Tweede Blad.
e Seidóolxe Gou/TcmT
re JAARGANG
Woensdag 8 iaart 191©
VASTENBRIEVEN.
2, D. H. cle A a r t s b i 9 s c li o p van
I tree lit, Mgr. H amicus van de Wete
ns wijst er op, dat an ons land een niet
ontkennen opbloei van katholiek leven
Z. D. H. noemt de Katholieke Vereeni-
agen, de patronaten, de gesloten re-
aiten. Maar vooral, aldus Z. D. H. wij-
n Wij op cle veelvuldige H. Communie,
elke in ons vaderland, sedert het decreet
oor Z. H. Paus Pius X, roemrijker ge--
ichtems, uitgevaardigd, zoo siterk is toe
rnooien -n nog voortdurend toeneemt.
De Aartsbisschqp weidt ©r dan verder
p-r uit, hoe heilrijk de veelvuldige H.
ommunie is, bespredkt de gesteltenis,
aarin de communicant moet zijn, en
aarschuwt er ten slotte voor, dat de H.
ommünie niet wordt een gewone dage-
ksche oefening van godsvrucht zonder
irder van invloed te zijn op het doen en
ten.
Z. D. II. besluit:
Nu, B. G., is de tijd weer aangebroken,
aarin de Kerk ons niet alleen aanspoort,
aar verplicht om boete te doen ©n ons te
srs'terven. Helaas er zijn tegenwoordig
lovecl katholieken, die beweren niet te
linnen vasten. Of dat beweren M of niet
igrond is, kunnen en willen Wij niet be-
31-deelep., al gelooven Wij voor ons, dat
lenigeen, diie beweert niet te kunnen
asten, liet wel zou kunnen, indien hij
ich een klein ongerief wilde laten wel-
Bvallen. Maztr B. G., ook wanneer wij
iet, kunnen vasten, dan mogen wij ons
ch niet van alle verstervingen in den
istentijd ontslagen achten. Wij zijn zon
aars en moeten derhalve boete boen. La
in wij dan op andere wijze ons vrijwil-
g versterven, door ons t.e onthouden van
lts wat ons geoorloofd is.
Z. D. PI. de Bisschop van
Bosch, Mgr. Wilhelmus van de Ven,
jspreekt in zijn Vastenbrief den invloed
ar» het kwade en van het goede voor-
eeld. Mgr. wijst er op, dat er zoovelen
etloren gaan tengevolge van het kwade
jwteel-d van slechte vrienden. En zoo
milg-t clan Mgr. wat gTeldt van de
rsonen, met wie men verkeert, is niet
inde-r waar van cle boeken en gesehrif-
n,. die men leest. Wat een slechte, een
rkeerde vriend te weeg brengt in hem.
e zich op den, duur aan zijn vriendschap
.zijn omgang waagt, dat werken ver-
serde boeken, verkeerde geschriften, ver
mis kranten uit bij degenen, die deze
ng lezen. Met dit onderscheid noch-
ins, dat een bederf, hetwelk ontstaat uit
elite of verkeerde lectuur meer don elk
ader den mensch ongelukkig maakt.
Over den invlccd van-liet goede voor-
eold sprekend zegt Mgr. o. m.:
„Door het goede voorbeeld van Ouders
Oversten wordt het huisgezin als van
elf oi j.' ijk en godsdienstig. Wanneer
ader en moeder hunne godsdienstige
ilichten eerbied ©n ijverig vervullen,
ls zij 's morgens en 's avonds, voor en na
iet eten goed bidden en zorgen, dat dit
öoibeelcl door hunne kinderen en onder
horigen gevolgd wordt; als des avonds In
Icq kring der familie geregeld het rozen-
locdje wordt gebeden, gelijk dit behoort in
ene. christelijke» familie; als-de Zon. en
iestdagen naar behooren worden gevierd
loor het bijwonen der H. Mis en andere
odsdienstoel iringen, welke op die dagen
laats hebben; als hieivan ook gebruik ge
naakt wordt door cle week, wanneer het
oedschiks kan; als zulke werken door
ouders en oversten behartigd en gewaar
deerd worden, clan komen er als van zelf
gebruiken en gewoonten in het gezin, die
de schoonste en heilzaamste gevolgen
wekken."
