DONDERDAG 24 JUNI. 1915. BÖITE^ILA^D. te JAARGANG No. 1734 BUREAU: STEENSCHUUR 15, LEIDEN. Interc. Telefoon 935. Postbus 6. DIT BLAD VERSCH1JPJT ELKEN DAG, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN De ABONNEMENTSPRIJS bedraagt, bij vooruitbetaling, met GRATIS.POLIS Ongevallen-verzokering cn het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor Leiden 10 cent per week f 1.25 per kwartaal; bij onze agenten II cent per week, f 1.45 per kwartaal. Franco per post f 1.65 per kwartaal. Afzonderlijke nummers 21/2 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 5 cent Be ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van 1—5 regols f0.75, elke regel meer 15 cent ingezonden mededeelingen van i-5 regels f1.50, elke regel meor 30 cent. met gratis bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Groote letters naar plaatsruimte. Aanvragen om Dienstpersoneel van 1-5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent Aanbiedingen van Dienstpersoneel, Huur- en Vorliuur, Koop- en Verkoop (geen Handels-Adverientiën) van 1-5 regels 25 cent, iedere regel moor 5 cent. Te lammeren f De „Nederlander" schrijft: „Als een man, onder /twee .getuigen, een mede men s-cli doodlt, ein deze getuigen niet .lot een kerkgenootschap behoore-n of na den moord daarvoor bedanken., kan de moordenaar, 7.00 it ij niet bekent, hoogst -waarschijnlijk niat worden veroordeeld. Ziedaar de toestand waarin wij zijn. ..Die toestand Is, tengevolge, van partij- overk-ggingen van rechts, door de Eerste Kamer beiitendigd. ,,De reoh ^-veiligheid is opgeofferd aan de politiek. „En dait door de Eerste Kamer der Sta ten-Generaal. ,.'t Is te bejammeren." Wat 'n, aardig stukje is dit! Vcoral de getuige, die eventjes gauw voor zijn kerkgenootschap gaat „bedan ken", is een typische figuur. Wat '„n stevig geloof heeft die man! En wat 'n tegenwoor digheid van geest om in die omstandig- h-e ton nog tijdig aan dat „bedanken" te dei:ken. Kent -de „Ned." werkelijk zulke lui? Maar in ernst: indien 't werkelijk zoo ernv'.ig geschapen staat met de r'echt&ved- liglieiJ. dan bewijst zulks, dat de Iiooge Raad wel wat overijld te werk is gegaan inat zijn wijzigen der jurisprudentie in zake den eed. Zeker, An de samenleving valit helaas een gestadige verslapping van het ware besef omtrent den eed waar te nemen, met welke verschuiving der zienswijze de "wet te harer tijd rekening dient te houden. Maar zoolang de wet luidt gelijk zij is, dient zij niet. ondermijnd tie worden ai's gevolg der toevallige samens.teiLling van een cf ander college, dat niet geroepen As haar te wijzigen. Indien er iets „te bejammeren" valt dan is het, dat ten deze de juiste volgorde in het leven onzer wetten uit het oog ver loren werd. Niet de Hooge Raad schrijft voor hoe de wet moet luiden, maar de Staten-Generaai en nu mag men toen van deze leden niet verlangen, dat zij spoeds halve genoegen zullen nemen met een re geling, waartegen zij rechtmatige bezwa ren hebben. Deze bezwaren „politiek" te noemen is heel gemakkelijk en de weerlegging nau welijks waard. Daarvoor worden ze door te veel afgevaardigden gedeeld. We hebben alle vertrouwen, dat de nieu we regeling, welke minister Ort ontwerpt, wel zoodanig zal wezen, dat de meerder heid der Staten-Generaai er zich mede zal kunnen vereenigen. En zal dan ook de N e d niet moeten getuigen: zoo is 't toch maar beter. Kot bericht der verovering van Lem- berg werd te Beriijn en te Weeneti met groote blijdschap ontvangen. De stoom boot „Bergensfjord", waarop zich de vroegere staatssecretaris in de Ver. Staten, Dernburg, zicli bevond, is door de Engelschen opgebracht. Een