10
BUITENLAND.
De Oorlog.
7e JAARGANG
No. 107»
e Ecid^elieSou/tcmt
BUREAU: STEENSCHUUR 15, LEIDEN.
Interc. Telefoon 935. - Postbus 6.
DIT BLAD VERSCHIJNT ELKEN DAG, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN
De ABONNEMENTSPRIJS bedraagt, bij vooruitbetaling, met GRATIS POLIS Ongevallen-verzekering
en het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor Leiden 10 cent per week f 1.25 per kwartaal; bijonzo
agenten II cent per week, f 1.45 perkwartaaL Franco per post fl.65.per kwartaal
Afzonderlijke nummers 27a cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 5 cent
VRIJDAG
DECEMBER.
I9I5.
De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van 1-5 regels f0.75, elke regel meer 15 cent
ingezonden mededeelingen van 1-5 regels f1.50, elke regel meer 30 cent, met gratis
bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting, Groote lettere naar plaatsruimte.
Aanvragen om Dienstpersoneel van t-5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent.
Aanbiedingen van Dienstpersoneel, Huur- en Verhuur, Koop- en Verkoop (geen
Handels-Advertentiên) van 1-5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent
De Duitsche Rijkskanselier heeft in
den Rijksdag een uitvoerige uiteenzetting
gegeven van de gebeurtenissen op den
Balkan. De soc.-dem. Scheidemann
heeft een interpellatie gehouden over
de voorwaarden, waarop de Rijkskan
selier bereid zou zijn in vredesonder
handelingen te treden. -- Het Russische
gezantschap te Teheran meidt een succes
der Russen in Perzië. -- Uit Konstanti-
nopel wordt gemeld, dat de Senoessi's
tot vlak voor de stad Tripoli zijn door
gedrongen.
Van het Westelijk oorlogsterrein.
Overzicht
De strijd ten.oosten van de hoogte van
Souain wordt nog steeds voortgezet. Het
Fransche tegenbericht meldt hierover:
,,Ten oosten der hoogte vain Souain
werden de F.ransahe tegenaanvallen
voortgezeit. en de tegenstander, die slefchts
eon gedeelte der vooruitgeschoven loop
graaf overhoudt, werd teruggedreven en
volkomen ontmoedigd. De Fransche bat
terijen hebben door voortd uitend schieten
den vijand belet ziiclh er vast te zetten."
Verder meCd't dot Legerbenicht nog, datt
de Fransohen met succes twee "mijnen lie
ten springen in de omstreken' vqn de Hau-
to-C.hevanchée.
Het Duitsche tegenbericht zegt, dait op
verschillende plaatsen van helt front, voor
namelijk in Vtlaanderen en in de streek
ivan hoogte 193, ten noordoosten van Sou-
aiin, levendige artillerie-gevechten plaats
hadden en dat een Fransch vliegtuig ten,
zuiden van Bajpoume tot landing word ge
noodzaakt; de inzittenden warden gevan
gen genomen.
Van het Oostelijk ooriogsterrein.
Overzicht.
Behalve enkele iplatrouilie- en artillerie-
gevechten valt van dit ooriogsterrein wei
nig bijzonders te melden. Het Russische
aegerberidhit meldt nog, dat bij Dunabupg
een groóte Duitsche vliegmachine achter
de Russische linies moest tanden; de in
zittenden weiden gevangen genomen.
Troepenverplaatsingen in Rualand?
Telegrammen uit Stockholm maken, ge
wag van een volkomen verbreking der te
legrafische verbinding met Rualand. Par-
itir.uliere en zelfs regaerinig&teleg,ramm.en
zijn sedert Donderdag 1.1. te Stockholm
niet aangekomen. Men schrijft de sitorinig
fee aan groote troepenverplaatsingen in
Rusland.
Van het Zuidelijk oorlogsterrein.
Overzicht
Beide pairtijen melden .in hun legedbe-
richten een succesje. l>e Oostenrijkere
ceggen, dat zij bij Dol je (ten N.W. van
Tc!mem) hun stellingen hebben verbeterd
de or verovering van een vijandelijk fronlt»-
ïtuk; de Italianen, dat zij op den Calvario-
berg een vijandelijke schuilplaats bezet
en er 80 geweren en munitie buitgemaakt
hebben.
Verder meldt het Italiaansche legerbe-
rdebt nog, daJt vijandelijke afdeelitngen een
Italiaansche verschansing op de Vodil-
hoogte waren binnengedrongen, waar zij
dadelijk weer werden uitgedreven.
