Uit de Omgeving. stuur slclt 'daarom voor liet- werk te gun nen aan den heer Sehulze'te Utrecht. Zon der hoofd, stemming wordt hiertoe be sloten. Vervolgens stelt de voorzitter een adres aan de orde dat reeds vroeger werd bespro ken, doch waarvan de behandeling was uitgesteld tot na'den oorlog, n.l. betreffen de een verzoek om schadevergoeding van M. Bekker voor geleden schade bij het aardappel-oproer in het vorig jaar. Volgens opgave bedraagt de schade f 400. De heer Veerman houdt aangaande deze zaak een lang betoog, dochisslecht verstaanbaar. Voor zoover wij uit eenige opgevangen woorden kunnen opmaken, betoogt spr. dat Bekker tot deze daden geen aanleiding heeft gegeven. Spr. wil daarom ook de ge vraagde vergoeding toestaan. Ook wil spr. wethouder Batelaan schadevergoeding ge ven. De heer v. d. Marei zegt een tegen overgestelde meening te zijn toegedaan. Bekker is zeer zeker 't slachtoffer geworden der relletjes, doch als gemeente-grossier werd B. goed betaald, en bij een flinke be zoldiging meende, spr. dat B. ook de risico kon dragen, terwijl ook de mogelijkheid bestond zich tegen molest te verzekeren. Spr. gevoelt er daarom niet'veel voor om voor te stemmen. De heer Heusdens wenscht het voorstel Veerman in tweeën te splitsen. Spr. voelt er veel voor om wet houder Batelaan de vergoeding toe te ken nen, doch wat B. betreft schaart spr. zich aan de zijde van v. d.' Marei. De heer Bate laan waardeert zeer de houding van den Raad. Spr. is ook'het slachtoffer der relle tjes geworden, doch weet niet waarom. Spr. wenscht echter van deze vergoeding geen gebruik te maken en alleen de zaak Bekker te behandelen. De heer Hortensius stelt nog voor de schadevergoeding voor Bekker te bepalen op f 200. De voorzitter zegt dat hij hét voorstel-Veerman betreffen de Batelaan in stemming nïoet brengen, tenzij deze zijn voorstel intrekt. De heer Veerman wenscht hieraan geen gevolg te' geven, waarop het met algemeene stem men wordt aangenomen. Vervolgens brengt de voorzitter in stemming het verstrekken van .schadevergoeding .aan Bekker of niet. Besloten wordt met 6 tegen'2 stemmen die van de theeren v. d. Marei en De Vos) schadevergoeding te verleenen, terwijl de heer Batelaan zich van stemming ont houdt. Vervolgens worden in stemming ge bracht de voorstellen De Jong (het verlee nen van f 400) en het voorstel Heusdens- Hortensius (f 200). Het voorstel-De Jong wordt met 7 tégen 2 stemmen verworpen. Het voorstel Heusdens aangenomen. De agenda is met déze'zaak afgetVerkt en daarmede is het einde der werkzaamheden gekomen der vertrekkende leden. De voorzitter wenscht een woord tot af scheid ie richten - en spreekt ongeveer als volgt: Wij hebben, helaas eenige maanden geleden afscheid riioeten nemen aan het graf van onzen vriend Turkenburg en in den-hieuwen Raad-zullen wederom 5 plaat sen door anderen worden ingenomen. De héeren De Jong, De Vos, Splinter, Hor tensius en Koot zullen" hun plaatsen zien ingenomen .door andere heeren. Ik wil ld,erbij niet' nagaan den invloed," welke de nieuwe Kieswet- heeft gehad, doch wel kunnen wij zeggen dat deze voor een groot deel hiervan de oorzaak was. Onze Raad was steeds zeer gemoedelijk en nimmer werd eenige wanklank gehoord. Ik wensch niet van ieder de verdiensten afzonderlijk na te gaan.. De heer Koot is de oudste, terwijl de overige heeren alle van ver schillende dienstjaren zijn. Ik