Zaterdag 12 BUITENLAND. De Oorlog. 5e Jaargang. No. -:96 e fozicbelie (Bou/^cmt Bureau OUDE 8IN(iKL 04, (LEIDEN. Interc. Telefoon 935. Postbus 6. )IT BLAD VERSCHIJNT ELKEN DAO, UlT(jEZONDERD ZON- EN FEESTDAOEN DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt met GRATIS POLIS Ongevallen-verzekering li het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor Leiden 9 cent per week 1.10 per kwartaalbij onze agenten 10 cent per week, 1 30 per kw.irtaal. Franco ier post 1.50 per kwartaal. Afzonderlijke nummers 2V9 cent, met Geïllustreerd Znndaeshlad 5 cent. September I 1914 De ADVER l'ËN HERRIJS bedraagt van 1—5 regrls U.75, elke regel neer Ik cent Ingezonden mededeellngen van 1—5 regela 1.50, elke regel meer 30 ceni mei gralln bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Oroote letters naar plaatsruimte. Kleine Advertentiëngevraagde betrekkingen, huur en verhuur, koop en verkoop (geen handels-advertentiën) 15 regels 25 cent, iedere regel ineer 5 centaangebudci betrekkingen 1 —5 regels 50 cent, iedere regel .er 10 cent Bij ~it nummer is het e'{ lustreerd Zondagsblad levoi gd. Beter dun t»teun. Van steun aan werkloozen en hun ge- innen lezen wie genoeg: duizenden gul lens komen er gestadig voor in en alom rerken comité's om deze gelden doel- atig uit te deelen. Uitstekend natuurlijk, vooral wanneer goed voor wondt gezorgd, dat het re!d in werkelijken nood voorziet en iet ten bate komt van beroeps-werke- jozen, die o zoo geslepen zijn in de eheimen van hun eigenaardig teren op ndermans vrijgevigheid en goedhartig- eid. Er zal heel wat onderzoek noodig tijn om dergelijke lui ter zijde te kurn- stelkn. Welbeschouwd is intusschen dat 'geld «amelen ien uitdeel-en slechts het mak- lijkste wat rerricht kan worden. Meer oofdbreken kost en hooger staat: werk- erschaffing. Hoe? Waar? Wat? Het tijdschrift der „Ned. Heidemaat- chappij" wijst er op, dat ten platte- inde verschillende middelen tot werk- erschaffing ten 'dienste staan, zooals: mderhoud, verbetering en aanleg van, tegen en waterleidingen; aanleg van oet- en rijwielpaden; ontginning van reeste grondenidraineeren, grondver- letering, inpoldering enz. Deze wierken waartoe ook de ste len er wel eenigie ter hand konden ne- aen hebben het voordeel, dat ze al logen zij niet steeds direct noodzakelijk ijn, productief werk opleveren, dat Evens door verschillende groepen van rbeiders uitgeoefend kan worden. Zelfs geschiedt de uitvoering dezer werken lij wijze van werkverschaffing niet altijd ip de meest voordeelige manier, dan nog ileiten de tegenwoordige omstamdighe- len ten sterkste voor het ter hand némen iaarvan. En tevens werd d&n een goede relegenheid geschapen, om wat werk- oozen uit ide steden 'elders gelegenheid tot eerlijken .arbeid te bieden, waardoor vellicht hun toekomst 'er rooskleuriger ou komen uit te zien. In de steden zijn landen genoeg, buiten komen er negate ;ort, terwijl tijden als deze de zoo ge- wenschte verplaatsing als van zelf in de land werken. En wie weet hoe menig ex-buitenman, die indertijd door stads- oonen verlokt werd, weer graag naar iet platteland terug zou gaan, nu hij ervaren heeft, dat het rond fabrieken en werkplaatsen ook niet alles goud is wat er van verre blinkt. In ieder geval: werkverschaffing is Deter dan steun hoewel natuurlijk ook oe arbeid der steuncomité's voortreffe- is en boven onzen lof verheven roodat een nuttig arbeidsveld open ligt roor comité's. welke in die ridhting wil- en zoeken. De taak is moeilijker, maar ichooner, terwijl ;t zoeken beslist zal1 eiden tot vinden. De kleine middenstand. Met eein brutaliteit, die verbluffend is, maar allereerst beschamand voor denge- lie, vvien zij eigen is, .durft men