21 v Onzin. BUITENLAND. De Oorlog. 6e JAARGANG. No. 1581 BUREAU: STEENSCHUUR 15, LEIDEN. Interc. Telefoon 935. Postbus 6. DIT BLAD VERSCHIJNT ELKEN DAG, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN De ABONNEMENTSPRIJS bedraagt, bijvooruitbetaling, met GRATIS POLIS Ongevallen-verzekering en het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor Leiden 10 cent per week f 1.25 per kwartaal; bij onze agenten II cent per week, f 1.45 per kwartaal. Franco per post f 1.65 per kwartaaL Afzonderlijke nummers 21/3 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 5 cenL MAANDAG DECEMBER. I9I4. De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van 1-5 regels f0.75, elke regel ineer 15 cent ingezonden mededeelingen van 1-5 regels fl.50, elke regel meer 30 cent, mot gratis bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Groote letters naar plaatsruimte. Aanvragen om Dienstpersoneel van 1-5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. Aanbiedingen van Dienstpersoneel, Huur- en Verhuur, Koop- en Verkoop (geen Handels-Advertentiën) van 1-5 regels 25 cent, iedere rogei meer 5 cent. Evenals vorige jaren stellen wij in hel no. dat op 31 December 1914 zal verschijnen, voor belangstellen den de gelegenheid open om op GOEDKOOPE en DOELTREFFENDE wijze de gebruikelijke NIEUWJAARSWEN3CHEN bij advertentie in „De Leïdsche Cou rant" aan Familie, Vrienden en be gunstigers aan te bieden, voor den prijs van t0.25, grootte als onder staand vakje, dubbele grootte, dubbels prijs van f 0.50. Zij, die van deze goedkoops gelegenheid willen gebruik maken, moeten hunne Advertentiën met het bedrag, daar deze uitsluitend bij vooruitbetaling geplaatst worden, vóór Woensdag 30 December, des namiddags 4 uur inzenden. IMieuwjaarsv/enschen na dien tijd ür^esonden, worden behandeld ais GL77®NE Adverfentiën tegen den [,.v/ -j van H tot 5 regels voor «CL75, ie.;-ra regel meer 15 cent. De Administratie. Een ontdekking betreffende de Katho lieke leer! 't Is nog niet, voor zoover wij welen, in iemands brein opgekomen, dat de con sequente toepassing van de Katholieke leer ons verbiedt in den anti-oorlogsraad zitting te nemen. Maar een geleerd hoofd heeft nu deze ontdekking gedaan en ze Vrijdag jl. in onze academiestad tot pu bliek goed gemaakt, door ze mede te dee- len in een vergadering van den Ned. Prot. Bond. 't Ware tccli wijs van ons, als wij eens in den vervolge bij den Ned. Protes tantenbond om inlichtingen betreffende de Katholieke kerk aanklopten. Daar is al tijd wat nieuws te hooren! Herinnert u b.v. maar, dat enkele jaren geleden, ook in de Léidsche afdeeling, een onthulling is gepubliceerd van een buitengewoon be langrijke betCekenis, dat n.l. de Katholie ke kerk het er op aanlegde om in Den Haag niets anders dan Roornsche.... para- pluies verkrijgbaar té "Hoen stellen. En zoo zou er op nog veel meer kunnen ge wezen worden het weer der laatste da gen deed ons juist aan die parapluies denken. Ter zake dan. De Katholieken aldus de spreker van jl. Vrijdag in de afd. Lei den van den Ned. Protestantenbond mogen eigenlijk niet in den anti-oorlogs raad zitting nemen, omdat nu komt het de oorlogsraad zich teh doel stelt oor logen te Voorkomen en de Katholieke kerk spits uw ooren! juist de oorlogen wil, omdat zij deze beschouwt als een geesel Gods.... Die ontdekking betreffende de Katholie ke kerk is nu eens niet gedaan door prof. Eerdmans een buitengewone onoplet tendheid "van den hoogleeraar, dat hij zoo iets over het