I toor ons aanlicht/te, Zcndag was de heili
gt -ng5 de zegen van ons werk en ons leven,
it, Al's 't Zondag was, dan voelden we ons
1.' a]ien genoeglijk rentenier, op Zondag leef-
a ^en wij van ons geld, genoten wij van onze
ÏUSt onzo vreugd, or.s geluk, van de voldoe-
Qing van onzen arbeid.,
pan wisten wij ons echte Zondagskinde-
rCn' r,
Maar als er tegenwoordig zoo weinig Zon-
1- dagskinderen meer onder ons ziin, 't is mis-
lp gcliien. omdat wij ons. als kinderen, ver-
wend en bedorven hebben, niet meer te
lg vreden met. de mate van eenvoudig geluk,
welke heb leven ons toebedeelt.
Tot dat eenvoudige maar ongerepte geluk
behoorde de Zondag, dien God zelf ons ge
geven heeft cm hem te heiligen, te zegenen,
j.' maar ook als een Gods' gave te waardee-
r. ren.
DE OUITSCHE DIENSTMEISJES.
[0 Er zijn in 's-Gravenhage minstens 8000
Duitsche dienstmeisjes.
Hoo tal van „mevrouwen" van de afhan-
jj kelijke positie dezer meisjes misbruik ma
ft ken, blijkt uit hetgeen ds. van Gheel Gil-
oemeester in z'n weekblad als zijn ervaring
u meedeelt.
Zoo komt de schrijver tot iets wat hij „de
d Maagsche schande" mernt:'
„Een meer en meer gebruikelijke manier
it van „bezuinigen", is dat men z'n dienstmeis-
)t jes 's avonds de straat opstuurt. Voor een
Holland sell meisje heeft dat z'n goede kant;
1- zij vindt allicht bij vrienden of familie een
welkom thuis. Maar de Duitsche meisjes ziin
hier vreemd en krijgen daardoor meer „uit-
r, gaansavonden" dan haar lief is.
„Je bent vanavond vrij; je kunt uitgaan!"
roent mevrouw.
Maar het Jc'nd waar moet het heen?
bleef veel liever thuis.
Neen, dat kan niet, verzekert mevr om-'
't want zij wil net haar man uit; naar Scala.
of naar de bioscoop, of naar een andere
s plaats van vermaak. En ze wil haar dieust-
p meisje niet alleen in huis laten. Dat ve-r-
,r trouwt ze niet. ..Je kunt uitblijven tot half
j. twaalf; als je dan maar voor de deur staat,
Ie dan kom je er gelijk met ons in!" En mc-
vrouw denkt er niet aan hoo onverstandig
t_ en hoo wreed ze handelt. Ze was dat vroe-
f gcr, met haar Hollendsch meisie. ook zoo
gewend geweest. Maar dat Hollandse-hé
f meisje had hare ouders hier, of kennissen,
niet waar, mevrouw?
En zoo worden eiken avond dozijnen meis
jes de straat opgestuurd! Daar zijn er ook
die heb heel ellendig vinden; daar loopen ze
dan wat heen en weer. Daar zitten ze wat
op een bankje. Soms onder een parapluie.
Heb is nog geen half twaalf. En morgen ziet
ze den heele'n dag tegen den avond op.
Is het wonder, dat zoo'n eenzaam meisje
straks wel eoren heeft naar epn praatje en
wel gaarno door een vriendelijken meneer
getracteerd wordt, dat ze het prettig vindt
om iet-s warms te drinken of ergens gezellig
te zitten, en dan niet meer zoo tegen den
lansen avond opziet?"
Jn' «séhen', zoo besluit de schrijver, zijn
ei meisjes, die heel stemmig waren, toen ze
hier kwainen. door de straat van kwaad tot
erger gekomen. Daar lisgen er, zoo verze
kerde men hem, in de ziekenhuizen een aan
tal die voor haar leven ongelukkig en onge
neeslijk zijn. En de mevrouwtjes, die rooit
in eenige verleiding zijn geweest, schudden
het hoofd over ,,die lichtzinnige meisjes".
