•s haduen. gehoorzaamheid Ql maar ziet: 2o zij lieten in haar huis de „verboo- papistisclie exercitiën" tocli door- waarvoor in November 1642- juf- Hcndrina, in November 1643 juf- U1I Hestor werden bekeurd ep „secr H gecorrigecrt". 30 Zij war.cn echter onverbeterlijk, die topjes" want hoewel „weelende endc be tel syade, dat soo by de placcaten van jeeren Staeten-Generaal alsöock by de rticulicre keure deser stede verboden is, uiet meer als twee clop-zusieren bij I anderen mogen inne wonen", hadden Leb meer klopjes in kuis gehad. pe scbout had daar bet zijne van wil- ivelen en tevens nog eens willen zien de „Auetaeren ende oxales" misschien jr opgericht waren, maar toen hij met «gezellen daartoe den 3den Haart 1644 ujeide, toenwerd de deur noj is" extra gegrendeld en moesten de hee- geruimen tijd wachten totdat naar 'argwanende schout onderstelde „ge- egdens hadden geremoveerd ende ver- ■ght" wat tegen de plakkaten indruisch- van welke verbergingo ende weghne- ingho'die van de gherechte 't gewoel en- gestommel, oock bet sluyten ende ont- ylen van slooten, op straet hebben ge urt''. [o. Den 6den Maart ging men ver- iDirdo de gezusters niet zekere beer Eclier namens den schout nog eens kij- cn wel des morgens te 7 uur, maai bem werd het niet gemakkelijk ge- aki. De deuren werden zelfs binnens ts gegrendeld, zoodat bij „genootdruchl geworden drie verscbevden deuren met feit op te slaen en op te smylen al eer do binnenste vertrecken van ge- gdens hyse beeft konnon komen, al- er hy gekomen synde alsdoen, gelyck ie op den derden van deselve maendt voren, heeft bevonden eene geprepareer- Auctaer, met noch een plaetso of ora- toegeeygent om aldaer Papistische Dsten ende Misse te konnen doen", foorwaar geen geringe acte van be- uldiging lie van'den Gerechte" vonden een en lor „niet alleen een notoire overtreedin- soo van de placaten ende wetten van lande als van de keure deser stadt, ar ook een groote stoutigheydt ende lehoorsaemheydt mitsgaders een voor- lomen wederspannigheydt ende kleyn- ilinge, ja dat erger en nog quader is Notoire resistentie tegen de justitie le haer wettige Magistraet in de on- igheydt, ende sulx van seer quade ge- »e, dewelcke in eene welgestelde regc- ge niet kan nog mogen getollereerl tden, maer andere ten exemple ende chrick gestraft werden", llvorens die straf te vermelden, willen intusschen eerst de verdediging der usters hooren, welke mede bewaard is leven. [ooreerst ontkenden de dames, dat zij iden „gecontinueert hebben met bou- i van Autaerornamenten, Predickplaet- felc." Zij tartten den Schout, iels an- s, gezien le -kunnen hebben dan eenige iiaarscn en beelden, welke zij echter iyt cn hebben verstaen ongeoorlooft te Wat den Autaer aangaet, wij heb- overlange in plaet.se van dien een le ant in de kamer gestelt, zooals de Hee- 'l solve gesien hebben ende de kasse, de Heer Schout den autaer wilt noe- i, hebben U.U. E.E. mede gesien, als I; onlangs de Heeren gedeputeerde vi- nrs uit den Haghe, sonder int minsten elve te bestraffen". Voorts verklaarden gezusters dat de plaats, waar die kast nd, „soo elyn is, dat de Ileeren selfs konnen oordeelen geen plaets te syn eenige vergaderinghe, maer een elyn Hamer voor ons eygen huysgenoten", diende zij dan ook sedert do opgelegde le geen „Misse of predicatie" meer in is gehad. fan de beschuldiging „dat wy langen dl meer als twee clopzusters by des lero gewoont hebben", begrepen de da- i niets. Men mag toch wel als gezusters elkaar wonenZij maakten voorts niet jjr aanspraak op den naam „kloppen" tt andere ongehuwde personen, en wat sr kleeding betreft, wel, zij