Tweede Blad.
Zaterdag 15 November 1919
De hongersnood in
Oostenrijk.
Jonnni Duschek is het twaalfjarig
doe litertje van den .e enigen katholieken
rechterlijken ambtenaar- in Oberholla-
•brun (Oostenrijk), dochtertje uit een
gezin van negen kinderen. Zij is door
hulpvaardige geloofsgenooten met hon
derden andere kinderen uit het ouder
lijke huis gehaald en nu ondergebracht
in een liefdadig en braaf gezin, ergens
in Noord-Brabant.
De .vader van dat Brabantsche gezin
is welgescld, maar geen rijkaard. Hij
heeft ook al voor een talrijk kroost te
zorgen, maar desnietemin nam hij met
hartelijke goedheid de uitgeteerde Oos
ten rijksche op. Het kind is er nu geheel
thuis, kvvikt zienderoogen op, sterkt
aan, maar houdt den zorgelijken trek
om don jongen mond. Thuis is het niet
goed, zegt ze dan. En in den stillen fa
miliekring vertelt zo dan, eenvoudig,
zonder smuk, kinderlijk cn voelbaar
waar van hét lijden der gemartelde
mensehen in Oostenrijk. Do Brabant
sche huisvader sluipt dikwijls slillekens
weg om deze ontroerende verhalen en
leedigt zijn spaarpot om weer 'n kist
met levensmiddelen te zenden naar het
benarde gezin van zijn Wanni
Maar op een goeden dag lieert hij
gezegd: gij moet dat alles eens opschrij
ven, dan zal ik het in de courant laten
zetten. De menscben in Nederland be
seffen niet half, hoe hevig er geleden
wordt daarginds in.Oostenrijk. Vertel
het hun op uw eigen, kinderlijke wijs
en zij zullen, heeft hij erbij gedacht,
hun spaarpotten ledigen.
Hier volgt de vertaling van het kin
derlijke verhaal:
Geen kruimel eten in 't heelc huis!
Vader ging vroc-g haar de kerk om zijn
•eid iret Gods zégen'aan te vangen. Na
Mis kon moederhem niets voorzetten...
at een drukkende dag! Mijn kleinere zus
sen broertjes schr eiden van honger, moc-
ston d half wezenloos: waar zou zij eden
komen? Zij kleedde zich en ging dc boo-
n af om een weinig meel, melk of aard-
ipcïe-n te vragen. Zij werd koud de,deur
igp\vezen met: „Dat hebben we zelf noo-
Moeder ging met beklemd hart cii bc-
cefd naar, hu-is.. Onze eerste vraag was
ze'iets had meegebracht, Het 'antwoord
d ons bittere tranen storten cn moeder
radeloos, nvant 'hét was reeds-elf uur
niets, riiets was er voor het middagmaal,
atwaalf uur kwam vader van zijn arbeid
ri/yén zag dat er weder niets te eten was.
"lér.gèr kwelde hem, dat laat zich den-
Vermoeid van 't werken en dan geen
dat. was hard, zeer hard. Wij'gin-
tocli bijeen zitten en.baden God om
komst.
Avonds moesten we in den donker zit-
geon kaarsen, geen petroleum, en
idiisch licht aanleggen, dat konden wij
bekostigen. Zonder dien dag van klein
groot iets gegeten te hebben, gingen wij
naar l>cd.
Zulke dagen, zwaar en droevig, waren
ft zeldzaam.
Mijne lieve, ouders zeiden als 't zoo voort-
verhongeren. wij met onze kinderen,
bang gevoel doorpriemt het hart, als
in zoo iets aanziet en zelf mede maakt,
llijn oudere broeder liep vaak huilend en
demvringend door de kamer cn sloeg
zijn vuisten op de deuren. Hij doorsnuf-
'ilo het heclc lniis-cm iets eetbaars te
iden en moedor moest alles wegsluiten,
th wist hij soms iets machtig te worden.
Cod gaf echter ook betere dagen. Als er
Ie verdoelen viel, kwam, vader eerst
dc beurt: viel hij, dan vielen we allen;
rolgens werd met de kleinen aangevan-
Ik was de eciste der groeten en móést
ak toezien. Moeder was altijd de laatste.