breïig daarom namens de gemeente een woord van dank aan de heeren voor hun diensten aan de..gemeente bewezen; deze worden ook door Bodegraven op prijs gesteld. Ik wensch daaraan toe te voegen een per soonlijk woord van dank voor de aange name wijze waarop wij steeds hebben sa mengewerkt en ik hoop ook dat de nieuwe Raad zich door eenzelfde aangename sa menwerking zal kenmerken. Met een handdruk bezegelt spr. zijn ge voelvolle woorden. De heer Koot gevoelt zich als oudste lid gedrongen een woord van dank te betuigen voor de woorden zooeven gesproken en hoopt dat het den voorzitter g-egeven 'zal zijn nog vele jaren met den nieuwen Raad samen te werken. De heer Hortensius, als jongste zitting hebbend fid, memoreert nogmaals de goedé verstandhouding in den Raad en meent, dat deze hoofdzakelijk te danken is aan den voorzitter, jlie steeds als een goed magistraat heeft gehandeld en zich steeds hoven alle partijen wist te houden. Spr. betuigt den voorzitter daarom ook voor zijn onpartijdige leiding dank. Na de rondvraag, welke niets belangrijks oplevert, wordt -de vergadering op de ge^ bruikelijke wijze gesloten. NIEUWVEEN. Gemeenteraad, Afwezig de heer Habermehl. Na voóHe- zing van het gebed opent de .voorzitter dfi vergadering. Notulen vorige Vergadering gelezen en onveranderd vastgesteld. Ingekomen zijn goedgekeurde raadsbe* sluiten van Ged. Staten. Schrijven van den gemeente-opzichter W. v. Wijngaarden, waarin hij den Raad dankt voor het in hem gestelde vertrou wen. Van den minister van Oorlog is inge komen een prospectus over uit te geven boekwerken, handelende over de verdedi ging van de Bataafsche Republiek in het jaar 1799, bestaande in 3 deelen a f.5 per. deel. Na eenige bespreking wordt besloten deze uitgave'aan te schaffen. Salamisverhöogmg van politie en ge meentewerkman. B. en W. stellen den Raad voor om het salaris te verhoogen met f 70, welk bedrag anders diende voor storting pensioen en nu door de gemeente zal betaald worden. Ook stellen zij voor de duurtetóeslag te brengen van f 100 op f 200. De voorzitter deelt mede, dat door B. en W- in naburige gemeenten is ge- informeerd naar de salarissen, welke alle hooger waren dan in Nieuwveen. Altjus .wordt goedgevonden. Bij herhaalde oproep hebben zich thans 2 sollicitanten aangemeld voor de betrek king van gemeente-opzichter, n.l. D. Jafi- maat van Nieuwveen en J. v. Vliet, van Zevenhoven. B. en W. stellen echter voor, om, waar thans de werkzaamheden in het bouwvak zoo weinig beteekenen, de benoe ming aan te houden en bij eventueele ge vallen gebruik te maken van de diensten van den gemeente-werkman. Aldus wordt besloten. De voorzitter deelt mede, dat ingekomen is een adres vaneen 20-tal jongelui opi vergoeding ad f 100 voor militaire diensten. Daar deze vergoeding door het Steuncomité wordt gegeven, doch de gemeente 1/10 moet betalen, zullen de onkosten voor deze aanvragers voor de gemeentekas. 360 gld. bedragen. B. en W. ..stellen voor afwijzend op deze aarvragen te beschikken; De heer Schetters' vraagt hierop of op -al de aan- vragen afwijzend moet worden beschikt. De voorzitter merkt op, dat de jongelui allen direct weer werk hebben gevonden, dat zij, thuis komende, dadelijk wecrlmoge looncn verdienden en zij hadden toch allen eeii stel onderkleeren plus f 40 kleeding- geld en schoenen gehad. De heer Van Rijn zegt, dat het kleedinggeld en de klee ding zeer zeker niet onnoodig waren, doch. voor f 180 vergoeding is hij niet. De voor zitter zeg! bog tot, den heer Scfhettcra, -dat in gesloten vergadering de zaak verder kan behandeld .worden, waartoe wordt be' sloten. Komt aan de orde een schrijven van Gedep. Staten inhoudende wijziging reke ning 1918. Volgens verlangen van Ged. 