BUITENLAND.
De Oorlog.
JAARGANG Nq, 2135
^eEcicbcli^Soii^omt
BUREAU: STEENSCHUUR 15, LEIDEN,
Interc. Telefoon 935. - Postbus 6.
DIT BLAD VERSCHIJNT ELKEN DAG, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN
De ABONNEMENTSPRIJS bedraagt, bij vooruitbetaling, met GRATIS POUS Ongevallen-verzekering
tor Leiden II cent per week, fl.45 per kwartaal; bij onze agenten 12 cent per week, 1.60 per
irartaal. Franco per post f 1.80 per kwartaaL
Het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD is tijdelijk alleen verkrijgbaar tegen betaling van 10 een*-
r kwartaal, bij vooruitbetaling.
Wonderlijke nummers 5 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 7Va cent
MAANDAG
6
NOVEMBER
1916.
De ADVEk i tBTlEPRUS bedraagt van 1—5 regels f0.75, elke regel meer 15 cent
Ingezonden tnededeeiingen van 1-5 regels fl.50, elke regel meer 30 cent, met gratis
bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Grootp letters naar plaatsruimte.
Aanvragen om Dienstpersoneel van 1-5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent
Aanbiedingen van Dienstpersoneel, Huur- en Verhuur, Koop- en Verkoop (fle8D
Handels-Advertentiën) van 1-5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent
Polen tot een onafhankelijk konin-
verklaard. - Galicië krijgt autono-
Een Duitsche onderzeeër verloren
pan. - De geallieerde troepen bezetten
llerine.
Van de oorlogsterreinen.
Overzicht.
in het West el ij k front gaan. de
siischen voort met bij iVaux den vijand
verdrijven en hebben het dorp geheel
overd, terwijl zij het dorp' Damloup zijn
nengedironigen en aldus een deel van
voorterrein der vesting" Verdun her-
rd hebben. Tusschen Lestroeup en
lly-Saillisel brachten cij hun linie eeni-
feoodierden meters vooruit en verover-
i het grootste deel van het dorp Saillisel.
Zuiden van dit dorp namen de Fran-
i troepen drie loopgraven en de geheele
Bdelijke linie aan den zuidrand van
losch St. Pierre Vaast.
Zevenb irr gen wordt door den
tsehen staf eenig voordeel erkend, waar-
nover een overwinning ten Zuiden van
Predal-pas door Falkenhayn's troepen
rdt gemeld. De verbonden troepen ver-
rden eenige hoogten, nanien 1747 Roe-
liérs gevangen en acht kanonnen en
ilig machinegeweren buit.
Italianen hebben hun winjft -op het
rstplateau een weinig uitgebreid.
0p Zee.
leine Engelsche kruiser in den grond
geboord.
[fideel wordt uit Berlijn gemeld:
en'23sten Oct. heeft een onzer duikboo-
toi Westen- van Ierland een kleine
[ekbe kruiser met twee schoorsteenen
grond geboord. De kruiser was van
1 type.
Britsche Admiraliteit deelt mede, dat
bericht betrekking heeft op den mijnen-
„Genista", welks -teloor gaan reeds
5en Oct. werd bericht.
Een onderzeeër verloren gegaan.
(fideel wordt uit Berlijn gemeTd: Den
r Nov. '«avonds is de ondea-zeeër ,,U
inden mist ten noorden van Rooibjeng
kust van "Wetet-Jutland! vaE/tgelc©1-
I. Al'e pogingen (van ohmidideTlijik te
lp geroapen torpedidbooten ora het schip
j te krijgen bleven vruchteloos en wij
si het daarom den 5den Nov. 's namid-
pin de lucflit vliegen, nadat de beman-
jdoor de torpedoibooten aan boord was
ooien.
Mijnen in de Aalandszee.
blgens een mededeeling aan de Zweed
autoriteiten is dwor Rusland bevel
!ven tot het leggen van een nieuw
snveld in de ÜLaflandzee- aan de .Zweed-
territoria."e grens tusschen 59 gr. 40
N.B. en 59 gr. 52 Tuin. N.B.
De duikboot- en mijnoorlog.
Het Engelsche s.s. „Spero" is in den
grond, geboord; de bemanning is gered.
(Lloyd's register geeft twee Engelsche s.s.
van dezen, naam, beide van ruim 1100 ton.
Red.)
