BINNENLAND.
de benarde positie te komen, en waren blij,
uit het gezicht van het gevecht te zijn."
Nog hadden de bemanningen gezien, dat
groote kolommen water opspatten en zij
meenden, dat twee schepen zonken.
Een van de opvarenden der Nelly Ge-
ziena" zag een vaartuig van grooter type,
vermoedelijk een kruiser, en hij vertelde
voorts, dat er wel een tiental schepen
waren.
De beide vaartuigen wachtten den ver
deren loop van het gevecht niet af, maar
gingen full speel naar IJmuiden.
De Duitschers in Frankrijk.
Een bericht uit Parijs constateert belang
rijke winsten van de verbondenen en geluk
kig minder vaag dan uit Londen. Ziehier
hoe het daarmee zit.
Daar, waar de linie der Bondgenooten
zich naar de Noordzee ombuigt, ligt La
Bassée, van waar een kanaal loopt naar
het riviertje de Aa (een riviernaam, die
ook in Nederland veelvuldig voorkomt,
maar men is hier dan ook in een Fransche
streek waar nog altijd Vlaamsch gespro
ken wordt). Dat riviertje komt uit de
buurt van St. Omer en loopt tusschen
Duinkerken en Calais in zee. Hier nemen
de geallieerden nu een front in dat be
langrijk vooruitgeschoven is, vergeleken
met de vorige week.
Recht ten Noorden van La Bassée ligt
Armentières, waarvan nu gemeld wordt,
dat het door de Bondgenooten op de Duit
schers is heroverd. Voorts wordt melding
gemaakt van een plaatsje Fronelles, ten
Z.O. van Lille, dat door de geallieerden
bezet werd, hetgeen belangrijk is, omdat
een der vorige dagen een ander plaatsje,
Fleurbaix, ten Westen van Rijssel, door
hen werd genomen. In verband met de
herovering van Armentières schijnt dus
ook de positie van Rijssel onzeker te wor
den. In elk geval zal het front belangrijke
wijzigingen moeten ondergaan.
Dat deze voor het meerendeel in het
voordeel der Verbondenen zijn, weten wij
echter alleen van één zijde. De Duitsche
berichtgeving, die over het algemeen de
laatste dagen weinig van zich doet hooren,
is over dit gedeelte van het front al bijzon
der sober.
De Russen.
Officieel werd te Weenen bekend ge
maakt d.d. 17 October 's middags:
Zoowel de in de linie Stary Sambor
Medijka en aan dé San ontbrande slag
als ook de Oostenrijksche operaties tegen
de Djnesterrivier hebben een gunstig ver
loop. Bij Synowoeiko forceerden de Oosten
rijksche troepen de Stryrivier en bereikten
de hoogten Noordelijk daarvan. Zij begon
nen een vervolging van de Russen.
Eveneens verkregen zij de hoogten
Noordelijk van Podbuz en Z.O. van Stary
Sambor na hardnekkige gevechten ln
hun bezit.
Ook Noordelijk van de Strwaisrivler
vordert hun aanval. Noordelijk van Prze-
mysl begonnen zii reeds op den Oostelij
ken oever van de San vasten voet te krij
gen.
Met aantal bij het tegenwoordige offen
sief gemaakte Russische gevangenen is
natuurlijk nog niet bij benadering te be
palen.
Volgens de tot nu toe bekende berichten
zijn het er thans reeds meer dan vijftien
duizend.
De houding van Turkije.
Te Konstantinopel hebben buitengewone
ministerieele besprekingen plaats, waaraan
veji beteekenis wordt gehecht. Het archief
van het Russische gezantschap te Konstan
tinopel werd volgens de „Roeskoje Slow/'
na.v Odessa overgebracht.
F- 'i vereeniging te Konstantinopel, die
was opgericht tot bevordering van e
vriendschappelijke betrekkingen tusschen
TuiHje, Rusland en Frankrijk is ontbon
den.
De politici, die bekend stonden als aai
hangers van een Russisch Ixnksche toma-
('ering hebben Konstantinopel verlaten,
daar vijandige betoogingen plaats hadde.i.
