In 2)e£my£etóWinkel WOENSDAG 7 APRIL 1915. BUITENLAND. De Oorlog. ee JAARGANG No. 1668 e RoAdóeh&Qou/UMit' BUREAU: STEENSCHUUR 15, LEIDEN. Interc. Telefoon 935. - Postbus 6. DIT BLAD VERSCHIJNT ELKEN DAG, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN De ABONNEMENTSPRIJS bedraagt, bij vooruitbetaling, met GRATIS POLIS Ongevallen-verzekering tn het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor Leiden 10 cent per week f 1.25 per kwartaal; bijonze agenten II cent per week, fl.45 per kwartaal. Franco per post f 1.65 per kwartaal. Afzonderlijke nummers 21/, cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 5 oent De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van J--5 rogels f0.75, elks regel fsiaer JE cent ingezonden mededoelingen van 1-5 regels ri.50, sine regel moor 30 sent, met gratis bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Sroote letters naar plaatsruimte. Aanvragen om Dienstpersoneel van 1-5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent Aanbiedingen van Dienstpersoneel, Huur- en Verhuur, Knop- en Verkoop (geen Handels-Advertentiën) van 1-5 regols 25 cent, iedere regel meer 5 cent. Het linksche blok versterkt. In deze woorden vallen voor de vader- landsche politiek de resultaten van het congres der „S. D. A. P." samen te vat ton. Inzonderheid ter linkerzijde werd met belangstelling uitgezien naar het verloop der roede samenkomst en reeds gaf het .Handelsblad" onomwonden te kennen, dat de vergadering vooral van beteek ends was te achten voor onzen pol'i.tieken toe stand. Hierbij vergeleken was de vraag, hoe het de ,,S. D. A. P."-zelf vergaan, zou slechts van ondergeschikte waarde. Welnu: die beteekenis werd thans vol komen duidelijk. Nog meer dan bij vorige stembussen zullen de .linkerleiders den volke kunnen voorhouden, dat die Esdea- peeërs lang zoo kwaad niat zijn als zij er uit zien. Tot dusverre ken nien deze meening slechts taxeeren c-p de uitingen van enke lingen in de nar lij, maar thans zwenkte deze meerderheid lustig mede met het be stuur, welks stei.'e houding door fl-en oor log overal zoo beduidend vervlakt was. 't Heeft heel wat redeneeringen gekostt om den bewusten aan te verstand te bren gen, hoe zij stemmen moesten om het fat soen der ,,S. D. A. P." zooveel mogelijk te bewaren; een aanzienlijke minderh »id bleef zelfs een principieel© houding stel len boven dat fatsoen, maar het resul taat was dan toch, dat het heele partij bestuur de meerderheid achter zich kreeg en zelfs in zijn geheel herko-zem werd met burger Vliegen als voorzitter. En, zoo vindt dan de linker-oon.cent.ratie als vanouds de ,,S. D. A. P." kant en klaar om hand- en spandiensten te be wijzen, wat zelfs nog makkelijker z'ai gaan dan ooit. Oorlog en Marine zijn geen. struikelblokken meer, de „nationale gedachte" is ook in 't roode kamp ten freon verheven, met den A-ntLOnrtoaa- raad én waarom dan ook niet met an dere „burgerlijke" vereenigingem. .zal men er graag samenwerken.... kortom: nven eet er tegenwoordig uit de hancl. 't Is waar: de eclit-roode oppositie kan nog wat roet in 't eten gooien; zij gaat zich mi&schie.n w.el afscheiden en de gele deren der „S. D. P." versterken, maar de glorie van bupgor Troelstra, wiens keel te Arnhem zeer deed van 't praten, zal. de meerderheid der „bewusten" wel blij ven trokken en izoo is het linksche blok meer pariot dan te voren. Wat ons betreft, wij staan tegenover de „S. D. A. P." en hoe de andere roode fracties heeten mogen, nog even princi pieel als ooit. Waar de klassenstrijd ge predikt wordt en hieraan werd niet geraakt, integendeel daar zullen wij geen samenwerking zoeken, terwijl ook op godsdienstig terrein de toestand on veranderd bleef. En zoo vind't het linksche blok ons als altijd vierkant tegenover zich, consequent pal staande voor c.nze beginselen. Wij gunnen -aan de overzijde gaarna bet samengaan met de