HET TEKORT OP DE BEGROOTING. Minister Ruys geeft eenige cijfers. Aan dc Centrale Commissie voor Geor ganiseerd Overleg bij bet Rijkspersoneel beeft do voorzitter van den Ministerraad om advies gezonden een voorstel tot in trekking van art. 40 van bet Bezoldigings besluit. Dit voorstel gaat vergezeld van een uit voerige toelichting, overgenoh. il in „Het Seinlicht", orgaan van den Prot.Chr. Bond van Spoor- en Tramwegpersoneel, waarin dc Minister een aantal cijfers geeft tot toe lichting van het te verwachten tekort op do begrooliug 1924. Do Minister schrijft «daarin: „Do Regeering ziet zich tot baar leed wezen genoodzaakt, de intrekking te be vorderen van art. 40 van bet Bezoldigings besluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1920. Do toestand van 's lands financiën, zooals die zich in de cijfers der aan den Raad van State toegezonden ontwerp-Staatsbe- grooting voor 1924 afspiegelt, maakt im mers een verlaging van de salarissen van het Rijkspersoneel (burgerlijk personeel, militairen en onderwijzend personeel) on vermijdelijk. Die cijfers wijzen op een tekort op den gewonen diénst van f 105 millioen, doch zij houden geen rekening met verschillende factoren, welke dat tekort nog aanmerkelijk doen stijgen, zoo als do bijdragen aan het ouderdomsfonds in verband met de uitvoering der^vrijwil- lige Ouderdomsverzekering (f 12 millioen) de vermeerdering van de uitgaven voor rente en aflossing in verband met de voor genomen consolidatie van vlottende schuld (5millioen), het te verwachten tekort op Tiet Staatsbedrijf der Posterijen, Telegra fie en Telefonie (f 4.4 millioen) en de ver moedelijke overschrijding van de raming der onderwijzers-salarissen met f 4 mil lioen. Gerekend moet dus worden op een tekort van pl.m. f 131 V\ millioen. Het zal wel geen betoog behoeven, dat, waar op een vermeerdering van inkomsten niet kan worden gerekend, integendeel een verdere daling moet worden gevreesd, krachtige maatregelen zullen _moeten woTden ge nomen om bet uitgavenpeil zoodanig te verlagen, dat het tekort althans in 1925 gedekt zij. Op de ernstige gevolgen, die het achter wege laten van dergelijke maatregelen ook voor het Rijkspersoneel zouden hebben, zal wel niet behoeven te worden gewezen. Bij handhaving van het tegenwoordig peil der salarissen is echter een eenigszins be langrijke vermindering der uitgaven een onmogelijkheid. Dit springt in het oog, wanneer men let op de volgende globale cijfers. De totale uitgaven ten laste van den ge wonen dienst der Staatsbegrooting moeten voor 1924 worden geraamd op f 680 mil lioen. Uitgaande van den gedachtengang, dat de Spoorwegen en het Staatsbetffijf der Posterijen, Telegrafie en Telefonie zich moeten bedruipen, kan men zoowel dit uit- gavencijfer als het tekort op den gewonen dienst met f 26.4 millioen verminderen. Uit het dan resteerende bedrag"ad f 653.6 millioen moet men vervolgens, om een zui ver beeld te krijgen, de uitgaven der Staatsmijnen ad f 41 millioen elimineeren Men komt dan tot de conclusie, dat men op oen bedrag van f612.6 millioen aan. uitgaven een bedrag van f 104.8 millioen moet bezuinigen. Onder eerstbedoeld be drag zijn echter een aantal uitgaven be grepen, welke voor reductie niet of al thans vooTloopig niet vatbaar zijn of zelfs een automatische stijging zullen vertoonen Gedoeld wordt o.a. op de uitgaven voor rente en aflossing f 104 millioen, de uit gaven voor pensioenen f 42.5 millioen, de uitkeering aan de gemeenten op grond van de wet van 1897 f 18.6 millioen, de bijdra gen in de exploitatietekorten van met Rijkssteun gebouwde woningen f4 mil lioen; totaal f 169.1 millioen, waarbij er ten overvloede de aandacht op gevestigd wordt, dat er nog tal van andere op" de wet of overeenkomst gegronde uitgaven, zijn, welke niet kunnen worden geredu ceerd, of waarvan zelfs een geleidelijke toeneming