BUITENLAND. De Oorlog. JAARGANG Nq, 2135 ^eEcicbcli^Soii^omt BUREAU: STEENSCHUUR 15, LEIDEN, Interc. Telefoon 935. - Postbus 6. DIT BLAD VERSCHIJNT ELKEN DAG, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN De ABONNEMENTSPRIJS bedraagt, bij vooruitbetaling, met GRATIS POUS Ongevallen-verzekering tor Leiden II cent per week, fl.45 per kwartaal; bij onze agenten 12 cent per week, 1.60 per irartaal. Franco per post f 1.80 per kwartaaL Het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD is tijdelijk alleen verkrijgbaar tegen betaling van 10 een*- r kwartaal, bij vooruitbetaling. Wonderlijke nummers 5 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 7Va cent MAANDAG 6 NOVEMBER 1916. De ADVEk i tBTlEPRUS bedraagt van 1—5 regels f0.75, elke regel meer 15 cent Ingezonden tnededeeiingen van 1-5 regels fl.50, elke regel meer 30 cent, met gratis bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Grootp letters naar plaatsruimte. Aanvragen om Dienstpersoneel van 1-5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent Aanbiedingen van Dienstpersoneel, Huur- en Verhuur, Koop- en Verkoop (fle8D Handels-Advertentiën) van 1-5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent Polen tot een onafhankelijk konin- verklaard. - Galicië krijgt autono- Een Duitsche onderzeeër verloren pan. - De geallieerde troepen bezetten llerine. Van de oorlogsterreinen. Overzicht. in het West el ij k front gaan. de siischen voort met bij iVaux den vijand verdrijven en hebben het dorp geheel overd, terwijl zij het dorp' Damloup zijn nengedironigen en aldus een deel van voorterrein der vesting" Verdun her- rd hebben. Tusschen Lestroeup en lly-Saillisel brachten cij hun linie eeni- feoodierden meters vooruit en verover- i het grootste deel van het dorp Saillisel. Zuiden van dit dorp namen de Fran- i troepen drie loopgraven en de geheele Bdelijke linie aan den zuidrand van losch St. Pierre Vaast. Zevenb irr gen wordt door den tsehen staf eenig voordeel erkend, waar- nover een overwinning ten Zuiden van Predal-pas door Falkenhayn's troepen rdt gemeld. De verbonden troepen ver- rden eenige hoogten, nanien 1747 Roe- liérs gevangen en acht kanonnen en ilig machinegeweren buit. Italianen hebben hun winjft -op het rstplateau een weinig uitgebreid. 0p Zee. leine Engelsche kruiser in den grond geboord. [fideel wordt uit Berlijn gemeld: en'23sten Oct. heeft een onzer duikboo- toi Westen- van Ierland een kleine [ekbe kruiser met twee schoorsteenen grond geboord. De kruiser was van 1 type. Britsche Admiraliteit deelt mede, dat bericht betrekking heeft op den mijnen- „Genista", welks -teloor gaan reeds 5en Oct. werd bericht. Een onderzeeër verloren gegaan. (fideel wordt uit Berlijn gemeTd: Den r Nov. '«avonds is de ondea-zeeër ,,U inden mist ten noorden van Rooibjeng kust van "Wetet-Jutland! vaE/tgelc©1- I. Al'e pogingen (van ohmidideTlijik te lp geroapen torpedidbooten ora het schip j te krijgen bleven vruchteloos en wij si het daarom den 5den Nov. 's namid- pin de lucflit vliegen, nadat de beman- jdoor de torpedoibooten aan boord was ooien. Mijnen in de Aalandszee. blgens een mededeeling aan de Zweed autoriteiten is dwor Rusland bevel !ven tot het leggen van een nieuw snveld in de ÜLaflandzee- aan de .Zweed- territoria."e grens tusschen 59 gr. 40 N.B. en 59 gr. 52 Tuin. N.B. De duikboot- en mijnoorlog. Het Engelsche s.s. „Spero" is in den grond, geboord; de bemanning is gered. (Lloyd's register geeft twee Engelsche s.s. van dezen, naam, beide van ruim 1100 ton. Red.) De Noorsche stoomschepen „Thor" (4739 ton) en „Iyanhoe" (1136 ton) zijn in deni grond