wilden mie dragen wat „do Heeren dies aan- ®do sullen mogen ordonnceren naer Rn staet en conditie", wl zij den Schout lang hebben laten rkten, was waar, doch dat speet de &ss zelve en do reden was dan ook een "soli andere dan Z.Ed. onderstelde: ise susler, sieckelyk wesende, zou haer icoaemt bobben do Heeren te sien voor ft bedde vergaderd, hoopen de Heeren Mualyp.k sullen nemen 't geen uit ecr- ft"pyt ende eerbiedigheyt tot do Hee- 1 geschiedde". f'rnt ton slotte de overval op 6 Maart tf«. luidde de verdediging aldus: „Wy Slaen niet, do Iïecr Sckoudt tot onsen to doen badde, gemerekt daor nic: ÊQkel mensch was bfnnen gekomen, 'ftuyt hy vermoeden mochto eenige. wringe. Ende om inspectie, te nc- (was bet ook) den regbten lijdt niet, orgens als byna alle die in buys ende 1° beur to waeren noch sliepen; hoopen <lat do Heeren quaet vinden, dat Eer- 0 Dochters alle middelen endo gewclt 'uicken om mans, soo ecrlyck die ooc J 0 houden uyt den kamer, dacr sy fn fuslon; moer hebben myn susters Mgedaen". ec zal toegeven: de dames Van Sant- waren behoorlijk van do tongTicm Li ,?n ec lang niet onhandig in haar 't Schijnt haar evenwel niet ...Wa to hebben, want volgens do ten le2 u^en steen in de Brccstraat voor- sententie hebben „dio van de linXf6 i? iutfrouwen Hendrina, Hester a achbelt van Santhorst'don tydt'van aangeplakte en natuurlijk op jaeren deso stadt en van dien ontseydt, gelyck sy m T ontseggen by deson, belastende ie "voornoemde gedaegden; °rrigeerdens binnen den teydt van uriemaels vier en twintingk uyren daeruyt te vertreckken, sonder gedeurende den voorschreven teydt van 'scs jaere daerinno wederom te mogen komen, noch deselve cenigszins te frequenteer en op pyno van swaerder straffe endo correct tie". Alzoo: 6 jaren uit de stad verbannen, plus do kosten natuurlijk. En dat allemaal vanwego „Paopschc Stoul:gheyl". Nu we tocli 'te Leiden zijn, een korte medcdccllr.g over bet Pi. K. k e r k h o f v aldaar. Dit beslaat bijna ccn eeuw! 'i Is wel geen bijzonder opwekkend ju bileum, doch sinds men onze Koningin als jubilé-geschenk verblijd heeft met do res- tauratïo van Kaar familiegraf, kan ook oen eeuwgetij van een kerkhof wel her dacht worden, inzonderheid van con Roomsch kerkhof, dat immers als een voorportaal van ccn gelukkig hiernamaals moot beschouwd worden. De stichting is le danken aan de ijverige bemoeiingen van pastoor Petrus Antonius Kervel, die van 1319 tot 1846 aan 't hoofd Kerel!, die van 1819 tot 1846 aan 't hoofd der St. Petrus-parochie stond en ook „Landdeken" van Rijnland geweest ïs. Toen door de landsoverbeid in 1827 was bepaald, dat met ingang van 1 Ja nuari 1829 bet begraven in de kerken en binnen de bebouwde kom der gemeenten moest c: houden," nam pastoor Kervel ter sion :i maatregelen, zoodat reeds in April iöUo van B. en W. dezer stad bet terrein aan do Zijlpoort werd bekomen, en nog wel gratis, evenwel onder dit beding „dat bet geheelc plan van aanleg zoowel wat het uiterlijke als de begraafplaats van binnen aangaat" aan hun „bcoordec- ling en goedkeuring" moest worden on derworpen. Dat plan was een paar maanden later al gereed, doch door B, c-n W. werd het 20 Juni 1828 slechts in zoover goedgekeurd, dat er wel een kapel of bedehuis mocht worden gebouwd, „mits daarop geen toren of eenige klok, in welke maniere ook, worde geplaatst". Nadat het plan dienovereenkomstig was gewijzigd, werd door architect Th. Mol- kenboer de uitvoering aanbesteed en voor f 21600 gegund. Het werk schoot zoo goed op, dat reeds 19 November 1828 het kerk hof kon worden ingewijd. En denzelfden dag werd liet al in gebruik genomen