Van het Zuidoostelijk oorlogsterrein.
Overzicht.
Op ditr oofl-logsterrein hébben de Oosten
rijkers de Mointetnegrijnen op de hoogten
van Piewlje verstrooid, in het grensgebied
ten noorden van Berane den Linkervleu
gel der Montenegrijnen tot dien terugtocht
gedwongen en de Seavische achterhoeden
op de hoogten ten weatien van Ipek terug-
De Bulgaren hebben de pfaa'tsijes
Djakova, Dibra, Stroega en Orkrida bezet.
Van de Turksche oorlogsterreinen.
Overzicht
Van all© Turksche oorlogsterreinen is
er slechts nieuws ui't Perzië. Volgens een
door het Russische -gezantschap ite Tehe
ran ontvangen bericht, hebben de Russen
een ovecwirayng behaald 'in de richting
van Hamadar,. waar, volgens het Russi
sche bericht, de "vijand, ten getale van
5000 man ruitens en voêütvolk, gendarmen
en. c-pstandeilingen, en ongeveer 1200 Duit
sche en Turksche huurlingen, gewapend
met kanonnen en machinegeweren, werd
teruggeworpen, na verlies van een groot
aantal gesneuvelden en gewonden. De
Russische troepen hebben een belangrijke
stelling bij de stad be®eft, van waaruit zij
hun aanval vooa'tzetten.
0p Zee.
Ameiilkaansch schip in beslag genomen.
De Amer. gezant te-Rome heeft hot min.
van buitenlandsche zaken der Ver. Staten
meegedeeld, dat de petroleumboot „Com-
munipaw" van do Standard Oil Cy., is
aangehouden en naar een ongenoemde
haven opgebracht.
(Het schip is dus, in tegenstelling met
het vorige bericht, niet gezonken. Of het
getorpedeerd is, blijkt niet. Red.)
De duikboot- en mijnoorlog.
Volgens een Lloydsbericht zijn de
Engelsche stoomschepen Veria" en „Gou-
landis" gezonken.
Oostenrijkscho duikbootactie.
De Oostenrijksche marinestaf meldt offi
cieel:
Een onzer duikbooten heeft Dinsdagoch
tend in de Golf van de Drin (Adriatische
Zee, ten Zuiden van het meer van Skoeta-
ri) een Albaneesch motor-zeilschip, waar
op zich 30 Servische soldaten met geweren,
vier kanonnen en munitie bevonden, aan
gehouden en naar Cattaro opgebracht.
0p den Balkan.
Griekenland en de entente.
De Gnieksche mUnister-p resident Skoe-
loedis heeft Woensdag de gezanten van
Italië eoi Rusland ontvangen. Men veron
derstelt, seint „Havas" uit Athene, dart. de
böteekenis hiervan is, der Grieksche re-
geerlng duidelijk te maken dart. deze mo
gendheden zich aansluiten bij haar En
gelsche en Fransche bondgenooten voor-
zoover betrefit het ei-schen van waarbor
gen met betrekking tot het expeditiekorps.
België.
Paters Jezuïeten veroordeeld.
Een der correspondenten van ,,De Tijd"
in België bericht:
Aan Pater Devroye S.J., rector van het
nieuwe college St. Michel te BrusseL, die
begin November tot 13 maanden gevange
nisstraf werd veroordeeld, is op. voor
spraak van den ambassadeur van Spanje,
vermindering van straf toegestaan, welke
nu tot 3 maanden is teruggebracht.
Pater Van Bambeke S.J., die verleden
jaar tot drie jaar gevangenisstraf werd
veroordeeld, is den l-*en November j.l. in
vrijheid gesteld.
Duitschland.
De Rijksdag.
De Duitsche Rijksdag is gisteren geopend
met een rede van den Rijkskanselier, Von
Beithmann Holiweg, waarin deze een uit
voerige uiteenzetting van de gebeurtenissen
op den Balkan en den militairen toestand
op de verschillende oorlogsterreinen.
Hierna ging de Rijksdag over tot de be
handeling van de agenda, waarop de
sociaal-democratische interpellatie staat:
„of de Rijskkanselier bereid is mede te
doelen, onder welke voorwaarde hij geneigd
is vredesonderhandelingen aan te knoo-
pen?"
De soc.-dem. afgevaardigde Scheide
mann, die deze interpellatie toelichtte, zei-
de o. m.:
Over vrede moet degene spreken wiens
sterkte hem veroorlooft elke misduiding
als zou het een teeken van zwakte zijn met
rustig krachtsbewustzijn op te vatten..