De Noorsche stoomschepen „Thor"
(4739 ton) en „Iyanhoe" (1136 ton) zijn in
deni grond geboord.
De „Benlingsike Tidende" verneemt
uit StocMiolmj dat het stoomschip „Riun-
hild", door op een mijn te iboopen, is ge
zonken.
Volgens een bericht van een blad
heeft gisterochtend de „U 56" te Lamviik
in het Tan-afjord 16 man aan wal gezet
die afkomstig waren van het stoomschip
„Ivanhoe" uit Trondjlhem. Dit stoomschip
is twee dagen geleden op 40 zeemijlen ten
Oosten van Vardd in den grond geboord*
Het sohip voer met gezaagd hout* naar
Engeland.
Duitschland.
Het proces tegen Liebknecht,
Het hoog, militair gerechtshof heeft Za
terdag het hooger beroep van Liebknecht
tegén .zijn veroordeeling verworpen.
De verdaging van eten Rijksdag.
Na het sluiten der debatten over de voe-
dingsquaestie, waarbij weliswaar alle spre
kers een reeks bezwaren opperden, maar
er toch eenstemmig den nadruk op leg
den, dat de hoop van Duitschland's vijan
den. om Duitschland uit te hongeren, niet
verwezenlijkt zou worden, las de plaats
vervanger van den Rijkskanselier, Helffe-,
rich, het Keizerlijk besluit voor betreffen
de de verdaging van den Rijksdag tot 13
Februari 1917.
De president, Kampf, betoogde in zijn
slotrede het volgende: „Wij naderen het
sluiten eh het verdagen. De werkzaam
heden hadden het algemeen welzijn, ten
doel, in de vaste overtuiging en. het on
wankelbaar vertrouwen, dat Duitschland,
te zamen met zijn trouwe bondgenooten
tegen alle verplichtingen zal zijn opge
wassen, welke deze onvergelijkelijke oorlog
ons militair, economisch en financieel op
legt.
De plannen der vijanden zijn mislukt en
zullen ook verder schipbreuk lijden op het
bewustzijn hoeveel geweldigs het Duitsche
volk tot nu toe praesteerde en tot welke
groote praestaties het voortaan nog in
staat zal cijn.
Den Keizer, het Rijk, het Duitsche volk,
het Duitsche volksleger van het opperste
legerbestuur tot den landstormman, zon
der onderscheid, geldt, in het oogenblik
waarop onze werkzaamheden worden be
sloten, onze warme, dankbare hulde
(Bravo!)
Gód behoede het vaderland." (Levendige
bi j valsbetuigingen)
Met een „Hoch" op den Keizer, het Volk
en het Vaderland werd de zitting gesloten.
Oostenrijk-Hongarije.
Vijfde Oostenrijksclie ósrlogs'eenïng.
Het „Fremdenblatt" bericht: Zaterdag is
onder voorzitterschap van baron Schuster,
gouverneur van het departement der post
spaarbank, een zitting gehouden van het
voltallig consortium voor financier'e
siaatstranaacties in Oostenrijk,, waarin de
uitgifte van een vijfde Oostenrijksche oor-
Jiogs'.eening is behandeld.
Een zelfstandig Galicië.
De „Wion^r Zeiiung" van 5 Nov. bevat
bet vodgtendie eigenhandig .schrijven Van
keizer Frans Joizef aian den minister-presi
dent von Körber:
„Waande dr. von Körbei,
Krachtens de overeenkomst, die ik heb
aangegaan met Z. M. den Duitsohen kei
zer zaü uit de -landstreken van het Pool-
sr.he gebied, diat onze dappere legers aan
de Russische heerschappij hebben pntrukt,
een zelfstandige staat, on den? een erfelijke
monarchie en constitutioneelen regeerings-
venm, worden gesobapen Dit herinnert
mij met bewogen gemoed aan de* vele be-
<\ijizen van aanfhanke/lijiklheid en trouw;»
die ik gedurende mijn regeering heb on
dervonden van het land Galicië, benevens
aan de groote en ftware toïfens, wefJke dit
land in den huidigen oorlóg, blootgesteld
als het is aan de?i heftigen aanval van
den vijand, brengt in het belang van de
zegerijke verdediging van de oostelijke
grenzen van ons land, welke offers het
land voortdurende aanspraken verzekeren
op mijn innigste vaderlijke Eor:g. Derhalve
is 'het mijn wil, op hetzelfde oogenblik hu
de nieuwe staat geboren wordt, hand in
hand met deze ontwikkeling ook aan het
Jand Galicië het reoht te verleenen, zijn
aangelegenheden binnen bet volle raam
van hetgeen in verhand staat met fcijn
saamihoorigiheid tot het staatkundig ge
heel der monarchie en tot haar bloei, zeUf
te regelen en daarmede d© bevolking haar
national en economische ontplooiing te
waarborgen. Terwijl ik u van dit mijn
voornemen in kennis fctel, llraag ik u op,
de voortstellen van de wettige verwezenlij
king van dit plan uit te werken en ze mij
voor te -leggen."