Duit- sche treiler is door een Engelschen onderzeeër getorpedeerd. Generaal Van Mackensen is benoemd tot generaal- veldmaarsclialk. Van het Westelijk oorlogs terrein. liet officieele Fransche namiddag-com muniqué van gisteren meldt o. m.: Aan de Maashoogten deden de Duitschers bij de Tranchéei de "Colonne in den nacht van 21 op 22 dezer een heftigen aanval, ten einde de verloren posities te hernemen. Zij slaagden er in een deel yan hun vroegere ■tweede linie te bezetten. Twee Fransche te genaanvallen echter deden deze weer bijna geheel in Fransche handen komen. Het aantal gevangenen in deze streek, sedert 5 Juni gemaakt, is gestegen tot 220 man ongeveer en drie officieren. Bij Marchevilie in Woevre werd een zwakke aanval van een halve compagnie, die een loopgraaf tusschen twee linies trachtte te hernemen, door het Fransche vuur tot mislukking gebracht. In de Vogezen, bij Pontenelle en de streek van Ban de Sapt rukten de Duit schers Dinsdagavond na een beschieting, waarbij 4000 projectielen op het Fransche werk werden geworpen, over 200 meters op. Zij slaagden er in vasten voet te krij gen en vielen ook naburige loopgraven aan. Het Duitsche offensief werd echter wel dra tot staan gebracht door een schitterend geleiden tegenaanval. De Franschen her namen bijna het geheele verloren terrein. De Duitschers konden zich alleen in het uiterste deel van het aardewerk handha ven. De Franschen maakten 142 gevange nen, o. w. 3 officieren. In de Fechtstreek bezetten wij Sonder- nach en brachten de linie vooruit op de hellingen ten oosten van het dorp. Door het Duitsche -ke-fjn. - -1 1- in zijn communiqué van 23 Juni 0. m ge meld: Dinsdag namen wij de vesting Duinker ken en de troepenconcentraties bij de plaatsjes Berules, Hondschoote, Veurne en Cassel onder vuur. Op de hoogte aan de Maas zetten de Franschen hun pogingen, om door onze linies te breken, zonder succes voort. Alle aanvallen werden met zware verliezen voor den vijand afgeslagen. Tot nogj toe namen wij 280 niet-gewonde Franschen gevangen, onder wie 3 officieren, en maakten wij 7 mitrailleurs en 20 bommenwerpers buit. In de Vogezen bestormden wij de sedert maanden veel bestreden, de omgeving be- heerschende hoogte 631, bij Bondesapt; wij namen daarbij 193 man gevangen en maakten 3 mitrailleurs, een bommenwer per en ander materiaal buit.. De pogingen van den vijand de hoogte te hernemen bleven zonder succes. Ten zuiden van Lunéville bracht een on zer vliegers een vijandelijk vliegtuig ten val, Ouinkerken beschoten. Aan 'den „Berl. Lok. Anz." wordt be richt: Door de veertien zware projectielen, die bij een nachtelijke beschieting geduren de drie kwartier de stad Duinkerken en de haven troffen, werden grooter verwoestin gen aangericht in do voorname stadswij ken dan bij de vijf vorige beschietingen. Het aantal dooden en gewonden onder militairen en burgers wordt op 200 ge schat. Van het Oostelijk oorlogs terrein. Het bericht dier verovering van Lemberg is te Berlijn -en te Weenon melt igrooite blijd. scihajp ontvangen. De „Beitl. Lokal Anzeiger" sohrijft hier over: „Een zuclit van veriichting gaat door de Oostenrijkseh-Hongaarsche monarchie, als bij ons na den sllag bij Tannenburg of na den wintel-slag aan de Masoerische meren. Hat volk ziet het vaderland reeds van vij anden gezuiverd. Wij deeCem in die vreug de van onzen bondgenoot-, en het vervult ons met vofdoening, dat wij daaraan kon den meedoen. De bond tusschen Oostenrijk en Duitsöhland, waarbij het Turksche Rijk als derde zich aanstoot, vormt een eenheid, welker physieke kracht gesterkt wordt door de innerlijke moreele kracht. „Trouw