Tweede Blad I Maandag 26 Februari 1923 yrr ue pesss de oorzaken welke de loon daling beheer^hen. Onder dozen, titel schrijft^ K. (liet Ka merlid Kuiper) o.m. in"D e Volks- |c r a n t: De onweerstaanbare druk op het loon peil in ons land, een druk die tot een loondaling noodzaakt, is niet aller eerst van Nederlandschen oorsprong, doch komt van over de grenzen, en is een gevolg van de sterke verarming in de landen die direct aan den wereldoorlog deelnamen en thans onder schier ondra gelijke financieel? lasten gebukt gaan. Die verarming werkt ook hier meer en meer door, en wie niet vergeet, dat na den oorlog 'n afvloeiing onzer welvaart plaats heeft naar het lagere welvaartspeil der ons omringende landen, kan gemakkelijk begrijpen, dat onze economische draag kracht 'minder gaat worden. Onze handelsbalans blijft namelijk het zelfde beeld vertoonen en gaf nog over de pas afgeloopen maand Januari aan, dat wij in die maand voor 83 millioen gulden méér hebben ingevoerd dan uit gevoerd. Dat voor ons nadeelig verschil, levert gaat het dit jaar zoo door, voor ons een nieuw verlies voor een waarde van een milliard gulden. Dit is wel ongeveer het gemiddelde ver liescijfer. dat onze handelsbalans jaar lijks sedert de beëindiging van den oor log heeft aangegeven. Het behoeft geen breed betoog dat daar door ons nationaal vermogen sterk is aangetast en dus do economische moge lijkheden in dezelfde mato zijn beperkt geworden. Die beperking beeft natuurlijk op alles een zekeren terugslag uitgeoefend, en van daar de economische wet, dat het loon peil uit de hoog-conjunctuur, met welke middelen dan ook, niet te handhaven is Intusscheh is die druk op bet loonpeil niet in alle bedrijfstakken even sterk cn niet overal even onweerstaanbaar. Het onweerstaanbaarsu is bij waar in ternationale invloeden de meeste uitwer king bobben, dus in de bedrijfstakken die voor do internationale markt werken. Waar uitsluitend of in hoofdzaak voor locale behoeften wordt gewerkt, wordt de drukkende tendenz nog niet zoo ernstig gevoeld, en is derhalve van loondaling het minst sprake. Niettemin kan men er ook daar niet ge heel aan ontkomen, zooals o.m. uit de nieuwe loonregeling in het bouwbedrijf kan blijken. Niettemin zijn daar- de loonen van 85 cent per uur Yoor de groote gemeenten nog zeer gunstig, vergeleken hij die der metaalbewerkers, welke voor dezelfde ge meenten op gemiddeld 54 centen worden gebracht. Dat groote verschil is natuurlijk hoofd zakelijk liet gevolg van het' feit, dat de metaalindustrie veel meer met internatio nale invloeden te kampen heeft dan het bouwbedrijf. Dezelfde verklaring moet ook gegeven worden van de sterke loondaling in de sigarenindustric, schoenindustrie, land bouwbedrijven, enz., terwijl daartegen over, speciaal om zijn lokaal karakter, het bakkersbedrijf weer veel minder te klagen heeft. Natuurlijk is volmondig toe te geven, dat deze verklaringen voor de massa van arbeiders, werkzaam in de bedrijfstakken welke voor de internationale markt wer ken, weinig troostrijk zijn, doch het is van don anderen kant toch noodig, dat zij hun aandacht schenken aan de oorza ken die op hunne positie van overwogen-? den invloed zijn. Dat moge al niet ten govolge hebben, dat men zich met een sterk verminderde welvaart gemakkelijk kan verzoenen, het kan anderszijds bijdragen tot het inzicht dat de loondaling een proces is, dat met geen macht ter wereld te keeren is. Wc hebben door onze vakbeweging 'dan ook hoofdzakelijk tot taak dit proces to beïnvloeden, dat misbruik van het econo mische overwicht der vrerkgevers zooveel mogelijk voorkomen wordt, en