Engeland.
Ontploffing in een Engetsche munitie
fabriek.
ZaterdagdcMehd hèert v=èn ontploffing
in een munitierfiabrick pfiiaats gehad', waar
bij één persoon is gedood en vier zijn go-
wond.
Waar deze ontploffing heeft p'aais ge--
had, wordt niet gemeld.
Griekenland.
De begrafenis van de slachtoffers der
„Ankheliki".
Uit Athene wordt geseind: Aan de be
grafenis van de slachtoffers der „Angfhe-
liki" nam een ontzaglijke menigte deel.
De artbei-derdklaisse van Athene en den
Pirëus was in den stoet vertegenwoordigd
met 33 banieren van vereenigingem.
A dim i raai Dartige woonde de plechtig
heid bij en werd toegejuicht.
Na de Mis hieHd de secretarisHgener-aial
van tien I&ond van ar beid ersve r een iigin-
gen een toets/praak, waarin hij de bar-
baarschheid der Duitsohers aan de kaak
stelde. Tot ülrie malen toe antwoord/die de
menigte met een vervloeking aan het
adres der DuitscherS, aldus meddt „Ha-
yas".
Do getorpedeerde Grieksche schepen.
Admiraal Dartige beeft aan de Griek
sche regeering medegedeeld, dat uit het
onderzoek geibteken ie, dat de „Angheliki"
en de „Kiki Issaia" door bein JDuitachen
onderzeeër zijn getorpedeerd. Deze mede
deeling heeft groote opgewon-deniheid ver
oorzaakt. De Duitsche legatie te Athene
wordt door militairen bewaakt.
De Duitsche onderzeeërs.
Admiraal Fournet verzocilit toestemming
v-an de regeering om een fLottilje lichte
schepen, -die de Fransdie vlag voeren zou
en met Fransche zeelieden zoude bemand
worden, te gebruiken ter bescherming te
gen Duitsche onderzeeërs. Een Zaterdag
ochtend onder voorzitterschap van den
Koning gehouden ministerraad besliste,
diat het verzoek van den admiraal onaan
nemelijk was, daar het gelijk zou staan
met een opgeven van de neutraliteit.
De strijd om Ekaterinl.
De „Observer" Verneemt uit Athene, d.d.
3 November, dat het Griek&ohe leger voor
F.katerini staat en den strijd met de IVeni-
zelisten begonnen heeft.
Nader wordt gemeld dat de troepen der
geallieerden Ekaterina hebben bezet, ten-
eind b&oedtvergieten tusschen de aanhan
gers van Venizelos en de troepen der
Grieksche regeering le verhoeden.
Noorwegen.
Noorwegen en Duitschland.
Naar verluidt is de Noorsche nota van
antwoord gisteravond aan den Duitsohen
gezant te Ohri-stiania ter hand gesteld
Polen.
Polen tot zelfstandig koninkrijk
verklaard.
Gisteren is het volgende manifest door
generaal von Reseller, den gouverneur-ge
neraal ran Warschau, uitgevaardigd:
Aan de bewoners van het gotuvernement-
generaa-1 Warschau!
Z. M. de Duitsche Keizer, Z. M. de Kei
zer van Oostenrijk ien Koning van Honga
rije, vast- vertrouwend op de uiteindelijke
overwinning hunner wapenen en bezield
door den wemscfo, den -door hun dappere
legers met zware offers nan de Russische
heerschappij ontrukten Poolschen gebie
den een gelukkige toekomst te bereiden,
zijn overeengekomen uit deze gebieden
een .zelfstandigen staat met een erfelijke
monarchie en een constitutioneele wetge
ving le vormen.
De nadere bepaling der grenzen van
het koninkrijk Polen, blijft voorbehouden.
