DONDERDAG
24
JUNI.
1915.
BÖITE^ILA^D.
te JAARGANG
No. 1734
BUREAU: STEENSCHUUR 15, LEIDEN.
Interc. Telefoon 935. Postbus 6.
DIT BLAD VERSCH1JPJT ELKEN DAG, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN
De ABONNEMENTSPRIJS bedraagt, bij vooruitbetaling, met GRATIS.POLIS Ongevallen-verzokering
cn het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor Leiden 10 cent per week f 1.25 per kwartaal; bij onze
agenten II cent per week, f 1.45 per kwartaal. Franco per post f 1.65 per kwartaal.
Afzonderlijke nummers 21/2 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 5 cent
Be ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van 1—5 regols f0.75, elke regel meer 15 cent
ingezonden mededeelingen van i-5 regels f1.50, elke regel meor 30 cent. met gratis
bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Groote letters naar plaatsruimte.
Aanvragen om Dienstpersoneel van 1-5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent
Aanbiedingen van Dienstpersoneel, Huur- en Vorliuur, Koop- en Verkoop (geen
Handels-Adverientiën) van 1-5 regels 25 cent, iedere regel moor 5 cent.
Te
lammeren f
De „Nederlander" schrijft:
„Als een man, onder /twee .getuigen, een
mede men s-cli doodlt, ein deze getuigen niet
.lot een kerkgenootschap behoore-n of na
den moord daarvoor bedanken., kan de
moordenaar, 7.00 it ij niet bekent, hoogst
-waarschijnlijk niat worden veroordeeld.
Ziedaar de toestand waarin wij zijn.
..Die toestand Is, tengevolge, van partij-
overk-ggingen van rechts, door de Eerste
Kamer beiitendigd.
,,De reoh ^-veiligheid is opgeofferd aan de
politiek.
„En dait door de Eerste Kamer der Sta
ten-Generaal.
,.'t Is te bejammeren."
Wat 'n, aardig stukje is dit!
Vcoral de getuige, die eventjes gauw
voor zijn kerkgenootschap gaat „bedan
ken", is een typische figuur. Wat '„n stevig
geloof heeft die man! En wat 'n tegenwoor
digheid van geest om in die omstandig-
h-e ton nog tijdig aan dat „bedanken" te
dei:ken. Kent -de „Ned." werkelijk zulke
lui?
Maar in ernst: indien 't werkelijk zoo
ernv'.ig geschapen staat met de r'echt&ved-
liglieiJ. dan bewijst zulks, dat de Iiooge
Raad wel wat overijld te werk is gegaan
inat zijn wijzigen der jurisprudentie in
zake den eed.
Zeker, An de samenleving valit helaas
een gestadige verslapping van het ware
besef omtrent den eed waar te nemen, met
welke verschuiving der zienswijze de "wet
te harer tijd rekening dient te houden.
Maar zoolang de wet luidt gelijk zij is,
dient zij niet. ondermijnd tie worden ai's
gevolg der toevallige samens.teiLling van een
cf ander college, dat niet geroepen As haar
te wijzigen.
Indien er iets „te bejammeren" valt
dan is het, dat ten deze de juiste volgorde
in het leven onzer wetten uit het oog ver
loren werd. Niet de Hooge Raad schrijft
voor hoe de wet moet luiden, maar de
Staten-Generaai en nu mag men toen van
deze leden niet verlangen, dat zij spoeds
halve genoegen zullen nemen met een re
geling, waartegen zij rechtmatige bezwa
ren hebben.
Deze bezwaren „politiek" te noemen is
heel gemakkelijk en de weerlegging nau
welijks waard. Daarvoor worden ze door
te veel afgevaardigden gedeeld.
We hebben alle vertrouwen, dat de nieu
we regeling, welke minister Ort ontwerpt,
wel zoodanig zal wezen, dat de meerder
heid der Staten-Generaai er zich mede zal
kunnen vereenigen. En zal dan ook de
N e d niet moeten getuigen: zoo is 't toch
maar beter.
Kot bericht der verovering van Lem-
berg werd te Beriijn en te Weeneti met
groote blijdschap ontvangen. De stoom
boot „Bergensfjord", waarop zich de
vroegere staatssecretaris in de Ver.
Staten, Dernburg, zicli bevond, is door
de Engelschen opgebracht. Een Duit-
sche treiler is door een Engelschen
onderzeeër getorpedeerd. Generaal
Van Mackensen is benoemd tot generaal-
veldmaarsclialk.
