30
BUITENLAND.
De Oorlog.
BINNENLAND.
In 's levens maalstroom.
3e £ddóche©ou^mt
;e JAARGANG.
No. 1563
BUREAU: STEENSCHUUR 15, LEIDEN.
Jnterc. Telefoon 935. -- Postbus 6.
DIT BLAD VERSCHIJNT ELKEN DAG, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN
De ABONNEMENTSPRIJS bedraagt, bij vooruitbetaling, met GRATIS POLIS Ongevallen-verzekering
m het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor Lelden 10 cent per week f 1.25 per kwartaal; bjjonze
agenten II cent per week, f 1.4-5 per kwartaal. Franco per post f 1.65 per kwartaal
Afzonderlijke nummers 21/, rent, met Geïllustreerd Zondagsblad 5 cent
MAANDAG
NOVEMBER.
1914.
De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van 1-5 regels f0.75, elke regel meer 15 cent
ingezonden mededeelingen van 1-5 regels fl.50, elke regel meer 30 cent, met gratis
bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Groote letters naar plaatsruimte.
Aanvragen om Dienstpersoneel van 1-5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent
Aanbiedingen van Dienstpersoneel, Huur- en Vorhuur, Koop- en Verkoop (geen
Handels-Advertentiën) van 1-5 regels 25 cent, iodere regol meer 5 cent.
De politiek er bijgesleept.
De Vrijzinnig-democratische bond heelt
Hsteren te Amsterdam een meeting ge-
ïouden, waarin verschillende kopstukken
van de partij het woord voerden over het
leeningsontwerp der regeering.
Veel willen wij van die vergadering niet
Kggen, omdat... er niet veel van te zeg
gen valt. De betoogen, die de sprekers
bielden, hadden alle deze conclusie: Er
moet in het ontwerp der regeering meer
progressie worden gebracht. Het
ontwerp, zooals het door de regeering is
ingediend, drukt buitengewoon zwaar
juist op degenen, die het minst kunnen
missen, den kleinen burger en den arbei
der.
Hiermede is een groot gedeelte der
[rechterzijde het volkomen eens! I
Maar waarom dan die meeting? Waarom
de z a k e lij k e beschouwing over het re-
geeringsontwerp, nota bene van een be
vriende regeering, gebracht in een opge
wonden volksvergadering, in d e z e ki
tijd?
Het antwoord hierop is helaas gemakke
lijk te vinden. Men wilde er de politiek
bij sleepen. Heel de vergadering stond in
het teeken der Kuyper-hetze. Men verweet
de anti-revolutionaire partij, dat zij met
kt regeeringsvoorstel meegaat, omdat er,
als dat voorstel wordt aangenomen, bin
nen afzienbaren tijd geen kans zal zijn
op staatspensicneering en er dan zeker
een tariefwet moet komen. Zal er wel
staatspensioneering en zal er g e e n ta-
riefwet komen, als het regeeringsvoorstel
door de Tweede Kamer wel werd geac
cepteerd? Och, kom. Dat is „politieke voor
lichting" van treurig gehalte.
Wijzen wij er nog even terloops op, dat
in de vergadering werd verzekerd, dat
minister Treub niet zal aftreden, als zijn
ontwerp wordt gekelderd, omdat.... hij het
er zelf niet met eens is en het tengevolge
van op hem uitgeoefende pressie heeft
ivoorgesteld- Over zulk een verantwoordé
liikheidsbesef bij een minister zwijgen we
nu maar....
Laten w ij van onzen kant den Godsvrede
[:tooveel mogelijk bewaren en beschermen.
In de streek tusschen Yperen en
Nieuwpoort schijnt de actie der Duit-
ichers verzwakt te zijn. Ook op het
overige Westelijke oorlogstooneel, België
on Frankrijk, wordt weinig actie ont
plooid. De Duitsche Keizer is naar
het Oostelijk oorlogstooneel, Polen en
Galicië, vertrokken. Volgens Russische
berichten lijden de Duitschers in het
Oosten groote verliezen. Turksche
berichten spreken van Turksche over
winningen in den Kaukasus.
De Duitschers in Frankrijk
en België.
Het schijnt, dat de Duitschers hun acti
viteit in de streek tusschen Yperen en
Nieuwpoort verminderen.
