OORLOGS-VARIA. Tiu toch eens met haar een kleinwandelin- getje kon maken. En de logée liet zich overhalen. Preuts stapte ze naast het oude mevrouwke voort, tot opeens in de volte van de Hoog straat een koffiemeid van v. Nelle, met een langen boezelaar voor en een hooge dot haar op het hoofd, met van verbazing open gespalkte oogen voor het drentelend twee tal kwam te staan, en met een pretstem de straat volgierde: „Wel, Marie, waar heb jij toch gezeten. Woon jij niet meer in den Vogelenzang?" Van soldatenknoopen en geïnterneerde broches. Men schrijft uit 'sHertogenbosch: Bij al het in-droevige van den oorlog, doen zich toch nog zoo nu en dan gelegenheden voor, waarbij de meest eigenaardige voorvallen vaak vermakelijk om het hoekje komen kijken. Zoo bij de aankomst der geïnterneerde lands verdedigers in Noord-Brabants hoofdstad. I'as was het. nieuws bekend, dat drieduizend Belgische 011 Ehgelsche soldaten in Den Bo&ch zouden komen,1 of duizenden nieuwsgierigen hoopten zich weldra op langs de straten, waar de troepen zouden voorbij marchccrcn. Nood zakelijk werd dan ook onmiddellijk het ruime plein vóór het station afgezet, maar verder, langs de trottoirbanden, geleek die ontzaglijke menschenstroom een bewegelijk breed bont lint, waarvan het einde heel in de verte uit- golfdc'. Plegen anders, bij al wat er aan de hand is, de eeuwige slagersjongens onder de massa uit te spikkelen als witte vlekken op den rug van een koebeest, nu echter was het opmerkelijk, hoe vooral de Bossche deernen present waren. Tal van groepjes, al maar giebelend, schuilden onder de menigte in drukke kringetjes samen, sommigen met opgestroopte mouwen, zoo maar van de waschtobbe weggeloopen, om er maar als de kippen bij te zijn. Hoog langs de huizen zelfs een garneering van glunderende koppen met en zonder witte muts, die telkens wegdoken, vermoedelijk om waar te nemen of er nog niets aanbrandde beneden. En behalve die keukenprinsessen nog schoonen van allerlei slag! Het overbekende gezegde, dat uniformen een onweerstaanbare aantrekkingskracht uit oefenen op het zwakke geslacht, werd hier duidelijk in beeld gebracht. Om drie uur zouden de geïnterneerden arri- veeren, maar 't ging reeds naar zessen en toen waren ze er nog niet. Doch met marmotten- geduld bleven de meesten wachten. Of die ongeunifonnde jongelingschap die taaie belang stelling ook met loenschc blikken zal beloerd hebben Maar ze zijn gekomen, die soldaten, en spoedig alweer vertrokken, niet echter zonder eerst velen te hebben blij en gelukkig gemajfkt metja, met een onnoozelen knoop! 't Is verbazend, hoe 't in Den Bosch wemelt van koperen soldatenknoopen, die de slagvelden hebben meegemaaktDe dappere strijders zijn er wèl gul mee geweest. Een jonge dame had er zelfs dertien en met zekeren trots vertelde ze, dat ze zelf dien knoopenschat van een kapotjas heeft mogen tornen. Een andere, die er vijf rijk was, verkocht er een van voor veertig centen en aanhoudend hoort men de vraag: „Heb je óók 'n Belgischen soldaten- knoop?" En men is op 't idee gekomen, om er'brocheS van te maken. Geïnterneerde broches is dus het 'nieuwste! Een kn'oop alleen aan 'n speld, of wel '11 j)aar. J En voor wie 't doen kan, drie op 'n rijtje-, een Engelsche in 't midden met aan weers kanten eeiu BelgischeBij zoo'p plotselinge sqldatcnknoopenkoorts zal die. ij^elheid