hoofd heeft gezien! die onzin is het geesteskind van een zekeren ds. K. Vos uit Middelstum. Die man, die eigenlijk verdiende, dat zijn rede terechtkwam in de vuilnisbak van de wetenschappelijke markt, die zich op het tooneel der wetenschap heeft ver toond, terwijl hij blijkbaar eigenlijk thuis hoorde op het schellinkje die man heeft Zaterdag een uitgebreid verslag van zijn onzin pardon, rede gevonden in het neutrale" Leidsch Dagblad. D'as zoo erg niet zullen misschien som migen zeggen: een neutraal blad moet alles opnemen. Toegegeven. Maar is het dan niet treurig en tergend, dat zoo'n blad ds. K. Vos in zijn kolommen laat vertellen, wat de Katholieke opvat ting is betreffende den oorlog en ver zwijgt v e-r z w ij g t hoe Z. H. Paus Benedictus XV over den oorlog spreekt. Dat men toch eens meer ga inzien dezen bedekten, maar doeltreffenden vorm van bestrijding der Katholieke Kerk! V Een daad s. v. p. Over liet herstel van het Nederlandsch gezantschap bij het Vaticaan praten wij in verschillenden toonaard al sinds 1872. Den 4en Februari van dat jaar werd onze ge zant teruggeroepen, nadat van de begroo ting van Buitenlandsche Zaken f 8000 was geschrapt, waaruit de kosten der missie moesten worden bestreden. Het daartoe strekkend amendemen-Dumbar was in No vember 1871 door de Tweede Kamer met 39 tegen 33 stemmen aangenomen. Gelijk gezegd sindsdien hebben de Ne- derlandsche katholieken niet opgehouden met protesteeren. 't Is begonnen met een adres aan den Koning, waarop niet min der dan 400,000 handteekeningen stonden, terwijl speciaal de Pauselijke Zouaven met hun jaarlijksche meetingen ons verzet in herinnering hielden. We herinneren ons b.v. een drukbezochte protestvergadering in de Leidsche Stadsgehoorzaal, waaraan was voorafgegaan een Zouaven-mis in de Hartgbrugskerk. Verschillende steden van ons land bewaren dergelijke herinnerin gen, want de meeting had nu hier, dan daar plaats; ditmaal bleef ze achterwege tengevolge der troebele tijdsomstandighe den, welk uitstel natuurlijk geen afstel be duidt. Tot dusverre heeft intusschen al ons wer ken geen succes gehad. Wel kreeg het de zer dagen onverwacht een krachtig relief door de benoeming van een Engelschen gezant bij het Vaticaan. Waar een groote, geenszins Katholieke natie aldus het voor beeld geeft, mocht waarlijk Nederland wel volgen; ieder motief voor het tegendeel ont breekt. Zou het nu geen tijd worden, dat onzer zijds eens een daad werd gesteld, vooral ook wijl dr. Nolens van Regeeringswege geenerlei toezegging mocht ontvangen, toen hij de vorige week de zaak in de Tweede Kamer aanroerde. Bij een volgende begrooting van Buiten landsche Zaken moest maar eens een amendement wox*den voorgesteld om da gelden voor de gezantschapspost weer uit te trekken. Een tegenhanger van het amendement-Dumbar. Er zijn misschien politieke bezwaren, maar indien deze ons niet weerhouden over de zaak te spreken, mogen zij ons ook niet beletten er wat voor te doen. Men mocht anders onze woorden eens als een ijdel vertoon beschouwen. Gemeld wordt een aanzienlijke voor uitgang der verbondenen bij Nieuwpoort, Dixmuiden en Boesselaere. De Yser doorgebroken? In Polen en Galicië nemen de Russen opnieuw stelling. De Duitschers in Frankrijk en Beigië. Het officieele Fransche communiqué van gisteren luidt: Tusschen zee en Lys won nen wij eenig terrein. Wij maakten kleine vorderingen boven NieuwpoortSt. Joris. Ten Zuid-Westelijk van Yperen, tusschen Lys en Oise, maakten wij ons meester van een