•s haduen. gehoorzaamheid
Ql maar ziet:
2o zij lieten in haar huis de „verboo-
papistisclie exercitiën" tocli door-
waarvoor in November 1642- juf-
Hcndrina, in November 1643 juf-
U1I Hestor werden bekeurd ep „secr
H gecorrigecrt".
30 Zij war.cn echter onverbeterlijk, die
topjes" want hoewel „weelende endc be
tel syade, dat soo by de placcaten van
jeeren Staeten-Generaal alsöock by de
rticulicre keure deser stede verboden is,
uiet meer als twee clop-zusieren bij
I anderen mogen inne wonen", hadden
Leb meer klopjes in kuis gehad.
pe scbout had daar bet zijne van wil-
ivelen en tevens nog eens willen zien
de „Auetaeren ende oxales" misschien
jr opgericht waren, maar toen hij met
«gezellen daartoe den 3den Haart 1644
ujeide, toenwerd de deur noj
is" extra gegrendeld en moesten de hee-
geruimen tijd wachten totdat naar
'argwanende schout onderstelde „ge-
egdens hadden geremoveerd ende ver-
■ght" wat tegen de plakkaten indruisch-
van welke verbergingo ende weghne-
ingho'die van de gherechte 't gewoel en-
gestommel, oock bet sluyten ende ont-
ylen van slooten, op straet hebben ge
urt''.
[o. Den 6den Maart ging men ver-
iDirdo de gezusters niet zekere beer
Eclier namens den schout nog eens kij-
cn wel des morgens te 7 uur, maai
bem werd het niet gemakkelijk ge-
aki. De deuren werden zelfs binnens
ts gegrendeld, zoodat bij „genootdruchl
geworden drie verscbevden deuren met
feit op te slaen en op te smylen al eer
do binnenste vertrecken van ge-
gdens hyse beeft konnon komen, al-
er hy gekomen synde alsdoen, gelyck
ie op den derden van deselve maendt
voren, heeft bevonden eene geprepareer-
Auctaer, met noch een plaetso of ora-
toegeeygent om aldaer Papistische
Dsten ende Misse te konnen doen",
foorwaar geen geringe acte van be-
uldiging
lie van'den Gerechte" vonden een en
lor „niet alleen een notoire overtreedin-
soo van de placaten ende wetten van
lande als van de keure deser stadt,
ar ook een groote stoutigheydt ende
lehoorsaemheydt mitsgaders een voor-
lomen wederspannigheydt ende kleyn-
ilinge, ja dat erger en nog quader is
Notoire resistentie tegen de justitie
le haer wettige Magistraet in de on-
igheydt, ende sulx van seer quade ge-
»e, dewelcke in eene welgestelde regc-
ge niet kan nog mogen getollereerl
tden, maer andere ten exemple ende
chrick gestraft werden",
llvorens die straf te vermelden, willen
intusschen eerst de verdediging der
usters hooren, welke mede bewaard is
leven.
[ooreerst ontkenden de dames, dat zij
iden „gecontinueert hebben met bou-
i van Autaerornamenten, Predickplaet-
felc." Zij tartten den Schout, iels an-
s, gezien le -kunnen hebben dan eenige
iiaarscn en beelden, welke zij echter
iyt cn hebben verstaen ongeoorlooft te
Wat den Autaer aangaet, wij heb-
overlange in plaet.se van dien een le
ant in de kamer gestelt, zooals de Hee-
'l solve gesien hebben ende de kasse,
de Heer Schout den autaer wilt noe-
i, hebben U.U. E.E. mede gesien, als
I; onlangs de Heeren gedeputeerde vi-
nrs uit den Haghe, sonder int minsten
elve te bestraffen". Voorts verklaarden
gezusters dat de plaats, waar die kast
nd, „soo elyn is, dat de Ileeren selfs
konnen oordeelen geen plaets te syn
eenige vergaderinghe, maer een elyn
Hamer voor ons eygen huysgenoten",
diende zij dan ook sedert do opgelegde
le geen „Misse of predicatie" meer in
is gehad.