Naai luid van berichten uit Sofia, zijn Ier
hoogte van Constantza Turksche en Russi-
sct e oorlogsschepen slaags geweest;.
Z. H. de Paus en de oorlog.
De bekende Duitsche prelaat Mgr. Dr.
Paul Maria Baumgarten schrijft in het
jongste nummer van het zeer geziene tijd
schrift „Allgemeine Rundschau" een arti
kel, waaraan wij het volgende ontleenen:
,,Een bittere en diepe bekommernis
knaagt aan 's Pausen hart. Frankrijk en
België zijn verbonden met een staat, die er
zelfs in oorlogstijd niet tegen opziet, om <<p
de onbeschaamdste en brutaalste manier
het Katholicisme te benadeelen.
De zending van den schismatieken aarts
bisschop Eulogius naar Lemberg, opdat hij
daar in den katholieken kathedraal den
schismatieken eeredienst invoere, en de ge
meenschap der Roethenen met Rome uit-
eenrukke, zoodat de Oostersche Katholie
ken in Galicië gemoedsdwang lijden en de
in Russische gevangenschap gebrachte
aartsbisschop Graff von Szepticky door hem
vervangen worde, die zending beschouwt
men in de Romeinsche Curie als een daad
van zoo zinnelooze haat tegen al wat Ka
tholiek is, dat er niets mee te vergelijken is.
Met de zoo ongelooflijk eenzijdige voor
stelling van de zoogenaamde gruwelen, die
door Duitschers heeten gepleegd en gelijk
die door een officieele commissie onder
voorzitterschap van den Belgischen Kamer
president zijn beschreven, trachtte men van
Belgische zijde in het Vaticaan stemming te
maken tegen Duitschland en Oostenrijk.
Dank zij de onvermoeibare en op waarheid
berustende berichtendienst van Duitsche
zijde is die poging geheel mislukt. Zonder
ook maar op een of andere, wijze buiten de
hem door zijn ambt en gijn hooge positie
voorgeschreven grenzen te treden, neemt
Paus Benedictus XV tegenover den strijd
der groote mogendheden om haar bestaan,
een welwillende terughouding in acht. Veel
te ervaren, om zich aan de stemming van
het oogenblik over te geven, veel te vérziend,
om een eindoordeel te vellen, vóórdat hem
alle materiaal voorgelegd is geworden, veel
te voorzichtig, om den H. Stoel door
woord of daad in een onbedacht oogenblik
te binden, behoudt de Paus zich een onbe
vangen en objectief oordeel voor over de
voorvallen en menschen.
De Heilige Vader is onafgebroken doende,
om aanknoopingspunten te vinden voor zijn
vredesarbeid. Hij vormt zich geen illusies,
dat thans bij een der oorlogvoerende partij
en de geneigdheid bestaat, om in vredeson
derhandelingen te treden. Dat belet hem
echter niet, alles in het werk te stellen, wat
in zijn macht is, om een vredelievende tus-
schenkomst voor te bereden.
De Romeinsche Methodisten bespotten
hem op alle mogelijke wijze, wijl het den
Paus nog niet is gelukt, aan de wereld den
vrede terug te schenken. In hun dwepers-
haat staan zij geheel alleen en als enke
lingen. Want de geheele Italiaansche pers
erkent, dat Benedictus XV en ook Pius X
alles hebben gedaan, wat, gezien de om
standigheden, mogelijk was om hun vre-
desapostolaat te vervullen.
Scherp gekeerc^ tegenover het Italiaan
sche sentimentarisme, gebruikt hij, in te
genstelling daarmee, slechts zijn verstand,
om in kalm overleg den weg van zijn plich
ten te gaan en de juiste middelen ter be
reiking van zijn doel te vinden.
Met de geheele warmte van zijn hart
echter bidt hij en laat hij bidden voor allen,
die aan deze schrikkelijke worsteling dei-
volkeren deelnemen. Hij bestormt den he
mel, opdat er spoedig vrede komen, en lilj
bidt ook, dat de vrede bewaard blijve on
der hen, die dezen nog genieten."
