VRIJDAG
2
OCTOBER.
1914.
BUITENLAND.
De Oorlog.
DE VLIEGMACHINE.
|0e JAARGANG.
No. 1513.
BUREAU: STEENSCHUUR 15, LEIDEN.
Interc. Telefoon 935. Postbus 6.
DIT ELAD VERSCHIJNT ELKEN DAG, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN
De ABONNEMENTSPRIJS bedraagt met GRATIS POLIS Ongevallen-verzekering en
5EILLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor Leiden 10 cent per week f 1.25 per kwartaal; bij
ïgenten II cent per week, f 1.4-5 per kwartaal. Franco per post f 1.65 per kwartaal.
Afzonderlijke nummers 2% cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 5 cent.
het
onze
De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van 1-5 regels f0.75, elke regel meer 15 cent
ingezonden mededelingen van 1-5 regels fl.50, elke regel meer 50 cent, met gratis
bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Groote letters naar plaatsruimte.
Aanvragen om Dienstpersoneel van 1-5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent.
Aanbiedingen van Dienstpersoneel, Huur- en Verhuur, Koop- en Verkoop (geen
Handels-Advertentiën) van 1-5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent.
"I
Zoo gaan de dubbeltjes.
I In een beschrijving, welke het ,,Hbl."
'geeft van het leven der zeelieden te Rot
terdam, lezen we het volgende van een
clubje stokers, dat genoot van „een rondje
,bier".
„Ze lieten den grooten vijf-liter-beker
rondgaan. Dat is zoo de gewoonte. De be
ker is van glas en heeft den vorm van een
laars. Men drinkt om de beurt zoo onge
veer een halven liter. Maar de moeilijkheid
komt als de drinkers aan de „punt" van
de laars zijn. Doordat die nogal oingeno--
gen is, ontsnapt dan de lucht met een klok
kend geluid en wie dat treft, moet een
rondje geven...."
Zoo gaande zuurverdiende penningen in
een paar dagen door 't keelgat, want elk
rondje levert natuurlijk weer 't hartver
heffende moment van dat klokken op, met
het gevolg daarvan, zoodat het eind van
zoon partij eigenlijk niet te voorzien valt.
En wie niet meedoet is een flauwe vent,
terwijl de wilskracht daalt met het stijgen
van het aantal rondjes, 't Betreft hier wel
slechts bier, maar men weet dat ooK.spi-
litualiën zich al te goed vor zoo'n rondje
leenen, terwijl men immers toch niet altijd
bier kan drinken....
Wanneer men zulke dingen leest en
overweegt verwondert het niet, dat er zoo
veel armoede heerscht ook in kringen,
waar goed verdient wordt. De gage der
zeelieden is waarlijk zoo gering niet, maar
op dusdanige manier moet er immers
wel niets van overblijven, zoodat menigeen
.weer berooid het zeegat uitgaat. Eenmaal
nuchter op de baren, zien de betere ele
menten wel in dat het zoo niet gaat, maai
de verleiding blijft bij 't passagieren velen
•te sterk.
En zou het in andere kringen der maat
schappij niet juist gaan als bij de zeelie
den? Bij dezen komt het zoo goed aan 't
licht omdat op een gegeven moment de
beurs het loon van een of meer maanden
bevat, maar ook uit beurzen met weekloon
worden wel rondjes gegeven, zij 't dan niet
met een vijf-liter-laars. En zulke grapjes
zijn duur, eischen een veel te hoog per-
'centage. van het loon.
I Waarlijk, de drankweer is een mooi werk
(van naastenliefde en heeft nog een breed
arbeidsveld.
De toestand in Frankrijk.
Dagelijks nieuwe verliezen voor de beide
partijen. Millioenen zullen door de gebeur
tenissen, die zich thans in Frankrijk afspe
len in smart en rouw worden gedompeld. De
„Times" schat het aantal Duitsche gewon
den en dooden in Frankrijk nu reeds op
400.000. En zou het aan de andere zijde veel
.minder zijn. En nu moet de beslissende
•slag nog worden gestreden! Toch valt er
'zeer weinig te vermelden. De berichten zijn
(Uiterst schaarsch.
Gaat men nu na welke veranderingen er
sedert gisteren in den stand der partijen
zijn gekomen, dan bevindt men, dat deze
zich bepalen tot de beide vleugels.