inconsequentie, waarvan de glibberige gevolgen daar wel immer voelbaar zullen blijven Hevige gevechten op het Westelijk Oorlogsterrein. Oostenrijksche suc cessen in de Karpaihen. Een Engelsch stoomschip getorpedeerd. Van het Westelijk oorlogs terrein. Het Duitsche hoofdkwartier meldt: „De Franschen zijn sedert gisteren tusschen Maas en Moezel bijzonder actief. Zij vielen met groote troepenmachten en veel artillerie, ten Noord-Oosten, Oosten en Zuid-Oosten van Verdun, alsmede bij Alzey, Apremont, Flirey en ten Noordwes ten van Pont-a-Mousson aan. Ten Noord-Oosten en Oosten van Verdun konden de aanvallen door ons vuur niet worden ontwikkeld. Ten Zuid-Oosten van Verdun werden zij afgeslagen. Op de Oostelijke helling van de Maas hoogten slaagde de vijand er in tijdelijk in een klein gedeelte onzer voorste loopgraven vasten voet te krijgen, doch ook werd de vijand in den nacht wederom verdreven. Bij den strijd in de omgeving van Alzey werd verbitterd gevochten. Verscheidene Fransche aanvallen werden afgeslagen. Ten Westen van Bois le Prètre mislukte een ernstige aanval ten Noorden van den straatweg Flirey-Pont-ü-Mousson. Ondanks de zeer zware verliezen, die de vijand bij de.ze gevechten geleden heeft, moet volgens de nieuwe groepeering zijner troepen worden aangenomen, dat hij de aanvallen weder zaL voortzetten, nadat het volledig gemis aan succes zijner aanvallen in Chamungne klaar gebleken is." Het-FraiISClec moiui. „neet den daag heersclite regen .en riiisrover ge heel het front. Ten Zuid-Westen van Vauquois kregen de Franschen vasten voet in een vijandelijk verdedigingswerk. In het bosch van Ailly, ten Zuid-Oosten van St. Mihiel namen de Franschen drie opeenvolgende linies van loopgraven. De Franschen gingen vooruit in het BoA Brulé ten Oosten van het bosch van Ailly en wonnen terrein ten Noord-Oosten van Regnieville, waar zij de gewonnen posities behielden." Zaterdag waren, aldus wordt aan de „Tijd" gemeldt, den geheelen dag de En- gelsche oorlogsschepen weer in zicht, den ring der zeezijde rondom Zeebrugge nog wat. nauwer aanhalende. De Duitschers deden met vliegmachines den geheelen dag verkenningen. Zaterdagavond te half zeven openden twee kruisers het vuur op de haven en waarschijnlijk ook op de cokes-fabrieken. Bijzondere beteekenis had het gebeurde eelt ter niet, daar de Engelsche vloot slechts enkele schoten gelost heeft. De Duitschers echter hebben met hun kustbatterijer» een half uur lang hevig geschoten. Een Taube ging de uitwerking van de Duitsche "batterijen na. Ingezonden mededeeling i gulden per regel. heeft U het onschatbare voordeel, dagelijks versche artikelen te ontvangen, die op oordeelkundige wijze worden behandeld. Hoe langer de artikelen Koffie, Thee, Cacao en Boter in den winkel liggen, hoe slechter zij natuurlijk worden, vandaar dat wij onze winkels dagelijks van de benoodigde hoeveel- heden VERSCHE artikelen voorzien. Ter beoordeeling onzer kwaliteiten v/ordt U verzocht, nevenstaanden coupon in te wisselen in een der bekende winkels van P. DE GRUYTER Zn. Grutterswaren, Koffie, Thee, Cacao en Boter. RECLAME COUPON. 2\ Tegen inwisseling van dezen coupon in een onzer winkels geven wij gedurende deze en de volgende week bij aankoop van 1 pond vt/terj Botermelange of Plantenboter, gratis ter keuring Vz pond prima Rijsfce- griesmeel ter bereiding van heerlijke Pudding. SkffrugtoA Melange: 60,50,45 en 40 ct. p. p. SteffiUj/ieA Plantenboter: 50 en 45 ct. p. p. Correspondenten, die de blokkade eerst ontkend hadden, bevestigen haar nu ook. Van het Oostelijk oorlogs terrein. Het Duitsche hoofdkwartier meldt: Rus sische aanvallen ten Oosten van Kalwa- rije alsmede ten Oosten van Augustow hadden geen succes. Overigens is de toestand in het Oosten onveranderd. Het Oostenrijksche staf-communiqué meldt: „De gevechten m de Karpaihen nemen nog verder in uitgestrektheid toe. doP(8:£$&i'veroverden