staan wij naast elkander, een •voorbeeld van wat ware wapembroeder- schap beteekenit. Aan eerlijke samenwer king danken wij de nederlaag van het machtige Rusland." De „Voss. Ztg." schrijft: „Sedert het be gin van Mei is geen sprake meer van Rus sisch offensief. Geleidelijk brokkelt ook het Russische defensief af. In Lemheng kreeg het sterkste paard van den vierbond een stooit, waarvan heit niet meer zal opko men." Het „Berl. Tagebüatt": „Lemberg vormt een episode van den groeten strijd. Maar het is niet aan te nemen, dat onze opera ties ook slechts een oogenbiik bij dit suc ces zullen blijven staan. Voor den Balkan is Lembeag een bewijs van Russische zwak te en van onze kracht. De „Kreuz Ztg.to „De val van Lemberg licië. De officieele Russische bladen erkennen het succes van de Duitsche en Oostenrijk- sche wapens in Galicië, zqoals onder meer de „Roesski Moalid" én de „Armeiski Wjestnik". De laatste Duitsch-Oostenrijksche com- muniqué's melden nog eenige bijzonderhe den over de verovering van Lemberg. In het San- en Weichsel-gebied en link9 van den Boven-Weichsel, zoo meldt het Duitsche communiqué, beginnen de Russen te wijken. Bij Rewaweska en in het Westen is de toestand onveranderd. Generaal von Mackensen. Blijkens een betrouwbare mededeeling aan de „Danzager Z'tg.", is generaal Von Mackensen beno'eimd tot genera ai-veld maarschalk. De toestand te Warschau. De evacuatie der civiele bevolking van Warschau is, naar de „Korr. Norden" [verneemt, Maandag 21 Juni, begonnen.1. Op bevel van grootvorst Nicolaas maakt de politie-president, gen.-majoor Meijer, bekend, dat enkel ambenaren, zoomede zij die tot het leger cn het legerbestuur be- hooren, daaronder begrepen leveranciers van militaire benoodigdheden, in War schau mogen blijven. Over de honderdduizend particulieren moeten de stad binnen 24 uur verlaten. De Russsische bevelvoering. Volgens de „Korr. Norden" wordt uit München aan de „Augsburger Abendzei- tung" gemeld, dat generaal Ruski, die al gemeen als opvolger van grootvorst Niko lai beschouwd wordt, te Petrograd aange komen is, en dadelijk doorgereisd is naai den Tsaar, die te Tsarkoje Selo is. Van het Zuidelijk ooriogs- terrein. Op diit fronit heerscht een betrekkelijke rust. Volgens een Oostenrijkscli communi qué hebben de Italianen in de itlhans afge- 10open oorlogsmaand geenerlei succes be haald. De Oositenrijksohe troepen in- heit zuidwesten handhaven zich nog evenals dn het begin van den ooriog in hunne stellin gen aan of bij die grens. Aan heit Isoanzo-fnont aan de versterkte grensstreek FliitschMalborghetto, aan den Karn/ischen kam en aan alle fronten leden alle pogingen van den vijand om door te breken schipbreuk, zoo mei dit het commu niqué verder. Het communiqué van den Italiaanschem Gene ral en Staf meldt, ook zeer weinig bij zonderheden. Het meldt o.a. een ontmoe ting tusschen een Itali aan s c Ir - A1 p en-b ata il- lon met sterke Oostenrijksche bergstrijd- krachten, welke naar 't scheen eerst on langs uit Galicië waren aangekomen. Het Italiaansohe bataiMon viel hen aan en sloeg ze terug, waarbij den vijand zware verlie zen toegebracht en eenige gevangenen ge maakt werden. Op verscheidene plaatsen van het front bepaalde de werkzaamheden zich slechts tot- artïlilieraeigevechten. Op den Balkan. Italië en Servië. der centrale rnogeradheden, dat een ïïaïT- aansche expeditie naar Albanië zal worden gezonden en dat er incidenten tusschen Italië en Servië of Montenegro zullen plaats hebben, zal niet vervuld worden. Zelfs al zou Servië dj» de ongelukkige ge dachte komen om tot aan de Adria te mar- cheeren, zal Italië toch geen man en geen