2 BUITENLAND. De Oorlog. 2023 BUREAU:STEENSCHUUR 15, LEIDEN. Interc. Tilefaon 935. - Postbus 6. DfT BLAD VERSCHIJNT ELKEN DAG, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN De ABONNEMENTSPRIJS bedraagt, bij vooruitbetaling, met GRATIS POLIS Ongevallen-verzekering voor Leiden II cent per week, fl.45 per kwartaal; bij onze agenten 12 cent per week, f 1.60 per kwartaal. Franco per post f 1.80 per kwartaal Het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD is tijdelijk alleen verkrijgbaar tegen betaling van 10 cent p«r kwartaal, bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 7Vs een VRIJDAG JUNI 1916. De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van 1-5 rBgel3 f0.75, elke roge! moer 15 cant Ingezonden mededeelingen van 1-5 regels f1.50, eik» regel meer 30 cent, met gratis bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Groote lettors naar plaatsruimte. Aanvragen om Dienstpersoneel van 1-5 regels 50 cent, ledero regel meer 10 cent Aanbiedingen van Dienstpersoneel, Huur- en Verhuur, Koop- en Verkoop (geen Handels-Advertentiën) van 1-5 regels 25 cent, iedere regel moer 5 cent De verkiezingen voor de Prov. Staten. De beteekenis der Eerste Kamer, Wij hebben in ons vorig nummer, naar we vertrouwen, duidelijk uiteengezet, dat de groote beteekenis der verkiezingen voor de Provinciale Staten vooral hierin is gelegen, dat zij de leden der Eerste a in e r kiezen. Maar is de Eerste Kamer zelf dan wel too belangrijk? In het bekende rapport over het kies- rechtvraagstuk, uitgebracht aan den Bond ian R. K. Kiesvereenigingen, vinden wij de beteekenis der Eerste Kamer o. m. in volgende kernachtige woorden aange- en: Houdt men alleen de Tweede Ka mer als volksvertegenwoordiging in het leven, dan is. het gevaar niet te onder schatten, dat enkel politieke of partijmee- ningen de grondslagen zijn, waarop de .wetten rusten en naar welke de regeering wordt uitgeoefend, terwijl wellicht het wa re volksbelang daarin wordt terugge drukt. Een Eerste Kamer, zooals die bij bestaat, is een noodzakelijk en daarom niet genoeg te w a a-r deeren t e g e n> g ^fwi i' c h t te gen voor de gemeenschap noodlottige par tij- of andere politieke buitensporigheden. Gasanctionneerd door een hoogerhuis er langen de wetten verhoogd moreel effect. Gecontroleerd door hetzelve zullen de ver. antwoordelijke regeeringspersonen, de mi. nis te i's, .zich hoeden voor partijdigheid en misbruik van macht." Welnu, kiezers, de a. s. Statenverkie- lingen gaat er voor ons in hoofdzaak om, in een zoo belangrijk regeeringslichaam, als de Eerste Kamer is, derechtsch e, de christel ij ke partijen de meerder heid te laten behoudenl Laten we d/it toch wel helder inzien: Een linksche Tweede Kamer kan zooveel ant<- clericale, anti-christelijke wetten aannemen als ze wil, als de Eerste Kamer rechtsch blijft,- bereiken deze nooit het Staatsblad worden ze nooit wet. Daartegenover: Zou Eerste Kamer óók linksch worden, dan zou de linkerpartij, waarin de so ciaal-democraten den baas spelen, allee te zeggen krijgen; dan zou er b.v. zeker niets terecht komen van de Uitvoering -van Talma's volle dig stel sociale verzek e rin g a wetten! Kiezers, gij heg-rijpt nu ten volle, welk een ontzaglijken invloed de uitslag der ver kiezingen voor de Provinciale Staten kan hebben. - Vervult daarom zelf uw stemplicht, maar weest ook propagandist voor de candklaten der rechtsch© partijen. Toont u man van beginselen! Zeeslag bij het Skagerak. - Oosten- rijksche successen aan het Italiaansche front. - De bewapening van Amerika. -• Vredesklanken in het Engelsche Lagerhuis. Van de oorlogsterreinen. Overzicht Bii Verdun is de strijd, nog geenszins in 