Wat den linkervleugel aangaat, is het ech
ter niet mogelijk een positieve gevolgtrek
king uit de berichten te maken. Het offi-
cieele communiqué constateert daar voor
uitgang der geallieerden. Het Duitsche
spreekt van het terugslaan van overmach
tige vijandelijke troepen door de Duitschers.
Deze troepen, klaarblijkelijk uit Franschen
en Engelschen bestaande, bewogen zich ten
Noorden en ten Zuiden van het stadje Al-
bert, gelegen aan de Ancre, een Noordelijk
zijtakje van de Somme. Indien hier echter
en het Duitsche bericht laat daaraan
geen twijfel toe, zulke sterke troepenaf-
deelingen der bondgenooten worden samen
getrokken, dan schijnt dit voor Von Kluck's
leger niet zonder bedenking. Dit is het eeni-
ge wat men er uit concludeeren kan.
De andere verandering van beteekenis be
treft de streek langs de Maas. Ten Oosten
van St. Mihiel breidde het terrein, dat de
bondgenooten beheerschen, zich uit. Zij ver
overden een paar plaatsen Oostelijk van die
vesting, n.l. Louprnont en Seicheprey, en
drongen de Duitschers daar nog verder naar
het Oosten terug, tot aan de hoogten langs
de Rupt de Mad, een takje van den Moezel.
De Russen.
Van het Oostelijk oorlogsveld zijn de be
richten niet veel uitvoeriger.
Een Russisch bericht maakt melding van
een overwinning op de Duitschers. Na he
vige gevechten hebben de Russen zich mees
ter gemaakt van de Duitsche stellingen bij
Augustow en Koptsycwo, in Rusland gele
gen plaatsen, Oostelijk van de Duitsche
grensplaats Lyck.
De Duitschers werden uit Koptsycwo te
ruggeslagen naar Soewalki.
Meer noordelijk hebben de Duitschers, na
de Russen uit Tilsit en de omgeving te heb
ben verdreven, de grens overschreden en
Tau roggen, in het gouvernement Soewuiki
bezet.
De beteekenis van Galicië.
Dr. Heinrich Friedjung, de bekende Oos-
tenrijksche geschiedschrijver, deelt in de
„Vossisclie Zeitung-' zijn oordeel mede over
de beteekenis van Galicië in den tegen-
woordigen oorlog. Weer zijn Oostermark en
het stroomgebied van den Donau het schild,
dat de Duitsche natie beschut tegen den in
val van den vijand uit het Oosten, want niet
alleen beschermen Oostenrijk-Hongaarsche
soldaten de straten van Weenen en Boeda
pest met hun lichaam, doch ook die van
Breslau en Berlijn. Het groote strategische
plan van dezen oorlog is er op ingericht, om
de Franschen zoo spoedig mogelijk door de
hoofdmacht der Duitsche legers ten onder te
brengen. Intusschen moeten de Oostenrijk-
sche bondgenooten de overmacht der Russen
met zelfopofferenden moed tegenhouden,
hetzij door aanvallend te ewrk te gaan,
zooals bij Krasnik en Komarof, hetzij door
defentieven strijd, zooals bij -Lemberg. Zij
moeten hen zoolang bezighouden, tot uit de
bewonderenswaardige krijgstoerusting van
Duitschland voldoende zwaarden beschik
baar zijn en scherp geslepen, om den
vijand in het Oosten neer te houwen.
Het bombardement van
l" Antwerpen.
Men schrijft ons uit St. Nikolaas, Woens
dag 30 September:
De onrust neemt toe en daar is reden
voor. Van vanmorgen 9 uur af hebben wij
het voortdurend hooren bombardeeren. Ik
telde 12 schoten in 3 seconden, en dan, na
eenige seconden rust, harde, schrikver
wekkende slagen. We weten van oogge
tuigen, dat zelfs het fort Bornhem (tegen
over Tamise aan de Schelde) in het gevecht
betrokken is. De stad is vol vluchtelingen,
die meest naar Hulst worden gestuurd,
waar een uitstekend verzorgings- en door
zend ings-comité is.
Maar van Aalst dat verbrand en totaal
geplunderd is krijgen we weinig nieuws.
Zooeven een man en vrouw met kind, die
we voorthielpen maar de man deed
niets dan schreien, een zeeman, met kor
daat wijf doch wat hadden ze mee
gemaakt.
Hun vlucht, na zeven uur in een kel
der alles hooren, de kanonnen, geweer
schoten, en gillen van beangste stadgenoo-
ten hun vlucht was door lijken en ge
wonden, naar een schip- in de Dendre
vandaar naar Dendermonde was onmoge
lijk! Dus te voet, in Westelijke richting.