niet valt tegen te gaan. Op grond van het bovenstaande kan worden opgemerkt, dat de noodzakelijk geachte bezuiniging ten slotte zal moeten worden verkregen door vermindering van de resteerende f443.5 millioen *aan uit gaven. Neemt men in aanmerking, dat in dit laatste bedrag ten minste f 210 millioen is begrepen voor salarissen van het Rijks personeel en f 12 millioen voor uitkeerin- gen aan het Algemeen Burgerlijk Pen sioenfonds, terwijl ook in de resteerende f211 millioen nog personeelsuitgaven begrepen zijn, dan springt in*het oog, dat het ook bij de krachtige bezuinigingen op andere voorwerpen een' onmogelijkheid is om zonder aantasting van 't salarispeil ook van het reeds op 1 Juli 1922 in dienst lijnde personeel tot een sluitende begroo- •iing te komen. De omstandigheden nopen daarom naar het oordeel der Regeering, tol intrekking van art. 40 van het Bezoldigingsbesluit. 'L\\ zal het advies uwer commissie over bijgaand^ concept' van een onlwerp-besluit gaarne eenigszins spoedig ontvangen. In verbaiid met de aanstaande indie ning der begrooting zal zij het op prijs stellen, indien dat advies haar uiterlijk den lOen September a.s. kon bereiken.'' Gemengde Berichten. Spoorwegongeval te Amstelveen. Dinsdagavond heeft nabij het station Am. «telveen een ernstig spoorwegongeval plaats gehad, dat wonder boven wonder geen per soonlijke ongelukken ten gevolge heeft ge had. Om 8.45 vertrok trein 620 van Uit hoorn in de richting Amsterdam met twee personenrijtuigen en een goederenwagen^ Vlak voor het station Amstelveen kantelde om even voor negenen een derde klasse rijtuig, dat als middelste wagen in de treinformatie liep. Onder hevig gekraak helde het plotseling over en viel daarna met den zijkant naar rechts op den spoor dijk. De reizigers beschrijven den schok als zeer zwaar; nog eenige oogenblikken werd het met. den zijkant- over den dijk gesleurd, waarna de trein stopte. Vermoedelijk be merkte de machinist door het zwaar trek ken zijner locomotief onraad of sloegen de remmen ten gevolge van het breken der remstangen van zelf aan'. Er waren in het derde klasse rijtuig vrij veel passagiers, omdat de trein gecombi neerd was met- de verbinding uit Aalsmeer. Als kegels vielen de inzittenden door elkaar terwijl de glasruiten en het houtwerk van den zijkant braken. Een paar personen lie pen schrammetjes en blauwe plekken op, echter niet in die mate, dat van verwondin gen van beteekenis mag worden gesproker. Zonderling mag het heeten, dat uit een mand met eieren, welke een boer bij zich had, slechts één ei brak. De andere wagens en de machine bleven op de rails staan en werden niet bescha digd, Oogenblikkelijk begaven personen van het station Amstelveen en uit dorp zich naar de plaats des onheils en spoedig wa ren de reizigers uit hun benarde positie ge red. De trein uit Amsterdam, die juist het station binnenliep, werd opgehouden, waar na hij de reizigers uit den gestranden trein naar de hoofdstad bracht. Natuurlijk ver oorzaakte een en ander oponthoud. Van Haarlem vertrok kort daarop "een werktrein met personeel naar het Amstel- veensche emplacement. Den geheelen nacht werd doorgewerkt. Hoe het ongeluk kon plaats vinden mag een raadsel heeten. daar het déraillement op een recht baanvak zonder wissels plaats vond. De verbinding met het station Willems park was tot overmaat van ramp juist op dat tijdstip tengevolge van het onweer ge stoord. (Tel.) Noodlottige twist. Te de Krim. gemeente Ambt-Hardenherg, heeft bij een twist een zekere L., oud 17 jaar, den eveneens 17-jarigen. G. K. twee diepe messteken toegebracht op 10 c.M. afstand van elkaar. Buikvlies en borstvlies werden doorstoken, terwijl ook de milt werd geraakt. In zorgwekkenden toestand werd het slachtoffer naar het ziekenhuis te Hoogeveen vervoerd. De dader is naar het huis van bewaring te Zwolle overgebracht. Een