Wij keeren ons ifiet beslistheid tegen al
len, die uit dezen oorlog een veroverings
oorlog yvillerx maken; maar ook wijzen wij
alle tegen Duitschland én. zijn veiligheid
gesmede plannen af (bijval). Van afschei
ding van Elzas-Lotharingen willen wij na
tuurlijk niets weten (levendige bijval). Spr.
citeert hetgeen in Hooger- en Lagerhuis
gezegd is over den vrede en gaat dan
voort:
Namens de Oostenrijksche partijgenoo-
ton verklaar ik, dat zij het met ons eens
zijn wat betreft den wensch het vaderland
te verdedigen, maar ook wat aangaat het
vredesluiten. Het Duitsche volk wil den
oorlog geen dag langer voorzetten dan noo-
dig is om het doel te verzekeren. Voor de
onafhankelijkheid van het land heeft heft
Duitsche volk alles over. Wij kunnen open
lijk zeggen, dait wij vrede willen, daar het
Duitsche volk sterk genoeg is en besloten
is ook verder heft vaderland en huis en erf
te verdedigen, wanneer de vijand geen
vrede wil.
Wij w e n 9 c h e n, dat de eer
ste beslissende stap tot be
ëindiging van den oorlog
van Duitschland uitgaat.
(Bijval en applaus bij de soc.-dem.)
Na Scheidemann kwam de kanselier aan
het woord.
Hij zeide, dat de aankondiging van de
interpellatie in 'het vijandelijk buitenland
een aanmerkelijk opzien baarde van over
wegend blijmoedigen aard.
Men wil in de vraag naar de Duitsche
vredesvoorwaarden een teeken zien van
verslapping van Duitschland's kracht of
van vermindering der eensgezindheid van
het Duitsche volk. Ik hoop en geloof ern-
ter, dat de zoo even gehoorde motiveering
in hoofdzaak de hoopvolle verwachtingen
van den vijand teleurstelt.
Uit de uitlatingen van Scheidemann
sprak bezorgdheid, dat wij de mogelijkheid
van een eervollen vrede zouden laten voor
bijgaan en verstandige vredesaanbiedin»-
gen, welke ons gedaan konden worden,
zouden afwijzen, alleen omdat wij alle
veroverde landen zouden willen behouden,
of ze-lfs nieuwe erbij zouden willen verove
ren. Ik moet toegeven, dat tot zijn opwek
king om aan den oorlog een einde te ma
ken en openlijk te zeggen, hoe de Duitsche
regeering zich den vrede denkit, het verloop
van den oorlog tot dusverre-vanzelf leidt,
(hoort, hoort). Wij hebben geweldige suc
cessen bereikt en ontnamen den vijand de
een© verwachting na de andere; meit de
uiterste hardnekkigheid klemde hij zich
na het verlies van de eene, vast aan een
andere verwachting.
Wanneer ik over onze vredesvoorwaar
den moet spreken, moet ik eerst de vredes
voorwaarden van den vijand beschouwen.
Onze tegenstanders stelden in den eereten
roes der verwachtingen, welke zij in het
begin van .dezen gemakkelijken oorlog»
meenden te kunnen koesteren, een gewel
dig oorlogsdoel: zij proclameerden de ver
nietiging van Duitschland. In Engeland
wilde men, zoo noodig, hiertoe twintig
jaar oorlogvoeren. Over zulk een duur
van een oorlog ontstond daar intussohen
wel eenige bezorgdheid. (Vroolijkheid).
Maar het einddoel bleef, niettegenstaande
alle gebeurtenissen, hetzelfde.
Von Bethman Holiweg haalde- daarna
aan wat in de Engelsche en Fransche pers
geschreven is over het oorlogsdoel en ging
tjoen voort:
Komen onze vijanden met vredesvoor
stellen, welke de waardigheid en veilig
heid van Duitschland verzekeren, dan zijn
wij steeds bereid die te bespreken.
In het volle bewustzijn van de behaalde
en onwrikbaar vaststaande wapensucces
sen, weigeren wij alle verantwoordelijk
heid voor de voortzetting van de ellende,
welke Europa en de wereld vervult. Het
mag niet heeten, dat wij den oorlog on-
noodig rekken omdat wij dit of dat pand
nog willen veroveren.
