BINNENLAND. KRONIEK. 1914. 25 Augustus. Eerste bezoek van een Zeppelin aan Antwerpen. neutralene waren er sterk voor, anderen onverschillig. Eén oorlogvoerende meen de, dat Amerika te onbekend was met Europeesche zaken, om ter conferentie een leidende rol te spelen. De vorige week zou worden besloten, welke der Europeesche neutralen het ini tiatief voor de samenroeping zou nemen. Op het laatste oogenblik echter, terwijl «alLen het plan toejuichten, wilden gden van allen dit doen, zonder den „grootem broeder"; zonder Amerika's invloed achtte men do kans om iets uit te richten, te gering. Overwogen werd, dat Amerika juist nu wegens de verhouding tot Duitschland niet kon deelnemen, terwijl de groote Duitsche overwinningen het moment ook minder geschikt maakte. Niettemin verneemt de correspondent, dat een Europeesche deputatie, waaron der Engelsche en Nederlandsche pacifis ten, in begin September een bezoek wil brengen aan president Wilson om te trachten, hem tot eenige stap te bewegen. Naar aanleiding van bovenstaand tele gram verneemt het Haagsche Correspon- rientiebureau van welingelichte zijde, dat de daarin vervatte mededeelingen, voor zoover niet geheel onjuist, grootendeels betrekking hebbend op het bekende be zoek, door eenige vrouwen, als uitvloei sel van de resolutiën op het hier gehou den Internationale Vrouwencongres aan genomen, aan verschillende hoofdsteden van Europa gebracht. Dat do resolutie van den Neder.land- echen Anti-Oorlograad in die pogingen, voor zoover Duitschland betreft, een wan klank bracht, omdat de toelichting tot die resolutie zegt, dat ondersteld mag wor den dat wei geen neutrale mogendheid zou willen medewerken tot een vrede waarbij niet de onafhankelijkheid van België werd gewaarborgd, achtte onze zegsman een uit de lucht gegrepen bewe ring, waar toch algemeen bekend is dat er in Duitschland een zeer sterke en vooral na de jongste successen in Rus land steeds sterker wordende stroo ming is die in geen geval bij het sluiten van den vrede België zou willen aonexee- ren. Een schrijven van Z.H. den Paus. De Heiige Vader beeft tot het Zwitser- rhe Episcopaat een schrijven gericht, dat a's volgt luidt: Eerwaardige Broeders, Groeit en Apos tolische Zegen. Door uw eerbiedig schrijven, dat gij kort na uw bisschopsconferentie tot On6 hebt gerictjt, wordit Onze opmerkzaam heid gevestigd op het schouwspel, waar van Wij met groote moeite nauwelijks enkele ©ogenblikken do gedachte kunnen afwenden. Wij nemen deel in den kom mer der bedroefden; om hunnentwil wor den Wij door zorgen gedrukt en zijn Wij met werk overladen, om hunnentwil be klemmen Ons dag en nacht beangstigde vragen.. Wat de barmhartigheid kan in geven en wat de omstandigheden mede brengen tot her stol van den vrede en tot leniging der oorlogsnooden, beproeven Wij, ge ijk u bekend is, boven alles ver trouwend op Hem, die steeds groote be doelingen steunt. Eerwaardige Broeders, bij al dat wa pengekletter hebben Wij vaak en met liefde Onze gedachte gewend tot het Zwltsersche volk, en met u begrijpen en gevoelen Wij, wat de Zwitsers voor de weldaad van den vrede vóór al'es te danken hebben aan. God en aan het be leid van hun regeering. Hetgeen gij Ons schrijft, n.l. dat gij met groote vreugde hebt opgemerkt, dat het burgei'üjk bestuur van uwe republiek Ons ter zijde staat lm Onzen ruste'.oozen ijver en het streven, te arbeid en voor het heil dergenen, die lijden. En dat gij levendig wenscht, dat zulk een heilzame wexierkeerige samen werking van dag tot dag worde bevor derd, bewijst Ons duidelijk, hoezeer bij U, Eerwaardige Broeders, en bij uw me- debureerst die door Ons verstrekte raad gevingen. en het initiatief Onzer vader lijke voorzorgen werken en hoe hoog en van welke beteekenis bij de Zwitsers de mensc'hlievendheid is. Het verheugt Ons U te kunnen verzekeren, dart uw tevre denheid en uwe