30 Uit de Leidsche Vroedschap. BUITENLAND. De Oorlog. BINNENLAND. 6o JAARGANG. No: 1537. BUREAU: STEENSCHUUR 15, LEIDEN. Interc. Telefoon 935. Postbus 6. DIT BLAD VERSCHIJNT ELKEN DAG, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN De ABONNEMENTSPRIJS bedraagt met GRATIS POLIS Ongevallen-verzekering en het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor Leiden 10 cent per week f 1.25 per kwartaal; bij onze agenten II cent per week, f 1.45 per kwartaal. Franco per post f 1.65 per kwartaal. Afzonderlijke nummers 2Vs cen,i me' Geïllustreerd Zondagsblad 5 cent. VRIJDAG OCTOBER. 1914. Do ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van. 1—5 regels f0.75, elke regel meer 15 cent ingezonden mededeelingen van 1-5 regels f 1.50, elke regel meer 30 cent, met gratis bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Groote letters naar plaatsruimte. Aanvragen om Dienstpersoneel van 1-5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. Aanbiedingen van Dienstpersoneel, Huur- en Verhuur, Koop- en Verkoop (geen Handels-Advertentiën) van 1-5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent. Dit nummer bestaat uit twee bladen. Aan de begrooting gingen nog enkele mededeelingen en punten der agenda vooraf. Een zekere heer K. Schraven, die de leden vergast had op een opstel han- v delende over een der „Tien Geboden" had ditmaal voor twee andere opstellen ge zorgd. Deze.snelschrijver is zoo in de wol ken, dat zijn producten in de leeskamer worden uitgestald, dat hij een abonnement op de handelingen heeft genomen en de postwissel vooruit heeft verzonden. Het is zonde, van den tijd geweest, dat men den man nog de eer heeft bewezen in de t-is- cusies van den gemeenteraad betrokken te worden. Men had hem gewoon moeten 'schrijven, dat de raadsleden wel wat an ders te doen hebben, dan van zijn be schouwingen kennis te nemen en hij voor zijn geschriften maar een uitgever moet trachten te vinden. Zandbergen heeft zijn perceel in huur gekregen onder Oegstgeest, zij het dan ook na eenige discussie. Wij zijn het met», den voorzitter volkomen eens, dat men voortaan heter zijn inlichtingen moet ne men, maar vooral, dat men B. en W. te voren van zijn bevindingen op de hoogte moet stellen. Ware dit gebeurd, dan had de zaak in een vorige zitting haar beslag gekregen. Het geheele bedrag, dat door de. licht fabrieken over het jaar 1915 van de haar verstrekte kapitalen aan de gemeente wordt afgelost, is onder de gewone ont vangsten gebracht. De leden der commis sie van Financiën stemden tegen. Haar houding is te begrijpen en te billijken. Zij heeft door deze houding voorkómen, dat B. en W. noch de raadsleden zich op haar in de toekomst kunnen beroepen. Er is geen raadslid, die dezen weg den rech ten noemt. Noodgedrongen hebben B. pn W. hun toevlucht tot dezen maatregel ge nomen. De begrooting. Na hetgeen uitvoerig in de memorie van toelichting was geschre ven hebben de algeiheene beschouwingen geen nieuwe lichtpunten geopend. Op hoog peil stonden deze dan ook niet, het was een water- en melkdebat. De stokpaard jes werden weer bereden, maar een prac- tisch middel om nu werkelijk eens te be zuinigen werd niet aan de hand gedaan. De indruk van debatten en be schouwingen is deze: „In Leiden kon niet bezuinigd worden omdat in alles be zuinigd wordt." Mr. v. d. Eist zegt, dat de schuld van den huidigen financieelenwantoestand en van het hooge belastingcijfer moet gewe ten worden aan de vroede vaderen Aan jaren terug. Volkomen ierecht. Het geval staat niet op zichzelf. Ook in de meeste an dere steden is het beiastingcijfer vroeger laag gehouden, maar men heeft ook prac- tisch weinig of niets uitgericht.Alles is aan het nageslacht overgelaten en het nage slacht zit met de gebakken peren. Naplei- ten helpt echter niets. Over vijftig