soms snialefmd afgeven op de zorg van de Kerk, op de toewijding van de geestelijkheid voor de stoffelijke belalngen van de niet- gefortuneerde klassen. Mdn moet, zoo a ls we al eens meer hebbein gezegd, als een dergelijke be schuldiging wordt geuit, den aanklager eerst naar bewijzen vragen, voordat men er iets op ajntwoordt. Sn.... hij zal óf met z'n mond vol tan- M staan óf „bewijzen" geven, die geen bewijzen zijn. Zoo zal het tenminste ze ker detagene gaan, die bovengenoemd1 verwijt durft lamceeren. Het is las ter, dat de Kerk eh ^e geestelijkheid zich niet om de stoffelijke belangen van de lagere klassen zouden 'bekommeren. Een ieder, die niet bevooroordeeld is, moet het lasterlijke van die bewerin- Ün inzien. Toch kafn het nuttig zijn zoo nu en op feiten te wijzen, waaruit de zorg der Kerk dn der geestelijkheid voor den stoffel ijken nood der onbemiddelde klassdh duidelijk spreekt. En daarom ves- wij de aandacht onzer lezers op een gwekkend herderlijk schrijven van de|n bisschop van Limburg (in, Nassau). dat schrijven wordt er voornamelijk °P aalngedrongen, dat men in de bestaan de treurige omstandigheden zooveel mo- Idijk bij het doejn van inkoopen en bij <aan de kleine winkeliers en industrieelen. aajp de kleine winkeliers en industrieelen. Aa|n geestelijken en aap de hoofden van kerkelijke instellingen wordt opgedragen om bi; ïnkoopen en voorkomende werk zaam hedqn bij voorbaat den kleinen mid- delustand te begunstigen. Ook worden de geestelijk dn uitgenoodigd om bij voor komeinde gelegenheden hun invloed' ten gulste van de bedoelde klasse van per sonen te doen gelden en vooral de leden. va<n den middenstand zelf er toe te bren- egfn bij hun standgenooten te koopen en te latejn werken. Va»n welk een vaderlijke zorg, van welk eejn mee-leven en mee-voelen met dein kleinen middenstand getuigt dit bisschop pelijk woord! i)e loesund in Frankrijk. Etèt is zeker de slag, die nu gestre den wordt in Frankrijk, of, misschien beter gezegd, zeer spoedig zal gestreden worden, zal zijn een der felste, der bloe digste en verschrikkelijkste, maar tevens ook een der belangrijkste, die ooit in de wereldgeschiedenis zijn voorgekomen. Toch is, helaas, met dezen slag niet het einde van den oorlog te verwach ten, tenzij wat men bijna niet kan veroinderstellen Duitsdhlanid's weer kracht, tengevolge van dien slag, geheel en al lam zou worden gelegd. Wiant men denke niet, dat met de nederlaag van Frankrijk of Rusland b.v. de oorlog ten einde zou zijn, neen, de strijd gaat in hoofdzaak en allereerst tusschen Enge land en Duits chland. Eerst als een van deze beide rijken verslagen zal zijn, zal het einde van den strijd zijn gekomen. En een nederlaag van het landleger van Engeland kan in deze geen oplossing brengen, daar dan nog altijd overblijft de, zonder «enigen twijfel, buitengewoon, sterke weermacht van dat rijk ter zee. Ter illustratie van wat wij hier neer schrijven, kan idienien wat de „Times" dezer dagen als haar meening uitsprak. De oorlog, aldus het blad, kan misschien wef jaren duren. „In elk geval zal de Triple Entente geen vrede sluiten dan op voorwaarden, die zij zelf wil." „Binnen een jaar tijds zal zooals Kitchener het nu aanpakt Engeland een millioen man op de been hebben en binnen twee jaar twee millioen. Maar dan moet er ook dag ten nacht gewaakt worden desnoods eenige jaren lang. Dan eerst zal naast het schild, de vloot, het leger Engeland's zwaard kunnen zijn. De Britsche handel staat, na den eersten schok, goed. Binnenkort zullen de wei nige nog "overblijvende handelsvernie lers doodgejaagd zijn, en de zee zal zoo vrij zijn, als in vredestijd. De arsena len leveren pantserschepen, kanonnen ejn munitie, met veel