TE LACHEN. Toen Lafitte gevoelde, 'dat zijn einde naderde, vervulde hij de plichten van een stervend Christen. Op Zondag 26 Maart verlangde hij zij ne kleinkinderen, de kinderen van zijn eenige dochter, de princes van Moskou, to zien; hij zegende ze, nam afscheid van zijn vrouw, zijn dochter en zijn schoon zoon, en stierf zacht en zonder pijn den dood der rechtvaardigen. Gansch Parijs, mag men wel zeggen, woonde de begrafenis van den algemeen geachten man bij. (Tijd). DE SEISMOGRAAF EN DE AARDBEVING IN JAPAN. Nog voor de telegraaf ons meedeelde, welke verschrikkelijke ramp Japan had getroffen, was het den mannen van de wetenschap bekend, dat een zeer lang durige en hevige aardbeving het „land van de opgaande zon" had bezocht: de seismograaf, hun vérziend oog, had het him verteld. En de eerste berichten van de jongste geweldige aardbeving kwamen dan ook niet uit Japan zelf, maar van verschil lende gröote Europeesche seismographi- sche stations. Het lijkt ons van belang, onzen lezers liier in eenvoudigen vorm het beginsel van de seismografie mede te deelen, Hoo geloerd de seismografie ook lijke, wan neer men zich de moeite getroost, even goed „door" te denken, dat haar prin ciep zeer eenvoudig is. Gesteld, dat er een aardbeving plaats Heeft, waarvan het centrum (de haard) men, daar „weerkaatst" worden, en dan (ook hier is do hoek van inval aan dien van uitval gelijk) wederom door den aard bol het station van observatie bereiken. Behalve deze „1 maal gereflecteerde" golven doen zich nog de „2 maal weer kaatste" trillingen gelden, die 2 maal te gen het aardoppervlak zijn teruggewor pen, en dus weer wat later het observato rium bereiken. Ook zijn er nog karakteristieke golven, die eerst bij onze tegenvoeters hebben vertoefd, en daarna naar ons waarne mingsstation doormarcheeren; doch hier mede zullen wij ons maar niet verder op houden. Dus wij herhalen: na een beving arri veeren achtereenvolgens de voorloo- pers (dwars door de aarde), de 1 maal gereflecteerde golven, de 2 maal gere flecteerde ..trillingen, en eerst daarna de groote hoofd golven, die het a a r d o p- aardbeving opgeteekencï wordt) naar links. Maar de massa A wordt niet verplaatst, dusrelatief (tot do bewegende objec ten en den trommel) beweegt ze wel, en H registreert de beving op J. Men ziet het, 't princiepe is eenvoudig, en do seismograaf is inderdaad niet het moeilijkst te begrijpen wetenschappelijk instrument. Eindelijk willen wij nog even stilstaan bij figuur 3, het seismogram van de Ja- pansche aardbeving, zooals die te Pots dam is geregistreerd. De andere Europee sche diagrammen zijn ongeveer hetzelfde. Wel schijnt hot diagram van Greenwich nog meer karakteristiek geweest te zijn. Men beweerde, dat dé seismograaf al daar door de groote intensiteit van de beving onklaar werd. Het diagram van Den Bildt loopt met bet Potsdamscbe vrijwel gelijk. Op ons seismogram zien wij duidelijk de gelieele beving opgeteekend. Eerst is de aardkorst in rust. Dan ziet men de eerste voorloopers, vervolgens de eerste, dan de tweede reflectie, waarna de tweede voorloopers worden waargenomen. In do tweede kromme lijn ziet men eindelijk de eigenlijke hoofdgolven. Ten slotte nog een antwoord op de vraag, of de jongste aardbeving zich ook in Europa buitengewoon krachtig regis treerde. Het antwoord hierop luidt ontkennend De aardbeving van 11 October 1922 (in Chili) was b.v. hier veel intensiever. Dat de jongste aardbeving zooveel slachtof fers maakte, is dan ook vooral het ge volg van het feit, dat thans het centrum van de beving in een dicht bevolkt ge bied lag. Zooals men weet,.-veranderen in den loop der jaren de verschillende haarden slechts weinig in plaats. Daarom lijkt het beter, wanneer Tokio en Yokohama niet worden herbouwd, maar worden ver plaatst naar veiliger deelen van het Ja- pansche hoofdeiland. Deze aardbeving toch zal niet de laatste en niet de hevigste zijn op die plek. In Japan zelf schijnt men evenwel deze methode van weder opbouw al radicaal to vinden. Doorsnee der aarde. is gelegen boven links, tusschen de twee pijltjes zie fig. 1). Hoe die beving ontstaat, is een zaak, waarop wij hier niet zullen ingaan, Dochde beving is er. 