Maar wie draagt de schuld
Wanneer een vrouw schoon is.
Voor de vrouwelijke schoonheid zijn vol
gens Ibrahim vier en twintig eigenschappen
noodig; daarvan ziin er vier zoo zwart als
kool: de oogen, het haar, da wimpers, en
de wenkbrauwen. Vier zoo wit als sneeuw:
de tanden, de na-gels. de hals en heb wit van
de oogen. Vier moeten rood als een roes
zijn: de wangen, de lippen, de tong cn het
tandvleesch. Verder moeten er vier klein
zijn: de handen, de vccten de neus en de
mond. En bovendien be'icoren tot. de ver
dere eischen: flinke gestalte, slank figuur,
lang haar en glasheldere stem.
NUTT!GE WENKEN.
Zwart maker, van bruine schoenen.
Het is noodig '.r eens even op te wijzen
hoe verkeerd het is, als huisvrouwen of an
dere zuinige lieden zelf hunne bruine schoe
nen on eigen houtje gaan zwart verven om
dat hiervoor dikwijls een verfstof gebruikt
wordt, die door haar giftige bestanddeclen
een ernstig gevaar voor de volksgezondheid
oplevert.
Bedoell wordt hoofdzakelijk het z g. hlik-
semzwa-rt, dat naast "de aniline-kleursfcof-
cok groote hoeveelheden vrije aniline of
anilines'jrrogaten bevat, die haar giftige
werking niet alleen uitoefenen als de huid
beschadigd is. maar ook door de gezonde
huid heendringen en tevens bij inademen
schade veroorzaken.
Het ia echter heel goed mogelijk, met on
schuldige middelen schoenen goed. en blij
vend zwart te maken. De Rijksschool voor
leerlooiers en schoenmakers te Waalwijk ge
bruikt o.a. een soort bliksemzwart, bestaan
de uit een 10* pet. oplossing aan vetopl.o-sba-
re nigrosine in lijnolie, waaraan een gelijke
hoeveelheid benzine is toegevoegd.
Met dit onschuldigs mengseltje kan zelf3
ds zuinig huisvrouw op eigen houtje de
schoenen zwart maken.
Guldanregels voor de kachels.
1. Zorg ar voor, dat kachels, haarden en
fornuizen geheel zijn Icc-ggehaakl voor het
aanmaken.
2. "Wees bij het aanmaken zoo zuinig mo
gelijk met héb materiaal; verspil geen
houtjes, vuurmakers en turf.
3. Stort geen petroleum in een brandende
of smeulende ka-chel; bevochtig daarmede
alleen turf, die ge voor liet aanmaken ge
bruikt.
4. Vul de kachel eerst bij, als een gloeien
de onderlaag is verkregen.
5. Zorg, dat-uw schoorsfceenen op tijd ge
veegd zijn.
6. Stel u op de hoogte van de luchtrcge-
ling van uw ksche!van don luchttoevoer
hangt vooral bij vulkachels cn vuil:aard,
alles af.
7. Koopt steeds goede kwaliteit brand
stoffen.
8. Houdt bij het bestellen van anthraeiet
rekening met het systeem van uw kachel;
de groote stukken anthraeiet, die voor uw
haard geschikt zijn, deugen niet voer ccn
vulkachel.
0. Laat géén petroleum-, gas- of eleetri-
sche kachel branden, als gij uw woning
oubeheerd laat.
10. Denkt er aan uwe kachels, van welke
soort zij ook zijn. op tijd ccn schoonmaak
beurt te geven.
Vlceipapier.nioei men altijd bewaren want
het komt tc pas bi! het reinigen van glas
werk. Wanneer glazen en bekertjes goed
schoon gewasschen zijn, droogt men ze ge
woon af niet een zachten drogen doek. Daar
na wrijft men ze nog. met het vloeipapier
en geeft ze ten slcptc een final touch met
een linnen handdoek.
Het resultaat .innet verrassend zijn.