fan de beschuldiging „dat wy langen
dl meer als twee clopzusters by des
lero gewoont hebben", begrepen de da-
i niets. Men mag toch wel als gezusters
elkaar wonenZij maakten voorts niet
jjr aanspraak op den naam „kloppen"
tt andere ongehuwde personen, en wat
sr kleeding betreft, wel, zij wilden
mie dragen wat „do Heeren dies aan-
®do sullen mogen ordonnceren naer
Rn staet en conditie",
wl zij den Schout lang hebben laten
rkten, was waar, doch dat speet de
&ss zelve en do reden was dan ook een
"soli andere dan Z.Ed. onderstelde:
ise susler, sieckelyk wesende, zou haer
icoaemt bobben do Heeren te sien voor
ft bedde vergaderd, hoopen de Heeren
Mualyp.k sullen nemen 't geen uit ecr-
ft"pyt ende eerbiedigheyt tot do Hee-
1 geschiedde".
f'rnt ton slotte de overval op 6 Maart
tf«. luidde de verdediging aldus: „Wy
Slaen niet, do Iïecr Sckoudt tot onsen
to doen badde, gemerekt daor nic:
ÊQkel mensch was bfnnen gekomen,
'ftuyt hy vermoeden mochto eenige.
wringe. Ende om inspectie, te nc-
(was bet ook) den regbten lijdt niet,
orgens als byna alle die in buys ende
1° beur to waeren noch sliepen; hoopen
<lat do Heeren quaet vinden, dat Eer-
0 Dochters alle middelen endo gewclt
'uicken om mans, soo ecrlyck die ooc
J 0 houden uyt den kamer, dacr sy
fn fuslon; moer hebben myn susters
Mgedaen".
ec zal toegeven: de dames Van Sant-
waren behoorlijk van do tongTicm
Li ,?n ec lang niet onhandig in haar
't Schijnt haar evenwel niet
...Wa to hebben, want volgens do ten
le2 u^en steen in de Brccstraat voor-
sententie hebben „dio van de
linXf6 i? iutfrouwen Hendrina, Hester
a achbelt van Santhorst'don tydt'van
aangeplakte en natuurlijk op
jaeren deso stadt en
van dien ontseydt, gelyck sy
m T ontseggen by deson, belastende
ie "voornoemde gedaegden;
°rrigeerdens binnen den teydt
van uriemaels vier en twintingk uyren
daeruyt te vertreckken, sonder gedeurende
den voorschreven teydt van 'scs jaere
daerinno wederom te mogen komen, noch
deselve cenigszins te frequenteer en op
pyno van swaerder straffe endo correct
tie".
Alzoo: 6 jaren uit de stad verbannen,
plus do kosten natuurlijk.
En dat allemaal vanwego „Paopschc
Stoul:gheyl".
Nu we tocli 'te Leiden zijn, een korte
medcdccllr.g over
bet Pi. K. k e r k h o f v
aldaar. Dit beslaat bijna ccn eeuw!
'i Is wel geen bijzonder opwekkend ju
bileum, doch sinds men onze Koningin als
jubilé-geschenk verblijd heeft met do res-
tauratïo van Kaar familiegraf, kan ook
oen eeuwgetij van een kerkhof wel her
dacht worden, inzonderheid van con
Roomsch kerkhof, dat immers als een
voorportaal van ccn gelukkig hiernamaals
moot beschouwd worden.
De stichting is le danken aan de ijverige
bemoeiingen van pastoor Petrus Antonius
Kervel, die van 1319 tot 1846 aan 't hoofd
Kerel!, die van 1819 tot 1846 aan 't hoofd
der St. Petrus-parochie stond en ook
„Landdeken" van Rijnland geweest ïs.