wenschen ook de Onze zijn. En terwijl Wij naar verdienste uwe gevoelens van eerbied jegens Ons en de doorluchtige mannen, die uw vaderland regeeren, prijzen, vereenen Wij U, Eer waardige Broeders, «n de aan U toever trouwde geestelijkheid en geloovigen, als onderpand der Goddelijke genade van ganscher harte den Apostolischen Zegen In België. Staking te Gent. Te Gent is j.l. Dinsdag een algemeene staking geproclameerd op de fabrieken, waaronder toezicht van Duitsche officie ren moet worden gewerkt. De staking omvat 460U man. De arbeiders in deze fabrieken waren den laatsten tijd zeer geprikkeld door de wijze, waarop de Duitsche officieren toe zicht hielden op hun werk. Donderdag is een gedeelte der stakers weer aan het werk gegaan, nadat de overheid er in had toegestemd, dat geen Duitsche officieren meer toezicht in de fabrieken zouden hou den. De voornaamste fabrieken welke door deze staking zijn getroffen zijn de prik- keldraadfabriek te Gent-Brugge, de fa brieken van Gebrs. Van Gheluwe, van de firma's Motte, Parmentier-Van Hoog- aarde en Van Haeghen, benevens de fa brieken La Coriandre, Florida, de weve rij Vooruit en de fabriek Le Tissage te GenUBrugge. In het Briische Rijk. Tegen dienstplicht. De propaganda van bepaalde bladen voor algeaneenen dienstplicht tegelijk met de vernieuwde werkzaamheid van den bond voor nationale dienstneming heeft het onverwachte gevo'rg góhad van cle vorming van: verschillende vereenigingetn met directe anti-dienstpldcht propaganda. Door de parlementaire commissie van de vakbonden zal deze zaak in den bree- de worden besproken op heit, vakvereend- gingscongres, dat op 6 September te Bris tol zal worden gethouden. Het staat wel vast, dat de houding van het congres een v.an onver-zoenlijken tegenstand tegen den algemeen en dienstplicht zal zijn. Deze feiten veroorzaken eenige onge rustheid' bij hen, drie dieper denken* daar men van meening is, dat het resultaat van zulk een tegenproiraeanda de regee ring in groote verlegenheid zal brengen, indien in de todkomst de algemeene dienstplicht nog als noodzakelijk mocht worden beschouwd. Uit Sydney wordt aan de Daily Tele graph" gemeld dat Holman, de minister president, zijn voornemen heeft kenbaar gemaakt, om, mocht het stelsel van vrij willige dienstneming tekort schieten, in voering van dienstplicht te bewerken voor den duur van den oorlog. Australië zou 1,250,000 man kunnen opleveren. De Engelsche munitie-arbeiders. Het Engelsche parlementslid John Hodge, voorzitter van de arbeiderspartij, is uit Parijs teruggekeerd, waar hij de vrees van de F.ransehe arbeidersleiders trachtte weg te nemen ten opzichte van. de houding der vakbonden in zake den aanmaak van munitie, welke vrees door de laatste stakingen was veroorzaakt. De taak van Hodge was te veritiaren, dat de Engelsche aiheiders even. hard voor de bondgenooten werken als -de F-ransche en dat hun vrees ongegrond ie. Op den Balkan. De houding van Griekenland. Het nieuwe Grieksche ministerie-Veni- J >s is evenzoo samengesteld als het> oude. AUven is er een nieuwe minister van oorlog in, te weten generaal Dan- glis, gedurende den eersten Balkanoorlog chef van den generalen staf. Het ministerie heeft Maandag den eed afgelegd, na afloop waarvan de menigte Venizelos een groote ovatie bracht. Naar uit Athene aan het Berl. Tage- blatt" wordt gemeld, is het nu uitgemaakt dat de terugkeer van Venizelos aan de regeering niet beteekmt do hervatting van de politiek, die tot zijn val geleid heeft. Ook Venizelos stelt zich nu op het standpunt van de kroon, die voor hand having van de neutraliteit on tegen elke politiek van afstand van grondgebied is. Ondanks deze overeenstemming in de op vatting van de buitenlandsche, politiek, moet men zich niet voorstellen, dat Veni zelos zijn principieel© politieke inzichten opgegeven heeft; ook de principieele te genstelling