Staafec*>urant van 24 Februari 1917, no. 47 en moeten d-us geacht worden van voldoen de bekendheid te zijn. Toen de firma Reijers de betaling van bovenvermeld bedrag weigerde, is zij uit gesloten van de bevoegdheid aanvragen voor van regeeringswege ter beschikking gestelde \o edcrarti kelen in te dienen cd haar bemiddeling daartoe te verleenen. De ondergeteekende beschouwt deze straf rechtmatig opgelegd en is <niet bereid deze nietig te verklaren en de firma Reijers rehabilitatie te verieenen. Scheuren van grasland. Het. blijkt, dat sommige landbouwers niet tot het scheuren van grasland overgaan, omdat zij vreezen, dat hetgeen zij op dat land zullen telen, in het geheel door de regeering- in. bezit zal worden genomen. I>n dit verband zij opgemerkt, dat uit den aard der zaak voor de gewassen, ge teeld op gescheurd* grasland, geen uitzon dering o,p de -algemeen te stellen regeling kan wonden gemaakt. Aan de andere zijde zullen echlter in gee- nen deele de op grasland geteelde gewas sen 'bij die van het bouwland ten achter worden gesteld. Buitengewone omstandigheden voorbe houden, zullen voederbieten, koolraipen en paardepeen in ruime hoeveelheden aan de verbouwers worden gelaten, terwijl, indien het mogelijk i9, haver, gerst en andere veevoeders aan de verbouwers voor vee voeder te laten, ook zij, die deze gewassen op gescheurd grasland hebben geteeld, Öaarvan zullen kunnen profiteeren. Den landbouwers in die veehouderijstre- ken wordt derhalve nogmaals dringend aangeraden om tot het scheuren van gras land over te gaan. Zooals reeds eerder werd medegedeeld, zal worden tegenge gaan, dat in de bouwstreken meer vee voeder wordt verbouwd dan voor eigen be hoefte noodig is, terwijl hetgeen nog te .veel mocht worden verbouwd, voor de zandstreken zal worden bestemd. In de veehouderijstreken zal men derhalve voor de voeding van zijn vee op eigen verbouw zijn aangewezen. Glycerine. -De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft bepaald: De verkoop en de aflevering van ruwe glycerine, glycerinewater en zeepzieders- onderloog is verboden. Het verbod, hierboven gesteld, is niet van toepassing o,p reclitstreek.sehen ver koop en aflevering aan Ncderïandscho glycerine-raffinaderijen. Petroleum. Door den Minister vam Landbouw, Nij verheid en Handel i>9 tot de burgemeesters de navolgende circulaire gericht: Mij bereiken klachten over de hoedanig held van petroleum, welke door sommige kleinhandelaren wordt verkocht. Het schijnt dat enkele hunner hunnen voor raad hebben willen vergrootesn door toe voeging van water. Ook tijdens het vervoer moest het voorgekomen zijn, dat vervoer ders of htm personeel een gedeelte van den inhoud der vaten petroleum vervingen door water. Hoewel aan de zijde der petro- leum-impoo-têurs al het mogelijke wordt gedaan om dergelijke handelingen tegen te gaan, zijn deze uit den aard der zaak meermalen moeilijk te bewijzen. Ik wil in het bijzonder uwe aandacht op deze aan gelegenheid vestigen, om daardoor te be vorderen, dat de politie-autoriteiten de be drijvers van detze onregelmatigheden doen opsporen, -opdat tegen hen maatregelen kunnen genomen worden om zulks in den vervolge te voorkomen. Het r ij verbod voor aut o's. In antwoord op het telegram, door bet bestuur der K. N. M. "V. verzonden aan den Minister van Landbouw, tegen het rij verbod van particulere auto's, heeft „Het Motorrijwiel"" het. volgende antwoord ont vangen: „Terugkomende op nevenvermeld tele gram, heb ik de eer u mede te dee'.en, dat uw argument tegen (het vervoerverbod, als zoude de toewijzings-c-omrnissie voor ben- zline ook zonder den genomen maatregel het in haar macht hebben