Petrofeurr.vlekken in een vloerkleed ver
dwijnen meestal van zelf. Men kan dit. bo-
Zoo Antoon, vind jij je cadeautije zoo
mooi! Dab wist ik wel, mijn vriend, alle
prijzen waren dezen keer bijzonder mooi en
ik kan me zoo echt voorstellen, dat je het
vaste voornemen gemaakt hebt; om altijd
mee te doen en mij goed te helpen aan liet
rubriekje, dat ook door de cudeis zcoajs je
zegt. met pleizier gelezen wordt. Dag An
toon
Ella. O g s g e e s t. -Waarom
had je nu eigenlijk niet nice gedaan aan de
prijsraadsel.';? Waren ze tc moeilijk of wat
was het! Je Keistvcrhaaltje laat ik plaat
sen! Het is toch altijd.ccn voldoening aks
men 'zeggen kan: ..ziezoo, dat is nu éigen
werk", niet vaar? Probeer ook eens .aan
een versje! Zelf maken; met een beetje goe
den wil en wat geduld krijg je zoo'n rijm
pje wel in elkaar gezet. Ik zal zien en
ik wacht af. Dag Ella;.veel groetjes thuis!
Jacoba r. F e s s c ni Leiden.
Dank je wel mijn kind, voor het ingezonden
verhaaltje, dat later cok wel geplaatst
wordt. Zoo. cn venden ic ouders en de zus
ters op school liet schilderij zoo mooi! Dal
geloof ik graag; mat zoo'n cad.ea-iti.jn zou
iedereen schik hebben.Te goede wenschèn
voor 1024 neem ik in dank aan: het is nog
niet te laat Jacoba: dit kan men neg de
heele maand Januari deen. Dag Jacoba!
Dat Jacoba! Groet vader cn moeder van m
Groet vader c:i moeder van me!
Bertha v. Leeuwen, Nieuwe
Wetering. juist Berthazoo was
het! wie niet mee gedaan heeft, is te dom
of te lui of te vbrwaand. Het is treurig,
maar waar. en toch,.hebben dis achterblij
vers ongelijk. Jammer dat jij geen prijsjo
gewonnen hebt. Ik had je zoo graag eentje-
gegund. Jouw werk zag er keurig uit, en ik
reken in de toekomst weer op jou en op: je
klasse-genootcn. Dag Bertha!
Verge e t - m ii - n i e t j e. Leiden.
Ik was heüsch blij met je briefje! Ik
had al gedacht dat Vergcet-me-njetje mij
vergeten was! En heeft- .je vader je nu ook
buiten de deur gesloten? Je weet wel!
En begint het piano-spelen ook al een beet
je? Doe maar goed je. best en leer nu flink,
want als men oud is, gaat het spelen zoo
goed niet meer: dan worden de vingers te-
stijf en gaat er de lust ook uit. Veel groet
jes aan vader en moeder.en dé broertjes!
Joke Walenkamp, Warmond.
Wat- ben jij een flinke meid! Ook zusje
Lies heeft keurig geschreven of is zusje zoo
vriendelijk geweest het werk van Joke ook
maar voor haar rekening te nemen? Ik was
echt- blij met de vele vriendjes en vriendin
netjes uit Warmond. Zoo moet het ook; het
is immers een rubriek voor alle kinderen
van alle ouders, die op ons blad geabon
neerd zijn. Zeg eens Lieske, met- bet- briefje
van vader ga ik accoord: vader snapt me
zeker wel waarom juist pen vraag als V er
bij was. Dag jongens! Veeel groetjes aan
vader en moeder!
Wim van Dijk. Boelofarcnds
veen. Zeker.- mijn jongen, heb ik van
buitenjongens ook graag een brief! Hoe
meer vriendjes, hoe liever! Onze rubriek, ik
zei het aan Joke Walenkamp al, is voor
alle kinderen. En ik vind het heel lief van
je, dat j© beloofd hebt voortaan altijd mee
te doen. Zoo, en heb je geen moed ora aan
een versje te beginnen? Hoe heb ik het nu
met je Wim? Willen is kunnen: probeer!