kanon aan de veel grootere taak, den strijd n.l. tegen Oostenrijk, onttrekken en do vriendschap met Servië zal in geen geval verstoord worden. Venizelo9. Uit Mytilene wordt aan de „Times" ge meld, dat Venizelos verklaarde, dat hij zeer zeker de leiding der liberalen weer op zich zal nemen en dat hij zoodia de Kamer bij eenkomt een verklaring omtrent de buiten- landsche politiek zal afleggen. Op Zee. Schip in den grond geboord. Volgens een Lloyds-telegrarn uit Fraser burgh (Aberdeenshire, Schotland) is het Engelsclie stoomschip „Carisbrook" van Montreal naar Leith met een lading tarwe door een Duitschen onderzeeër in den grond geboord ter hoogte von Kinnaird Head (voor Fraserburgh). De bemanning is te Fraserburgh aangekomen. De duikboot- en mijnoorlog. Naar het Zweedsche departement van buitenlandsche zaken verneemt, heeft de kapitein van de Duitsche duikboot ,,U 14", nu in Engelsche krijgsgevangenschap, verklaard, dat hij het Zweedsche stoom schip „Lappland" bij vergissing heeft ge torpedeerd. Het electrische licht was op het schip niet aan, zoodat naam en her komst van het schip niet te lezen waren. Hij had het schip voor een tankboot aan gezien. De kapitein van de „Lappland"- verklaart echter, dat het licht aan was. Heit stoomschip „Be.Ig.rave" werd bij de kust van Penibrokeshine getorpedeerd en binnengesleept .te Bin ad haven mat do kiel omhoog. De bemanning wordt ver mist. De te Norwich verschijnende „Eastern Daily Press" deelt mede: Gistermiddag kont voor tweeën geraakte heit stoomschip ..Pumii-siana" "bij Ptkefield Cap aan den grond. Ile't was getorpedeerd door een Duitschen onderzeeër. De bemanniinig (38 man) werden ga'and te Lowestoft. De „Punisiana" hoorde ie Londen thutó en was met een lading tarwe op weg von Montreal naar Hul'l. De Duitsche treiler „Nord P. C. 194" uLt Geestesmundo is acht mijten ten noor den van Haustholm door een Engeksciien onderzeeër getorpedeerd. De bemanning werd door een anderen Duitschen treiler aan boord genomen, met uitzonderling van den kapitein, die als marine-officier door de Engelschen werd aangehouden.. Volgens „Skagens Avis" Ls de bemanning gisterochtend -te half acht iin de -haven van Skagen aangekomen. Uit Beugen wordt gemeVl, dat de atoom- boot „Bergeusfjord", waarop zich de vroo- gere staatssecretaris Dernburg bevindt, door de Engelschen naar Kirkwall opge bracht. De „Lokal Anzeiger" merkt op, dat wijl men is, dat het niet de bedoeling is Dern burg v.asit te houden. Te Rome is ixi.t Sestri- bericht geko men, dat door heit stoomschip „Duca degld Abruzzi" tin voile zee een Duitsche motor boot is -bni't gemaakt. Zij "had een lading benzine aan boord, vermoedelijk bestemd voor Duitsche du-ikbooten. In de lucht. Een vliegongeluk to Brooklands, Volgens een bericht in de „Times" is majoor H, T. Lumsden, van het Royal Flying corps, Maandagochtend bij eene vlucht in het aerodroom te Brooklands, tengevolg van een motordefect van 200 b. 300 voet hoogte gevallen en na eenige uren aan do bekomen wonden overleden. De vliegmachine viel te pletter, doch de bestuurder liep slechts enkele lichte ver wondingen op. In Afrika. Het vonnis tegen De Wet. De president van het hof heeft, naar „Reuter" uit Bloemfontein aan verschil lende bladen seint, nog gezegd, dat al was het waar, dat de expeditie naar Duitsch Zuidwest-Afrika tegen de \yet was, dit De Wet nog niet he recht gaf opsand te ver- FEUILLETON. HEREENIGD. 