'Staten wordt besloten. De geloofsbrieven van de nieuwgekozen raadsleden zijn voor onderzoek in han den gesteld van de heeren Schettc-rs en Van Rijn. Deze verklaren dat alles in orde -is bevonden, waarop tot toelating werd be sloten. Aanbieding rekening 1918. De heer Van Bemmel vraagt inlichtingen naar aanlei ding van de post asch- en vuilnisoplinling, waarop de voorzitter meedeelt, dat het hier reparatie en huur van "bergplaats be treft 'De heer Van Rijn heeft een opmerking over den gemeente-toeslag aen den dokter. 'Zijn inziens is het overbodig. De heer Van Leeuwen vraagt naar on kosten electricitéitsverlichting. De voorzit ter deelt hem mede, dat deze kosten dde- .len op de plannen die daarvoor gemaakt' zijn. Eindcijfer aen ontvangst f 22,300. aan uitgaven f 23,909; het tekort wordt over gebracht op rekening 1919 en aldus vast gesteld. De voorzitter stelt voor om 't gebruike lijke schoolfeestje weer te doen doorgaan en de 30 gld. daarvoor bestemd weer te ge ven. Aldus wordt besloten. Bij de rondvraag vraagt de .heer Van Bemmel of de straatverlichting weer met September zou kunnen ingaan, daaropde voorzitter bevestigend antwoordt, daar nu •weer petroleum en benzine te verkrijgen zijn. De heer Van Rijn vraagt of de" voor stellen omtrent brugvcilichting al vasteren vorm hebben gekregen en of inlichtingen daaromtrent kunnen verstrekt worden. De voorzitter deelt mede dat hij hoopt op de volgende vergadering deze inlichtingen te kunnen geven. Hierop gaat op openbare vergadering over in een met gesloten deuren. wonderlijk genoeg zoneter iets te bescha digen. Ten slotte was het dier vastgeloo- pen en kon liet aan zijn geleider worden overgegeven. Overleden. De- militair, die door 't opengaan van het portier uit den sneltrein UtrechtRotterdam is gevallen, is aan de bekomen verwondingen overleden. De ongelukkige was in^ garnizoen te Amers foort en met verlof op weg naar zijn ouders te Rotterdam. Smokkelen. De 23-jarige gehuwde Ne derlander P. van Gerlekom is gisternacht bij het smokkelen op Duitsch gebied in de buurt van Gr oh au door een Duitsch dou anebeambte doodgeschoten. Oplichter aangehouden. Te Haarlem is Donderdag aangehouden zekere M. woonachtig te Heerlen, die aldaar ver- schillende oplichterijen tot een bedrag van meer dan f 30,000 zou hebben gepleegd. Aanrijding. Toen de" heer A. J. IJ. 'op zijn driewieler uit den Biljoenschen weg den Rijksstraatweg naar Velp wilde indraaien, bleef één der wielen van zijn rijwiel achter de rails -vastzitten, juist op het oogehblik, dat een stoomtram uit de richting De Steeg in aantocht was. Een aanrijding was onvermijdelijk, waardoor de lieer H. een eind werd meegesleurd. De wielen van de tram g.n'gen hem over de linkerhand, welke geheel vermorzeld werd; de linkerarm brak, en met ernstige hoofd wonden werd hij opgenomen en per bran card naar-het ziekenhuis gebracht, waar hij kort 'daarna is overleden. Verdronken. In het Gasselternijveen- sehediep, bij Stadskanaal, is het kind van den werkman W. K. te water geraakt en verdronken. Gewelddadige