Het nieuwe koninkrijk bal in aanfluiting
bij de beide verbonden mogendheden de
waarborgen vinden, die het voor de vrije
ontwikkeling Eijner krachten behoeft. In
een eigen leger zullen de roemrijke over
leveringen der Poolsdhe 'legers van eer
tijds en 'de herinnering aaii de dappere
Poolsche medestrijders in den huldigen
groeten oorloig voortleven. Do organisatie,
africhting en leiding van het Poolsche le
ger zal in -gemeenschappelijk Overleg wor
den geregeld.
De verbonden monarchen,Me noodige
rekening houdende met de aligemeene po
litieke toestanden in Europa en de wel
vaart len veiligheid van hun eigen lan
den en vo.ken, koesteren het vertrouwen
dat zich thans de wenschen naar staat
kundige en nationale Ontwikkeling van
l:et koninkrijk Pollen zullen vervulden.
De groote, Westelijke buurtetaten van
het koninkrijk Polen au Won echter den
vrijen en gelukkigen staat aan hun Oost
grens, die» zich over zijn nationally leven
verheugt, met vreugde opnieuw zien ont
staan en tot bloei komen.
Op hoog bevel van Z. M. den
Duitschen Keizer:
de gouverneur-generaal.
Een manifest van denzelfden inhoud is
bekend' gemaakt door den Ooetenrijksch-
Ilongaarschen gouverneur-generaal lo
Lublin.
In een zeer uitvoerig verslag van de plech
tige proclamatie van het koninkrijk Polen
te Warschau deelt het „Wolffbureau" me
de, dat de gouverneur-generaal Von Bese
ier voor de officieele feestelijkheid in zijn
woning vertegenwoordigers ontving van-
de Duitsche en Poolsche pers, alsmede de
in Warschau aanwezige leden der neutra
le pers. Von Beseier wees in een toespraak
op de geschiedkundige bèteekenis van de
zen dag en uitte zijn vreugde over de re
geling van de quaestie, welke reeds meer
dan honderd jaren Europa gekweld heeft.
Wanneer de vijanden van Duitschland
mochten zeggen dat de Duitschers op '6
oogenblik meer soldaten noodig hebben,
wilde spr. opmerken, dat dit bijzaak is,
ofschoon Polen steeds een oud soldaten-
land is geweest. De hoofdzaak is voor
Duitschland de groote politieke gebeurte
nis, welke Oost-Europa in 'n geheel andere
verhouding zal brengen voor de Duitschland
uit het Oosten bedreigende mogendheden.
Het optreden van Duitschland en Oosten
rijk-Hongarije zal niet alleen Polen ten
goede komen, merkte Von Beseier op, maar
de geheele wereld een voorbeeld leveren,
dat uit Duitschland de kleine naties on
derdrukt, en dat ook Duitschland genegen
is om in vrede die wereld op een goeden
en vasten grondslag te plaatsen.
Aan het verslag onitleenen wij hier en
kel de rede, waarin dr. Brudcyruski den
dank van Polen betuigde.
„Wij ontvangen zeide hij deze plech
tige mededeeling van de beide verbonden
heerschers, waardoor onze nooit verjaar
de rechten op een onafhankelijk, politiek
bestaan erkend en bevestigd worden, in
de vaste overtuiging dat de inhoud daar
van uit oprechte welwillendheid voortge
komen is en doelbewust verwezenlijkt zal
worden.
De beste waarborg van deze verwezen
lijking zouden wij zien in het uitroepen
van een regent, als symbool van den Pool-
schen Staat alsmede vam een voorloopigen
Staatsraad, tot het oogenblik, waarop d©
koning van Polen aan het hoota zal tre
den van een definitief georganiseer den
Poolschen Slaat.
Wij zijn ervan overtuigd dat de gemeen
schappelijk© politieke belangen, welke de
Midden-Europoesche mogendheden en het
Koninkrijk Polen verbinden aan de beste
vriendschappelijke nabuurbetrekkingen ten
grondslag zullen liggen en dat voor alle
onderdanen van onzen staat gunstige voor
waarden geschapen zullen worden voor
de ontwikkeling van ons nationale leven.
Hierna verzocht dr. Brudzinsky den gou
verneur den dank van Polen over te bren-
-gen aan de beide edelmoedige heerschers
en besloot hij met de woorden: „Lang leve
een vrij en onafhankelijk Polen!"