Ccti vriendinnetje bracht wel eens iets.
ar moeder is weduwe cn gaat uit vvcr-
kriigt wel eens wat. Dan komt mijn
ïPdinnetjc juichend aanspringen met
korsdes \lioog zwart brood, die met
handdrukken, tranen en kussen betaald
worden. i
De vaeantiedagen naderden snel. Dan
"was ik voor goed van school; dan zou ik
moeder van dienst kunnen zijn, die zich
ongeveer blind geweend heeft; dan zou ik
de boeren afloopcn om wat'te vragen. Dit
laatste bereidde ik immer met. kerkbezoek
voor om Gods zegen te vragen. Soms be
kwam ik iets voor giof geld, na-lang smec-
ken; meermalen slaagde ik. niet. Toch wa
ren we in hoofdzaak aangewezen op ande
ren, want bioodkaailen, vetkoarten, enz.
hadden weinig te beduiden; bijna nooit kon
men er iets op krijgen.
Naar II o 11 a n d.
Daar hoorde men, dat de heer X. N. den
28 Juli naar Holland zou gaan cn 73 kinde
ren mee 'zou nemen.-Vadc-r hielp alles mee
ordenen. Ter hclooning voor zijn diensten
zouden van ons twee kindereu meegaan.
Een jonger zusje cn ecu nog jonger Lu oor
tje werden uitgekozen.
Een week voor de afreis ging mijne moe
der naar den hoer N. N. om de eischcn van
liet Comité te vei nemen. Het antw oord
perste haar tranen iiit.de oegon: daar kon
zij niét aan voldoen. De goede, lieer zei ont
roerd: „Dan zullen wij die meenemen en
laat alles maar aan mij over/" Moedei wist
niet wat ze liporde, het greep haar zeer
aan. „Kern", werd haar gezegd, „vader
heeft dat wel verdiénd."
Ik had in dien tusschentijd inkoopen ge
daan. Moeder reikte mij het bewijs over.
Ik -sprong op van vréugde en moedei ween
de van geluk. „Die goede lieer Tv. N.",
snikte zij. Ik baadde in zaligheid, ging in
de kamer cn dankte God. Dan echter vlug
voor dc klecrcn gezorgd cm tijdig klaar te
zijn. Dit gelukte dank dc hulp mijner oud
ste zuster. 1)
Den 28en Juli vertrokken wij. Wij ston
den om vijf uur op; dan vlug aangekleed
om niet tc laat te. 'komen in de vroeg-Mis.
Te zes uur waren we in de kerk om onze
reis onder Gods hoede te stellen. Na de Mis
verzamelden wij ons"op het kerkplein, waar
wij vier aan -sier opgesteld werden. Dan
met groote schreden naar het station. Daar
moesten we nog een half uur wachten op
•den trein. Onderlussclren werden de na
men opgelezen om tc zien of allen er waren.
Natuurlijk, alle 73 stonden gereed!
Een droevig afscheid.
Wij namen zwaar afscheid! Ik kon mijn
tranen niet bedwingen: zij spoten mij dc
oogen uit. Ach wat hard scheiden van al
die 'dierbaren. Eenc verlichting, dat moeder
tot Weenen zou meegaan. Eindelijk
stoomde de trein voort. Dan werd geweend,
'geroepen, ook gelacbc-n, zoo hlid, dat men
de oorc-n dicht moest houden.
Om 10 uur waren wij in Weenen Aan
't station moesten we twee uren wruhlon.
Om 12 uren gingen we met de electrjsche
naar het Wcsterstaticn. Daar stonden
reeds 500 Weener kinderen te Wachten, die
ook de reis naar Holland zouden 'onderne
men. Zeer vele ouders waren er bijeen om
van hunne kinderen afscheid te nemen.
Hoe goed dat moeder,was meegegaan, want
vooreerst .was mijn zusje-in de clcctrisehc
or.wel geworden en dan, er was aan- dot
giodc station veel gedrang en gevaar, lat
ik mijn broertje en zusje kwijt zou raken.
Daar kwam dc speciale trein met bloe
men c*n kransen versierd. Alien liepen op
den trein toe om een plaats te bemachtigen,
want er waren 575 kinderen. Moeder is
aan onze coupé gebleven tot wc vertrokken.