Dag Wim! Groet vader en moeder, de broer
tjes en zusjes van me!
Josephine Schéraner, Leidén.
Hoopte jij op'n prijsje, mijn kind en
spoedigen door de vlek te bedekken met
een laag aardappelmeel, daarover heen een
vloeipapier en hierop een heet strijkijzer
zetten. Men neemt telkens een andere plek
in -het vloeipapier en ververscht zoo noodig
het meel.
Om spatten bij het bakken in vet of boter
te voorkomen legge men een stukje brood
in de pan.
Dof geworden vernikkelde voorwerpen
worden weer blinkend gemaakt met 20 pet.
zwavelzuur houdende alcohol. Bevochtig de
voorwerpen met de vloeistof, laat deze
eenige seconden inwerken en spoel daarna
met water af. Dan de voorwerpen met een
lap vrijwen, gedrenkt met alcohol zonder
zuur, en ten slotte polijsten met een drogen
doek.
Nu 'i voorjaar wordt.
De laals'e aflevering van „Floralia" is
een speciaal zaadnummer geworden, nu
do dooiperiode aanleiding geeft om te den
ken aan bewerking van de tuinen. Ver
lucht door mooie platen, worden de ver
schillende bloemzaden beschreven, zoodat
dc blocmlicihfbbers een ruime keus heb
ben in zaaizaden en de behandeling der
jongo planten. Vooral de lathyrus
waarvan een keurige kleurenplaat bijge
voegd is wordt apart behandeld en een
met teekeningen verduidelijkte hchande-
ling van het zaad is er bijgevoegd.
Dc heer J. Hoog schrijft in dit num
mer een artikel over het kweeken van
groenten door liefhebbers, waaraan wij
het volgende ontleenen:
Tot de allervroegste groenten behoo-
ren: wortelen, salade, sp:nazie. Da beide
eer.;to worden reeds in Oct.-Nóv. uitge
zaaid, hetwelk gelijktijdig kan geschieden
Do slapJantjes, welke overtollig blijken,
kunnen later worden weggenomen, zoo
rootÜg in een anderen bak worden over
bezet. Een tiental ramen, bezaaid met
Basje zeker ook, is 't niet. Jammer toch, dat
het geluk niet voor een van jelic viertjes
geweest is! Ik bad jelic zoo graag een prijs
je gegund! Enfin! niets aan te doen. Hierna
beter. Dag jongens! Veel groetjes ook aan
vader en moedertje!
Emil Duym, Leiden. Ik dank je
wel Emil voor je goeie wenschen voor 1924
en vooral, waa-r je wensc-ht, dat ons Kin
derhoekje hoe langer boe mooier wor
den zal. Dit wenseh ik ook en daar zal ik
mijn best voor doen ook. Maardan moe
ten jelie allen me goed helpen: m^t ver
eende krachten is veel t-e bereiken. Als elk
kind- zoo goed hielp als jij, dan.geloof ik
wel, dat wc ons doel best zouden berei
ken. Jij bent een flinke medewerker. ,De
ledige- Plaats" laat ik de volgende week
plaatsen: nu is ons hoekje „propvol". Dag
Miel ik verwacht nog meer van jeGroet
ook vader en moeder van me!
Nu wil ik voor vandaag ophouden. Er
'liggen nog een stapeltje brieven te beant
woorden. Allen krijgen een beurt; geduld
mijn vriendjes. Met veel liefs en goeds voor
U allen.
D c Redacteur.
Sneeuw vermaak.
Hé. wat is dat heerlijk glijden,
Op die spiegelgladde baan!
O.ok is fijn, het schaatsenrijden,
Wat heel vaak ook wordt gedaan.
Jongens spelen, springen, stoeien,
Wat een pret is dat vandaag;
Hun gezichten? o zij gloeien.