iwel geen oog meer hebben, voor het anders zoo aan lokkelijk doublégesehitter in "dé fraaie vitrines der galanteriewinkels. Zell's Ue 'Zeeuwsen© broche,'en ander maaksel van 'tgeliefkoosde sieraad, zal onder de prachtétalages van 'n goud- en zilvermagazijn nauwelijks een blik meer waardig gekeurd worden. Wie dus nog veel van dat snoezig goedje in voorraad heeft krijgt er een strop aan. Maar voor pientere zakenlui, met een „speciale aanbieding" in geïnterneerde broches, echt en imitatie, zal wel een aardig duitje te verdienen zijn. Eigenaardig taaltje. Een meubelmaker te Utrecht ontving van zijn fabrikant te Elberfekl liet volgende schrijven: „De goederenverkeer naar Holland is weer vrij gegeven. Mijne sedert lang bedoelde reis in Holland heb ik door de overneming van de zaak over slaan moeten en wegens oorlog zal ik dezelfde, ook voorloopïg niet kunnen maken. Ik kom u deshalve beleefd verzoeken, te willen nazien, wat u van mijn artikelen noodig hebt en mij uw behoefte door de post te overmiddelen". Het heeft wat van Hollandsch, maar tot misverstand geeft zulk een taaltje maar al te zeer aanleiding. Voor welk land onze sympathie? Op deze vraag door zoovelen gesteld geeft een schrijver in de „Msbd." liet volgende antwoord: Is Frankrijk de voorkamper van God? Is liet ondanks alles nog de schatbewaarder van het heerlijk stralende geloof, dat zich uitstortte in zangen en kathedralen en edele liefde-daden? Men vraagt zich af of het niet al te ongehoorzaam is aan Onze Lieve Vrouwe, Zijne Koningin, die het toch zoo bizonderlijk bevoorrecht heeft. Na een te korte stilte, begint de haat der anti klerikalen zich weer te roeren. Van een louter menschelijlc standpunt valt het moeilijk Frankrijk, dat schoone, edele land, dat toch nog immer een kroon van Kathedralen draagt en als het ware de lusthof der aarde is waar Jezus' Moeder veelmaals wandelde als in haar uitverko ren tuin, en tot haar kinderen sprak, te verdedigen en hoog te houden. Maar de Duitschers, die, gestadig het woord; God, uitroepen, Diens schoone Woningen verwoesten, Diens gezalfde die naren neerschieten, kunt ge toch ook niet met bewonderende verrukking als kruis vaarders toejuichen? En ligt het lijk van België daar niet als een eeuwige smaad? De Russen, zij zijn schismatieken, en zelfs de besten, de voortreffelijksten, de meest begaafden, de schrijvers als een Dostojewski, en de musici met hun heim- wee-zingertde ziel, zij haten Rome. Rome is de vijand. Want daar zetelt de Anti christ. Sinds bijna duizend jaren leeft dat volk, bewust of onbewust, in Gods schennis. Hun geestelijken zijn waarach tig priester, Jezus gehoorzaamt hen wan neer zij de ontzagwekkende woorden der consecratie uitspreken. En het is dan ook niet zonder reden dat de kloostervrouw 'Anna Katherina Emmerich in haar won derbaar visioen, de diepste duisternis zag boven het Tsaren-rijk. Ge kunt toch ook niet volle sympathie gevoelen voor Engeland niet waar? Welks houding steeds geordend wordt naar de belangen van den handel en nijverheid, en r het pond sterling ontstellend veel ge lijkt op het Gouden Kali? Waar uw verscheurd hart dus heen te wenden? Waar dus de rotsvaste, eeuwige schoonheid en den Goddelijken adel te vinden? Aan wat of wien u over te geven in dezen chaos van leelijkheden, te midden van de verbreking van alle verhoudingen, en