Toen door de landsoverbeid in 1827
was bepaald, dat met ingang van 1 Ja
nuari 1829 bet begraven in de kerken en
binnen de bebouwde kom der gemeenten
moest c: houden," nam pastoor Kervel ter
sion :i maatregelen, zoodat reeds in
April iöUo van B. en W. dezer stad bet
terrein aan do Zijlpoort werd bekomen, en
nog wel gratis, evenwel onder dit beding
„dat bet geheelc plan van aanleg zoowel
wat het uiterlijke als de begraafplaats
van binnen aangaat" aan hun „bcoordec-
ling en goedkeuring" moest worden on
derworpen.
Dat plan was een paar maanden later
al gereed, doch door B, c-n W. werd het 20
Juni 1828 slechts in zoover goedgekeurd,
dat er wel een kapel of bedehuis mocht
worden gebouwd, „mits daarop geen toren
of eenige klok, in welke maniere ook,
worde geplaatst".
Nadat het plan dienovereenkomstig was
gewijzigd, werd door architect Th. Mol-
kenboer de uitvoering aanbesteed en voor
f 21600 gegund. Het werk schoot zoo goed
op, dat reeds 19 November 1828 het kerk
hof kon worden ingewijd. En denzelfden
dag werd liet al in gebruik genomen ook.
Heeft alzoo het eeuwfeest van het kerk
hof nog een paar jaartjes den tijd, meer
nabij is dat voor de Broederschap van
den Zaligen Dood, gevestigd in onze Pe-
truskerk. Pastoor Kervel toch riclitlo in
1824 op naar hij zelf in een Latijnscb
opstel memoreert een Broederschap
onder den titel van „Bonae Mortis", wel
ke godsdienstige vereeniging dus volgend
jaar een eeuw oud is.
Wijl we dezo bijzonderheid bij ons
snuffelen in oude gegevens ontmoetten,
meenden we zo hier wel te mogen plaat
sen. AJO.
-n a a a E-
Biindedarmontstcking, (Vervolg).
In een vorig artikel hebben "wij gezien,
dat de naam blindedarmontsteking feite
lijk onjuist is omdat in verreweg do
meeste gevallen niet de blindedarm doch
bet wormvormig aanhangsel
d. i. de appendix de plaats is, die
ontstoken is, en dat de anatomische
bouw van dat orgaan in dit opzicht van
groote beteekenis is.
Niet zonder reden heeft men wel eens
dat wormvormig aanhangsel vergeleken
met de Tonsillen d.w.z. do amandelen in
de keel, waarin ook zoo gemakkelijk bac
teriën zich nestelen. Dczo vergelijking is
niet geheel onjuist, daar ook de appendix
van binnen bekleed is met -slijmvlies, bij
zonder rijk aan klierachtig weefsel.
De wisselende lengto van de appendix,
de wijze waarop dit orgaan aan de blinde
darm vastzit (zio figunr) en zijn ligging
zijn niet zonder invloed op het bevorderen
van een ontsteking op die plaats. Boven
dien is de bloedstoevoer en vooral de ge
ringe wijdie van de appendix van groot
gewicht.
A DIKKE DARM
B BLINDE DARM
C=ÜUNNEDARt"t
D:appendix
Dit alles nu te same- :f gedeeltelijk kan
wel een ontsteking op die plek begun
stigen doch de ware oorzaak is het toch
niet.
Omtrent de eigenlijk© oorzaak van een
acute appendicitis d. i. plotselinge blinde
darmontsteking is nog niet allc3 duidelijk.
Soms schijnt een infectie langs do
bloedbaan in 't spel te zijn. Zoo ziet
men soms een appendicitis optreden in
aansluiting aan een angina of keelonbste-
'kïng. Het is of van uit dé keel door het
bloed de bacteriën worden meegevoerd en
deze zich dan vastzetten in het slijmvlies
van ce appendix. Ook een zekére epide
mische uitbreiding van deze aandoening
valt niet geheel te ontkennen zooals ik ook
zelf al een paar malen in mijn praclijk
heb kunnen constatceren, 'dat in ccn kort
tijdsverloop ccn betrekkelijk groot aantal
gevallen zich voordoen.