Ging liet dooien? 't was een plaag!
f
Nu gaan zij»een sneeuwpop maken,
Rollen ballen heen en weer,
Jongens, laten wij hem raken,
Want, 't doet 'm toch geen zeer!
Eén. twee, drie, nu bombardeeren,
De ballen vliegen langs z'n oor.
Het eerst valt af zijn hoed met- veeren,
En dan, daar vliegt zijn hoofd -&1, hoor
Eindelijk is hij nu gevallen,
Kon'dé kogels niet weerstaan, -
En dc kleuters moe van 't ballen,
Zijn voldaan naar huis gegaan.
Zii vertellen daar hun moesje
Van de pret dien dag gehad,
En slapen als ons heel jong poesje,
Vast cn lang, ik vertel u dat.
f Kees van Dienen.
Sneeuwpret.
Dc winter is gekomen. De jongens zijn
weer aan 't sneeuwballen. Haroept- Jan,
door komt een ronde dop. Nu mikken jon
gens! Ha! die is raak. zegt Jan. Dat scheel
de niet veel of de mijne was ook raak. Tk
ga gauw naar huis. anders kom ik nog te
laat zegt Jan. „Toe blijf nog wat ballen",
zegt Joop. Maar hij ging toch maar naar
'huis. Allen riepen „.koukleum". Ma-ar Piet
zegt. waarvoor-laat jij die dop voorbijgaan.
Gauw de ballen klaargemaakt. Hadaar
komt er nog een: dat is een meisje, ik zal
ze eens inwrijven, zegt Piet! Hé! wat is dat
koud. Joop zegt-: „niet te lang hoor! nu is
het genoeg'. Nu maar gauw naar huis, an
ders komen wij nog te laat op r.chool. On
derweg vroegen zij een meneer hoe laat het
was. 't Is al kwart voor één. zegt ie. Om
éen uur waren ze thuis. Wat- hebben ze een
pret gehad. Wat heeft toen het eten lekker
gesmaakt, en hoeveel dopjes hebben het in
zoo'n tijd moeten kunnen.
a Piet Wijtenburg,
He Laat de Kanterstraat..
wortelen, is voor eigen gebruik ruim vol*
doende en daar onder ciko raam ook nog
rmnstema 12 slaplanten kunnen blijven
staan, mag dit getal ook ;ils voldoendbe
schouwd wordc-n.
Goed weer dienende, kan dan in het
laatst van Januari, begin Februari, ut;
•eerste spinazie in den voller- grond, '.vol
den uitgezaaid.
Op dezelfde piaals kan dan. zcf-dia hor
weder het toelaat, de vroegere bloemkool
worden uitgepkmt. De spinazie kan dan
later worden weggesneden, zander cenig
beletsel van de bloemkool. De intusscheE.
opgekuilde tuinboonen kunnen na yoh
doende ontwikkeling spoedig worden uit
gepkmt. Bij voorkeur plant men deze ui'
langs een pad of iets dergelijks, doch zoo,
dat liet slechts één rij blijft. Meerder?
korte rijen naast elkaar hebben het be
zwaar, dat de ruimte te lang bezet blijft
terwijl op deze wijze de tuinboon oo»
eenigszins als beschutting kan dienen. On
zooveel mogelijk tegemoet te komen dezt
soort Jangen tijd te gebruiken, kan late;
ook een gedeelte op dezelfde wijze als za
den worden uitgelegd. Weliswaar is di
opbrengst hiervan misschien iets minder,
doch men heeft ook het voordeel, dat zoc-
dra de uitgeplanle ongeveer ten einde zijn
direct nieuwen voorraad te hebben. Voor
de verdere uit te planten bloemkool kieze
men twee soorten: de vroege en de latere.
Allereerst een rij vroege, daarop een rij
latere en zoo vervolgens met een flinke
tusschenruimte, waarin gevoegelijk eeni
ge rijen sla kunnen worden uitgepoot.