raadslid bedreigt een priester. Toen kapelaan K. zich te Kessel van zijn woning langs de Maas naar de kerk begaf om biecht te hooren, werd hij door het raadslid M. G., die in de Maas aan het baden was, uitgejouwd. Hiermede niet te vreden, kwam deze met een zwaren steen het water uit en stormde in dreigende hou ding met opgeheven arm> met de w'oorden: ik sla je de hersens in, op den geestelijke toe, die de vlucht nam, achtervolgd door G. De kapelaan vluchtte de kerk binnen en G. werd door een paar aanwezigen tegenge houden. Eenigen tijd later, terwijl de kapelaan daar nog vertoefde, wachtende op biechte lingen, kwam G. half gekleed de kerk bin nen, onder het uitroepen van: ha, jou moet ik hebben! enz. De kapelaan moest door de sacristie vluchten, steeds achtervolgd door G., die nabij bet Priesterkoor zijn achtervolging opgaf. De politie heeft hem later ingerekend. UIT DE OIWGEtflHG HAZERSWOUDE. Gemeenteraad. Voorzitter de burgemeester, de heer v. d. Meulen, De vergadering wordt geopend met ge bed. Afwezig de heeren D. de Bruin en A. de Jong met kennisgeving. De notulen worden gelezen en na enkele opmerkingen gearresteerd. Onder de ingekomen: stukken een mis sive van den Minister van Onderwijs, uat over 19221923 aan bijdrage in de kosten van bet vervolgonderwijs een bedrag van f 720 voor salarissen is toegekend. Verder een schrijven van den heer A. J. A. Pannebakker, dat hij zijn benoeming als lid van do schattingseommissio en van Mevr. v. d. Meulen-van Beemen dat zij baar benoeming als lid van den Raad aan neemt. Punt 2. Voorstel inzake het vervolgon derwijs. Waar in de laatste 2 jaar nogal belangstelling voor het vervolgonderwijs bestond, meenden B. en W. na gehoord advies van de commissie van toezicht op het Lager Onderwijs te moeten voorstel len het vervolgonderwijs op het Dorp to. handhaven, daar de gelden goed gestecd zullen zijn. De commissie stelde tevens voor het aantal lesuren per cursus in te krimpen, en het toezicht op leeftijd en toelating der leerlingen te verscherpen. De eischen bij de wet gesteld, laten echter, zegt de Voor?,, niet toe het aantal lesuren in te krimpen. B. en W. stellen voor de salarissen te verlagen van f 2 tot f 1.50 per uur en f 25 voor het hoofdschap. Waar nog een onderwijzeres voor hand werken moet worden aangesteld zal dc gemeente pl.m. f 350 hebben bij te dragen (alleen voor de Openbare School.) Het mi nimum aantal leerlingen zal 12 bedragen en 6 voor handwerkonderwijs. Het schoolgeld zal aanmerkelijk moeten worden, verhoogd. De heer v. E x t e r betoogt dat vervolg onderwijs niet hetzelfde is als herhalings- onderwijs. De schematisch voorgestelde schoolgeldverhooging acht spr. wel wat te hoog (Een 8-voudige verhooging.) De heer H e i j k e r acht het voorstel niet onaardig, doch verwacht au het ze vende leerjaar in 1925 zal worden ingc- voed voer het vervolgonderwijs minder belangstelling. Tot dat tijdstip acht spr. de regeling nuttig. De heer Buitenhuis zou gaarne dc wet gewijzigd zien om 100 lesuren te ge ven, wat begrijpelijkerwijs mislukt. Spr. wil do leerlingen niet alles laten betalen. Wethouder Ve.elenturf zegt, dat bij minder dan 25 deelnemers do gemeente er bij toe zal moeten passen. De beer v. D a m kan volkomen met het voorstel meegaan. Do hoogst aangeslage- nen zullen wel meer schoolgeld moeten be talen maar zij kunnen betalen, en de minder gegoeden krijgen reductie. Het. voorstel wordt met algemeeno stem men aangenomen. Nadat de heeren Baadsleden koffio heb ben gedronken en do verslaggevers gele genheid hebben gehad uit te blazen wordt voortgegaan met: Punt 3. Onderzoek der geloofsbrieven van het gekozen, lid Mevr. K. van der Meulen-van Beemen. Na onderzoek door een drietal leden (Buitenhuis, Hcijker en v. d. Bosch) wordt tot toelating besloten. Punt 4. Aanbieding Gemeenterekening, dienst 1922. Deze