geboord. De „Benlingsike Tidende" verneemt uit StocMiolmj dat het stoomschip „Riun- hild", door op een mijn te iboopen, is ge zonken. Volgens een bericht van een blad heeft gisterochtend de „U 56" te Lamviik in het Tan-afjord 16 man aan wal gezet die afkomstig waren van het stoomschip „Ivanhoe" uit Trondjlhem. Dit stoomschip is twee dagen geleden op 40 zeemijlen ten Oosten van Vardd in den grond geboord* Het sohip voer met gezaagd hout* naar Engeland. Duitschland. Het proces tegen Liebknecht, Het hoog, militair gerechtshof heeft Za terdag het hooger beroep van Liebknecht tegén .zijn veroordeeling verworpen. De verdaging van eten Rijksdag. Na het sluiten der debatten over de voe- dingsquaestie, waarbij weliswaar alle spre kers een reeks bezwaren opperden, maar er toch eenstemmig den nadruk op leg den, dat de hoop van Duitschland's vijan den. om Duitschland uit te hongeren, niet verwezenlijkt zou worden, las de plaats vervanger van den Rijkskanselier, Helffe-, rich, het Keizerlijk besluit voor betreffen de de verdaging van den Rijksdag tot 13 Februari 1917. De president, Kampf, betoogde in zijn slotrede het volgende: „Wij naderen het sluiten eh het verdagen. De werkzaam heden hadden het algemeen welzijn, ten doel, in de vaste overtuiging en. het on wankelbaar vertrouwen, dat Duitschland, te zamen met zijn trouwe bondgenooten tegen alle verplichtingen zal zijn opge wassen, welke deze onvergelijkelijke oorlog ons militair, economisch en financieel op legt. De plannen der vijanden zijn mislukt en zullen ook verder schipbreuk lijden op het bewustzijn hoeveel geweldigs het Duitsche volk tot nu toe praesteerde en tot welke groote praestaties het voortaan nog in staat zal cijn. Den Keizer, het Rijk, het Duitsche volk, het Duitsche volksleger van het opperste legerbestuur tot den landstormman, zon der onderscheid, geldt, in het oogenblik waarop onze werkzaamheden worden be sloten, onze warme, dankbare hulde (Bravo!) Gód behoede het vaderland." (Levendige bi j valsbetuigingen) Met een „Hoch" op den Keizer, het Volk en het Vaderland werd de zitting gesloten. Oostenrijk-Hongarije. Vijfde Oostenrijksclie ósrlogs'eenïng. Het „Fremdenblatt" bericht: Zaterdag is onder voorzitterschap van baron Schuster, gouverneur van het departement der post spaarbank, een zitting gehouden van het voltallig consortium voor financier'e siaatstranaacties in Oostenrijk,, waarin de uitgifte van een vijfde Oostenrijksche oor- Jiogs'.eening is behandeld. Een zelfstandig Galicië. De „Wion^r Zeiiung" van 5 Nov. bevat bet vodgtendie eigenhandig .schrijven Van keizer Frans Joizef aian den minister-presi dent von Körber: „Waande dr. von Körbei, Krachtens de overeenkomst, die ik heb aangegaan met Z. M. den Duitsohen kei zer zaü uit de -landstreken van het Pool- sr.he gebied, diat onze dappere legers aan de Russische heerschappij hebben pntrukt, een zelfstandige staat, on den? een erfelijke monarchie en constitutioneelen regeerings- venm, worden gesobapen Dit herinnert mij met bewogen gemoed aan de* vele be- <\ijizen van aanfhanke/lijiklheid en trouw;» die ik gedurende mijn regeering heb on dervonden van het land Galicië, benevens aan de groote en ftware toïfens, wefJke dit land in den huidigen oorlóg, blootgesteld als het is aan de?i heftigen aanval van den vijand, brengt in het belang van de zegerijke verdediging van de oostelijke grenzen van ons land, welke offers het land voortdurende aanspraken verzekeren op mijn innigste vaderlijke Eor:g. Derhalve is 'het mijn wil, op hetzelfde oogenblik hu de nieuwe staat geboren wordt, hand in hand met deze ontwikkeling ook aan het Jand Galicië