Waar uien uitgeplant zijn, geldt als re
gel, dat in de paden kroten of bieten wor
den uitgezaaid; waar ze le dik opkomen
kunnen ze later worden gedund en bi;
vochtig weder verplant worden. Oin zoo
veel mogelijk in bladgroente te voorzien,
kan meu volstaan door slechts een paar
rijen snijbiet uit te zaaien, zocdat men
geregeld tot het najaar hierin is voor
zien.
Spinazie laat zich sk-Jils enkele ma'er
zaaien en als zoodanig is de snijbiéF ca
goede plaatsvervanger. Opgekuilde peu
len, tc kweeken aan.rijshout, plant mei
in een kleinen tuin ook liefst uit op eet
schadelijke plaats, bijv. langs pad oi
sloot. Betrekkelijk vroeg kunnen ook de
wortelen worden uitgezaaid: deze teelt
laat evenwel niet toe. dat hij eenige op
pervlakte een ander gewas waarin word»
Kerstmis!
't, Ie avond geworden de scherpe Noor
denwind, doet de wandelaar zich haasten
naar huis t© -gaan. De dichte menschendrcm
men, worden allengs minder: de "rijken,
gaan beladen met hun pakjes huiswaarts-
waar ©en knapperend haard vuurtje hen
wacht.
En zij, de min der bedeelden, ach zij zijn
tevreden met hun zoo juist gekochte schat
ten, want hét- is alles vOov den Kerstbom:,
en een tevreden 'glimlach zicu wi op al die'
gezichten.
Langzamerhand wö"J hét r,?:lTer' naar
mate het nachtelijk uur nadert.' Fno'euw-
vlokjes komen dwarrelend van boven, aan
groeiend tot. vlokken, welke do aarde als
met een witten mantel bedekken. En temid
den van die heerlijke stilte begint plofs het
kerkklokje té luiden; zacht-kens vallen de
eerste tonen in het stille dorpje om de
menschen tc wekken ter kerke. En luider
schallen de tonen als willen zii een ieder toe
roepen: „Kom ter kerke 't- is Kerstmis!" en
daar zien we de bewoners van het dorrrie
zich haasten naar ..Gods Hifis". stil cn de
voot en wann-eer zij na eenige uren weder
om in lange rijen naar huis gaan. zien we
op elk gelaat een blijde glans, en de men
sehen wenschen elkaar een Zalig Kerst
mis." En dan de thuiskomst Ouders en kin
deren scharen zich om den Kerstboom, die
daar staat in' schitterendr> r-rmht en nu zin
gen ze het lied zoo om1 er '^-md. het lied
van, Stille Nacht, HYTigc aoht
Antoon "Westen. "hfvVVe s£è§g, Leiden.
Nieuwsgierigheid gestraft.
I.
Er was eens een meisje dat altijd erg
nieuwsgierig was. Zij heette Rika. Vader
wist maar niet-, hoe hij haar dat- leelijke ge
brek moést af le eren'. Toen kwam 'bij hem de
gedachte- eens op. oni 'haar op de proef t©
stellen. Rika zou gauw jarig ziin. Over tweo
dagen al. En bp den dag voor liaar verjaar
dag zei vader*'s avonds tegen haar: .Rika
hier h©b je a-1 een cadeautje van mij. Maar
je mag het niet voor je verjaardag open
Piaken. Rika pakte het pakje aan. bedankt©
en beloofde het- niet l© zullen doen. Zij
bekeek bet- pakje eens aandachtig. Het was
vierkant. Maar aan de bovenzijde waren al
lemaal gaatjes gemaakt. ..Waar zou dat'
voor zijn," dacht zo. En ze kon het maar
niet oplossen, 's Avonds ging zij naar bed
met- het vreemde pakie onder haar arm. An
ders als zij in bed lag sliep zii da-del pk.
Maar nu. neen! Zij kon niet slape" Zij
dacht telkens rnaer aan het- pakje. Wat zon
er toch in zitten. Zou ik het- open maken?
En in haar binnenste zei een stemmetje:
„Ja. doe het maar".