Z. B. II. da Bisschop van Bre-
da, Mgr. Petrus Plopmans, maakt met
vi'eüg&e gewag van verschillende teeke-
aien, die wijzen op den bloei van het
godsdienstig leven in zijn Bisdom. Maar
claar .zijn ook meerdere verschijnselen,
die den Bisschop tot droefheid stemmen.
Mgr. noemt dan eerst de gemengde hu
welijken en wijst daarna op het zedenbe
derf.
„Hoe pijnigt het ons te moeten verne
men, dat de heiligheid van het huwelijk
niet altijd meer wordt geëerbiedigd, dat
soms de huwelijkstrouw wordt geschonden
en in het huwelijk zonden worden bedre
ven, die om wraak roepen ten hemel.
Het zedenbederf, met weemoed moeten
wij het erkennen, begint vooral bij de
jeugd dieper door te dringen. Is het won
der, als wij zien, hoe soms gewetenlooze
menschen door verderfelijke geschriften,
zedenkwetsende tooneelop voeringen en
bioscoopvoorstellingen, vuile uitstallingen
het zaad des bederfs in de jeugdige harten
uitstrooien."
De Bisschop wijst dan op de onzedige
jklceding!,, waarmede vrouwen zelfs dur
ven verschijnen in het Huis Gods, zoodat
zij het verwijt verdienen van den PI. Joan
nes Chrysostomus: ,,Men zou denken, dat
gij u tot den dans of naar het theater be-
gaaft; komt niet hierheen, om God in Zijn
eigen huis door uwe ijdelheid te hoonen
en door uwe schaamteloosheid zielen voor
de zonde te gewennen en alzoo voor de
hel."
Ten slotte wekt Mgr. op tot boetvaar
digheid om Gods barmhartigheid in deze
tijden te verwerven.
Z. D. H. de Bisschop van R o e r-
,.m o n d, Mgr. Lauremtius Schrijnen, wijdt
zijn Vastenbrief geheel en al aan de op
voeding der kinderen.
Wij hebben het herhaaldelijk ondervon
den, aldus Mgr., hoe het minder gods
dienstig karakter der ouders en het gemis
aan het goede voorbeeld in oen familie, de
kinderen ongevoelig had gemaakt voor
godsdienstzin; maar ook hebben wij her
haaldelijk met blijdschap kunnen consta-
tee-ren, welk een ontzaglijken invloed het
voorbeeld van een brave moeder en van
een godsdienstigen vader had op het hart
van hun kind. Is dit zoo, b. g., dan kunnen
wij u niet krachtig genoeg aansporen, om
het welslagen van de opvoeding uwer kin
deren in de eei-ste plaats te verzekeren door
liet voorbeeld van een godsdienstig leven.
Twee eigenschappen vooral, zoo zegt de
Bisschop, moet gijv b. g., uwen kinderen
eigen maken, opdat zij hun levensdoel
kunnen bereiken: eerbied en plichtsbesef.
Eerbied voor het gezag; plichtsbesef in al
hun doen en 'laterr
In den breede werkt Mgr. Schrijnen het
program uit van de opvoeding in een
Katholiek gezin.
Uit de Pers.
Ouderdomsrente en invaliditeitswet.
Verschillende bladen bevallen nog oor
deelvellingen over de, onzen lezers be
kende mededeeling van Minister Cort van
der Linden, in de Eerste Kamer gedaan
over de verbinding van Ouderdomsrente-
welt en Invaliditeitsverzekering.
Zoo schrijft o.a. De T ij d:
Hier de (dus) Jiet geval, dat dr. No!ens
in de ,,Venl. Ct." noemde: „Uitkomst is
mogelijk. De uitkomst is het gescheiden
houden van de verzekeringswetten en da
v-oorarestelde ouderdomsbedeellng.
ancler: Vrouw, "»L gaat niet! De heeren
lachen niet meer togen elkaar.
En dan is er nog iets, dat zorg wekt.
liet duurt zoo lang.