het reoht te verleenen, zijn aangelegenheden binnen bet volle raam van hetgeen in verhand staat met fcijn saamihoorigiheid tot het staatkundig ge heel der monarchie en tot haar bloei, zeUf te regelen en daarmede d© bevolking haar national en economische ontplooiing te waarborgen. Terwijl ik u van dit mijn voornemen in kennis fctel, llraag ik u op, de voortstellen van de wettige verwezenlij king van dit plan uit te werken en ze mij voor te -leggen." Engeland. Ontploffing in een Engetsche munitie fabriek. ZaterdagdcMehd hèert v=èn ontploffing in een munitierfiabrick pfiiaats gehad', waar bij één persoon is gedood en vier zijn go- wond. Waar deze ontploffing heeft p'aais ge-- had, wordt niet gemeld. Griekenland. De begrafenis van de slachtoffers der „Ankheliki". Uit Athene wordt geseind: Aan de be grafenis van de slachtoffers der „Angfhe- liki" nam een ontzaglijke menigte deel. De artbei-derdklaisse van Athene en den Pirëus was in den stoet vertegenwoordigd met 33 banieren van vereenigingem. A dim i raai Dartige woonde de plechtig heid bij en werd toegejuicht. Na de Mis hieHd de secretarisHgener-aial van tien I&ond van ar beid ersve r een iigin- gen een toets/praak, waarin hij de bar- baarschheid der Duitsohers aan de kaak stelde. Tot ülrie malen toe antwoord/die de menigte met een vervloeking aan het adres der DuitscherS, aldus meddt „Ha- yas". Do getorpedeerde Grieksche schepen. Admiraal Dartige beeft aan de Griek sche regeering medegedeeld, dat uit het onderzoek geibteken ie, dat de „Angheliki" en de „Kiki Issaia" door bein JDuitachen onderzeeër zijn getorpedeerd. Deze mede deeling heeft groote opgewon-deniheid ver oorzaakt. De Duitsche legatie te Athene wordt door militairen bewaakt. De Duitsche onderzeeërs. Admiraal Fournet verzocilit toestemming v-an de regeering om een fLottilje lichte schepen, -die de Fransdie vlag voeren zou en met Fransche zeelieden zoude bemand worden, te gebruiken ter bescherming te gen Duitsche onderzeeërs. Een Zaterdag ochtend onder voorzitterschap van den Koning gehouden ministerraad besliste, diat het verzoek van den admiraal onaan nemelijk was, daar het gelijk zou staan met een opgeven van de neutraliteit. De strijd om Ekaterinl. De „Observer" Verneemt uit Athene, d.d. 3 November, dat het Griek&ohe leger voor F.katerini staat en den strijd met de IVeni- zelisten begonnen heeft. Nader wordt gemeld dat de troepen der geallieerden Ekaterina hebben bezet, ten- eind b&oedtvergieten tusschen de aanhan gers van Venizelos en de troepen der Grieksche regeering le verhoeden. Noorwegen. Noorwegen en Duitschland. Naar verluidt is de Noorsche nota van antwoord gisteravond aan den Duitsohen gezant te Ohri-stiania ter hand gesteld Polen. Polen tot zelfstandig koninkrijk verklaard. Gisteren is het volgende manifest door generaal von Reseller, den gouverneur-ge neraal ran Warschau, uitgevaardigd: Aan de bewoners van het gotuvernement- generaa-1 Warschau! Z. M. de Duitsche Keizer, Z. M. de Kei zer van Oostenrijk ien Koning van Honga rije, vast- vertrouwend op de uiteindelijke overwinning hunner wapenen en bezield door den wemscfo, den -door hun dappere legers met zware offers nan de Russische heerschappij ontrukten Poolschen gebie den een gelukkige toekomst te bereiden, zijn overeengekomen uit deze gebieden een .zelfstandigen staat met een erfelijke monarchie en een constitutioneele wetge ving le vormen. De nadere bepaling der grenzen van het koninkrijk Polen, blijft voorbehouden. Het nieuwe koninkrijk bal in aanfluiting bij de beide verbonden mogendheden de waarborgen vinden, die het voor de vrije ontwikkeling Eijner