Maar Wetteren is ook al in handen van
den Duitschman. Dan te voet en gedeeltelijk
met hulp van een vrachtwagen tot Loke
ren, vanwaar ze half met trein, half met
hondenkar St. Nicolaas konden bereiken.
Zoo zooveel!
Ons wordt gewaarschuwd terug te gaan.
De trein naar Holland loopt niet. Het ma
teriaal, waarvan al zooveel door België ge-
requireerd, is in hoofdzaak op het Hol-
landsch. Te voet dus tot St. Gilles, van
waar de trein nog naar Neuzen gaat.
In St. Gilles een moment stilte .op 't
station niets dan permanent kanonge
bulder.
In Hulst op de oude Avaf""— de stad
slaapt meer dan honderd schoten te
hooren per minuut. Slaap dan eens als je
treinen vol gewonden hebt gezien als
je de uitwerking van bómmen en granaten
op „open steden" hebt gezien als je
ooren nog vol zijn van de verhalen der
vluchtelingen.
In en om Antwerpen.
liet ,,H. v. A." beschrijft als volgt de
stemming van de bevolking:
De twee of drie laatste dagen heeft cTe
stad haar kalm en bedaard uitzicht zoo
wat verloren.
De herhaalde verschijningen van vijan
delijke luchtschepen en vliegtuigen, die
nu hier, dan daar hun werk verrichten, de
tijdingen uit Mechelen, de beschieting on
zer zuidelijkste forten ,lict herhaalde bom
bardeeren van Mechelen gisteren van
het fort en de stad Lier vandaag, brengen
in de bewoners een soort van gejaagd
heid, van opwinding, van verontwaardi
ging.
Men voege daarbij het toestroomen van
vluchtelingen uit genoemde steden, uit
Duffel, Heffen en Waelhem, het medelijden
en de gevoelens van wraaklust, die in
iedere borst oprijzen, en men kan zich een
denkbeeld vormen van den gemoedstoe
stand der bevolking, gemoedstoestand, die
wel eenigszins overeenkomt met die, op
den avond der oorlogsverklaring.
Het is vooral in de nabijheid der Oost
statie, dat de straten het bedroevendste
tooneel opleveren.
Rijen mannen, vrouwen en kinderen,
dezen met een pak geladen, gene met een
zuigeling op den arm, trekken de De Key-
serlei over, schuilen eenigen tijd onder het
glazen afdak van een koffiehuis, om dan in
groepen naar het eene of *andere voorloo-
pige toevluchtsoord te wórden geleid.
Een oogenblik later trekt een andere
stoet, alweer met pak en zak de richting
van de Dokken de Handelslei op, om naai
de Harwichbot te gaan.
Ten derden male wordt het volk door de
politie en burgerwacht op zij gedrongen:
't is voor de trams, met mat geschilderde
ruiten, die aan de statie gekwetste solda
ten hebben opgeladen, om ze naar de ver
schillende ambulancen te voeren.
De toestand te Brussel.
Wij hebben medegedeeld, dat de burge
meester van Laeken gevangen genomen
werd, omdat hij aan de Duitschers niet de
ladders van de brandweer wilde afstaan.
In verband daarmede wordt uit Brussel
aan de N. R. Ct. het volgende gemeld:
„De burgemeester van Laeken is gevan
gen genomen. Ik hoor, dat men hem een
30 meter langen ladder gevraagd had,
waarover hij eerst met den gemeenteraad
wilde spreken. Dat duurde de Duitschers
blijkbaar te lang, ze namen de ladders van
de brandweer en zetten den burgemeester
gevangen.
Maar 't gekke van 't geval is, dat ik
later op den dag overal in Brussel de
brandweerladders door Duitsche soldaten
zak weghalen, en niemand goed begrijpen
kun waartoe dit dienen moet. De een zegt,
dat ze de telegraafdraden willen doorknip
pen bij een eventueelen terugtocht, een an
der, dat ze de brandweer machteloos wil
len maken bij een eventueelen brand."
Naar aanleiding daarvan schrijft men
van bevoegde zijde aan het blad:
Even wil ik u het raadsel van die ladders
oplossen. De brandladders worden ge
bruikt voor observatie bij artillerie, die
vuurt. Van die ladders geschiedt de opne
ming, waarnaar de schoten worden gecor-
Het wegvoeren wijst er dus op, dat vele
batterijen op Antwerpen zullen gaan vu
ren en dat deze belegering met kracht
aangevat wordt.