Uitwendig geweld kan ook
een oorzaak zijn. Zoo zijn er gevallen be
kend dat kinderen appendicitis kregen, -tl
bij bet spel een stoot hadden gekregen in
do blindedarmstreek.
Zeer vaak zijn de acute d.w.z. de plot
selinge aandoeningen van de appendix een
snelle verergering van een chronische
d.w.z. een reeds lang bestaande appendici
tis.
Meer toch dan men denkt komt het voor,
dat iemand rondloopt met een aandoening
van do appendix, die al maanden, sems
jaren, heeft bestaan, en die hem geen an
dere klachten reeft dan af en toe pi.in, en
soms wat geringo koorts totdat (soms
plotseling) dab zicko weefsel in heftige
ontsteking geraakt met al do gevaren
daaraan verbonden.
Vreemde lichamen als kersen
en druivenpitten, stukjes émail, graten, in-
gewandsparasietcn, etc. kunnen natuurlijk,
wanneer zij eenmaal in de appendix zijn
geraakt, bet slijmvlies aldaar prikkelen of
beschadigen, doch men vindt ze toch zeer
zelden.
Meer beteekenis wordt gehecht of
schoon toch thans niet zooveel als vroe
ger aan het voorkomen van z. g. fae-
caalstecncn in de appendix, als oor
zaak van de appendicitis.
Van uit de blindedarm geraakt soms in
de appendix een klein gedeelte van. de
darminhoud, dat daar verdikt door vocht-
onttrekking en hard wordt door kalkzou-
ten.
Soms kunnen dio faècaalstoenen (in vorm
en grootte gelijk aan een kersepit) gedu
rende langen tijd in de appendix blijven
liggen zonder schade to doen. Gewoonlijk
echter, oefenen zij er mechanische
druk op het slijmvlies uit, die dan tot
ontsteking leidt. Zelfs al is er geen mecha
nische druk aanwezig, kan toch zulk een
steentje belemmering geven voor de af
voer van de slijmvliesafscbeiding en oplioo-
ping van bacteriën geven en aldus tot ont
steking aanleiding geven.
Een geheel andere en zeer aannemelijke
ïrklaring is de theorie der belemmer
de bloedstoevoer.
Ons weefsel heeft, om in goeden staat
te blijven, noodig een voortdurend toestroo
men van bloed. Snoert men bijv. den vin
gertop sterk af met een touwtje dan wordt
de top blauw en gevoelloos en blijft die
toestand aanhouden dan volgt tenslotte
necrose d. i. versterf van dat lid. Welnu
wanneer door een of andere oorzaak, bijv.
door verhoogde druk in de 'buik of door
vermeerdei'ing van bet volume der inge-
anden (obstipatie) de appendix wordt
geknikt of in zijn lengteas ge
draaid dan zal een gedeelte
daarvan, meestal de top, verstoken ralcen
an de bloedstoevoer en in necrose over
gaan.
Die knikking en draaiing van de lengte-
3 kan men zich denken in verschillende
toestanden nl. geheel of gedeelte-
ij k, en daarvan zon afhankelijk zijn de
ernst van de aandoening. Heeft de knik
king of lengteasdraaiing niet te lang ge
duurd en worden zij weer opgeheven dan
is het denkbaar dat alle ernstige verschijn
selen weer verdwijnen.
Wat echter de oorzaak ook zij. infectie
langs de bloedbaan, faecaalsteentjes. uit
wendig geweld of belemmerde bloedstoe
voer, indien de ontsteking in de appendix
doorzet dan wordt het slijmvlies cn de ap-
pendixwand doorgevreten en treedt de zoo
gevaarlijke perforatie of doorbraak
op, met buikvlies o nt s t e king
als gevolg waardoor de toestand van den
patiënt eensklaps zeer veel ernstiger is
geworden. Juist om dit te voorkomen is
spoedige herkenning van het ziektebeeld
en verder chirurgische hulp allernoodigst
en. liefst binnen de eerste 24 uur na de
eerste verschijnselen van de aandoening.