ook. Heeft alzoo het eeuwfeest van het kerk hof nog een paar jaartjes den tijd, meer nabij is dat voor de Broederschap van den Zaligen Dood, gevestigd in onze Pe- truskerk. Pastoor Kervel toch riclitlo in 1824 op naar hij zelf in een Latijnscb opstel memoreert een Broederschap onder den titel van „Bonae Mortis", wel ke godsdienstige vereeniging dus volgend jaar een eeuw oud is. Wijl we dezo bijzonderheid bij ons snuffelen in oude gegevens ontmoetten, meenden we zo hier wel te mogen plaat sen. AJO. -n a a a E- Biindedarmontstcking, (Vervolg). In een vorig artikel hebben "wij gezien, dat de naam blindedarmontsteking feite lijk onjuist is omdat in verreweg do meeste gevallen niet de blindedarm doch bet wormvormig aanhangsel d. i. de appendix de plaats is, die ontstoken is, en dat de anatomische bouw van dat orgaan in dit opzicht van groote beteekenis is. Niet zonder reden heeft men wel eens dat wormvormig aanhangsel vergeleken met de Tonsillen d.w.z. do amandelen in de keel, waarin ook zoo gemakkelijk bac teriën zich nestelen. Dczo vergelijking is niet geheel onjuist, daar ook de appendix van binnen bekleed is met -slijmvlies, bij zonder rijk aan klierachtig weefsel. De wisselende lengto van de appendix, de wijze waarop dit orgaan aan de blinde darm vastzit (zio figunr) en zijn ligging zijn niet zonder invloed op het bevorderen van een ontsteking op die plaats. Boven dien is de bloedstoevoer en vooral de ge ringe wijdie van de appendix van groot gewicht. A DIKKE DARM B BLINDE DARM C=ÜUNNEDARt"t D:appendix Dit alles nu te same- :f gedeeltelijk kan wel een ontsteking op die plek begun stigen doch de ware oorzaak is het toch niet. Omtrent de eigenlijk© oorzaak van een acute appendicitis d. i. plotselinge blinde darmontsteking is nog niet allc3 duidelijk. Soms schijnt een infectie langs do bloedbaan in 't spel te zijn. Zoo ziet men soms een appendicitis optreden in aansluiting aan een angina of keelonbste- 'kïng. Het is of van uit dé keel door het bloed de bacteriën worden meegevoerd en deze zich dan vastzetten in het slijmvlies van ce appendix. Ook een zekére epide mische uitbreiding van deze aandoening valt niet geheel te ontkennen zooals ik ook zelf al een paar malen in mijn praclijk heb kunnen constatceren, 'dat in ccn kort tijdsverloop ccn betrekkelijk groot aantal gevallen zich voordoen. Uitwendig geweld kan ook een oorzaak zijn. Zoo zijn er gevallen be kend dat kinderen appendicitis kregen, -tl bij bet spel een stoot hadden gekregen in do blindedarmstreek. Zeer vaak zijn de acute d.w.z. de plot selinge aandoeningen van de appendix een snelle verergering van een chronische d.w.z. een reeds lang bestaande appendici tis. Meer toch dan men denkt komt het voor, dat iemand rondloopt met een aandoening van do appendix, die al maanden, sems jaren, heeft bestaan, en die hem geen an dere klachten reeft dan af en toe pi.in, en soms wat geringo koorts totdat (soms plotseling) dab zicko weefsel in heftige ontsteking geraakt met al do gevaren daaraan verbonden. Vreemde lichamen als kersen en druivenpitten, stukjes émail, graten, in- gewandsparasietcn, etc. kunnen natuurlijk, wanneer zij eenmaal in de appendix zijn geraakt, bet slijmvlies aldaar prikkelen of beschadigen, doch men vindt ze toch zeer zelden. Meer beteekenis wordt gehecht of schoon toch thans niet zooveel als vroe ger aan het voorkomen van z. g. fae- caalstecncn in de appendix, als oor zaak van de appendicitis. Van uit de blindedarm geraakt soms in de appendix een klein gedeelte van. de darminhoud, dat daar verdikt door vocht- onttrekking en hard wordt door kalkzou- ten. Soms