BUITENLAND.
De Oorlog.
BINNENLAND.
6e JAARGANG
No. 1658
Sfe EekJ^eheSou/fco/iit
BUREAU: STEENSCHUUR 15, LEIDEN.
Interc. Telefoon 935. - Postbus 6.
DIT BLAO VERSCHIJNT ELKEN DAG, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN
De ABONNEMENTSPRIJS bedraagt, bij vooruitbetaling, met GRATIS POLIS Ongevallen-verzekering
tn het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor Leiden 10 cent per week f 1.25 per kwartaal; bjjonze
agenten II cent per week, f 1.45 per kwartaal. Franco per post f 1.65 per kwartaal.
Afzonderlijke nummers 22/a cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 5 cent
DONDERDAG
25
MAART.
1915.
De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van 1-5 regels f0.75, elke regel meer 15 cent
ingezonden mededeelingen van 1-5 regels f1.50, elke regel meer 30 cent, met gratis
bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Groote letters naar plaatsruimte.
Aanvragen om Dienstpersoneel van 1-5 regels 50 cent, iedere regel meor 10 een4.1
Aanbiedingen van Dienstpersoneel, Huur- en Verhuur, Koop- en Verkoop (geen
Handel8-Advertentiën) van 1-5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent
Eeredienst.
't Staat chique, zooals u .weet, en we
reldwïjs en hoogst modern, om met mede
lijdend glimlachtje neer te zien op die be
krompen Roomschen met -hun aan beelden
en schilderstukken zoo rijke kerken. Van
(lbeeldendienst" wordt er dan inet min
achtend neussnuffelen gesproken en van
speculeeren op een of ander gevoel voor
dit of dat bij de groote menigte. En als
dan zoo'n criticus en passant ook nog.
wat godsdienstig gevoel wil luchten je
hebt van die lui, al gaan ze nooit naar
kerk of kluis, maar b.v. wel naar 't bosch,
Gods vrije natuur immers dan denkt hij
ons schaakmat te zetten'met de opmer
king, dat de Protestanten toch ook geen
beelden enz. in hun kerken hebben, dus
dat 't zonder heel best gaat.
We laten die redeneering voor wat ze
is, maar wilden even wijzen op wat Dins
dagavond in Den Haag geschiedde. Daar
werd in een kunstzaal een lezing gehou
den door Louis Couperus, den bekenden
Haagschen schrijver, 't Was er vol be
wonderaars van de.zen mondainen auteur.
We mogen aannemen, dat religieuze
overwegingen bij het eerbiedig luisteren
de gehoor er waren slechts weinig
grappenmakers, die den éénen stap tus-
schen het verhevene en het belachelijke
overschreden waanden volkomen afwe
zig waren. Men was louter gekomen om
den verfijnden schrijver nu eens van nabij
te kunnen zien en hooren.
Maar let nu eens op, hoe men voor zulk
een mondain gebeuren gemeend had de
zaal te moeten decoreeren.
Couperus stond voor „een groot Boe-
dah-beeld dat achter zijn spreekplaats als
een altaar tegen den wand was opgesteld
tusschen een paar mooie paarse lappen
en een paar kostbare Chineesche dra
ken."
•Oostersch mysticisme alzoo, waarin juist
degenen, die met den geopenbaarden
godsdienst den spotmeenen te mogen -
drijven, zich zoo gaarne verdiepen.
Maar wat durft men dan toch smalen
op der Roomschen beelden als het daar in
Den Ilaag verstandig wordt gevonden, een
afgod ten troon te verheffen, geflankeerd
door Chineesche draken!
't Was maar een decoratie, zal men
zeggen. Best, maar dan toch een decora
tie die boekdeelen spreekt over den ge
moedstoestand van dat deftige, in litera
tuur zwelgende publiek.
We zullen dat Boedah-zaakje onthouden.
Bij een Engelschen vliegeraanval op de
werf Hoboken zou aanzienlijke schade zijn
veroorzaakt. Een der vliegers dwaalde
af naar Nederland en was verplicht daar
le landen. Groote werken in de haven
van Antwerpen worden overwogen. Reeds
gedeeltelijk is daarmede begonnen.
Van het Westelijk oorlogs
terrein.
