12
BUITENLAND.
De Oorlog.
ie JAARGANG.
No. 1647
e£cidócli^(Sou^ant
BUREAU: STEENSCHUUR 15, LEIDEN.
Interc. Telefoon 935. Postbus 6.
DIT BLAD VERSCHIJNT ELKEN DAG, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN
DeABONNEMENTSPRIJS bedraagt, bij vooruitbetaling, met GRATIS POLIS Ongevallen-verzekering
het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor Leiden 10 cent per week f 1.25 per kwartaal; bij onze
(enten II cent per week, f 1.45 per kwartaal. Franco per post f 1.65 per kwartaal.
Afzonderlijke nummers 21/<s cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 5 cent
VRIJDAG
MAART.
I9I5.
Do ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van 1—5 regels f0.75, elke regel meer 15 cent
Ingezonden mededeelingen van 1-5 regels fl.50, elke regel meer 30 cent, met gratis
bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Groote letters naar plaatsruimte.
Aanvragen om Dienstpersoneel van 1-5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent.
Aanbiedingen van Dienstpersoneel, Huur- en Verhuur, Koop- en Verkoop (geen
Handels-Advertentiën) van 1-5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent.
Vaderlandsliefde.
De socialisten hebben in eigen oog
steeds van alles het beste en zoo heb-
r'eafcnzij nu ook de beste... vaderlandsliefde.
Waar dat opeens vandaan komt?
Luister naar burger Hugenholtz, die
or de „bewusten" van Enschede oreerde,
it „het ook een. sociaal-democratische
na, sch is, dat onze nationale zelfstandigheid
jjft bestaan. De vaderlandsliefde is diep
•worteld en laat .zich niet uitroeien."
precies, ten minste wat de tweede zin
lede betreft. De eerste hebben de rooden
pas zelf ontdekt.
Maar nu zij dan ook opeens vaderlands-
evend zijn geworden, bezitten zij die lief-
lste Has.
moet weten, zoo vertelde ten minste
'T heer Hugenholtz, „tot nu is de vader-
^ïdsliefde van den verkeerden kant ge-
edikt, ze was er op ingericht om ons
et te houden. Die vaderlandsliefde was
een eigenbelang, van 't .zelfde gehalte
die van Krupp in Duitschland, die om
lancieele voordeelen te behalen officie-
en ambtenaren omkocht en als die van
onzer groot-handelaren, die
etlegenstaande zij wisten, dat zulks voor
land elk oogenblik een oorlog ten ge-
Ige kon hebben, uit zuiver winstbejag
lokkelhandel met oorlogvoerenden dre-
1.
,Voor dergelijke kerels moest de straf
it enkel zijn, dat de goederen in beslag
irden genomen, doch zij moesten in de
rangenis worden gestopt
,Voor dergelijke vaderlandsliefde heeft
dan ook geen respect, dat is echter
,ar surrogaat. De echte vaderlandsliefde
het gevoel voor eigen geboorteland, taal,
ihiedenis, kunst, litteratuur en weten-
iap, In één woord, dat is een kostelijk
:it En nu kan hiertegenover aangevoerd
irden, de groote massa heeft daar niet
n, maar dan roept spreker: zeg zooiets
we hebben .ook geen. algemeen kies-.
ht, doch vechten er voor, laten wij ook
ijden, dat wij dat andere verkrijgen."
baifftet ge wel, alleen de socialisten hebben
l ware begrip van vaderlandsliefde. Zij_
litten ze in den hoogsten graad en voor
jver ze dit nog niet goed beseffen 't
zoo onverwachts en zoo nieuw, hè?
)etcn ze daar eens extra voor gaan
ihten.
/II su, dan vechten we mee, want hoe meer
hte vaderlandsliefde, hoe beter.
Een bekeerling.
Met den primairen ijver van een nieuw-
ikeerde, trekt burger Hugenholtz het
nd rond om te getuigen van zijn nieuwe
zichten ten aanzien van ons defensie-
Êzen.
Volgens een verslag in de „Zwolsche
heeft hij ten aanhoore der Esdea-
eërs te Enschede „volmondig" erkend.