Van het Westelijk oorlogs
terrein.
liet officieele Fransche namiddag-com
muniqué van gisteren meldt o. m.:
Aan de Maashoogten deden de Duitschers
bij de Tranchéei de "Colonne in den nacht
van 21 op 22 dezer een heftigen aanval, ten
einde de verloren posities te hernemen. Zij
slaagden er in een deel yan hun vroegere
■tweede linie te bezetten. Twee Fransche te
genaanvallen echter deden deze weer bijna
geheel in Fransche handen komen.
Het aantal gevangenen in deze streek,
sedert 5 Juni gemaakt, is gestegen tot 220
man ongeveer en drie officieren.
Bij Marchevilie in Woevre werd een
zwakke aanval van een halve compagnie,
die een loopgraaf tusschen twee linies
trachtte te hernemen, door het Fransche
vuur tot mislukking gebracht.
In de Vogezen, bij Pontenelle en de
streek van Ban de Sapt rukten de Duit
schers Dinsdagavond na een beschieting,
waarbij 4000 projectielen op het Fransche
werk werden geworpen, over 200 meters
op. Zij slaagden er in vasten voet te krij
gen en vielen ook naburige loopgraven
aan.
Het Duitsche offensief werd echter wel
dra tot staan gebracht door een schitterend
geleiden tegenaanval. De Franschen her
namen bijna het geheele verloren terrein.
De Duitschers konden zich alleen in het
uiterste deel van het aardewerk handha
ven. De Franschen maakten 142 gevange
nen, o. w. 3 officieren.
In de Fechtstreek bezetten wij Sonder-
nach en brachten de linie vooruit op de
hellingen ten oosten van het dorp.
Door het Duitsche -ke-fjn. - -1 1-
in zijn communiqué van 23 Juni 0. m ge
meld:
Dinsdag namen wij de vesting Duinker
ken en de troepenconcentraties bij de
plaatsjes Berules, Hondschoote, Veurne en
Cassel onder vuur.
Op de hoogte aan de Maas zetten de
Franschen hun pogingen, om door onze
linies te breken, zonder succes voort. Alle
aanvallen werden met zware verliezen voor
den vijand afgeslagen. Tot nogj toe namen
wij 280 niet-gewonde Franschen gevangen,
onder wie 3 officieren, en maakten wij 7
mitrailleurs en 20 bommenwerpers buit.
In de Vogezen bestormden wij de sedert
maanden veel bestreden, de omgeving be-
heerschende hoogte 631, bij Bondesapt;
wij namen daarbij 193 man gevangen en
maakten 3 mitrailleurs, een bommenwer
per en ander materiaal buit.. De pogingen
van den vijand de hoogte te hernemen
bleven zonder succes.
Ten zuiden van Lunéville bracht een on
zer vliegers een vijandelijk vliegtuig ten
val,
Ouinkerken beschoten.
Aan 'den „Berl. Lok. Anz." wordt be
richt: Door de veertien zware projectielen,
die bij een nachtelijke beschieting geduren
de drie kwartier de stad Duinkerken en de
haven troffen, werden grooter verwoestin
gen aangericht in do voorname stadswij
ken dan bij de vijf vorige beschietingen.
Het aantal dooden en gewonden onder
militairen en burgers wordt op 200 ge
schat.
Van het Oostelijk oorlogs
terrein.
Het bericht dier verovering van Lemberg
is te Berlijn -en te Weenon melt igrooite blijd.
scihajp ontvangen.
De „Beitl. Lokal Anzeiger" sohrijft hier
over:
„Een zuclit van veriichting gaat door de
Oostenrijkseh-Hongaarsche monarchie, als
bij ons na den sllag bij Tannenburg of na
den wintel-slag aan de Masoerische meren.
Hat volk ziet het vaderland reeds van vij
anden gezuiverd. Wij deeCem in die vreug
de van onzen bondgenoot-, en het vervult
ons met vofdoening, dat wij daaraan kon
den meedoen. De bond tusschen Oostenrijk
en Duitsöhland, waarbij het Turksche Rijk
als derde zich aanstoot, vormt een eenheid,
welker physieke kracht gesterkt wordt
door de innerlijke moreele kracht.
„Trouw staan wij naast elkander, een
•voorbeeld van wat ware wapembroeder-
schap beteekenit. Aan eerlijke samenwer
king danken wij de nederlaag van het
machtige Rusland."