't Is alsof eon reusachtige steen op Sen harden aard korst is gevallen. En er ontstaan, wat er ook zou ontstaan zijn, wanneer een steen in een gladden vijver terecht zou zijn gekomen: kringen, die al grooter en grooter w o r d en, en niet alleen de zee, maar ook den vasten bodem in zekere mate van be weging brengen. Die kringen (of golvingen) worden flauwer, naarmate zij den haard van de beving verder achter zich hebben liggen. Weldra zijn ze voor den niet-deskundi- ge zelfs niet meer als een lichte aard schok waarneembaar. Maar de weten schap beschikt over een instrument, dat iedere trilling, hoe onbeduidend ook, op- teekent, en men kan dan ook zeggen, dat 3v geen aardbeving, hoe ver verwijderd ook, plaats vindt, of alle goede seismo- p e r v 1 a k als weg hebben gekozen. Het is duidelijk, dat men nu met eenige wiskundige kennis uit het tijds verschil tusschen het arriveeren dier ver schillende golven zeer precies don afstand van de aardbeving kan becij feren. Hokus-pokus" hoeft er heelemaal niet bij te pas te komen. Behalve den afstand tracht men ook de richting van de beving te vinderl Hier heeft men evenwel niet die preciesheid, en terwijl men b.v. op- ge.eft, dat de baard van de beving op 8.445 K.M. lag, moet men er aan toe voegen: vermoedelijk in O. Z. 0.- ri chting, vermoedelijk in Japan, enz. Toch valt ook bier vooruitgang te con- stateeren. Wij wenschen thans evon st-il te staan bij fig. 2, die ons de seismograaf vertoont (iets vereenvoudigd), die in de meeste moderne observatoriums wordt aangetrof fen. Er zijn ook andere seismografen, die ^rafen ter wereld hebben een zekere -seismische onrust" genoteerd. Dus de golven planten zich voort i n -«lie richtingen. Bij de seismografie "5oet men echter niet alleen met de op pervlakte van den- aardbol rekening hou den. Zeker, de groote golven der beving klanten zich la n g s de aardoppervlakte voort. Maar er zijn ook golven, die door den aardbol gaan, en dus van den baard naar het station van waarne ming den kortsten weg nemen: dwars door de aarde. Deze golven zijn er dus het eeT3t. Zij zijn de z.g. voorloopers, die den eigenlijken hoofdgolven vooraf gaan. De weg dezer „Vorlaufer" is op onze schematische voorstelling (fig. 1) duide lijk aangegeven. Dan zijn er golven, die dwars door den aardbol naar het aardoppervlakte ko in beweging. niet slechter zijn dan ons instrument (die van Wiecbert). Het instrument, zooals het geteekend staat, is in beweging. Is het in rust, dan staat de as A B loodrecht op het horizon tale vlak B. Dezo seismograaf is een sooTt omge keerde slinger. Do massa A weegt onge veer 1000 kilo. De scherpe punt steunt op het vlak B. Hierdoor blijft de kolossus A in (labiel) evenwicht. Omvallen is onmogelijk. Immers, de stang C, dio correspondeert op do hef boom E (welke op haar beurt wederom met den tafel F in verbinding staat), doet zijn plicht. Komt er nu een aardbeving van rechts, dan boweegt zich de aardbodem en dus eveneens de grondplaats B, de tafel F cn ook de draaiende trommel J (wqarop de Gemakkelijk. Pieterse: ,,'b Is leelijk laat geworden van avond, Willemse. Wat zal je wel tegen je vrouw zeggen 1" Willemse: „Ach, niet veel, alleen maar goeien avond, of zoo iets-; de rest zal zij wel zeggen." Te veel gevergd. „Wel jongeheer, wat is er va-n je verlan gen?" vroeg opgewekt de winkelier. .,De lucifers, die mijn moeder hier van ochtend gekcolit heeft, deugen niet", zei heb ventje. „Deugen ze niet? dat is de eerste klacht, die ik er over krijg", zei de man. .,Ik kan 't iet helpen", zei de jonge. „Moeder zegt, dat! ze niet goed zijn." „Onzin!" zei de winkelier. Toen nam hij een lucifer, streek ze langs den zool van zijn schoen, en dadelijk vlamde die aan. „Wat heb je nou nog te zeggen?" vroeg do winkelier. „Ja", zei het ventje, maar u kan toch van mijn moeder niet verlangen, dat ze zoo dikwijls als ze een lucifer noodig heeft ze hem hier aan jou schoen komt aan strijken." Wreede executie. Uit een parlementair overzicht: vJ)s plattelanders Brast en d9 Boer splitsen zich in twee helften." De verraderlijke pleister. Hij schoor zichzelf en raakte