It, wie ook probeeren. ons land binnen te
Hen, ons leger klaar behoort te staan ze
gen te houden." Spreker vroeg zelfs: wie
left ooit van de soc.-dem. gehoord, dat
de leer der weerloosheid prediken? Plet
toch volkomen natuurlijk, dat iemand
rdedigt hetgeen hij lief heeft. In dit op-
cht wil spreker schuld bekennen. In de
door hem gevoerde propaganda is vaak
gezegd dat in verband met de feiten,"
FEUILLETON.
DE DUIKER.
de snerpende smart voegde zich
it eeniig gevoel, dat mog in hem kon
vm: de wraak.
•Het monster had dus zijn werk vol-
acht.
•Hij, die gedurende twintig jaar van
genen. die Robert dierbaar waren, den
n na den ander, had vermoord, ook die
'd zijn kind vermoord.
"D* moordenaar van Provence, de
cwdenaar van Saint Oueai was dus ook
Moordenaar der Soreiles geworden, en
't Robert hem ontsnapt was, was om dart,
od het zoo gewild had.
•Robert meende op dat oogenblik, dat
een heilige plicht te vervullen had en
H hij niet het rechit te sterven zoolang
S de laffe moordenaar van een girijsaard,
oen kind en van een vrouw leefde.
•Hij stond op, kalm en onbuigzaam on
het lichaam van zijn George, dat aan
n voeten lag uitgestrekt, en met de hand
die van John Slough, zwoer hij 'zijn
'oder, te zullen wieken.
^eomd. A an dat oogenblik af was de
'bloedigheid *n hein wedergekeerd te-
"J* met den moed.
iet vreeseJijk lijden, dat hem getrof-
1 had, had hem koud als marmer ge-
I zonder zwakheid volbracht hij
aatstie treurige plichten tegenover den
waarvoor men thans is komen te staan, en
die nooit zijn voorzien, als niet juist moet,
worden beschouwd.
Spreker heeft bijv. in de invoering van
een volksleger nooit iets anders gezien dan
een maatregel om het militaire stelsel aan
te tasten en ten tweede om door dit mid
del ons kasteleger gevaarloos te maken
voor de arbeidersbeweging. Dat het volks
leger ook zou dienen om ons bestaan te
verdedigen, daaraan heeft spr. nooit ge
dacht. (O oppervlakkigheid!)
Had hij dit gedaan, dan zou hij nooit
getracht hebben ons klein leger belachelijk
ie maken.
Waar hij bij aanvragen van credieten
voor leger en vloot wel eens gesproken
heeft van ons handje vol volk, van onze
kanonnen als oud roest, onze schepen note-
doppen heeft genoemd, herroept spreker
die woorden, en geeft gaarne toe, dat het
goedkoope critiek was. Maar spr. meen
de het.
Spr. is daarom niet bekeerd tot het mili
tairisme, in geen geval, maar het gebeurde
in België heeft bewezen, dat spr. niet zoo
minachtend had moeten spreken over ons
leger...."
Tot zoover het verslag in de „Zw. Crt."
Wel diep moeten de oorlogsnoodzakelijk
heden de roode „beginselen" hebben on
dermijnd dat iemand als burger Hugen
holtz, wiens sarcastische critiek op onze
weermiddelen onuitputtelijk was, zich zóó
bloot moet geven. Hij had vroeger wel eens
wat beter mogen nadenken, zou men neg
gen, dan had hij zich dezen terugtocht
kunnen besparen, al steekt hij daarbij ten
slotte dan nog een klein vlaggetje op.
Veranderde gezindheid der Ver. Staten
ten opzichte van Engeland. In het
Britsche Lagerhuis verklaarde Grey dat
de betrekkingen met Nederland en eenige
andere onzijdige staten van vriendschap-
pelijken aard zijn.
Van
het Westelijk Oorlogs
terrein.
Officieel wordt uit het Duitsche hoofd
kwartier gemeld:
Een Engelsche vlieger wierp boven Me-
nin bommen neer; hij doodde 7 Belgen en
verwondde er tien.
De Engelschen deden gisteren een aanval
op onze stelling bij Neufchatel; zij drongen
op enkele plaatsen het dorp binnen. De
strijd wordt nog voortgezet. De Engelsche
aanval bij Givenchy werd afgeslagen.