De „Voss. Ztg." schrijft: „Sedert het be
gin van Mei is geen sprake meer van Rus
sisch offensief. Geleidelijk brokkelt ook het
Russische defensief af. In Lemheng kreeg
het sterkste paard van den vierbond een
stooit, waarvan heit niet meer zal opko
men."
Het „Berl. Tagebüatt": „Lemberg vormt
een episode van den groeten strijd. Maar
het is niet aan te nemen, dat onze opera
ties ook slechts een oogenbiik bij dit suc
ces zullen blijven staan. Voor den Balkan
is Lembeag een bewijs van Russische zwak
te en van onze kracht.
De „Kreuz Ztg.to „De val van Lemberg
licië.
De officieele Russische bladen erkennen
het succes van de Duitsche en Oostenrijk-
sche wapens in Galicië, zqoals onder meer
de „Roesski Moalid" én de „Armeiski
Wjestnik".
De laatste Duitsch-Oostenrijksche com-
muniqué's melden nog eenige bijzonderhe
den over de verovering van Lemberg.
In het San- en Weichsel-gebied en link9
van den Boven-Weichsel, zoo meldt het
Duitsche communiqué, beginnen de Russen
te wijken. Bij Rewaweska en in het Westen
is de toestand onveranderd.
Generaal von Mackensen.
Blijkens een betrouwbare mededeeling
aan de „Danzager Z'tg.", is generaal Von
Mackensen beno'eimd tot genera ai-veld
maarschalk.
De toestand te Warschau.
De evacuatie der civiele bevolking van
Warschau is, naar de „Korr. Norden"
[verneemt, Maandag 21 Juni, begonnen.1.
Op bevel van grootvorst Nicolaas maakt
de politie-president, gen.-majoor Meijer,
bekend, dat enkel ambenaren, zoomede zij
die tot het leger cn het legerbestuur be-
hooren, daaronder begrepen leveranciers
van militaire benoodigdheden, in War
schau mogen blijven.
Over de honderdduizend particulieren
moeten de stad binnen 24 uur verlaten.
De Russsische bevelvoering.
Volgens de „Korr. Norden" wordt uit
München aan de „Augsburger Abendzei-
tung" gemeld, dat generaal Ruski, die al
gemeen als opvolger van grootvorst Niko
lai beschouwd wordt, te Petrograd aange
komen is, en dadelijk doorgereisd is naai
den Tsaar, die te Tsarkoje Selo is.
Van het Zuidelijk ooriogs-
terrein.
Op diit fronit heerscht een betrekkelijke
rust. Volgens een Oostenrijkscli communi
qué hebben de Italianen in de itlhans afge-
10open oorlogsmaand geenerlei succes be
haald. De Oositenrijksohe troepen in- heit
zuidwesten handhaven zich nog evenals dn
het begin van den ooriog in hunne stellin
gen aan of bij die grens.
Aan heit Isoanzo-fnont aan de versterkte
grensstreek FliitschMalborghetto, aan den
Karn/ischen kam en aan alle fronten leden
alle pogingen van den vijand om door te
breken schipbreuk, zoo mei dit het commu
niqué verder.
Het communiqué van den Italiaanschem
Gene ral en Staf meldt, ook zeer weinig bij
zonderheden. Het meldt o.a. een ontmoe
ting tusschen een Itali aan s c Ir - A1 p en-b ata il-
lon met sterke Oostenrijksche bergstrijd-
krachten, welke naar 't scheen eerst on
langs uit Galicië waren aangekomen. Het
Italiaansohe bataiMon viel hen aan en sloeg
ze terug, waarbij den vijand zware verlie
zen toegebracht en eenige gevangenen ge
maakt werden.
Op verscheidene plaatsen van het front
bepaalde de werkzaamheden zich slechts
tot- artïlilieraeigevechten.
Op den Balkan.
Italië en Servië.
der centrale rnogeradheden, dat een ïïaïT-
aansche expeditie naar Albanië zal worden
gezonden en dat er incidenten tusschen
Italië en Servië of Montenegro zullen
plaats hebben, zal niet vervuld worden.
Zelfs al zou Servië dj» de ongelukkige ge
dachte komen om tot aan de Adria te mar-
cheeren, zal Italië toch geen man en geen
kanon aan de veel grootere taak, den strijd
n.l. tegen Oostenrijk, onttrekken en do
vriendschap met Servië zal in geen geval
verstoord worden.