kunnen dio faècaalstoenen (in vorm en grootte gelijk aan een kersepit) gedu rende langen tijd in de appendix blijven liggen zonder schade to doen. Gewoonlijk echter, oefenen zij er mechanische druk op het slijmvlies uit, die dan tot ontsteking leidt. Zelfs al is er geen mecha nische druk aanwezig, kan toch zulk een steentje belemmering geven voor de af voer van de slijmvliesafscbeiding en oplioo- ping van bacteriën geven en aldus tot ont steking aanleiding geven. Een geheel andere en zeer aannemelijke ïrklaring is de theorie der belemmer de bloedstoevoer. Ons weefsel heeft, om in goeden staat te blijven, noodig een voortdurend toestroo men van bloed. Snoert men bijv. den vin gertop sterk af met een touwtje dan wordt de top blauw en gevoelloos en blijft die toestand aanhouden dan volgt tenslotte necrose d. i. versterf van dat lid. Welnu wanneer door een of andere oorzaak, bijv. door verhoogde druk in de 'buik of door vermeerdei'ing van bet volume der inge- anden (obstipatie) de appendix wordt geknikt of in zijn lengteas ge draaid dan zal een gedeelte daarvan, meestal de top, verstoken ralcen an de bloedstoevoer en in necrose over gaan. Die knikking en draaiing van de lengte- 3 kan men zich denken in verschillende toestanden nl. geheel of gedeelte- ij k, en daarvan zon afhankelijk zijn de ernst van de aandoening. Heeft de knik king of lengteasdraaiing niet te lang ge duurd en worden zij weer opgeheven dan is het denkbaar dat alle ernstige verschijn selen weer verdwijnen. Wat echter de oorzaak ook zij. infectie langs de bloedbaan, faecaalsteentjes. uit wendig geweld of belemmerde bloedstoe voer, indien de ontsteking in de appendix doorzet dan wordt het slijmvlies cn de ap- pendixwand doorgevreten en treedt de zoo gevaarlijke perforatie of doorbraak op, met buikvlies o nt s t e king als gevolg waardoor de toestand van den patiënt eensklaps zeer veel ernstiger is geworden. Juist om dit te voorkomen is spoedige herkenning van het ziektebeeld en verder chirurgische hulp allernoodigst en. liefst binnen de eerste 24 uur na de eerste verschijnselen van de aandoening. De appendicitis kan op iederen leeftijd optreden doch is meestal een aandoening die jeugdige personen treft. Zeer vaak wor den kinderen (ongeveer tusschen 5 en 12 jaar) getroffen en jongelieden tusschen 18 en 30 jaren. Volgens sommigen zou het mannelijk geslacht voor appendicitis rnèer 'atbaar zijn dan het vrouwelijke, ofschoon de statistieken aan deze opvatting geen steun geven. Merkwaardig is wel dat in sommige families een zekere dispositie voor deze aandoening schijnt te bestaan. Mij zijn althans gezinnen bekend waar ach tereenvolgens bijna alle leden door deze ziekte 'werden getroffen en geopereerd moesten worden. W. W. Voor Huis en Hof HET KOUVATTEN DOOR HOENDERS WELKE IN BEPERKTE RUIMTE VERBLIJVEN. Meen niet, dat boenders, als liier be doeld, speciaal hieraan zouden laboreeren en dat dio, welko eon erf, vreiland of boon gaard tot uitloop hebben, er vrij van blij ven. Do verkoudheid en hare gevolgen veroorzaken op het land eveneens veel slachtoffers onder het boender volk je Hoe velo dezer zouden in bet leven gebleven zijn, misschien nimmer hinder van ge noemde ziekte gehad hebben, wanneer de huisvesting zoodanig was geweest, dat deze do dieren op gepaste wijze, legen het guro weder beschut had. Hierin mag echter weder niet worden overdreven dat doen de stadshoenderhouders maar al te dikwijls. Om het kippenvolkje zoo goed mogelijk door do komende voi r hen sleciito maan den heen te helpen, dus om ben 200 min mogelijk last te doen ondervinden van kou en vocht, dient