In Champagne deden.de Franschen twee
aanvallen op een bosch ten oosten van
Souain, waaruit zij den vorigen dag waren
verdreven. Beide aanvallen werden afge-
De strijd om den Reichsackerkopf in de
Vogezen is gisteren weder begonnen.
Het Engelsche ministerie van Oorlog
meldt:
Het 4e en het Indische legerkorps avan
ceerden gisteren op het front 4000 yards en
namen over ongeveer driekwart mijl alle
vijandelijke stellingen en loopgraven, wel
ke zij tegenkwamen. Meer dan 700 gevan
genen werden gemaakt.
De Britsche luchtmacht slaagde er in de
spoorwegkruispunten bij Kortrijk en Menin
te vernielen.
Het Fransche communiqué meldt:
De gisteren ondervonden aanval der En
gelschen had tot resultaat, dat 2500 meter
loopgraaf voor Neuve Chappelle alsmede
het dorp zelf werden genomen en dat ver
der terrein werd gewonnen in de richting
van Aubers tot aan den Molen van Prêtre
en in Z.O. richting tot aan den Noordelij
ken rand van het bosch van Dubies, d. w.
z. over een afstand van ongeveer twee ki
lometer aan gene zijde van Neuve Chap
pelle.
De Duitsche artillerie loste slechts wei
nige schoten.
Van het overige gedeelte van het front
valt niets te vermelden.
Van het Oostelijk Oorlogs
terrein.
Zeer schaarsch zijn de berichten.*
Het Oostenrijksche communiqué zegt
ten minste nog iets.
„De bij de laatste gevechten in Russisch-
Polen, bij aan het front in West-Galicië in
de nabijheid en ten zuiden van Gorbec ver
overde terrein-gedeelten, en linies zijn de
finitief in ons bezit. De pogingen des vij-
ands om enkele steunpunten te herwinnen
leden overal schipbreuk.
De nieuwe sterke sneeuwval in de Kar-
patben hinderde de krijgsverrichtingen
ten zeerste.
Ondanks dit ongunstige "weder hielden
op menig deel van het gevechtsfront de ge
vechten aan. Zoo werd bij het veroveren
van een hoogte, de vijand, die verschei
dene compagnieën sterk was, teruggesla
gen, waarbij twee officieren en 350 man
gevangen werden genomen.
Enkele nachtelijke aanvallen van den
vijand werden teruggeslagen.
Van de vijandelijke strijdmacht die voor
eenige stellingen ten N. van Nadworda
was teruggeslagen, werden .bij de vervol
ging nog 280 man gevangen genomen.
Overigens heerscht aan dit front als
mede aan de Bukowina, rust."
Ommekeer der stemming in
de Ver. Staten.
Men herinnert zich dat een paar dagen
geleden werd gemeld, dat de eerste elf
dagen geen Amerikaansche schepen naar
Britsche havens zouden vertrekken. In
verband hiermede meldt men ons uit zeer
betrouwbare Amerikaansche bron, dat
laatstelijk de stemming in de Ver. Staten
geheel zou zijn omgeslagen.
Een der eerste gevolgen van deze veran
derde stemming zou zijn het feit, dat be
sloten werd, in tegenstelling met de eerst
gegeven order, Amerikaansche katoen te
zenden aan Duitsch adres. Een 12-tal boo
ten moeten reeds onderweg zijn.
Men vestigt er mede en terecht de aan
dacht op, dat de Engelsche pers de laatste
dagen geen enkele Amerikaansche pers
stem bevat.
De honger.
Zal de honger aan dezen oorlog een
eind moeten maken? Ziehier een vraag,
waarop een bevestigend antwoord ons in
ziens lang niet onwaarschijnlijk is.
Aan het „Vad." ontleenen wij het vol
gende:
Het is karakteristiek voor dezen oorlog,
dat de onzaglijke krachtsinspanning, de
dagelijksche opoffering van duizenden en
duizenden menschenlevens, het talent van
veldheeren en diplomaten, de ontwikke
ling van alle oeconomische hulpbronnen^
die de oorlogvoerenden ten dienste staan)
de toepassing van de groote organisatori
sche talenten en middelen, waarover zij
beschikken, na 7maand strijdens het
groote conflict, zoowel in diplomatiek als
in militair opzicht nog niet verder hebben
gebracht dan op het doode punt.