de ineenstorting aller menschelijke idealen? Wat is er om u aan vast te klam pen, dat niet vergaat, niet onder uwe zoe kende handen in puin valt? Het is de Kerk en haar onvergankelijke schoonheid. Zij staat'recht. Zij zal eeuwig recjit blijven staan, déze wonderbare Bruid, die zingende offert en looft, in vrede en in oorlog, hetzij de aarde overtogen is van het parelmoeren licht der morgen stonde, hetzij do rijken daverend in een storten in een vurig rooden nacht van on heil en wanhopig jammerlijk gekerm. Zij is dezelfde nu en altijd in aller eeuwighe den eeuwigheid. Wij hebben bij haar slechts te wachten, luisterend, mede-bid dend, ontvangend wat zij geeft. Wij heb ben slechts neer te knielen in de symbo lische kathedraal der Liturgie, en alles wordt ons een waarachtige werkelijkheid. Katholieke geestelijken Franc-tireurs? Men weet, dat de Duitsche Keizer in zijn telegram aan den president der Ver- eenigde Staten ook katholieke geestelijken had beschuldigd van gruweldaden tegen Duitsche soldaten en de Roode Kruis-in- richtingen deel te nemen. De onbewezen keizerlijke beschuldiging heeft destijds veel opzien gebaard in Duitschland, cn een zacht woord van critiek werd de „Köln. Volksz." verboden. Thans schrijft dr. Jul. Bachem in genoemd orgaan: „Van verschillende zijden wordt mij opgemerkt lat in vele biaden, vooral in Midden- Duitschland, een passage wordt weergege ven uit een uitvoerig artikel, dat ik in de tweede helft van September in de „Hist. Pol. Blatter" schreef. In die passage staat o. a.: „Bij den opmarsch der Duitsche troepen in België hebben, naar het schijnt ook katholieke geestelijken actief deelge nomen aan den franc-tireurs-oorlog. Voor al wordt dit van uit Leuven gemeld." Hierop volgde de opmerking: „Het spreekt van zelf, dat geen Katholiek het zal willen vergoelijken of verontschuldi gen, als dei-gelijke dingen zijn geschied" De eerste zin wordt nu door bedoelde bla den als bewijs aangevoerd, dat in Belgie de geestelijken feitelijk aan 'den franc- tireurs-oorlog hadden deelgenomen. Dioch zulk een bewijs is in die passage niet te vinden. Ik zeg alleen naar het schijnt." En deze schijn is opgewekt door de tal rijke bepaalde mededeelingen over eer- deelnemen van"geestelijken aan de iySfnc- üreurs-oorlog, mededeelingen, welke voor al uit veldjpst-brieveri en uit de bfaiJeii kwamen. Wanneer ik heden hogmèaïs voorzichtiger uitdrukken. Want in'tusschen zijn een menigte van dergelijke mededee lingen, welke geschikt waren zulk een schijn op te wekken, volkomen onjuist ge bleken. Thans zou ik de vraag, of feitelijk ook Belgische geestelijken actief hebben deelgenomen aan den franc-tireursoorlog, geheel open laten, £aar er tot dusverre geen onomstooteh ike bewijzen zijn. In de opwinding van de eerste oorlpgsweken heeft menigeen veel geloofd, wat niet wer kelijk waar was of waar is." Het vertrouwen op God. „Het Ostérreichs Sontagsblatt schrijft: Uit verreweg de meeste soldatenbrieven blijkt een ontroerend vertrouwen op God van onze krijgers. Gebed en vertrouwen op God geven den soldaten kracht en moed voor den strijd, versterkt in de hoop op een gelukkig einde. Zoo vinden wij in een veldpost-brief: ,,Ik heb reeds twee zegevolle veldslagen meegemaakt, waarin ook veel Duitsch bloed gevloeid is, maar met Gods hulp ging overigens alles goed. Vele kamera den, die