inbraak. Omtrent.de brutale poging tot diefstal te Bloemendaal «ieeJt het „N. v. d. D." nog het volgende mede: Terwijl de machinist van het Provinciale Eleetriciteitsbedrijf- aan de Korte-Klever- laan (vroeger de K.E.M.) Dinsdagnacht te ongeveer 3 uur den stroomstand stond op ïe nemen, werd hij plotseling overvallen door naar- hij vermoedt clrie mannen, zij waren gemaskerd. Voor hij tot het besef van wat gebeurde gekomen was, hadden de mannen hem een zak over het hoofd geworpen en zijn arme men beenen stevig gebonden. Toen bonden zij een doek om zijn mond, waardoor het hem nie.t moge lijk was eenig geluid te geven, legden hem languit op den grond en plaatsten ee.n meter onder zijn hoofd, opdat hij niet al te ongemakkelijk zou liggen. Daarna ver wijderden de aanvallers zich. Even te voren hadden dezelfde mannen den portier C. v. d. Werff, terwijl hij de ronde deed, in da gang gegrepen en met bliksemsnelheid onschadelijk gemaakt door hem eveneens armen en beenen te binden. Zijdroegen hem toen in de wachtkamer, bonden zijn mond toe, legden hem op den grond, en bleken ook te zijnen opzichte zoo bezorgd, dat zij eenige opgerolde boezelaars van de werkvrouwen als een tussen onder zijn hoofd legden. Dit alles ging stilzwij gend in zijn werk, omdat do aanvallers dadelijk v. d. Werff het schreeuwen belet* ten; Toen hij echter goed en wel op den grond lag, zei een hunner tegen hem: ,.Maak je maar nergens ongerust over, wij zijn geen moordenaars en zullen je niets doen." Het eerste bedrijf van het drama was hiermede geëindigd.- Dus lag de machinist gebonden in de machinehal en v. d. Werff in de wacht kamer, waarvan de deuie op hel. slot was gedraaid. De electrisehe machines vol brachten intusschen_ hun levenmakende automatische taak, wulk rumoer het werk der inbrekers .buitcn&owooin vergemakke lijkte. Daarna braken de inbrekers de brand kasten open. Met hel. reeds bekende ge volg: ze vonden niets. Tegen zes uur des ochtends gelukte Let v. d. Werff om zijn 'ouwen los te maken. Hij waagde het om het onderpaneel van 'de deur in te trappen en bevond zich toen ?n de onmiddellijke nabijheid van de plaats, waar de brandkast onder handen was.genomen. Hij ijlde naar de machine kamer en bevrijdde den machinist, wien het inmiddels gelukt was den doek van zijn-hoofd te verwijderen en die luid lag te roepen om hulp. Zijn schreeuwen werd echter overstemd door het gestamp der machines. Hoe het den inbrekers gelukt is. binnen te komen, weet men nog niet. Het feit dat er steigers om het gebouw staan, heeft misschien hun poging vergemakkelijkt. Een roekelooze kunstenmaker. JDo FEUILLETON. DE DOCHTER VAN DEN BEELDHOUWER. e<) O! wij zijn betrapt, riep Cpllinet, die ■wegvluchtte, in de duisternis van .de kerk, ik zweer je Michel, dat we liever jou zoo zouden behandeld hebben dan je beeld, [vlucht toch Alain, vlucht! Collin et bevestigde opnieuw Alain's schuld,, die door alles scheen bevestigd te [worden. Want, waarom het te ontkennen, de schijn was tegen Alain: zijn vroegere sym- pathie voor Colli net, zijn aanwezigheid op 'dit uur met den metselaar in de kathedraal, !de verminking van Michels Madonna, ter wijl het zijne onbeschadigd was-gebleven, alles was tegen hem, alles! Meester Sedanne trad de werkplaats van Michel binnen. rDo jonge man stond 'daar, bevend van woede, pef beeld van de Maagd belichtend met zijn fakkel, met ziin vinger