De appendicitis kan op iederen leeftijd
optreden doch is meestal een aandoening
die jeugdige personen treft. Zeer vaak wor
den kinderen (ongeveer tusschen 5 en 12
jaar) getroffen en jongelieden tusschen 18
en 30 jaren. Volgens sommigen zou het
mannelijk geslacht voor appendicitis rnèer
'atbaar zijn dan het vrouwelijke, ofschoon
de statistieken aan deze opvatting geen
steun geven. Merkwaardig is wel dat in
sommige families een zekere dispositie
voor deze aandoening schijnt te bestaan.
Mij zijn althans gezinnen bekend waar ach
tereenvolgens bijna alle leden door deze
ziekte 'werden getroffen en geopereerd
moesten worden.
W.
W.
Voor Huis en Hof
HET KOUVATTEN DOOR HOENDERS
WELKE IN BEPERKTE RUIMTE
VERBLIJVEN.
Meen niet, dat boenders, als liier be
doeld, speciaal hieraan zouden laboreeren
en dat dio, welko eon erf, vreiland of boon
gaard tot uitloop hebben, er vrij van blij
ven. Do verkoudheid en hare gevolgen
veroorzaken op het land eveneens veel
slachtoffers onder het boender volk je Hoe
velo dezer zouden in bet leven gebleven
zijn, misschien nimmer hinder van ge
noemde ziekte gehad hebben, wanneer de
huisvesting zoodanig was geweest, dat
deze do dieren op gepaste wijze, legen
het guro weder beschut had. Hierin mag
echter weder niet worden overdreven
dat doen de stadshoenderhouders maar al
te dikwijls.
Om het kippenvolkje zoo goed mogelijk
door do komende voi r hen sleciito maan
den heen te helpen, dus om ben 200 min
mogelijk last te doen ondervinden van
kou en vocht, dient hun nachthok vrij
van kieren cn naden to zijn, terwijl de
kap goed dicht is.
Is zoo'n hok ruim genoeg, en door eeni
ge ruiten inwendig flink verlicht, dan
biedt dit een uitmuntende gelegenheid
voor do hoenders om or zich zoo noodig
in terug to trekken. Vooral als een dikko
laag strooisel den bodem bedekt, zoodat
hun pooten hierin steun vinden, zullen zij
zich in zco'n hok zoo good thuis gevoe
len, dat iedero ongcwcnschte regen- of
windvlaag, alsmedo voor hen vrcemdo ge
luiden of anderszins hen hun verblijf deen
binnengaan.
Is dergelijk ingericht hok niet aanwe
zig, zocdat het zich niet lot een verblijf
plaats voor den dag leent, dan behoort ceil
ruimo scharrelplaats aanwezig to zijn,
dus een afgezet en overdekt gedeelte van
de ren, waar regen cn sneeuwwater buiten
blijven en ook do koutlo winden niet to
veel in doordringen.
Maar, zooals ik zooeven 'reeds opmerk
te: ook hierin ziet men veel overdrijving.
Wanneer het hok zoodanig luchtdicht ge
maakt wordt, dat des nachts geen ventila
tie kan plaats hebben, zal bet bierin zoo
warm worden, dat de dieren bij den plot-
selingen overgang van warm nachthok in
koude, open ren, zeker verkouden zullen
worden.
Den opmerkzamen kippenhouder valt
dit onmiddelijk op. Do zieken loopen dan
wat we kunnen noemen, te niezen, waarbij
ccn slijmerig vocht uit snavel een neus-
openingen komt.