Verschillende Oorlogs
berichten.
De torpedeering van de Hawke. De te
Aberdeen aan wal gekomen overlevenden
van de Hawke vertellen, dat de kruiser
midscheeps, vlak bij een van de magazij
nen, getroffen werd. Een hevige ontplof
fing had plaats en in den zijwand was een
groot gat geslagen. Dadelijk helde het
schip zwaar over.
De meest aanschouwelijke beschrijving
van het gebeurde is gegeven door een sto
ker, die een oogenblik verdoofd was. Toen
hij weer tot zichzelf kwam, was het een
helsche toestand om hem heen, maar op
het dek gekomen, zag hij, dat alles met de
grootste orde geschiedde. De cdmmandant
en de officieren waren op de brug. De be
velen werden op kalme wijze gegeven cn
even kalm opgevolgd, doch het zware over
hellen van het schip maakte het onmoge
lijk de sloepen te strijken.
Het schip zonk in vijf minuten. Slechts
een kleine pinas, een vlot en een kotter had
men te water kunnen laten. De stoker
werd door den kotter opgenomen, die over
het tooneel van de ramp werd rondgeroeid
en zoovele drenkelingen binnenhaalde als
met het oog op de zeewaardigheid van het
vaartuigje mogelijk was. De opvarenden
wierpen daarop hun reddingsgordels, rie
men en al het losse houtwerk aan de in het.
water om hun leven worstelenden toe. En
kelen waarvan bereikten den kotter en kon
den aan touwen in het water blijven haa-
gen.
Toen het vlot het laatst gezien werd, was
het volgepakt met zeventig man. De kotter
had vijf uren rondgedreven, toen hij opge
pikt werd door een Noorsch stoomschip,
dat nog een uur naar andere overlevenden
gezocht heeft, doch er geen vond. Later gaf
de Noor de schipbreukelingen over aan een
te Aberdeen thuis behoorenden treiler.
Duitsche posterijen en telegrafie. Van
het personeel van de Duitsche posterijen tn
telegrafie staan niet minder dan 1/4 van ile
ambtenaren en 2/5.van de beambten te vel
de. De ledige plaatsen zijn aangevuld met
werkeloozen uit andere bedrijven.
Duitsch Roode Kruis convooi. „De
Daily Telegraph" bevat een uitvoerig ver
haal van een correspondent, dat hierop
neerkomt: Buiten Amiens werd door de
Franschen een Duitsch Roode Kruis con
vooi genomen. Het trok de aandacht dat
de convooi-voorraden uitsluitend uit wape
nen, echter niet uit medische artikelen en
verbandstoffen bestonden. Niettemin wer
den de Duitsche doktoren door hun Fran
sche confraters uitstekend behandeld, ook
werd hun toegezegd, dat zij tegen gevan
gen Fransche Roode Kruis-doktoren zou
den worden uitgewisseld. Een gezellig diner
vereenigde 's middags gastheeren en gevan
genen. Aan tafel kwam men ook over de
behandeling van wonden te spreken. Het
viel op dat verscheiden Duitsche doktoren
aan het gesprek niet deelnamen. Dit wekte
argwaan; en nu werd aan allen op hun
beurt een examentje in de algemeene wond-
behandelingsleer afgenomen. Het bleek dat
er van de 48 Roode Kruis-doktoren 37 bona
fide geneesheeren en 11 quasi-doktoren wa
ren. Deze laatste werden wegens het mis
bruik maken van bet Roode Kruis-teeken
gefusileerd.
Nederland en de Oorlog.
De „Noordam" op een m ij n
gelóopen.
De „Noordam" van de Holland-Amerika-
lijn is eergisteren op een mijn gestooten.
Van Falmouth naar Rotterdam koers
zettend, werd het stoomschip in de Duins
aangehouden door een Engelsch marine
vaartuig. Twee officieren kwamen aan
boord van de Noordam. Zij stelden vast,
dat de uitklaring in orde was, en gaven
toen vergunning om door te varen.