wijzend bp 'de wondeji van het beeld, i AlfLln, riep de meester beeldhouwer ö"p pti'oeVen tóón. - Ayy's broeSer naderde, overstelpt, door kóofeel aandoeningen, met wankelenden „Tel." verhaalt van een drama in de lucht j.l. Zondag. Door de onbedrevenheid van den .para chute-springer" Kessner, heeft zich Zondag een drama in de lucht-afgespeeld, dat won der. hoven wonder zonder ongelukken is afgeloopen. En deze gelukkige afloop is alleen te danken aan de koelbloedigheid en het doortastende optreden-van de heeren Parger, den bestuurder van de machine, eh J. A. Jens, chef-mechanicien van Fok ker, die in het toestel had plaats genomen om Kessner behulpzaam te zijn hij zijn da ling. Ziehier het verloop van de feiten. De Fokker met de drie mannen aan boord steeg op, nadat Kessner reeds eenige dagen te voren alle inlichtingen had ontvangen omtrent de wijze, waarop hij wanneer eenmaal een voldoende hoogte was be reikt, de machine moest verlaten. Toen de Fokker echter op 1000 meter hoogte boven het vliegveld manoeuvreerde, ging Kessner, niettegenstaande de waar schuwingen van den heer Jens, niet naast dc zitplaats van het toestel hangen, dóch liet zich, reeds bevestigd aan de parachute - langs den romp naar de achterzijde van de machine glijden- en klemde zich daar vast bij de stabilisatievlakken, waardoor groote kans ontstond op defect raken van *de machine. Toen bleek den anderen inzittenden dui delijk, dat zij hier te doen hadden met een volslagen leek, die- zich in het toestel niet alleen allesbehalve1 veilig gevoelde, maar "bovendien door zijn zenuwachtigheid en onbedreven optreden, gemakkelijk de oor zaak kon worden, dat de stuurinrichting van de Fokker-machine defect geraakte, waardoor ze groote kans liep naar bene den te storten. Alle waarschuwingen van Jens en ^Par ger om Kessner te bewegen op de normale wijze het toestel te verlaten, waren vruch teloos en ten slotte moest- de chef-mecha nicien, een groote, krachtige kerel, Kess ner met geweld dwingen zijn gevaarlijke plaats bij de stabilisatievlakken te verlaten. Jens, die op zijn plaats zat vastgebonden, moest zich "eerst- losmaken en slaagde er toen-in, dank zij-zijn groote handigheid en kracht, Kessner, 'die in doodelijken angst verkeerde, naast de zitvlakken te trekkem IJèt waren lange minuten vol spanning, welke de drie menschen daar boven in de lucht meemaakten en niemand van dé dui zenden toeschouwers beneden, kon ver moeden wat zich in het kleine toestel bo ven liun hoofden afspeelde. Parger en Jens bevreesd, dat Kessner in zijn angst het toestel of de besturingsdradèn zou be schadigen. waardóór de machine onher roepelijk tegen de aarde misschien tus- schen honderden menschen te pletter zou vallen, Kessner, die op het kritieke mo ment zich zijn moed voelde ontzinken en den sprong in de Ï000 meter diepen af grond niet durfde wagen! De toestand was buitengewoon hachelijk; Kessner klampte zich in doodsangst;vast aan Jens, die tevergeefs trachtte derf Belg weer in het toestel te trekken. Toen dit mis lukte, drongen de aviateurs er bij den pa rachutist op aan zich los te laten, ter wille van hun aller leven, en toen Kessner in zijn doodsangst" dit bleef weigeren, was Jens genoodzaakt den man met geweld van de machine los te maken, waardoor he-t gevaar, dat. het toestel zou verongelukken, geweken was. Kessner vie.1 en de parachute, die door de wilde