de feite lijke welvaartspositi© der arbeiders er zoo weinig mogelijk onder lijdt. Een hoogst belangrijke taak, die echter thans heel veel koel verstand en doorzicht eischt. FEUILLETON LIEFDE OVERWINT, 31) Do voorzitter constateerdo eerst nog, 'lat het vermiste bedrag eigendom van de Sirma Jacobs Co. was. Het geld' had ge tuige intusschen, daar het door zijn schuld verloren was geraakt, betaald. Dat alles was het gerecht reeds uit de verschillen de verhooren gebleken. Koster verklaarde met zulke zekerheid dat zijn zoon nooit cn nimmer de dief ge weest kon zijn. Aandoenlijk was het juffrouw Koster te hooren, die nu binnengeroepen was; zij betitelde zich zelve als de grootste schuldigde; zij was onattent geweest, zij bad de deur vergeten te sluiten, toen zij even bij den koopman was geweest om voor haar man een flcsch bier te halen, cn toeq. moest een dief die gelegenheid te baat hebben genomen om den diefstal te plegen. Hiermede waren getuigen verhoor en af geloopen. De chef van de bankfirma en een paar andere getuigen waren reeds in verhoor genomen. De voorzitter wilde reeds het O. M. het .woord geven, toen de deur heftig werd Opengerukt. OUo was het, die, aan de koortsachtige fflgeving gehoor gevende, uit de publieke tribune door de gang en van daar in de Saai getreden was. Snel, en terwijl aller oogen zich op hem dichtten, en juffrouw Koster een luiden $il uitstiet, trad hij voor de rechters. Manheer do president, ik meld mij SIMHEEflLAban een juist WOORD. De „R.-K. Vakbeweging bespreekt de beschuldigingen van Wilton, die volkomen ongegrond zijn gebleken. Het blad merkt op, dat „de eenige gelegenheid waarbij een beschuldiging vam arbeidsschuwheid controleerbaar was, nu op afdoende wij ze is behandeld en weerlegd." Het orgaan der katholieke organisatie zegt dan dat er natuurlijk wel door arbeiders ten aan zien hunner sociale plichten „een, al te groote onverschilligheid" wordt aan den dag gelegd, maar in „weljto kringen vindt men dezulken niet?" vraagt „B. V." terecht. En dan zegt de schrijver: „De arbeiders hebben over het alge meen heel weinig gelegenheid voor de toepassing van arbeidsschuwheid. Zooiand er werk is, wordt in hun krin gen het arbeidslooze inkomen niet geno ten." Het „Ov. Dagblad" merkt hierbij op: „Inderdaad: het is, nu er zoo groote werkloosheid heerschf, wat voor alle goe de arbeiders, die er door getroffen wor den een stoffelijke en zedelijke kwelling is. afschuwelijk, dat men hun stand, die altijd arbeidt, en hard arbeidt voor zijn brood, en die er trouwens bard voor ar beiden moot, verwijt, dat hij eigenlijk niet voldoende werkt, omdat cr hier of daar z.g. „schuwen" zijn. Het is ook ge heel ónchristelijk nu uit afzonderlijke ge vallen argumenten tegen „den" arbeider te smeden. Volgens christelijke wet moet wie niet werkt, niet eten, maar wie wel werkte in tijden van werkovervloed moet niet gehoond worden als werkloosheid hem dwingt aan te nemen, wat de ge meenschap hem biedt." het ambacht en het „baantje". De heer H. Hermans schrijft, in „De Volkskrant": „Leden van de Tweede Kamer, van ge meenteraden en andere colleges kan men oprecht beklagen, als er weer een „baan tje" vacant is. Dan worden zij als 't ware bestormd door candidaten. Vooral wanneer het „baantje" geen bijzondere konnis vereischt. Dezer dagen hadden wij weer zoo'n ge val. Daar werd een portier gevraagd voor een nieuw gebouw. Na lezing van alle brieven en aanbevelingen van baantjes- grage sollicitanten, werden wij overmees terd door pijnlijke gedachten. Onder de sollicitanten was oen uitste kend bankwerker, een zeer bekwaenrrttuu- peur, een goed meubelmaker enz. En geen hunner was zonder betrekking, terwijl hunne loonen ongetwijfeld ver uitgingen boven die van den aan te stellen portier. Dus zóo is het sclioone ambacht reeds miskend, dat onder zijne beoefe naars velen er als 't ware naar hunkeren, om het te verwisselen voor een baantje", dat evengoed kan opgedragen worden aan een geheel ongeschoold arbeider. 