Officieel wordt door 'het Duitsche hoofd
kwartier gemeld: Iin Champagne hadden
slechts artillerie-ge vechten plaats.
In hei bosch Le Prètre, ten N.W. van
Potnt-d-Mousson, werd de vijand, die ens
ihet gewonnen terrein wilde ontnemen, te
ruggeslagen.
I-Iemieuwde vijandelijke aanvallen ten
N.O. van Badonviller en Redchsackerkopf
werden door ons vuur verijdeld.
Om Hartmanmsweilenkopf wordt thans
niet gestreden.
Een Fransc-h communiqué van gisteren
luidt: Bij IIantmannsweilerkopf hebben
wij -de eerste en de tweede loopgraven-
linie genomen.
Onze troepen organiseeren zicih voorbij
de tweede Unie op korten afstand van den
top.
Engelsche vliegers werpen
bommen op Hoboken.
Twee Engelsche vliegers hebben giste
ren bommen geworpen op duikbooten die
de Duiifisdhers ite Hoboken, bij Antwerpen,
bezig waren te bouwen. Men gelooft dat
de werkplaatsen, waar de duikbooten wer
den. vervaardigd, en twee duikbooten
aanmerkelijk zijn beschadigd. De vliegers
zagen 'de werkplaatsen vuur vatten. Er
lagen vijf duikbooten op hellingen.
Een derde vlieger heeft in. Nederland
moeten landen.
Het Engelsche ministerie van. buiten-
landsche zaken meldt nog omtrent dezen
aanval:
Gistermorgen is door vijf Engelsche ma
rine-vliegers met goed gevolg een aanval
uit de luoh/t ondernomen op Duitsche on
derzeebooten, .die te Hoboken bij Antwer
pen worden gebouwd. De' tocht werd on
der de moeilijkste omstandigheden uitge
voerd, maar twee vliegers slaagden er in
bommen laten vallen en groote schade
■toe te brengen aan de inrichtingen, die
in brand geraakten, en aan twee onder
zeeërs.
Van het Oostelijk oorlogs
terrein.
Uit Weenen wordt officieel gemeld: In
den westelijken Karpathensector heeft zich
aan het front tot den Uszoker-pas een
hervige veldslag ontwikkeld, die nog stéed's
voortduurt. Een talrijke Russische strijd
macht is daar n.l. overgegaan tot een aan
val. Om de hoo'gtestelling wordt verbitterd
gestreden.
Tusschen de Proeth en de Dnjester zijn
in het noordelijk gedeelte van de Boeko-
wina een aantal gevechten geleverd, waar
bij de vijand verdreven werd uit eenige
plaatsen en hij terug moest trekken naar
de grens.
De ten noorden van Tsjernowitsj aan de
andere zijde van de Proeth gelegen plaat
sen, die den vijand dienden tot basis voor,
zijn actie, zijn van Russen gezuiverd.
In Polen en West-Galicië is de toestand
onveranderd. De bij Otfinow aaii de Bene-
den-Doenajetz door de Russen gebouwde
oorlogsbrug is gisteren door onze troepen
vernield.
Officieel wordt door het Duitsche hoofd
kwartier gemeld: Onze troepen, die ten
noorden van Memel de Russen vervolgden,
namen bij Polangen 500 Russen gevangen
en namen drie kanonnen en drie machi
negeweren; voorts ontnamen zij den vijand
veel geroofd vee, paarden en andere goe
deren.
Bij Laugzargen, ten Z.W. van Taurog-
gen, en ten N. O. van Mariampol, werden
Russische aanvallen met zware verliezen
voor den vijand afgeslagen.
Ten N. W. van Ostrolenka mislukten
verschillende Russische aanvallen. Wij
namen daar 20 officieren en 2500 man ge
vangen en maakten 5 mitrailleurs buit.
Ook ten Z. van Plozk mislukten verschil
lende vijandelijke aanvallen.
Het Duitsche leger brengt hartelijk dank
aan de dappere bezetting van Przemysl,,
die vier moeilijke maanden doorbracht, en
aan wier verdediging slechts de honger
een einde kon maken.
De val van Przemysl.