tusschen Venizelos en de kroon.blijft uit den aard van de zaak be staan, daar de kroon nog altijd aan de eindoverwinning van de midden-Euro- peesche mogendheden gelooft, terwijl Ve nizelos volhardt bij zijn meening, dat En geland niet kan worden verslagen. Het onzekere van de toekomst is nu daarin gelegen, dat Venizelos en de kroon eiken nieuwen toestand naar hun verschillen de zienswijzen zullen beoordeelen. In Zuid-Afrika. De campagne in Duitsch Zuidwest. Uit Pretoria wordt aan de Engelsche bladen gemeld, dat het totale aantal ge vangenen in de laatste phase van den veldtocht in Duitsch-Zuid-West Afrika gemaakt (van 18 Juni tot 9 Juli 4740 be droeg. De regeering geeft een kort offi cieel overzicht van den veldtocht uit en doet een volledige officieele geschiedenis voorbereiden. De regeering roept vrijwilligers op voor de veldartillerie. De verkiezingsstrijd. Generaal Botha is, volgens telegram men aan de Engelsche bladen, de verkie zingscampagne begonnen. Hij heelt te Kaapstad een redevoering gehouden, waarin hij keizer Wilhelm alleen verant woordelijk stelde voor den vreeselijken oorlog. Scherp veroordeelde hij de hou ding van de nationale partij die een ge heel verkeerde opvatting omtrent den oor log had en smadelijk sprak hij van hen die nog sympathie toonden voor de zaak of den persoon van den Duitschen keizer. Andere ministers hebben den verkie zingsstrijd in den Oranje Vrijstraat ge opend. Te Theunissen hebben Malan, de minister van mijnen en Theros de mi nister van landen, gesproken, maar de vergadering eindigde met de aanneming van een motie van wantrouwen in de re geering. Daarentegen werd na een rede van minister Malan te Winburg met al gemeene stemmen een motie van vertrou wen aangenomen. Verschillende Oorlogs berichten. Esn weeshuis voor kinderen van ge sneuvelden. Onder patronaat van den Koning en Koningin van België en de Hertogin van Yendóme is ondeir den naam Homes for Belgian orphans een liefdadige vereeniging opgericht, die zich ten doel stelt een som van 250,000 pd. St. bijeen te brengen om in België «en Wees huis op te richten voor de kinderen van Belgische soldaten, die in den huidigen oorlog gesneuveld zijn. Tot dit doel zullen door den Koning van België een serie belangrijke films beschikbaar worden gesteld, die een beeld zullen geven van den oorlog in Bel- #ie terwijl de Hertogin yan Vendom^ zich voorstelt in verschillende landen le zingen te houden, tot het vormen van /commissies. In het bestuur zitten: voor Engeland o. a. de aartsbisschop van Westminster en de bisschop van Birmingham, voor Frankrijk, Rusland, Japan en België de gezanten te Londen, voor Nederland de heer Gustaaf van Kakken, de directeur van het museum voor kerkelijke kunst te Haarlem. Engcj'sohe vrijwilligers. Maandag zijn 40 vrijwilligers uit Zuid-Afrika, waar onder twee Hollanders, te Londen aange komen: 80 om naar het front te gaan, de 10 anderen om in minutiefabrieken te gaan werken. Britsch generaal gesneuveld. De En gelsche brigade-generaal A. H. Baldwin is aan de .DardaneiMeD gesneuveld. Ohoiera. Lloyds publiceert de vol gende kennisgeving van het Brirtsche mi nisterie van Buitenlandsche Zaken: Gemeld wordt, dat in vele deelein van Duitschland en ook te Riga en Petrograd cholera heerschende is. Oogstwcrkzaamheden In Z.