Van de Commissie voor Art. 80 van de
Grondwet had 't rapport er nu allang
moetên wezen, in de Afdeelingen der Ka
mer toch kan men niet over Art. 80 hande
len, of'men moet eerst weten, wat er van
Art. 192 terecht komt.
En dit gaat niet op eens.
Is het Rapport uit, dan moet 't toch eerst
gelezen bestudeerd en van allen kant in
de Pers bezien worden. Dat neemt toch ten
minste een volle maand.
We weten niet veel, maar wel, dat het
karretje van voerman Cort niet meer op
zijn eersten zandweg rijdt.
Nederland en het lot van België.
In ©en uitvoerig artikel, gewijd aan mi
nister Loudon's verklaring, die een eind
maakt aan de legende van het geheime
verbond met Duitschland, herinnert het
Utrechtsche Dagblad opnieuw
aan de bekende zinsnede in Von Jagow's
telegram van 4 Augustus 1914 aan prins
Lichnowski: Het ligt voor de hand dat wij
niet met. voordeel Belgisch grondgebied
zouden kunnen annexeeren, zonder tege
lijk grondgebied te verwerven ten koste
van Holland."
Nu het blijkt zegt het „Utr. Dbl."
dat de belofte tegenover Nederland, waar
op minister Von Jagow in datzelfde tele
gram zinspeelde, louter een eenzijdige
verklaring was, uit eigen beweging door
de Duïtsche regeering te 's-Gravenhage
afgelegd, kan aan do tweede zinsnede in
haar logisch zinsverband ook geen ande
re beteekenis worden toegediend, dan die
van een overtuigend bewijs, hetwelk aan
het Engelsch© gouvernement had moeten
aantoonen, dat een doortocht door België
voor Duitschland louter en alleen een
strategische, een militaire noodzakelijk
heid was en als zoodanig ook door de
Duitschè regeering werd beschouwd; dat
dus geen annexatie van Belgisch grondge
bied in Duitschland's bedoeling lag, daar,
ware dit laatste wèl het geval geweest
i(m. a. w. ware het Duitschland dus om
de Noordzeekust te doen geweest) de
Duïtsche regeering niet met Belgit^ maar
tegelijkertijd een aanval op Nederland
begonnen zou zijn.
Evenwel zoo besluit het blad:
„Moest op 4 Augustus aan het veelbe
sproken telegram deze bedoeling worden
toegeschreven, en komt ons, in dat ver
band en op dat moment de inhoud volko
men aceptabel en in het geheel niet voor
ons land verontrustend voor, een andere
vraag is het, welke beteekenis onder het
licht der gewijzigde tijdsomstandigheden
toegekend kan worden aan de opmerking
dat Belgisch grondgebied door Duitsch
land niei geannexeerd kan worden zon
der gelijktijdige gebiedsverwerving ten
koste van Nederland. En zoo men met dit
vraagstuk afgezonderd van het feit, dat
het in het telegram va.n 4 Aug. als voor de
hand liggend bevestigend werd beant
woord en mede met het zich steeds
meer verscherpendWaalsch-V-laam-
sche confluict, het gemobiliseerd houden
van onze troepen in verband brengt, dan
wil het ons voorkomen, dat .men ten op
zichte van de afkeerige houding onzer re
geering tegenover eiken demobilisatieaan-
drang op meer reëelen basis staat. De
heer Colijn heeft in de Eerst© Kamer met
nadruk eirop gewezen, dat de algemeene
politieke toestand in Europa eer zich te
onzen ongunste heeft gewijzigd, dan dat
deze te onzen gunste verbeterd is en 't is
van algemeene bekendheid, dat in welinge
lichte kringen de kansen, dat ons land in
den oorlog betrokken worde, het grootst
©n gevaarlijkst geacht worden 'juist bil
de voorbereiding van den algemeenen vre
de. Nog steeds blijft het lot van België af-
NO. t951
hankelijk van den afloop van den oorlog i
en waar daaromtrent nog niet de minste
zekerheid bestaat, blijft ook België's loi
een raadsel. En derhalve een onvermin
derd gevaar voor Nederland. Hoezeer dan
ook ons volk gebukt gaan onder de lasten
der mobilisatie en het als het ware me*
den. dag moeilijker wordt om eenmaal
aan de gevolgen ©ener plotselinge massala
demobilisatie het hoofd te bieden ©n do
ontwrichte maatschappelijke toestanden
weder tot de normale, verhoudingen terug
te brengen tot een demobilisatie zal
niet overgegaan mogen "worden aleer do
lucht geheel opgeklaard is. Zoolang do
oorlog duurt zal de mobilisatie gehand
haafd moeten worden en ons leger op vollo
sterkte geneed moeten blijven, niet omdat
een verbond met Duitschland ons daartoo
dwingt, maar juist omdat wij van elkeen
onafhankelijk, op ons zelf alleen aange
wezen zijn om, tegenover welke buiten-
landsche mogendheid, de integriteit en da
neutraliteit van Nederland te doen e»er«
biedi-gen."