De „Köln. Ztg." wijdt een overzicht aan
den val van deze vesting. Met droefheid,
maar tevens met trots werd bet bericht
vernomen. Reeds werd gehoopt, dat de
vesting ook de tweede insluiting zou we
ten te weerstaan, nadat men had bemerkt,
dat de Russen niet in staat waren ge
weest den belegeringsring nauwer dicht
te li alen, en verplicht waren op verren
afstand van den fordelgordel hun werk
over tegeven aan den honger. Van het
weerstandsvermogen der vesting tegen
dezen vijand, den honger, heeft men zidh
te veel voorgesteld.
Het blad constateert, dat de vesting niet
voor de Russen, maar voor den honger
heeft gecapituleerd. Dat de belegerden
krachtig genoeg waren, bleek bij den
Laats ten uitval en as meermalen bewezen
door de zware verliezen, die de Russen
leden. De vijand geeft zelf 100,000 man
als, verlies op, doch dit aantal bevat niet
de laatst,geleden verliezen.
De winst zal voor de Russen gering
zijn; alle voorraad, alle vérkeex-smiddelen
alle munitie zijn verdwenen. Zij krijgen
alleen vrij den spoorweg LembergDrze-
myslK-rakau, die op het oogenblik totaal
onbruikbaar is. Voorts komen hun troe
pen vrij voor andere operaties. Uit stra
tegisch oogpunt is de vesting weinig
waard, omdat de verdedigingswerken alle
vernield zijn.
Nog wordt gemeld, dat de bezetting be
stond uit Honved Landweer, Weener ves
tingartillerie en een I-Iongaarsch vesting
artilleriebataljon.
De aanval op de Dardanelles
Uit Tenedos verneemt de Daily News
van een ooggetuige het volgende omtrent
den algemeenen aanval op de Dardanel-
len:
Toen de vloot de Dardanellen binnen-
stoomde, woei er een frissche noordooster
bries, de zee stond hoog, maar het weer
was overigens mooi. De kanonnade was
ontzettend, wat te begrijpen is, als hon
derdvijftig kanonnen aan het gevecht
deelnemen.
Het feit, dat de 13-inch houwitsers van
de Duitschers zoo weinig uitwerking had
den is gedeeltelijk toe te schrijven aan de
zorg, waarmede de geallieerden door het
geconcentreerd vuur de batterijen verniel
den.
Kleine kanonnen op vlotten, in het ka
naal drijvende en landtorpedo's werden
ook afgeschoten, maar met weinig uit
werking.
Een officier van de „Gaulois" verhaal
de, dat de „Bouvet", nadat zij op een mijn
geloopen was, naar stuurboord overhelde;
gedurende 45 seconden maakte het dek een
hoek van 45 graden. De dichte rook en
vlammen, die hoog opsloegen, onttrokken
het vaartuig bijna geheel aan het gezicht.
Dan ging het schip, na een snellen schok,
geheel op zijde liggen, tot de gevechts
mars het water raakte. De achtersteven
dook onder; water en een halve minuut la
ter verdween het schip in de diepte, terwijl
overal opvarenden in het water lagen te
spartelen.
Het slagschip „Irresistible" werd mid
scheeps geraakt, zoodat de machines on
klaar werden; het schip had vele dooden
in de stookplaatsen. De groote schepen,
die naar mijnen moesten zoeken, redden
de bemanning. De Turksche kanonnen
beschoten deze sloepen met hunne gra
naatkartetsen.
Het lot van de „Ocean" was hetzelfde;
maar het verdwijnen van het schip werd
nog verhaast door de ontploffing in het
kruitmagazijn nadat het schip op een mijn
was geloopen.
De „Gaulois" werd bij den boeg rjetrof-
fen door een torpedo of granaat, met het
gevolg, dat het water snel binnenstroom
de. Het schip werd bij een eiland aan de
monding der straat aan den grond gezet,
doch is thans weder hersteld en vlot ge
bracht. Niemand aan boord werd gewond.
Verschillende Oorlogs
berichten.
Veevoeder in België. Ten einde liet
gebrek aan veevoeder Ite bestrijden, acht
het gemeentebestuur van Antwerpen het
volstrekt noodzakelijk, allerlei keukenaf
val nis Aioeder bruikbaar te maken. Te
dien einde wordt een beroep gedaan op
de bereidwilligheid van al de inwoners,
om den afval van groenten en vruchten,
en in het algemeen dien .afval, welke zou
kunnen gebruikt worden als veevoeder,
niet meer in de vuilnisbakken, noch op
straat te werpen. De inwoners worden
dringend aangezocht, den keukenafval te
bewaren, om hem ter beschikking der
melkboeren te stellen.