Venizelo9.
Uit Mytilene wordt aan de „Times" ge
meld, dat Venizelos verklaarde, dat hij zeer
zeker de leiding der liberalen weer op zich
zal nemen en dat hij zoodia de Kamer bij
eenkomt een verklaring omtrent de buiten-
landsche politiek zal afleggen.
Op Zee.
Schip in den grond geboord.
Volgens een Lloyds-telegrarn uit Fraser
burgh (Aberdeenshire, Schotland) is het
Engelsclie stoomschip „Carisbrook" van
Montreal naar Leith met een lading tarwe
door een Duitschen onderzeeër in den
grond geboord ter hoogte von Kinnaird
Head (voor Fraserburgh). De bemanning
is te Fraserburgh aangekomen.
De duikboot- en mijnoorlog.
Naar het Zweedsche departement van
buitenlandsche zaken verneemt, heeft de
kapitein van de Duitsche duikboot ,,U 14",
nu in Engelsche krijgsgevangenschap,
verklaard, dat hij het Zweedsche stoom
schip „Lappland" bij vergissing heeft ge
torpedeerd. Het electrische licht was op
het schip niet aan, zoodat naam en her
komst van het schip niet te lezen waren.
Hij had het schip voor een tankboot aan
gezien. De kapitein van de „Lappland"-
verklaart echter, dat het licht aan was.
Heit stoomschip „Be.Ig.rave" werd bij
de kust van Penibrokeshine getorpedeerd
en binnengesleept .te Bin ad haven mat do
kiel omhoog. De bemanning wordt ver
mist.
De te Norwich verschijnende „Eastern
Daily Press" deelt mede: Gistermiddag kont
voor tweeën geraakte heit stoomschip
..Pumii-siana" "bij Ptkefield Cap aan den
grond. Ile't was getorpedeerd door een
Duitschen onderzeeër.
De bemanniinig (38 man) werden ga'and
te Lowestoft.
De „Punisiana" hoorde ie Londen thutó
en was met een lading tarwe op weg von
Montreal naar Hul'l.
De Duitsche treiler „Nord P. C. 194"
uLt Geestesmundo is acht mijten ten noor
den van Haustholm door een Engeksciien
onderzeeër getorpedeerd. De bemanning
werd door een anderen Duitschen treiler
aan boord genomen, met uitzonderling van
den kapitein, die als marine-officier door
de Engelschen werd aangehouden..
Volgens „Skagens Avis" Ls de bemanning
gisterochtend -te half acht iin de -haven van
Skagen aangekomen.
Uit Beugen wordt gemeVl, dat de atoom-
boot „Bergeusfjord", waarop zich de vroo-
gere staatssecretaris Dernburg bevindt,
door de Engelschen naar Kirkwall opge
bracht.
De „Lokal Anzeiger" merkt op, dat wijl
men is, dat het niet de bedoeling is Dern
burg v.asit te houden.
Te Rome is ixi.t Sestri- bericht geko
men, dat door heit stoomschip „Duca degld
Abruzzi" tin voile zee een Duitsche motor
boot is -bni't gemaakt. Zij "had een lading
benzine aan boord, vermoedelijk bestemd
voor Duitsche du-ikbooten.
In de lucht.
Een vliegongeluk to Brooklands,
Volgens een bericht in de „Times" is
majoor H, T. Lumsden, van het Royal
Flying corps, Maandagochtend bij eene
vlucht in het aerodroom te Brooklands,
tengevolg van een motordefect van 200 b.
300 voet hoogte gevallen en na eenige uren
aan do bekomen wonden overleden.
De vliegmachine viel te pletter, doch de
bestuurder liep slechts enkele lichte ver
wondingen op.
In Afrika.
Het vonnis tegen De Wet.
De president van het hof heeft, naar
„Reuter" uit Bloemfontein aan verschil
lende bladen seint, nog gezegd, dat al was
het waar, dat de expeditie naar Duitsch
Zuidwest-Afrika tegen de \yet was, dit De
Wet nog niet he recht gaf opsand te ver-
FEUILLETON.
HEREENIGD.
