering zingt derhalve met
de Franschen in liet bezette gebied broe
derlijk samen: „Wij gaan nog niet naar
huis
De Liberalen en de Labours.
Dat liedje is trouwens zeer populair in
„regeer ingskringen". Ook Ramsay Mac
Donald zingt het uit volle borst, nu de'
stormaanval van de liberalen reeds is
doodgeloopen voordat hij goed en wel be
gonnen was. De minister van financiën,
Snowden, heeft hun den wind uit de zeilen
genomen, door een begrooting in elkaar
te timmeren, die van allo kanten bijna met
voldoening is ontvangen. Ook de liberalen
voelden veel voor deze begrooting, wes
halve zij.het niet over hun hart konden
krijgen de regeering omver te gooien, zoo-i
als ze gedreigd hadden.
Nu hebben do liberale heeren een voor
stel gedaan tot invoering van de Evenre-!
dige Vertegenwoordiging, een systeem
waal- zij bij eventueele verkiezingen meer
heil in schijnen te 2ien, dan in het tegen
woordig vigeerende stelsel.
En inderdaad is het tegenwoordige kies
stelsel in Engeland verre van volmaakt en
verre van voordeelig voor de liberalen.
Want bij het meerderheidsstelsel vischt
in verschillende districten de liberale can-
didaat met een kleine minderheid achter
het net zoodat een paar stemmen minder
in vele kiesdistricten de liberale partij op
een enorm verlies van zetels komt to
slaan hetwelk in geen verhouding staat
tot het aantal partijaaohangers. Geen won
der dat de liberalen felle voorstanders zijn
van Evenredige Vertegenwoordiging. Mac
Donald schijnt niet zoo'n liefhebber te we
zen maar wil toch, om de liberalen weer
niet tegen zich in 't harnas te jagen, allen
steun aan het liberale voorstel geven.
Ook de Labourpartij als zoof1o,,:g wil
het voorstel wel aanbevelen, maar laat
ieder partij-lid afzonderlijk vrij om vóór
of tegen te stemmen. Nu blijkt de Evenre
dige Vertegenwoordiging veel tegenstan
ders to hebben, en het staat te bezien of de
wet er door komt.
Als zij verworpen wordt, staat de La
bourpartij voor de zooveelste maaj, voor
een crisis. Hoe zal Ramsay Mac Donald
c.s. er zich daar uit redden?
Mac Donald is echter nog niet zoo'n
slechte stuurman op het Britsche schip
van staat. Hij heeft zich gauw ingebur
gerd en kan met Z. M. den koning blijk
baar best overweg, is zelfs een paar da
gen bij hem uit logcoren geweest. Geen
wonder dat verschillende redenaars op 1
Mei-betoogingen klaagden, dat des eersten
ministers roodheid leelijk aan 't verschie
ten is.
gPCBT
VOETBAL.
R. K. FEDERATIE
Wedstrijdprogramma voor a.s. Zondag.
Eerste klasse.
KimhriaConstantia.
CaesarM. U. L. O.
Overgangsklasse
C. P. H.—ülft.
D. H. B. C.Limvio.
WilskrachtR. K. V. B.
D. H. L.—E. M. M.
Tweede Klasse.
I. E. M. M. II—V. E. P.
FortitudoMontfoort.
L. S. M. C.Damiaten uitgesteld
D. O. N. K.Excelsior.
DIOC. ÏÏAARL. BOND.
Overzicht.
Al naarmate de competitie ten einde
loopt, wordt met het kleiner worden van
het programma de spanning, wie toch ein
delijk de eereplaats zal bezetten, gropter.
Velen in en buiten Leiden zullen morgen
met belangstelling uitzien naar den uitslag
van den wedstrijd LeidenA.D.O., de twee
gegadigden voor den kampioenstitel in do
eerste klassb B.
Als het A.D.O. morgen zou gelukken be
slag te leggen op twee, of zelfs één van
de puntjes, dan is kampioenskans voor
Leiden verkeken. Wint Leiden, dan moet
er ook nog van H. B. G. II gewonnen wor
den, alvorens bet kampioenschap binnen is
Morgen is het dus d e dag van de Room-
scho sport in Leiden. Dan zal het bewijs
weer worden geleverd, dat Roomsche
jongens tot bijzondere dingen in staat zijn.