gisleren' cle i!?uttskrï& troepen en de. onze sterke stellingen der Russen en namen hierbij 5040 man ge vangen. In de aangrenzende sectors werden ver scheidene hevige aanvallen onder groote verliezen voor den vijand bloedig terug geslagen. Hier werden nog 2530 Russen gevangen genomen. In Zuid-Oost-Galicië mislukte op de hoogten ten Noord-Oosten van Ottynia (ten Z. O. van Stanislau) een nachtelijke aanval van den vijand. Bij den op 4 April ten Zuid-Westen van Uscie-Biskupie beproefden aanval van den vijand op den Zuidelijken oever van de Dnjester werden twee bataljons van het Russische Alexander infanterie-regiment vernietigd." Menschenliefde en volken- haat. In de jongste aflevering van de ,,Stim- men der Zeit", het tijdschrift der Duitsche Paters Jesuïeten, is een opmerkelijk artikel verschenen, waarvan mij bekend is, aldus de corr. van de ,,Tijd" uit Keulen, dat het vóór "t afdrukken aan het hoogste gezag in de Sociëteit van Jesus werd onderworpen, ja, dat het zelfs van die zijde geïnspireerd werd. De schrijver, pater Lippert S.J., komt op tegen den blinden haat, die zich in de Duit sche volksstemming aan buitensporigheden schuldig maakt in carricaturen, felle arti kelen den groet „Gott strafe Engeland" enz Aan het slot komt deze uitlating voor, welke ongetwijfeld bij de Katholieken van alle landen instemming zal vinden: „In hoeverre mogen wij dan aan onzen haat toegeven? „Totdat de goddelooze om- keere van zijn wegen en leve." De vijan delijke macht moet worden neergeslagen, totdat zij achting krijgt voor ons recht. Niet om uitroeiing der volkeren is het ons te doen. Het is niet noodig hen tot heloten stlfift^^^nding te vervullen,'en 'nïemSTïTi heeft het recht, deze zending te bestrijden, te verachten of te verijdelen. Dat zou een grenzenlooze zelfoverschatting zijn. Daar om achten wij ook de zending onzer vij anden. Wij wenschen Engeland, dat de rijke talenten en gaven van zijn koel, be redeneerd en ondernemend eilandenvolk aan de geheele menschheid ten zegen wor den. Wij wenschen het groote; uitgestrekte „heilige Rusland", dat de diepten van zijn volk eindelijk opengaan, dat de bewonde renswaardige schatten van deze nadenken de, tegelijk weeke en sterke volksziel naar buiten worden gehaald als uit donkere bergmijnen. Wij wenschen Frankrijk, dat uit dezen verteerenden brand, zijn oude, fijne en kostelijke beschaving, de bescha ving zijner heiligen en afgezanten, de be schaving zijner minnezangers en zijner werkdadigc, barmhartige vrouwen weder verrijze en een blijden, vruchtbaren wed strijd met ons beginne. En gij, vrij, sterk, ernstig volk der Duit sche gouwen... bewaar uw geest- voor on- waardigen hartstocht en kinderachtigen toorn. Ontwijd uw mond niet met spot en protsende woorden. Uwe schoolkinderen mogen hun groeten niet verbijsteren met belachelijke vloekwoorden, en op uw stu- deerlessenaars .mdgen geen dwaze carrica turen liggen. Een merkwaardige rede. Mgr. Bertram, Prins-bisschop van Bies» lau, heeft een merkwaardige rede gehou den tot katholieke landstormmannen, die naar het front gingen. Wij ontleenen deze rede aan het „Ctr.". Nadat Z. D. II. gewezen had op Hen plicht, het hevel tot strijden te gehoorza men, vervolgde hij: Doch behalve de ware opvatting van onze taak is noodig het bewustzijn van de eer. Géén stand moet zóó aan de eer ge hecht zijn aJs de soldatenstand. Vlekke loos en rein moet hij staan in de.n regen van kogols en op wacht. Doch hij moet óók strijden tegen zoovele verleidingen, bezettingsploatsen is. En die verleidingen zijn niet gering. Wij kennen ta.llooze ge vallen, zelfs uit lazaretten, dat soldaten aan die verleidingen hebben toegegeven. Beste mannen 1 Laat uw bisschop u waar schuwen voor de sluipende gevaren, die u g.inds wachten. Ik roep u toe: „Houd uw eereschild rein en vlekkeloos." Ik heb hier volwassen mannen voor mij en daarom hoef ik n.iet zoo te