'hevc'igüneLd vermlinderid. Eergisteren sche nen de Laatste dagen van dien Mort Hoimme te zijtn eeteüd. Het Duitsdhe H'egebanidht had roods mierLaxedeo'.d. dat de Dubtsdhers od 30 Mei die Fransche s/te/ïiingen. tuissclhen den Zuidelijken top vian den Moirt Hoonme en heit dioniD Oumières h/adiden veroverd. Het begon er nu Jcolijk voor de F-ramschen uit te men. die zrldh, nu de Mort Homme wel haast an zijn geheel venwerd bleek, moeilijk op heuvel 304 zouden kunnen handhaven, daar deze dan dJLrect in de flank aan dien Duitschen aanv.al zou zijn blootgesteld. Thans iis de toestand vooa* de Franschen eer.ijgseins verbeterd' door een tweetal aamvarien, diie zij hebben on dernomen, een ten Z.W. efn een ten Z.O. van den Mort Hoimme. Hrierbij behaalden de Franscheni eenitr ivoor deel', dat in het Duitsche leige-rbericht van 1 Junii wordt toereceven. De tencechwtinst der Fran schen zou een breedte van 400 M. bedra gen; zij zouden 250 gevangenen hebben cemaakt en zeven machinegeweren ver overd. Het eerste gedeelte van het Oosten/rijk- sclie offensief in Zuid-T/irol' ils thans afge floten met den val dar beide Italiaansche vestingen AeiLaigio en Arsleno, die door de troepen van Aartshertig Eugenius zijn veroverd. De ten Noorden van Asiijgo naar het Ojpsf/en oorukkenide -OostenrijlkiScQie troenen bereikten het erehncht Mandriele en overschreden den straatweg, terwijl ten Oosten, van ArsLero de Monte Gengio ton Zuóden «van Cava en Tresche, werd veroverd. Op Zee. Zeeslag bij het Skagerak. Officieel wordt uit Berlijn gemeld: De Duitsche vloot kwam den 31sten Mei in ge vecht met het aanzienlijk sterkere grootste deel van de Engelsche vloot, 's Middags en 's nachts ontwikkelde zich tusschen het Skagerak en Horns-lif (ter hoogte van Blaavands-hoek, op de Zuidwestkust van Denemarken) een reeks zware, voor ons succesvolle gevechten. Wij vernietigden, voorzoovec ons bekend is, het groote slag schip „Warspite", de slagkruisers Queen Mary" en de Indefatigable", twee pant serkruisers, blijkbaar van de Acbilles- klasse, een kleinen kruiser, de nieuwe torpedo-vernielers „Turbulent", „Nes tor" en „Alcastar", een groot aantal ande re torpedoboot-vernielers en een onderzee boot. Nog een aantal Engelsche slagsche pen heeft zware averij. Zoo as het groote slagschip „Marlborough,' door een torpedo getroffen. Aan onzen kant zijn de kleine kruiser „Wiesbaden" en het slagschip „Pommern" door den vijand in den grond geboord. Het lot van de pantserdekikruiser „Frauenlob" en van enkele torpedobooten is tot dusver nog onbekend. De Duitsche vloot is gisteren in onze haven binnengeloopen. (De „Pommern" was een linieschip, in 1905 van stapel geloopen en mat 13,200 ton; de benanning bestond uit 743 koppen. De „Wiesbaden" komt in het Tasschen- buch der Kriegsflotten. van 1914/15 nog niet voor. De „Frauenlob" was een pantserdek- krudser, in 1902 van stapel geloopen; hij mat 2700 ton; de bemanning bestond uit 281 koppen. De „Warspite'' vras een linieschip, in 1913 van stapel geloopen en mat 28,500 ton. De „Queen Mary", in 1912 van stapel ge loopen, bestond uit een gepantserde kruiser van 30,000 ton; de bemaiming be stond uit 1020 koppen. De „Indefatigable" in 1909 van stapel geloopen, mat 19,050 ton; de bemanning bestond uit 760 koppen. De Achillesklasse telt 4 gepantserde krui sers van 13,750 ton; ze zijn in 1905 te wa ter gelaten; de bemanning telt 704 koppen. Over de „Turbulent", „Nestor" en „Al castar*" hebben wij geen opgave kunnen vinden. De „Marlborough", die getorpedeerd heet is een linieschip van 28,000 ton, in 1912 te water gelaten.) Tegenspraak. Van Engellistihe zijde wordt het bericht versDiieiiid. diat de Duitsche 'stooansc/hepien „Peru", „HeJbe" en „Worms" itn, de Oost zee in den gr-otnid zijn geboord. Het bureau Wolff is semadhtiisd tot d>e veoikLaning, dat dit bericht een verzinsel is. België. Briefwisseling met België. De Duitsche post administratie in België heeft thans oiok .de briefwisseling met Spanje weder ingesteld. Toegestaan is zij voor Ajntweroen,. Brussel, Hasselt, I.uik, Turnhout en Verviers, de voorstedien en de naburige pCiaatsjes meegerekend, verder vnoit* Leuven en Bok onraad. In het Ver keer met Spanje is de Duitsche, Vlaam- sche, Nedeivaiudsche, Spasunscibe en Fran- sche taal geoorloofd. Frankrijk. Uitvaart van generaal Gallienr. De begrafenis van generaal Galliém (heeft igijsteren bij /prachtig weder plaats gehad.'De uliit/vaiairt droeig eon gnootsch en plechtig 'karakter. De miarister van oorlog ae/Lde in zijn rede o. m., dat die regeering reeds bij het uit breken van den oorlog generaal Ga.lliénS had gdkozen om mochten de omstan digheden heit noodiig maken Joffre op to volgen. In die (dasierder. waarmede Joffre dein dooid van eeneraiaH Ga/Hiérn ter kennós van de troepen gebracht iheeft. zegt hij: Gail- liéni, di'e afjle ölgenscihaopen van een led der had, Os in zijn «lange, schitterende loopp baan .een estr voor het ilan-d geweest. Op het oogenb'ük. waarop de vi j-and de hoofd stad bedirerigde, heeft GaMILéni blijk gege- ven de hoogste miilitaire crgensdhaippen te bezittén bii de voorbereiding en de uit voering van de beweging der troepen, dBe ondetr ziin belvelen stonden om hen te La ten rleeï nemen aan den a'g erne enen s'.ag. Als minister heeft 'Galliéni met ki*acht zijin eigenschappen tot organiisee- ren gebruikt, die slechts zijn ziekte beeft kunnen bi-eken. De herinnering man Gatl- lférfi, als een van de beste dienaren vian rijn land; zal ons al'len bijblijven. Engeland. Uitgestelde vakantiedagen. Minister Asquith heeft in het Lagerhuis het uitstel van de Pinkstervacantie mee gedeeld. Hij zei'de, dat de regeering reke ning had gehouden met de op 't oogenblik bestaande uiterst dringende behoefte aan een voortdurend toenemenden aanvoer van munitie en tot de slotsom was geko men, dat het in het belang van den lande noodzakelijk is, om in de munitienijver- liedd alle vacantiedagen, zoowel de alge meen© Pinkstervacantie als bizondere plaatselijke vacantiedagen, - uit te stellen tot na het eind van Juli. Het uitstel heeft betrekking op de va- cantio op de regeeringswerven en in de re- geeringsfabrieken en andere .munitiefa brieken onder staatsbeheer. Daar de behoefte aan uitstel is ontstaan door de behoefte aan munitie, is dei* re dering krachtig de wenschelijkhead on der het oog gebrAcht, dat, teneinde het uitstel in de munitiefabrieken en op de werven ten volle tot zijn recht te doen ko men, dit uitstel zoo algemeen mogelijk zij. De banken stemmen hiermede dn. Vredesklanken. In het Lagerhuis wees het lid Markham op de verklaring van den Dudtschen rijks kanselier in diiens nota aan de Ver. Staten, dat Duitschland in de jongste twee maan den tweemaal aan de wereld heeft medege deeld, dat het bereid is vrede te sluiten op zoodanxgen grondslag, dat zijn levensbe langen worden beschermd en dat het Duitschlands schuld niet is, wanneer de vrede aan Europa wordt onthouden. Hij vroeg Asquith--of de geallieerden bereid zouden zijn gebruik te maken van de dien sten van een neutralen staat ten einde aan Duitschland besliste voorwaarden me de te deelen, waarop zij vrede zouden wil len sluiten, mits Duitschland op dezelfde wijze en dënzelfden tijd aan de geallieerden mededeeling zou willen doen van de defi- liitieve voorwaarde®, waarop het vrede wil sluiten. Asquith antwoordde, dat minister Grey reeds