Sigaretten.
Het Centrum schrijft;
Hoeveel sigaretten worden er per jaa$
in ons land gerookt?
De vraag is ter sprakegekomen bij het)
begrootings-debat in de Eerste Kamer en
het antwoord om meer dan één redea
belangwekkend.
Et worden jaarlijks hier te lande ge
rookt circa 500 millioen, zegge vijf hon
derd millioen sigaretten, waarvan, zooal^
de minister mededeelde, 200 millioen bin-
neniandsche en 300 millioen. buitenland*
sche.
Een der sprekers, de heer Van Lanscho^
wees er in zijn red© nog op, dat de in
voeren de laatste jaren zeer sterk zijn
toegenomen, en van 19091913 zelfs ver
dubbeld, n.l. van 154.700 K.G. tot 292,000
K.G.
Engeland en Rusland aldus deze spre*
p6r zijn de grootste importeurs; hunne
invoeren stegen van 1909—L1913 respectie
velijk van 65000 tot 123000 K.G-, en van
26000 tot 51000 K.G.
D© Brabantsche afgevaardigde gaf al3
zijn meening te kennen, dat de Staat wel
een halve cent wmst per sigaret kan hef
fen, en aldus 2% millioen voor de Schat
kist verkrijgen, maar de minister betwij
felde, of dat mogelijk was.
In den regel valt het, als men een ad-
cijns gaat heffen, niet mee, omdat het
gébruik achteruit gaat, zeide Z.Exc.
Een vastheid gevende maatstaf ont
breekt hier inderdaad,
En speciaal lijkt het sigaretten-verbruiö
eert ietwat wisselvallige factor, wijl het
de vraag is, of dat verbruik inderdaad
zal voortgaan met sterk te stijgen of zelfs
blijven zal op de hoogte, welke zoo snel ial
bereikt.
Intusschen lijkt het wel intenressant te
weten, hoeveel sigaretten er~in ons goede
vaderland thans in één jaar worden vee*
bruikt door oud enjong.
Staten-Generaal.
EERSTE KAMER.
Mond- en Klauwzeer.
Aan de Memorie van Antwoord is 'Jet
volgende ontleend:
Alhoewel de minister, teneinde f j hert!
votum van de Tweede Kamer rekening te
houden met de daarbij uitgesproken wen-
schen na 9 Februari j.l. in nagenoeg all©
gevallen, die sedert d.ien zijn voorgeko
men isolatie zonden* afmaking van vee
heeft toegepast, is hij het met. de leden
van de Eerste Kamer eens, die betoogden,
dat isolatie in de weide geheel doelloos
moet worden geacht. Dat echter in den
weödètijd' van afmaking geen heil zou zijn
"te verCvachtèn, zooals sommige leden
iUiLLETON.
In verkeerde Ging* ring.
S)
In haar handen een klein kruisje heu
lende, sluimerde Geertrui in», den diepen
laao van afmatting sluimerend, die op
Hoot verdriet dikwijls volgt».