gedeelte der loopgraven op de eerste linie van het Duitsche iront Richebour- nelavraeGwénchy—Lens-la-Bassée. Ten Zuid-Oosten van Albert hernamen wij de loopgraven, die ons Donderdag bij Hari- court waren ontnomen, en die, welke ,wij Vrijdag verloren. In de streek van Lihons werden twee hevige aanvallen der Duit schers, ter herovering van de loopgraven, die wij Vrijdag bemeesterden, afgeslagen. Tusschen Oise en Argonne blijkt voortdu rend de superoriteit van onze artillerie. In het^Grivalbosch sloegen wij de aanval len op Fontaine en Saint-Hubert terug. Officieel werd gistervoormiddag uit het Duitsche Groot Hoofdkwartier gemeld: In het Westen staakte de vijand de onnutte aanvallen, welke hij gisteren deed op Nieuwpoort en Bixschotëh. De aanvallen van den vijand bij La-Bassée, die door Franschen zoowel als Engelschen werden gedaan, sloegen wij af met groote verlie zen voor den vijand. Tweehonderd gevangenen vielen in onze handen; ruim zeshonderd gedoode Engel schen liggen voor ons front. Bij Notre- Dame-de-Loretto, ten Zuidoosten van Be- thune, werden Duitsche loopgraven van 60 meter lengte aan den vijand verloren. Onze verliezen zijn zeer gering. In het Argonne-gebied maakten wij kleine -vorde ringen en er vielen drie machine-geweren in onze handen Het persbureau V. D. bericht: Het lijdt geen twijfel of de bondgenooten, die in Zuidwest België ageeren, zetten het aan gevangen offensief krachtig voort. Langs de kust bereikten de geallieerden Middef- kerke, dat door Fransche cn Belgische voorposten werd bezet. Deze beweging ging met hevige gevechten gepaard, even als de bezetting van St. Joris (Oostelijk van Nieuwpoort gelegen. Voet voor voet moesten de bondgenooten het terrein op den vijand heroveren. Op houtvlotten en op verschillende plaatsen tot de knieën door het water wadend, rukten de troepen der geallieerden voorwaarts, onder dek king hunner artillerie en het scheepsge schut der langs de kust liggende Britsche oorlogsschepen, die uitstekend door Bel gische vliegers op de hoogte werden ge steld van vijandelijke bewegingen en stel lingen. Aan de rechteroever van de Yser zijn de bondgenooten thans definitief door de Duitsche stellingen gebroken. Dixmui den is thans, zooals reeds is gemeld, ge heel in handen der bondgenooten. Van uit deze omgeving avanceeretl thans de geal lieerden in Noordelijke en Oostelijke rich ting in samenwerking met de troepen, die van uit Langemarck en Yperen ope- reeren. Een gevolg dezer bewegingen is geweest de bezetting van West-Roosebek en Roesselare. Zelfs zijn reeds patrouil les van Fransche, Belgische en Engelsche bereden troepen in de omgeving van Cor- temarek en Thielt gezien. Op grond van betrouwbare inlichtingen is wellicht spoe dig reeds de bezetting van laatstgenoem de plaats te verwachten, hetgeen een be langrijk succes voor de bondgenooten zou zijn. De Russen. Officieel werd gister-voormiddag uit het Duitsche Hoofdkwartier gemeld: Van de Oost- en West-Pruisische grens gc-en nieuws. In Polen deden de Russische le gers een poging zich staande te houden in de nieuw gereed-gemaakte stelling aaxT de Rawka en de Nida. Zij werden overal aangevallen. Officieel wordt uit Weenen gemeld: On ze troepen, die over de linie Krosno—Za- cliczy opgerukt waren, stuitten gisteren opnieuw op krachtigen tegenstand. Ook aan de BenedenDunajec wordt lievig gestreden. De Russische achterhoeden, die aan den westelijken oever der rivier hard nekkig standhielden, zijn bijna geheel en al verdreven. In