hun nachthok vrij van kieren cn naden to zijn, terwijl de kap goed dicht is. Is zoo'n hok ruim genoeg, en door eeni ge ruiten inwendig flink verlicht, dan biedt dit een uitmuntende gelegenheid voor do hoenders om or zich zoo noodig in terug to trekken. Vooral als een dikko laag strooisel den bodem bedekt, zoodat hun pooten hierin steun vinden, zullen zij zich in zco'n hok zoo good thuis gevoe len, dat iedero ongcwcnschte regen- of windvlaag, alsmedo voor hen vrcemdo ge luiden of anderszins hen hun verblijf deen binnengaan. Is dergelijk ingericht hok niet aanwe zig, zocdat het zich niet lot een verblijf plaats voor den dag leent, dan behoort ceil ruimo scharrelplaats aanwezig to zijn, dus een afgezet en overdekt gedeelte van de ren, waar regen cn sneeuwwater buiten blijven en ook do koutlo winden niet to veel in doordringen. Maar, zooals ik zooeven 'reeds opmerk te: ook hierin ziet men veel overdrijving. Wanneer het hok zoodanig luchtdicht ge maakt wordt, dat des nachts geen ventila tie kan plaats hebben, zal bet bierin zoo warm worden, dat de dieren bij den plot- selingen overgang van warm nachthok in koude, open ren, zeker verkouden zullen worden. Den opmerkzamen kippenhouder valt dit onmiddelijk op. Do zieken loopen dan wat we kunnen noemen, te niezen, waarbij ccn slijmerig vocht uit snavel een neus- openingen komt. Is men cr niet vlug bij om te trachten dit te genezen door de slachtoffers in een appart warm bokjo to zetten,dan ontaardt dit spoedig in z.g. „snot" en vervolgens in diphtheritis. Door do ssterke besmettelijk heid hiervan loopen ook de overigs hokbe- woners gevaar, aan deze ziekte lijdende le worden, vooral daar ook zij in dezelfde omstandigheden leven, welke bet zickwor- den in de hand werken. Bij aan diptheritis lijdende hoenders is in snavel en keelholte aen gele aanslag te bespeuren, gelijk weeke korstjes. Raad zaam is het deze korstjes door middel van een stopnaald-oog of iets dergelijks te ver wijderen en de aangetaste deelcn met jo dium, tinctuur to penseelen. Dit herhaalt men 2 maal per dag. Na iedere behandeling krijgt de patiënt 'n half theelepeltje olijfolie to drinken. Het strooisel wordt vernieuwd en zitstokken, leghokjes" enz. behandeld met oplossing van creoline, witkalk en water. In het drinkwater wordt een stukje ijzer-vitriool opgelost, waardoor ziektekiemen gedood worden. Dit is trouwens altijd aan te he velen, evenals het mengen van een snuifje fenegriek door het zachte voer. Hoewel de hoenders uit warme landen afkomstig zijn, en hun lichamen dus fei telijk niet voor do koude geschapen zijn welko zij hier des winters moeten verdu ren, kunnen zij deze toch weerstaan. Zelfs de eierproductie kan 's winters nog be langrijk zijn. Vooral do stadshoenderhou- der, wiens pluimveeholcken doorgaans he perkt© afmetingen hebben, heeft er dan voor te waken, dat frisscbe lucht steeds toe kan stroomen, evenwel zonder dat tocht in het hok ontstaat. VC03UITGAN3 VAN ONZEN TiJD. Ja buurvrouw, wat zal tic je veel ra den 1.... tegenwoordig zijn de kinderen zoo wijs, dat ze 't gras kunnen hooren groeienalles weten, alles kennen en durven ze en 't schijnt ook te mogen alle maal.... ik ben juist tusschenbeide de kluts kwijt, dat kan ik je met een woord van waarheid verzekeren! Buurvrouw keek een tikje ongeduldig; ze had die betuigingen al zoo dikwijls aange hoord en degene.n,*die ze ten beste gaf, dischte ze met tallooze soortgelijke telken male weer op alsof ze gloednieuw voor den dag kwamen. Maar buurvrouw moest zo vandaag wel ongeduldig aanliooren, want zij kwam een grooten en gowichtigen dienst vragen en dus pasto het voor alles, be leefd en zelfs met belangstelling te luiste ren. Zie je buurvrouw, hernam de spreek ster na- een oogenblik gezwegen te hebben, ik zeg maar zoo: je begint met allerlei klei nigheden en jo weet niet, waar jo te land komt't gaat steeds voort, je raakt van 't eene op 't andere en ten laatste zit je met een berg schuld en je kunt je leveran ciers niet voldoen. 