thuis hun geloof verloren haa ien, bidden nu weer." Een soldaat uit Beneden-Beieren heeft op een rustdag een vroegmis bijgewoond en schrijft daar over: „Zulk een godsdienstplechtigheid is aangrijpend." En op een andere plaats schrijft dezelfde soldaat: „Wanneer de kogels zoo rondvliegen, denk ik niet aan mij, maar aan u. Van waar komt deze kracht? Ik geloof van uw gebed tot Maria!" Vele soldaten vragen het gebed hunner bloedverwanten voor een spoedigen vrede. Een andere soldaat deelt zijn ouders mede, dat het reserve-lazaret een militairen geestelijke heeft, een professor van een gpmnasium, die zich vrijvnillig heeft aan gemeld: „Hij is hier van zeer veel diénst, daar tal van zwaargewonden, Duitschers en Franschen, den geestelijke laten roe pen. Daaruit blijkt, hoe gerechtigd hunne wenschen zijn naar aanstelling van talrijke veldgeestelijken. De zoon van burgemeester Brand vgn Würzburg, student in de rechten en „ëin- jahriger", onderofficier, is in 't lazaret ten gevolge van een zware verwonding bezwe ken, na zijn ouders per brief verzocht te hebben, te bidden, opdat allen elkaar ten minste in de eeuwigheid zouden terug zien. Niet minder ontroerend is de laatste wensch van een boerenzoon uit Langen- geisling bij Erding die na een stichtelijk ontvangen van de Sacramenten der Ster venden gestorven is. Hij heeft namelijk vóór den dood den wensch geuit niet naar zijn vaderland te worden overgebracht, maar in het eeregraf bij zijne kaemraden te worden begraven. Dezen wensch heeft men vervuld. f Verhaal van een Gewonde. Uit de „Tagliche Rundschau": Kort geleden stond ik op de tram. Het was avond. Er viel een fijne regen. Alle uitstalkasten straalden van het licht; een bloemenwinkel in herfstpracht liet een toover-paradijs zien. Naast mij trok een soldaat in grijze uniform vonken uit zijn sigaar. Een knappe, statige man van een garde-regiment. Hij steunde echter op een stok. Waar zijt gij gewond? Bij Noyori schot in de dij bij een stormaanval, geweerschot van dertig me ter afstand. V^n dertig meter afstand? Te dromjmel. Ja, lachte de man, dat was geen kin derspel, en kijk eens hier, als dat er niet geweest was... En hij haalde uit zijn zak een versleten portemonnaie. Hier is het schot doorheen gegaan, hier, twee vijfmarkstukken, twee drie markstukken en een groschen. Lachen 1 woog hij de munten in zijn hand, ver scheurde en verbogen geldstukken. Die hebben mijn been gered, heeft de 'okter gezégd. Anders was het been ver splinterd. Doodkalm zeide hij dit. En hij keek daarbij een beetje in de ver te. Deed de geldstukken weer in zijn por- i temonnaie. Een oud verhaaltje kwam bij mij op, dat ik als jongen eens gehoord had, van een klein gouden medaillon, dat iemand in 1813 bij Leipzig het leven zou hebben ge red. Hier, zeide een heer binnen in den wagen, 'k geef tien mark voor den eenen thaler. Maar de gewonde schudde kalm het hoofd. Ach neen, mijnheer, ik wil het geld nog aan mijn vrouw en mijn jongen laten zien. De revolutie der onderzeesche booten. Onder dit opschrift publiceert het Noor- sche blad „Morgenbladet" van 24 Octpbei een artikel van den Noorschen admiraal Börressen, waaraan het volgende ont leend is: Toen de eerste, door John Ericson ge bouwde monitor op 9 Maart 1862 te Hamp ton Road verscheen en de „Merrimac" der Zuidelijke Staten dwong, den strijd op te