wijst aan: Gewone ont vangsten f 139.364.84, gewone uitgaven f 115.391.88J, batig saldo f 23.972.95i. De buitengewonen dienst sluit in ont vangst en uitgave met f 56.755.95, Totaal batig saldo f 23.972.952. Punt 5. Aanbieding der rekening van het Waterleidingsbedrijf, dienst 1922, slui tende in ontvangst eni uitgave met f 12.748.51i bij een winst van f 35.60. Er wordt een commissie benoemd tot het nazien van beide rekeningen, bestaande uit de heeren Buitenhuis, v. Dam en Brug man. Alt laatste punt van de agenda wordt behandeld: Af- en overschrijving en wij ziging Begrooting, dienst 1923, welke in gevolge genomen raadsbesluiten e.d. moc- ten worden verricht. Hieronder zijn f 500 voor kosten van den brand op 4 en 5 Augustus en f 600 voor de volksfeesten, welke bij de posten uit de onvoorzien© uitgaven zullen worden geput. Conform het voorstel van B. eq W. wordt besloten. Gekomen aan het eind van de vergade ring neemt de V o o r z. afscheid van den ouden Raad, waaruit de heeren v. E x t e r Schrier en de Jong voor goed heen gaan. Het spijt spr. dat de heer de Jong niet aanwezig is, daar een verzuim had moe ten worden hersteld. De heer do JopS herdacht n.l. in April jd. zijn 25-jarig ju bileum als raadslid en dit ging in stil heid voorbij. Hem en do anscre heeren zegt spr. hartelijk dank voor hun werk zaamheden in hot belang van de gemeente verricht. De heer Schrier zegt dank voor de waardeerende woorden en do prettige verstandhouding die onder het presidium van den burgemeester in do Raadszaal heeft gebecrsclit. De heer v. d. Bosch sluit zich hierbij aan en wenscht Baad en Gemeente toe de zegeningen van boven. De heer v. Ext er zegt dank voor de gesproken woorden, welk fcedanken niet inhoudt de minder goede behandeling en overlading van de raadsagenda's. Waar gezondheid boven, alles gaat moest spr. tot zijn leedwezen bedanken: Spr. eiiv digt met den wensch uit te spreken, dat de onderlinge goede verstandhouding moge biljven. Bij de Rondvraag informeert de beer Schrier of het juist is dat de veld wachter Niekerk de gemeente gaat verla ten. Spr. zou dit betreuren. De Y o o r z. moet de waarheid van de loopende geruchten helaas erïiennen. Met September reeds denkt de functionaris van wien de burgemeester zeer waardee rende getuigenissen aflegt, te vertrekken. De heer N o o r da m zegt dat de werk tuigen tot bet constateeren van hooibroei niet betrouwbaar zijn en vraagt of geen nieuw materiaal moet worden aangeschaft. Er ontstaat een breedvoerige discussie. Wethouder Veelenturf zegt dat verrassingen altijd zullen blijven bestaan en wil de geheele kwestie in een confe rentie van B. en W. met de b randmeer ters behandelen. Aldus wordt besloten. De vergadering wordt gesloten. KATWIJK. Ontslag Gemeente-ontvanger. In de heden gehouden raadszitting was bij de ingekomen, stukken een van Ged. Staten naar aanlèiding van het ontslag van den gemeente-ontvanger in de raadszitting van 25 Juli 1.1., wat wo hier weergeven. "Overwegingen, die Ged. Staten hebben geleid tot niet-goedkearing van het Raads besluit, waarbij den Gcm.-ontvanger niet overeenkomstig eigen verzoek ontslag werd verleend. Overwegende, dat tegen dat Raadsbe sluit bezwaren zijn ingebracht door den Burgemeester der gemeente, voorts door den Ontvanger zelf en door het Bestuur van de afdeeling Zuid-Holland van den Nederlandschen Bond van Gemeentc- Amhtenaren dat de burgemeester in zijn bezwaar schrift verklaart, dat de Ontvanger, de heer G. 13. Werther, steeds een voorbeeld is geweest van stipte eerlijkheid, nauw gezette plichtsbetrachting cn tot in het uiterste gedreven accuratesse; dat zijne administratie altijd in de meest volko men orde was en dat de ambtenaren van hen Centraal Bureau voor verificatie van de Vereeniging van Nedcrjandsche Ge meenten, die op ongeregelde, aan den Ontvanger geheel onbekende tijden, zijne