Op de vraag van kapitein Krol, welke
dq veiligste route naar Hoek van Holland
was, teekende een der Engelsche officie
ren, op verzoek van den heer Krol, op de
zeekaart de Noordelijke grens van het
mijnenveld aan. Hijmaakte daarbij de op
merking, dat, als de Noordam ten Noorden
van deze grens bleef, het schip veilig naar
den Hoek kon varen.
De gezagvoerder volgde die aanwijzing
stiptelijk op, doch ongeveer 6 mijlen Noor
delijk yan de limiet stoomende, stiet de
Noordam plotseling op een mijn. Het was
toen kwartier vóór twaalf voormiddags.
Het schip kreeg een zeer hevigen schok;
de passagiers schrikten geweldig op en
dachten in de eerste oogenblikken, dat de
Noordam er geweest was.
Na de ontploffing en den schok bleek
evenwel weldra, dat, ofschoon de schade,
aan het schip toegebracht, zeer belangrijk
is, het met het ongeval bijzonder goed was
afgeloopen. Noch een van de bemanning,
noch een van de passagiers had eenig let
sel bekomen.
Al dadelijk werd vastgesteld, dat de
stoomstuurmachine, het stuurgerei en het
roer totaal vernield waren. Het roer hangt
nu dwars achter het schip.
Het duikeronderzoek rapporteerde ern
stige schade onder water. De gezr^,'voer
der liet onmiddellijk na het ongeval alle
ruimen peilen. Daaruit bleek, dat alleen
de achterpiek van het schip was volgeloo-
pen; al de overige ruimen hadden geen
water gemaakt.
Het achterpromenade-dek ïs opgezet; de
lieren en stutten zijn gebroken. Verder is
aan het schip op verschillende plaatsen
lichte schade toegebracht. Zoo zijn de
marmeren schoorsteenmantel van de le
klasse rookkamer en de spiegels van de
waschtafels van de lavabo's gebroken. De
draagblokken van de assen van de tunnel
zijn erg beschadigd. De volledige schade
zal eerst kunnen worden vastgesteld in
het droogdok, waarheen de Noordam na
lossing gaat.
Het voorloopige onderzoek bracht voorts
aan het licht, dat met de beide hoofdma
chines kan worden gemanoeuvreerd. Kapi
tein Krol besloot toen, de reis met afwis
selend werken van de beide schroeven
voort te zetten naar Hoek van Holland,
waarvan de Noordam bij de ontploffing
ongeveer 80 mijlen verwijderd was. De
Westerdijk werd na het ongeval opgeroe
pen, die onmiddellijk naar de Noordam
stoomde en het schip veiligheidshalve es
corteerde naar den Hoe. Daar kwam het
te half-een gisternacht aan.
De lading van de Noordam heeft hoogst
waarschijnlijk niet geleden. Het regeerings-
graan, dat het schip heeft medegebracht,
is in elk geval niet beschadigd.
Aan boord waren 20 passagiers eerste
klasse, 29 passagiers tweede en 64 passa
giers derde klasse. Van een paniek onder
hen, was absoluut geen sprake, al waren
allen in de eerste oogenblikken na de ont
ploffing zeer onder den indruk van het
gebeurde. Doch de bemanning hield zich
flink en stelde alle reizigers zeer spoedig
gerust.
De Noordam, die zoo gauw mogelijk ge
dokt zal worden, zal ten minste twee rond
reizen aan den dienst onttrokken moeten
worden.
De terugtocht derBelg-en.
Louis Franck, voorzitter van de .inter
communale commissie te Antwerpen, heeft
op verschillende grensplaatsen zijn land-
genooten aangespoord om terug te keeren.
Zoo wordt uit Breda d.d. 17 October aan
de „Msbd." gemeld:
Hedenmiddag werd onze stad bezocht
door den heer Louis Franck, voorzitter der
intercommunale commissie te Antwerpen.