geven, bracht dit in de geheele wereld een omwenteling op het gebied van den zee-oorlog en het materiaal voor dien oor log teweeg. De oude houten schepen ver trokken op dien namiddag met volle zeilen uit de geschiedenis, met al hunne overle veringen en met al de eigenaardige roman tiek, waarin elementen, waarover de mensch geep macht kon uitoefenen, o/ver het lot der menschen en hunne onderne mingen beslisten. De goede, oude tijd sniet het avontuur lijk leven en de romantiek, die Marryat zoo verleidelijk geschilderd heeft, wa'ren op slag verdwenen. Het schip met geschut- torens had alle avonturiers op de vlucht geslagen. Hét spotte zoowel met de zee als met-den wind, daar het van beide oiir.f mal'roï» haVbVncdeT in duistere holeri onder ^zee en maakte zo toch technici, stokers en machinisten. De tijd snelde voort en de duistere, lage mo nitors werden tot hooge, heldere, vroolij- ke gepantserde kolossen, die wederom uit gingen over de wijde zee, avonturen zoet. ten op vreemde kusten en, bij Pierre Loti en Rudgard Kipling, beproefden, ook aan het leven aan boord een tint van roman tiek bij te zetten. Doch zooals in de dagen van Marryat werd het nooit meer. Daar verscheen in dit jaar een nieuwe monitor, en die joeg de pantJerkoloSsen op de vlucht, terug in de havens, goed be schermd achter liniën van mijnen. Deze monitor had niet eens een naam heette slechts E 9 of U 9, was klein en leelijk en kwam uit de diepten der zee, doch opeens werd de Noordzee door hem in bezit ge nomen. Het was een onderzee-boot. Niets kan deze schepen op de vlucht doen slaan; wanneer zij bedreigd worden, verdwijnen zij eenvoudig in de diepte. Niemand kor er zich tegen verdedigen, slechts door rus teloos met de grootst mogelijke snelheid heen en weer te varen kan men de tor pedo's ontkomen, die met één slag den meest trotschen gepantserden reus in ue lucht doen vliegen. En op den dag, waar op een grootere U 9 buiten in den Atlan- tischen Oceaan opereeren kan tegen En gland's verbindingen Inet de landen aan de andere zij/Ie van den grooten Oceaan, van dien dag af bestaat er geen alleen heerschappij ter zee meer. De zee is de mocratisch geworden. Voorloopig is alleen de Noordzee voor de onderzeesche booten bet terrein hunner werkzaamheid, doch dit ook zóó volledig, dat Engeland zijne kruisers niet meer zoo lang stil kan laten liggen, om genoeg tijd te bezitten, een boot aan boord te zenden, om de handelsschepen der neutrale staten te doorzoeken. Thans wil Engeland de neutrale schepen naar een Engelsche ha ven medenerren, of het verzoekt deze sche pen, zelf daarheen te gaan. Dit kan men eene revolutie noemen. De monitor van John Ericson was slechts een sprong in de ontwikkeling, hiermede ver geleken: van de groote houten schepen ging men over tot de ijzeren pantsersche pen, die steeds grooter en grooter werden Doch met de onderzeebooten hebben de gepantserde kolossen der laatste tien ja ren afgedaan en zij hebben hun uitslui tend recht op de zee verloren. Doch met deze revolutie is de heerschap- -pij ook op zee overgegaan naar de demo cratie. De kleine naties aan de kusten der Noordzee hebben plotseling stemrecht ver kregen. Want het stemrecht kan door iederen bezitter van een flottilje onder zeesche booten uitgeoefend worden en zulk een flottilje kunnen ook de kleine na ties zich verschaffen. Wij