De torenklok sloeg elf uur en neg sliep
zii niet. Diezelfde gedachten dwarrelden'
door haar hoofd. Het wes twaalf uur. En
nog altijd maar hetzelfde. De slaan wou
maar niet komen. Zij draaide naar links eti
rechts en kreeg het vreeseliik warm. Zij
stapte uit bed en ping regelrecht naar het
raam toe en schoof het heele maal in de
hoogte en ging toen weer in bed. Maar dö
slaap kwam maar niet. En een stemmofcjo
hoorde zij weer in haar binnenste zeg-ten:
..Maak het nu maar open, niemand ziet hefc
toch." Nu liet zij zich overhalen. Zij sta-oi©
met een vastberaden gezicht na-ar het»
vreemde pakje. Maakte het touwtje los en
nu kwam een kistje te voorschijn met gaat*
jes aan den bovenkant.
Zij lichtte het deksel op cn toen kwam..
Ik zal heb jullio dc volgende week \v<*
vertellen, want het is veel tö griezelig.
51 F Willem Jansen, Kort Rapenburg t l.
T" (Slot volgt). 1
v
EIND GOED AL GOED.
XL.
Ja Ma rietje, wie weet of je nog niet-
eéns in een- mooi klein huisje komt te wo
nen; een huisje met een tuintje ervoor en
er achter, zegt Mevrouw Wagner met een
glimlach om den mond; maar met een
ernst in haar blik, alsof het plan, dat ze
onder het vertellen van vrouw van Baarle.
vormde, reeds verwezenlijkt was.
Wie weet aldus vervolgt zij wat Ons
lieve Heertje voor goeds nog bedenken zal
en. waai mee Hij onze kleine zus en hare goe
de moeder zal gelukkig maken, maar wat
ik u bidden mag, ga verder Truida, want- ik
geloof dat het vervolg van je geschiedenis
l.et- begin zal zijn van alle leed, dat je in
de laatste dagen doorstaan hebt.
Juist Mevrouw, zoo is het!
Met de toekomst- van onze kleine schat,
scheen ons geluk volmaakt-. Ze groeide
ons kindje als een bloempje in den hof.
Marielje was als een zonnetje, dat scheen
bij dag en bij nacht cn iedereen, die bij
ens kwam, vond het een aardig lief popje
niet- haar goud blond haar en blauwe oog
jes gn een kuiltje in iedere wang. Het was
in één. woord een schat, dien ik voor geen
geld van de-, wereld had willen verkoöpen;
nu,.ya.s, ik de koning ,te rijk,
•Eu mijn man.? .Oh. Mevrouw,-ik zie hem
'laar nog met dc kleine zus op. schoot, en ik
boor hem. nog alle mogelijke lieve naamp
jes zijn dochter geven, die met haar schalk-
sohe kijkers hem vol verwondering aansta
ren, ierwi.il een. lachje om d'r mond speelt,
net of ze hem verstaat en tocb was zc pas
eea half jaartic oud.
Dat toonecltje vergeet ik nooit. Zoo zie
ik hem voor me als ik wakker word in den
donkeren nacht; zoo zie ik hem voor me
als ik in stilte naga, wat ik verloor, toen ik
Tan hem weggerukt werd. door de ruwe
hand van den onverbiddelijken en vreese-
Üjken dood. Zoo zie ik hem, als ik terug
denk aan ons huisje, waarin het zonnetje
'au geluk bijna onafgebroken vijf jaren
Jang scheen en zoo zal hij blijven in mijn
^'inneringen voortleven, al zou ik honderd
-aar worden.
Maar ik zou ver!ellen en niet- U een
beeld voor oogen stellen, hoe ik me hem
voorstel!
t Was Mei en 't trof dat wo juist eender
H-hoonc dagen hadden, zooals er in deze
föaand gewoonlijk zoo weinig voorkomen.
De kleine zus lag in haar wiegje zieh te
koesteren in de helle zonnestralen. En ik
jk was bezig in mijn tuintje voor de deur en
bewonderde het opschietende groen en de
J°nge, tccre knopjes, die zachtkens open
sprongen en zich ontwikkelden tot blocm-
- ^~\.van allerlei kleur en pracht.