Naar het „Wolffbureau" meldt hadden
ook te Lemberg des avonds geestdriftige,
feestelijke betoogingen plaats, terwijl de
vlaggen waren uitgestoken.
FEUILLETON.
lade negende ure.
faamd! Gluucus ging denzeilidien weg,
11 hij eenige maanden tevoren gegaan
5op den dag der jv-eclitige processie,
«hij voorafgegaan dloor de priesters
ingewijden (het water iter Nijil in die
üjfe vaas had gedragen. Nu was het
Nu wais het nacht. Hij wist niet
hij ide voorkeur gat aan die nach-
stilte." Dien dag, zegeipriatend met
goden door de menigte schre.ed was
Hél zoo snimher en zwaan-, dat hij de
der slavei benijdde. Hoe heu--
hij zich dat gevoel en... zooveefl
s- De "herinneringen van zijn leven om-
01 hem, stapelden zich op, vedpletter-
ham. Do storm daarbuiten woedde
in zijn binnenste. iEn gelijk de gol-
in de verte «de kuist bespeelden, zoo
hflven zich in zijn iziel schaamte >en
fijt, die zijn verleden bedolven.
3 l°en verdiween dat alles en werd
lelijk. Het eenige wezenlijke was het
;nwooindige oogenblik. Hij gevoelde
i Kat Ihij in zijn airmen niet een tweizen
een denkbeeldige godheid ver-
'Jwoordigde, maar iemand, die ge--
«had en beminde die gestorven waa
haat ge.oof en hiaar liefde. Welk
Btraolde er toch uit van die kleine
Het scheen hom toe of zijn vroeger
B!wschaip vernietigd was en liij voor
sLereerst een waardige opdroeg aan
.jachtige God.
^schouwde Suaanna in haar ge-
ëeuwige slaap. Hij verhief haar
met zijn heet priesterlijk gebaar op tot
den God, aan Wien zij zich geofferd had.
Hij begon zijn gewone offergebeden maar
hield telkens op. Zij fcchenen hem on
waardig.
En het licht werd. helderder. Hij droeg
dit offer op voor hem zelf en "voor geheel
.Egypte. Hij droeg het op voor fcijn dwa
ling en voor de misdaad van dat voIk,
wiens woeste,kreten tot hem kwamen dooi
den stormwind. Het leek hem woncteitijik
en ontzettend, het 'land waar {Suaanna
haar getoof had gebracht, en bevochtigd
met haar Koed. En Glaucus peinsde, dat
nog nimmer in het priesterschap), dat hij
'bekleedde een priester geheiligd was door
zulk een offer, een vrijwillig offer aan
t en God, die bemind had fen bemind weid
tot den dood.
O, die laatste woorden van Suzanna.
Hij heihaalde ze telkens, hij wist nu de
diepe waarheid er van. JHij droeg het be
wijs in Eijn armen. Maar was Suzanna
n» dan, waar het mensohelijk verstand
haar niet volgen lan? Sprak zij nu met
haar God, zooals pij hem gezegd' h'ad?
Bad zij dien God voor hom? Wais het. de
tegenwoordigheid van dien God, die hem
zulk leen heilige vreeis inboezemde? Kwam
Ilij waarfüjk tot hem? Ontvoerde zij |iem
aan zich' zelf, aan dit oiude Hand, waar
aan hij met duizend1 banden gehecht was,
als een adelaar, die zijn prooi medevoert.
De hoogepriester had zich zelf wjllen ont
vluchten, niet meer denken, niet meer
villen zien...
Maar het lioht werd helderder In weer
wil van alles. Hij voelde zich vernietigd
in dien ongelijken istrijd. De waarheid ver
konde zich. Er bestond dus een geloof,
daar deze gelukkige maagd nog fejaüg
glimlachte in haar dood'. Er bestond dus
waarlijk eert God-, diaar deze een zwak
schepsel bot zich trok, het ontrukte aen
de betooveiring dor werelld, aan 11e on
zuivere genoegens, aan de teleurstelling en
verwarringen een er ongeregelde begeerte
om hét hp te nemen in Zijn licht, in Zijn
liefde, in Zijn vrede...
Glaucuspeinsde waartoe de afgoden
hem hadden góbivtdht, wat de ongekende
God van haar bad' gemaakt; hij do priesteT
d'eir /leugenachtige Isds. zij de maagde
lijke martelaren van Christus. En een ge-
voél van scihaiamte overweldigde zijn hart,
tranen eiprongen hem in de oogen, de koe
le, hardvochtige hoogepriester schreide.