hebben er thans vier. Nog enkele, die van versterkte punten aan onze Zuid en Westkust uit opereeren en wij beheer- schen de Noordzee evengoed als in den tijd der oorlogsgaleien. Dan behoeven wij niet meer neutraal te zijn bij de genade der groote mogendheden. Duitschland's onderzeesche booten kun nen door liniën van mijnen over de Noord zee en de Belt worden opgesloten, doch onzen onderzeeschen booten kunnen geen mijnen den weg versperren. En wij kun nen door eene werkelijke bedreiging onze eigen neutraliteit beschermen. Het tekort aan Engelsche aalmoezeniers. Men schrijft ons uit Londen:,, Reeds meermalen is in „De Tijd" ge schreven over het groot tekort aan katho lieke aalmoezeniers bij de Iersche solda ten. Vele priesters en met 'name Z. Em. kardinaal Logue, hebben hierover hun ver ontwaardiging te kennen gegeven bij het Engelsche Minister van Oorlog. Ook r.p eenige drukbezochte meetings is de zaak ter sprake gebracht en men hoopt nu, dat binnen niet te langen tijd het Engelsphc legeJbestuUr aan de gerechtvaardigde wenschen der Ieren zal tegemoet komen. Em. kardinaal Logue heeft aan de pers het volgende schrijven verzonden: „Vele Iersche priesters, ongetwijfeld mis leid door de berichten in de dagbladen, hebben zich tot mij gewend, om te worden benoemd tot aalmoezenier in het front. Ik heb echter niet de bevoegdheid ontvangen, om aalmoezeniers bij het front te benoe men. Het eenige wat op een bevoegdheid lijkt, moge blijken uit het volgende uittrek sel van een brief van het Oorlogsdeparte ment. Dit luidt aldus: „Ik deel u mede, dat dit Departement overweegt, een rege ling voor de benoeming van R.-K. priesters om dienst te doen bij de divisies van het nieuwe leger, dat nu wordt gelicht in Ier land. Gelijk u zeker bekend is ligt de be noeming van katholieke priêsters voor den militairen dienst gewoonlijk in handen Z. Em. kardinaal Bourne, maar met betrekking tot het speciaal nationaal ka rakter van de bedoelde divisies wordt het. wenschelijk geacht, dat de keuze van pries- ers in handen is van het hoofd der Katho lieke Kerk, in het land. Daarom verzoek ik u, of u de verantwoordelijkheid wilt aan aarden van deze benoemingen cn dee! mede, dat in dit geval de Generaal-Opper- ce\ei hebber van Let leger in Ierland ge nachtigd zal zijn, om zich direct met u -n .erbintenis te stellen wanneer de benoe mingen moeten plaats hebben." „Ik beschouwde dit als een eenvoudig ver zoek, om voor de divisies van het nieuwe leger in Ierland en terwijl de soldaten in "eiland zouden dienen, priesters te be noemen, iets, waaraan geen behoefte was. Want terwijl de soldaten nog in Ierland zijn, zal gelijk tot dusverre, in overeen stemming met de beslissing van den H. Stoel, voor hen gezorgd hebben door de bisschoppen van de streken waar zij dienen. Ondertusschen zijn onze Iersche katho lieke soldaten in de verschrikkelijke veld slagen gevallen en nog dagelijks sneuvelen er in. groote hoeveelheden, zonder dat een riéster hun de absolutie geeft; alvorens zii- ^en^godsdienst te vet'leeneik in do weinigk uren die zij nog kunnen leven. Tal van katholieke^atrozén zim,fifne'^uó overigen verzonken naar de diepte der zee zonder gelegenheid te hebben gehad - soms in maanden niet hun godsdienst plichten te volbrengen of zich met God ie verzoenen. Het is een kortzichtige politiek. Zeker, onze Iersche