In een Fransch communiqué van heden
nacht wordt dit weder bevestigd.
Hieruit is af te leiden, dat men zijn
kracht elders concentreert, en in verband
daarmede zouden de pontonniers- en ge
nie-werkzaamheden in het onder water
gezette land bij den Yser de aandacht ver
dienen, ware het niet, dat ook Lij dien ar
beid volgens de berichten, weinig voort
varendheid te constateeren valt.
Ondanks dit gebrek aan actie op de
twee punten, die anders het meest bedreigd
waren, kan intusschen toch niet worden
aangenomen, dat de onderneming tegen
Duinkerken en Calais, js opgegeven.
Nu en dan zweeft de gedachte in de
lucht, dat de Duitschers den strijd tus
schen Yperen en Nieuwpoort gebruiken
om de aandacht af te leiden van de een ol
andere onderneming, die zij elders op het
Fransche gedeelte van het front voorbe
reiden. Doch dan zou het op zijn minst
genomen zonderling zijn, dat men een
strijd opgeeft, waaraan men reeds zulke
groote troepenmassa's heeft geofferd. Bo
vendien maakt het beeld dat de berichten
ons geven van den toestand op het Duit
sche front in Frankrijk, veeleer den in
druk, dat men daaraan zooveel manschap
pen als mogelijk was, onttrokken heeft.
IJet staat vrijwel vast, dat de Duitschers
zooveel mogelijk troepen van het Westen
naar het Oosten verplaatsen om daar met
de Oostenrijkers de Russen af te weren.
De Belgische berichtgever van „De
Tijd" meldt nog over troepenbewegingen:
„De Duitschers zijn op het oogenblik
geheimzinniger dan ooit.
„Terwijl het den schijn heeft alsof ove*
het gemakkelijk te controleeren Luik en
de Belgische spoorwegen versterkingen
van beteekenis worden aangevoerd, heb ik
bij mijn jongste heen- en weer-trekken als
zeker kunnen ervaren, dat op de meest
verborgen wijze ontzaglijke troepen-mas
sa's aan het Westelijk front onttrokken
zijn en door Luxemburg naar het Ooste
lijk oorlogsterrein gevoerd. Vele dagen en
nachten is het spoorwegmateriaal in wer
king geweest voor deze troepenverplaaï*
singen.
„Misschien moet daaruit ook het feit
verklaard worden, dat sedert een paar we
ken door de Duitschers op het Westelijk
front slechts een hevige kanonnade wordt
gevoerd en hun infanterie zich bepaalt tot
betrekkelijk zwakke aanvallen op de vijan
delijke verschansingen, aanvallen, die,
evenals het gedonder van het geschut, wel
licht moeten meehelpen, om de bewegin
gen ver acher de loopgraven te maskee-
ren."
Naar aanleiding van het stopzetten van
het spoorwegverkeer met Nederland is het
vermoeden geuit, dat deze maatregel in
verband zou staan met het vervoeren van
troepen, hetwelk de Duitschers geheim
zouden willen houden.
De mogelijkheid isallerminst uitgeslo
ten, zegt het „Hbld.", dat weer Duitsche
korpsen uit België naar Polen worden ge
bracht Daarom zijn wellicht de volgende
cijfers van belang.
Voor het vervoer van één legerkorps van
40,000 man met volledigen trein Zijn noo-
dig 120 treinen.
Op eon lijn met dubbelspoor kunnen 40
treinen per dag rijden met een snelheid
van 25 "K.M. per uur.
Langs één lijn met dubbelspoor zijn voor
het transport van één legerkorps van het
Westelijk naar het Oostelijk oorlogster-
rein (800 K.M.) hoogstens vijf dagen noo-
dig; langs drie lijnen drie dagen.
Wij ontleenen deze opgaven aan een stu
die van den Zwitserschen kolonel Teylei
over „Le plan de guerre austro-alleman<f'
in de „Revue Suisse".
De Russen.
Veel wat den grooten strijd in het Oos
ten Polen en Calicië aangaat, ligt
nog in het duister, en als onpartijdig com
mentator van de oorlogsgebeurtenissen is
het ons onmogelijk zelfs bij benadering de
balans van den uitslag op te maken.
Maar dit is zeker, het govaar is drei
gend.