jaren zal onzen raadsleden ook nog wel cons verweten worden, dat zij de juiste maat regelen in het belang van de gemeente niet genomen heliben. Leiden is nu eenmaal in nood en de be lastingplichtigen en datzijn bijna al len zullen het wel op het billet in de naaste toekomst gevaar worden. Met deze begrooting zijn wij nog altijd in normale omstandigheden. Ploe zal zij er uitzien in de abnormale omstandigheden. Er is op bezuiniging aangedrongen, middelen zijn aan de hand gedaan lapmiddelen zou den wij zeggen maar bij elkander ge nomen komen wij tot eenzelfde cijfer, als dat van B. en W.f en. ook hier is het uit stel van executie. Wil de belastingdruk niet te zwaar wor den, dan zal men in de toekomst naar an dere middelen uit moeten zien. B. en W. verwachten niets van progressieve hel ling en hebben dit met cijfers trachten aan te toon en. De zaak is te ingewikkeld om in den korten tijd, dien B. en W. ons gegeven hebben, een oordeel te vellen. Prof. Heeres en zeven medeleden zijn een andere meening toegedaan en zijn van plan nog dit jaar met een voorstel te ko men, zoo ze in dien tijd niet van meening veranderen. De progressie is dus nog niet van de baan. Plet stemt ons tot vreugde. Vij hopen, dat zoo spoedig mogelijk nu eens voor Leiden uitgemaakt wordt, of door progressie de heffing van belasting juister en rechtvaardiger geheven wordt. Er zal naar andere middelen moeten uitgezien worden. Gemakkelijker gezegd nan gedaan. Een ding iè zeker, dat het hoog tijd wordt, dat onze wetgeving in dien geest veranderd wordt, dat menschen, hun geld in een plaats verdienen, maar in een andere verteren, ook in die plaats zwaarder aangeslagen worden. Wij vinden dat niet meer dan billijk. In Leiden zou nog een aardig sommetje bij elkander te brengen zijn, als men die menschen zwaarder belasten kon, die hun penaten even buiten de grens gebracht hebben. Misschien zou de exodus ophouden. Er zijn groote plaatsen en dorpen in de buurt waar het leven meer confortabel schijnt. In vergelijking met andere plaat sen wordt in Leiden een categorie men schen veel te hoog in den H. O. aange slagen enkel en alleen omdat zij, die een aardig bedrag zouden moeten bijdragen, de stad ontvlieden. Leefden wij niet in abnormale tijden dan zouden wij over den druk, die thans op werkmenschen en kleine middenstanders wordt gelegd, nog heel wat kunnen schrijven. Wij zullen het ditmaal niet doen, ook omdat wij ten volle begrijpen, dat er in de omstandig heden van het oogenblik moeilijk verande ring is te brengen. Wij herhalen het nog eens, uit de de batten zijn wij niet veel wijzer geworden. Men voelt, dat er bezuinigd moet worden, maar men weet niet waar of men komt met geen voorstel dat flink omlijnd is. Men voelt, dat het met de financiën een andere weg op moet, dat het belasting-percenta ge moet verlaagd worden, maar men zegt niet hoe of althans in vage termen. De bezuinigingen, die men aan wil brengen, zijn zoo vaag'. Er is geen vast uitgewerkt plan. En wanneer men'dan op een goeden middag al die gegevene voor zich heeft, dan is het voor den buitenstaander zoo moeilijk te oordeelen. In een kleine week moet de memorie van antwoord doorge werkt worden, deze getoetst aan de be grooting. Het is waarlijk te hopen, dat het volgende jaar eens meer gelegenheid ge geven wordt om een grondig oordeel te vellen over het verhandelde in de secties en de memorie van antwoord. Wanneer er naar middelen gezocht wordt om het be lastingpercentage niet hooger Op te voe ren en te verlagen, dan moeten die mid delen toch niet gezocht worden bij een klasse, die ze het minst kan opbren gen. Bij een verhooging van den gasprijs, wordt de middenstand in het algemeen, de tusschen en kleinere winkelier in het bijzonder geroffen. Waarom nu uitslui tend die categorie van menschen te tref