De groote overwinningen, zoowel in de
Kabinetten als op het slagveld, zijn voor
het meerendeel behaald door Duitschland.
Maar is het een kleiner succes van de En-
tente-Mogendheden, op het slagveld den
verderen voortgang door hun ijzeren te
genstand te hebben kunnen stuiten? En
getuigt het niet voor de groote beteekenis
der in Italië, in Griekenland, in Bulgarije^
in Roemenië gekosterde sympathieën voor
de Entente, dat ook de onmiskenbare over
winning, die de Duitsche diplomatie daar
heeft behaald, niet verder strekt dan tot
het aannemen van een neutrale houding?
Wellicht hebben de Engelsche politici
toch in zooverre juist gezien, dat de oplos
sing ten slotte niet zal gebracht worden
door de wapenen of door de diplomaten,
maar door één die machtiger is dan zü
beiden tezamen, n.l. door den.honger.
Letterlijk van alle kanten komen hon-
gerberichten en commentaren van maat
regelen, om dien geduchten vijand buiten
de deur te houden. Zelfs uit Spanje en
Portugal, die met den oorlog niets anders
te maken hebben dan dat dc abnormale
uitoefening van de scheepvaart ook voor
hen den aanvoer bemoeilijkt, ontbreken
zij niet. En in het rijke Rusland, waarbij
vergeleken de korenschuren van Jozef in
Egypte speelgoed uit een bouwdoos schij
nen en op welks voorraden van levens
middelen half Europa even belangstellend
den blik gevestigd houdt als op de nog
gesloten deur der Dardanellen, waardoor
zij wellicht eenmaal naar buiten zullen
kunnen worden vervoerd, zelfs in dat
korenrijke Rusland gaat men maatregelen
invoeren om te zorgen, dat er niets ver
spild wordt, en dat men toekomt tot den
nieuwen oogst.
Hoe het in dat opzicht in Duitschland en
Oostenrijk gesteld is, daarvan vernemen
wij weinig. Maar wat nu en dan uitlekt
omtrent de spaarzaamheidsmaatregelen,
die worden toegepast en de geringheid der
dagelijksche rantsoenen, geeft reden tot
de veronderstelling, dat de inspanning om
de greep van dien vijand machteloos te
maken daar al evenmin gering is.
Te Lissabon is, te Madrid dreigt brood
oproer. Te Venetië, Perugia en andere
Italiaansche steden is het niet gunstiger
gesteld. Hoe zal het elders gaan?
Zal ten slotte de honger den knoop uit-
een doen. rafelen, dien de diplomatie niet
ontwarren en het zwaard niet stuk hak
ken kan?
Verschillende Oorlogs
berichten.
Behandeling van de voeten. Groote
zorg wordt in het Engelsche leger be
steed aan de behandeling van de voeten.
Tot nu toe was het bevroren zijn de meest
voorkomende kwaal. Er zijn niet alleen
dokters, die speciaal de voeten der solda
ten behandelen, maar ook is er een mili
taire chiropodist, die, terwijl hij handig
een ingegroeiden teennagel verwijdert,
zijn patiënt rustig mededeelt, hoe hij zijn
voeten moet verzorgen, wat voor den sol
daat in actieven dienst een onschatbare
kennis moet worden geacht.
Groot-Britannië en de onzijdigen. In
het Lagerhuis vroeg Jawett hoe tegen
woordig de betrekkingen waren tusschen
de Britsche regeering en de regeeringen,
van Bulgarije, Nederland, Spanje, Zwe
den, Noorwegen, Denemarken en China.
Grey antwoordde: Het is mij aangenaam
te kunnen zeggen, dat wij ons verheugen
in vriendschappelijke betrekkingen met al
de in deze vraag genoemde mogendheden.
(Toejuichingen.)
De „Dacia". De uitspraak in zake de
Dacia is gevallen in den zin als van een
Fransch prijzenhof kan worden verwacht.
Uit Brest wordt n.l. volgens een tele
gram aan de Maasb., aan de Daily Tel.
geseind: Het prijzenhof heeft juist beslo
ten de lading van de Dacia publiek te
verkoopen. De verkooping zal Zaterdag
plaats hebben.