72)
Mijn ware naam is madame Le Noir
en ik ben de weduwe van den broer van
dit. monster, Eugène Le Noir, die wreed
aardig vermoord werd. Mijn man was de
rechtmatige eigenaar van al- de bezittin
gen der Le Noir's en Indien de jongere
broer, Gabriël, over wien de vader niat
zonder reden door den ouderen een soort
voogdijschap liet uitoefenen, ziiic-h het bezit
dezer rijkdommen wilde verzekeren, dan
moest eerst de broer, die hem in den weg
stond, van het tooneel verdwijnen. Van
daar doze misdaau. waaruit, zooals hat
re woon-, ijk gaat, een reeks andere misda
den volgde. Toen hij eenmaal zijn voet ge
zet had op den weg der misdaad, moest
hij. om niet in den afgrond te storten eh
al zijn schanddaden niet te-vergeefs bedre
ven te hebben, noodzakelijkerwijze den
Inat-sten stap doen, namelijk de voor hem
zoo lastige getuige van zijn misdaden, die
al te taai aan het leven vasthield, uit den
weg trachten te ruimen. Hij vermoedde
nut, de ellendeling, da-t hem dit niet zou
geholpen hebben. Dat mijn kind, hetwelk
hij, evenals mijn man, reeds tang dood
waande^ nog leeft. Zoodra i!k mij weer in
vrijheid bevind, heb ik allereerst deze taak
orn mijn kind. mijne Ka.pitola te zoeken,
haar wettige geboorte als erfgename van
de bezittingen der Le Noir's te bewijzen
en voor het oog van hees', de wereld een
schurk aan den schandpaal te slaan!
Kapitola! Als een too ver slag trof Guido
het noemen van dezen naam, dien hij pas
kort geleden had hooren noemen, toen
namelijk Herbert hem de intrige had
medegedeeld, welke de schurkachtige Le
Noir had gesponnen tegen de arme KLara.
Heette ook niet de moedige redster van dit
m etsje Kapitola? Indien deze en de dochter
van meivrouw Le Noir eens één on dezelfde
persoon waren!
Heet uw dochter Kapitola., madame?
Ja. Kapitola Le Noir! verklaarde de
patiëntie.
Een kreet van vreugde uitende, sprong
Guido op.
Mevrouw Le Noir, uw dochter is
reeds gevonden. Vertel mij uwe geschie
denis, en ik zal u bij uw dochter brengen,
want dik weet, waar zij is!
Weet gij waar zij is? riep mevrouw
Le Noir. O, mijn God, zeg het mij dan,
waar is zij? Zeg het mij, mijnheer, opdat
ik naar haar toe kan gaan en haar kan
omhe'izen!
XLVI.
Onder de macht van hare aandoening
had mevrouw Le Noir haren jongen vriend
bij d-e beide handen gevat, terwijl hare
«oogen hem zóó smeekend aanzagen, dat
bet hem door de ziel sneed.
Wees niet bezorgd, mevrouw Le Noir,
antwoordde Guido, terwijl zijn. stem sid
derde van ontroering. Uw 'dochter bevindt
7.ich in veiligheid en ik zal u spoedig bij
haar brengen.
O, edele jonge vriend, indien gij nog
een moeder hebt, moge de groote, almach
tige God u^en haar zegenen voor hetgeen
gij aan mij gedaan hebt. Ofschoon gij mij
geheel vreemd zijt, heb ik u toch werktui
gelijk vertrouwd van het eerste oogenblik
af, dat ik u zag. En hoe onbegrensd mijn
vertrouwen in u 3s, zal ik u bewijzen, door
u allee te verhalen, wat mijn verleden
betreft.
En Guido met een handgebaar uitnoodi-
gende tegenover haar plaats te nemen,
begon mevrouw Le Noir:
Mijn vader was een Franscthman, die
bij de verdediging van zijn rechten viel
als offer der revolutie, toen ik pas vijf
tien jaar oud was. Mijn moeder, ontroost
baar over dit verlies, volgde hem biinnen
weinig maanden en ik bleef achter als
wees, zonder bescherming, zonder thuds,
want onze goederen waren verbeurd ver
klaard. Ik zou vervallen zijn tot diende,in
dien niet 'n voormalige bediende van mijn
vader, die im Normandië op het platte
land een hotel had geopend en bij wien
mijn moeder en ik opname hadden gevon
den, zich mijn lot had aangetrokken. Er
waren natuurlijk altijd vreemde en telkens
andere menschen in huds. Op zekeren dag
kregen we ook als gast een jong Ameri
kaan, die Europa bereisde voor zijn ge
noegen en zoo ook naar Normandië was
gekomen.