fen, die toch al dubbel en dwars het hun ne bijdragen in den H. O*. Zij kunnen niet in Oegstgeest of in een der buitengemeen ten gaan wonen. Plet geld moet gehaald worden bij hen die het hebben,, die kapi taal krachtig zijn. En wij koesteren de hoop, dat spoedig de tijd daar zal zijn, dat verhuizen niet zoo gemakkelijk meer zal gaan en dat de gemeente het recht zal hebben, ook hen zwaarder te be lasten, die wel het geld in Lei den verdienen, maar het ergens anders verteren. Of er dan nojg op som mige posten te bezuinigen valt? "In het al gemeen gesproken ontbreken ons en iede- ren buitenstaander- de gegevens om daar over een juist oordeel te vellen. De vage gegevens uit het verhandelde in de sec ties, de memorie van antwoord en het de bat in den raad geven ook weinig licht in de duisternis. Maar uit een enkele zinsne de hier en daar opgepikt, uit een enkel woord hier en daar opgevangen zou men mogen besluiten, dat er wel bezuinigd kan worden. Maar wie bindt de kat do bel aan? En hiermede stappen wij van de aige- meene beschouwing af en komen aan de posten de uitgaven betreffende. Bij de verschillende posten is juffrouw zuinigheid om de hoek komen kijken, maar heeft zich dikwijls weer even spoe dig uit ergernis moeten verwijderen. Ook hier bleek nu en dat dat bezuinigen een mooi woord is in theorie. Maar in de prac- tijk is het anders; dan hebben de heeren stokpaardjes. En waar wij nu werkelijk in buitengewone tijdsomstandigheden verkeeren en nog lang niet weten hoe lang zij nog zul len duren, daar had men die beestjes be ter op stal kunnen laten. Muziekscholen, die heelemaal afhankelijk zijn van subsi die, bibliotheken, die een prachtige collec tie boeken hebben, moeten het maar zon der subsidie doen. In hetjaatste geval ze ker voor een bepaalden Tijd. Er is immers zooveel geld noodig. Verder is er een groote boom opgezet over traditiefeesten en volksfeesten. Ook hier viel te bezuini gen, maar het zijn nu eenmaal troetel kinderen van de raadsleden. Het komt er waarlijk niet op aan of er een vetpotje meer of minder brandt, een vlag meer of minder uithangt. Er is verschil tusschen feestvieren en feestvieren. In 1915 zal de toestand nog wel van dien aard zijn, dat de term zal gebezigd worden „het is met de financiën niet rooskleurig gesteld." Waarom wij over dergelijke kleine zaken vallen? Om aan te toonen hoe mooi het is schoone betoogen te houden over bezuini gingen, waarvan in de practijk weinig of niets terecht komt. Het zijn maar drie voorbeelden, er zouden er meer te noemen zijn. Men ziet alweer hoe moeilijk het is werkelijk te bezuinigen. Ja het zou moge lijk zijn indien de heeren werkelijk eens wilden, maar dat zou een volmaakte toe stand zijn en de wereld is nu eenmaal niet volmaakt. Eindigen wij met de mededeeling, dat voor plaatselijke directe belasting voor 1915 wordt noodig geacht een bedrag van 537,105 gulden. Het oorspronkelijk bedrag was, f 629,956. Dit is verminderd met het bedrag der lichtfabrieken. Aldus 66,671 gulden meer dan verleden jaar. De Duitschers in Frankrijk en België. Wij zullen afwijkend van onze ge woonte de lezers eens eenige telegram men voorzetten 'n zwaar te verorberen gerecht. Een officieel .Duitsch communiqué d.d. gi ren meldt: :i:edenraorgen wordt uit het groote hoofdkwartier door den opperbevelhebber gemeld: De inval der Duitschers ten Z. van Nieuwpoort wint langzamerhand veld. Bij Yperen is de stand van het gevecht nog onveranderd. Ten W. van Rijssel maakten de Duit- sche troepen goede vorderingen. Verschei dene versterkte stellingen van de Fran schen werden genomen. 16 Engelsche offi cieren en meer dan 300 man werden ge vangen gemaakt en kanonnen veroverd. De Engelsche en Fransche tegenaan vallen werden overrl afgeslagen. Een voor de kathedraal van Reims op gestelde Fransche batterij met een artil lerie-uitkijk op den toren der kathedraal moest onder vuur worden genomen. In het bosch der Argonnen werden de Franschen uit verschillende loopgraven verdreven en eenige machinegeweren buit gemaakt. Ten Z.