Mijn tuintje leek inderdaad een paradijsje
*aarin het zoet- is te rusten na volbrachten
En toen?daar hoor ik mijn naam
°cnien cn in den klank der -stem, die mij
,oePü ligt iets zoo ontzettends, dat ik er
^willekeurig van schrok en ik me .met
ngst- wendde naar den kant, va-ndaar die
aoi) tot me kwam.
^aas' wa^r mijn' man werkzaam was,
voor me, en zegt- ietshortend
Wond
en stootend en ik jhoor ik hoor met ont
zetting iets van een ongeluk, van een val.
'van kneuzingen, van een dokter en toén.
holde ik weg naar hem, en vergat kind en
hof en huis endaar vind ik hem te
rug. Mijn Jan, gevallen van het hooge- dak
cn neergeploft, op de harde straatsteenen.
Daar lag hij, bleek als een doode. terwijl
het bloed met dunne straaltjes uit den
neus liep. Van wanhoop en vertwijfeling
wierp ik me naast hem op de knieën en
weende, weende 't in bittere smart uit en 7iep
hem bij ziin naam, waarin ik mijn beang
stigde ziel lei. Hij verroerde zieh niet.
„Zou hij dood zijn dokter?" zeg het me
toch! Ik sterf van angst. Zeg me de waar
heid? de onzekerheid is erger dan het we
ten. Spreek toch dokter?
Wees kalm vrouwtje. wees kalm! Het
is ernstig, zeer ernstig. Maar waar leven
is, is hoop. Het hart klopt al is het zwak.
Het zal wel weer bijkomen. Hij is op z'n
hoofd terecht gekomen en dan van die hoog
te! Maar laten we het beste hoptn. Hii is
van een sterk gestel, misschien dat hij dien
val te boven kemt.
Dank u dokter. Het is waar; waar le
ven is, is hoop. Ik wil niet dat ie sterft-.
Hij moet bij mij blijven; bij mij en mijn
knd. Help niij, als u blieft, help hem dok
ter; rédt hem en ik zal u er :wig dankbaar
zijn! El weer snikte ik het- uit in nameloos
'lijden. En allen, die er om heen stgnden,
waren tot in hun ziel bewogen cn drukten
me vol deelneming de hand.
Daar lag hij. de sterke Jan, die voor
eenige uren vroolijk en wel mij verliet en
thans daar hulpeloos ternederlag met de
doodskleur op het eertijds blozende gelaat;
het was ontzettend cm tc zien en nog ont
zettender., omdat ik niet in staat- was ook
maar in het minste verlichting en opbeu
ring te brengen.
Ja Mevrouw-, op dat oogenblik van on
macht en nameloos lijden, waaraan ik ten
prooi was, had ik gaarne mijn leven gege
ven.
Ik was mij zelf niet meer meester.
De Redacteur.
(Wordt vervolgd).
CORRESPONDENTIE.
Marie Smits. Leiden. Wat
jammer, hé Marietie, dat het op een nietje
is uitgedraaid! Maar daarom den moed
niet opgegeven, hoor! Altijd maar volhou
den; er komt toch wel eens een prijsje uit
den hoorndes overvloeds rollen voor onze
goeie Marietje.*En dan! ik reken er vast
op, zoowel als van zusje Riky, eens een mooi
verhaaltje te ontvangen, of een versie, ook
al goed. Begin maar en je zal zien. dat het
lukt. Veel groetjes thuis! Da-g Rietje!
Lena de Jong. Gouda. Wel
kom Lena, in. ons midden! Jouw verhaaltje
is heel. aardig en 'het zal geplaatst worden
ook; maar je moet nog een beetje geduld
'hebben. Ieder krijgt een beurt en onze ruim
te is beperkt-. Maak eens een versje voor
me! Zul je? Dag Lena.
'Antoon Koot, Ha zeri w oud?.