Engeisch-Fransche landingstroepen ver
nietigd? Volgens een particulier bericht
der Frankf. Ztg. zijn volgens berichten uit
Tenedos 1800 man Engeisch-Fransche
landingstroepen, die eenige dagen gele
den, aan de kust van Klein-Azië waren
geland en wegens de stormachtige zee
door de vloot der Triple Entente in den
steek waren gelaten, Zondag j.l. door de
Turken-aangevallen en volkomen vernie
tigd.
Frankrijk en Italië. Volgens den
Frankf. Ztg. stelt de Parijsche Temps
voor om aan Italië Corsica als noodzako-
lijke aanvulling bij Sardinië en een grens-
verbetering in Tunis, zeker tot de golf van
Hammamet en het Obokgebied aan de
Roode Zee aan te bieden, om de overeen
stemming tusschen Oostenrijk en Italië te
doen mislukken. De kleine opoffering zou
een groot moreel succes hebben.
De politiek der nieuwe Grieksche re
geering. Uit Athene bericht het dagblad
Hestia, dat de politiek der nieuwe regee
ring betreffende buitenlandsche aangele
genheden dezelfde zal zijn als van het ka
binet Venizelos tot op het oogenblik van
het meeningsverschil met de Kroon, d. w.
z. een duidelijke politiek van welwillende
onzijdigheid tegenover den bondgenoot
Servië. De verdere politiek der regeering
wordt natuurlijk geleid door de ontwikke
ling der gebeurtenissen.
Fransche vliegers boven den Elzas.
Uit Bazel wordt bericht, dat Woensdag
acht Fransche vliegers over de Bovcn-
Elzasser vlakte vlogen. Een scherp kanon
en machinegevuur, dat op hen werd ge
richt, had ten gevolge, dat het vliegtuiges
kader uiteenging. Drie vliegers gingen in
de richting van Dunkclberg, een werd
's nachts te zes uur bij St. Blasien gezien^
„Robert wilde zoo spoedig mogelijk het
land bereiken en des nachts het schip ver
laten om het lichaam van George te be
graven.
„Den volgenden nacht bereikten zij land
op ongeveer twee mijlen afstands van de
plaats van waar zij vertrokken waren.
„John kende de kust. en hij wist, dat de
visschers er zelden kwamen.
„Na zich er van vergewist te hebben,
dat de plaats verlaten was, brachten Ro
bert en John het lichaam naar een uitge
kozen plek gronds.
„Het was een kloof, met hout begroeid,
op honderd voet afstands van die kust.
„Daar dolf John aan den voet van een
reusachtigen boom een groeve, diep ge
noeg om de 'dierbare overblijfselen tegen
de vraatzucht der hyena's en jakhalzen.
„Het werk duurde langen tijd.
„Terwijl John aan den arbeid was, zat
Robert bij het lijk van zijn zoon.
„Hij wilde hem to.t het laatste oogenblik
zien.
„De zee bewaart de dooden. De trekken
van George waren biina miet veranderd.
„De maan bescheen dit tooneeft met een
mat licht.
„Het laatste oogenblik naderde.
„Robert legde zelf het lichaam van zijn
kind, dat hij zoozeer bemind had in de
groeve, en dan hielp hii John den put we
der dichtmaken.
„Toen de begrafenis afgeloopen was,
plaatste de ongelukkige vader op hert graf
een kruis, dat hij gemaakt had uit myr-
ihetakken, knielde neder en bad....
„Voordat de dag aanbrak, voer de
schuit de haven van Calle (hun verblijf
plaats) binnen en de douaaa vermoedde
niet, dat die eenvoudige schuit een schat
verborg.
„Robert had besloten geen dag te ver
liezen met het opsporen van Morgan en
Diego, en hij vormde met John een werk
plan.
„Hij ging strijden tegen schelmachtige
bezitters van een fortuin, dat hun bijna de
onstrafbaarheid bezorgde, want zij had
den meer dan vijfhonderd duizend francs
in hun bezit; maar wat bekommerde hij
zich om de kansen van den strijd. Hij
wanhoopte niet.
,.Ook hij had geld, en hij had nog een
groot voordeel.
„Men wantrouwt de dooden niet, en de
ellendelingen, die hem overhoord hadden
geworp-en, waren zeker niet gewapend te
gen de wraak van iemand, dien zij reeds
lang verdronken waanden.