-W. van Verdun is een hevige Fransche aanval teruggeslagen. Bij den tegenaanval drongen de Duitsche troepen door tot in de hoofdstelling en namen de ze in bezit. De Franschen leden zware verliezen. Ook ten O .van den Moezel werden alle aanvallen van de Franschen, welke op zichzelf niet van groote beteekenis waren, afgeslagen. Een Fransch communiqué van gisteren bericht: Wij zijn op verschillende punten vooruitgegaan, meer in het bijzonder rondom Yperen en ten zuiden van Atrecht. Uit de streek tusschen Nieuwpoort en Dixmuiden valt niets te melden. Tusschen de Aisne en Argonne hebber» wij ons meester gemaakt van eenige loop graven der vijanden. Alle aanvallen, die de Duitschers hier op een of ander punt deden, mislukten. Wij zijn ook vooruitgekomen in het woud van Apremont. Deze communiqué's passen niet zeer juist op elkaar. Met de overige, niet-offi- cieele telegrammen is het echter nog ver warrender gesteld. Bekijken wij, wat er verder in de tot dusver ontvangen telegrammen vermeld wordt, in vogelvlucht, dan bevinden wij: Ten W. van Rijssel vorderden de Duit schers, ten Z. van Arras_de Bondgenooten. In het Argonnerwoud veroverden de Duitschers loopgraven van de Bondgenoo ten, en dezen namen loopgraven van de Duitschers. Dezelfde misschien? In de oor logsberichtgeving is nu eenmaal alles mo gelijk. Aan de Maas namen de Duitschers ten Z. van Verdun een hoofdstelling der Fran schen, het Fransche communiqué maakt er geen melding van. Daarentegen veroverden de Bondgenooten een deel van het bosch van Apremont (ten Z. van SI. Mihiel) maar daarvan heeft de Duit sche berichtgever niet vernomen. De Russen. Terwijl de toestand in het Westen min of meer onveranderd blijft zijn de Russen in het gebied van den Midden-Weichsel met groote macht opgerukt, en hebben zij den Duitschen troepen, bij Iwangorod, Warschau en Nowogeorgiewek een ge duchte nederlaag toegebracht. Het blijkt dat de Duitsche berichten in de laatste dagen 'den toestand veel te gun stig hebben voorgesteld. Na uit de stellin gen, die zij bij Warschau en Iwangorod innamen, verdreven te zijn, hebben de Duitschers den terugtocht aanvaard naar Sochaczef, Lowitsy en Skierniwitz, doch hier door een omtrekkende beweging be dreigd wordende, moesten zij ook Lo- witsz en Skierniwitsz verlaten en uit Rawa terugtrekken. Ook Radom en Iwangorod, om welke plaats een hevig zevendaagsch gevecht plaats had, moesten worden ont ruimd. Van deze nederlaag der Duitschers geeft de „Morning Post" nog de volgende beschrijving: „De Duitschers waren op 24 K.M. van Warschau, en beschoten de voorsteden. ITet 17e en 18e legerkorps waren tusschen de dorpen Bloni en Pasechno geplaatst, het eene 25 K.M. westelijk, het andere 20 K.M. zuidelijk van Warschau; zij deden wanhopige pogingen om den opmarsch der Russen tegen te houden, doch dezen zetten dien marsch voort. Door cavalerie in den rug der Duitsche stellingen, infan terie op den linkervleugel en andere troe pen over de Weichsel op den rechtervleu gel der Duitschers te zenden, dwongen de Russen het Duitsche leger tot den terug- tcht, die weldra in een vlucht ontaardde." Zoo moest het beleg van Warschau wor- worden opgegeven, en werd een belang rijk voordeel-door de Russen behaald. Japan's bedoelingen. Aan een mededeeling van den gezant- schapsraad dr. Rhomberg, van de Duit sche ambassade te Tokio, in den „Lokal- Anzeiger", is het volgende ontleend: De Japanners houden niet van de blan ken, van Duitschen noch Russen, Engel- sclien noch Amerikanen. Zij meenen door dezen niet als een gelijkwaardig ras 'te worden aangezien, zij gevoelen