72) Mijn ware naam is madame Le Noir en ik ben de weduwe van den broer van dit. monster, Eugène Le Noir, die wreed aardig vermoord werd. Mijn man was de rechtmatige eigenaar van al- de bezittin gen der Le Noir's en Indien de jongere broer, Gabriël, over wien de vader niat zonder reden door den ouderen een soort voogdijschap liet uitoefenen, ziiic-h het bezit dezer rijkdommen wilde verzekeren, dan moest eerst de broer, die hem in den weg stond, van het tooneel verdwijnen. Van daar doze misdaau. waaruit, zooals hat re woon-, ijk gaat, een reeks andere misda den volgde. Toen hij eenmaal zijn voet ge zet had op den weg der misdaad, moest hij. om niet in den afgrond te storten eh al zijn schanddaden niet te-vergeefs bedre ven te hebben, noodzakelijkerwijze den Inat-sten stap doen, namelijk de voor hem zoo lastige getuige van zijn misdaden, die al te taai aan het leven vasthield, uit den weg trachten te ruimen. Hij vermoedde nut, de ellendeling, da-t hem dit niet zou geholpen hebben. Dat mijn kind, hetwelk hij, evenals mijn man, reeds tang dood waande^ nog leeft. Zoodra i!k mij weer in vrijheid bevind, heb ik allereerst deze taak orn mijn kind. mijne Ka.pitola te zoeken, haar wettige geboorte als erfgename van de bezittingen der Le Noir's te bewijzen en voor het oog van hees', de wereld een schurk aan den schandpaal te slaan! Kapitola! Als een too ver slag trof Guido het noemen van dezen naam, dien hij pas kort geleden had hooren noemen, toen namelijk Herbert hem de intrige had medegedeeld, welke de schurkachtige Le Noir had gesponnen tegen de arme KLara. Heette ook niet de moedige redster van dit m etsje Kapitola? Indien deze en de dochter van meivrouw Le Noir eens één on dezelfde persoon waren! Heet uw dochter Kapitola., madame? Ja. Kapitola Le Noir! verklaarde de patiëntie. Een kreet van vreugde uitende, sprong Guido op. Mevrouw Le Noir, uw dochter is reeds gevonden. Vertel mij uwe geschie denis, en ik zal u bij uw dochter brengen, want dik weet, waar zij is! Weet gij waar zij is? riep mevrouw Le Noir. O, mijn God, zeg het mij dan, waar is zij? Zeg het mij, mijnheer, opdat ik naar haar toe kan gaan en haar kan omhe'izen! XLVI. Onder de macht van hare aandoening had mevrouw Le Noir haren jongen vriend bij d-e beide handen gevat, terwijl hare «oogen hem zóó smeekend aanzagen, dat bet hem door de ziel sneed. Wees niet bezorgd, mevrouw Le Noir, antwoordde Guido, terwijl zijn. stem sid derde van ontroering. Uw 'dochter bevindt 7.ich in veiligheid en ik zal u spoedig bij haar brengen. O, edele jonge vriend, indien gij nog een moeder hebt, moge de groote, almach tige God u^en haar zegenen voor hetgeen gij aan mij gedaan hebt. Ofschoon gij mij geheel vreemd zijt, heb ik u toch werktui gelijk vertrouwd van het eerste oogenblik af, dat ik u zag. En hoe onbegrensd mijn vertrouwen in u 3s, zal ik u bewijzen, door u allee te verhalen, wat mijn verleden betreft. En Guido met een handgebaar uitnoodi- gende tegenover haar plaats te nemen, begon mevrouw Le Noir: Mijn vader was een Franscthman, die bij de verdediging van zijn rechten viel als offer der revolutie, toen ik pas vijf tien jaar oud was. Mijn moeder, ontroost baar over dit verlies, volgde hem biinnen weinig maanden en ik bleef achter als wees, zonder bescherming, zonder thuds, want onze goederen waren verbeurd ver klaard. Ik zou vervallen zijn tot diende,in dien niet 'n voormalige bediende van mijn vader, die im Normandië op het platte land een hotel had geopend en bij wien mijn moeder en ik opname hadden gevon den, zich mijn lot had aangetrokken. Er waren natuurlijk altijd vreemde en telkens andere menschen in huds. Op zekeren dag kregen we ook als gast een jong Ameri kaan, die Europa bereisde voor zijn ge noegen en zoo ook naar Normandië was gekomen. „Deze man was mister Eugène Le Noir uit Virginië. Hij hoorde