meer dan de gewone spoed." „Het optreden van de Duitsche mili taire kaste, zegt de „Times", heeft niet, zooals men verwachtte, Duitschland's vij anden geslagen met schrik, doch een hevige wraakzucht doen ontbranden en alle naties der nieuwe Heilige Alliantie verbonden in (het onoverwinnelijk be sluit, eens en voor altijd, en wat het ook moge kosten, af te rekenen met deze Europeesche iplaag het Duitsche mi litarisme." „Vijftien jaar oorlog en lijden kostte het den Europeeschen naties, om geza menlijk met succes tegen Napoleon op te treden. Minder 'dan 15 uren deden de geallieerden er over om zich gezamen lijk tegen Duitschland te keeren, en al moge de strijd lang en verbitterd zijn, wij Engelschen zetten dien voort, al was het gedurende een gansch geslacht. Het is» hier een kwestie van leven of dood." Wij zijn door bovenstaande beschou wing afgeweken van wat wij willen me- deldeelen over den strijd in Frankrijk, die nog steeds voortduurt. Gisteren plaatsten wij nog een vraag- teeken achter de vermelding van het succes der Fransch-Engelsche troepen, maar thans is ons het téruggeworpen- worden der Diuitschers op de linie tus schen Parijs en Lotharingen veel waar schijnlijker geworden. De terugtocht is nog wel nieft over de geheele linie begonnen, want op den linkervleugel houdt het leger van den Pruisis.óhen Kroonprins nog stand bij Verdun en beproeft de kracht van zijn befaamde 42 c.M. kanonnen, waartegen het Fransche geschut niet veel vermag. Ook het Duitsche centrum, daft met zijn linkervleugel! tegen de bergrug van het Argonnerwoud steunde, isi achteruiit geworpen. Sedert twee <fagen zijn alle Duitsche troepen, die tussdien Nancy en Parijs stonden, Noordwaarts moeten trekken, en wel het verst op hun rechtervleugel1, die toen als het ware onder de muren van Parijs stond en nu 60 K.M. ten N. daarvan. Op dit punt zijn de Duitschers, eerst over de Marne en vervolgensi over de Aisne geworpen. Dat deze telegrammen van Engelsohe en Fransche zijde vertrouwen verdienen, daarvoor pleit het totale stilzwijgen van Duitsche zijde. Misschien brengen de be richten ons spoedig meer licht. In elk geval schijnt dit zeker, dat de toeleg der Duitschers om tusschen Parijs en de Lotharingsche vestingen het Fransch- Engelsche leger, het kopte wat belt wilde, oveihoop te loopen, is mislukt. De Russen in Fra krijk. Het bericht, dat Russische troepen .in Frankrijk geland zijn, van verschillende zijden ontvangen, doch tegengesproken in Duitsche berichten, wordt nu uit Lon den bevestigd. Een kwart-millioen Russen zouden via Archangel aan de Witte Zee zijn ge bracht naar Leit'h en andere Schotsdie havens en vandaar per trein dpor Schol- land en Engeland naar Dover, van waar zij zouden zijn ingescheept voor ver schillende havens in Zuid-Frankrijk. In dit verband herinnert de ^.Star" er aan, dat ook Engelscf^ en Russische troepen te zamen gelanc&lfijn, in Noord- Holland, in 1799, om tegen de Fransche troepen van Napoleon te strijden. In België. Een der oorlogscorrespondenten van de „N. R. Ct." meldde Donderdag, uit Terneuzen Zoo even komt mij van iemiandj die in Belgische militaire kringen uitstekend bekend is, een nieuwtje ter oore. De man had een telegram uit Antwerpen ontvangen, volgens hetwelk de Belgi sche generale staf uit die stad naar el ders overgebracht is. Waarheen, was nog niet officieel bekend. Die verplaatsing zou, altijd volgens mijn zegsman, hier mede in verband staan, dat uit de stel ling van Antwerpen, waar op het oogen- blik 150,000 man troepen liggen, (en wel in zekeren zin werkeloos), een groot gedeelte zal uittrekken om1 tegen de Duitschers, die nog in België zijn, op te rukken. Volgens de geruchten, die er in om loop