zich daar door gekrenkt in hun ijdellieid en zij ge voelen zich bovendien door de blanken be lemmerd in hun streven naar de hegemo nie in Azië. Reeds in het laatst der vorige eeuw werd door de Japanners de leuze verspreid: „Azië voor de Aziaten". Hun doel is Azië onder Japansche heerschappij te brengen, en zij maken van den oorlog der volken in Europa gebruik voor een rooftocht tegen het geheele blanke ras. Daar zij er echter groot' 'géwicht aan hechten hun gezicht te bewaren, dat- wil zeggen, hun optreden als moreel gerecht vaardigd te doen voorkomen, was hun het bondgenootschap met Engeland .en de eisch van Engeland om aan den oorlog deel te nemen, zeer welkom. En bovendien zien zij daarin een gelegenheid hun groote ijdelheid te bevredigen. Baron Kato, de minister van buitcn- landsche zaken, zeide: de oogen der ge heele wereld zijn op Japan gericht. Van de invloedrijke staatslieden zijn d« vrienden van Duitscliland, graaf Aoki en prins Katsoera, onlangs gestorven, zoodat de regeering de vrije hand had. De roof tocht tegen Tsingtau is slechts de eerste stap. Om dien stap te rechtvaardigen, werd de half vergeten geschiedenis van Duitsch- lands deelneming aan de interventie van Shimonoseki opgehaald, en deze werd ge bruikt voor een op 7 Augustus begonnen perscampagne tegen Duitscliland, als den ouden erfvijand.Daardoor poogde men zich bij de bondgenooten als vertrouwenswaar- dig voor te doen en den schijn aan te ne men geen verder gaande politieke plannen te hebben. .In militaire kringen van Ja pan wordt Rusland als een onvermijdelijke tegenstander aangezien; maar om tegen Rusland op te treden moest het verbond met Engeland worden opgezegd. De aan val op Tsingtau is de eerste stap tot uit breiding van de Japansche macht in China. Waartoe de oorlog de Japanners nog zal brengen, isniet 'te overzien. Zij zullen in ieder geval geen rekening houden met de wenschen en belangen hunner bondgenooten. De rebellie in Zuid-Afrika. Naar wij vernemen, aldus wordt uit Kaapstad geseind, is Hertzog uit Bloem fontein vertrokken in de hoop de leiders der rebellen te ontmoeten en den mannen te raden huiswaarts te keeren. Hij is er nog niet in geslaagd De Wet te ontmoeten of Conroy, een lid van den Provincialen Raad, die aan het hoofd van een der re- bellen-commando.'s staat. Tot dusverre is het in den Oranje-Vrij staat nog niet tot bloedvergieten geko men. Communiqué van het Engelsche gezant schap te 's-Gravenhage: Generaal Botha deelt mede, dat hij Dinsdagmorgen ODrukte tegen generaal Beyers. Beyers troepen werden den gehee- len dag op een formeele vlucht achter volgd en 80 rnan werden met de wapens in de hand gevangen genomen. Bij het afzendon van dit rapport was de vervolging nog aan den gang. De opstan delingen van Maritz gaven zich gisteren over aan kolonel Van der Venter te Onder- stedoorne. Verschillende Oorlogs berichten. Een heldhaftige moeder. In een Duitsch blad vinden we een brief van een moeder aan haar jongen, die gewond in het lazaret ligt: „Mijn beste jongen. Het ziet er slecht uit, maar heb moed en ver trouw op God. Ik offer het vaderland al wat ik bezit: mijn drie kinderen, die ik met moeite zonder uw vader, die vroeg van ons genomen werd, opgevoed heb. Ik vertrouw op God; zoo Hij den dood met je besloten heeft, dan zal ik mij met zoovele anderen moeten troosten. Houd dus moed, wees dapper voor uw keizer en vaderland, zoolang het nog kan. Wees vele, vele ma len gegroet door je moedertje." H.H. Sacramenten op het slagveld. De Duitsche aalmoezenier dr. Christ be schrijft in de „Köln. Volksz." het leven van den veldgeestelijke. Wij ontleenen daar aan het volgende: 's Maandags rijden wij den boschweg af naar de afdeelingen in de loopgraven. De officieren zijn overal zeer vriendelijk voor ons, en deelen den manschappen mede, dat