Met betraande oogen heeft ze ons nagezien
zoo ver mogelijk. Ze verbood ons te weenen
en \\o stemden lachend in met hei dave
rend, donderend A d e. en H u r r a, toen
we de overkapping uitstoomden. Ka Jinaal
Pifl gaf dé langzaam voorbijrijdende kin
deren vele malen zijn zegen.
Tot dan had niémand aan eten gedacht,
maar ave: builen Weenen overviel «ilion
een gevoel van honger; allen in onze coupé
gingen eten. Ons bad moeder siechts drie
stukken brood kunnen meegeven, die zij bij
andere menscben had moeten vragen; een
vriendin had vóór de afreize nog diio stuk
jes -spek geluncht. God mocht voor 't ove
rige voorzien; thuis werd gebeden.
Voor hel e e r si weer een
b o t e r h a m.
Groot was de vreugde toen we Duitseh-
land instormden. In Mannheim bekwa
men wij, ja „boteihaih" roet-melk. Wij
riepen: „Wal wordt hier uitgedeeld? Bof er--
ham? Hoe ziet dat er uit? Wat is dat?."'
Ieder kreeg een 'stuk „boterham". Wij
aten met. vrome aandacht. O! hoe kan
toch iets zoo heerlijk smaken! Kon ik nog
maar meer krijgen! Hiertoe bestond uit
zicht. Men vroeg of wij nog meer boterham
beliefden. Eén lange, herhaalde uitroep
schalde: „Asjeblief, asjeblief, ik nog boter
ham." Zoozeer -smaakte dat eerste stuk
naar meer.
Onder luid „Hoch Deutschland" reden
wij van Mannheim af.
Er was nog een weinig clen en wij brach
ten het Ic-t Woensdagmorgen, dank /.ij de
zorg der begeleiders, die voor minder be
deelden inzameling hic-lden.
Geslapen heb ik in den trein eigenlijk
niet. Ik zal als eenige groote bij 10 kleinen
die ik 's avonds, toen 't donker werd, (er
was geen verlichting) in slaap komman
deerde. Twee had ik er in het net gelegd,
andcie op de banken, anderen op den
vloer. Ik zocht maar een plaats, maar alle
ruimte was ingenomen. Nog zoekend hoor
de ik daar boven gekraak en kwam juist
bijtijds om een der kleinen uit het ge
scheurde net op te vangen. De andere, mijn
broertje, werd bang cn vroeg schreiend om
verlost tc worden. Na. veel passen en schik
ken eindelijk allen in rust, ik hurkte neder
in den doorgang. Slapen lukte echter niet;
nu en dan dommelde ik wat j.n, maar ten
slotte stond ik op'en zocht in den donker
een ligplaats. Tevergeefs! Nog eens naar
mijn huishouden „omgezien" en eindelijk
begon lat ecnigszins licht (e worden. Het
landschap gaf afleiding.. Die wakker wer
den in mijn coupé ging ik wasschen cn
verder opknappen.
Den tweeden nacht heb ik met een vrien
din, die 't ook niet vinden kon, voor 't
raampje gedaan om lichtjes to zoeken en
schaduwen te ontraadselen.
Daar kwam Woensdagmorgen een man
door den trein, dien wc half begrepen. We
dachten, dat hij ons moed insprak en dat
we „Holland raderde»".-
Holland!
Daar krijgen we melk, melk, -melk!
Maar even en dan verder! In Arnhem
werd weder „Let ei hour' uitgedeeld, maar
nu met worst. Snikkend van vreugde heb
ben wc die eerste Hollandsehe spijze ge
nuttigd. Eindelijk! Het Beloofde Land!
Ilct beloofde land. Angst
der kleinen voor de Hol
landsehe rautse n!
Tegen 9 uren stapten de eerste kinderen
uit, eerst de Wcensche. Wij hadden nog
den lijd. Achtereenvolgens werden ook aan
ons kaarten verstrekt, waarop de namen
van onze pleegouders vermeld v. aren.
Wat verrukkelijke, vergezichten! Wat
hoera ging er op a oor den eersten molen
dien we ontdekten. En die Hollandsehe
mutsen. „Och! gilde mijn zusje, als ik maar
riet i ii zoo een kom en ze sloeg- de han
den voor de oogen cn spr-eng van 't raam-
pjo weg.