Het is merkwaardig, dat men dit te Brus
sel niet voelt.
Verschillende Oorlogs
berichten.
Brief kaart-drama. Hoe tragisch de oorlog
wezen kan, bewijst, zoo schrijft de „Weser Ztg.",
de volgende briefkaart, welke dezer dagen
door een jonge verloofde te Alfeld ontvangen
werd.
De veldpost-ansicht, met een beeld uit Passy-
Grigny, was gedateerd van 14 September, en
luidde als volgt:
„Lieve Anna! Vandaag wordt ge weer een
jaar ouder, en talrijke gelukwenschen zullen
u wel ten deel vallen. Het is vandaag ook
de tweede verjaardag van onze verloving."
Daaronder werd door een andere hand, hei
volgende geschreven: „Geachte juffrouwIk
ben een kameraad van Elze. Het cerate ge
deelte heeft hij nog geschreven. Nu moet ik
u echter medeueelen, dat Elze voor een half
uur den heldendood voor het vaderland ge
storven is. Wees sterk, en verdraag ook gij
deze tijding met heldenmoed, Ullrich."
Eucharistisch gebed. Z. Em. Kardinaal
Scvin heeft aan de bekende katholieke Gravin
van Saint Laurent, voorzitster van don
Franschen Vrouwenbond, het volgend schrijven
gericht
Gij doet mij do eer, aan mij tc vragen welke
dagorder gij moet uitvaardigen aan de leden
van den „Bond der Fransche vrouwen". Die
dagorder volgt hier in een paar woorden:
eiken morgen ter II. Tafel naderen!
De leden van uw Bond zijn Franschen, zij
moeten dus de H. Communie opdragen voor
haar vaderland, want in de II. Eucharistie is
God aanwezig, wiens erfdeel de naties zijn en
die de Souvcreine Hechter is over de zegepraal.
De leden van uw Bond zijn moeders, eclitgc-
nooton, zusters van soldaten. Zij moeten dus
ter 11. Tafel gaan om hen, die in gevaar ver-
keeren en die zij van harte liefhebben. Wie
zal onze strijders behoeden? God Alleen. Als
zij vallen, wie zal hun dan de vreugde schenken,
om heilig te sterven? God alleen. Wie zal na
hun dooa de overlevenden troosten? God alleen
Ga dan tot de Tafel der H. Encjiaristic. Ga
eiken dag. De II. Eucharistc moet het leven
zijn van hen, die gij lief hebt. Welk een troost
zal u dit verschaffenGode zegene uw aposto
laat, mevrouw de Gravin. Laat de bondsleden
strijden door het verplegen der gewonden en
vooral door bidden en doen bidden, te coni-
municceren en te doen
Gevaarlijke slobkousen en verrekijkers.
Do plaatsvervangende commandoorende gene
raal van het gardekorps, Von laissenveld, te
Berlijn, heeft blijkbaar in verband niet het
groot aantal gewonde en gesneuvelde Duit-
sche officieren laten bekendmaken, dat
krijgsgevangen Fransche oflieieren de ver
klaring hebben afgelegd, dat de Duitsche
officieren gemakkelijk tc herkennen zijn aan
hun wit lederen slobkousen. I)e Engelschen
hebben een ander herkeuningsteeken ontdekt,
n.l. de verrekijker, welke de Duitsche officieren
voortdurend gebruiken. Het gebruik dezer
laatste kan moeilijk worden afgeraden, doch
die wit leeren slobkousende generaal raadt
den officieren aan, deze door middel van slijk
of asch grijs te maken.
Japanners en Duitsrhcrs.
Do Japanners, die do herbaalde krachtige
aanvallen der Duitschers afsloegen, schijnen
hun eerste plan voor een langzame belegering
van Kiautsjau te hebben opgegeven, ongetwij
feld als gevolg van de verzwakte positie van
Duitschland in Europa.
Een botsing tusschen China en Japan is
onwaarschijnlijk; tie Chineesche regeering
neemt tegenover allo quaestios betredende
den oorlog een zeer gematigde houding aan.
Op een uiyn gcstootcn.
Een Engelsch kolenschip niet 3000 ton
kolen aan boord, dat van Shields naar Ant
werpen voer, is in den afgeloopen nacht op
een mijn gcstootcn en gezonken De bemanning
wist do booten nog te bereiken en werd op
genomen door een visschersschuit, die baar
hedeuochtend naar Lowestoft bracht.