spreken als in Ilildesheim tot mijn recruiten, vro me, eenvoudige en argelooze dorpsjon gens. Maar met u kan ik nog met meer nadruk spreken en gjj begrijpt mijn be doeling. Houdt u zóó, dat gij, wanneer do oorlog voorbij is, uw moeder, uw zuster, uw vrouw vrij en open in het oog kunt tóen, dat gij met vreugde den blik van, uw moeder, zuster of vrouw op u voelt rusten. En den. jongen recruten zeg ik: doet een vrouw niets, wat gij uw moeder of uw zuster niet zoudit willen doen. Beste mannen! Laten wij vooral niet vergeten, dat de schoonste bron van ster ken moed is het geregeld ontvangen der II.H. Sacramenten. Ik had eens een jon gen vriend, die onder mijn oogen op groeide. Ik zag hem volwassen worden en thans bezit hij het ouderlijk goed. Een beste jongen. E enige weken geledon schreef hij van iiet front aan zijn moe der: „Hot eenige, dat. mijn zenuwen sterk FEUILLETON. HEREENIGD. i) Hoe zacht vermochten deze schoone, groots, grijze oogen te smeeken! En hoe keek, desondanks, uit alle hoekjes van dit jeugdige gelaat de schalksheid! Ik zal hem er niets van vertellen, want ik ben nu juist niet tnotsoh op uw maskerade, zoodat ik daarmee bij ieder een. zou te koop loopen. Trouwens ik zal dezen knaap vermoedelijk nooit zien! antwoordde majoor War field. Nooit zien! riep Kapitola uit. Ik ga tam halen oom! Ik ga hem halen! Hij mort de eersite zijn, die mijn nieuwen, gtoden oom leert kennen! En eer de oude man wist, wat hem overkwam, had zij hem rle boide armen om zijn hals geslagen, met hem in een kiing rondgedraaid, een kus gedrukt op zijn rechterwang en bijna op hetzelfde oogenblik, vlug als de wind, het vertrek verlaten. Wildzang! riep de oude majoor half wornrrimd, half lachend uit, terwijl de tranen hem in de oogen kwamen, III. Hier is hij, oom! Hier is Herbert 'Veyscn! Met deze woorden stormde Ka* pveia r»a verloop van eenige minuten de «amcr weer binnen, achter zich aan trek- onde een hoog en slank opgegroeiden, wnoonen jongeman met zwarte oogen, en 111 zoonianskleeding. Verschoon mij, Sir, sprak de aldus binnengeleide, voor Warfield een buiging makende. Het was mijn bedoeling niet mij aldus aan u op te dringen... Geen plichtplegingen, S'w, viel de majoor hem in de rede. Als vriend van Kapitola zijt ge mij van harte welkom! En den jongen man de hand reikende, 'drukte hij krachtig die van Herbert. Ga zitten, ga zitten! Groote God, sprekend ge lijkend! mompelde hij in zich zeiven. Hij liep met groote stappen tot twee maal toe het vertrek door en zegde toen, ziende, dat de jonge man nog altijd stond: Duivels, S,ir, ga toch aLtten! Als Ja mes Warfield zegt: ga zitten, dan meenit hij het ook! James Warfield! riep de jonge man uit, den spreker onthutst aanziende. James Warfield! Zoo heet ik! ant woordde de majoor; maar wat scheelt u, Sir? O, neem mij niet kwalijk, mijnheer, maar het komt zoo plotseling. Ik heb een bloedverwant gehad, die zoo heette, een oom! Dien hebt ge nog, Herbert! Dat ben ik! Geef mij de hand, jongen! Ik heb veel goeds van u gehoord, zoowel uit den mond van dit meisje als van de oude Nancy Grewel! Herbert., dit is mijn pleeg kind, Miss Black, die dochter van een langen tijd geleden gestorven vrfend; Ka.pitola, dit is de zoon mijner eenige overleden zusterl Ik geloof, uat "we reeds vroeger bet genoegen gehad hebben elkaar te leeren kennen, antwoordde Kapitola ironisch, a on zóó gracieuze buiging makende, alsof zij van kindsbeen af gewoon vaas geweest zich te bewegen op de parketvloeren der salons etn niet op de ruwe straatsteenen van die armste wijken van New-York. Maar dan toch zonder dat ge van elkaar wist, wie ge waart! viel de majoor haar in de rede. Kom, Herbert! ga zitten en drink met ons een glas wijn. Ik dank u, Sir, ik drink nooit wijn, antwoordde de jongeman. Noodt wijn? Neen, dat heb ik beloofd aan mijn stervende moeder, en ik moet d.ie beloHe- houden I Zoo, zoo, m'n jongen! Nu, ik