er een katholiek veldgeestelijke is. Al weder willen honder den te biechten komen. Aan den zoom van het woud staan ze daar in een lange rij. Soms doen zich dan wel incidenten voor. Drie dagen geleden was ik vlak bij onze zware houwitsers. iie iedere tien minuten een granaat in de vijandelijke stelling wer pen. Plotseling, hoog in de lucht, het ge luid van een motor. Een Fransch vlieger! Een wit wolkje teekent zich af tegen do blauwe lucht: de eerste shrapnell, rlic op den vijand wordt afgeschoten. Volgt een tweede, een derde, een geheele krans van kleine wolkjes is zichtbaar 'rondom den tweedekker. Vergeefs! Plotseling een ge kraak, een ontploffing, de vlieger wierp zijn bommen uit op een marcheerende com pagnie. Gelukkig misten zij. Daarop kwa men de nieuwste wapenen in actie: de pij len van den vlieger; een kort bevel klinkt: mijn poenitenten grijpen naar de kara bijn, een salvo knettert naai- de lucht, doch wederom blijft de vlieger buiten schot: hij is te hoog. Nu knielen ze weer bij me neer, om te biechten, alsof er niets gebeurd ware. Mijn collega moest eenmaal zelfs met een poenitent vluchten voor de dreigende gra naten. Voor ik de mannen verliet beloof de ik, den anderen dag de II. Mis te ko men opdragen. Wat waren ze daar dank baar voor! Een vrouw in het leger. In het Rus sische leger is op het oogenblik een vrouw in actieven dienst, n.l. mevr. Koedasjef, de bekende onderzoekingsreizigster. Zij is in gedeeld bij de verkenners van de legerafdee- ling van generaal Rennenkainpf. In- en uitvoer in België. Naar men meldt heeft het Duitsche bestuur invoer toe gestaan voor alle artikelen, uitgezonderl ontplofbare stoffen. De uitvoer is toegestaan van levende planten, tapijten, loodwit, pa pier, been- en katoenafval, lucifers, verf, spijkers, gips, dierlijke vetten, hop, vernis, darmen, kopra, olie, machines, lompen, ko- nijnhaar en konijnenvellen, bagage, suiker, cement, cementsteen en chemische mest stoffen. Nog niet den moed verloren. In de Moniteur, de Belgische staatscourant, doet het geheele ministerie een beroep op de in het buitenland vertoevende Belgen, om zich bij de consuls als vrijwilligers aan te geven voor den.duur van den oorlog. De Londensclie parken. Van Duitsche zijde wordt beweerd, dat de Londenscln parken des nachts hel verlicht zijn en de straten in het duister gehuld om de Duit sche vliegers op een dwaalspoor te bren gen. Ongeveer 600 acetyleenlantaarns van een bijzondere soort zouden in regelmatige rijen zijn opgesteld om den indruk te wek ken als waren daar bewoonde stadswijken. Een Zeppelin boven Parijs. Naar aan de „Frf. Ztg." wordt gemeld, is aan het „Aftonbladet" te Güteborg uit Parijs ge meld, dat Woensdag een Zeppelin boven Parijs verschenen is, en 6 bommen uit wierp, waarvan 3 groote schade aanricht ten, 8 personen wei den gedood en een aan merkelijk aantal gewond. Fransche vliege niers trachtten het luchtschip aan te val len, dat echter in de wolken verdween. Ituliaanseli schip in beslag genomen. Uit Rome wordt aan de „Frankf. Zeit." bericht: In de Middellandsche Zee is een derde Ita liaanseli stoomschip, ditmaal do „San Giovan ni" van de Siciliaansch-Amerikaansche Stoom vaartmaatschappij, door een Engelsch Fran sche vloot in beslag genomen en naar Gi braltar gebracht. Het schip was geladen met koper. Ynndcrvelde spreekt de troepen toe. We lezen in de „Figaro" dat dé leider van de Socialistische partij in België, Van der Velde, uit Havre naar Vlaanderen ip gereisd. Op verzoek van den koning heeft bij de troepen toegeproken. Nederland en de Oorlog. Een oorlogsleening? Voor eenigen tijd werd gemeld, dat aan het departement van financiën een ge dwongen oorlogsleening in voorbereiding was. Hiertoe schijnt aanleiding te heb-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1914 | | pagina 1