ongemotiveerd benzinegebruik tegen te gaan, niet juist as, aangezien beperking van toewijzingen niet voldo-ende i» den clandestienen handel te beletten. Wat betreft uw tweede bezwaar, wijs ik u er op, dat voor belangrijke gevallen ben zine is en nog steeds wordt toegewezen. Er bestaan dan ook niet de minste ter men, dat door mij de genomen maatregel wordt ingetrokken." Van d.e „Nieuw-Amsterdam". Een der opvarenden van de „Nieuw- Amsterdam" vertelde aan de „N. R. Ct." nog, dat hij 8 Mei 1916 met ditzelfde schip naar New-York was vertrokken voor een handelsreis. Hij bleef toen drie maanden in Amerika enÜtrok over Hongkong naar Java. Daar verbleef hij geruimen tijd voor zijn zaken. Hij kocht er onder meer, vóór het begin van den .verscherpten duikbootoorlog, in Batavia drie zeilschepen, om te voorzien in de behoefte aan laadruimte, veroorzaakt vooral door kolengebrek. Alle drie deze schepen werderf"Vol gestuwd met tabak, bestemd voor Nederland. De afvaart van de eerste, de „Beatrice", was een opzienbarende gebeurtenis onder de huidige omstandigheden. Dicht bjj de Nederlandèche kust werd zij, zooais men weet, getorpedeerd met haar kost bare lading. De smalle geul van de zoo genaamde ongevaarlijke zone is voor een zeilschip zeker vrijwel onbevaar baar, meende onze zegsman. Van de. beide andere ligt de „John Davie" nog steeds te Gibraltar, de /.Nest" met scha de te Durban. De ree-der durft ze niet door te sturen. Bij deze twee schepen met hun la dingen van de zoo ze-er in prijs gestegen fabak zijn uiteraard groote belangen tokken, zoowel hier te lande als in Java. Inmiddels zette onze landgenoot zijn handelsreis voort, telkens gehandicapt door de bezwaren van het vervoer, die reeds in Singapore begonnen, waar hij met de uiterste moeite nog plaats kreetr op een der schepen van de Fransche mail.'naar Hongkong. Vervolgens ging hij per Japansche mail naar Sjanghai, per spoor door Korea terug naar Kobo, toen dwars door Japan naar Tokio, met de Canadian PaofTic .van "Yokohama naar Vancouver, van daar naar San Fran cisco en in alle haast naar New-York door, waar de „Nieuw-Amsterdam" im mers den 15en zou vertrekken. Hier „strandde" hij, met tal van lot- genooten. En waar hij zoo v-ele fransac ties had loopen, geraakte hij in steeds grooter spanning, doqpdat er geen enkel zakentelegram doorkwam, vijl' maanden lang. AUSfen familieberichten werden doorgeseind. En van brieven schrijven kwam van zelf ook. niets, omdat lederen dag het bericht van vertrek kon worden verwacht. Hij ondervond, dat de stemming in Amerika ten opzichte van de Nederlan ders, vooral door het hitseif van een groot deel der pers, sedert het vorige jaar aanmerkelijk ongunstiger was ge worden. Dit bleek niet alleen uit het verbazingwekkende vasthouden van on ze handelsvloot, ook persoonlijk oe- merkten onze landgenooten den invloed van de overdreven berichten over de be gunstiging" van Duitschland door ons land. 'Met dit al bleek er een steeds, toene mende belangstelling van Amerikanen voor den handel met onze Oost. Thee, rubber, cacaoboonen, gaan nu daar heen. En er gaan vooral groote bedragen om in Sumatra-tabak. Onze zegsman wist van een zijner handelsrelaties, die naar Indië ging met credietbrieven°tot een som van twintig millioen; van ando ren, die in één jaar tijds in deze taban. vijf, zes, zeven, acht millioen hadden verdiend, vaak menschen, die vroeger van een zeer bescheiden inkomen leef den. Sommige Amerikaansche firma's ves tigen hun eigen kantoren in Batavia; zoo zal dit bijvoorbeeld ook het geval zijn met de National City Bank of New- York. Onze zegsman acht dit een gunstig verschijnsel. Hoe meer Amerikaansch len EngeJ^ch kapitaal er vastgelegd wordt in Indische ondernemingen des te grooter is, zijns inziens, het tegen wicht tegen het Japansche gevaar. En hoe scherp de belangstelling van Japan is voor onze koloniën, bleek hem onder meer uit een toevallige omstan digheid. In New-York had hij een Ja- panschen bediende, die onverwachts pleek vloeiend Maleisch te spreken. Die taal had hij in zijn land op school ge leerd. .De oorlogswinsten, in Amerika ge maakt, gaan.