De hier aanwezige Belgen waren daarvan
verwittigd en eenige duizenden hunner
stt der dicht opeen voor het stadhuis,
van welks bordes de heer Franck zijn land-
genooten zou toespreken. Even had -een
korte voorstelling plaats van de heeren mr.
Van Lamschot, burgemeester, Ch. van
Pelt, Belgisch consul, en Franz Smits,
voorzitter van het Belgisch steuncomité.
Onmiddellijk daarop sprak de Antwerp-
sche volksvertegenwoordiger de menigte
ongeveer als volgt toe:
Dank zij de burgerlijke en militaire over
heden kan ik u thans van deze plaats toe
spreken; we zijn hier op neutralen grond:
verwacht daarom van mij geen algemeene
beschouwingen. Diep ongelukkig zijn we,
maar zelfs de vijand heeft eerbied voor den
hedenmoed onzer dappere soldaten! De eer
onzer vlag blijft ongeschonden voortduren,
onze hoop leeft nog.
Dank aan het Nederlandsche volk en
zijn regeering! Dank aan zijn geëerbiedig
de Koningin en den Prins Gemaal. We we
ten nog niet, hoe we moeten danken voor
die offervaardigheid zonder mate! Dank
aan allen, die ons geholpen hebben. Hoe
waar gevoelt men nu het spreekwoord: In
den riood leert men zijn vrienden kennen.
Als officieel persoon komt spreker hier
het woord richten tot vrije mannen, die
weten, hoe bitter het met hun land gesteld
is; die zullen weten, wat hun te doen staat'.
Welnu dan, Antwerpen is veilig. Jonge
mannen, die niet dienstplichtig zijn, onge
wapende burgerwachten kunnen gerust
terugkeeren. De toestana is dezelfde als nu
al eenige maanden heerscht in Brussel.
De mondvoorraad is voldoende; beter dan
in Brussel, Namen of Charleroi of andere
deelen van het land. Het College van Sche
penen is als één man op zijn post geble
ven. Spr. zelf heeft een eervolle opdracht
naar het buitenland geweigerd: Gij hebt
mij gekozen in dagen van welvaart; in da
gen van ellende blijf ik bij u. Groote scha
de is geleden; maar deze kan hersteld
worden. Erger zou het zijn, indien een
lang verblijf in ballingschap ook meer een
gedeelte van ons volkskarakter' deed ver
loren gaan. Denkt er toch aan: bitter is
het genadebrood, hoe liefdevol het wordt
toegereikt.
Wat zou er yan ons moeten worden, in
dien die vele honderden Belgische mannen
moesten komen tot een toestand van ont
zenuwing? Uw dure plicht is terug te kee
ren; als echte Sinjoren van Antwerpen
naast ons te komen werken tot heil der
ons zoo dierbare Scheldestad!
Nog eens dank aan Noord-Nederland en
een driewerf hoera! voor Koning en Va
derland!
Deze korte rede werd uitgesproken in
'schier onberispelijk Nederlandsch; hoewel
de 'stem des sprekers van ontroering beef
de, was ze toch ver over de Groote Markt
duidelijk verstaanbaar. Enkele toejuichin
gen stegen op uit de toegesproken me
nigte, toen de dankbetuigingen gebracht
werden en aan 't slot. Of de redenaar zijn
overtuiging aan zijn landgenooten heeft
kunnen mede deelen? De naaste dagen zul
len het moeten leeren, we zullen die niet
vooruitloopen.
Nadat in de Wethouderskamer eenige be
groetingen hadden plaats gehad, vertrok
de heer Franck, die vergezeld was van zijn
echtgenoote, dadelijk weer per auto naar
Antwerpen.
Men meldt uit Roosendaal aan dc Msbd.:
Niettegenstaande de proclamatie, die
aangeplakt is, is de terugkeer der vluchte
lingen nog gering. Totaal vertrokken nog
geen 3000 personen. Allen meest oude men
schen en kinderen.