Russische oorlogskosten. Het Stock-
holmsch© Dagblad meldt, volgens de Duit
sche pers, dat de Russische oorlogskosten
volgens eem tnededeeMng van dein Russi-
selien minister van financiën .reeds 10
milliard roebel beloopen.
Zware rampen. De Kreuzzeüung be
valt, volgons een telegram uit Kopenha
gen, een advertentie, waarin graaf Bülow
den dood van tien leden van zijn familie,
allen officieren, mededeelt. Onder hen is
generaal-majoor Garl Ulridh von Bülow.
De herbouw van Leuven. De gemeen
teraad van Leuven heeft, volgens een
mededeel ing van dein correspondent van
„De Tijd" ie Roosendaal, groote plak
brieven verspreid, om bekend te maken,
dat degenen, die bet puin van de ingostor-
te huizen en .gebouwen willen doen oprui
men, Ihicrvoor de beschikking kunnen
krijgen over gemeentewei?^leden tegen
fre. 2.50 per dag, terwijl de gemeente zich
verplicht, van dit loon de helft voor hare
rekening te nemen.
Om haar groote erkentelijkheid te uiten
jegens de Vereenigde Staten, die mot be
wonderenswaardige edelmoedigheid blij
ven voortgaan de bevolking van Leuven
en alle noodlijdende Belgische steden en
dorpen te voeden, heeft de gemeenteraad
met algemeene stemmen besloten den
voornaamsten nieuw te bouwen, straten
de namen te geven van: President Wilson-
straait, Waslüngtonstraat en Straat der
Vereenigde Staten.
De haven van Antwerpen. In de ha
ven. van Antwerpen moeten onder mede
werking van hot Antwerpsche gemeente
bestuur thans groote werkzaamheden in
overweging zijn .genomen, in het bijzon
der tot verbetering en uitbreiding der dok-
werken. Met de voorgenomen werken is
reeds gedeeltelijk begonnen. Het gemeen
tebestuur heeft voor dit doel bijna -*000
arbeiders in dienst genomen.
Nederland en de Oorlog.
Inlijving lichting 1915.
In het tijdvak van 2024 April n.n. zullen
worden ingelijfd de dienstplichtigen der lich
ting 1915, toegewezen aan de compagnieën
wielrijders en aan het IIIu bataljon van elk
der regimenten grenadiers, jagers en infan
terie, met uitzondering van hen, die in het
bezit zijn van bet bewijs, bedoeld in art. 70,
eerste lid, der Militicwet. Voor deze laatsten
zal de inlijving geschieden in het tijdvak van
2024 Juni a.s.
Alleen om zeer gewichtige redenen waar
onder in dit geval ook studiebelangen kunnen
worden gerekend kan aan deze in te lijven
dienstplichtigen uitstel van eerste oefening
worden verleend, indien zij daaitoo alsnog
ten spoedigste zelf hun verlangen bij (ongc-
zegeld) verzoekschrift aan den Minister van
Oorlog te kennen geven, met overlegging van
een deugdelyk bewijsstuk omtrenthet werkelijk
bestaan van de reden der aanvrage. De dienst
plichtigen zullen echter rekening moeten
houden met de mogelijkheid, dat het uitstel
wordt ingetrokken zoodra de omstandigheden
daartoe aanleiding mochten geven.
In België to egel aten
nieuwsbladen.
De directeur-generaal der Posterijen on
Telegrafie maakt 'bekend, dat thans mede
ter verzending over Ake«n naar de plaat-
sein in België genoemd in deStaatscou
ranten no. 36 van 12 Februari j.l. en no.
55 van 6 Maant jl. en mo. 55 van 6 Maart
ji. de volgende nieuwsbladen zijn. toege
laten:
Algemeen Handelsblad, De Maasbode,
De Nieuwe Courant, Nieuwe Rottcrdam-
sche Courant, De Toestand, Hot Vader
land en De Wereldkroniek.