^naar zijn mededeeling, alle voorstellingen te boven. En groot was dan ook de ontsteltenis, toen de belas ting van zestig procent op de overwinst werd afgekondigd. Met dit al begint men ook in Amerika spaarzamer e le ven. Zoo hebben bijvoorbeeld alle hotels onverplicht, maar op verzoek, de visch- dagen ingevoerd. Brood is er nog onbe- perkt, al wordt er ook reeds veel „oor- Jogsbrood" gebakken en de tarwe- prijzen zijn buitensporig gestegen. Voorts wordt er bezuinigd op het elcctriciteitsverbruik, om der wille van de kolen. Zoo gaat in Broadway reeds om tien uur die machtige reclamê-ver- lichting uit, wat duizenden tonnen be spaart. Overal wordt gewaarschuwd om nieis te vermorsen. Én een typische Chicago- man gaf in de bladen den raad, dat in ieder Amerikaansch gezin een varken zou worden opgefokt van den afval der huishouding. Tweede Nederlandsche Jaarbeurs, Het algemeen secretariaat van de Ned. Jaarbeurs verzoekt omfi opname van o. m. het volgende: Nu met het bouwen van de monsterkamera* en „stands" een aanvang is gemaakt, wordt eerst met recht een beeld' verkregen van den enormen c/mvang der Tweede Neder] andscHe Jaarbeurs, waarvoor met het oog op bet groote. aan tal deelnemers, vier terreinen (Vreden- bur,g, Janskerkhof, Tivoli en de Maliebaan) in gebruik worden genomen. De geheele Maliebaan vanaf de Maliesingel tot het oorspronigpark is reeds in een „Jaar beursterrein" herschapen. Met de houten gebouwtjes en gebóniwen is men daar al ver gevorderd. De voorwaarden tot bet verkrijgen van toegang zijn ^enigszins afwijkend van die, welke golden bij de Eerste Beurs. Dooi den Raad van Beheer islbefiaald, dat gros siers, winkeliers en alle handeldrijvenden kosteloos kunnen verkr gen mits aan gevraagd'vóór 1 Februari a, dagkaarten geldlig voor alle. terreinen op een willekeu- rigeai dag; b. doorloopend'e toegangskaar ten, geldig voor alle terreinen gedurende den gebeelen duur der Jaarbeurs. -Do aanvragen moeten vóór 1 Februari worden ingezonden aan het Secretariaat der Jaarbeurs, Vredenburg, Utrecht. Zij, dië~ niet tot 'handeldrijvenden in en- geren zin gerekend kunnen worden, doch met handelsdoeleinden do Jaarbeurs wen- echen te bezoeken (doktoren, chemici, gees telijken, technici, ambtenaren van open bare diensten, enz.) worden met handel drijven den gelijkgesteld. Kath. Wetenschappelijke Vereenigsng. Vrijdag jJ. had te Amsterdam de verga dering plaats van de Letterkundige Afdec- ling der Kath. Wetenschappelijke Ver- eeniging, onder voorzitterschap van den heer J. F. M. Sterck. De commissie voor onderzoek der Zuid- Oostelijke dialecten, bestaande uit de heeren Schrijneq, van Ginneken en Ver- beeten, bracht verslag uit van hare werk zaamheid. De woordenlijsten, door de commissie rondgezonden, eijn voor het grootste gedeelte volledig en nauwkeurig bewerkt terugontvangen alleen ontbre ken nog steeds de gegevens voor Belgisch Limburg. Door den oorlog is alle verbin ding met dit terrein van onderzoek ver broken. Terwijl de commissie met het vaststellen van het geheel moet wachtén op dit Bel- gisch-Limburgsch materiaal, houdt tij zich nu bezig, in den trant van de studie van prof. Schrijnen, over Vlindernamen (ver schenen