bewegingen van den doodsbenauw- den parachutist eenigszins onklaar was geraakt-, weigerde eerst te werken In plaats van 25 meter, viel Kessner bijna 150 jneter, toen opende heit. valscherm zich langzaam, 'het werd gevuld met lucht en Kessner daalde veilig op het terrein van de Plantenboterfabriek. Een kwartier later werd de held-tegen- wil-en-dank gehuldigd..." BODEGRAVEN. Gemeenteraad, Gistermorgen was de Raad in zijne, oude samenstelling voor het laatst in vergade ring bijeengeroepen. Aanwezig 9 leden. Afwezig de heer Ru- ting. Eén vacature. De notulen wérden voorgelezen en na een opmerking van den heer v. d. Marei goedgekeui'd. Van Ged. Staten zijn goedgekeurde raadsbesluiten ingekomen. Van mej. L. Wagemaker is ingekomen een verzoek om ontslag, met ingang van 1 pas. Zijn eigen verwarring scheen eèn nieuw bewijs van zijn schuld. Alain, wat heb je te zeggen tot je vei*- dediging? vroeg Pierre Sedanne op loorni- gen toon. Waarvan beschuldigt gij mij? meester Dat je mijn beeld vernield hebt, barst te Michel uit, omdat je bang was» voor de nederlaag! Antwoord,, wat heb je te zeggen? viel de meester opnieuw in de rede. Dat gij mij sedert vijftien jaar kent, meester en dat ik geloof nooit iets gedaan te hebben, dat n toestaat mij in staat te oordeelen tot zulk een lage misdaad; dat Collinet, wiens medeplichtige ik volgens u ben, hier was binnengedrongen om niet al leen het beeld van Michel,, maar ook het mijne te vernielen, dat hij ons beiden wil dooden, ons beiden, hoort gij want hij is onze mededinger, hij bemint Huguenelte. Dat is een mooie verdediging, spotte Michel. Collinet is zoo verstandig geweest 'op de vlucht te gaan, zopdat hij je niet kan logenstraffen. Jij wilt ons misleiden, door niet op de vlucht te gaan. En als je woorden waar zijn, waarom heb je dan Collinet niet 'be.lgt, mijn beeld te vernielen, daar je tioch wel bijtijds bent gekomen om t,§_ zorgen, dat er met het jouwe ijiets gebeurde? je bent de mede plichtige van .CojïmÊt, maar ni§t zijn October, als ó'ncferwijfeïos "aan scfiöol A'. Het Dag. Bestuur adviseert dit ontslag pérvol te verleenen. Alcfus werd besloten. De voorzitter doet alsnog mededeeling, dat een oproeping voor een onderwijzeres heeft plaats gehad, waarvoor zich 30 sollicitan ten hebben aangemeld. Ingekomen is een schrijven van het We duwen- en Weezenfonds, waarin den raad wordt voorgesteld een bedrag van f 37,500 bij dat fonds te leenen tegen een rente van 5% pet. De voorzitter "memoreert dat de Raad voor eenigen tijd besloot een geldlee- ning aan te gaan üan f 50,000 tegen 5 pet, waarvan echter slechts 12,500 werd ge plaatst; thans kan echter dit bedrag ge plaatst worden tegen een rente van 5 pet. Spr. merkt op dat hiervoor een ander besluit moet worden genomen. Het Dag. Bestuur stelt voor op dit aanbod in ta gaan en het vorig raadsbesluit te wijzigen. Het voorstel van B. en W. wordt met algemee ne stemmen aangenomen. De voorzitter stelt aan de "orde het in de vorige, vergadering behandelde adres van bewoners der Emmakade tot het leggen van een bfug. De voorzitter zegt dat een be grooting is opgemaakt, terwijl ook een schrijven is gericht aan de Staatsspoor; op dit schrijven is nog geen antwoord binnen gekomen. Daarom kan dit adres nog. niet verder worden behandeld. De heer Heus dens stelt de vraag, waarom een schrijven tot de Staatsspoor moest worden gericht. De voorzitter