Het was dag. Lady Hunter zat aan
teertrui's legerstede en luisterde met aan-
loöoi'dg naar hetgeen het meisje (haar rne-
edoekie. Zij, de Protestante, kon het maar
ia'f begrijpen en putte zich uit in betoo-
E0Q om Geertrui tot toegeven (te bewegen,
tan <le ©ene zijde kende zij reeds lang de
Mde van Geertrui en aan den anderen
;a<nt de ernstige reden van de verbreking
verloving, een beslui, dat de goede
naar onverstandige vrouw zeer oe^natuur-
iik vond.
looh voelde zij in het diepst har er ziel
trootoh eerbied vor het meisje. Nooit had'
Eli zulk een geloof als dit ontmoet,, nooit
fcrmoed, dat de godsdienst werkelijk zul-
offers doet brengen. Dit was als eene
Jpeobaring voor haar, een gr aankon-
9 'keti binnen rite van haar hart kien n
:a ^spruiten zou en te zijner tijd vruch-
l6n zou afwerp'ön.
Stanley was met ©enige heeren'vroeg tea*
H gereden, en de lady begreep Geer-
uis wensch, om hem niet meer te ont<-
.oeleoi. Zoo werd aan den heer Mahne*-
°P ©en bepaalden tijd' het rij-
t TT aan* Het station ie zenden, en lady
'u nam de zware taaie op zich, ecnige
Stanley te schrijven ter bege
leiding van den ring, dien Geertrui hem
terugzond.
Het waren woorden van innige dank
baarheid namens Geertrui voor zijne eer
lijke openhartigheid, met de verzekering,
dat Geertrui .geheel tb aar leven voor hem
zou bidden.
Een kort «asfeheid van de aanwezige da
mes. die verwonderd, ja verstomd waren
over het plotselinge vertrek, dat lady Hun-
ter toeschreef aan een ongesteldheid barer
nicht en de bezorgdheid van haren vader
voor haar, en dan reden lady Hunter ©n
Geertrui naar het spoorwegstation, van
waar het meisje drie dagen. ge'.eden geko
men was
Pas drie dagen! 't Was bijne een mem-
s chemie ven geweest van aandoeningen,
van vreugde en leed!
Een kort róerend afscheid van de lady,
en Geertrui keerde huiswaarts.
De oude huishoudster wachtte haar op.
Zii was ie bescheiden, om te vragen naar
de reden, dier plotselinge thuiskomst,
maar was toch verbaasd over de veran
dering, dia in Geertrui'9 gelaatstrekken
.las. Het- meisie scheen tien jaar ouder ge
worden in die weinige dagen..
De heer Mannering wachtte zijn doch
ter aan de 'tram op; toen. hij haar omarm
de. fluisterde zij:
,,0, papa, nooit zal ik u_ meer verlaten!"
Pas in de kamer gekomen, zakte zij op
een stoel ineen»; alle kracht, die baar tot
■nu toe had staande gehouden, sc.heen haar
plotseling te hebben verlaten. Het hoofd
aan haars vaders borst geleund, de armen
om zijn hals geslagen, weende zij de terug
gehouden ©mart uit, schreide zij in bitter
Veel blijft echter nog onopgehelderd en
heit is daarom goed en van veel belang,
dat de -heer nir. Ruftgers een» stel rake
vragen heeft ingediend.
Een duidelijk antwoord wordt verwacht.
Met de. verzekering in de Mem. Ajiiw.
dat de .regeering .tot de overtuiging is
gekomen, dat verdere ingrijpende wijzigin
gen van de door den heer Talma tot stand
gebrachte verzekeringswetten in de be
staande 'Omstandigheden achterwege be
hooren te blijven" is reeds een stap
•teruggezet op den weg, door minister
Treub ingeslagen. Maar hoe nu verder?
De regeering geve duidelijk bescheid.
Zij, die weer drie jaar langer de Invalidi
teitswet verschoven zien, hebben daar
recht op.
En Het Centrum:
De Ouderdomsrente en de verzekerings
wetten worden dus, wanneer v/ij den mi
nister goed begrijpen, van elkander ge»-
scheiden, de weg, langs welken een oplos
sing mogelijk iijkt.