Zuid-Polen hadden hij de vervolging gevechten plaats. De vijand werd overal geslagen. De reeds eergisteravond te Jedezejow ÏAndrejew) binnengedrongen Oostenrijk- sche cavalerie, heeft de Nida (zijrivier van den Weichsel) bereikt. Meer noorderwaarts trokken de troepen der bondgenooten over de Piliza. In de Karpathcn viel, behalve kleine schermutselingen, die gunstig voor ons afliepen, niets bijzonders voor. De troepen, die een uitval uit Przemysl hadden gedaan, rukten, nadat zij hun taak hadden volbracht, weder de vesting binnen, zonder door dén vijand lastig te zijn gevallen. Zij hadden eenige honderden krijgsge vangenen gemaakt. De Russische Generale Staf bericht: Aan den rechteroever van de Weichsel hebben zich geen veranderingen voorgeduan. Een poging van den vijand om op den linker oever bij Doebrzin over de rivier te tiek- ken, werd door artillerievuur verhinderd. De vijand werd genoodzaakt met haast het eiland in de Weichsel, dat hij bezet had, te ontruimen. Wij hebben zijn pon tons buitgemaakt. Aan de Bsoera beginnen zich gevechten te ontwikkelen. Wij hebben verscheiden aanvallen der Duitschers afgeslagen. In andere streken aan den linkeroever van de Weichsel hadden slechts voorposten gevechten plaets. In West-Galicië, aan den linkeroever van de Doenajetz, hebben wij in den nacht van 17 op 18 Dec. ongeveer 1000 man van een Duitsche divisie, die reeds in dit ge bied had gestreden, krijgsgevangen ge maakt. Een groot gedeelte van het garnizoen van Przemysl tracht zich een weg te ba nen in de richting van Bircza. Onze troe pen strijden hier onder gunstige omstan digheden. De samenkomst der Noor delijke Koningen. Na» het vertrek van den Decnschen en Noorschcn koning uit Malmü, werd het volgende communiqué gepubliceerd: De samenkomst werd Vrijdag den 18den December met een rede van koning Gus- taaf geopend. De koning wees op "dén eensgezinden wil der drie rijken om hun neutraliteit te bewaren, en op de wenschelijkheid, dat zij gemeenschappelijk zouden Mijven sa menwerken om de gemeenschappelijke belangen te behartigen. De koning ver klaarde verder, dat zijn verantwoordelijk heidsgevoel tegenover de tijdgenooten cn de komende geslachten ook maar iets ver zuimd te hebben, wat voor het algemeen welzijn der drie volkeren kon gedaan worden, hem er toe genoopt had om de monarchen van Denemarken en Noorwe gen tot een beraadslaging uit te noodi- gen. De rede van koning Gustanf werd door koning Haakon cn koning Christïaan be antwoord. Beiden betuigden hun levendi ge vreugde over het initiatief van koning Gustaaf en spraken de hoop uit, dat de samenkomst goede en zegenrijke vruch ten voor de drie volkeren mocht dragen. De samenkomst eindigde den 19don De cember in den namiddag. De onderhandelingen tusschen de ko ningen en hun ministers van buitenland sche zaken bevestigden niet alleen de be staande goede betrekkingen tusschen de drie rijken, maar ook is men tot overeen stemming gekomen over alle bijzondere kwesties, welke ter overweging voorge legd waren. Ten slotte kwam men nog overeen om na den zoo gelukkig jngeleiden geincen- schappelijken arbeid, deze voort te zetten, en zoo vaak de omstandigheden daartoe aanleiding gaven, nieuwe samenkomsten tusschen de vertegenwoordigers der re- gceringen te doen plaats hebben. Om half twaalf keerde de koning van Zweden, in gezelschap van de koningin, die even te voren over Sassnitz aangeko men was, naar Stockholm terug. FEUILLETON. in 's levens maalstroom. (Het auteursrecht van deze vertaling is voorbehouden). 