En slaagd men er werkelijk in het kam
pioenschap voor de tweede maal te beha
len, welnu, dan hebben we slechts één.
wensch: *met vereende krachten het nieu
we seizoen in het najaar begonnen, tot heil
van de R. K. sport in Leiden, in het bij
zonder en voor de geheele R. K. Sport in
het algemeen.
De wedstrijd Leiden IIS. J. C. I zal,
nu bovengenoemde wedstrijd is ingelascht,
waarschijnlijk wel vervallen, temeer daar
de ontmoeting Leiden IIIE. M. S. II
te half één is vastgesteld.
De strijd om de eereplaats in de vierde
klasse H. duurt ook onverminderd voort,
zoodat.de uitslagen van morgen weer van
groot belang zijn.
FEySLLETON
DE PROOI VAN DEN GIER.
Naar het Engelsch van
H. de Vere Stacpoolc.
25)
Om den tijd rond te komen terwijl het
stuk werd opgesteld, dwaalde zij wat rond
door Old Square naar Lincoln's Inn
Fields.
Zij passeerde het Chirurgisch Labora
torium, toen zij uit een deur, waarboven
stond: „Morri's Type-inrichting", een per
soon zag komen, den ouden heer wiens
manuscript over schildpadden zij gedeel
telijk bij juffrouw Harkcr had. getypt. De
oudo baas zag er diet opgewekt uit; het
lec-k wel, of hij een teleurstelling had ge
kregen.
Mijnheer, zeide zij, ik hoop, dat u
mij niet te vrijpostig vindt, maar ik heb
uw manuscript getypt bij juffrouw Dar
ker.
Weit excuseer? zei de oud©
heer, zijn hoed afnemend en door zijn
M heen naar het meisje opkijkend.
iWie is u? Bij juffrouw Harker wercl mijn
werk altijd goed gedaan
Ik heb het gedaan, zei Violet, een
heelo massa bladzijden
Nu, u hebt het heter gedaan dan bij
Morris, daar kunnen zij 't niet lézen. Zou
u het kunnen blijven doen? Hebt u zelf
©on schrijfmachine?
Neen, maar misschien hebt u er een.
Ik heb er geen, maar ik kon ©r wel
©en aanschaffen. Wil u voor een vasten
prijs alle dagen een paar uur bij mij ko
men
Zelfs zeer gaarne, mijnheer.
Hoe lang wel?
Acht uur eiken dag.
En zou u dan al vroeg willen komen,
s Middags kunt u een half uurtje wande
len in Woburn Square. Daar woon ik.
Hoeveel zou u daarvoor willen hebben?
Achttien gulden.
4 Ik hen professor Salmon, dat weet u
misschien en ik vind het goed. Ik zal zor
gen, dat u bij mij den lunch krijgt en om
vijf uur thee. De eenige moeilijkheid is
nu nog, hoe kom ik aan een schrijfmachi
ne. Maar dat zal wel schikken. Zou u dan
morgen willen komen, en hoe laat?
1Zou u negen uur schikken?
5—4Uitstekend, zei de professor, komt u
zoo vroeg als u wil. Maar waarom zou u
niet dadelijk komen? Morgen als de
sohrijfmachine komt kunt u aan het werk
beginnen en nu zou u alles eens kunnen
bekijken. Ik lunch om één uur. Hoe laat
is het nu?
Tien minuten voor twaalf.
Ga u dan nu met mij mee en blijf
lunchen, zei professor Salmon.
- Heel gaarne, zei Violet, maar mag ik
dan even in dit advocatenkantoor gaan?
Zeker, zeker, doe het op uw gemak,
zei de oude man, doch Violet stormde het
kantoor van Lazarus binnen.
Het stuk lag klaar om to teekenen en
Lazarus 'kwam met, een glimlach op de
lippen naar Violet toe. De glimlach ver
dween echter, toen hij hoorde, wat zij te
zeggen had.
Dit is nu al erg buitengewoon, zei
Lazarus, ik heb alles klaar en nu weigert
u nog op het laatste oogenblik om te tee-
kenen.
Mijn vooruitzichten zijn veranderd,
zei Violet, ik heb nu weer werk, ik zou
het stuk alleen uit bittere armoede hebben
geteekend.
U moet doen, zooals u wilt, zcido hij,
mij dunkt dat ik u goed heb behandeld.
Ik mag u daarover geen verwijt ma
ken.
En als u uw millioenen krijgt, dan
zal ik verwachten, dat u mij dit noodeloo-
zo document betaalt.