't Is een verschijnsel dat behoort tot de treurigste van onzen tijd. Er zou zeer veel over te schrijven zijn. Men kan het beschouwen in verband met de zedelijke gesteldheid van ons volk, met de sociale verhoudingen in onzo maatschappij, met het algemeen welzijn en met de zuiver economische belangen. Maar van welken kant men het ook bekijkt, altijd moet het teleurstelling wekken. Genotzucht, maar vooral mindere waar deering van het „eerzame handwerk" cn van den arbeid in bet algemeen zijn on getwijfeld in het spel. Maar er moet ook gedacht worden aan het peil, dat het am bacht en de arbeid in het algemeen, on danks alle organisatie en wetgeving nog niet eene zoodanige rechtspositie'verwor ven hebben als.portierlWelke nadeelige gevolgen heeft dit niet voor de gemeen schap en wat wordt hierdoor niet verlo ren aan kennis en kracht in zuiver eco nomische bcteekenis! Het verschijnsel staat los van de ma laise, waari! wij thans verkeeren, al heeft deze er natuurlijk eenigen invloed op; het were immers ook geconstateerd, toen er van mlaise nog geen spoor te be kennen viel". R-K. Volkspartij. Bij 't bestair van de ofde&ling Utrecht van dte B -K. Ttolfcapartij is thans -be-radht ingekomen vaa den eersten en tweeden secretaris en penningmeester dab zij wegens het nie aannemen docw dè leden vergadering vai het 'besbuursvoorstel om geen oandi-daiteil te stellen yoor de aan staande Sta.teimikiezdn.gen hunne func tie wensobten ner te leggen. Voor de R.- K. Violfcs.paa.-itij zd ddt> bedanken naar de meening van dei voorzitter dier afdeoling Utrecht niet vin invloed zijn. Dezer dagen zal dc cai^idatcnlijst worden inge leverd', waardoor b voldaan aan alle for maliteiten, Door heb bed anken van den heer Van Hees de als no. 1 op de oan- dadatenlijet voor id'e Provinciale Staten voorkwam is do volgorde -thans vastge steld1 als volgt: 1, A. P. W. Buijs, 2. H, J, van 't Hooft, 3. L E. J. TijndalL De &f- deeling Amersfocrb Van de R.-K. Volks partij stelde dezifde volgorde vast. Bijslag uitkeerhg gehuwden en kost winners. De Minister ven Arbeid beeft aan het gemeentebestuur van Laren medegedeeld1, diat hij geen bezwaren meer heeft tegen den bijslag op de uitfceering, die deze ge meente aan gehuwden en kostwinners wil verstrekken. Daar de gemeente Laren de eerste gemeente in het land is die hier toe overgaat, verwacht de Minister dat ieder geval afzonderlijk onderzocht zal worden. De koeten dezer extra uitkeering komen geheel voor rekening van de ge meente. „HbidL" Het contract in het Bloombollerrbedrijf. Vrijdag heeft te Lisse een bespreking plaats gevonden, tuesdhen d'e vertegen woordigers. van dfe Patroons- en Arbei dersorganisaties. Overeenstemming as echter niet ver kregen. De werkgevers houden vast aan hun voorgestelde loonsverlaging van 2 per weck, welfce dkx>r de arbeiders onge motiveerd' wordt geacht. Wat den arbeidsdag betreft, hebben d© patroons zich bereid verklaard', den eiscb om gedurende drie maanden den dag met ©en uur te verlengen terug te brengen tot 1 maand) n.1. do Meimaand. Volgens de vertegenwoordigers der ar beiders is e-r echter geen redelijk© kans een verlenging van den arbeidsdag aan vaard t© krijgen, doch heb gewijzigde voorstel zal ten spoedigste aan de