-Tirol. De ,,Voss. Ztg." verneemt uit Innsbruck dat de oogstwerkzaamheden in de door de bevolking ontruimde gebieden yan Zuid-Tirol geschieden door militaire werkkrachten en gedeeltelijk met behulp van Russ'-öohe krijgsgevangenen. In som- moge streken is de arbeid reeds gelukkig voleindigd. Men rekent er op dat de oogst weinig minder zal zijn diln andere Jaren. De duurte In Portugal. Ten gevolge van de duurte der levensmidde"en is een volksmenigte verschillende winkels te Al- znada tegenover Lissabon binnengedron gen en 'heeft er opstootjes veroorzaakt. Troepen zijn naar Wet district gezonden om de orde te herstellen. Nederland en de Oorlog. Uitwisseling van Engel sche eni Duitsche zwaar gewonde krijgsgevangenen. Men meldt d.d. gisteren uit Viiesingen aan het „Hb'Jd.": Aanvankelijk werd medegedeeld, dat er één fcrein met gewonde Engelsdhe zou aankomen, later werd geseind dat vier treinen tussdhen 4 en 7 uur zouden aan komen, nog later dat twee treinen, een te 5 uur en een te 6.53, konden worden verwacht. De eerste trein zou aanvoeren 196 personen, waaronder 5 niet-gewonde hespitaaLeoldaten; de tweede trein zes gewonde, officieren, 60 gewonde minde ren, 23 miet-gewonde hospitaal-soldaten. Totaal moesten er ongeveer 50 personen per brancard worden vervoerd. Bij aankomst van de mai'-boot „Prinses JuMana" werd het promenadedek weder om voor laze ret ingericht. Tien diacones sen en een dokter uit 's-Gravenhage ma ken Woensdag de reis naar Engeland mede en komen Donderd'ag met Duitsche gewonden terug. De afdeeling Vlissringen van Het R'oode Kruis had weder alle maatregelen voor het vervoer van de gewonden en voor het aanbieden van verversohingen op prij zenswaardige wijze genomen. De treinen kwamen beide oq tijd hier aan. Er waren vele zeer ernstige zieken bij; het transport der gewonden bood we der een treurigen aanblik. Onder hen, die met den tweeden trein mede kwamen, heersohte haast onbegrij pelijke vroolijkheid; allen waren zeer ver heugd dat zij morgen weder het vader land zouden hereiken. Zij hadden van vier tot tien maanden in krijgsgevangen schap doorgebracht in verschilelnde Duitse© kampen. Aan boord werden de zwaarst gewonden op het promenadedek, de anderen bene^ den ondergebracht. Onder deze slachtof fers van den oorlog waren vier blonden, twee waren van hun been^n beroofd, een officier was er bij zonder armen en voorts zagen wij vdlen die een arm of een been misten. Ingelijfd bij het Duitsche leger. Het lid der Tweede Kamer de heer Al- barda heeft gistermiddag een onderhoud gehad met den minister van Buitenland sche Zaken, naar aanleiding van de om- standigheid dat een aantal ingezetenen van Losser, die te Gronau werkzaam zijn, verplicht worden in Duitschen krijgs dienst te treden, omdat hun ouders Dudt- schers waren, ofschoon zij hier te lande hun militieplicht hebben vervuld. Drie van deze personen zijn zelfs volgens de inlichtingen, door den heer Albarda ont vangen, op de textielfabriek te Gronau door de militaire overheid gearresteerd en bij het Duitsche deger ingelijfd. Geen eieren meer uit Neder land. In Duitschland heeft men geen Neder landsche eieren meer noodig, zegt de N. Gr. Ct. Voor den oorlog werden veel eie ren uit Galicië betrokken, nu dit weer door de Russen ontruimd is, kunnen de levercontracten, voor de bezetting geslo ten, uitgevoerd worden. Bovendien is e inlandsche eierenproductie door de be tere voeding der kippen toegenomen, zoo- dat de prijzen weer norm ml zijn. Uit de textielindustie. De heeren H. ter Kuile Jzn., voorzitter, en B. J. ter Kuile, lid der Kamer van Koophandel te Enschedé, hebben zich, in gevolge een opdracht der Kamer, naar Londen begeven, den ednde in samenwer king met den heer Joost van Vollenho- ven, bestuurslid der N. O. T., met de En gelsche autoriteiten overleg te plegen ter verkrijging van een meer geregelden aanvoer der grondstoffen onzer texticil- andustrie, als garens, katoen en katoen- afval. Jen gQvtfgc ven e§a y^rbetering in den tlóéVoer van garens heeft de firma Van Heek en Co. te Enschedé besloten* hare weverijen weer de geheel e week te laten werken, met uiftaonderimig van een enkele die waarschijnlijk Slechts vijf dagen wer ken zal. Uitvoerverbod. Bij Kon. besluit van 22 dezer is de uitvoer van profielijzer, gereedschapsstaal en oud gietijzer verboden van den dag der afkondi ging van dit Besluit (24 dezer.) De Kroon behoudt zich voor dit verbod tijdelijk op te heffen