De post uit Amerika.
Met het stoomschip Rijndam, Dinsdag
te Rotterdam aangekomen, kwam alleen
mede een posit voor ons land en voor
Groot-Brittannië. Wat1 de oorzaak is, dat
geen Duitsche en Oostenrijksche post word
medegenomen, kon de directie der
HollandAmerikolijn niet mededealen.
De Engelsche post was bijzonder om
vangrijk in venband met de omstandig
heid, dat gedurende eenige dagen voor
het vertrek van de Rijndam geen schepen
FEUILLETON.
DE DUIKER.
«i
„Hij moest dus vluchten tegen eiken
Prijs; maar de vlucht was bijna onmo
gelijk.
„De vloed was snel opgekomen, terwijl
Robert worstelde tegen de smeekingen
rijner vrienden
„Juist aan den kant, waar de weg rog
vrij was, liepen de gendarmen.
„Indien hij dus dien kant opging, ge-
Wak te hij zeker in de val.
„Naar den kant van Boulogne spatte"
bet water reeds tegen de rotsen.
„Het was te laat; de weg was afgesne
den.
„Wat te doen? Een oogenblik was Ro
bert wanhopig, en hij dacht er aan stoï-
rijnsoh den dood af te wachten op die
*U9t zonder uitgang.
„Robert zette zich neder op een rots
blok, dat reeds door de golven bereikt
Daar zat hij met het hoofd in de
naud en begon te denken.
„Het laatste uur zou dus komen, en
Robert wachtte het af, gelijk een ver
foeid reiziger het rustuur afwacht.
„Allen, die hij bemind had, waren dood,
01 ij'j Rad hen gewroken.
-Zijn taak was vervuld, en niets Lond
bem meer aan het loven.
„Zoo dacht hij, vergetend, dat er op
uur beslist werd over bet lot van een
^schuldige, dien hij kon redden.
„Door een toevalligheid werd hij tot
ch zelf geroepen.
„Een klein steentje trof hem aan de
wang.
„Hij keek en zag, dat dit steentje nas
komen, neerrollen, doordat een geit naar
boven klauterde.
,.liet beest liep langs een ongebaken-
den weg, en geleid door het instinct be
hoedde het zich voor vallen met een be
wonderenswaardige behendigheid en be
reikte langzamerhand den top.
Nog eens deed God zich kennen.
„God toonde aldus aan Robert den weg
des heils.
„Daar, waar de geit had geloopen, ken
ook hij misschien wel gaan.
„Voordat hij deze laatste poging "waag
de, onderzocht hij de rots met die aan
dacht, welke door het gevaar gegeven
wordt.
„Met liet geoefend zeemansoog zag hij
de kleinste hindernissen, de kleinste gras
halmpjes. Hij ging met het oög den weg
van de geit na.
„Zij had over deze kloof moeten sprin
gen, op dien vooruitstekenden steen en
zich met de tanden, aan gene struik vast
geklemd.
„Voordat hij begon ite klimmen, wist
Robert, waar hij elke pas zou zetten.
„Hij had zijn luchtreis in het hoofd ge
lijk een krijgsplan.
„Hij stond op en trad op de rots toe.
„Zijn wond, die nog niet goed gesloten
was, hinderde hem zeer. Nu eens moest
hij- mot de linkerhand een twijfelachtig
steunpunt vastgrijpen, dan weder op een
hellend vlak pogen te st^an en zich met
alle kracht, die in hem was, in de hóogte
werken.
„Langzamerhand echter verwarmde de
arbeid zijn rechterhand en hij kon zich
van beide handen bedienen.
„Hij klom, over den afgrond gebogen,
hij stelde zich niet te veel voor van het
geluk, maar deed geen beweging, zonder
van de plaats verzekerd te zijn.
„Somtijds rustte hij om bij adem te ko
men.
„Dan zag hij onder zich rotsen, die met
woede tegen de golven klotsten.
„Dikwijls wierp een golf het schuim tot
hem op, alsof zij haar prooi wilden terug
bekomen, die hun ontsnapt was.
„Doch hij bleet kalm bij dit tooneel hief
de oogen op en zag boven zich de geit,
die hem den heilzamen weg wees.
„Zij was een weinig bevreesd voor het
gedruisch, dat Robert twintig voet lager
maakte.