FEUILLETON.
81)
Admiraal, zegde commandant Heuzey,
'naar vuren tredend, wil mij dan de eer
gunnen, inij met mijn kruiser aan het
huofd van het eskader te mogen stellen.
De ..Colorado" kan 24 knoopen loopen en
u hebt haar aan 't werk gezien. Misschien
zal ik zoodoende den troost smaken mijn
broeder de oogen te sluiten en het eerst aan
zijn arm kind de vertroostingen te geven,
waaraan het behoefte heeft.
1 Toegestaan, waarde commandant^
zegde de admiraal goedig. Maak u zoo
spoedig mogelijk gereed. De „Montana"
,zal met u mede vertrekken; twee transport
schepen met steenkolen geladen, die de
(gouverneur in gereedheid heeft doen bren-
jgen, zullen klaar zijn om u te volgen met.
(het schip met drinkwater en admiraal De-
«.wey zal drie van zijn snelste torpedover-
<nlelers aanwijzen om den weg te verken
den. Ik draag u het bevel over deze divisie
fp. 4
i Dank u, admiraal, zegde de comman
dant, geroerd. Mijn schip ligt nog onder
;Stoom, al mijn manschappen zijn aan
(boord, mijn krijgsvoorraad en levensmid
delen zijn eergisteren aangevuld te Mag-
jdalena-Bay. Binnen het uur zal ik ver
trokken zijn.
U zult op drie uur afstand door een
ihveede divisie kruisers van gelijke sterkte
;gfivolgd worden. Twee divisies pantser-
jSchepen zullen te middernacht vertrekken;
zal ze dadelijk aan mijn overste van den
|F?nei^len staf aanwijzen, en ..aanstonds
zal men met het innemen van steenkolen
Daarna zegde hij op meer gedempten
toon tot den vloot-commandant:
Ik had to nu toe niet geloofd aan de
vliegkunst... Ik had slechts haar toepassing
beginnen. De kruisers zullen regelrecht
naar Midwey gaanf de pantserschepen
naar Ilonoloeloe.
En toen Maurice Rimbaut, na admiraal
Hopkins gegroet te hebben, zich naar de
deur begaf, gevolgd dor den commandant
van de „Colorado", zegde deze:
Nogmaals mijn dank, mijnheer, en
mijn dankvooral, ik herhaal het, daarvoor,
dat u ons bevrijd hebt uit den toestand, die
vooral op zee het onaangenaamst is, dien
van besluiteloosheid. Tot weerziens, want
we zullen elkaar daar ginds weldra weer
ontmoeten.
gezien over korte afstanden. Maar nu is
mij en de heele wereld overtuigend geble
ken, wat zij vermag.
Minder dan een uur later, nadat hij af
scheid genomen had van sir "William, die
hem zoo ijverig behulpzaam was geweest
en door wiens tusschenkomst hij eenige
noodzakelijke inkoopen had kunnen doen,
besteeg Maurice Rimbaut de ladder naar
het dek van de „Colorado".
Het was een prachtig schip, rank van
vormen, geheel ingericht voor een snelle
vaart, met zijn machienen van 40.000 paar
denkracht. De bemanning, die sedert lan
gen tijd geen deel had genomen aan de
krijgsoperaties vanwege de lange en moei
lijke vaart naar San Francisco, toonde zich
zeer verheugd ,dat ze was aangewezen om
zich aan het hoofd van het eskader te stel
len en maakte met de nauwgezetheid, die
zij zich door de praktijk had eigen ge
maakt, in ale "haast toebereidselen voor
het vertrek/
iit
Om 8 uur 's avonds verliet de kruiser de
haven en op eenige kabelengten afstands
voorafgegaan door den verkenner-torpedo
vernieler „Bullet", voer hij het kanaal bin
nen.
Reeds was het in de heele stad bekend,
dat een deel van het eskader naar de
Hawai-eilanden ging vertrekken.
De spoed, waarmede dit besluit genomen
was, had bij de geheele bevolking een on
beschrijfelijke geestdrift gewekt.
Men wist ook, dat de Fransche vlieger
zich aan boord van de „Colorado" bevond
en als een bijzondere gunst had verzocht
naar Midway te mogen terugkeeren en
opnieuw was men vol bewondering voor
het land, dat zulke mannen voortbracht.
De oevers van het kanaal waren dan
ook bij het vallen van den avond geheel
bezet met toeschouwers, evenals bij de aan
komst van het eskader, en te midden van
donderende hoera's vertrokken de schepen,
die de voorhoede vormden van de vloot van
den StHlfen Oceaan, naar de aardige „kleine
Japs".