Naar het „Dagbl. v. Noord-Brabant"
meldt zijn Mgr. Lauwerijs en Mgr. van
Roey, vicarissen-generaal van het aarts
bisdom Mechelen, gisterenmorgen .wederom
van Breda naar Antwerpen vertrokken.
Engeland en Nederland.
De Engelsche legatie deelt het volgende
mede:
Een zeer betreurenswaardig artikel is ver
schenen in de „Saturday Review" van den
lOden dezer van de hand van Vieille Mousta
che", warr.n de aankoop van Zeeland en de
overdracht daarvan aan België aangeraden
wordt. De Hollandsche Ni^qwsbladen namen
het met ongunstige commentaren over.
De Engelsche gezant vestigde de aandacht
van zijne regeering op dit artikel en hem wordt
thans door Sir Edward Grey verzocht met den
meesten nadruk te verklaren, dat de dwaze,
denkbeelden in bedoeld artikel vervat in gee-
nerrlei opzicht de inzichten van de Britsrhe
regeering weergeven.
Den gezant is opgedragen hier aan toe te
voegen, dat vertrouwd wordt, dat het volk van
Nederland goed zal begrijpen, dat geen artike
len in Engeland gepubliceerd de bedoelingen
van Z. M.'s regeering weergeven, tenzij uit
drukkelijk en beslist is vastgesteld, dat zij van
officieelen aard zijn. De gezant vertrouwt, dat
de Hollanders zullen gelooven, dat Groot-Bri
tannic de onzijdige houding van Nederland
ten volle waardeert en warme erkentelijkheid
koestert voor zijn belangelooze en liefderijke
hulp aan alle vreemdelingen, Engelschen zoo
wel als anderen, die door omstandigheden
verplicht zijn een beroep op zijne gastvrijheid
te doen.
Ontwikkeling en ontspan
ning van werkloozen.
Het bestuur van de Nationale Vereeni
ging tegen de Werkloosheid, overtuigd vart
de schaduwzijden, die de wakrkloosheid ook
in geestelijk en moreel opzicht heeft, acht
het van groot belang, dat in die gemeenten
waar de werkloosheid grooteren omvang
heeft aangenomen en voorzoover daaraan
niet door het verschaffen van werk kan
worden tegemoet gekomen, maatregelen
worden genomen, ten einde voor de werk
loozen de gelegenheid tot het verkrijgen
van ontwikkeling en ontspanning te ope
nen. Op deze wijze zal aan den nood der
werkloosheid althans ten deele kunnen
worden ontkomen. Voor de militairen is de
groote moreele beteekenis van zulke ontwik
keling en ontspanning alreeds gevoeld, zoo
als blijkt uit de instelling van een Centrale
Commissie voor ontwikkeling en ontspan
ning van de gemobiliseerde troepen te
's-Gravenhage. Van niet minder belang
mag, naar het bestuur der vereeni
ging meent, het brengen van verlich
ting in den last der werloosheid worden
geacht.
Het bestuur heeft met het oog hierop aan
de voorzitters van de steuncomité's in een
veertigtal gemeenten, waar de werkloos
heid van meer beteekenis is, een brief ge
richt, waarin het dezen verzoekt het initia
tief te nemen tot het oprichten van een
plaatselijke commissie, die zich met deze
werkzaamheden zal bemoeien, en eenerzij ris
ten doel zal hebben de bestaande- instellin
gen van ontwikekling en ontspanning ertoe
te bewegen, hun werkzaamheid ook aan de
werkloozen ten goede te doen komen en or
ganisatie in die werkzaamheden te brengen,
anderzijds zelfstandig zulke werkzaamhe
den zal aanvaarden.
Ten einde zich te doen voorlichten over de
beste wijze, waarop het doel is te bereiken,
heeft het bestuur een commissie van advies
ingesteld, waarin het verschillende perso
nen, die op dit gebied als deskundig kun
nen worden beschouwd, bereid heeft gevon
den zitting te nemen.
In de commissie hebben o. m. zitting H.
A. J. Engels, directeur van de afdeeling
Lichtbeelden van het Centraal Bureau voor
de Katholieke Sociale Actie te Leiden, mej.