in „De Beiaard"), om de belang rijkste klankovergangen in kaart te bren gen, een werk, dat over eenige maanden gereed zal zijn. Vervolgens bezichtigde men onder lei ding van de heeren Sterck en Duurkens de verzameling Tliymiana, die de heer Sterck na den dood van Alberdingk Thijm met groote zorg bijeengebracht heeft en latei- heeft afgestaan aan de bibliotheek van het Ignatiuscollege te Amsterdam. In dit Thijm-archief bevinden zich tal van documenten voor de letterkundige en kerkelijke geschiedenis der 19e eeuw. Op de namiddagvergadering sprak de heer H. J. A. M. Stein over de poëzie van Charles Baudelaire. Charles Baudelaire zoo zette spreker uiteen, is een typisch product van den tijd, waarin hij leefde, 't tweede keizerrijk, met zijn moreel en politiek verval. Pessi mist en zemivpatient, geeft hij zich over aan allerlei uitspattingen, zoodat deze schrijver, die groote dichter-gaven bezat, maar erfelijk belast was, langzamerhand naar ziel en lichaam gesloopt wordt. Alle momenten van eijn veelbewogen leven vindt men terug in zijn dichtbundel „Les Fleurs du mal". Geboren in 1821. verliest hij vroegtijdig zijn vader, en nadat zijn moeder, een jaar later. hertrouwd is, wordt zijn opvoeding verder voltooid op een kostschool. Hij voelt zich aangetrokken tot de letterkundi ge loopbaan, tegen den zin zijner ouders, die hem. om aan die neigingen een einde te maken, een reis laten doen naar Indië. Na 10 maanden komt hij terug, meer dan ooit- besloten, de carrière zijner keus te volgen. Zijn reis heeft wondermooie vieioe- nen uit het verre zonneland in zijn geest achtergelaten. OctV te Parijs, in de grauwe nevelen van de Seine, zoekt hij naar een ideaal avhi schoonheid, naar die vrouw zij ner droomen, die zijn aangroeiend pessi misme zal genezen. Zijn leven versombert met den dag, daar iedere nieuwe passie een 'stuk van zijn levensblijheid meeneemt. Daarbij komen wroeging en vrees voor den dood hem kwellen, eoodat- hij zijn troost zoekt in het opium. Als-hij bovendien in 1861 wordt mee gesleept in 't faillissement van zijn uitge ver, zoodat hij voortaan van zijn pen moet leven, verergert zijn toestand nog meer. Hij begint te drinken, tot eindelijk een verlamming hem vo$? goed neerwerpt op 't ziekbed. Hij sterft in 1867. Spreker is van oordeel, dat Baudelaire als dichter zijn plaats vindt tusscben de Romantieken en de Symbolisten: van de eerste heeft hij de subjectiviteit, van de tweede de muziek en den meesterlijken bouw «ijner verzen. Als menscb, zoo gaat spreker ten laat ste na, toont Baud efl aire een merkwaar dige overeenkomst met Huysmans vóór zijn bekeering. Beiden doorloopen, tot aan de crisis van hun leven, ongeveer eenzelf de evolutie. Daarna echter loopen hun wegen uiteen: Baudelaire gaat te gronde, Huysmans vindt den eenigen weg naar den zielevrede terug. Dr. G. Piepers S.J. handelde vervolgens over Vergilius en de bijenteelt. Het vierde boek van de Georgica van Vergilius aldus spreker wordt door velen voor een aantrekkelijke lectuur ge houden, en toch zal ieder, die met eenige kennis van bijenteelt, dit gedicht leest, zich verwonderen over de grove dwalingen, waaraan de dichter zich Schuldig maakt. De philologen. die over dit gedicht hun gevoelen hébben gezegd, waren al even weinig op de hoogte van de practijk der bijencultuur. Dr. Piepers licht dan overtuigend toe, hoe de dichter «zijn. stof niet gehaald heeft bij de bijen zelf. Vooral wat Vergilius zegt over het vechten van bijenvolken onder ling bewijst, dat hij iets over zwermen heeft gelezen, maar dit verkeerd heeft ver staan. Merkwaardig is ook, dat hij zoo weinig van het zwermen weet te zeggen, wat toch zulk