Dit bewijzen niet alleen de enorme aan
voeren van Duitsche troepen en krijgsma-
teriaal uit het Westen naar het Oosten,
maar ook het feit, dat de Keizer thans
zelf het opperbevel in het Oosten heeft
overgenomen.
Op grond van een Russisch, en dus
eenzijdig. telegram is de toestand als
volgt
„Tusschen den Weichsel en de Warta
gaat de vijand voort met de door hém
versterkte positie, StrykowSgersch
Schadek—Sdunska—Wolja te handhaven.
Er hebben zeer hardnekkige gevechten
plaats gehad in de omstreken van Strykow
en Sgersch; wij hebben hier kanonnen,
mitrailleurs en verscheidene honderden
krijgsgevangenen gemaakt. Onze troepen
hebben op 't front GIowoBjeliamySo-
bota slag geleverd. Langs den linker
Weichseloever hebben de Duitschers een
tegenaanval uitgevoerd. Volgens de krijgs
gevangenen zijn de Duitsche verliezen
reusachtig en zijn vele bataljons geheel en
al van officieren verstoken, terwijl het
contingehrdèr compagnies'tot 6(J a 80 man
is geslonken. Op het front Czenstochowa
Krakau hebben geen belangrijke gevech
ten plaats gehad. liet Oostenrijksche le
ger, dat de Oostelijke omstreken van Kra
kau langs de rivieren de Schrenjava en de
Raba (Weichsel-takken bij Krakau) verde
digde, heeft 26 dezer de nederlaag gele
den en werd vervolgd en teruggeslagen tot
in de omstreken van het fort.
In den Karpathen hebben wij 27 dezer
ongeveer 1200 man Oostenrijksche troepen
krijgsgevangen gemaakt; de vijandelijke
troepen trokken zich haastig uit Boukowi-
na terug. Wij hebben Czernowitz opnieuw
bezet.
In de omstreken der Masurische meren
en van de rivier de Angerap hebben onze
troepen de Duitschers in verschillende
districten uit hun versterkte posities terug
gedreven."
Een Duitsch legerbericht is zeer sober
en vermeld
„De toestand op den rechter Weichsel
oever is niet veranderd.
Een opdringen van de Russen bij Lodz
is afgeslagen; de daarop ingezette tegen
aanval had succes.
Uit Zuid-Polen is niets van belang te
vermelden."-
9
Turksche overwinningen?
Het Turksche hoofdkwartier meldt; De
Turksche troepen hebben in Tsjorokdale
ui tv al-pogingen der Russen in de buurt
van den riviermond afgeslagen. Het ge
schut van de versterkingen van Batoem
nam zonder gevolg aan den strijd deel.
De Turksche troepen zijn vooruitgedron
gen in de streek van Atsjara, 10 K.M. ten
Zuidoosten van Batoem.
Wel beweren de Russische officieele be
richten, dat de Turksche troepen van het
Kaukasus-leger zijn overwonnen en op
Erzeroem terugtrekken, maar dit is volko
men onwaar. De Turksche troepen zijn
gereed om het offensief tegen de Russen
aan te nemen, die geenerlei beweging bui
ten hun versterkte stellingen ondernemen,
en integendeel bij gevechten in het open
veld over een geheelen afstand voor.de
zegevierende Turksche troepen terugtrek
ken.
Verschillende Oorlogs
berichten.
Uitwerking van een granaat. Aan
een brief aan de „Vossische Zeitung"
wordt het volgende ontleend
Onlangs zaten wij te eten. Toen begon
plotseling het raam weer te schudden. Of
schoon wij juist verhuisd waren, wegens
het geschiet met de suikerbrooden, was
er geen twijfel aan, dat de kerels ons ook
hier beschoten. Na zestien of zeventien
schoten kwamen de Franschen weer tot
kalmte en konden wij verder eten. Ge
troffen hadden zij niets. Alleen in de
buurt van de machinegeweren kwam zoo'n
ding terecht. Wij constateerden dat geen
van de omstanders geraakt was. Plotse
ling hoorde men toch gekreun en nu
vond men een man op het platte dak van
een twee verdiepingen hoog huis. De
luchtdruk had hem daar neergesmeten.
Hij kwam-er at met een gebroken arm on
een gezwollen voet. Van den schrik was
hij ook de spraak kwijt.