Geheel anders ingericht en aangevoerd
dan de oude Russische schepen van Rod-
jestvenski, gingen zij trachten aan Japan
te bewijzen, dat de oorlog; door middel van
verraad en onridderlijke krijgstaktiek ge
voerd, aardige uitslagen kan opleveren in
het begin maar dat er een blijvende recht
vaardigheid bestaat zoowel voor de volken
als voor de individuen, als ze tegenstan
ders aanvallen, die hun liefde voor het va
derland en het gevoel van nationale eer
steeds hebben bewaard.
XV.
OP DEN KRUISER.
Nadat hij zelj; eerst de leiding gehad had,
toen zijn schip de Goudhaven uitvoer en
koers naar Midway zette, keerde comman
dant Henzey naar de eetzaal bij den inge
nieur terug, dien hij verzocht had geduren
de den overtocht aan tafel plaats te willen
nemen naast den onder-commandant van
de Colorado en een marine-luitenant,
die het ambt van vlag-kapitein vervulde.
Op zijn verzoek deed Maurice Rimbaqt
nu nog eens het verhaal van de gebeurte
nissen, in den loop waarvan de comman
dant van het fort Midway de vreeselijke
verwonding had ontvangen, waaraan hij
ging sterven. Hij kon zich niet ontveinzen,
dat hij niet de minste hoop moest koeste
ren, hem levend terug te zien en sprak over
het jonge meisje, als over den troostenden
engel, die thans over zijn laatste levens
stonden waakte.
Arme Kate! piompclde de kapitein,
wiens smart bij het denken aan die droe
vige oogenblikken, pijnlijk was om aan te
zien. Arme kleine; nu is ze wees en heeft
geen andere steun in het leven dan een
ouden jongen als ik, die altijd op zee of in
de koloniën geweest is! Wat een treurig
leven gaat er voor haar beginnen..,, Mijn
broeder had mij gesproken van zijn plan
haar uit tc huwen aan een luitenant van
zijn garnizoen. Wat zal daar nu van ko
men? En bovendis», zullen wij op tijd ko
men? Ik word schier razend, als ik er aan
denk, wat er daar ginds kan gebeuren,
als de gelen ons voor zijn. Zij zullen on
getwijfeld het onmogelijke doen om het
fort in hun macht te krijgen, vóórdat wij
aankomen. Zij begrijpen het gewicht ervan
evengoed als wij.
Hoeveél tijd heeft de Colorado
noodig om er te komen- vroeg Maurice
Rimbaut, die zijn eigen ongerusthoid on
der èen kalm^ezicht^trachtte te verbergen.
Precies zes dagen, als wij gemiddeld
22 knoopen loopen. Ik zou er 24 kunnen
maken, en ik zal ze ook maken, als het
noodig is, gedurende de laatste 24 uren,
maar altijd zitten we met die moeilijke
kwwestie van de steenkolen: als ik rnij
ik even goed kan noemen ongewapend, in
daar ginds bevond zonder steenkolen, wac
het gezicht van Midway, dat in de handen
der Japaners was gevallen.... het zou ver
schrikkelijk zijn!
Welke afstand ligt er dan tusschen
hier en Midway?...
In rechte lijn gemeten 3200 mijlen;
maar wij zijn genoodzaakt onzen weg met
ongeveer 250 mijlen te verlengen, ingevol
ge het bevel van den admiraal, die uit
drukkelijk verlangt, dat wij hem uit een
groote moeilijkheid redden door dat drij
vende elcctrische station te passeeren, dat
ge hebt aangeduid. Daarom moeten wij op
Hawaï aanhouden, daar een rechtlijnige
vaart ons er 800 mijlen van zou verwijde
ren. Maar het is van te groot belang, dat
wij de verbindingen tusschen dc vloot en
het vasteland herstellen, dan dat wij mo
gen aarzelen. Wil alleen zoo goed zijn,
waarde ingenieur, om naar uw schatting
bij benadering de ligplaats van dit ellen
dige schip aan te duiden.
Maurice Rimbaut duidde het dadelijk
zonder aarzelen aan.
Volgens het uur, waarop hij er over
heen vloog, lag het 850 mijlen van Hawat
en 1250 mijlen van San Francisco. Een
rood kruis gaf de plaats ervan op dc zee
kaart, die men aan boord had, aan.
(Wordt vervolgd.)