een voornaam punt is. Niet waarschijnlijk is het, betoogt spreker, dat Vergilius als bronnen gebruikt heeft Aris- totcles en Varro, omdat hij in hoofdpun ten te dikwijls in tegenspraak met hen is. Veeleer meent dr. Piepers, dat misschien Hyginus vooral Vergilius' zegsman is ge weest, omdat deze zijn boek over de bijen juist, uitgaf, toen Vergilius het plan van de geheele Georgica had opgezet. Gemengde Berichten. Smokkelwaar. De douanebeambten te Hansweert hebben op bet schip „Elisa beth" een partij smokkelwaar ontdekt, beistemd voor uitvoer naar Antwerpen. De vrouw v-arn den schipper is gevankelijk naar MiddeTbamis gébracht. Doodgeschoten. Nieuwjaarsnacht is te Aalten nabij de grens een 19-jarige smokkelaar doodgeschoten. De maan ate rempla$ar»te van de trets- kaars. „Afstappen, mijnbeer; u rijdt zonder Jicht. 't \Va6 den avond van den 21 December. De agent had gelijk. Maarde minis ter had toch een maan-dispensatie ver-., leend? De fietsrijder ging dus te re bond in dis puut. „Er 6taat toch in de Kampioen... en". Politieagent: „Er kan wel zooveel in de Kampioen staan, daar hebben we niets mee te maken." „Ja maar, de minister heeft officieel ver ordineerd, dat men tegen den tijd van volle maan geen licht behoeft te branden." Politieagent: uJuist. Maar dat is niet meer 'dan een dag of vier. Nu nog niet." „Nu nog niet? 't Begon-bij eerste kwar tier. En kijk eens naar do maan (ze kwant net schalks door een wolkenspleet gluren naast den donkeren Domkolos): dat is toch eerste kwartier?" Politieagent: „Dat kan wel eijn; daar heb ik geen verstand van; in mijn voorschritt staat duidelijk: tusscben eerste en laatste kwartier." „Nou Politieagent: „Nou. Daar veria ik onder den tijd tusschen Eerste en Laatste Kwar tier." „Dat versta ik er ook onder. En 't is nu op 't oogenblik de periode tusschen Eerste en Laatste Kwartier. Bij 't eerste wast de maan, bij het laatste neemt ze af." Politieagent: „Als 't dat beteekende, zou er wel in mijn voorschrift staan: tusschen het begin van 't Eerste en 't eind van het Laatste kwartier." De wielrijder begon waarlijk de noodza kelijkheid in te zien van een paar lessen cosmografie voor de agenten, teneinde de gebrekkige manekennis wat op te fris- schen, zoodat de agent ten slotte zeide: „Ik geef 't op." „Dus ik zal maar op stappen?" Geen antwoord, dan een weifelend schou derophalen. De wielrijder dacht: wie zwijgt, stemt toe en stapte op. Zouden er den avond van den 21en De cember méér van dergelijke gesprekken gevoerd zijn met cosmografisch slecht ont wikkelde dienaren der Wet? vraagt het „U. D.", die dit voorval meedeelt. Een aanto'acht. Naar de „Tel." ver neemt, heeft de burgemeester van Marken een aanklacht ingediend bij den officier van justitie tegen het dagblad „De Stan daard", wegens een daarin voorkomend en voor hem z. i. beleedigend verslag over de laatste raadsvergadering en de ontplof fing, die tijdens de zitting in de raadszaal plaats had. De burgemeester acht zich hierdoor in zijn eer en goeden naam aan getast. KERKNIEUWS. Naar (het „Huisg." -verneemt, is met de „Nieuw-Amsterdam", van de Holland Amerika-lijn, hier te lande aangekomen de hoogeerw. pater A. Broeken, provinciaal der Missionarissen van het H. Hart te Til burg, die een inspectiereis in de missiën dier congregatie in Australië en Azië heeft gedaan en over New-York, die terugreis heeft gemaakt. Sociale berichten. R.-K. Fabrieks-, Haven- en Trarïsport- arbeidersbond. In een te Utrecht gehouden buitengewo ne bondsvergadering, om tot splitsing te komen in een R.-K. Fahrieksarbeidersibond „St. Wihübro-rd" en een R.