In een vorige redevoering gaf ik in al-
gemeene trekken het oorlogsdoel aan; ook
heden kan ik niet in bijzonderheden afda
len, en u niet zeggen, welke waarborgen
de 'keizerlijke regeering bijv. in de Belgi
sche quaestie wil eiaclien, en welke machts
grondslagen zij voor deze waarborgen
noodig acht.
Eén ding moeten onze vijanden beden
ken: hoe .langer en verbitterder zij den
oorlog voeren, hoe grooter de noodzake
lijke waarborgen worden (bijval, applaus).
Noch in het oosten, noch in het westen
mogen onze vijanden beschikken over in
valspoorten, waardoor zij ons voortaan
heftiger dan tot dusverre verontrusten
(applaus).
Wij bedreigen geen kleine volkeren en
voeren niot een ons opgedrongen oorlog
om vreemde volkeren te onderdrukken,
maar wij vechten ter bescherming van ons
leven en vrijheid. Voor de Duitsche regee
ring bleef deze oorlog wat hij van het be
gin was: een verdedigingsoorlog van het
Duitsche volk voor zijn toekomst. Aan den
oorlog kan slechts een einde komen door
een vrede, welke ons naar meuschelijke
berekening zekerheid geeft tegen een hor-
haling. Daarover zijn we het allen eens.
Dat is onze kracht en moet onze kracht
blijven. (LeVendige bijval, applaus).
Na het antwoord van den Rijkskanselier
legde Spahn (centrum) namens de partijen
behalve de soc.-democraftische, de volgen
de verklaring af:
Ook wij wenschen beëindiging van den
ons opgedrongen oorlog; wij zien vol be
wondering en dankbaarheid naar de onaf
gebroken reeks overwinningen van onze
troepen, die schouder aan schouder mot
de dappere Oostenrijksch-Hongaarsche,
Bulgaarsche en Turksche bondgenooten
van succes tot succes strijden, hun roem
rijke vaandels ver in 's vijands land dra
gon en zoojuist het Servische leger ver
nietigd hebben-
In aansluiting bij de verklaring van
Spahn had Landsberg (soc. dem.) willen
spreken, doch zich weder van de lijst der
sprekers laten schrappen.
Hierna werd het ingediende voorstel tot
sluiting van de debatten verklaard te zijn
aangenomen. Er ontspon zich dientenge
volge een door de sociaal-democraten uit
gelokt debat over de orde van werkzaam
heden, dat af en toe zeer opgewonden was.
Er bleek uit dat er sprake was van eeu
misverstand. Het huis besloot toen een-
staemmig het woord te verleenen aan
Landsberg (soc.-dem.)
Deze zeide: Ik hoop dat aan het zooeven
voorgevalLene, dat besloten is met het ver
leenen van het wöord aan mij, niemand
meer denkt, zoodra wij de zaal hebben
verlaten. .Algemeene toejuichingen en
applaus. Zorg voor de bedreigde Kul-
tur heeft bij het uitbreken van den oorlog
alle klassen, en partijen van Duitschland
op de wallen gedreven. Thans noopt ze,
itot vrede te vermanen. Wij willen de ver
nietiging van ons land verhoeden, maar
ook geen ander land vernietigen.^ De
Rijkskanselier heeft geen harde woorden
gesproken, zooals Briand en Asquith.
Liebknecht: Toch wel!
Landsberg: Wanneer Liebknecht van een
andere meening is, berust dit op een ver
schil in ons luistervermogen of van onze
geestesgesteldheid (daverende vroolijk
heid).
Liebknecht herhaalt zijn interrupties.
Lansberg: Onze groep heeft mij, niet
Liebknecht als woordvoerder aangewezen.
De Rijkskanselier is in beginsel tot een
eervollen, vrede bereid, doch verlangt be
veiliging tegen lichtzinnige aanvallen. Dat
willen ook wij (levendige toej.) Voortzet
ting van dein oorlog tot de uitputting van
alle oorlogvoerenden verschaft geeii waar
borg tegen herhaling van den oorlog. l)e
Duitsche politiek moet er voor zorgen dat
zekere hoop op de mogelijkheid van her
overing van Elzas-Lotharingen wordt ver
nietigd. (levendige toej.) Wie het més
neemt om stukken uit het lichaam van het
Duitsche volk te snijden, zal stuiten op een
Duitsch volk, dat, eensgezind in zijn ver
dediging, hem het mes uit de hand zal
slaan. (Levendige toej. en applaus).
Niettegenstaande het protest van Lieb
knecht, die voorstelde heden zitting te
houden ter bespreking van zijn korte voor
stel, besloot het huis de bijeenroeping van
de eerstvolgende zitting aan den voorzit
ter over te laten.