krachten behoeft. In een eigen leger zullen de roemrijke over leveringen der Poolsdhe 'legers van eer tijds en 'de herinnering aaii de dappere Poolsche medestrijders in den huldigen groeten oorloig voortleven. Do organisatie, africhting en leiding van het Poolsche le ger zal in -gemeenschappelijk Overleg wor den geregeld. De verbonden monarchen,Me noodige rekening houdende met de aligemeene po litieke toestanden in Europa en de wel vaart len veiligheid van hun eigen lan den en vo.ken, koesteren het vertrouwen dat zich thans de wenschen naar staat kundige en nationale Ontwikkeling van l:et koninkrijk Pollen zullen vervulden. De groote, Westelijke buurtetaten van het koninkrijk Polen au Won echter den vrijen en gelukkigen staat aan hun Oost grens, die» zich over zijn nationally leven verheugt, met vreugde opnieuw zien ont staan en tot bloei komen. Op hoog bevel van Z. M. den Duitschen Keizer: de gouverneur-generaal. Een manifest van denzelfden inhoud is bekend' gemaakt door den Ooetenrijksch- Ilongaarschen gouverneur-generaal lo Lublin. In een zeer uitvoerig verslag van de plech tige proclamatie van het koninkrijk Polen te Warschau deelt het „Wolffbureau" me de, dat de gouverneur-generaal Von Bese ier voor de officieele feestelijkheid in zijn woning vertegenwoordigers ontving van- de Duitsche en Poolsche pers, alsmede de in Warschau aanwezige leden der neutra le pers. Von Beseier wees in een toespraak op de geschiedkundige bèteekenis van de zen dag en uitte zijn vreugde over de re geling van de quaestie, welke reeds meer dan honderd jaren Europa gekweld heeft. Wanneer de vijanden van Duitschland mochten zeggen dat de Duitschers op '6 oogenblik meer soldaten noodig hebben, wilde spr. opmerken, dat dit bijzaak is, ofschoon Polen steeds een oud soldaten- land is geweest. De hoofdzaak is voor Duitschland de groote politieke gebeurte nis, welke Oost-Europa in 'n geheel andere verhouding zal brengen voor de Duitschland uit het Oosten bedreigende mogendheden. Het optreden van Duitschland en Oosten rijk-Hongarije zal niet alleen Polen ten goede komen, merkte Von Beseier op, maar de geheele wereld een voorbeeld leveren, dat uit Duitschland de kleine naties on derdrukt, en dat ook Duitschland genegen is om in vrede die wereld op een goeden en vasten grondslag te plaatsen. Aan het verslag onitleenen wij hier en kel de rede, waarin dr. Brudcyruski den dank van Polen betuigde. „Wij ontvangen zeide hij deze plech tige mededeeling van de beide verbonden heerschers, waardoor onze nooit verjaar de rechten op een onafhankelijk, politiek bestaan erkend en bevestigd worden, in de vaste overtuiging dat de inhoud daar van uit oprechte welwillendheid voortge komen is en doelbewust verwezenlijkt zal worden. De beste waarborg van deze verwezen lijking zouden wij zien in het uitroepen van een regent, als symbool van den Pool- schen Staat alsmede vam een voorloopigen Staatsraad, tot het oogenblik, waarop d© koning van Polen aan het hoota zal tre den van een definitief georganiseer den Poolschen Slaat. Wij zijn ervan overtuigd dat de gemeen schappelijk© politieke belangen, welke de Midden-Europoesche mogendheden en het Koninkrijk Polen verbinden aan de beste vriendschappelijke nabuurbetrekkingen ten grondslag zullen liggen en dat voor alle onderdanen van onzen staat gunstige voor waarden geschapen zullen worden voor de ontwikkeling van ons nationale leven. Hierna verzocht dr. Brudzinsky den gou verneur den dank van Polen over te bren- -gen aan de beide edelmoedige heerschers en besloot hij met de woorden: „Lang leve een vrij en onafhankelijk Polen!" Naar het „Wolffbureau" meldt hadden ook te Lemberg des avonds geestdriftige, feestelijke betoogingen plaats, terwijl de vlaggen waren uitgestoken. FEUILLETON. lade negende ure. faamd! Gluucus ging denzeilidien weg, 11 hij eenige maanden tevoren gegaan 5op den dag der jv-eclitige processie, «hij voorafgegaan dloor de priesters ingewijden (het water iter Nijil in die üjfe vaas had gedragen. Nu was het Nu wais het nacht. Hij wist niet hij ide voorkeur gat aan die nach- stilte." Dien dag, zegeipriatend met goden door de menigte schre.ed was Hél zoo snimher en zwaan-, dat hij de der slavei benijdde. Hoe heu-- hij zich dat gevoel en... zooveefl s- De "herinneringen van zijn leven om- 01 hem, stapelden zich op, vedpletter- ham. Do storm daarbuiten woedde in zijn binnenste. iEn gelijk de gol- in de verte «de kuist bespeelden, zoo hflven zich in zijn iziel schaamte >en fijt, die zijn verleden bedolven. 3 l°en verdiween dat alles en werd lelijk. Het eenige wezenlijke was het ;nwooindige oogenblik. Hij gevoelde i Kat Ihij in zijn airmen niet een tweizen een denkbeeldige godheid ver- 'Jwoordigde, maar iemand, die ge-- «had en beminde die gestorven waa haat ge.oof en hiaar liefde. Welk Btraolde er toch uit van die kleine Het scheen hom toe of zijn vroeger B!wschaip vernietigd was en liij voor sLereerst een waardige opdroeg aan .jachtige God. ^schouwde Suaanna in haar ge- ëeuwige slaap. Hij verhief haar met zijn heet priesterlijk gebaar op tot den God, aan Wien zij zich geofferd had. Hij begon zijn gewone offergebeden maar hield telkens op. Zij fcchenen hem on waardig. En het licht werd. helderder. Hij droeg dit offer op voor hem zelf en "voor geheel .Egypte. Hij droeg het op voor fcijn dwa ling en voor de misdaad van dat voIk, wiens woeste,kreten tot hem kwamen dooi den stormwind. Het leek hem woncteitijik en ontzettend, het 'land waar {Suaanna haar getoof had gebracht, en bevochtigd met haar Koed. En Glaucus peinsde, dat nog nimmer in het priesterschap), dat hij 'bekleedde een priester geheiligd was door zulk een offer, een vrijwillig offer aan t en God, die bemind had fen bemind weid tot den dood. O, die laatste woorden van Suzanna. Hij heihaalde ze telkens, hij wist nu de diepe waarheid er van. JHij droeg het be wijs in Eijn armen. Maar was Suzanna n» dan, waar het mensohelijk verstand haar niet volgen lan? Sprak zij nu met haar God, zooals pij hem gezegd' h'ad? Bad zij dien God voor hom? Wais het. de tegenwoordigheid van dien God, die hem zulk leen heilige vreeis inboezemde? Kwam Ilij waarfüjk tot hem? Ontvoerde zij |iem aan zich' zelf, aan dit oiude Hand, waar aan hij met duizend1 banden gehecht was, als een adelaar, die zijn prooi medevoert. De hoogepriester had zich zelf wjllen ont vluchten, niet meer denken, niet meer villen zien... Maar het lioht werd helderder In weer wil van alles. Hij voelde zich vernietigd in dien ongelijken istrijd. De waarheid ver konde zich. Er bestond dus een geloof, daar deze gelukkige maagd nog fejaüg glimlachte in haar dood'. Er bestond dus waarlijk eert God-, diaar deze een zwak schepsel bot zich trok, het ontrukte aen de betooveiring dor werelld, aan 11e on zuivere genoegens, aan de teleurstelling en verwarringen een er ongeregelde begeerte om hét hp te nemen in Zijn licht, in Zijn liefde, in Zijn vrede... Glaucuspeinsde waartoe de afgoden hem hadden góbivtdht, wat de ongekende God van haar bad' gemaakt; hij do priesteT d'eir /leugenachtige Isds. zij de maagde lijke martelaren van Christus. En een ge- voél van scihaiamte overweldigde zijn hart, tranen eiprongen hem in de oogen, de koe le, hardvochtige hoogepriester