-K.Bond van Transportarbeiders te water en te I-and, werd met groote meerderheid 'het voorste van 't Bondsbesituur aangenomen, waarna van eiken Bond de reglementen en statu ten werden vastgesteld. Als bestuursleden van den Transport- arbeidersbond werden gekozen de heeren J. Zwag-a, II. van Zwet, J. Pinken, J. Kal-khoven en Polderman, en van den Fa- ■briedsarbeidersbond de heeren W. Mooij man, P. J. Kteijs, G. Kocfli, G. Bakker, R. Hulsemans, E. Nooij en J. Kroone. Voorzitter van laatstgenoemden Bond werd de heer P. J. Kleijs te Delft. In uitgaven en inkomsten werd de begrooting vast gesteld op f 14.808. Land- en Tuinbouw. Rijksvcorjaarskeuringen. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft bepaald, dat de gewone Rijksvoojy aarsheu ringen van tot dekking bestemde hengsten-in 1918 géhoudeoi zullen worden: voor Utrecht op 20 Februari te Utrecht; voor Zuid-Holland op 21 Februari Rotterdam; voor Noord-Holland op 22 Februari te Hoofddorp. Rechtzaken. HAAGSCHE RECHTBANK. De rechtbank h'eeft de volgende vonnis sen gewezen: C. P. S. en J. v. H., wegens diefstal van rijwielen tc Voorschoten, tot 2 jaar gevangenisstraf. J. B., te N o o r d w ij k, wegens overtre ding der Distributiewet, tot f 5 boete subs. 5 dagen hechtenis. J. v. E., L. P., C. V., J. v. A., J. G. en A. v. d. L. wegens het verkoopen van brood op nog niet geldige broodkaarten te Kat wijk, ieder tot 50 ct. boete of 1 dag hech tenis. J. B. en J. K., te V e u r, die wegens het zelfde feit terechtstonden, werden vrijge sproken. B. H. H., C. v. d. L. en J. v. R., wegens diefstal van ijzer te Leiden, resp. tot 2 maanden, 2 maanden gevangenisstraf en 1 jaar tuchtschool. W. S., wegens diefstal van een ijzersnij der, te K a t w ij k, tot 1 week gevangenis straf. J. B. en J. K. te V e u'r, beschuldigd van het verkoopen van brood op nog niet gel dige broodkaarten Poging tot doodslag. J. v. d. B., 80 jaa>, winkelier, wonende te Oudshoorn, stond' terecht wegens ppging tot diefstal en poging tot doodslag. Beklaagde was in den nacht van 23 op 24 October binnengedrongen in de maalderij van C. Hoogendonk te Alpben a. d. Rijn, om zakken graan en mats te stelen. Hij werd' toen overvallen door den rijksveld- wachter De Groot, die hem arresteerde. Beklaagde beeft toen du en veldwachter iii den Rijn gegooid. Bekl. bekent, dat hij in de maalderij ge weest is en door den veldwachter op beo terdaad is betrapt. Hij heeft echter den veldwachter niet in 't water gegooid, maar toen hij in een roeiboot wilde vluchten, zou de veldwachter - in het water zijn ge sprongen. Getuige Hoog en dijk verklaart, dat hij reeds (herhaaldelijk graan luad gemist, zoo dat hij den rijksveldwachter had verzocht toezicht te honden in «aj-n fabriek. De rijksveldwachter De Groot verklaart, diat- hij zich verdekt in de maalderij ha& opgesteld; hij zag toen des nachts, dat. be klaagde naar boven ging. Toen bekl. hem zag, ging hij op den loop en vluchtte in een boot. Get-, sprong hem toen in de booti na; waarop bekl.\ mot een dolkmes maar hem toekwam; de steek was edhter niet raak* Bekl. gaf hein toen een duw, waardoor Jii^. achterover uit de boot sloeg, hij werd toen onder geduwd en zwom naar den kant. De nachtwaker V. Veen, als getuige ge hoord, was ook in de maalderij van IIoo* gendijk en heeft, gezien, dat de veldwaeh« ter in het schuitje sprong. Ook heeft get. gezien, dat bekl. den veld wachter uit de boot Tieeflt gegooid. De officier van justitie, mr. del Cam,po, zegt, dat bekl. eerst heeft opgegeven dierf nacht, te Nunspoet te zijn geweesit, maar; kor geleden is hij daarvan teruggekomen. Ook de nu afgelegde verklaringen acht spr. onaannemelijk. Vast staat, dat bekl. dief stal heeft- willen plegen'en geweld tegen