52) Somberder gestemd dan ooit, ontevre den over zijn onmacht om tegen de oude huishoudster met argumenten te komen, begon hij weder aan zijn registers te ar beiden. Maar het wilde met de cijfers niet vlotten; hij maakte met zijn telkens te diep ingedoopte pen overal kleine vlekjes op de nette pagina's en het radeermes had voortdurend een even vervelende als be schamende arbeid. Hij hield den strijd te gen vlekken en cijfers nog een half uur vol, maar gaf het toen maar op; hij sloot zijn boeken, blies zijn lamp uit, zette den hoed op en daalde af om een wandeling te gaan maken, dat laatste tot groote ver ontwaardiging van de concierge, want het Was bij elven. Daar had hij nu, uit Amerika terugge komen met het hart vervuld van toorn en wraaklust, jn een herberg te Havre een bijna onvindbaar spoor ontdekt en zijn dochter weergevonden, niet in een ellen- digen staat, zooals maar al te licht had kunnen gebeuren, maar in gezondheid naar ziel en lichaam; na jaren gedacht te hebben, niemand op de wereld te bezit ten. die om hem dacht, was hij nu een bemind vader.... brachten al die welda den niet de vervulling van eenige plichten mede? - O, die plichten en rechten! Wat vinden wij ze vaak ongezellige wezens, in groe pen als zij zich altijd vereenigen: de rech ten eenerzijds, de plichten aan den ande ren kant... Wat dit nu nog waar: de rech ten aan onze zijde, de plichten voor an deren. Immers de plichten van onzen naaste jegens ons willen wij gaarne er kennen en onze rechten, zie. dat zijn ver heven zaken..,, omdat het onze rechten zijn. Zeker, naast die eerbiedwaardige vech ten willen wij ook wel eenige plichten er kennen, b.v., die welke ieder genoodzaakt is in acht te nemen, om niet met anderen jn botsing te komen. Montfort had zich dan ook eens voor altijd voorgenomen, dat zijn dochter, door hem bij toeval en zonder dat hij er iets aan kon doen, verlaten, voortaan slechts aan hem iets verschuldigd moest zijn. Hij zou al 't noodige voor de opvoeding van Marcelle betalen, meer dan het noodige zelfs; hij zou arbeiden voor dat geld, hoe wel hij had gedacht op zijn lauweren te kunnen gaan rusten; maar dan zou ook de opvoeding van zijn kind slechts van hem afhangen; hij alleen zou te oordeelen en te beslissen hebben. Dit punt eenmaal vastgesteld zijnde, was hij tot het besluit gekomen, dat Mar celle genoeg wist. Inderdaad had zij, on der de verstandige leiding van Robert Breault, uitgebreider kennis opgedaan, dan men op haar leeftijd, ja zelfs sn la tere jaren bij kinderen aantreft. Haar moeder wist lang zooveel niet, dacht Simon, en toch was zij een goede vrouw. Dit was de slotsom van zijn overwegin gen op dit punt. Intusschen had hij wel reeds een vaag denkbeeld van de onmoge lijkheid, dat het jonge meisje al de jaren die haar nog scheidden van het oogen- blik, waarop zij haar vaders huishouden zou kunnen bestieren en zekere zelfstan digheid bekomen, alleen met hem zou kunnen slijten. Meer gewoon aan de Amerikaansche zeden dan aan de onze, haakte Montfort naar het oogenblik, waarop zijn dochter alleen zou kunnen uitgaan en niet, zooals nu, geëscorteerd door die eeuwige Rose, aan wie hij tamelijk het land begon te krijgen. Maar die tijd zou wel komen; alles komt, zelfs de ouderdom. Montfort's wijs- geerige bespiegelingen waren intusschen vreemd verstoord, door den inval van Rose op 't gebied van zijn geheimste ge voelens. In den grond der zaak had zij niet.s anders gedaan dan luide