„Wat was er van hen geworden? Hoe
kon Robert hun op het spoor komen? De
inlichtingen, welke hij gewonnen had, wa
ren ze ei- vaag.
„Hij had veel reden te gelooven, dat
Morgan en Diego om van hun rijkdom te
genieten, zich in een groote stad hadden
gevestigd en waarschijnlijk te Parijs.
„Van den anderen kant zou men vol
gens de gezegden der visschers, moeten
meenen, dat zij zich nog niet lang geleden
op de kusten vertoond hadden.
„Zij zouden de kust gaan onderzoeken.
„Hun sohuit kon hiervoor nog best die
nen, en het geld lag er in veiligheid.
„Het was daarenboven nuttig Calle te
verlaten zonder aanleiding te geven tot
vreemde vermoedens en zonder dat men
hun spoor kon volgen.
„Uit visschen te gaam en niet terug te
komen, was het eenvoudigste middel, en
niemand zou zich den geest met hen be
zighouden.
„Men zou meenen, dat de Engelsche vis
schers hun beroep hadden overgebracht
naar Malta of Sicilië, en hen vergeten.
„Robert had aan boord van de Caiman
gehoord, dat Morgan zijn lieden wierf tus
schen Tunis en Alexandrië.
„Daar had hij dus de meeste kans in
lichtingen te verkrijgen, maar hij moest
zeer voorzichtig zijn niet in de havens ge
zien te worden.
„Hij kon vreezen, hetzij te Tunis, hetzij
te Tripoli eenigen der matrozen van Mor
gan te ontmoeten; maar Roberts gelaat en
kleedmg waren zeer veranderd.
„En daarenboven was hij van plan al
leen John Slough op verkenning uit te stu
ren, die geheel onbekend' was.
„In Tunis kon hij geen aanwijzing be
komen.
„Te Sonsa, een kleine havenstad, was
hij gelukkiger.
„Daar lag een groot schip en Robert
herkende aanstonds de Caiman.
„Het was gèheél afgetakeld en verkeerde
in slechten staat.
„De voorsteven verhief zich zeer hoog
boven liet water en bewees, dat het schip
ledig was.
„Er vertoonde zich geen matroos.
„Een jood, die een soort café had, ver
schafte hem inlichtingen.
„De Caiman was drie maanden geleden
te Sonsa gekomen en stond toen onder be
vel van drie Europeanen.
„Deze waren vertrokken zonder eenige
bestemming op te geven.
„Naar de beschrijving, welke de jood
van de drie Europeanen gaf, moest Robert
oordeelen, dat het Morgan, Diego en
George waren.
„Op hert schip, waarmede zij vertrokken
waren, hadden zij nog een matroos mede
genomen.
„Dat kon de Ier Cassan zijn.
„Wat de bemanning va.n de Caïman
betreft, die had zich verspreid na eerst de
grootste losbandigheid bedreven te hebben.
„A'llen waren goed voorzien van geld
en spraken openlijk van de zaken, welke
zij gemaakt hadden, on verklaarden wei
weeier te willen varen onder Morgan.
„Zij rekenden er op hem na een jaar te
Tripoli of te Dernak terug te zien.
„Uit dit onderzoek kon hij slechts één
zaak met zekerheid zeggen, en dat was,
dat Morgan en Diego zonder de Oostersche
zeelieden naar de Soreiles waren gegaan
en dat zij'na den moord op George alleen
meesters van het geheim waren gebleven.
„Immers, op de een of andere wijze /ou
den zij zich ook wel ontdaan hebben van
den Ierschen matroos.
„Waax moest Robert hen zoeken.
„Het was onwaarschijnlijk, dat zij zich
rechtstreeks naar Frankrijk begeven had
den, want daar zou hun landing met een
Oostersch vaartuig achterdocht verwekt,
hebben.
„Waarschijnlijk waren zij eerst naar
een land gegaan, waar de waakzaamheid
minder streng was.
„Hert beste was dus, de naburige landen
eerst te doorzoeken, bijvoorbeeld Spanje
maar vooral Italië.
„Men verbergt zich niet gemakkelijk,
wanneer men veel geld bij zich heeft.
(Wordt vervolgd.!