Histegen de eersten onzer uit met
do laatste Weenschc, ach ook mijne
■meest.geliefde vriendinnen,-die ons mond
voorraad gegeven hadden. Ik gevoelde een
groot wee en 't werd leeg daar binnen. Nog
erger was 't toen alle begeleiders en bege
leidsters, .ook „de goede lieer" ons verlie
ten cn wij met eif móesten blijven. Een
dame," die geen Duilséh verslond, voerde
ons vérder., immer verder, steeds eenzamer.
-Ach, her naar is dat: steeds verder, steeds
eenzamer! We werden stil en zacht vielen
onzo tranen neder. Geen landschap trok
ons aan; we waren droef cii mat.
Nog eenmaal.overstappon, wachten, we
der instappen cn nogmaals dat versuffende,
verdoovende gerommel!
Scheid e n doet p ij n.
Daar wenkt men ons e i n d e 1 ij k uit
den trein. Een Pater cn een heer wachtten
oias af. Ook een rijtuig stond er. Een jon
gen werd opgeladen; zijn zusje wilde mee;
mocht niet; broertje wuift, zusje snikt,
weent, huilt en laat zich willoos meetrek
ken. Reeds lang waren wij allen beklemd
door namclooze naarheid, we weenden c-n
snikten piet zusje mee, één in ongeluk, één
in tranen. Zoo trok de stoet moeizaam
Aoort. We kregen iets in een rood papiertje
cn ons werd in goed Duitsch'! gezegd:
„Dal kun je opeten! Sommigen scheurden
ile papiertjes af en een donkerbruin koekje
kwam to voorschijn, dat heerlijk geurde.Wc
vroegen elkaar wat dat zijn kon. Daar
juicht er een: Chocolade! Als uit een
langen droom ontwakend herkende zij aan
den.smaak en don geur de-kostelijke lekker
nij uit vroeger jaren! Wat heerlijke af:ei-
ding! Is Holland dan bet huisje van Hans
en Gretel. Zoet aangedaan hoorden we er
een zeggen: ,,Dat wil ik voor moedertje
bewaren."
Daar kwamen ons vele kinderen tegen-
geloopcn. We lazen eerst nieuwsgierigheid,
maar terstond medelijden in al hun spre
ken en gebaren. Ze nemen onze rugzakken
en pakken en dragen die naast ons. Dan
overtoog ons een zalig gevoel en we zeiden
tot. elkaar: „Wat lieve kinderen hier in
Holland!"
Pas warén wij in 't dorp of groot cn
klein kwam toestroomen, velen, vooral on
der de kinderen, op k 1 o ni p e n. Toen
hebben we hartelijk gelachen: dat waren
dan de echte Hollandsehe klompen, die we
ons op school zoo moeilijk konden voor
stellen.
Inlussehen lazen de menscben onze kaar
ten en we werden, de een na den ander
meegenomen.
(Slot volgt.)
1) Er moesten kleeren van grootero kin
deren vermaakt worden; dit is bij vele kin
deren het geval geweest. .(Vertaler).
Uit de Omgeving
RdSKOOP.
Gemeenteraad,
De burgemeester de heer Duval Stalhou-
wer is met verlof wegens huwelijk afwezig.
Voorzitter is wethouder Jongejans. Be
halve den lieer v. Wilgen, wegens ziekte
•niet tegenwoordig, zijn alle leden aanwezig
De voorzitter opent de vergadering cn
stelt voor dc zeer uitgebreide notulen dei-
vorige vergadering aan le houden, waar
toe wordt besloten.
Ingekomen is een sdhiijven van Ged. Sta
ten inhoudende verhuring \an een stukje
kw eekerijgrond, eigendom van de gemeeir-
te. Wordt voor kennisgeving aangenomen.
Aan de orde is een suLs'dic-aanbod van
do provincie Zuid-Holland, groot f 7630,
om daarvoor tc doen maken, volgens voor
schriften der provincie omtrent de uitvoe
ring, een 68 meter lange wegverbrecrdJng
aan de Zuidkade in deze gemeente. Vanaf
dc gemeente-gasfabriek tot do grens der
gemeente Waddingsveen. De kosten wor
den geraamd op f 2000, waarvan de pro
vincie 3/7 gedeelte zal bijdragen, a'smede
een bijdrage van de provincie, eveneens
3/7 in de reeds gemaakte kosten voor ver
breeding van den weg langs de Gouwe,
vanaf de gasfabriek tot de Zuidstraat, w el
ke verbreedLng reeds voor rekening dei-
gemeente is uitgevoerd en waarvoor aan
do provincie subs'dïe is gevraagd. Het
praeadvies van B. on W. is. deze voor onzo
gemeente gunstige voorstellen van de pro
vincie te aanvaarden.