leden worden voorgelegd en reeds aanstaanden Donderdag zal men opnieuw bijeen komen ten eind© tc trachten tct e©n oplossing te komen. Enkel© wijzigingen door de -arbeiders voorgesteld, z-ooals do nadere omschrijving van het begrip vaste en losse arbeiders -alc®kc-d-o ziekengeld voor losse arbeider in verhouding tot hun <iier.stveri>ana oat- mcetle, nadat de beteefcenis van deze voorstellen nader door de arbeiders was toegelicht weinig bezwaar bij de werk gevers. Reeds gisteravond waren de Afdeclings- be-sturen van St. Deus Dedit uit de bloem bollen-streek opgeroepen, ten einde het gewijzigde voorstel te bespreken. H. J. Calkocn t Gisternacht is in den ouderdom, van 74 jaar te Edam overleden do heer H. J. Calkocn, de bekende oud-burgemeester van Edom. In 1875 werd hij benoemd tot burge meester van lijpendamin 1879 volgde zijn benoeming tot hoofd der gemeente Landsmeer, om in 1883 naar Edam, over te .gaan, welk ambt hij tot 1919 vervulde. In 18S4 werd de heer Calfcoen benoemd! tot schoolopziener in heb arrondissement Purra erend. Sinds 1883 had hij onafgebroken tot 1921 zitting in do Provinciale Staten van NoorcLHofland. Zoowel door do Koningin als d-oor God. Staten werd de heer Calkoon benoemd in tal van oom-missiën, dio vraagstukken in het belang der provincie tot oplossing moeeten brengen. Gsrasa&sgsls Sopaehtess. De moord op mr. Wijsman. Arrestatie van den dader aanstaande? De Piov. Noorbr, on 's-Hertogen'bossche- Crt. meldt:' Men zal zich den treinmoord -herinneren, op Oudejaarsavond 1921 op "mr. Wijsman uit 'Amsterdam gepleegd. In deze tob nog toe onopgehelderd gebleven zaak heeft, naar wij vernemen, de recherche 'de be schikkinggekregen over de verschillende nieuwe aanwijzingen, welke het zeer waar schijnlijk maken, dat licht wordt gebracht omtrent den dader van den moord, dio ver moedelijk in het buitenland vertoeft. In verband met hot onderzoek meenen wij ons bekende bijzondeiheden voorals nog niet te moeten pu-blicceren. Naar aanleiding van dit bericht hebben wij, aldus „de Crt.", te bevoegdcr plaatse geïnformeerd naar do juistheid biervan. Inderdaad waren'de Haagscho recherche onlangs enkele gegevens verstrekt, die haar een onderzoek in een bepaalde richting hebben doen instellen, maar tot een resul taat heeft dit onderzoek niet geleid. Men tast dan ook omtrent den dader nog evenzeer in het duister als voorheen. Dc Haagsche recherche laat deze geheim zinnige zaak echter niet los en blijft er haar volle aandacht aan wijden. Nog steeds wordt in alle richtingen ge speurd cn wanneer van derden mededeelin- gen binnenkomen, worden zij aan een nauwkeurig onderzoek onderworpen. Langen tijd heeft het praatje geloopen. dat de dader zich onder de hoogste kringen van ons land zou bevinden en dat daarom de politie het niet waagde in te grijpen. Een hooggeplaatst politie-autoriteit gaf ons evenwel de verzekering dat, wie de moord ook gepleegd zou hebben, hij even* tueel onverbiddelijk achter slot en gren del zal worden gezet- In verband met een mededeeling in de. 's-Hertogenbossche Courant, dat de dader zich vermoedelijk in bet buitenland zou bevinden, kunnen wij nog mededeelen, dat men reeds meermalen een spoor over de grenzen heeft gevolgd en speciaal naar Berlijn, waar het slachtoffer regelmatig vertoefde. Waar treinmoorden in het buitenland geen zeldzaamheid plegen te zijn, heeft men in deze richting dan ook gezocht, ech ter tot heden zonder gevolg. Plotselinge dood. De brigadier Yan Raaij en de gemeente veldwachter Yan Weelden brachten eer gisteren op de gemeente-secretarie te IJsel- monde een verdachte koopman binnen. Ze waren