zijn, zouden er op het oogenblik maar honderdduizend man Duitsche troe pen in België zijn, en dan nog meeren- deels landstormmannen. Volgens andere geruchten zou er een sterke Russische troepenmacht te Ostende aan land gezet worden om de Belgen te helpen. Hun landing daar ïou, zoo heet het, slechts nog een quaesftie van vier en twintig uur zijn. Ten opzichte van deze berichten en geruchten maak ik natuurlijk! het noodige voorbehoud. Ik geef ze echter weer om' ook de stemming hier, die nog geenszins moedeloos is, te teekenen. Voor mij staat intusschen vaslf, dat er in Belgische militaire kringen iets! gaan- is, want reeds, zijn sterke troepenafdee- lingen Belgen opgerukt in de richting St. Nicolaas en Lokeren. Het zou ook kunnen zijn, dat de Duit schers; de taktiek volgen, om al de plaat sen rond Antwerpen te verontrusten, om den beer uit zijn hol te- lokken en dat de oprukkende beweging der Belgen hun' niet ongelegen komt. Maar dan zquden er uit België niet te veel troepen naar het Noorden van Frankrijk gezonden moeten worden. Hoewel de Duitschers. uit allerlei plaatsen in de buurt van Antwerpen de bevolking verdreven hebben, hebben zij nog geen kans gezien dezelfde taktiek ook langs den waterkant toe te pasjsen. Aan den kant van de Schelde zouden zij onvermijdelijk in'de vuurlinie van de geweldige Scheldeforten komen niet al leen, maar ook onder het geweervuur van de groote troepenmacht, die rond om die forten samengetrokken isL De openbare meening in België is ook voor een aanvallende beweging tegen de Duitschers. Velen vragen reeds lang, waarom de rest van de troepen, die al len in de stelling Antwerpen onderge bracht zijn ,daar werkloos blijven wach ten tot de vijand nadert, terwijl deze de naburige plaatsen teistert. Al de Belgische vluchtelingen, die hier in Terneuzen inkomen, waren in de wol ken toen vorengenoemde Belg zijn -te legram voorlas. .Men wasl een en al geestdrift en de blljdsychap straalde uflt ieders blik. Men omarmde elkander'fcn iedereen was uitgelaten. Dit sluiit aan bij de reeds vermelde berichten omtrent nieuwe gevechten, die reeds werden medegedeeld en die wor den bevestigd door de pnder^taande Reuter-telejgrammen. Uit Oostende 11 Sept„Een gevecht had gisteren plaats in de omstreken van Oudenaerde, Kortrijk, *en Renaix tusschen Duitschers en Belgen. De bijzonderheden ontbreken. De telegraaf is afgesneden. De Duitschers zochten het gevechlt te vermijden, en beproefden haastig de Fransche grens, te bereiken. Dendermonde is weder geno men door het Belgische leger." Uit Antwerpen, 12 Sept. (Officieel): De Duitschers hebben Waereghem, een gemeente nabij Kortrijk, den vorigen nacht beschoten. Heden zijn vele Duitsche krijgsgevan genen te Antwerpen aangekomen. Het Belgische leger neemt weer het offen sief. De provincies Antwerpen en Lim burg zijn geheel ontruimd door de Duit schers; hetzelfde geldt voor Oost-Vlaan>- deren. Gisteren hebben de Belgen een hevig gevecht geleverd in de omgeving van Dendermonde. De Duitschers moesten terugtrekken met zware verliezen. De Belgen bezetten opnieuw Dendermonde en Aalst. Gisteren werden de Duitschers nabij Leuven met zeer zware verliezen terug geslagen. De Belgen rukken steeds voor waarts en brengen den Duitschers zware verliezen toe tengevolge van de veld artillerie van zwaar kaliber, die zeer doeltreffend werkt. Volgens de „Nieuwe Gazet" is bijna geheel het Vlaamsche gedeelte van het land van Duitschers gezuiverd. De Belgi sche troepen hebben Donderdag Aerschot heroverd Te Aerschot hebben zij een vijf honderd man gevangen genomen en groote hoeveelheden oorlogsvoorraad buitgemaakt. Den daaropvolgenden nacht werden nog een honderdtal gevangenen naar Antwerpen