Een protest. President Wilson heift
aan de diplomatieke vertegenwoordigers
der Vereenigde Staten in de oorlogvoeren
de landen in Europa niet-officieel zijn af
keuring te kennen gegeven omtrent het
werpen van bommen uit luchtschepen op
niet-versterkte steden, en op non-combat
tanten.
De betrokken mogendheden zullen akte
nemen van dit protest.
De Amerikaansche republieken en de
oorlog. De regeeringen van Argentinië,
Chili, Peru en Uruguay, hebben den Ver-
eenigden Staten verzocht zich bij haar
aan te sluiten bij de besprekingen met de
oorlogvoerenden om deze te bewegen hun
oorlogsschepen terug te roepen uit de Ame
rikaansche territoriale wateren. Ten einde
den handel van alle pan-Amerikaansche
landen te beschermen, is Brazilië voorne
mens eveneens tot onderhandelingen over
te gaan.
De beweging heeft ook ten doel alle aan
leidingen tot wrijving tusschen Ameri
kaansche landen te verminderen. Men is
van meening, dat Engeland bereid is alle
schepen, die kolen innemen in de havens
van Midden- en Zuid-Araerika, terug te
roepen, wanneer de Vereenigde Staten
daaraan hun goedkeuring hechten en de
andere oorlogvoerenden hetzelfde doen.
Eenige landen wenschen een neutrale
zöno tot op 100 ét 200 mijlen van hunne
kust voor de operaties der oorlogsschepen.
Boven Gent. Twee vliegeniers, die bo
ven Gent hebben gevlogen, hebben tien
bommen geworpen op het Quartier Mole-
steede. Drie personen werden gewond. De
vliegeniers konden echter het doel niet
bereiken, dat zij beoogden. Zij wilden n.l.
een Duitsche boot, die in het kanaal van
Brugge geankerd was en waarop zich
hooggeplaatste Duitsche officieren bevon
den, vernietigen.
Een Antwerpschc leening. De Ant-
werpsche gemeenteraad besloot in buiten
gewone zitting een leening op te nemen
tot dekking der aan de stad opgelegde oor
logsschatting van 50 millioen, alsmede tot
bestrijding van andere stedelijke behoeften.
Koning Albert gewond? Volgens een
bericht in dc „Deutsche Tageszeitung" zou
Koning Albert in de gevechten bij de Yser
aan den arm gewond zijn.
Wij vonden tot nu toe nergens het be
richt en vermelden het onder alle voorbe
houd.
Door een mijn gedood. Volgens een
Lloyds-bericht uit Milaan zijn vier arbei
ders gedood door een Oostenrijksche mijn^
die bij Bari op dc kust was geworpen.
Oostenrijkers en Serviërs. Officieel
wordt van het Zuidelijke oorlogstooneel
het volgende medegedeeld: De vijand biedt
op het huidige govechtsfront een vertwij
felden tegenstand en tracht door heftige
tegenaanvallen, die tot bajonetgevechten
leiden, ons oprukken op te houden. Onze
aan den Oostelijken oever van de Koloebar
staande troepen hebben plaatselijk weder
terrein gewonnen; de over Valjevo en ten
Zuiden, -daarvan voortgerukte colonnes
hebben over het algemeen dc hoogten ten
Oosten van de Ljig-riviei- en van de linie
van af Soevobor tot aan den wegen-drie
hoek ten Oosten vaji Oezill bereikt. Giste
ren zijn in totaal 2 regimentscommandan
ten, 19 officieren en 1245 manschappen
krijgsgevangen gemaakt.
Nederland en de Oorlog.
Tijdelijke afwijking van de
Kieswet.
Ingediend is een wetsontwerp dat beoogt
te voorkomen, dat tengevolge van de te
genwoordige buitengewone omstandighe
den het kiesrecht verloren gaat voor velen,
die bij normale verhoudingen kiezers zou*
den zijn gebleven. Gelijk reeds de door
den heer Albarda gestelde vraag deed uit
komen, zal, naar zich laat verwachten,
het aantal wanbetalers van belasting te
gen wil en dank veel grooter zijn dan ge
woonlijk, terwijl ook bedeeling, welke ver
lies van kiesrecht meebrengt, een aanzien
lijk ruimeren omvang zal aannemen, en
zal daarentegen het cijfer dergenen, dia
van de door de wet gevorderde cischen
voor woning-, loon-, grootboek- en spaar
bankkiezers voldoen, bedenkelijk dalen.