E. C. Knappert, directrice van het Leidsche
Volkshuis te Leiden.
Met den Centrale Commissie voor ont
wikkeling en ontspanning van de gemobili
seerde troepen te 's-Gravenhage is samen
werking verkregen. De minister van Bin-
nenlandsche Zaken heeft zich bereid ver
klaard, de onder zijn departement ressortee-
rende instellingen van onderwijs, die voor
het verleenen van hulp in aanmerking ko
men, aan te sporen om hun medewerking
te verleenen.
Een verplichte leening?
De „Arnh. Courant" zegt, uit goed in
gelichte kringen te vernemen, dat de re
geering de uitschrijving van een verplichte
leening tot een bedrag van 250 millioen
overweegt.
Comité van Nederlandsche
uitgewekenen uit België.
Alle in Nederland aanwezige Belgen, die
te Antwerpen en omstreken woonachtig
zijn en woningen aan Hollanders verhuurd
hebben en huishuur van uitgeweken Ne
derlanders te vorderen hebben, worden
dringend verzocht zich ten spoedigste bij
het Comité te Antwerpen te vervoegen aan
het bureau de Kayserlei 53, waar dage
lijks van 9 tot 12 en van 2tot 6 uur zitting
zal gehouden worden.
Belanghebbenden worden in hun eigen
belang aangeraden aan dezen oproep te
voldoen, daar, indien hieraan niet voldaan
wordt, men zal moeten overgaan tot het
nemen van die maatregelen, welke de tijds
omstandigheden gebiedend voorschrijven.
Daar het zeer rustig cn kalm in de stad
is, en het leven er weernormaal gaat wor
den, doet men verstandig zich bij het co
mité te vervoegen. Gemeld kan nog wor-
den, dat de treinenloop naar Antwerpen
weer intact is. De toestand is er goed, de
levensmiddelen zijn voldoende en de vluch
telingen kunnen zonder de minste gevaren
terugkeeren.
Voordevluchtelingen.
Bij het Nederlandsch Comité tot steun
van Belgische en andere vluchtelingen is
nu ingekomen de som van 169.204.53 gld.
Diptheritis
Te Delft is diptheritis geconstateerd on
der de ruim 200 Belgische vluchtelingen,
ondergebracht in het gebouw der Tech
nische Hoogeschool aan de Nieuwe Laan.
De patiënten worden verpleegd in het
gasthuis.
Te Hansweert heeft zich, naar de ,,N.
R. Ct." meldt, bij een caféhouder, waar
de laatste dagen zich bijzonder veel vluch
telingen hebben opgehouden, een geval
van diptheritis voorgedaan.
Huurschuld.'
Op dc schriftelijke vraag van den heer Rut
gers, betreffende maatregelen der voorkoming
van het ontruimen van woningen wegens huur
schuld
„Is dc Minister bereid mede te deelen, welke
maatregelen door hem, of in overleg ol' samen
werking met hem door het Koninklijk Na
tionaal Steuncomité, genomen «ijn ter tege
moetkoming aan bezwaren, ontstaan door de
onmogelijkheid waarin personen zich bevinden
om huur te betalen, en ter voorkoming van
een buitengewone toeneming van het aantal
ontruimingen
Is bij de Tweede Kamer bet volgende ant
woord ingekomon van den lieer Treub,Minister
van Landbouw, Nijverheid en Handel:
Naar aanleiding van het terzijde vermeld
schrijven heb ik de eer U. H. E. G., ter be
antwoording van de door het lid der Tweede
Kamer den heer Rutgers gestelde vraag, het
volgende mede te deelen.
In overleg met mijn ambtgenoot van Justitie
is bij het Koninklijk Nationaal Steuncomité
door mij aangedrongen met medewerking van
het Rijk te bevorderen, dat ook in andere
steden het stelsel worde gevolgd van tegemoet
koming aan hen, die tengevolge van de buiten
gewone toestonden moeilijk hun huur kunnen
betalen dat te Rotterdam door het Plaatselijk
Steuncomité met goed gevolg wordt toegepast.