merkt op, dat dit noodig was omdat men bij aanleg der brug op eigen dom der S.S. komt. De heer Heusdens wil thans een verzoek tot de S.S. richten om voorloópige ontheffing van het verbod be treffende het loopen over de spoorbrug. De voorzitter meent, dat een dergelijke ont heffing nooit zal worden verkregen. Ingekomen is de gemeenterekening dienst '1918, welke door de commissie is nagezien. Bij monde van den lieer De Jong rappor teert de commissie accoord bevinding en adviseert de rekening voorloopig vast te stellen. De voorzitter stelt daaróm voor de rekening, vermeldende in uitgaven f 151,692.80, in inkomsten f 116,641.75, aldus met een nadeelig saldo van f 35,051.15, voorloopig vast te stellen. Aangenomen. De voorzitter deelt mede ontvangen te hebben de balans, winst- en verliesrekening van het Distributiebedrijf over het eerste halfjaar 1919, welke sluit met een verlies Over dit half jaar van f 32,455/46. De voor zitter voegt hieraan toe dat bij dit verlies ook is inbegrepen het. verlies op de ge meentelijke aardappelen- en bruine boonen teelt, welke verliezen resp. lvebben bedra gen pl.m. f 4000 en f 1038.72%. Deze reke ning wordt ter visie" gelegd. Ingekomen is een adres van de Fam. Schouten en v. Dorp, .betreffende een ze keren II. Schouten, vroeger alhier woon achtig, die thans wordt verpleegd in -een krankzinnigengesticht. De voorzitter licht een en ander toe, waaruit blijkt dat ge noemde persoon reeds eerder werd ontsla gen als genezen en zich te Ede vestigde; thans -is deze patiënt echterv wederom naar een krankzinnigengesticht, overgebracht, waarvan de -kosten ten loste der gemeente komen. Adressanten verzoeken een bijdra ge van de helft iii de verplegingskosten. Het Dag. bestuur adviseert een jaarlijksche bijdrage van f 250 te verleenen. De heer De Jong it zijn bevreemding, dat een persoon, die reeds'als genezen te Ede heeft gewoond, thans wederom ten laste van- Bodegraven komt. Het voorstel van B.. en W. wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Hierna is aan de orde het in de v'órige vergadering aangehouden 'adres der T. R. C. inzake het verleenen eener subsidie groot f 9000. Het Dag. Bestuur heeft, ge ïnformeerd naar den stand van zaken en is tot de conclusie gekomen dat het beter is af te wachten .hoe de rekening zal sluiten, aangezien deze subsidie gevraagd wordt voor een vermoedelijk tekort. Het Dag. Bestuur ziet er geen bezwaar in om subsi die te verleenen, doch is van meening dat er geen tekort zijn zal en „verzoekt daarom te wachten. Aldus wordt besloten. De voorzitter brengt vervolgens een ver zoek ter tafel van het bestuur der T. B. C., om één week het gymnastieklokaal open te stellen, tot het houden van een tentoon stelling van het Tuberculose-Museum. Het bestuur had getracht het Patronaat be schikbaar te krijgen, doch op dat verzoek was afwijzend beschikt. Goedgekeurd. Vervolgens komt aan de orde het plan tot beplanting der nieuwe algemeene be graafplaats (begrooting f 4000). Het Dag. Bestuur heeft gespecificeerde opgaaf ont vangen en heeft deze vergeleken met de opgaven van'een kweeker te Boskoop. Men is tot de oonclusie gekomen dat de opga- ze van den heer Schulze niet te hoog doch eerder nog te laag was. Het Dag. Be- slachtoffer. Alleen je verleden is er al het bewijs van en Collinet zelf, ik herhaal het nog eens, heeft het ons daareven gezegd. Alain antwoordde niet. Tegen dit argu ment kon hij niets aanvoeren. Zijn aanwezigheid in de kerk scheen eer der het gevolg te zijn van afspraak dan van zijn waakzaamheid. Hij had de rijkdom men, de schatten van de kathedraal willen verdedigen, toen hij Collinet in de kerk volgde, en niet de twee steenen Madonna's. Alain had Collinet voor een gewonen dief gehouden, en dat was zijn vergissing ge weest.