katholieke soldaten matrozen zullen onvervaard hun plich- doen met al den moed van hun ras. Doch zij zouden nog moediger en heldhaftiger zijn, wanneer zij zich bewust waren, dat hun g" weten zuiver was en dat zij niet alleen eer. lichaam maar ook iets dat kostbaarder s dan het leven hadden te verliezen. En vooi deze kortzichtige politiek is geen veront schuldiging. Talloos vele priesters hebban zich bereid verklaard, met de minste moeite of uitgave voor de regeering en door niets anders gedrongen dan door den ijver vooi de redding der zielen, dezelfde gevaren te ondergaan als de soldaten en matrozen. Burgerlijke Stand. 'Woensdag 9 uur veig.ideiing vim do Vakkem. (Alle bestuursled» r. van Vakvcrccni- gingen). JL)oiiderdag verg. Afd. Bestuur. Zaterdag U10 uur, Spaar-en "Voorschotbank. St. Jozefsgezellen-Vereeniging. Tijdelijk zal het vereenigingslevcn worden voortgezet in het gebouw der St. Yincëntius- vereeniging (ingang Middelweg). Zondag van 121/2—2*/., en van 57 uur alleen toegang voor leerlingen; van 7—10 uur toegang voor de gezellen; ten 83/< Kegelclub „Hout of Fout". Gedurende de week is iederen avond de zaal beschikbaar voor do gezellen van 810 uur. Woensdag. Gymnastiek in het gebouw aan de Garenmarkt. Donderdag Kegelclub Afd. Geh. Gezellen „Alle negen" tc 83/v Zaterdag. Zitting Spaarkas, op de gewone uren. N. B. De Commissarissen van gezellen en geh. gez. worden dringend verzocht op do Zondagen aanwezig tc zijn. Zita-Vereeniging. Zondag, geopend vanaf 12uur; van half 4 tot half 5 uur godsdienstonderricht voorde meisjes van 1215 jaar. (l'ntronaat). Van half 5 tot half 6 uur l'atronaat voor meisjes boven 15 jaar. Van half 6 tot. half 7 uur Zangles. 's Avonds tot 10 uur gezellige bijeenkomst in de lokalen der winkeljutf. en dienstboden. Spaarkas en Bibliotheek 's avonds tussclien 8—10 uur. Maandag, half 11 bestuursvergadering; van 34 u. verbandcursus. Dinsdag, van 11 tot 12 uur voormiddag arbeidsbeurs aanbiedingen en aanvragen van dienstboden; van 8 tot half 10 uur knip cursus, van 8OVa uur Herhalingsondcrwijs groote meisjes. Woensdag, van 810 uur gezellige bijeen komst voor dienstboden; van half 8 tot half 10 uur cursus in het verstellen en mazen. Spaarkas en Bibliotheek van 89 uur, ook voor nict-ledcn. Van 8O'A uur costumc- cursus. Van 34 uur verbandcursus. Donderdag, van half 8 tot 9 uur Her- halingsonderwijs Kleine meisjes; de zaal ge opend voor dienstboden. Vrydag, van half 89 uur verstellen voor de meisjes van 't Patronaat. Van 34 uur verbandcursus; half 8 Ledenvergadering. Schaakrubriek. Oplossing van 200 D a 6. Correcte oplossing van: J. Brugman en Th. Smits te Ilazerswoude; E. de Ruyter, te Oegstgeest; J. Hartendorp; J. Slewe en R. Paulides, té Leiden; Q. Doeswijk te Zoeterwoude; H. Schruma, te Warmond; P. Reeuwijk, te Zoeterwoude; J. Heemskerk te Roelof-Arendsveen. Met genoegen constateeren wij de toetre ding van nieuwe oplossers, waaronder zelfs een componist. X. Men onderscheidt problemen' in dreig en tempo-problemen. Zoo geeft bijv. 199 een tempo te aanschouwen en probleem 200 een dreiKnvoWcorri tc zien, omdat bij no. 200 na de eerste Zet mat dreigt. Probleem 203 van W. van Kins te Boskoop. ZWART. r tér k i 1 i BODEGRAVEN. Geboren: Marinus, z. v. G. Wijman en C. van Beemen; Helena Wilhelmina, d. v. H. van den Brink en M. J. Compier. verleden: E. van Zanten, wed. van C. Zijderveld, 81 j. NIEUWKOOP. Geborem.A. C., d. v. J. Bon en A. Kranenburg; T., z. van D. Poot en A. Zaal; C. C. M., d. van J. Boon en G. C. Bosman. Overleden: C. Kloot, ongeh. 