FEUILLETON.
MARGUERITE.
•18)
„Geen treurspelen, (broeder, gij zult wel
tot bedaren komen..."-
■Gloricerend duwde Gaza!® zijn hoed op
hert hoofd, en trad1 naar buiten, als Laatst©
uitdaging Ouractou toevoegend: „Tot
/weerziens, broeder."
Ge ruimen tijd bleef Ouradou als verplet
terd. Jacques durfde de stiiïte niet verbre
ken. Eindelijk edh,ter schudde do patroon
der, loodzwaren last van zriéh af en
zuchtte.
„Zullen wij een dergel ijken aanslag het
hoofd kunnen bieden, mijn zoon?... Tien
duizend I"
,,En dat juist in een tijd van aankoopen
vaa (hout, en van het vernieuwen van de
goreod'schappenl.
„Maar wij moeten ons verdedigen!...-
Grootmoeder had gelijk, op het monster
moet zonder genade worden jacht ge
maakt,"
„HeLaa®! hij zal het geld behouden,..
Wie weet, of hij bij ons, dn de fabriek,
ttlet verraad uitlokte?... Wie weet, of hij
niet een concunverende fabriek togen ons
zal oprichten?"
ïie>daar, tot welk een peil van laagheid
en slwohtheid een mensrih valt, die als hin
derlijken btfMast uit zijn hart allen gods-
nieustzin, atle GodsvereorLng heeft geban
nen... Voor hom bestaat niets dasi geid..'-
;,Wai heeft hij-te vreezon in onze maat
schappij van leugenaars en afgunslrgen?...
Hij gékroti overigens, dat gij uit teerge
voel igheifd, uiiit humaniteit zult aarzelen,
hem te vervolgen...."
„Neen, ik zal zonder mededongen zijn-I...
Dat verzeker ik je!...."
Ouradou sloeg met zijn vuisten op de
tafel en richtte zich op in zijn volle lengte,
sidderend meer van wanhoop dan van
moed. Jacques keek door het open venster
droef naar de oude kerk, dae tussohen haar
muren aoovetel smarten'had gelenigd...
Men hoorde beneden in de zalen de ma
chines snorren, de messen knarsen op de
schijven kurk, de lenige takken der lotus-
boonien rollen onder de pers, die ze glad
maakte. Met tusschenpoozen gaf de scher
pe stem van Carrère haar bevelen, en de
stem van Milhau, dien ochtend zoo wre
velig hield niet op hier en daar aanmer
kingen te maken.
Ouradou en Jacques brachten den in
houd der brandkast, en wat de tafel be
vatte, weder in orde en kpraken daarbij
met gedempte stem. Radeloos, niet we
iend wat te beginnen, beefde eerstgenoem
de van toorn, want dile duivel van 'n Ca-
zals joeg hem, ondank® alles, vrees aan,
en hij gevoelde niet dn zich de kracht, hoe
noodzakelijk en' wettig ook, om wraak to
oefenen. Klagend riep bij uit...: „Moet ik
me dat al weer laten welgevallen?.... O,
die bandiet!... Maar ik doe verkeerd1 met
hier te blijven!... Ik moest hem gaan aan
klagen bij het gerecht!"
„O, ik weet het-heel goed, dat gij niet
naar Perpignan zult gaan," mompelde
Jacques.
Troosteloos kelken zij elkander aan, toen
een concert van stemmen uit de naburige
kerk tot hen doordrong. Zonder een woord
te zeggen, zette OuradoU bet glazen pa
neel, op het Plan uitziend, _geheel open.
Daarna steeg udt de verl/ichte kerk het
concert nog duidelijker en blijder naar
hen op. Gp de Donderdag-ochtenden ver-
eenig-den Marguerite en Jeanne de kinde
ren der gemeente, om hen in den catechis
mus 'te oniderrtchten... thans, nu de les ge
ëindigd was, riepen zij gezamenlijk den
zagen de® Hemels af over de fabriek, die
te Maureillas zoovele gezinnen voedde.
Ouradou en Jacques, dicht bij elkander
staand1, luisterden mat geheel hun ziel
naar den friaschen zang van die gebeden,
welke na eert. oogemblik van moedeloosheid
in hun' bant het vertrouwen in God, en
daardoor in hennzelven deden herleven.
Het gezang eindigde en de kinderen
verlieten twee aan twee de kerk, om onder
geleide van Marguerite en Jeanne een
wandeling te maken.