herhalen wat zijn gevoelen hem reeds zoo vaak had toegefluisterd: dat zijn afwezigheid voor zijn dochter groote verplichtingen jegens anderen had geschapen,.waaraan hij haar voor een deel moest laten voldoen. Hoof dig en despotiek als hij was, toonde hij er zich echter juist den man naar, om zich daartegen met kracht en vasthou dendheid te verzetten. Ik wil het niet! riep hij uit. *t Is wat moois! Hebben zij haar eenige dien sten bewezen? Wie bewijst een ander nooit eenigen dienst? Als juffrouw Tler- mine nog leefde, ja, dat zou wat anders zijn, daar zou ik inderdaad erkentelijk heid verschuldigd zijn. Maar de anderen? Vooreerst deden zij, wat zij verrichtten, niet voor Marcelle. maar voor juffrouw Hermine. I k behoef er. hun dus geen dank voor te weten. Deze spitsvondige rédeneering stelde Montfort tevreden voor zoover Ij ij moppe rend en achterdochtig was. Maar, zoo dacht hij verder en hier kwam zijn vaderschap in het spel als Marcelle nu eens veel van haar oude vrienden hield, wat heel natuurlijk zou zijn, zou het haar dan niet bedroeven, als zij hen nooit meer zag. Kom, zoo steldq hij zich gerust, zij is nog op den leeftijd, waarop men zon der veel verdriet vergeet. En als zij er verdriet van mocht hebben, het leven is vol tegenspoeden; waaraan men zich vroegtijdig moet gewennen. Ik ben er bo vendien ook nog en de liefde voor haar vader zal haar wel geheel in beslag gaan nemen. Voor anderen te philosoplieeren kost ons geen moeite.... Montfort kwam dan cok geheel opgefrischt en tevreden gesteld van zijn kleine wandeling naar huis terug. Den volgenden morgen ging hij zelf met zijn dochter uit. Hij reed roet haar Parijs door, dineerde met haar in een restau rant en bracht haar 's avonds thuis met een zwaren hoofdpijn, gevolg van de ver moeienis en van de voeding, waaraan haar maag niet gewend was. Het arme Kind betuigde nooit meer het verlangen om uit te gaan; deze keer was haar voldoende geweest. HOOFDSTUK XXXIV. Op bezoek bij de Breault's. Rose zeide niets; voor die haar kenden was deze stilte de voorbode van een dat&J genden storm. Montfort echter zweefde boven de wolken, waar dergelijke Ftor- men losbarsten. Hij verdiende nu genoeg om met zijn huishouden rond te kunnen komen, zonder aan het kleine kapitaal te raken, dat hij zich verzameld had. Toen al de onkosten van zijn verhuizing en ves tiging betaald waren, bleef hem een der tigduizend francs over, die hij bestemde als bruidschat voor zijn dochter. Voor zich zeiven zou hij wel werken, al was het tot zijn laatsten dag.... hij minde den arbeid. Rose had aan Marcelle, ondanks al haar tegenstribbelen en weigeringen, de drieduizend francs ter hand gesteld, die haar door mejuffrouw llerrninc waren toevertrouwd. Zij behooren u toe, kleine, zeide zij keer op keer. Geef ze niet aan je vader. Hij mag een brave man wezen, hij is een zonderlinge man ook. Hij zou het op een goeden dag best in zijn hoofd kunnen krijgen weder naar Amerika te gaan. Marcelle, hierover verontwaardigd, mocht al protesteeren, Rose wilde niet toegeven: zij had niet het minste vertrou wen in de duurzaamheid der verschijning van dien man, en twijfel, welke misschien een weinig verschoonbaar was bij een trouwe ziel, die vijf en dertig achtereen volgende jaren in één dienst was geweest. Het kind was alzoo genoodzaakt onder haar hoofdkussen een leelijke porternon- naie te bewaren, die drieduizend francs aan bankbiljetten bevatten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1914 | | pagina 1