van mijn treurig lot en kreeg medelijden met mij. Hij zond mij naar e'en der beste particuliere pen sions te Parijs, waar .hij zelf eveneens zijn intrek nam en waar ik hem dikwijls ont moette, doch altijd in tegenwoordigheid van de eigenares. Ik was aan hem gehecht als een jongeren broeder, en ik gevoelde, dat ook hij mij de genegenheid schonk, die hij aan een jongere zuster zou geschon ken hebben. Zoz verliepen er maanden, waarin ik mij onder de bescherming van dezen man gelukkig gevoelde alls nooit to •voren in mijn leven. Maar toen kwam er een uur, dat aan ad mijn geluk een einde maken en het ajn bitter wee veranderen zou. Buiten zich zelf van verdriet kwam de edele man, die mij uit mijne ellende gered en in mijn oude sfeer teruggebracht li ad, op zekeren dag in het enslion en deelde mij mede, dat zijn vader doodelijk ziek was en hij met het eerstvolgende ïirhip, dat van Havre vertrok, naar Ame rika moest terrgkeeren. Hij was gekomen om mij va\rwel te zeggen. Vaarwel! „Ofschixm nagenoeg nog een kind, be greep ik toch zeer goed de beteekenis van dit woord en ik werd bijna wanhopig bij de gedachte, .dat ik mijn goedhartigen-be- sohermer voor altijd zou moeten verliezen. Ik wierp mij in z.ijn armen en smeekte hom mij niet te verlaten. „Mijn aim kind, sprak hij op een toon van diepe droef heid, ik moet gaan; mijn plicht roept mijl" „O, neem mij dan mee stoot mij niet van u af, a's gij niet wilt, dat ik verkwijn van verdriet! riep ik schreiende. Met groo te teedei he id omhelsde hij mij en fluister de: „Mijn kind, er bestaat slechts één ma nier om u met mij rnec te nomen. Wi.lt gij mij volgen als mijn geliefd vrouwtje, Ka pitola?" „Met groote blijdschap antwoordde ik bevestigend, want reeds lang was de zus terlijke genegenheid, die ik aaTwanikc'-ijk voor hem gevoeld had, veranderd in de warme liefde eener echtgenoote. Nog den- zelfden dag trouwden wij en den (lorden dag waren wij reeds in volle zee. Na een voorspoedige re;is bereikten wij de Ver een igde Staten, maar ach, te laatl De oucle man, Eugène's vader, was reeds doodl Mot weémoed naman wij bezit van lift landhuis, hetwelk de overtilene be woond had en dat, wegens zijn afgelegen heid in dein geheel en omtrek het „verhaten huis" werd genoemd. Hier beleefde jk da ger- van ongestoord geluk. Mijn echtge noot droeg inij op de handen cin Ik ge voelde mij a's in een hemel. Doch een bliksemstraal zou al ;nijn jubelende vreug de maar al te spoedig vernietigen. Ik zou neergeveld worden vocu* altijd. Mijn man werd het offer van een sluipmoord op klaarlichten dag. O neen, laa'. mij daar- ovei niet verder uitweiden! En als in wanhoop do honden wr.ingon- d-- zakte mevrouw Le Noir, oveiwoMiigd' dcor smart, Ineen. Guido stond haastig op, schonk een glua water vol en gaf het haar. Zij dronk er van, en zich zelve geweld' aandoend©, ging zij voort: Op nauwelijks zeventien jarigen leef tijd was ik weduwe, hulpeloos en zonder middelen overgeleverd aan de genade van den broer van mijn echtgenoot, van kolo nel Le Noir, want overeenkomstig rloti laatsten wil huns vaders was Gabriel de rechtmatige erfgenaam van al de eigen#- common der le No.ir's, indien Eugèrtc '/on der nakomelingen kwam Ie sterven. Kolo nel Le Noir behandelde mij met al do hof felijkheid van eon declnemcndon bloedver want, totdat op zekeren dag zijn gedrag plotseling veranderde. Het was twee maan den na den dood vo.n mijn echtgenoot, teen i:k mij in blijde verwachting gevoegde* Zorgvuldig hield ik mijn geheim verbor gen., doch hoelang zou mij dut gelukken! (Wordt vervolgd.}

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1915 | | pagina 1