FEUILLETON.
(Het auteursrecht van deze Tertaling i9
voorbehouden).
34)
Zij was blootshoofds, daar zij er slechts
aan had gedacht zoo spoedig mogelijk heen
te gaan. Heur haren fladderden haar langs
de ooren, doorweekt door de sneeuw, die
in zware vlokken nederviel en onder de
voet een glibberige, dikke massa vormde.
Het kind liep steeds door tot zij bij den
tuin van het huis was. Daar stond zij hij
gend stil, trillende van aandoening en ook
van vrees om de kamer binnen te treden,
waar jufrfouw Hermine misschien nog
sprak met Simon Monfoort, haar verloren
vader, die haar in deze droeve oogenblik-
len als van den dood scheen opgestaan.
Hermine leed daarboven en tot zichzelve
gekomen, zou zij ongetwijfeld om Mér-
celle roepen. Bij deze gedachte opende het
kiad moedig de deur en trad het huis
binnen. Zij stookte de kachel in de eet
zaal op, zette er water op te koken en na
een blik vol verlangen te hebben gewor
pen op deze kamer, die getuige was ge
weest van zooveel rustige vreugde, beklom
zij zachtkens de trap.
Het lichte geknars van de deur stoorde
juffrouw Hermine niet. Zij ijlde nog al
tijd, zonder groote opwinding, maar ook
zonder ophouden, 't Was niet ianger
Hontfort, dien zij zag, en het kind gevoel
de zich daardoor merkbaar verlicht het
**8 nu Rose.
Gij zult toch mijn mutsen niet verge
ten, zeide de oude dame met heftige ge
baren, en zeg aan vrouw Galin, goed op
mijn geborduurde «akdoeken te passen.
En dan is er, voor Marcelle, in de lade van
mijn commode een kartonnen doos met
haar papieren en haar geld; breng mij.
die.... Breng die dan, riep zij met or ge
duld; in de tweede lade links, achter de
rij der kpusen.... Maar breng de doos dan
toch. Zult ge eindelijk gehoorzamen.
Zij, de zachte, nimmer knorrige vrien
din, bedreigde Marcelle, die haar bedroefd
aanzag, terwijl tranen langs haar wan
gen stroomden. Bij het derde bevel, dacht
het jonge meisje, dat het de zieke misschien
zóu doen bedaren, door haar te gehoorza
men.
Geef mij dan de sleutels, zeide zij be
deesd.
Juffrouw Hermine voelde werktuigelijk
onder haar hoofdkussen, waar zij altijd
haar kostbaren sleutelbos legde, maar
vond niets.
In den zak van mijn japon, zeide zij.
Marcelle zocht én vond de sleutels, die
zij aan haar goede vriendin bracht. Met
een snelle, koortsachtige beweging vond
deze, wat zij noodig had.
Open de commode,.... links.... de dcos
vaq Marcelle.
Zij volgde met de oogen de bewegingen
van het kind, dat, onkundig en vreesach
tig, talmde en verkeerd zocht.
Vlug wat, zeide de zieke ongeduldig;
haast je watl
Het meisje vond eindelijk de doos zij
kende deze maar al te goed. Het gezicht
der groene met een band omwonden doos
bracht haar de tranen opnieuw in de
oogen; zooveel herinneringen, zooveel droe-
fenissen lagen opgesloten in die papieren.
De doos scheen haar zwaar toe, maar zij
sloeg er geen acht op en bracht haar wel
doenster het gevraagde.
Voor het eerst sinds zij ijlde was juf
frouw Hermine weder helder van geest.
Bewaar dat, kleine, zeide zij, het is
voor u. Gij moet het verbergen, hoort gij?
Steek het in den zak, vlug! En spreek er
met niemand over.
Marcelle gehoorzaamde en stak de
smalle doos in den zak, waar deze spoedig
zoo diep mogelijk wegzakte.
Juffrouw Hermine sloeg hare bewegin
gen met voldoening gade.