Is men cr niet vlug bij om te trachten
dit te genezen door de slachtoffers in een
appart warm bokjo to zetten,dan ontaardt
dit spoedig in z.g. „snot" en vervolgens in
diphtheritis. Door do ssterke besmettelijk
heid hiervan loopen ook de overigs hokbe-
woners gevaar, aan deze ziekte lijdende le
worden, vooral daar ook zij in dezelfde
omstandigheden leven, welke bet zickwor-
den in de hand werken.
Bij aan diptheritis lijdende hoenders is
in snavel en keelholte aen gele aanslag te
bespeuren, gelijk weeke korstjes. Raad
zaam is het deze korstjes door middel van
een stopnaald-oog of iets dergelijks te ver
wijderen en de aangetaste deelcn met jo
dium, tinctuur to penseelen.
Dit herhaalt men 2 maal per dag. Na
iedere behandeling krijgt de patiënt 'n
half theelepeltje olijfolie to drinken. Het
strooisel wordt vernieuwd en zitstokken,
leghokjes" enz. behandeld met oplossing
van creoline, witkalk en water. In het
drinkwater wordt een stukje ijzer-vitriool
opgelost, waardoor ziektekiemen gedood
worden. Dit is trouwens altijd aan te he
velen, evenals het mengen van een snuifje
fenegriek door het zachte voer.
Hoewel de hoenders uit warme landen
afkomstig zijn, en hun lichamen dus fei
telijk niet voor do koude geschapen zijn
welko zij hier des winters moeten verdu
ren, kunnen zij deze toch weerstaan. Zelfs
de eierproductie kan 's winters nog be
langrijk zijn. Vooral do stadshoenderhou-
der, wiens pluimveeholcken doorgaans he
perkt© afmetingen hebben, heeft er dan
voor te waken, dat frisscbe lucht steeds
toe kan stroomen, evenwel zonder dat
tocht in het hok ontstaat.
VC03UITGAN3 VAN ONZEN TiJD.
Ja buurvrouw, wat zal tic je veel ra
den 1.... tegenwoordig zijn de kinderen
zoo wijs, dat ze 't gras kunnen hooren
groeienalles weten, alles kennen en
durven ze en 't schijnt ook te mogen alle
maal.... ik ben juist tusschenbeide de
kluts kwijt, dat kan ik je met een woord
van waarheid verzekeren!
Buurvrouw keek een tikje ongeduldig; ze
had die betuigingen al zoo dikwijls aange
hoord en degene.n,*die ze ten beste gaf,
dischte ze met tallooze soortgelijke telken
male weer op alsof ze gloednieuw voor den
dag kwamen. Maar buurvrouw moest zo
vandaag wel ongeduldig aanliooren, want
zij kwam een grooten en gowichtigen dienst
vragen en dus pasto het voor alles, be
leefd en zelfs met belangstelling te luiste
ren.
Zie je buurvrouw, hernam de spreek
ster na- een oogenblik gezwegen te hebben,
ik zeg maar zoo: je begint met allerlei klei
nigheden en jo weet niet, waar jo te land
komt't gaat steeds voort, je raakt van
't eene op 't andere en ten laatste zit je
met een berg schuld en je kunt je leveran
ciers niet voldoen.
'k Zou dan toch wel 's graag hooren,
hoe je over het zaakje denkt, hernam de
buurvrouw. Zooals jo weet, is er op liet
meisje niks te zeggen., overal hoor je d'r
prijzen als werkzaam cn geschikt.
Juffrouw Veldman bleef zwijgengeen
goed toeken vond buurvrouwals men-
schen, die door den band een troep woor
den tot d'r lui beschikking hebben, zoo
geen asem geven op hetgeen je zegt, dan
is dat een reden, om je over te verwonde
renwat buurvrouw dan ook deed.