een verklaring omtrent den vrede had gepubliceerd. En, zoo .zeide hij verder, de rijkskanselier heeft in zijn verklaring niets gezegd, waaruit valt op te maken, dat Duitschland bereid 'is vredesvoorwaar den in overweging te nemen, door welke de belangen der geallieerden en de toe komstige vrede van Europa verzekerd wor- depi. De eerste min'ister verklaarde wij ders, dat hij van meaning was, dat het geen nut had, wanneer hij aan de rede, die Grey in de vorige week had gehouden, nog iets toevoegde. Inventarisatie van wol en wolproducten. De militaire autoriteit heeft de inventa risatie gelast van alle wol en wolpi*oduc- ten in het Vereen'igd Koninkrijk. Zij, die voorraden in hun bezit hebben, zullen daarvan opgave moeten doen vóór 6 Juni. De lersche quasstie. De parlementaire medewerker van de „Glasgow Herald" zfcgit, dat er overeen stemming is verkregen tusschen de par tijen over de lersche quaestie op den grondslag van een parlement voor het na tionalistisch Ierlaivd met uitsluiting van Ulster of althans het grootste gedeelte daarvan. De schrijver voegt hierbij dat in een vergadering van de leiders der beide lersche partijen gisteren de discussie in zeer verzoenenden geest werd gevoerd.. De nationalisten en de mannen van Ulster schudden elkaar na afloop der vergade ring hartelijk de hand. Van het Vaticaan. Hervatting .van het Vatfcaansch Concilie? Door Italiaansche en Fransche bladen werd onlangs het bericht verspreid, dat de LI. Stoel het plan gevormd had, bij het sluiten van den vrede tusschen de oorlog voerende staten, de hervatting van het op 20 October 187D verdaagde algemeetfe Va- ticaansche Concilie uit te schrijven. De „Untita Cattolii/ca" van 28 April 1.1, ontving hieromtrent een correspondentie uit Rome van den volgenden inhoud: „Uit plicht tegenover de geschiedenis van den dag maken wij er melding van, dat enkele bladen en agentschappen van een hervatting van het oecumenische Con cilie en de verkondiging der Ten-hemel-op- neming als dogma na het einde van den oorlog spreken. Wat de definitie der Ten- hemel-opnemiing als dogma betreft, brengt de „Croix van Parijs uit een Italiaansch tijdschrift daarover berichten en publi ceert de verzekeringen, diie een Italiaansch priester van den H. Vader ontvangen heeft. Daar 't hier documenten van zoo groote beteekenis en betreffende zulke teere za ken geldt, wachten wij af, tot deze berich ten van gezaghebbende zijden bevestigd worden." De „Petrus-Blütter" publiceeren naar aanleiding hiervan nog eens den tekst .van het decreet van Paus Pius IX z.g. van 20 October 1870, waarbij het Vaticaansch Con cilie werd verdaagd. De Paus zegt daarin „dat de plotselinge, kerkroovende inval in deze heilige stad, Onzen zetel, en in de overige aan Onze we reldlijke heerschappij ondergeschikte ge- biedsdèelen, eene gewelddaad, waardoor alle wettigheid ten spijt met ongelooflijke trouweloosheid en onbeschaamdheid de onstrijdbare rechten van Onze vorstelijke heerschappij en van die van den H. Stoel geschonden zijn, Ons «in zulk een toestand heeft gébracht, dat Wij volgens de toela ting van God, in overeenstemming met Zijn onnaspeurbaar raadsbesluit, ons vol komen bevinden onder vijandelijke heer schappij en macht." Verder verklaart de Paus, „in het be wustzijn, dat Wij onder deze betreurens waardige omstandigheden in de vrije en onverminderde uitoefeniing der door God ons toevertrouwde hoogste autoriteit dik wijls belemmerd zijn", liet Concilie ver daagd tot een meer geschikten en gunsti ger tijd, die door den H. Stoel zal worden aangewezen. Vereenigde Staten. De bewapening van Amerika. Het Huis van afgevaardigden, dat het acnta/l duikbooten, voorzien dn de vkot- wet uitbreiidid1© van twintig tot vijftig, Leeft ooik het oredi' et voor het mailt aire v leswezen uiteebreid >van twee tot drie en een half niatllioen dollar. Ilet Hues heeft voorts zijn goedkeuring gdheciht arn een crodi'iet van e'.f miêüioen bescihi'klbaiar te FEUILLETON. HET PLEEGKIND. 