of in bijzondere gevallen daarvan ontheffing te doen verleenen. Uitvoer van veulens en ruinen. Met zekerheid kan worden medegedeeld, dat de grenzen voor den uitvoer van veulens en van ruinen, die den leeftijd van twintig maanden nog niet hebben bereikt, den 30en Augustus a.s. zullen worden opengesteld. De regeling dien uitvoer betreffende, zal in de dagbladen worden bekend gemaakt. Uitvoer van jonge paarden. Men meldt uit Winterswijk: Van Woensdag tot en met Zaterdag mogen hier jonge paarden worden uitgevoerd na keuring door een districtsveearts. Korte Kroniek. Overleden ite de heer W. Popping Rzn. te Wyster. Do overledene was vette t'aren <ïld van de Provinciale Staten van )rente. Giste-remmacfhit overleed mr. D. A. van Munster vain Heuvetn, gemeente-secreta ris van. Nijmegen. Te Harmeien is aangekocht de villa en tuin, van wijlen de Ambachtsheer van Harmeien met het doel daar een R. K. Kerk te bouwen. Gemengde berichten. Een merkwaardige ontvluchting. Gister morgen omstreeks elf uur, werd de Maurits- kade te Amsterdam in opschudding gebracht- Een verpleegde uit het Militair Hospitaal had de kans schoon gezien te ontsnappen en rende de Mauritskade op tot de Amstel- brouwerij. Als een kat klom hij tegen het daar geplaatste gevaarte, dat dient voor de kolenlossing, en hoog over de straat Daar de brouwerij loopt. Hij stond weldra boven op het dak, de menigte toe te spreken, in het Duitsch naar het leek. De sommatie van twee agenten van politie, die zich met eenige werk lieden der brouwerij naar boven hadden be geven, beantwoordde hij met de bedreiging, dat hij ieder, die hem op zijn hooge post trachtte te naderen, met een ijzeren bout, welke hij daar gevonden had, zou te lijf gaan. Een inspecteur van politie alarmeerde in middels dc brandweer en toen deze verscheen met de Magirusladder, maakte de vluchteling weldra aanstalten vrijwillig zijn gevaarlijk spreekgestoelte te verlaten. Beneden gekomen wilde hij zich weder van een vervolging onttrekken, doch hij werd door de agenten en het brouwerypersoDcel over meesterd en geboeid naar1 het hospitaal ge dragen. Gesnapt. Een dezer nachten werd te Riel een koe uit de weide van den land bouwer Wouters gestolen door een onbekende. Door de Tilburgsche politie is de dader, een 19-jarige, Boogmans, gearresteerd. Hij keerde Zondag, na afwezig-zijn van drie weken, bij zijn ouders terug met een bedrag van ruim flOO, dat hij naar hij beweerde, met gedwon gen arbeid in een munitiefabriek te Ober- hausen had verdiend. Terwijl hij met koop waren langs de Belgische grens ging, was hij, zoo luide zijn verhaal, verdwaald, in handen van de Duitsche grenswacht gevallen en ge vankelijk naar Oberhausen getransporteerd. De niet-goedgeloovige politie nam hem in verhoor en zoo ontpopte in hem de koedief. Zijrr verhaal was van a tot z gelogen. Een aanhouding. Men schrijft aan de „Dord. Crt.": Op kranige wijze kwijten kom miezen aan de grenzen gestationneerd, zich van hun taak om den bloeienden smokkel handel te fnuiken en, zooals bekend, niet zonder resultaat. Geen wonder, dat hun collega's, die hiertoe minder in de gelegenheid zijn, eenigzins na ijverig- worden, en ook gaarne eens van hun waakzaamheid willen blijk geven. 't Gebeurde in een gemeente in Zuid-Holland op een voormiddag. Twee kommiezen surveil- leeren, een op de fiets, de andere loopende er naast. Zij speuren, kijken met Argusoogen links en rechts. De oogen van dien op de fiets schitteren: hij heeft iets ontdekt. Daar nadert iemand met een mand, een flesechen- mand met twaalf hokjes, waarin evenzooveel fle8schen en omgekeerd er in nog eens dat aantal. Met een enkelen trap op de pendalen staat hij voor den gewaanden misdadiger, heft de hand op en daar klinkt het voor eiken smokkelaar zoo gevreesde: „Halt! Kommiezen De aangeroepene verbleekt van schrik en zet haastig de mand neer. Ondertusschen