Uwes hebt immers nooit bet tegen
deel gehoord, is wel?.... cfdat er iots op
d'r te zeggen valt? Ziet u, 't is maar zoo
gelegenm.'n jongen is nihTalles.en
ik zou 't niet overkomme, as ie met z'n
vrouw ongelukkig werd.... dè.t is de zaak.
Buurvrouw had op 't laatst wat druk en
snel gesproken, zo was zenuwachtig ge
worden en gevoelde zich niet op haar ge
mak, daarenboven viel het mooi© plannetje,
dat zij gemaakt had, nu zeer waarschijn
lijk in duigen.
Hoor eens, 'vrouw Smits, zei juf
frouw Veldman ten laatste, nu jo mij er
naar vraagt zoo op den man af, zal ik jo
mijn oordeel zeggen: Op het meisjo in
kwestie is niks af te dingen, wat "betreft
haar werkzaamheid en haar geschiktheid..
Zo is altoos op haar post en de lui heb
ben geen aanmerkingenmaar daarom
vind ik haar nog niet geschikt, om dé
vroutv te worden van je zoon.
VrouvP Smits wachtte nu op haar beudt
.verderen uitleg af en de ander hernam:
-—Je Hendrik moet ccn flinke buisvrouw,
hebben, maar geen dametje! dat is mijn'
eerste bezwaar en het andere, ceel grootero
is, dat het meisje er steeds op uit schijnt
te wezen, de dames, dio zij achter de toon
bank bedienen moet, na te apen.
Nu glimlachte vrouw Smits dan toch'
even. Zulke ouderwetsche bezwaren konden
wel uit den weg geruimd worden, meendo
zijen zij antwoordde dan ook, blijk
baar wat opgelucht:
Nou ja, jufrouw, heelemaal ongelijk
hebt uwes niet, dat wil ik graag toegeven,
maar de wereld is nu eenmaal zoo tegen
woordig, en zoo'n beetje nadoenerij lijkt
me toch nog al onschuldig!
Dat ligt er al aan, waarin het bestaat
dat bet kind zich Bettie laat noemen
in plaats van Betje, is een goedboope kin
derachtigheiddat ze geen zak meer in
d'r Japonnetje draagt en dus met een hand
tas ch je loopt, vind ik bespottelijk, maar
iedereen doet dat tegenwoordig en dus valt
het bij zoo'n meisje niet eens meer in' heb
oog.maar dat zij den lieelen zcraer
doorschijnende blousjcs cn opengewerkt©
kousen in lage verlakte puntschoentjes
heeft gedragendat. vind ik nu voor de
aanstaande vrouw van een ambachtsman
al heel ongepast en niet alleen omdat het
Betje in d'r stand niet geoorloofd is, maar
voornamelijk omdat ik heb voor ïïoomsche
meisjes een afschuwelijke mode vind.
Och, iedereen is tegenwoordig zoo ge
kleed.... de jonge meisjes zijn nu een
maal voor de luchtigheid! wat zal je daar
in vredesnaam aan doen!
O neen, om de luchtigheid is het niet-,
dat kan ik je verzekeren, want ze hadden
soms kippevel van de kou en stonden to
rillen in regen en windmaar het is
niks anders dan mekaar nadoen en d©
winkelmeisjes vinden, dab heb groot cn
voornaam staat, zich neb zoo te kleeden als
de klanten der zaak.Zo nemen ok
den toon, de manieren en dc uitdrukkin
gen over, die ze dagelijks hooren spreken
te pas en te onpas van: beslist gezellig.,
leuk., en meer zulken onzin., je moet er
haast om lachen, anders zou je nog in staaC
wezen, je.d'r aan te ergeren.
't Zijn toch geen heel gewichtige aan
merkingen, die je op Bettie. ik bedoel
Betje, schijnt te hebben.