„Het was een heldere avond, en Robert
kon dus goed zien, waar hij ging.
„Daar was de geit met een laatsten
sprong op den begaanbaren grond.
„Zij stond een oogenblik stil als om ean
den vluchteling, dien zij gered had, een
laatst vaarwel toe te roepen, en verdween
met een droefgeestig geblaat.
„Robert volgde haar van nabij.
„Hij bereikte op zijn beurt den top en
viel neder, uitgeput van vermoeienis en
ontroering.
„Uitgestrekt op het fijne gras onder de
stralen van de maan, dankte hij God en
trachtte zijn krachten terug te krijgen.
„De lichamelijke en geestelijke kracht
had hij -thans meer noodig dan ooit
„Hij was aan die zee en den afgrond
ontrukt; maar de heilige taak was nog
vérre .van vervuld.
„Hij moest tie Parijs komen»
„Hij moest er komen, alleen en vrij.
„Ongetwijfeld was de politie van Bou
logne verwittigd en doorzochten haar
agenten de kust c.n de velden.
„Robert vroeg zich af, welk nieuw won
der hem aan hun handen zou onttrokken,
trym sen geratel van wielen zijn aandacht
trok. i Jj
„Een van die kleine huurrijtuigen, die
tot uitstapjes der vreemdelingen dienen,
ging in de richting naar Boulogne.
„De maan stelde Robert in staat te zien,
dat de koetsier alleen was.
„Hij kreeg een inval.
„Hij stond op, bracht zijn kleeren
eenigszins in orde, en liep met haastige
schreden op het rijtuig toe.
„Koetsier, honderd francs, indien ge
rnij naar Boulogne brengt," sprak hij, ter
wijl hij aan zijn woorden liet hooren, dat
hij Engelschman was.
„Dat was een te schoon aanbod, dan
dat de koetsier kon weigeren, en een mi
nuut later reed Robert in volle vaart naar
Boulogne.
„Een half uur later zou hij er zijn, te
midden van de agenten, die hem zochten.
„Het oogenblik was- beslissend.
„Uw paard is goed," zeide hij tot den
koetsier; maar od doze manier zou het
niet lang kunnen loopen."
„Niet lang!" antwoordde de man, wiens
eigenliefde gekrenkt was. „In zeven uur
zou het u nog naar Abbeville kunnen
brengen, en dat is bijna twintig mijlen."
„Dat zou ik wel eens vyillen zien," her
nam Robert, op ongedwongen -toon.
„Nu wat ge wilt, burger," sprak de
huurkoetsier, die, ofschoon hij bezorgd
was voor zijn paard, werd aangetrokken
door bet uitzicht op een grootè belooning.
„Welnu dan, honderd francs voor u, in
dien wij morgenochtend vóór vijven to
Abbeville zijn."
„Do koetsier was hierover niet zeer ver
wonderd. gewoon als hii was aan de gril
len der talrijke Engelschen, die te Boulog
ne wonen.
„Ja," hernam Robert, „het is een wed
denschap."
„En hij gaf den koetsier vijf goudstuk
ken, die ze blijde aannam en rechts den
weg naar Parijs insloeg.
„Hij had niet gelogen.
„Te middernacht was het rijtuig tö
Montreuil en een weinig vóór vijvon
kwam Robert te Abbeville.
„Daar verklaarde de koetsier, dat, al
gaf men hem ook duizend francs, zijn
paard geen uur meer zou loopen.
„Ik koop een ander paard, en gij moet.
het rijtuig besturen," sprak Robert.,
„En waarheen, milord?"
„Naar Parijs. Ik geef u driehonderd
francs."
„O ja, allemaal weddenschap. En wan
neer moet ik te Parijs zijn om de wed
denschap te winnen."
„Morgenochtend vroeg."
„Het aanbod was te verleidelijk voor
den koetsier, om te kunnen weigeren.
„De man nam op zich, met behulp van
een zijner vrienden onder de koetsiers,
een paard te k/oopen, dat Robert zoer duur
betaalde, maar dat dan ook bleek voor
treffelijk te zijn.
„Den volgenden ochtend to zes uren
was hot rijtuig te Saint Denis.
(Wordt vervolgd.1