49 j. Ondertrouwd: H. Schoordijk, 26 te Kamerik en A. Kolfschoten, 22 j. H. Rietveld, 39 j. en J. de Beer, 23 j. TER AAR. Geboren: Janna, d-. v. C. van der Vring en A. A. Kastelijns. O n d e rTr o u w d: A. Veen jm. 25 j. en C. J. Raakhuizen jd. 29 j. WARMOND. Geboren: Geertruida Clasina, d. v. II. Kortekaas en G. A. v. d. Maat; Wilhel mina Helena d. v. J. de Rooy en Th. H. van den Berg. Getrouwd: A. Rozenboom en G. J. Meyer. Overleden: Th. N. Duynhoven, 8 w., zoon v. L. Duynhoven en G. Verkley. VOORSCHOTEN. Geboren: Gerardus Jacobus, zn. van J. J. Smit en J. P. Hogeveen; Gerrit, zn. van K. W. Snabel en D. H. Besuijen; Jacoba, dr. van A. van der Krogt en J. van Diest; Johannes Wilhelmus Adrianus, zn. van J. L. H. van der Bijl en W. de Boer. WIT. Stand der stukken. Wit K. e. 7; D. a. 4.1'. e0.;L. f.4; pion g 3; Zwart K. f. 5; P. a. 1; P. g. 7; L. g. 8; pionnen g. 4; h. 5; Wit geeft in 2 zetten mat. Oplossingen worden ingewacht tot Za terdag 21 November. Motto Schaak, Leid- sche Courant, Leiden. Marktberichten. AGENDA'S. Ned. R. K. Volksbond. Afd. Leiden. Zondag 1 uur bidstond op het kerkhof, door „St. Barbara". Van 4—5 uur Spaar en Voorschotbank. WASSENAAR, 6 Nov. Radijs 00 a 00 c., seldery fOO.O a peen OaO—c., kroten p. b. 0 a 0 e., Spinazie 8 a 12 c., zuring U a 00 c., kropsla f 0.14 a f 0.50, andijvie f 0.60af0.90, bloemkool f 1.00 f 0.—, groene savoyckool fla 2.gele savoyckool f4.a 6. srmiitkool f0.24 a 0.30, witte, kool f 5.—a 6.—. boerenkoo/f 0.a 0.— p. 100, princessebooneii f0.per ben, Tomaten f 0.a 0.peren f 0.aO.per ben,eieren petflOOflO.—all.-—, kippen per stuk f 0.60 a 0.—, konijnen per stuk f 0.30 a 0.90. LEEUWARDEN, 6 Nov. Ve*. Ter markt zijn I heden aangevoerd195 stieren f 85270, 60 ossen f180250, 425 vette koeien f185290, I per V2 K.G. 35JO et., 1519 melk- en kalf- koeien f 180260, 10(ï pinken f 4<>—*0, 75 vette kalveren 1' 4058, per Va K.G. 3->42 ct., 2066 graskalvercn f 4580, 63 nuchtere dito f6 A 12, 1805 vette schapen f 20—26, 210 weideschapen f 1418, 125 lammeren f 12—20, 210 vette varkens f 5868, per i/2 K. G. 2628 et., 185 magere varkens f 30—35, 2328 vette biggeó f 3252, idem_ voor de Londcnsche markt per V2 K. G. 370 kleine biggen f3—8, Totaal aangevoerd 9179 stuks vee. UTRECHT, 6 Nov. Kaas. Aangevoerd 120 wagens met 27,960 kilo kaas. De rijzen be liepen voor le qual. f 34.ii 37.2 rjual. f 30.— a 32.50, rijksmerlc f 32.— a 36.— per 50 kilo. Handel traag. LOOSDUINEN, 6 Nov. Groenteveiling. Prij- zen waren heden voor: bloemkool le soort f6.40—7.30, 2e soort f2.501, savoye kool f4.20—4.60 per 100 stukssalade le soort f 2 2.20. 2e soort f 1.30—140 per 100 krop: peen le soort fl.80—2.40 andijvie 32—80 c-t., kroten f 0 90—1.20, prei f 1.40—1.70, selderij f0.90—1.10 peterselie f 1.10—1.20 per 100 bosspinazie 13— 21 ct., posteliin 4345 ct.. boerenkool 812 ct., stoofsla f0.10—40 ct. p.ben; schorsenceren f6.708.60, 2c soort f 1.302.40, tomaten, le f5.8011.40, 2e soort f3.10;4.90, 3e soort f 0.40—2.35 per 50 kg. Aanvoer 8400 pond tomaten, 7565 struik andijvie en 13.950 pond Bchoreeneercn.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1914 | | pagina 3