nog maar even binnen, toen de ge meente-veldwachter Van W. zich onwel ge voelde. Terstond werd de gemeente-genees heer gewaarschuwd. Deze kon niets anders dan den dood consliteeren. De doodslag* te Stein. De mijnwerker S., die Yastenavond- Maandag te Stein een anderen S. met een slagersmes zoodanig verwondde, dat deze aan de gevolgen overleed, heeft zich, meldt het „Lirnb. Dagbl." zijn daad zoo aange trokken, dat liet hem in bet hoofd is gesla gen en liij thans in bet hospitaal te Maas tricht ligt, laboreerencTe aan hersenvlies ontsteking. Aan de weduwe van den verslagene gaf hij al zijn gespaard geld, zijnde f 500, plus een vol weekloon. Een laaghartig inbreker. Gisternacht omstreeks twee uur zag de weduwe Van L,, wonende aan de Croesé- laan te Utrecht, heb schijnsel van een electrische lantaarn op haar slaapkamer. Dadelijk daarna zag zij een man binnen komen, die onmiddellijk op haar bed toe trad en vroeg waar zij haar geld had ge borgen. De man sloeg daarop bet vrouwtje met d'e vuist c»p het hoofd cn het linkeroog. Uit vrees dat de indringer haar zou ver moorden, stapte zij het bed uit en ging met hem mede, naar het winkeltje in de bene denverdieping. Uit een lade wilde de vrouw den indringer tien gulden geven, doch toen de kerel zag, dat er nog meer geld in de lade wa^ cischte hij dat eveneens. De vrouw gaf hem daarop nog f 14.50, waarop de man, die blijkbaar goed met de situa tie op de hoogte verdv/oen. N&dat de vrouw b.. had gedaan, werd nnm. een onderzoek ingesteld saris van politie, en den der recherche, waarbij versi werpen voor een nader onder. 1 slag werden genomen. Het vrou. ter f behandeling naar het ooglijdcr. .athuïs j gebracht. I Een worsteling met inbrekers. Te Rij3oord hebben twee tot nog toe on- bekende personen zich toegang weten te J verschaffen tot do woning van den heer A. Jongenotter, aan het z.g.n. „de Zwet." In het slaapvertrek hebben zij een portc- 'feuille met ruim f 200 ontvreemd. J. door bet geroep zijner vrouw gewekt, sprong het bed uit cn liep dc vluchtende dieven achterna en wist er een van te pak ken. In de worsteling die nu ontstond, werd J. door den tweeden, dio inmiddels was teruggekeerd, besprongen, cn met een mes verwond. Daarna namen beiden -opnieuw de vlucht. Tot op heden is het 'niet gelukt de daders tc arresteeren. Een brirtalc berooving. In den nacht van Vrijdag op Zaterdag heeft in de buurtschap Kotten, gemeente Winterswijk, een brutale berooving plaats gehad. De landbouwer W.ydeman, w onende nabij -het blokhuis Holland, werd om onge veer twee uur wakker, doordat een fel elect ris ch licht in zijn oogen scheen. Hij zag een revolver op zijn voorhoofd gericht, terwijl bem gelast werd op te staan. Uit bed komende werd hij door een tweeden persoon gegrepen en hem de handen op den rug gebonden. Een tweetal andero ke rels bonden de vrouw en de oude moeder van den boer, en het 8-jarig zoontje werd onder de tafel gelegd. De hond moest mar de deel worden gebracht, daar het blaffen de dier anders zou worden doodgeschoten. De vier kerels, allen gemaskerd, drukten vrouw en kind den gummistok onder den neus en zeiden in gebroken Hollandsch, ben te zullen doodslaan, als zij een kik ga ven. De boer moest bet geld aanwijzen. De linnenkast werd omvergehaald en eenige contanten en de spaarpot van het kind, met totaal f 50 die daarin gevonden wer- 1 den, gestolen. De boer, die in zijn nacht-toilet was, be gon over koude tc klagen. Hij werd in bed gedragen cn onder de dekens gestopt. In een zijkamer vonden de dieven nog f 250, f waarna zij vertrokken. De boer Icroop toen uit het bed, haalde zijn