is ook de andere kommies naderbij gekomen. De kommies: Mag ik weten, wat u daar vervoert? De aangehoudene: Kijk maar na. De commies haalt een paar flesschen uit den mand; zij zijn netjes geëtiquetteerd en gecapsulecrl, maar.... leeg ('t zijn étalage- Besschen). De kommies: Zijn ze allemaal leeg? De aangehoudene: KJjk u ze maar na! De kommies: Maar u kunt me dit toch wel zeggen. De ahdere: Neen. De kommies: Waarom niet? De andere: Liever heb ik dat u ze nakijkt. De kommies neemt nog een paar flesschen uit den mand, houdt ze tegen het licht, doch.ze blijken alle leeg. Met een welwillend „u kunt gaan" vertrekt de kommies vergezeld van zijn collega om zijn speurtocht voort te zetten. Dc plaat van „De Nieuwe Amsterdammer" verboden. Voor de ramen van een aantal sigarenwinkels hing dezer dagen de nieuwste plaat van het bekende weekblad „De Nieuwe Amsterdammer"; op die plaat zag men den Duitschen keizer in een witten mantel ge huld, met de hand wijzen naar een rood ge kleurd slagveld als bezaaid met lyken, terwijl het onderschrift dezer voorstelling luidde: „Zie daar weer een schrede op den weg, waarop de almachtige God ons tot heden zoo genadiglijk heeft geleid". (Danktelegram van keizer Wilhelm). Naar wij vernemen is het „openlijk ten toonstellen" van deze plaat door den hoofd commissaris van politie te Utrecht verboden, omdat de voorstelling kwetsend zou kunnen zyn voor Bommigen. In een zestal winkels, waar de plaat (e«D teekening van Jan Sluiters) voor de ramen hing, is deze weggenomen. „U. D.» Driedubbele moord. Zooals bekend j* werd in Sept. 1909 te Koekange een driel dubbele moord gepleegd, waarvan de dadec steeds onbekend zijn gebleven. Wij vernemen thans dat zich" een persoon uit die streek schriftelijk heeft gewend te' den burgemeester zijner woonplaats met ae mededeeling, dat hij in staat is belangrijk» aanwijzingen te geven. Een onderzoek naar die bewering wordt ingesteld. „Avp." Inbraak te Rotsterbanle. Op aanwijziiy van Veer.stra, die bekend heeft de dader ve zijn van de inbraak en manslag op Buitenveld te Rotsterhaule, zijn door de politie opgeviseh. in een sloot, op 20 minuten afstand van B.'s woning, het geldbeursje, dat B. hem op' zij,, eisch „Je geld of je leven" overhandigde en het pistool, waarmee hij dreigde. Het mesif nog niet gevonden. Het bebloede vest, dat hij onder den vloer verstopt had, was reeds door zijn moeder verbrand. Ontvluchte krijgsgevangenen. Men Bchrijft uit Oldenzaal aan de „Msb.": Hedenmiddag is bij Denekamp over de grens gekomen en door een patrouille van die grenswacht aangehouden een uit Duitsche gevangenschap ontvluchte Fransch soldaat, genaamd J. Detaetre. Hij was indertijd als wielrijder bij een transportafdeeling door een Duitsche patrouille verrast en gevangen genomen. Thans was hij ingedeeld bij een arbeids-commando in de nabijheid der grens en had de kans schoon gezien om te ont vluchten. Dercrelijke ontvluchtingen hebben den laat sten tijd herhaaldelijk plaats, doch door ver scherpte grenscontrole worden de ontvluchtten voordat ze de grens kunnen passeeren, weer gepakt. Alles helpt dan ook tot de grensbe waking mede. O.a. gaat de „Jugenwehr" te Gronau eiken avond op zijn „Russenvangst", d.w.z. ze loopen patrouille door heide en bosch langs de grens om ontyluöhte krijgs- gevangenen te snappen. Toch zijn er nog wel gaatjes, waardoor men Holland kan bereiken, hetgeen de ont snapping der gebroeders Kupers uitOverdin- 1 kei bewezen heeft. Niettegenstaande de ont vluchting uit de gevangenis te Coesfeld langs de geheele grens gesignaleerd was en de patrouilles zoowel te paard als te voet ver dubbeld waren, zijn ze toch - veilig in hun woonplaats teruggekeerd. Interessant is het, de mannen te hooren verhalen, hoe ze zijn ontsnapt. Nadat ze op de fabriek te Gronau wa,-en gevangen genomen, werden ze met een de serteur uit Berlijn, die reeds