Zeer goed, zeide zij; dat is uw fortuin;
maar Robert zal u nog heel wat anders
medebrengen. Rose, zeg aan Robert, dat
hij binnen kan komen.
De afdwalingen haars geestes ringen
weder aan.
Ontmoedigd zat Marcelle op de chaise
longue en staarde naar de houtblokjes,
die langzaam verteerden.
Zij had de vreeselijke ziekte, de nacht
waken, de meest vermoeiende zorgen on
bekommerd tegemoet gezien maar bij
haar plannen tot zelfopofferende verple
ging had zij erop gerekend, dat zij zou
beloond worden door de dankbare blik
ken van de zieke; in de zwakke dankbe
tuiging, door levende lippen geuit, zou zij
de vergoeding vinden voor haar opoffe
ringen....
Maar een zieke, die u niet hoort, u niet
kent, u met een ander verwart en toch tot
u spreekt; de verschrikkingen van de
krankzinnigheid, gepaard met de viees
voor een afmattende, misschien doodelijke
catastrophe van een verdwaalde geest,
die zich zelve niet kent.... dat denkbeeld
doet zelfs de moedigste terugschrikken.
Wat moest dan het kind niet lijden, nog
onbekend met den strijd des levens.
De schemering viel veel te vroeg in ten
gevolge der met sneeuw bezwangerde vol
ken, die reeds den ganschen dag slechts
een geelachtig licht hadden doorgelaten.
Marcelle dacht aan den ouden nokter,
die komen moest, maar den weg niet zou
kunnen vinden in de donkere vestibule.
Zij ging naar beneden, stak de 'ampen
aan, nam er een mede naar de kamer van
de zieke en zette zich weder neder, met
gevouwen handen starende naar het bed,
dat het middelpunt was' van al haar ge
voelens en gedachten en haar tevens deed
vreezen.
De bel van het tuinhek weerklonk... Mar
celle sprong op met een lichte trilling van
hoop en vertrouwen. Wie daar ook v are,
't zou in ieder geval hulp zijn. Zij ipende
de deur en de dokter trad met zijn goedig,
ouder gewoonte glimlachend gelaat, bin
nen.
Zij gingen naar de kamer, waar de tocht
van de geopende deur een groote vlam den
schoorsteen injoeg.
Brand! brand! riep juffrouw Her
mine. Ga niet langs den trap, die is ver
brand, maar door het venster! Hier zijn
lakens.
Zij verliet haar bed. De dokter legde er
haar weder in, als een kind.
Kom, zeide hij, wees bedaard. Het
vuur is al gebluscht en de spuitgasten zijn
al vertrokken.
Is 't werkelijk waar? vroeg juffrouw
Herroine met een verschrikt gelaat.
Als ik het nu toch zeg! Wanneer hebt
gij deze ongesteldheid opgcloopen?
De oude dame antwoordde hem niet. Zij
mompelde met zwakke slem onverstaan
bare woorden.
De geneesheer wendde zich om naar
Marcelle, die deze onuitgesproken vraag
begreep.
Dezen morgen, toen wij met de bood
schappen terugkwamen, beklaagde do
juffiouw zich over de koude; met door
weekte voeten kwam zij klappertandend
thuis. Zij is naar bed gegaan en ingesla
pen; plotseling werd zij wakker in d zen
toestand.
De geneesheer boog zich over de zieke en
beluisterde herhaaldelijk en langdurig
haar ademhaling.
Zijt gij alleen? vroeg hij plotseling, na
met een ernstig gelaat te hebben nage
dacht. Waar is Rose dan?
Op reis, met juffrouw Galin, zeide het
kind.
Gij moet haar dadelijk een telegram
zenden. Wat is haar adres?
Ik weet het niet, zeide Marcelle.
De dokter zag haar met zijn levendigo^
doordringende oogen aan.
Wie weet het dan?
Juffrouw Hermine.
Staat net ook ergens opgeschreven?
Dat weet ik niet.
Met snelle, verstoorde bewegingen, door
zocht de dokter het vloeiboek cti de laden:
van het bureau, waarvoor juffrouw lier-
mine altijd zat te schrijven.
Hij las de hoofden van alle brieven, dia
hem eenig licht konden verschaffen, maar.
vond niets. Het adres bestond niet.
(Wordt vervolgd.).