Dat wil ik nu wel doen.
Ik zeg het maar voor de grap. Doch
als u veel krijgt, denk dan eens aan mij
Bij geldzaken is altijd een advocaat noo
dig.
Dat zal ik vast doen, zei Violet cn
vertrok.
Professor Salmon wachtte nog op haar,
hij stond te kijken naar een tor, die over
den grond liep.
1 Dat dier, zei hij, met zijn stok er
naar wijzend, heeft een steentje op zijde
geduwd ,dat wel twintigmaal zoo zwaar
is, als zijn eigen gewicht. Als ik een ma
chine kon maken met evenveel kinetische
energie, ter grootte van een stoomwals,
dan zou die voldoende zijn, om de St.
Paul's in de Theems te werpen.
Hemel, riep Violet.
Ja, antwoorddo de oude lieer, de
kracht, die in insecten huist, is reusachtig
Ik heb er een boekje over geschreven. Ik
zal u mijn verzameling torren en kevers
laten zien. Als al die hees ten eens levend
werden en aan hun boosaardigen aard
toegaven, dan zouden ze een massa ellen
de aan de menschen kunnen berokkenen.
Zullen wij nu dezen kant gaan, dan
•komen wij in Ohaucery Lane? zei Violet.
Ja, dat is waar en dat is mijn weg
naar huis.
U woont toch in "Woburn Square?
vroeg Violet.
1Wie heeft u dat verteld?
U zelf een oogenblik geleden.
Zoo. Nu, dan was ik het vergeten,
Wat is de geest toch iets bizonders, de
zinnelijke betrekking tusscken automati
sche handelingien en gedachten.
0, pas op, riep Violet, zijn arm grij
pend, omdat een taxi hem bijna verplet
terde.
Wat is er? vroeg de oude heer, wat
zei ik ook weer, de zinnelijke betrekking
tusschen het bewuste en onbewuste
*- Dat is zoo, zei Violet, welken kant
uit?
Linksaf.... neen toch rechts, weet
u den weg niet naar Woburn Square?
HOOFDSTUK XXXIV.
Mevrouw Dewar.
Violet antwoorddo niet, maar dat maak
te niets uit; de professor scheen geen ant
woord te verwachten.
Zoo liepen zij samen door in de richting
van Ilolhorn.
Het was wel een buitengewone toestand
maar zij pasten goed bij elkander, hot on
schuldige meisje en de onnoozelo oude
man, die aau niets dan geleerde onder
werpen dacht. Professor Salmon had Vio
let niet Gens gevraagd hoe zij heette, of
waar zij woonde, maar dit had hij uit
kieschheid niet gedaan, want op haar
uiterlijk vertrouwde hij haar volkomen.
Zoo wandelden zij dan samen naar Hol-.
born. De professor praatte maar aldoor.
Violet wilde hem niet storen. Eindelijk
waagde zij een opmerking.
Gaan wij wel den goeden weg?
Dén goeden weg? Maar dat is de
Bank. i
Zijn wij nu ver uit onzen weg?
Ja. Maar gedane zaken pem en.
keer en men,kan geen oud hoofd op jon e
schouders ver wac hle n
Hij riep een taxi aan en zij reden naar
Woburn Square tot het huis van den pro
fessor. De deur werd geopend door c
bejaarde vrouw met ren gerimprkl go-
zicht, maar heldere oogen.
Hadt u uw sleutel niet profe.wor?
1Ik weet het heusch niet. Hij mcct'v. .1
ergens zijn.
De deur is nu toch open en wie is die
jonge dame?
Dat is oen jonge dame, die mijn type
werk komt doen. Zij heet juffrouw
Prynne, zei Violet.
Juffrouw Prynne, dat is juffrouw
Dewar, mijn huishoudster; een erg goed
mensch.
Hij wil zeker iets van mij, want zoo
veel complimentjes krijg jk anders nooit,
mompelde juffrouw Dewar met een zijdc-
lingschen blik op Violet.
Do kamer was keurig gemeubeld en het
geheele huis zag er gezellig cn netjes uit,
maar do lunch, ilio op tafel stond was niet
veel bijzonders. Het voornaamste was eea
groote schaal salade en beschuit. 1
Zij ging zitten en juffrouw Dewar kwan^S
binnen met gesneden vloosch.
(Wordt vervolgd). w 1