Anders daarentegen oordeelt mr. Aal-
betrsa in H e t K a t h. S o c. Weekblad:
De verklaring (zegt hij) van minister
Cort van der Linden, dat de Statten-Gepe^-
raal de Ouderdomsrente zouden kunnen
aannemen, geheel los van de Invaliditeits-
wet-Talma, en -Treub, is volmaakt in
stoiid met de uitspraak van Minister
Treub, dat de Kamer, om de Ouderdoms
rente tie kunnen behandelen, eerst moet
weten, -wat de .plannen zijn. met de Inva
liditeitsverzekering.
Wii zouden in dezen geneigd zijn, de
meening van minister Treub juister te
vinden dan die van minister 'Cort van dei-
Linden.
Immers de Ouderdomsverzekering is
niets anders dan een kleine aanvulling
van de Invaliditeit©-verzekering.
Nu de Invaliditeitsverzekering laten rus
ten en de Ouderdomsrente aannemen,
ware de zaak op haar kop zeitten. En on
gewild en onbedoeld toonde Minister Cort
van der Linden dit) zelf aan, door in de
Eerrite Kamer de zaak zóó voor te stellen:
als de Rechterzijde ia 1917 weer de meer
derheid krijgt, kan zij de Invalidite.itswet-
Talma alsnog invoeren, zij heeft haar
slechts aan ta passen aan de Ouderdoms
rente.
Dus juist omgekeerd van wat steeds a.ls
•lorisch is beschouwd.
Maar ook geheel afgezien van het nood
zakelijke verband met de Invaliditeitsver
zekering, blijkt ook, 3os daarvan, de
Ouderdomsrente van Treub zuivere Staats-
pensioneering en dus Staatsarmenzorg, en
als zoodanig principieel verwerpelijk.
Kwade noten.
De Standaard driestart:
Steeds kwader noten hoort men kraken
van de Onder-wijs-Commissie.
Ze leeft natuurlijk geheim. Zeker-weet
men er niets van. Maar er is toch ook ze
kere gelaatkunde, en zoo men de heeren bij
het uitgaan der vergaderingen terdege be
spiedt, dan ontvangt men toch geen al te
goeden indruk.
Wie vroeger de heeren bij het naar huis
gaan go.ed nakeek, zag ze dooreengemengd,
vroolijk, bijna lustig keuvelend de straat
op gaan. Men zag 't hun zoo aan, dat 't
goed ging.
Toen werd '»t wat stroever, maar nog al
toos zoo, dat een wat stug brokje toch weer
mocht weg smelten. Zoo had men nog
hoop.
Bij de laatste sorties daarentegen deden
zich leelijke verschijnselen voor.
Separaat links en rechts de deur uit. Te
veel bloedkleur op 't gelaat. Haastig spre
ken in blijkbaar onrustige stemming.
Er zijn zoo buren, die dit uitgaan keer
op keer waarnemen. En die zien nu 't on
derscheid. En als man en wouw 't zoo
aanzien, dan zegt de een allicht tot den
leed over "hare verloren liefde, over het
verloren ideaal haars harten.
„Mijn lieveling!"... en de vader liet haar
uibweenen en streek, zooals hij vroeger
zoo dikwijls gedaan had, haar over de
schoon© haren, die in volle lokken tegen
ziin schouders vielen.
fcPapa," fluisterde zij, toen zij wat kal
mer geworden was. „Gij hebt voor mij ge
bed en, gij en vader Walmsley, of... ofi..
ik (had liet niet, kunnen .doen, ik was te
zwak geweest. Ik sidder, wanneer jk aan
gisteravond denk! Als ik dèt nogmaals
beleven moet
Toen d»ie 'laatste woorden haar ontglip
ten, begreep de (heer Mannering, van wel
ken aard -• de kommer was, die als een
zwarte wolk zijn kleine zonnestraal voor
al'tiid verduisteren zou. Hij wist nu onge
veer, welke geschiedenis zijn lieveling hem
in het oor zou fluisteren.
„God Ihelp© mij hem te vergeven, wie hij
ooik zij!" was zijn bittere gedachte „Wie
liet hart van mijn leveling (heeft gestolen,
om het daarna te breken, en haar dan zoo
aan mij terug zendt... hem moge God ge
nadig zijn. Helaas, hoe spoedig is mijn
vrees waarheid' geworden!"