Eensklaps al hun verdriet verge
tend, bewonderden Ouradou en Jacques
die gelukkige, kleine schepselen, die later
zouden Ie eren arbeiden in de fabriek, on
der de bevelen van vaderlijke meesters,
evenals zij thans, onder de bezieling van
twee jonge meisjes den godsdienst van
bun vooroudere leerden hoogschatten.
HOOFDSTUK VIII.
De medeplichtigen.
Beneden Maureillas loopt de zich kron
kelende -ravijn van Puy, waar die „beek
van Rome" stroomt, over het gebergte, tns-
schen kreupelhout en wilde rozenstruiken.
Stroomopwaarts vindt men een knimg van
geelachtige rotsen, waarover een pad op
nieuw een ravijn binnendringt, bij de oron
der beek, Drtart op een open piclc, rees uit
struikgewas de schuur op, die als den aan
hangers van Carrère tot plaats van bij
eenkomst diende.
Dezen Zondag waren de twaalf ontevre
denen met hun gebruinde, magere, hoe
kige gezichten bijeen, om naar Carrère te
luisteren. Hier en daar verspreide brok
ken van meubelen en steenen boden hun
de gelegenheid, om van tijd tot tijd te
gaan zitten», terwijl Carrère, op den e-eni-
gen stoel gezeten, redevoerde:
„Wij weten," sprak hij, „jlat Cazials zich
een chèque heefit toegeëigend. Ik voor mij,
om de waarheid te zeggen, zou nooit onder
een stuk een va/lsdhe handtoekening heb
ben gezet. Maar enfin, het is geschied.
Eigenlijk gezegd, heeft hij zijn eigendom
teruggenomen, het edgendjom van den
ouden Cazals, die onze industrie heeft op
gericht."
„Dat ia zoo," stemden de kameraden in.
„Heeft nu Gaizals zijn eigiendoan terug
genomen, neemt gij den uwen terug: de
vrijheid. Een mensch, wie hij ook zij, heeft
niet het recht zich te verrijken ten koste
van uw onwetendheid'. Zoudlt gij niet uwe
huizen willen verbeteren, niet wat meer
vrijen tijd wlLlen geven aan uwe vrouwen,
niet uwe kinderen goed willen kleeden en
hen zelfs willen zenden naar het lyceum
van Perplgnan, waaraan Jacques zijn op
leiding gék regen heeft?"
„Ja! ja!" grinnikten de kameraden in
bef schemerig duister der kLeverage muren.
..Ik ken de gdhedimen der fabriek... Oura
dou kermt voor niiets... die tien duizend
frank zulLen hem niet ruïneeron... Ik z-ail
ze uitstekend weten te gebruiken voor het
welzijn van allenwant -ik ben het, die
Cazals, verlogen met de zaak, beb onder
richt... Ik offer mij op... wat doet hot er
toe.... kinderen heb ik niiet."
Carrère liLet zijn kameraden met hun
bekrompen verstond een oogenblik tijd,
om to overwegen. Vervolgens hun drup pol
voor druppel toedienend het vergif van
zijn eerzucht en zijn afgunst, ging hij
voort:
„Ik geloof, dat men to Maureillas mom-
peil, d'aiti we in hét schild roeren, met Ga-
zal® een fabriek op te richten, waarin gij
meer in tel zijt, en beter betaald wordt....
Maar.... Cazals aarzelt..., schaamte, een
formulier bezwaar, begrijpt ge? Men moge
hem vcroordeelcn zooveel men wil, hij is
een rechtschapen man... Er moet gewacht,
hoe alles loopt, hoe Ouradou de zaak op
neemt, de cheque en ons plan... Ouradou,
hm..., die is bang voo»r concurrentie. Hij
wacht waarschijnlijk slechts met zijn aan
klacht bij het parket, om ons to noodzaken
bij hem to blijven. Zoo we hem verlieten,
zou hij dadelijk de daad van Cazals bij
het gerecht aangeven... Er moot dus ge
wacht... Zijn wij het daaromtrent eens?''
,,Jal ja!" knorden de kameraden, onge
duldig om him droomeu van vrijmaking
werkelijkheid to zien worden.
„In afwachting moéten vd^ons op abso
lute wijze onderwerpen aan Ouradou,
maar van den dag van .den opstand af,
mag een enkele smeoking of bedreigen#
van Ou-radou of van dien melkmuil Jac
ques er je toe bewegen iii de fabriek teru®
te keeren."
iWordt vervolgd.j