den veldwachter, die hem arresteerde, heeft gepleegd. Spr. vraagt 5 jaar gevangenisstraf. Mr. Rood verdedigt bekl. en meent, dat de diefstal niét (bewezen is, omdat de ver klaring van bekl., dat hij zelf de voltooiing van het misdrijf niet heeft gewild, niet wad ontzenuwd. Ook het opzet om den veld wachter te dood en is niet bewezen, zoodat pleiter vrijspraak vraagt. Oplichting, te Leiden. A. C. L., 23 jaar, koopman, wonenclt te 's Gravenhage. staat terecht ter zake dat hij op li October, de firma 'A« Waals, te Leiden, had opgelicht yooü 14 damesmantels. Beklaade was recidi- vist. Bekl. zegt, dat hij twee heeren in den. trein had ontmoet, die hem vroegem een boodschap te doen bij de firma Waals; zij staken hem daarvoor in een chauffeurscostuum. Op èen vraag van den president antwoordt bekl., dat hij geen vermoeden had, dat de zaak nies zuiver was. Getuige'mej. Raaphorst, winkeljuf frouw hij de firma Waals, was opgebeld door een familie v. E., te OegsLgeest, die een zichtzending mantels vroeg, welke door een chauffeur zouden afge haald worden, Getuige kende de familie v. E. zeer goed en daarom gaf zij ze aan den chauffeur die even later kwam, mede. De officier wees erop, dat deze bekL behoorde tot een bende oplichters in Den Haag, welke Leiden en Delft onvei- lig maakten._Van 't fantastisch verhaal door bekl. opgedischt gelooft spr. niets,1 hij eischt schuldigverklaring en veroor deeling tot 1 jaar gevangenisstraf. Mr. Grooteboer verdedigde bekl. ei* meende, dat het wettig bewijs niet gc* leverd is en vroeg vrijspraak met on middellijke invrijheidsstelling. Voor -dit laatste acht de rechtbank geen termen aanwezig. Uitspraak over 8 dagen. Overtreding distributiewet. M. v. E. B., graanhandelaar te Ni o u \vi veen, had zich in het voorjaar van 1917i schuldig gemaakt aan overtreding van de Distributiewet. Bekl. hacl een partij erwten, welke door het Rijk in beslag waren genomen, op. eigen verantwoov-: ding verkocht en wel ongeveer 1330 H.L. boven i^eeringspnjs. In het geheel waren 2500 H.L. in beslag genomen. Beklaagde bekende, maar de ernst van het feit was niet zoozeer tot hem doorgedrongen. Eisch: f 400 boete, subs. 20 dagen hechtenis. J. R. A. en L. J. R. B., winkeliers te Leiden, hebben terecht geslaan ten zake, dat zij te Leiden op 15 November thee en koffie hadden verkocht tegen afgifte van niet-geldige bons. Alleen bekl. A. was verschenen en. meende, dat het feit niet zoo ernstig was. tl ij had het gedaan om zijn cliënt tèle een genoegen te doen. Get. mej. Stol;-winkeljuffrouw, zegt, dat de heer B. haar had opgedragen thee te verkoopen tegen niet-geldig ver klaarde bons. Met het oog hierop vroeg de officier voor A. vrijspraak en voor B. f 25 boete, subs, 5 dagen hechtenis. Hoog Militair Gerechtshof. Gedurende het jaar 1913 (het jaar voorafgaande aan het mohilisatiejaar heeft het hof geaipprobeerd 919 vonnissen, gewezen door de verschillende krijgsraden; deed het hiof uitspraak, bij sententie, in 130 zaken, cn 40 beschikkingen werden ge nomen op ingebrachte reclames over op gelegde disciplinaire straffen. In 1916 werdien 4895 vonnissen gea.ppro- beerd, 803 sententies uitgesproken en 252 beschikkingen op reclames genomen. In 1917 zijn niet minder dan 8077 von nissen gea.ppnobeerd, 1338 sententies uit gesproken en 236 beschikkingen in reclamo- zaken genomen. STADSNIEUWS. In de maand December 1.1 .ward een bedrag van f 86.344.01 ingelogd op die Rijks postspaarbank te Leiden en daaronder: rcssortcerende hulpkantoren, on terugbe taald f 80.774.57%. Het nummer van luet laatst, uitgegeven boekje was 42887t

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1918 | | pagina 2