wil u niet dwingen. Tusschen uw moeder en mij was een verwijdering ontstaan, om dat zij tnouwde met een main, dien ik om politieke en andere redenen' haatte, ja, inderdaad haatte! Maar toen hij stierf, schreef ik aan mijn zuster en gaf haar van alles opheldering. Wij zijn echter nooit met el-kaar op goeden voet geko men. Zij antwoordde mij, dat het nuis, waar men aan haar man. den toegang verboden had, ook geen plaats was voor zijn weduwe. Sinsd dien tijd hebben wij met elkaar geen betrekkingen meer onder houden en ik ben er van overtuigd", dat zij u geleerd heeft mij te haten! Neen, Sir, gij doet de doode onrecht aan. Nog op haar sterfbed verzocht zij mij om, mocht ik haren broeder ooit ont moeten, hem te zeggen, dat het haar bit ter heeft gespeten, dat zij zijn, grootmoe dig aanbod van de hand had gewezen. Dus zou zij, indien zij nog leefde er geen bedenking tegen hebben, dat Hurri cane lla.il voor haar zoon een tehuis werd, vroeg James Warfield, terwijl de blik zijner vochtige oogen zich verhel derde. Oom, sprak Hierbert Greyson, oom, ■als ik u zoo noemen mag, ik heb aan niets behoefte. Ik heb een goede betrek king op do Koningin Anna en een be schermer in mij-n kapitein! Precies z'n moeder! mompelde de majoor. Maar zijt ge dus ten volle tevre den met uw positie? Men moet wel tevreden zij*? ant woordde Herbort. Modten, moeten! bromde de oude) manI-Iet kind van mijn zuste-r moet niets moeten! Wait zouclt ge denken va.n dienst te nemen als cadet in het leger de-r TTn'i/e? Dat is de ladder naar den hoog sten roem en het hoogste aanzien! antwoordde de jongeman met stralende oogen. Jongen, dan neemt ge dienst in het leger en voordat we een maand vc-rder zijn, zijt ge gestationneerd in West Point! In West Point? riep Herbert op blij den toon. Ja. We doen op onze reis naar Vir ginia Washington aan en maken daar alles in orde. Morgen gaan we mèt den vroegtrein naar den kapitein van de Ko ningin Anna en New-York. Intusschen. re gelt ge uw zaken met den kapitein van de Koningin Anna en morgen gaat ge met ons naar Hurricane Hall; daar zult ge uw thuis hebben, totdat ge kunt ver trekken naar West Point. Oom, gij overlaadt mij met uw goed heid! riep de jongeman, terwijl hij op sprong. Maar al-vorens u te volgen naar Hurricane Hall, moet ik een bezoek bren gen bij vrienden, die mij zeor dierbaar zijn, bij wie mijn moeder en ook ik i.ens een thuis liiebben gevonden en die sinds het overlijden mijner moeder voor mij alles gewbctai zijn. Ik heb hen sinds jaren niet gezien. Voordat ik ergens anders heenga, zelfs ander uw gastvrij dak, oom, moet ik deze vrienden een bezoek bren gen, want ik ben hun grootcn dank ver schuldigd! En wie '/.'jn die vrienden, Herbert, en woar wonen zij? Als het in mijn maclat staat, zal ik hun de goedheid, die zij ran hiat kind mijner zus'vr bewezen hebben, mot vreug'Je honderdvoudig vergelden! O Sir, ja, dat zou een echte weldaad zijn, als gij dat wildot doen. Het js oen arme weduwe met haar zoon. Eenmaal beeft zij betere dagen gekend, maar thans moet z.ij voor zioh zelf cn haar !<Gnd ce:i harden strijd om het bestaan strijden. Toen mijn moedor nog leefde, deelde zij met deze edele vrouw het huis, hetwelk d-4-ze laatste thans nog bc-woond. Ik was Wen jaar, toen mijne moeder stierf on do arme ivo du wc zorgde voor mij als voor haar eigen zoon en sloofde zich af voor ons beiden, totdot ik, mij schamende en vreezende de goede vrouw tot lost te zijn, op zekeren dag wegliep en naar zoo ging. Welk een edele vrouw! liet, moet m-ct haar gebrek aanstonds uit zijn! niep M. Warfield uit, terwijl hij opsprong en Hoor hot vertrek heen an weer begon te loo pen. James Warfield zal in. d-e toekomst voor haar zorgen, voor haar cn voor haar zoon. Maar laten wc nu ieder onze zaken in orde gaan brengen voor de reis morgen vroeg. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1915 | | pagina 1