administratie komen cöntroleeren, altijd zeer tevreden waren en nimmer eenige onregelmatigheid aantroffen, hetgeen op de meest gunstige wijze bevestigd wordt door een uitvoerig te dezer zake uitge bracht rapport van gemeld Centraal Bu reau; dat de Ontvanger in zijn bezwaarschrift verklaart in een schrijven van 31 October 1922 het tegendeel te hebben aange toond van hetgeen in de eerste en twee de overwe -g van 's Raads besluit wordt vermeld on overigens dat hij steeds in overleg h?eft gehandeld met Burgemees ter en Wclhöuders wat betreft hot instel len van vervolgingen; Overwegende, dat de Raad in do gele genheid is gesteld ten overstaan van eene Commissie uit hun midden zijn besluit toe te lichten; dat bij de daartoe gehouden bespre king bevestigd werd het reeds in den Raad tot uiting gekomen gunstige oordeel omtrent den persoon van den heer Wer ther, in 't hijzonder wat betreft zijn eer lijkheid, terwijl voorts als eenige grief overbleef, dat hij nalatig zoude zijn in liet tijdig innen van de gemeentelijke belas tingpenningen; dat echter de te dien aanzien in het Raadsbesluit in algemeeno termen geuite beschuldigingen niet door bepaalde feiten gepreciseerd kondén worden; dat hun dan ook gebleken is, dat do niet-verhaalbaro posten van do Plaatse lijke Inkomstenbelasting telken jaro slechts een zeer gering deel uitmaken van de geheele opbrengst dier belasting; Overwegende, dat een ongevraagd ont- gehouden controle op de financiën der gemeente Katwijk steeds den indruk heeft gevestigd, dat de administratie van den ontvanger alleszins in orde was en -dat met name de rekeningen tot weinig of geen opmerkingen aanleiding gaven; Overwegende, d - taeen ongevraagd ont slag, waarbij zelfs het praedicaat eervol ontbreekt, aan een ambtenaar slechts mag worden gegeven, wanneer ernstige mis dragingen hem ten laste gelegd kunnen worden; Overwegende, dat hun zoodanige feiten ten laste van den. heer G. B. Werther niet genoemd konden woTden, doch integen deel het oordeel omtrent dezen Ambte naar in 't algemeen zeer gunstig is, enz. 1 WOERDEN. Gemeenteraad. (Vervolg.) Rondvraag. De heer Smorenburg vraagt of het waarheid bevat, dat voor weiden op de Steenkuil voor jong vee f 1.50, voor een bit f 7.50 en voor een koe f 2.50 wordt betaald. Zoo ja, dan vindt spr. dit veel te weinig. De boeren, dio daar op weiden, kunnen wel meer betalen. Voor dien prijs kan men van ieder wel vee er op krijgen. Weth. Hendricks antwoordt, dat B. en W. de huurprijzen, bij overname van de vorige eigenaars, die toen golden, hebben verdubbeld. Het verheugt spr., dat er nog meer van terecht kan komen. De heer Zon raadt B. en W. aan, wat de heer Smorenburg hun in deze adviseert. De heer Smits wil dezen grond verpachten en niet besteden. De heer Smorenburg kan zich hiermede vereenigen, doch dan in perceelen. De Voorzitter zegt dit toe, doch het college van B. en W. zal gaarne van de adviezen van den heer Smorenburg in deze gebruik maken. De heer v. Tuijl mist nog steeds ver slag van het Burg. Armbestuur. Spr. zag dit gaarne, vooral daar dit jaar de werk- loozenzorg hij het Burg. Armbestuur be rust. De lieer H. Brunt deelt mede, dat 't B. A. hedenavond vergadert. Spr. kan mededeelen, dat noch het B. A., noch do Kerkelijke Armbesturen zich dezen wintel- met de werkloozenzorg zullen belasten.. Spr. wenscht een aparte commissie voor werkloozenzorg. Dit is dringend noodig. Spr. noemt een geval waar dringend hulp noodig is. De heer Smits dringt aan op spoedige samenstelling van dit comité. Vooral daar Arm- en Ixerkbestuur thans in deze hebben afgedaan. De heer Zon is ook voor zulk een comité. Vroeger werd er niet gevraagd: is iemand werkloos; doch is hij armlasting. In het laatste geval hielpen dan Kerk of armbesturen. De heer Snel betreurt, dat bij werken voor de gemeente jonge, ongehuwde personen te werk