De hoer Boekraad vraagt den voorzilier
op welke wijze de uitvoering van de GS M.
lange wegverbrccding zal plaats,hebben;
of er een openbare aanbesteding zal plaats
hebben of dat, als tot dusverre -met der-
ge'ijke werken, ook dit werk door losse
werklieden en gomeciitewerkllcden door dc
gemeente wordt uitgevoerd. Spreker is met
het oog op vakkundig uitvoeren, alsmede
om de hoogere kosten, er geen voorstander
van om dit. werk in eigen beheer uit te
voeren, en wenscht hiervoor openbare aan
besteding. Wethouder v. d. Tak antwoordt
hierop, dat dezen .win ter geen voldocrido
werk te vinden is voor de vaste gemeente
wei.klieden en dit werk tevens voor andere
werkverschaffing kan worden, indien dc
.gemeente het in eigen beheer neemt. De
heer Brand meent, dat al wordt dit werk
aanbesteed, desnoods onder aannemers
ter pteatsê, d:t toch ook werkverschaffing
is, daar de aannemer toch ook dc noodige
werkkrachten aan liet werk moet ste'len,
en dit de gemeente voordeeliger zal uitko
men dan werk in eigen beheer cn stelt dus
voor evenals de heer Boekraad, openbars
panhr-stedin? ven bet werk. Het voorstel
vair. den beeren Boekraad on Brand wordt
verworpen; voor alleen be'de voorstellers.
Thans is.aan de. orde voorstel tot vevbar-
ding van liet. gedeinofe gedeelte aan den
Ziiieweg. Een bedrag van f 890 -wordt
hiervoor uitgetrokken, daar alle leden van
oordeèl zijn. voorloopig no.g geen te groote
kosten aan def.en weg tc moeten maken en
eerst na een of twee jaar tot bestraten over
tc gaan. Enkele leden verzoeken voor be
woners aan dien gerlejnpten weg een pad
voor rekeniHg van de gemeente fe doen
aanloggen van ouden voorraad steenen om
n;ot dóór den modder vanaf hun woonhuis
naar den straatweg behoeven te gaai Een
gehouden stemming mankt irt dat dit niet
A-oor rekening der gemeente zal geschieden
maar ïr.en zelf zulks kan doen aanbrengen.
IRerna sluiting der vergadering.
Gemeenteraad. Mevrouw R. Benthem-
dc Wilde, lfd van den gein. raad, zal in
liet. begin A*an December de "cmeente ver
laten. Als zoodanig komt baar zetel in den
gemeenteraad vacant. De opvolger van do
lijst der S. D. A. P. is de lieer 1'. D. Noest,
lal terzetter.
Tegenslag van het weer. Door den tc
vroeg ingevallen winter, zijn verschillende
kweekers, die nog «ets tc veneenden heb
ben. zeer gedupeerd. Dc verschillende
werkzaamheden in verband rnet het pak-
ken van boomen en planten worden daar
bij zeer bemoeilijkt.
Daarbij nog gerekend'de transportmoei
lijkheden, de bezwaren om een wagon te
krijgen, zoodat sonis dagen achtereen c^n
wagonvracht moet blijven liggen, hetgeen
tengevolge heeft, dat dc planten kunnen
bevriezen. Het is voor de kweekers tegen
slag op tegenslag.
Verkoopïng. Bij de verkooping van
vaste goederen op 12 November in Hotel
Kiaassen, door notaris Maarschalk gehou
den, zijn alleen afgemijnd perceel 7: 33
II.R. tuinveld, in bod gebracht op f 2300,
op f 2400; kooper J. v. Klaveren J.P.zn.,
Boskoop;, en perceel 8: twee woningen on
der een dak met pcrccal 250 R.R. tuinveld
in Laag Boskoop, in bod gebracht op f 6100,
verhoogd met f 900, samen f 7000, afge
mijnd op f300, kooper de lieer J. Gecrs,
te Boskoop, voor de som van f 7300. Alte
andere perceclen zijn opgehouden.