Het door mijn ambtgenoot van Justitie en
mij met het Koninklijk Nationaal Steuncomité
gepleegd overleg heeft geleid tot het zenden
door dit comité van velschillende plaatselijke
steuncomité's van onderstaande circulaire,
welke reeds door de pers algemeen bekend is
gemaakt.
(Volgt de circulaire van 5 October 1914, be
treffende voorkoming van uitzettingen wegens
huurschuld).
Bericht.
Wij vestigen de aandacht van onze le
zers er op, dat wij in ons nummer van
Woensdag een begin zullen maken met de
prachtige roman „In 's levens maal
stroom", welke wij als feuilleton in ons
blad hopen af te drukken. Deze Fransche
roman van den bekenden schrijver Henri
Gréville, heeft zeer veel opgang gemaakt
en wij vertrouwen dan ook, dat de Holland
sche vertaling, waaraan zeer veel zorg be
steed is, bij onze lezers een welkome gast
moge zijn in de lange winteravonden,
welke wij thans tegemoet gaan.
Actie teg.en de onzedige mode.
Door de Vereeniging „Vrouwenader, te
Nijmegen, is dezer dagen aan alle mode
magazijnen en ateliers daar ter plaatse
de volgende circulaire verzonden:
Het kan u reeds hekend zijn, dat te
dezer stede is opgericht de Vereeniging
„Vrouwenadel", die ten doel heeft, de
christelijke beginselen, betreffende de
vrouwelijke kleeding in beoefening te
brengen en ook bij anderen te versprei
den.
De leden dezer vereeniging verbinden
zich, de buitensporigheden en ergernissen
der huidige mode tegen te gaan, in 't bij
zonder de uitgesneden, doorschijnende of
opengewerkte, en de te nauw aanpassen
de kleedingstukken te vermijden en dit
alles ook te verbieden aan haar kinderen
en onderhoorigen.
Zeker is de christelijke zedeleer de on
veranderlijke grondwet, waarnaar de mode
zich in alles regelen moet, indien zij door
de christelijke vrouw aanvaard zal kun
nen worden. Nu kan niemand ontkennen
of betwisten, dat de wijze waarop heden
ten dage de modieuze vrouw zich kleedt
en zegt men zich kleeden moet, lijn
recht met de christelijke zedeleer en met
de eer en waardigheid der vrouw in strijd
is. Alle weidenkenden zijn het daarover
eens, en de meest hoogstaande en gezag
hebbende personen hebben in het open
baar, herhaaldlijk en duidelijk, hun oor
deel, dat een scherpe veroordeeling in
hield, over de huidige mode uitgesproken.
In de statuten der Vereeniging „Vrou
wenadel", staat o.m. ook het volgende te
lezen: „De leden zullen haar invloed ge-
biuiken, opdat in de winjtels, waar zij
koopen, de mode-étalage niet onzedig of
lichtzinnig zij, en haar naaisters geen ar
tikelen vervaardigen, die de grenzen der
christelijke eerbaarheid en zedigheid te
buiten gaan."
In de laatste ledenvergadering is, na
gehouden bespreking, met algemeene slem-
men besloten, Uw bijzondere aandacht op
dit artikel der statuten te vestigen en
dienovereenkomstig de volgende wensclien
uit te spreken:
1. dat in uw étalagekasten geen model
len worden uitgestald en in uw paska
mers zoo min mogelijk modeplaten ter in
zage liggen, welke voor een vrouw, die
zich zelf respecteert, beleedigend en kwet
send moeten zijn;
2. dat er steeds modellen en platen voor
handen zijn ten gerieve van de leden onzer
Vereeniging en anderen, die zich uit chris
telijke overtuiging niet met de onzedige
eischen der mode kunnen vereenigen.
3. dat door uw bedienden personeel aan
haar, die wenschen in uw winkels te koo
pen of in uw ateliers te laten werken,
steeds algeheele vrijheid van keuze wordt
gelaten, en niet als iets \an zelf sprekends