broek, waaruit zijn vrouw toen het mes nam en met veel mceito de touwen doorsneed. EKerop werden de buren ge waarschuwd en van uit blokhuis Holland het station Winterswijk opgebeld, dat do politïctroepen signaleerde. Een viertal mi litairen, begaf zich naar Kotten, mis-- do daders w.erdcn niet meer ontdekt. Bij on derzoek bleek, dat de roovers op een drie tal boerderijen geweest waren, doch daar niet hadden binnen kunnen, komen. Bli W. hadden zij eerst geprobeerd zich dcor een raampje te wringen, maar toen dit misluk te, werd een ru:t ingedrukt. Waarschijnlijk Lebben buiten nog twee man gepost. De touwen zijn in beslag genomen en op grond van eenige aanwijzingen werd met behulp van Duitscho politie in Duitschland het onderzoek voortgezet. Naar aanleiding van dezen overval heb ben de boeren in Kotten zich in grooten getale aangegeven als lid der Burgerwacht en zijn hun dientengevolge' geweren en am munitie uitgereikt. Het plan bestaat des nachts te patrouilleeren langs de grens. Iri elk geval wordt versterking der militaire politie drinvend noodz^l-elük geacht. Een raar heerschap. Te Hengelo heeft A. C. J. B. uit Den' Haag eenige dagen vertoefd mc£ een Ja- vaansch meisje. B. vertrok zonder zijn ver tering te betalen en liet het meisje achter. Hij werd te Züfcphen door de politie aan gehouden. Het meisje is naar Den Haag overgebracht; de commissaris van politie aldaar zal voor haar terugzending naar Java zorg 3ragen. Een „buitenverblijf." Sedert den vorigen hevfst heeft een on geveer 50-jarige landloopster zich als nacht verblijf een door.haar zelf vervaardigd nog aan als getuige... Otto Koster, mees ter in de rechten. Dc voorzitter keek verwonderd den voor -hem staanden jongeling aan. Ilij boog zich voorover naar de op de tafel liggende papieren, bladerde ze door en verklaarde dan onder -angstige spanning van alle aanwezigen: i Gij zijt als getuige opgeroepen ge worden; uw vader heeft onder overleg ging van oen brief van den geneesheer verklaard, dat gij ziek waart. Uw plicht drijft u nochtans li ierheen; ik dank u. Deel mij mede, wat gij over deze zaak te zoggen hebt. Otto drukte onwillekeurig zijn gebalde vuist tegen de borst aan, al wilde hij de aandoeningen welke zijn hart bes-tormdcn met geweld terugdringen. Nog eens diep geademd, en dan begon hij te spreken; eerst 'hortend en stootend, stamelend, zichtbaar beschroomd, maar allengs meer en meer driftig wordend, zette hij de zaak vloeiend uiteen. Wat hij zeide, sloeg niet direct óp het proces, hot was meer de karakterschilde ring zijns broeders. Hij vertelde van diens goed hart, van zijne rechtschapenheid, van zijne offervaardigheid en onbaat zuchtigheid; hij verhaalde, hoeveel hij aan zijn broeder te danken had, hoe deze 'steeds bereid was geweest hem te helpen Hij sprak met vuur der overtuiging, met den ijver der vertwijfeling. Uit zijne woorden ging een wonderbare kracht uit, wat duidelijk bleek in de trekken van het opmerkzame publiek. Het was niet alleen de liefde voor zijnen broeder,- wel ke in deze minuten zijn ganschc hart ver vulde, maar ook. de angst voc-r, zich zei ven, het bewusizijn, dat het om zijn toe komst ging. Bij het einde zijner rede maakte de spreker ceno onwillekeurige wending naar het bankje der beschuldigden en voor de eerste maal na zulk een langen tijd kruisten de blikken der broeders el kaar Door zijn gevoel overmand, naderde Otto snel dc bank, en zich voorover bui gend, reikte hij zijn broeder de hand. Karei wist niet, wat hem geschiedde. De bittere kwellende gedachten, welke hem in de laatste weken in de eenzaam heid der cel bestormd hadden, golden