in zijn haast het puntje van zijn eenige centimeters te langen neus met het scheedmes. „Waar zijn de pleisters!?" riep hij aan zijn vrouw. „In mijn naaidoc-sje!" was het ant woord. Toen de man op zijn kantoof kwam, glim lachte iedereen, die met. hem sprak. „Waar lachen ze toch allemaal om", vroeg hij geërgerd aan zijn compagnon. „Om je neus. Wat heb je daar op?" „Pleister". „Neen, man, bet etiket van een garen klos en daar staat op „gegarandeerd 100 Meter." Verkeerd begrepen. Weduwnaar: „Ik zal u gaarne als gou vernante voor mijn kinderen nemen, als u mij belooft voer mijn kinderen een tweede moeder te zijn." Gouvernante (verlegen):" „Eigenlijk wensch ik wel ongehuwd te blijven". Alle waar is naar zijn geld. In een oude Berlijnsche buurt staat een huis. Dit huis heeft een huisdeur. En die huisdeur knarst ver schikkelijk. Boven, op de bei-étage woont een gewe zen keizerlijke hofoperazanger die nog al noten op zijn zang heeft. Hij ging naar den huisbaas. „Meneer Blum, wat is dat nou voor een huisdeur? Dat is niet uit te houden!" De huishaas: „Voor 't schijntje huur dat u betaalt, kimt u geen huisdeur verlangen die als maar de Göfcterdammerung zingt!" Gauw tevreden. Hij: „Else, zul je gelukkig met me zijn?" Zij: „Zeker, Arthur, zeker. Jk ben met zco weinig tevreden". sas BBS VOORNAME MANIEREN. Hendrik, ik heb gisteren opgemerkt, dat je mijnheer's' jas met dezelfde schuier afborstelde als de jouwe. Denk er om, als je blieft, zulke faanillia.rit.eiten komen in ons huis niet te pas. GEEN MOEILIJKHEID BIJ DE KEUS. NN'LL „Ja, ja, mijnheer, het is een heel werk, voor je met jo reisplannen Maar bent, en rustig op den trein zit". „Och, mijnheer, bij niij gaat het over 't algemeen ncng al eenvoudig, M'n directeur bepaalt, -wanneer ik op 'eis zal gaan, en m'n vrouw Zegt, waarheen!" GEZOCHTE UITVLUCHT. „Je bent beel laat thuis!" „Maar 'lieve vrouw, 't is pas elf uur." Hoorde je de koekoek dan niet, die sloeg drie?" „Maar, kindje, dat ding heeft een rijksdaalder gekost. Stel je in je man nu niet meer vertrouwen? Hij is je toch meer dan een riks waard?" Het seismogram der Japans chc aardbeving in Potsdam. Enthousiast. „Er gaaï niets boven wielrijden. Het vergroot iemands kracht en verlengt zijn leven „Maar onze voorvaderen fietsten toch niet!" „Juist en wat zijn zij dan ook nu? Allen dood!" Niet gewcnscht. Meester (met geestdrift): „Gij ver trouwt mij uw zoon toe mevrouw; ik zal trachten, er spoedig een man van tq maken." Jong vrouwtje: „Daar ben ik niet op gesteld. Dat zou me veel te gauw oud maken!" 's Nachts 2 uur. (Men heeft den dronken heer des hui zes thuis gebracht): „Een gulden moet ik hebben voor mijn moeite." Mevrouw: „Dat zal hij je zelf wel ge ven, als hij weer nuchter is." Man: „Neen, dat gaat niet dan neem ik hem weer mee!" Om een praatje verlegen. Een student passeert op straat 'n aardig verpleegstertje, en spreekt haar aan met "fc" volgende praatje: „Pardon zuster, ik.... ikwou u nog even bedanken voor de zorgvolle verpleging, toen ik onlangs in het ziekenhuis lag. Maar ik moest zoo overhaast weg, dat ik geen tijd 'had om u ie bedanken." „U moet wat anders bedenken, aneneer", zei 't glundere verpleegstertje, „ik ben alleen voor kraamvrouwen!" Het ken erger. „Maar papa", zei het meisje, geen begrip van hoeveel hij van! Hij wil zelfs voor me sterven". „O zoo", antwoordde de oude denkend, „ik geloof niet dat it tegen heb. Ik was bang dat tij wilde trouwen." Oorlog in huis. Vrouw: „En veronderstel nu «j oorlog kwam, zou jij dan thuis een lafaard?" J Man: „Niemand zal mij een men, als ik aan jouw zijde blijf De baby op één pool Tante: ^WeL, Fransje, de een Hein broertje gebracht, niet eens zien?" Fransje: „Hé, ja, tante, en6t«# op één poot?" Spuitwater. Een moeder maakt met k&W® voor 't eerst een uitstapje schip.'Plotseling komt het achterdek naar haar moeder 'j onder den uitroep: „moesje gauw kijken, uit het achtersts spuitwater Het lieve vrouwtje. Vriend: „Wel gelukkig getroE1 geeü schoonmoeder?" Jonge man (met een bedenk op zijn Xantippe):' „O, mijn mij allesgade en schoont lijk.; Li

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1923 | | pagina 10