Eigenaardige inbraak. Een zeer eigen
aardige inbraak heeft in den nacht van
Woensdag op Donderdag plaats gehad. In
den paardenstal van den landbouwer J.
Bulk heeft men ingebroken. Een in goede»
staat zijnd rijwiel werd meegenomen. Wat
nooit gebeurt: voor het gestolen rijwiel
Avcrd er een in de plaats gezet wat niet
behoeft onder te doen voor het gcslolene.
Ra-ra wat is dat?
HILLEGOM.
Eerste lustrum van „dc Hanze".
Woensdag is het vijfjarig bestaan der afd.
Hillegom en Omstreken van „dc Hanze" op
schitterende Avijze gevierd.
In de Parochiekerk van den H. Joseph
werd des morgens te 8 uur een gezongen If.
Mis door den gèes. adviseur, kapelaan II.
J. M. Nieuwenhuizen, opgedragen; vooraf
AAcrd het „Vcni Creaior" gezongen. Het
zangkoor A'oerde zeer verdienstelijk uit Mis-
sa S.S. Cordi van J. G. v. Balen. De meeste
leden met hunne vrouwen waren hierbij te
genwoordig en naderden tot-do II. Com
munie. Na de Mis werd liet Bondslied ge
zongen.
Des avonds was er. een feestelijke bijeen
komst in café „Flora". Dc zaal zag er met
hare keurigo versiering rcclit gezellig uit.
Ook voor goede muziek was zorg gedragen.
De opkomst Avas zeer goed, dank zij ook Je
ruime gelegenheid tot introductie. Ook de
gewestelijke vakafdeelingen Avaron verte
genwoordigd.
Te ruim 8 uur opende de lieer P. Klaver,
voorzitter der Feestcommissie, do vergade
ring met deil chr. grot en heette in cum
goedgekozen-woorden allen welkom. Spr.
zette het. doel van deze bijeenkomst uiteen
en memoreerde, wat de vereeniging irt do
vervlogen 5 jaren heeft tot stand gebracht.
In verband hiermede herdacht hij de lieer
J. W. Kroon, die op zoo eminente wijze 4
jaar liet secretariaat heeft behartigd, doch
dit feest niet heeft mogen beleven. Daar het
thans zulk een ongedwongen gelegenheid is
zijn feestvreugde te uiten in den vorm van
een gilt A'oor hot Altaarfonds, Avordt eene
collecte gehouden, die f28.45 opbrengt.
Hierna hield de heer C. G. v. d. Poll een
rede. Op de hem eigen zakelijke, klemmen
de Avijze schetst hij den Roomschen Midden
stand en wat hij "vermag, indien allen hern
steunen met woord en met daad; met het
Avoord door propaganda te maken Avaar 't
maar mogelijk is, niet do daad door zich
aan tc sluiten bij de vakbonden. Spreker
spoorde in 't bizonder aan, trouw de verga
deringen bij te wonen en beriep zich op den
invloed der dames, die hoe langer lioc meer
't vereenigingsleven gaan meeleven en mco
(moeten leven.
Ilierna word weder muziek gegeven.
Mej. Kruijdenberg cn de heer Th. P. v. d.
Meij hebben tijd noch moeite gespaard om
dezen avond op te luisteren: zij werden dan
ook hartelijk toegejuicht. Wat ten gchoore
Avcrd gebracht Avas mooi, was kunst, was
subliem, cn.de honderden aanwezigen heb
ben Averkelijk genoten.
Kapelaan Nieuwenhuizen, de ijverige
Hanze-adviscur, schetste het mooie, Room-,
sche vereenigingslevc-n en feliciteeide be
stuur en leden met dit eerste lustrum,
sprak levens zijn beste wenSchen uit voor do
toekomst der Hanze, dié veel groolsch in
haien schoot draagt, mils men voor oogen
14
Charles Maurice de
Talleyrand-Périgcrd
(1754-1838.)
tangen tijd is men in hel onzekere gc-
8t omtrent plaats en tijd zijner priestcr-
iiling. In zijne „Mémoires" rept hij cr
jcen woord van. Deze onzekerheid
■'lt haar grond in de omstandigheid, dat
kt diocees Parijs had verlaten en zich
liet bisdom Reims had laten, inschrijven.