- Al zijn uitleggingen schenen noch mees ter Pierre noch Michel te overtuigen. Zij waren te ingewikkeld, te onwaar schijnlijk. Ik kan niet ontkennen, dat alles heel mooi is verzonnen, viel Michel hem in d-e rede. Nu kunt u de dubbelhartigheid eens zien, meester, van hem, die, altijd in sa menwerking met dien Collinet Collernje, zich wil'de meester maken van mejuffrouw, uw dochter, om vervolgens ongetwijfeld dert makkelijden triomf te willen vieren, haar te bevrijden, haar bij u terug te brengen en zoodoende haar hand te ver werven! Maar meester, smeekte Alain, onstui mig, zeg toch^ dat gij he.t niet gelooft! De oude beeldhouwer maakte een ont moedigend gébaar. Op -dat oogenblik weerklonk een ver schrikkelijke, een hartverscheurende kreet in de straat. Vader help! Dat is mijn" dochter, die roept, gilde meester Pierre, die half gek van schrik naar de deur vloog. Op het geluid van die dierbare stem sprongen ook de twee jongelingen op. Maar op den' drempel keerde Pierre $e- danne zich om, richtte zich in zijn volle lengte op, en hield Alain met een gebie dend gebaar terug. Alain, misschien ben je niet schuldig, als 't mogelijk is, zal je je in de toekomst wel rechtvaardigen. Maar voor 't oogen blik verbied ik je ons te volgen. Bekom mer je niet om mijn dochter. £j.j is' van mij en als zij in gevaar is heb ik jouw hulp niet noo°dig om haar te redd§h. En haastig snelde de grijsaard heen, ge volgd door Michel. Meester, in den naam van God, die ons hoort, zweer ik u... riep Alain, de handen smeekend ppgeheven...... De beeldhouvver hoorde hem niet meer. De jongeman was alleen in dé^diepe duisternis van .de kerk. Wanh^)pig._iiet hij zijn armen zakken. Daarna liep.. hij plolse- ling, dol van woede op zijn eigen ate lier toe. Ha, men beschuldigde hem het beeld van Michel vernield te hebben om zich 'heli een of andere voordeel te verzekeren. Men verdacht hem van verraad, dat hij Hugue nette wilde ontvoeren, welnu men zou zien Hij zou bewijzen dat hij onschuldig was. Daar het beeld van Michel niet meer be stond zou hij het zijne ook vernietigen, en daarna zou hij verdwijnen. Vastbesloten trad hij dan op zijn werk toe. Maar de herinnering aan zooveel uren van arbeid, van geloof, van vertrouwen hield hem tegen. Het scheen hem toe, dat het verleden zich tusschen hem en het beeld plaatste. Hij voelde zich tegengehouden, teruggewonpen door een onzichtbare macht Hij bleef daar staan, stom, gebroken. De ze rechtvaardiging was te brutaal. Dit mocht hij niet doen. De Voorzienigheid zou zijn onschuld wel op een andere wijze aen het licht brengen. De vernieling van zijn madonna zou een heiligschennis zijn tegen de Heilige Maagd. Huguenette, die zijn werk zoo mooi had gevonden en die voor zeker niet aan zijn schuld zou gelooven. zou hem later een verwijt maken van deze wanhoopsdaad. En Ajain bad God om vergiffenis voojj deze zwakheid en bij de gedachte aan Du guenette' b$gon hij te weepen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1919 | | pagina 4