Hem aanziende, zag-Geertrui den indruk
van schrik e.n kommer op haars vaders
aangezicht, half bitterheid, ha'.f hartelijke
zorg. Om ziinen-twiil weTd zij kalm.
Hare tranen inhoudenle, zeide zij:
„O, »pa.pa, trek het u niet zoo aanl Het
was maar ons eerrite wederzien, dat mij
zoo kinderachtig maakte. Maar nu kan ik
u alles vertellen!"
En zij wierp (haar pels en mantel ter
zii-de naast haren hoed en zette zich peer
op een 'bankje aan-dn voeten haars vjtders,
die. in »een- leunstoel bij het vuur plaats
nam.
Dan, zachtkens zijn hand vast- houdend,
alsof die (haar kracht zou schenken, be
gon; Geertrui met z^-h'te stem, die intus
schen menigmaal beefde, haar geschiede
nis te vertellen, <1© gelhee»le treurige ge-
sch-iedeni-s, van het begin af. Zij vertelde,
waar zij voor eerrit Stanley Graham had
■gezien, en boe hij, eer zij het nog goed
wist, haar hart .gevangen had. Zij beschreef
hem aan haar vader, zij sprak van zijn
edel karakter, zijn grootmoedigheid, zijn
openhartigheid, welke goede eigenschap-
oen echter ontsierd werden door dien. ver
schrikken jken trots. Maar als om dat te
vergoelijken sprak zij weer vari zijn scheirp
verstand, van zijn mannelijke schoonheid,
die haar bete)overde,-eer zij nog een woord
met he-m gesproken had, en zij bloosde on
der de herinnering aan dien gelukkigen
als in droom vervlogen avond.
..Ik had nooit een gelaat als het zijne
gezien, papa, en zal er ook niet meer zulk
een zien.. Wanneer gij hem kendet, zou do.
erii u er niet- over verwonderen. Ik heb ge
dacht, dat (hij er uitzag als een ridder of
een •kruisvader. voordat mijn ni»cht hem
mii voorstelde."
Een weemoedige glimlach trok over het
gelaat, van den bejaarden, man, als hij die
romantische droomerijen. van een jong-
meisierihart hoorde. Maar hij zweeg en
luisterde vol hartelijke deelneming toe,
'als ze hom weder sprak van de innemen
de manieren, die Stanley kon aannemen,"
wanneer hij> wilde; -en hoe gaarne lady
Ilunter en sir Robert hem mochten.
Dan kwam het in Geortmi's ontboeze
ming tot horen vader het verhaal van
heb afscheid, eer zij Londen verliet, hoe
ernstig Stanley verzocht haar in Nather-
cotes te mogen opzoeken, en hoe het haair
speet, meti een geheim naar huis te koe
ren, dat zij haren» vader niet dorst beken*
n-en. en da't men haar, meende zij, toch)
kon aanzien.
En, altijd in hare zoete vertrouwelijk
heid doorbiechtend, ging zij steeds voort
en vertelde van het wederzien tusschea
hem en haar, von den korten droom, en
hoe wreed die eindigde. Alles wat turi*
schen hen was voorgevallen» wat zij zich»
herinnerd© gezegd te (hebben, en wat hij
amtwooTdde. deelde zij mede. en ze ver
zweeg -niet, hoe hij haar zocht over te ha
len. esn hoe alles met haar afwijzing)
eindigde.
..En» nu is alles uit, en ik wil hem niofi
meer terug zien," besloot zij, „maar ik zal
riteeds voor hem blijven bidden.''
„En moge God mij d© genade schenken^
hem te vergeven, die zich zooveel moeite
gaf, om mijn kind tot afval te bewegen!1*
zuchtte de smartelijk getroffen vadejv,
„Foei. dat een man zich zoover Vergebea
kan. om een m-edsjeshart te stelen- ten eind®
diens heiligste gevoelens met voeten ta
treden! Dank God, Ge-erbru-i, dat Hij u vap
dien- mensch bevrijd heeft."
Maar nu weende Geertrui nog bitterdeo
dan tevoren en werd de verdediger van
S'tanley Graham..
(Wordt vorvolgAJ