Hij stond op den drempel van het Griek
sche paleis. Een windstoot scheurde de
wolken vaneen. De hemel was helder en
het blanke lioht der sterren omschenen
hem.
Hij stond stil in heftige gemoedsbewe
ging. Hij durfde niet te spreken tot den
God, voor i\Vien hij zich onwaardig welde,
maar hij boog zich diep, tot het reine ge
laat.
„Ik geloof!" zeide hij.
EINDE.
Het bezoek zijns broeders.
Reeds vroeg in den morgen waren Pater
Garnau en Pu-ling, zijn Chineesche huTS-
knecht, in de weer om het eenvoudige
woonvertrek van den missionaris naer best
yermogen wat op tq knappen. Lakeng en
dekens werden voor den dag gehaald en
over een extra-bed gespreid. Elk© bloem in
het kleine tuintje werd afgeplukt én ge
rangschikt in verschillende kopjes en eene
aarden kan; en in cijn opgewonden ijver
beefde de oude priester zoo erg, dat de bloe
sems gestadig naar beneden dwarrelden en
ten slotte zijn beste kopje aan scherven
viel. Deze kleinigheid kon echter zijne
goede stemming niet verstoren, eene stem
ming, welke onbewust uiting zocht in het
zingen van een oud Fransch liedje, een
liedje uit zijne jeugd. Een voor een werden
de bloemen op tafel weer verzet om plaats
te maken voor eene schaal met heerlijke
vruchten en een trommeltje oud-bakken
koekjes. Voor de vierde maal wijdde hij
toen zijne aandacht aan het bed, om de
dekens nog eens glad te strijken, het kus
sen om te keer en an ten slotte zijn eigen
kussen er onder te duwen, ingeval één
soms te laag mocht zijn.
En hoelang zal uw broeder liier blij
ven? vroeg Pu-ling.
Tot morgenavond! Pater Garneau's
gelaat straalde van blijde verwachting, en
als wilde hij nogmaals genieten van de
coete beteekenis dier woorden, herhaalde
hij zachtjes: Louis zal tót morgenavond
blijven.
Nogal lang, merkte Pu-ling op. Zijn
eigen broers waren groote schavuiten,
waarmee men nog geen tien minuten in
vrede kon leven, en waaraan hij dan ook
weinig genegenheid verspild had.
Lang? Anderhalve dag na vijf-en-der
tig jaar afwezigheid! Ik ben er O. L. Heer
heel dankbaar voor, doch lang is Het niet.
Vijf-en-der tig jaren] Louis moet ook
oud geworden zijn, ofschoon ik het mij
niet goed kan voorstellen; want hij is vier
jaar ouder dan ik. Toen ik wegging was
hij al bijna dertig, een forsch, breedge
schouderd soldaat, Pu-ling, en heel knap
in zijn mooie uniform.
Toen kwam er een droevige trek over het
gelaat vani den» priester. Hij herinnerde
zich hoe zijn broer altijd veel meer groot
ging op zijn kennis, zijn rang en zijn tenue
dan op zijn Geloof. Doch weldra keerde
de blijde stemming terug, want als hi j eens
nadacht had Louis toch ook vele goede
hoedanigheden.
De groote kan met bloemen kreeg een
plaatsje voor een gat in den muur en het
het bed zou voor de vijfde maal verstoord
cijn, als op dat oogenblik zijne aandacht
niet was afgeleid door de aankomst van
twee vreemdelingen. Hij opende ée deur,
en zag hen niet zonder ongerustheid tege
moet.
Pater, riep de een hem tegen, wij
hebben den geheelen morgen geroeid om u
te halen; wij komen van Kansu, waar een
zieke ligt die om u vraagt, want de dokter
heeft gezegd dat hij dood gaat. Wij zijn
met de boot hiér; zullen we op u wach
ten?
Ontsteltenis en teleurstelling teekenden:
zich af op het gelaat van den goeden pries
ter; hij werd doodsbleek en de hand waar
mede hij zich over het voorhoofd streek al
vorens te antwoorden, befefde geweldig.
Naar Kansu! stamelde hij; dat "is zeis
uur heen de man is dan misschien reods
lang dood ©n zes uur terug!
Terwijl hij een oogenblik besluiteloos na
dacht, kwam Pu-ling tusschenbeide.