18rn December 1779 werd hij dooi' Mgr.
Griinaldi, bisschop van -Noyon, in de
f'l van het. aartsbisdom Reims tot prics-
gewijti cn onderging deze groote hnn-
•nszins zonder emotie. Den aArond
voieiiiad zijn vriend Choiseub hem een
gebracht, cn vónd hem zeer aange-
Mi, in tranen wegsmeltend. Hij trachtte
zijne gewone energie terug te geven
tam tc bewegen nog terug te treden,
:l1 Talleyrand ees hem op de scène, die
®rdoor zou veroorzaken, op het vor-
fl,dat zijne moeder er zeker van hebben
teen zei: „Het is te laat, ik kan niet
terug."
Wgs na zijne priesterwijding benoemde
f|oni hem tot vicaris-generaal. Nu ont-
'4 zich voor hem eene eervolle loopbaan,
'te'! volgende jaar, toen in dc provincie
'lr* fen „agent general du clerqé" moest
lf|zen worden, viel de keuze op liëm, wat
groote- eer, doch tevens eene zware
rvoor hem werd. Gedurende den tijd.
dö zitting geschorst was, werd aan
twee leden, die om de vijl' jaar door twee
van :de kerkelijke provincies om beurten
werden gekozen, de macht opgedragen, om
namens de vergadering op te reden. Zij
werden voorgeseld aan den Minister van
Justitie, vertegenwoordigen do geestelijk
heid tegenover.den koning en de ministers,
waakten over de vrijheden'cn voorrechten
der geestelijken cn ontvingen en beheerden
de geldmiddelen,
Abbé de Périgord logde bij dc uitoefening
der hem opgedragen taak zeldzame hoeda
nigheden aan den dag. Had hij reeds de
reputatie, een geestig man te zijn, nu voeg
de liij er die van een bekwaam man nog
aan toe.
Tot belooning A-oor zijn ijver benoemde
do vergadering van geestelijken hem in 1782
tot promotor, in 1785 tot secretaris. Spoedig
verwierf hij zich eene groote populariteit,
door de uitgaven, die hij deed en door zijne
bereidvaardigheid, steeds als verdediger
der geringe lieden op te treden. Pozzo rli
Borgo zei van hem: „Deze man heeft, zich
grootgemaakt, door zich altijd to midden
van de kleine lui tc plaatsen cn diegenen
tc helpen, die zijne hulp hét meest behoef
den."
Toch A-erzuiihrïe hij niet. ook dc aandacht
der grooten lot zich te trekken. Door tus-
schenkomst van Mirabeau sioót liij vriend
schap niet Calonnè, die hem in de finan-
cicelé vraagstukken inwijdde en hem loer
de op luclitigén loon de ernstigste onder
werpen ter wereld te behandelen, in een of
ander hoekje op ccfte canapé in een dc-i;
salons. Hij begon zijn leertijd ü.ls' staatsman
Het gebruik wilde, dat de „agents géné-,
raux clu 'clergé' na ui.t hun ambt ontslagen
te zijn, tot bisschop werden benoemd. Nu
had abbé de Périgord zicli niet alleen schit
terend van zijne taak gekweten, maar daar
enboven had de A'crgadering hem nog bij
zonder in dc gunst van den koning aanbe
volen. Toch rnaakc men voor hem eene
uitzondering; zijne voorliefde voor kringen,
die. niet al te goed bekend stonden, zijn
omgang met mannen, Avier gedrag on
ideeèn geenszins eene aanbeveling koiulcn
Avezen, zijn vrije levenswijze, waren oor
zaak, dat hij ditmaal gepasseerd werd.
Mirabeau, die met hem gebrouilleerd was,
keerde zicli tegen zijn vroegereu vriend en
zei van hem: „Hij is een laag en heersch-
zuchtig mensch, een intrigant, begeprig
naar si ijk en geld. Voor geld heeft hij zijne
eer en zijn vriend verkocht. Voor geld zou
hij zijne ziel verkojópen cn hij zou daarin
gelijk hebben, want dan zou hij zijn vuil
verruilen voor goud!"