worden gesteld en getrouwden werkloos blijven. Commission acht spr. niet meer als een kapstok. De lieer Zon zegt, dat de werkloozen zich dan maar moeten laten inschrijven bij het agentschap der arbeidsbemiddeling dan kan men gaan uitzoeken, die het meeste werk noodig hebben. De heer Snel hoopt dat een eventueel comité vruchtbaar werk zal verrichten, een goede controle zal hou den en zooveel mogelijk de misbruiken tegengaan. Spr. betreurt, dat, daar er zulk een batig saldo is, er zoo weinig voor de werkloozen is gedaan. De Voorz. wil af wachten het verslag van het B. A. en zal daarna zoo spoedig mogelijk dit aan de orde stellen. De heer Zon vraagt wat B. en W. heb ben gedaan inzake de voorgestelde ver plaatsing van het Kantongerecht. De Voorzitter antwoordt hij den Minister te zijn geweest. De Minister kon nog geen besluit nemen, doch verzocht de bezwaren schriftelijk in te dienen. Dit is geschied en den verschillenden gemeenten uit do omtrek is om adhacsie verzocht. Spr. is voornemens binnen enkelo dagen weder op audiëntie te gaan. Do heer Zon dankt den Voorzitter voor zijn werkzaamheden in deze. De Voorzitter richt in deze laatste ver gadering van deze zittingsperiode eenige woorden van afscheid lot de leden, vooral tot hen, die niet meer terugkeeren. Op de eerste plaats verklaart spr. in de afge- - loopen periode op aangename wijze met den Raad te hebben samengewerkt. Een woord van dank brengt spr. vooral aan wethouder Hendriks. Veel tijd heeft de heer Hendriks gegeven voor het belang der gemeente en zeer veel is onder zijn leiding tot stand gebracht. Noodo ziet spr. hem dan ook heengaan. Spr. hoopt, dat hij nog vele jaren getuige mag zijn van den toenemenden bloei van Woerden. Dank brengt spr. aan Wethouder Engel. Het verheugt spr. dat hij weder in den niou- wen Raad terugkeert. Dan ook do heeren N. Brunt en Snel. De heer N. Brunt is vele jaren wethouder en lid van den Raad geweest. Hij was het ook, die spr. bij zijn komst in Woerden verwelkomde. Moogt ook gij nog vele jaren van den bloei van Woer den onder den nieuwen Raad getuige zijn, aldus spr. Ook de heer Snel zal niet meer terugkeeren. Hij was ons jongsto lid en toonde in vele gevallen van zijn goed inzicht. Spr. besluit met den wensch dat samenwerking met den nieuwen Rj,J even aangenaam moge zijn als met denn] aftredende het geval was. (Teelcencn instemming.) Wethouder Hendriks brengt dank aaj den Voorzitter voor dc hartelijke woprd* tot hem gesproken. Het is thans do laai ste keer dat spr. als wethouder hier k woord zal voeren. Er is een tijd van men en een tijd van gaan. Do tijd vaj komen wordt bepaald door do lciezerj' die van gaan door ons zelf. Daar zijn «J oens van dio omstandigheden die aanlcj! ding zijn om heen to gaan. Spr. kan ver. klaren in de afgeloopen vier jaren aan, genaam to hebben samengewerkt. Aaiigj, naam was do samenwerking met B. cn eni ook vooral met do afdeeling Publiek werken. Dank brengt spr. aan het daar. onder werkend corps werklieden in l-lP bijzonder den straa-tmakor v. Rooijcn d|. op zoo'n voorbeeldige wijze zich van zijn taak kwijt; deni tuinman Zwaan dio zi« zorgvuldig onze plantsoenen, parken o; gazons onderhoudt., den stadsbaas dio me: een klein getal werklieden veel goeds tri stand brengt. Het publiek beseft niot al tijd wat dit zeggen wil. Dank ook aa; don gemeente-architect den heer v, d Meij, dien stillen werker die zooveel gooi tot stand heeft helpen brengen. Veel la«: heeft de heer v. d. Meij zeker van spr, gj had, doch de samenwerking was steci aangenaam. Ook het overige persons brengt spr. hartelijk dank, inzonderhei nog den gemeentebode, die bij coq missievergaderingen e.d. steeds ons di zoo aangenaam mogelijk maakte. Dat vooral aan de Pers, die door haar oobe, wende critiek spr.'s taak steeds her! verlicht. Spr. is overtuigd dat zonder j hulp van de Pers