„Deze man was mister Eugène Le Noir
uit Virginië. Hij hoorde van mijn treurig
lot en kreeg medelijden met mij. Hij zond
mij naar e'en der beste particuliere pen
sions te Parijs, waar .hij zelf eveneens zijn
intrek nam en waar ik hem dikwijls ont
moette, doch altijd in tegenwoordigheid
van de eigenares. Ik was aan hem gehecht
als een jongeren broeder, en ik gevoelde,
dat ook hij mij de genegenheid schonk,
die hij aan een jongere zuster zou geschon
ken hebben. Zoz verliepen er maanden,
waarin ik mij onder de bescherming van
dezen man gelukkig gevoelde alls nooit to
•voren in mijn leven. Maar toen kwam er
een uur, dat aan ad mijn geluk een einde
maken en het ajn bitter wee veranderen
zou. Buiten zich zelf van verdriet kwam
de edele man, die mij uit mijne ellende
gered en in mijn oude sfeer teruggebracht
li ad, op zekeren dag in het enslion en
deelde mij mede, dat zijn vader doodelijk
ziek was en hij met het eerstvolgende
ïirhip, dat van Havre vertrok, naar Ame
rika moest terrgkeeren. Hij was gekomen
om mij va\rwel te zeggen. Vaarwel!
„Ofschixm nagenoeg nog een kind, be
greep ik toch zeer goed de beteekenis van
dit woord en ik werd bijna wanhopig bij
de gedachte, .dat ik mijn goedhartigen-be-
sohermer voor altijd zou moeten verliezen.
Ik wierp mij in z.ijn armen en smeekte
hom mij niet te verlaten. „Mijn aim kind,
sprak hij op een toon van diepe droef
heid, ik moet gaan; mijn plicht roept mijl"
„O, neem mij dan mee stoot mij niet
van u af, a's gij niet wilt, dat ik verkwijn
van verdriet! riep ik schreiende. Met groo
te teedei he id omhelsde hij mij en fluister
de: „Mijn kind, er bestaat slechts één ma
nier om u met mij rnec te nomen. Wi.lt gij
mij volgen als mijn geliefd vrouwtje, Ka
pitola?"
„Met groote blijdschap antwoordde ik
bevestigend, want reeds lang was de zus
terlijke genegenheid, die ik aaTwanikc'-ijk
voor hem gevoeld had, veranderd in de
warme liefde eener echtgenoote. Nog den-
zelfden dag trouwden wij en den (lorden
dag waren wij reeds in volle zee. Na een
voorspoedige re;is bereikten wij de Ver
een igde Staten, maar ach, te laatl De
oucle man, Eugène's vader, was reeds
doodl Mot weémoed naman wij bezit van
lift landhuis, hetwelk de overtilene be
woond had en dat, wegens zijn afgelegen
heid in dein geheel en omtrek het „verhaten
huis" werd genoemd. Hier beleefde jk da
ger- van ongestoord geluk. Mijn echtge
noot droeg inij op de handen cin Ik ge
voelde mij a's in een hemel. Doch een
bliksemstraal zou al ;nijn jubelende vreug
de maar al te spoedig vernietigen. Ik zou
neergeveld worden vocu* altijd. Mijn man
werd het offer van een sluipmoord op
klaarlichten dag. O neen, laa'. mij daar-
ovei niet verder uitweiden!
En als in wanhoop do honden wr.ingon-
d-- zakte mevrouw Le Noir, oveiwoMiigd'
dcor smart, Ineen.
Guido stond haastig op, schonk een glua
water vol en gaf het haar.
Zij dronk er van, en zich zelve geweld'
aandoend©, ging zij voort:
Op nauwelijks zeventien jarigen leef
tijd was ik weduwe, hulpeloos en zonder
middelen overgeleverd aan de genade van
den broer van mijn echtgenoot, van kolo
nel Le Noir, want overeenkomstig rloti
laatsten wil huns vaders was Gabriel de
rechtmatige erfgenaam van al de eigen#-
common der le No.ir's, indien Eugèrtc '/on
der nakomelingen kwam Ie sterven. Kolo
nel Le Noir behandelde mij met al do hof
felijkheid van eon declnemcndon bloedver
want, totdat op zekeren dag zijn gedrag
plotseling veranderde. Het was twee maan
den na den dood vo.n mijn echtgenoot,
teen i:k mij in blijde verwachting gevoegde*
Zorgvuldig hield ik mijn geheim verbor
gen., doch hoelang zou mij dut gelukken!
(Wordt vervolgd.}