Voortdurend koesterde hij het vetTang'cii,,
om coüto quo coülo eene politieke roi tc
spelen; zelfs had hij cr een oogenblik aan
gedacht, om in navolging van Mazarin, dc
kardinaalshoed tc verwerven A-óór de mij
ter. Om dit gedaan te krijgen, had hij zicli
gewend tot den Luthofschen koning, Giis-
laaf III van Zweden. Deze vorst had een
bezoek gebracht aan Paus Pius VI en was
verrukt over zijne vriendelijke ontvangst;
van zijn kant had de Heilige Vader de goe
de hoedanigheden en dc zielcgrootheid van
den Scandinavische»- vorst gewaardeerd,
van. Avicn dan ook terecht'of ten; onrechte
Averd .beweerd, dat hij te Rome Veel in
vloed had.
Gustaaf III, door Mme de Brionne daar
toe aangezocht, was genegen ten gunste van
abbé de Périgord als bemiddelaar op Ie
treden. Het" scheen dan ook reeds eene uit
gemaakte zaak, toen plotseling koningin
Maria Antoinette den Oostenrijkschen ge
zant opdroeg, zich tegen de bc-noeming te
verzetten. De tegenwerking van het hof, die
twee jaren duurde, heeft abbé de Périgord
diep %egriefd. Aan zijn vriend de Choiseub
schreef hij: „Niets gaat mij naar Avenscn.
Geen oogenblik voel ik nic gelukkig. Dat
zal echter Avel veranderen; ik kan wachten
en men zal wel eens inzien, dat een man
van vier en dertig jaar, die altijd heeft ge
werkt, die vijf jaar lang zijn uiterste krach
ten heeft ingespannen, verdient cenigszins
anders behandeld te worden/'
Om het -verzet van den koning te over-
Avinnen, was er inlussehen heel wat noo-
dig, niét meer of minder n.l. dan de dood
van graaf Daniel de Talleyrand, den vader
van den abbé.
Lodewijk XVI, die gedurende zijne kin
derjaren dc Talleyrand tot leidsman had
geluid, c-n hem nog steeds genegenheid en
achting toedroeg, bracht hem eens een be
zoek. Hij vond den ouden" 'man op zijn
sterfbed, treurig cn geheel let neergeslagen.
Nu speelde ziel» eene n.erende .-eene af. De
zieke richtte zich met inspanning van al
zijne krachten op cn o inter tranen herin
nerdc hij den koning aan het roemrijrio
veri'eden van zijne familie; aan de trouwe
diensten, die hij zelf aan de monarchie had
bewezen, niet het minst in den zevenjari
gen oorlog. Hij riep-uil, dat hij met schande
beladen uit de wereld zou scheiden, indien
hij zijn zoon moest achterlaten, zonder dat
deze Aveer door den koning in genade was
aangenomen. Lodewijk XVI, begaan met
den toestand van den ouden man, die nog
slechts enkele uren tc leven had, beloofde
hem, dat hij zijn zoon bisschop maken zon.
Toen men later aan Lodewijk kwam Ara
gen, aan deze onvoorzichtige opwelling van
edelmoedigheid geen verder geA'olg te ge.
ven, antwoordde hij: „Ik heb miin woerd
gegeven." Den 2den November" 1788, twee
dagen voor den dood- zijns vaders, werd
abbé de Périgord tot bisschop van Autun
benoemd. Hij ontving namens den koning
het volgende schrijven: „Gezien de voor
beeldige levenswijze, de godsvrucht en de
verschillende uitmuntende hoedanigheden
van abbé Charles Maurice de Talleyrand,
vicaris-genera-pi van Reims, benoemt Zijne
Majesteit hem tot bisschop van Autun, .in
de overtuiging, dat hij met ijver al zijne
talonten zal gebruiken in dienst der Kerk."
Aan boA-engenoemdo Avaardigheid Avas
slechts een inkomen van 22,0(H) l'tvres ver
bonden, doch het bisdom Autun behoorde
lol de voornaamste van Frankrijk en word
beschouwd" als de gewone overgang naar
hel aartsbisdom Lyon. De twee onmiddel
lijke voorgangers van abbé de Périgord,
Mgr. de Marbeuf en Mgr. do Montazet, Ava-