'k Zou dan toch wel 's graag hooren, hoe je over het zaakje denkt, hernam de buurvrouw. Zooals jo weet, is er op liet meisje niks te zeggen., overal hoor je d'r prijzen als werkzaam cn geschikt. Juffrouw Veldman bleef zwijgengeen goed toeken vond buurvrouwals men- schen, die door den band een troep woor den tot d'r lui beschikking hebben, zoo geen asem geven op hetgeen je zegt, dan is dat een reden, om je over te verwonde renwat buurvrouw dan ook deed. Uwes hebt immers nooit bet tegen deel gehoord, is wel?.... cfdat er iots op d'r te zeggen valt? Ziet u, 't is maar zoo gelegenm.'n jongen is nihTalles.en ik zou 't niet overkomme, as ie met z'n vrouw ongelukkig werd.... dè.t is de zaak. Buurvrouw had op 't laatst wat druk en snel gesproken, zo was zenuwachtig ge worden en gevoelde zich niet op haar ge mak, daarenboven viel het mooi© plannetje, dat zij gemaakt had, nu zeer waarschijn lijk in duigen. Hoor eens, 'vrouw Smits, zei juf frouw Veldman ten laatste, nu jo mij er naar vraagt zoo op den man af, zal ik jo mijn oordeel zeggen: Op het meisjo in kwestie is niks af te dingen, wat "betreft haar werkzaamheid en haar geschiktheid.. Zo is altoos op haar post en de lui heb ben geen aanmerkingenmaar daarom vind ik haar nog niet geschikt, om dé vroutv te worden van je zoon. VrouvP Smits wachtte nu op haar beudt .verderen uitleg af en de ander hernam: -—Je Hendrik moet ccn flinke buisvrouw, hebben, maar geen dametje! dat is mijn' eerste bezwaar en het andere, ceel grootero is, dat het meisje er steeds op uit schijnt te wezen, de dames, dio zij achter de toon bank bedienen moet, na te apen. Nu glimlachte vrouw Smits dan toch' even. Zulke ouderwetsche bezwaren konden wel uit den weg geruimd worden, meendo zijen zij antwoordde dan ook, blijk baar wat opgelucht: Nou ja, jufrouw, heelemaal ongelijk hebt uwes niet, dat wil ik graag toegeven, maar de wereld is nu eenmaal zoo tegen woordig, en zoo'n beetje nadoenerij lijkt me toch nog al onschuldig! Dat ligt er al aan, waarin het bestaat dat bet kind zich Bettie laat noemen in plaats van Betje, is een goedboope kin derachtigheiddat ze geen zak meer in d'r Japonnetje draagt en dus met een hand tas ch je loopt, vind ik bespottelijk, maar iedereen doet dat tegenwoordig en dus valt het bij zoo'n meisje niet eens meer in' heb oog.maar dat zij den lieelen zcraer doorschijnende blousjcs cn opengewerkt© kousen in lage verlakte puntschoentjes heeft gedragendat. vind ik nu voor de aanstaande vrouw van een ambachtsman al heel ongepast en niet alleen omdat het Betje in d'r stand niet geoorloofd is, maar voornamelijk omdat ik heb voor ïïoomsche meisjes een afschuwelijke mode vind. Och, iedereen is tegenwoordig zoo ge kleed.... de jonge meisjes zijn nu een maal voor de luchtigheid! wat zal je daar in vredesnaam aan doen! O neen, om de luchtigheid is het niet-, dat kan ik je verzekeren, want ze hadden soms kippevel van de kou en stonden to rillen in regen en windmaar het is niks anders dan mekaar nadoen en d© winkelmeisjes vinden, dab heb groot cn voornaam staat, zich neb zoo te kleeden als de klanten der zaak.Zo nemen ok den toon, de manieren en dc uitdrukkin gen over, die ze dagelijks hooren spreken te pas en te onpas van: beslist gezellig., leuk., en meer zulken onzin., je moet er haast om lachen, anders zou je nog in staaC wezen, je.d'r aan te ergeren. 