besturen onmogelijk; Er is ook wel eens een andere klank g boord doch die was meestal van hen c gewoon zijn zelve niets te verrichten alleen een anders werk af te breke Dank verder aan het Dag. Bestuur, Gee Secr. voor de aangename samenwerkis Dank aan den Raad voor het vertrouwt immers door heil zijn we \n staat geste! dat we iets tot stand konden brengt Spr. besluit met den wensch dat de ni- we Raad in samenwerking met 'het D; Bestuur nog veel mag verrichten - oort mooie Woerden. Weth. Engel dankt ook den Voorzit! voor de woorden tot hem gesprok Door het aftreden van weth. Hendric komt al reeds een verandering en. wat nieuwe Raad voor verandering zal breng ïs nog niet te zien. Do arbeid van spr, anders geweest dan die van weth. E: dricks. Spr.'s arbeid is geweest meer li menskamers en hij verheugt zich date die arbeid vruchtbaar is geweest. Sii 1921 was spreker lid van Raad. De laatste 4 jaar zijn voor s niet de lichtste geweest. Spr. betreu het heengaan van weth. Hendricks. 8j hoopt dat het hem goed moge gaan en vele jaren als buitenstaander moge g tuig© zijn van den. arbeid van den. rij wen Raad. Spr hoopt hem nog weder es -'s raadslid te zien terugkeeren. Ook vj Je beide andere heeren hoopt spr. dat nog vele aangename vruchten var. -L werken van den nieuwen raad mogen l leven. Den heer N. Brunt heeft spr. stee hoog geacht om zijn beslist optreden i moge zijn levensavond nog lang cn aanj naam zijn. De heer Snel is slechts kort tijd hier geweest doch heeft getoond ei open oog to hebben voor liet algemj belang en in het bijzond "v *1 den Werkman. De heer N. Brunt brei gt dcr.I: aan i Voorzitter voor de hartelijke v. oorden I hem gesproken. Spr. hoopt dat de Eej nog vele jaren hem moge sparen als li« der gemeente. Dank brengt spr. aan i Raacf voor de aangename 'samenwerkb De heer Snel zegt hier të zijn gekoö door en voor een categorie van msrs:b die meenden tekort te worden gedaan. 1 kiezers hebben thans gemeend iemand spr.'s standpunt niet meer af tc vaardig Spr. hoopt dat do anderen die zijn gei zen ook hun belangen zullen behartig Spr. is overtuigd dat de werkneme» langen' wel eens in het nauw komen; oorzaak hiervan is niet onwil doch detl altijd geen goed inzicht in hun belans hier waren. Of spr. er in geslaagd is belangen te behartigen, spr. hoopt diij Vervolgens brengt spr. dank aan q Voorzitter, aan den Raad voor do aao name samenwerking. Het verheugt dat de leden van den Raad hem nog eenig leedwezen zien vertrekken. E woord van dank brengt spr. ook aan Pers, inzonderheid den Redacteur „van Stichtsche Post- die in zijn kant lecktll gen op zoo'n handige wijzo do llaaclsloj op hun plaats kan zetten. Een zaak spr. Naar het verluidt zal do Duifoj ex-Keizer indien hij weder op den tri komt hem benoc-men -tot Hofnar ca zullen wij hem hier moeten missen enj is het wat spr. betreurt. H'.erna sluiti NIEUWKOOP. Gemeenteraad. Togenwooraig alle leden. De Voorz'1 opent do vergadering met gebed, w?-1 de notulen der vorige vergadering v.of vastgesteld. Met algemeeno stemmen wordt bos! op verzoek van do gemeente Bodcgö jaarlijks aan die gemeente f 25 uit ren voor het onderhoud van do brands in do Meije, waar tegenover staat een teloos gebruik van die spuit, ingeval brand bij inwoners dezer gemeente. Do heer den Hartog vraagt, wie do» ten van het bergboren moet betalen, op do Voorzitter antwoordt, dat geen' haal op de assurantie-maatschap? mogelijk is, zoodat de gemeente aant kelijk blijft. Ingevolge besluit van de vorige verf ring hebben B. en W. ccn schij' prae-advies overgelegd betreffend^ vraag of, en in hoeverre de jaairw# van do ambtenaren dezer gemeente- zoover dezo jaarwedden niet worden! geld door Ged. Staten, in verband dalenden levensstandaard, aan een zicning bohooren to worden onderwo'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1923 | | pagina 8