Zoo buurvrouw, van die -ie
kleeding, vindt ge dat geen gewichtig©
aanmerking?.. N'at?.. Nou, ik dan wel,
je hebt me om raad gevraagd, of je toe
stemming zou geven tot openlijke verkee
ring tusschen Hendrik en dat meisje: ik
heb je mijn bezwaren meegedeeld en als j©
nu wijs wilt doen, praat dan zelf eens
met Betje en boud haar goed voor, dat- zij
vrouw wordt van een handwerksman,
en dus in der ambachtsstand terecht komt-,
waar zulke bleeren en manieren niet- op
hun plaats ziin. Van den nood 'n deutrd
makende, deed vrouw Smits, al-srf zij dit
ook 'wel inzag en den raad wilde opvol
gen. Betje was niet onredelijk en daar zij
Hendrik heel graag mocht lijden zou zo
al licht aan deze bezwaren tovrmorf willen
komen.
Nu bleef echter bet naaste, lie! :rr. sr&
doel van vrouw Smits' bezoek nog ov-^r.
Zij moest van juffrouw Veldman gedaan
zien tc krijgen, dat deze borg bleef voor god
goede tweehonderd gulden, waarmede kaar
zoon Hendrik een kleinen sigarenwinkel
wilde beginnenHij zelf bleef natuurh'k
timmermansknecht, mar eder zou roor-
loopig den winkel waai en later kon
Betje. zijn vrouw zulks doen.
T Hooge woord was eruit, en in span-
ping verbeidde juffrouw Smi^s de toezeg
ging of do weigering
We zullen ze u eerlijk ter - met
behoorlijke rente ook. pleitte vrouw
ijverig, ziet u, Betje is een winkel gewoon
en het zou een aardig duitje mee inbren
gen.
Maar juffivuw Veldman schudde beien*
kelijk bet b-wifd.
Dat is 't vijfde rad aan den wagen,
buurvrouw vooreerst heb jullie geen van
drieën verstand van tabak en sigaren....
en dan nog is het een heel verschil of Bctjo
achter de toonbank staat in de Groente
zaak waar <zij uu is of in zoo n klein win
keltje in een volksbuurtgeloof me. het
zou -glad achterop wezeneen mensch Van
geen drie dirven tegelijk doen, huishouding
winkel en mettertijd kinderen groot- bren
gen ook nog!
Maar vrouw Smit hield het deel v'.n
haar betoek goed in het oog en tr3chte
do drie zaken, welk© juffrouw Smits daar
zoo even aanvoerde, op ^»t vóordceligst
Uit elkaar te zetten.
Voor den winkel zergdo moeder het eer
ste half jaar en als hij dan goed op streek
was, wilde Hendrik trouwen en kon Betja
die taak overnemen., do huishouding was
klein.voor twee man was zoo'n beredde
ring niet noodig.... wat bad je tegenwoor
dig alles niet gemakkelijk, gas cr water
leiding en kleine machines voor alles, een
velo voor de wasch en een hopla voor heb
aardappelschillenBetje was danig bij
de band en-zou bet best rooien en wat heb
grootbrengen der toekomstige kinderen be
trof, bier begon vrouw Smits in gemoede
lijke argeloosheid, dingen te verkondigen,
waarover juffrouw Veldman haar ooren
niet kon gelooven
Was vrouw Smits nu werkelijk zoo on-
noozcl, dat zij dio ten hemel schreiend©
theorieën geloofde en voor vast staande,
aannam? Juffrouw Veldman bleef bedaard:
en vroeg enkel:
t— En .wie beeft je al dat moois verteld,
buurvrouw? of waar heb je het gelezen?
Wel, dat weten Hendrik cn Bet-jo allo^
maal en -ze hebben mij ervan voorgelezen!
Uit zulk© boekjes, dio je tegenwoordig
'overal krijgen kunt.. Zio je, do wereld.1
'gaat hard vooruit en je moet wel -mee, of
je dan wilt of niet.... d'r is veel vooruit
gang op alle gebied, zeggen do jongelui
en ik geloof het graag!
Maar spreek cr dan eerst eens met
je Biechtvader over, buurvrouw, raadde