't Zijn toch geen heel gewichtige aan merkingen, die je op Bettie. ik bedoel Betje, schijnt te hebben. Zoo buurvrouw, van die -ie kleeding, vindt ge dat geen gewichtig© aanmerking?.. N'at?.. Nou, ik dan wel, je hebt me om raad gevraagd, of je toe stemming zou geven tot openlijke verkee ring tusschen Hendrik en dat meisje: ik heb je mijn bezwaren meegedeeld en als j© nu wijs wilt doen, praat dan zelf eens met Betje en boud haar goed voor, dat- zij vrouw wordt van een handwerksman, en dus in der ambachtsstand terecht komt-, waar zulke bleeren en manieren niet- op hun plaats ziin. Van den nood 'n deutrd makende, deed vrouw Smits, al-srf zij dit ook 'wel inzag en den raad wilde opvol gen. Betje was niet onredelijk en daar zij Hendrik heel graag mocht lijden zou zo al licht aan deze bezwaren tovrmorf willen komen. Nu bleef echter bet naaste, lie! :rr. sr& doel van vrouw Smits' bezoek nog ov-^r. Zij moest van juffrouw Veldman gedaan zien tc krijgen, dat deze borg bleef voor god goede tweehonderd gulden, waarmede kaar zoon Hendrik een kleinen sigarenwinkel wilde beginnenHij zelf bleef natuurh'k timmermansknecht, mar eder zou roor- loopig den winkel waai en later kon Betje. zijn vrouw zulks doen. T Hooge woord was eruit, en in span- ping verbeidde juffrouw Smi^s de toezeg ging of do weigering We zullen ze u eerlijk ter - met behoorlijke rente ook. pleitte vrouw ijverig, ziet u, Betje is een winkel gewoon en het zou een aardig duitje mee inbren gen. Maar juffivuw Veldman schudde beien* kelijk bet b-wifd. Dat is 't vijfde rad aan den wagen, buurvrouw vooreerst heb jullie geen van drieën verstand van tabak en sigaren.... en dan nog is het een heel verschil of Bctjo achter de toonbank staat in de Groente zaak waar <zij uu is of in zoo n klein win keltje in een volksbuurtgeloof me. het zou -glad achterop wezeneen mensch Van geen drie dirven tegelijk doen, huishouding winkel en mettertijd kinderen groot- bren gen ook nog! Maar vrouw Smit hield het deel v'.n haar betoek goed in het oog en tr3chte do drie zaken, welk© juffrouw Smits daar zoo even aanvoerde, op ^»t vóordceligst Uit elkaar te zetten. Voor den winkel zergdo moeder het eer ste half jaar en als hij dan goed op streek was, wilde Hendrik trouwen en kon Betja die taak overnemen., do huishouding was klein.voor twee man was zoo'n beredde ring niet noodig.... wat bad je tegenwoor dig alles niet gemakkelijk, gas cr water leiding en kleine machines voor alles, een velo voor de wasch en een hopla voor heb aardappelschillenBetje was danig bij de band en-zou bet best rooien en wat heb grootbrengen der toekomstige kinderen be trof, bier begon vrouw Smits in gemoede lijke argeloosheid, dingen te verkondigen, waarover juffrouw Veldman haar ooren niet kon gelooven Was vrouw Smits nu werkelijk zoo on- noozcl, dat zij dio ten hemel schreiend© theorieën geloofde en voor vast staande, aannam? Juffrouw Veldman bleef bedaard: en vroeg enkel: t— En .wie beeft je al dat moois verteld, buurvrouw? of waar heb je het gelezen? Wel, dat weten Hendrik cn Bet-jo allo^ maal en -ze hebben mij ervan voorgelezen! Uit zulk© boekjes, dio je tegenwoordig 'overal krijgen kunt.. Zio je, do wereld.1 'gaat hard vooruit en je moet wel -mee, of je dan wilt of niet.... d'r is veel vooruit gang op alle gebied, zeggen do jongelui en ik geloof het graag! Maar spreek cr dan eerst eens met je Biechtvader over, buurvrouw, raadde

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1923 | | pagina 13