2) Naast den aanvoerder, een, vergrijsden krijgsman, reed een vaandrig, miauwelijlkis "den kinderschoeinien ontgroend. Bij de thigestoTte den !hlle!iden> de ruiters hunne paarden in. ..Een omvetrsiewoatoen boom, wat betee- lent dat?" vroeg -de oude hoofdschud dend. „Wat dat beteek ent", meende de jonge re, „het betcakentr slechts, dat een boom dcor deji wiind is omgeworpen." „Zoo verstaat gij het, jonken*; itk vrees echter, dat hi'er weder een dievenbende in het spel is. Al in geen acht dagen heeft het zoo gewaald, dat er een boom van omgeworpen kan zijn, en we hebben ook schoten hoiofl,en tossen. Mannen! houdt de handiroeren geneed, vooaric/htilg, twee ■vooraan. God geve", zeide ihij zachtjes tot fijnen, makker, „dat we lien, wien wij te gemoet getzonden zijn, nog behouden aan keffen." Na enkele minuten stonden/ zij op de plaats, waar de gruwelijke daad plaats gehad had. „W/ie zouden die ongelukkige redizli(gers geweest zijn?" vroeg de jonken*. „Onze l'oinst heeft de deaden vooa* plundering bewaard; heC'aas, we hebben de ongelulk- fci'gen rti'et kunnen redden." .■Laat ons d/e reiskoets naaien", beiviail de oodste. Zij traden naar de koets toe en zaïgen het neg steeds hand in han.d zitten de paar. Befiden moesten zonder doodstrijd gestorven zijn; om de lippen der dame sipeellde nog eien lachje, terwijl de rechter hand van den man nog krampachtig het pistool omkneld hield. ..Dood. Beiden zijn dood", zeide de krijgsman rustig; „vam hen zullen we nletis meer hoeren.- Laat ons verder zien." Een van de ruiters meldde nu, dat een der gievafllenen nog eeniig teeken van le ven gaf, en de overigen dood waren. „Laat den gewonde wat brandewijn driinklen", luilddfe liet bevel; „komt hij tot zich zelven, dan zullen we met hean spre ken." De bewustetoaze herstelde spoedig in zooverre, diat hij iets zeseen kon. „Wie zijt gij?" vroeg de oude soldaat. „Rutgier... hoofdman... graaf Felkseck. graaf... enravöm... overvallen... wagen." Af gemat siloot Rutger de oogeh. „Graaf Felseck; dus juiist hen, die wij beschermen moesten", zeide de krijgsman nadenkend. „Ronden wij hen niet levend d(n het k/amp brengen, weren wij hen er dan dood heen. Verbindt de wonden van dien troiuwen dienaar en legt hem bij zij nen giedooden moester ctn het rijtuig. Wel licht .gelukt het, hem in het leven te hou den. Dile dooiden echter, werpt be<n in het kreupelhout, opdat zij een prooi worden van de wolven en gieren, hetgeen hun verdiende toon ite." Toen de a-ui ter s den terugweg aanna men, goot de maan haar bleek lilcht over de donkere denman. Langzaam aiLs een kruipende slang volg de de stoet den kronkelenden weg, met de zwarte koets met 'haai* treurigeu inhoud ün hun midden. De stralen van de maan deden af en toe de sd'itsen der rieken of hellebaarden flik keren. etn. lansaaam e/af de echo tin de verte den gelijkmiatkren tred der maarden en het rammelen der kettingen en assen van den wagen, terug. Korten tijd nadat de trourige stoet weg gegaan was, ritselde het weder in het ge boomte, en een 'hialf /dozijn verwijderde en in lompen gekleedde mannen en vrouwen kramen te voorschijn. „Hlier is het oieweest." rian een der man nen; „de soMaten zijn spoedig .afgebrek- keni, tzii eiiiu dan ook voornamer dan wij en zullen voor ons. arme lieden, wel wat over hebben gélaten." Spoedig waren de liiken, ontdekt en be gon de ulumdering. Die verdierlijkte