eenmaal in de gevangenis te Coesfeld opgesloten was ge weest, in het cachot gevangen gezet. Met behulp van een lus, gemaakt van een touwtje, dat aan een stokje was gebonden, wisten ze door hét kijkgaatje in de deur, het knipje van het etensdeurtje open te trekken. Door de ontstane opening konden ze den arm steken en zoo den bovensten en middelsten deurgrendel opentrekken. Toen sloegen ze 'n in de oei staanden stoel in stukken en met 'n eind hout kregen ze den ondersten grendel los. Toen stond de deur open. Ze moesten een trap van zeven treden op, waarbij een van hen nog het ongeluk had naar be neden te rollen. Tot hun geluk werd- het gestommel niet gehoord en konden ze op aanwyzing van den deserteur, die weg wist, door een raampje, dat slechts door gaas was afgesloten, de binnenplaats bereiken. Eenmaal buiten klommen ze over een hek en stonden in Coesfeld. waar een tamelijk drukte op straat heerschte. Zij begaven zich buiten de starl en verborgen zich in struik gewas, om des nacht den tocht voort te zet ten. Onbekend met de omgeving kropen ze uren achtereen voort, totdat ze, toen het morgen begon te worden, een stad bemerkten, die ze inliepen. Eensklaps stonden ze weer voor hun eigen gevangenis. Ze waren om de stad gekropen. Aanstonds begaven ze zich weer naar buiten, vroegen ze een boer den weg naar de grens, daar ze voorgaven, 'n paard te willen smok kelen, en nu verdwaald waren. De boer kreeg argwaan, doch de fabriekspassen, die ze rog hadden, namen alle verdenking weg. En zoo togen ze weder gren6waarts. In de nabijheid der grens aangekomen, verdubbelden ze hun waakzaamheid. Een van hen kroop als verkenner vooruit, totdat ze de Rukenberger bosschen bereikten en ten slotte bij Drieland in hun kerkdorp Overdin- kels aankwamen. Hier heerschte de grootste vreugde bij hun terugkeer. Gelnk. Eens op een dag liep een man langs de straat. Hij was ongelukkig. De zaken gingen slecht; hij had zijn hart gezet opeen paard dat duizend gulden kostte, en hij had slechts vijfhonderd gulden om het te koopen: Er waren anders nog wel mooie dingen ge noeg in de wereld die hij voor vijfhonderd gulden kon koopen; maar die wilde hij niet hebben. En daarom was hy ongelukkig en vond het leven vreeselijk. Terwijl hij zoo voortliep, zag hij een kind aankomen. Het was een kind dat hij niet kende, maar toen hij het aanzag, straalde het kindergezicht als zonneschijn. Het kind lachte luidkeels van vreugde, en hield zyn gesloten handjes in de hoogte. „Rand eens, wat ik in mijn hand heb!" riep het vroolijk. „Zeker iets heel moois!" zeide de man. Het kind knikte van ja en kwam nader bij. Toen opende het zijn handje. „Kijk maar eens!" zeide het kind; en de straat weerklonk van zijn vroolijk gelach. De man keek, en in het handje van het kind lach een nieuwe, blinkende stuiver. „Hoera!" riep het kind. „Hoera!" riep de man. Toen scheidden zij, en het kind kocht een dikke, lange pepernmntpijp, en zag de ge heele wereld rood met witte strepen. De man ging en zette zijn vijfhonderd gul den op de bank op vier gulden na. En voor die vier gulden kocht hij een hobbelpaard voor zijn eigen kleinen jongen, en de kleine jongen zag de geheele wereld bruin met witte plekken. „Is dit het paard, dat u zoo graag wou koopen, vader?" vroeg de kleine jonger. „Het is het paard, dat ik gekocht heb!" zeide de man. „Hoera!" riep de kleine jongen. „Hoera!" riep de man. En hij zag da' h t leven ten slotte zoo vreeselijk niet was. (Uit: „Gulden Vensteien", door L. E. Richards, vertaald door H. S. S. Kuyper.) Rampen en ongelukken. Te Tjamsweer (Gr.) is Maandag een 4-jarig dochtertje van den brugdraaier Kerkhof bekneld geraakt tusschen de brug en een paal. Het kind was onmiddellijk dood. Te Aduard (Gr), heeft Zondag een doch tertje van E. Jonkman aldaar een stul' »erk-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1915 | | pagina 2