schreide. Hij stond op den drempel van het Griek sche paleis. Een windstoot scheurde de wolken vaneen. De hemel was helder en het blanke lioht der sterren omschenen hem. Hij stond stil in heftige gemoedsbewe ging. Hij durfde niet te spreken tot den God, voor i\Vien hij zich onwaardig welde, maar hij boog zich diep, tot het reine ge laat. „Ik geloof!" zeide hij. EINDE. Het bezoek zijns broeders. Reeds vroeg in den morgen waren Pater Garnau en Pu-ling, zijn Chineesche huTS- knecht, in de weer om het eenvoudige woonvertrek van den missionaris naer best yermogen wat op tq knappen. Lakeng en dekens werden voor den dag gehaald en over een extra-bed gespreid. Elk© bloem in het kleine tuintje werd afgeplukt én ge rangschikt in verschillende kopjes en eene aarden kan; en in cijn opgewonden ijver beefde de oude priester zoo erg, dat de bloe sems gestadig naar beneden dwarrelden en ten slotte zijn beste kopje aan scherven viel. Deze kleinigheid kon echter zijne goede stemming niet verstoren, eene stem ming, welke onbewust uiting zocht in het zingen van een oud Fransch liedje, een liedje uit zijne jeugd. Een voor een werden de bloemen op tafel weer verzet om plaats te maken voor eene schaal met heerlijke vruchten en een trommeltje oud-bakken koekjes. Voor de vierde maal wijdde hij toen zijne aandacht aan het bed, om de dekens nog eens glad te strijken, het kus sen om te keer en an ten slotte zijn eigen kussen er onder te duwen, ingeval één soms te laag mocht zijn. En hoelang zal uw broeder liier blij ven? vroeg Pu-ling. Tot morgenavond! Pater Garneau's gelaat straalde van blijde verwachting, en als wilde hij nogmaals genieten van de coete beteekenis dier woorden, herhaalde hij zachtjes: Louis zal tót morgenavond blijven. Nogal lang, merkte Pu-ling op. Zijn eigen broers waren groote schavuiten, waarmee men nog geen tien minuten in vrede kon leven, en waaraan hij dan ook weinig genegenheid verspild had. Lang? Anderhalve dag na vijf-en-der tig jaar afwezigheid! Ik ben er O. L. Heer heel dankbaar voor, doch lang is Het niet. Vijf-en-der tig jaren] Louis moet ook oud geworden zijn, ofschoon ik het mij niet goed kan voorstellen; want hij is vier jaar ouder dan ik. Toen ik wegging was hij al bijna dertig, een forsch, breedge schouderd soldaat, Pu-ling, en heel knap in zijn mooie uniform. Toen kwam er een droevige trek over het gelaat vani den» priester. Hij herinnerde zich hoe zijn broer altijd veel meer groot ging op zijn kennis, zijn rang en zijn tenue dan op zijn Geloof. Doch weldra keerde de blijde stemming terug, want als hi j eens nadacht had Louis toch ook vele goede hoedanigheden. De groote kan met bloemen kreeg een plaatsje voor een gat in den muur en het het bed zou voor de vijfde maal verstoord cijn, als op dat oogenblik zijne aandacht niet was afgeleid door de aankomst van twee vreemdelingen. Hij opende ée deur, en zag hen niet zonder ongerustheid tege moet. Pater, riep de een hem tegen, wij hebben den geheelen morgen geroeid om u te halen; wij komen van Kansu, waar een zieke ligt die om u vraagt, want de dokter heeft gezegd dat hij dood gaat. Wij zijn met de boot hiér; zullen we op u wach ten? Ontsteltenis en teleurstelling teekenden: zich af op het gelaat van den goeden pries ter; hij werd doodsbleek en de hand waar mede hij zich over het voorhoofd streek al vorens te antwoorden, befefde geweldig. Naar Kansu! stamelde hij; dat "is zeis uur heen de man is dan misschien reods lang dood ©n zes uur terug! Terwijl hij een oogenblik besluiteloos na dacht, kwam Pu-ling tusschenbeide.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1916 | | pagina 1