men- schen hadden in die jaren van onlusten zelfs den. eerbied voor de majesteit van den dood vertoren. „Geld heben zii niet." uiien een man na ©enige oogenbinkken. toen hij met geoe fende haank eenilze maien doch-vruchteloos de geldtasschen had onderzocht. „Dat zul len de blauwen wijselijk hebben medege nomen." „In ieder geval hebben zij (tólcederen, wellicht ook wapens, weflke wij gebruiken kunnen", beval de aanvoerder. „Hl, hi, hii, hl", riep een oud wijf, wrer haren verward om der den verscheurden hoofddoek vandaan kwamen, uit haar landentoo/zen mond, terwijl zij naast het lijk van den eerlijken Jochem km lelde, „nu kan je niet meer dansen, en toch hebt gij rieuwc sdluoienen aan? En zao'n moed warm buis! Geof mij dat, mijn 7 "ntr» 1,^ kan het gebruiken", en zij lachte schel van eugde. „Zwijg, -oudie heks. Gij zult de vervolgers bior nog heen lokken." „Wat geeft dat, mijn jongen" bromde de oude, „nu heb ik nieuwe schoenen en kan loopen ails een uwer." Spoedig was liet schandelijke weïk ge ëindigd. De haülfn/aakte .lijken lagen in greppels naast den weg, en de lijken- sch earners verdwenen stiB, zboaJls zij geko men waren. Wederom was de heirbaan verlaten, maai* de maam had haar aanschijn om huld, ai'is wrilLde zij die gruweldaden niet aanschouwen, welke de menscihen begaan hadden. Diep in het woud gingen twee mannen in de kleeding van vermogende landlieden. Beiden waren goed bewapend. De eene kon vijf- of zes-en-dertig jaren tellen, de ande re scheen aanmerkelijk jonger. Hen verge zelde een hond, die meer op een wolf, dan op een hulsdiea- geleek. De mannen schre den behoedzaam verder en keken nauw keurig om zich heenen, voordat zij een dik begroeide plek betraden. Naar hunne gebaren te oordeelen schenen zij zich op den bekenden grond te bevinden. „Alles ds rustig, Maarten", zeide nu de oudste, „en zoo we beiden geene schoten hadden hooren vallen, zou men in de dwa ling 'Verkeeren, dat we in den diiepsten vrede leefden. Maar onze ooren kennen dien klank te goed. dan dat we ons zou den bedriegen. Waarschijnlijk heeft een bende struikroovers weder reizigers over vallen: God zij dien armen genadig!" Dit zeggende nam hij de muts af en vouwde de handen. „Gelooft gij dat, burchtvoogd? Laat ons dan spoedig naar den terugweg gaan, wel licht kunnen wij nog helpen en redden", antwoordde de jongere. De oudste schudde ontkennend het hoofd en zette zijn pelsmuts weder op. „Neen, Maarten, daar is noch te helpen, noch te redden; roovers doen hun arbeid snel. Ik zou niet gaarne tegen zulk een moordenaarsbende vechten. Toen de scho ten vielen, waren we daarenboven nog te ver van den weg verwijderd om aan het gevecht, indien zulks plaats gehad heeft, deel te kunnen nomen. We weten nu, dat het woud vrij is, keeren we thans terug." „Doe mij het genoegen nog wat dichter bij den weg te komen", smeekte de jongste, „het is mij, als moeten we daar zijn." „Vooruit dan, maar voorzichtig. Sturen wij den hond vooraan. Pas op Wolf". De hond scheen het bevel van zijn mees ter te verstaan en liep gedrui9chloos vaa boom tot boom, struik tot struik met den neus op den grond. Plotseling bleejf hij stilstaan, knorde zacht en keek vragend zijnen meester aan. „Wolf schijnt wat gevonden te hebben'1 zeide Maarten. „Wat zal het zijn?" antwoordde zijn makker, „een ziek wild misschien of iets anders, laat ons zien." Maar er^lag geen stuk wrid acthtea* tte struiken, dooh eene Eclht gekleed© beiwiuh telooze gestalte. „Een vrouw", riep Ma/arten. „Is ze dood?" Zijn makker boog zidh over de bewuetflN loose (heen en Legde zijn hand op ha/eafl vooa h oofd. (Wordt vervolgd.!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1916 | | pagina 1