grootendeel^ Otto. Zou zijn broeder zich over hem schamen, zou hij hem verach ten en vervloeken? Reeds de omstandig heid, dat Otto hem geen bezoek had ge bracht, stijfde de gedachte. En nu dit onverwachto in de bres springen voor hem, nu in het aangezicht der rechters diens handdruk welke hem tenminste van de zijde zijner bekenden vrijsprak. Sidderend sprong hij van zijn zitplaats op, en zijn betraande oogen zeiden meer dan een vurige dankzegging. Juffrouw Koster weende luid achter haar zakdoek; zij waagde bet echter niet haar plaats te verlaten om tot haar jong ste te gaan, wiens plotseling, onverwacht binnenkomen haar in het eerst hevig had- doen verschrikken, en wiens woorden haar nu zoozeer in het hart grepen. Otto zonk bleek en afgemat op den stoel neder, welken een rijksveldwachter op bevel van den voorzitter had bijge schoven. Een gemompel van goedkeuring ging door de rijen der toehoorders. Nu werd het woord aan het openbaar ministerie gegeven, De officier van justitie viel vooral den Iaaisten getuige aan en trachtte diens rede zooveel mogelijk te ontzenuwen. De mededeelingen van dien getuige, zeide hij, spraken wel is waar voor het goede hart van beklaagde, maar bewezen nog volstrekt diens onschuld niet. Niet een der bezwarende omstandigheden kon dan ook weggecijferd worden. Daarna ontleedde do officier de verschillende ver zwarende omstandigheden en eindigde met te verklaren, dat dc beklaagde ge heel en al schuldig kon geacht worden aan hot hem te laslo gelegde; hij oischte een gevangenisstraf van twee jaren. Toen het Openbaar Ministerie geëin digd bad, verbleekte Karei; Helena, die tot lieden toe eene bewonderenswaardige geestkracht aan den dag gelegd had, haal de ook nu haar zakdoek uit den zak, en moeder cn dóchter weenden luid. Nu was het woord aan den verdodiger, die warm voor do onschuld des beklaag den optrad en alles, wat tegen zijn cliënt aangevoerd was, een kunstig opgezet kaartenhuis noemde, dat reeds bij den eersten stoot in elkander zou vallen. Nadat de pleiter op vrijspraak had aan gedrongen, bepaalde de rechtbank do uit spraak op over acht dagen. De familie Koster toog huiswaarts Voor de achtergeblevenen waren het smartelijke dagen, welke nu verstreken, iedere dag scheen hun een eeuwigheid toe. Otto leunde bleek en half onmachtig in zijnen ziekenstoel, moeder was naar hem toegetreden en sprak hem liefdevol ver wijtend aan. Hoo had hij nu zoo onvoor zichtig kunnen zijn. Wat b.ad hij .raooi gesproken, mooier nog dan de advocaat; als Karei vrijgesproken werd, dan had hij het aan zijn broeder te danken. Otto antwoordde niet, hij luisterde zelfs niet naar de praatjes zijner moeder; al zijne zenuwen waren in spanning, van koorts sidderden zijne leden. Niemand in de stad, de beklaagde -niet uitgenomen, zag de uitspraak zoo verlangend tegemoet als Otto. Het was toch zijn eigen ooi'deel, dat de volgende week zou worden geveld. Verklaarde men zijn broeder voor schul dig, dan was er slechts één middel, dan moest hij vooruittreden en zeggen: Gij dwaalt. Niet hij, maar ik ben schuldig. Eindelijk waren dc acht dagen, ecno j week van inspanning en zielsangst ver streken. Evenals den vorigen Vv'oensdag bevond zich de gehcele familie Koster weder in het gerechtsgebouw, thans om do uit spraak te vernemen, die over Karol zou geveld worden. Otto was doodsbleek; zijne knieën knik ten, en hij klapperlandc, toen de rcchlora binnenkwamen en achter do groene ta fel plaats namen. Onder adomlooze spanning van de aan wezigen las de voorzitter het -vonnis voor* (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1923 | | pagina 3