gebracht en op buit gemaakte Duitsche booten ingescheept. Allen behooren tot den landstorm van Maagdenburg. Mechelen. Aan een corr. in de „Msbd." onti leenen we: Gelijk wij reeds seinden, is Mechelen nog steeds in handen der Belgen. Reeds viermaal is de stad met enkele kanonnen beschoten, maar de schade, daar aange richt, is niet zoo groot als in Leuven. Een paar straten zijn vernield, doch de kathedraal is ernstig beschadigd. Het paleis van kardinaal Mercier is grooten- deels verwoest. De ontvangzaal van Zijne Em., welke als Roode Kruisdiospitaal is ingericht, zagen wij geheel verwoest. Een granaat heeft het artistieke plafond to taal uiteengeslagen. Kalk, balken en steenen lagen op de verbrande Roode Kruis-bedden, waar de Belgische gewon den verpleegd waren. Alleen de troon hemel van Z. Em. is onbeschadigd ge bleven. In het paleis is niemand getroffen. De wijbisschop en alle andere priesters zijn naar Antwerpen vertrokken. Naast den St. Rombout, waarvan de toren aan eene zijde leelijk beschadigd is en alle prachtige geschilderde ramen tot scherven geslagen zijn, heeft ook de Roomsche normaalschool ernstig gele den. Een professor, die nog een kostbaar voorwerp wilde redden, is gedood. Tijdens de beschieting van Mechelen zijn in het geheel, voor zoover wij weten, een 80-tal personen gedood. Voor zoover wij weten, want terwijl wij door de stra ten van 'Mechelen reden, waar verschei dene muren van huizen dreigden in te storten, de^d een sterke lijkenlucht ons bijna onpasselijk worden. Enkele per sonen van het Roode Kruis waren nog steeds bezig om de kelders van de be trokken huizen te onderzoeken. Te Mechelen is men thans rustig. Tal van families zijn vertrokken, maar dat de stad verlaten zou zijn, is geheel bezijden de waarheid. Het Belgisch garnizoen, dat nog in Mechelen is, houdt zich kranig. De Russen op het oo lelijk oorlogsierreln. In Oost-Pruisen is het gevecht tus schen de Russen en de hen vervolgende Duitsche legermacht onder generaal von Hindenburg hervat. De Russen zijn, na de nederlaag bij Tannenberg, terugge trokken en door den Duitschen generaal achtervolgd. Volgens het Duitsdie offi- cieele rapport heeft de Duitsche generaal zich een toegang geopend tot den rug des vijands, die in noordoostelijke rich ting vervolgd wordt naar de Niemen (Memel). Waarschijnlijk trekken dus de Russen, die aan de gevangenneming in den slag bij Tannenberg ontkomen zijn, terug in een richting, die tusschen de grens en de Russische stad Kowno naar de Niemen loopt. Over de operaties in Oalicië en Rus- sich Polen, in het gebied tusschen Lju- blin en Lemberg, loopen de berichten zoo uiteen, dat het moeilijk is, zich een denkbeeld te vormen van wat er ge beurde. De Russen melden, dat na de geleverde gevechten bij Tomaschow de Oostenrijkers in wanorde terugtrokken, door de Russen'achtervolgd; de Oosten- rijksche officieele berichten melden, dat in diezelfde gevechten hij Tomaschow en Tlszovveze de legers van generaal Auffenberg en aartshertog Jozef Ferdi nand de overwinning behaalden en de Russen terugsloegen. De Russen mélden, dat de Oosten- rijksch-Duitsche strijdmacht ten zuiden van "Ljublin uit haar stelling is ver dreven en terugtrekt; de Oostenrijksche legatie rrreidt, dat-generaal Dankl in dat gebied nieuwe successen te boeken heeft. Men ziet hetveel tegenstrijdige berichten. Semlin. Semlin, dat volgens een bericht van het St. Petersburgsche telegraaf agent schap de Serviërs hebben ingenomen, is, van Boedapest uit, de laatste Hongaar- sche stad op den rechteroever van den Donau, en wel ter plaatse, waar de Sawe of Sau, de grensrivier tusschen Hongarije en Servië, in den Donau valt. Semlin is een stadje van 17.10(0 Duitsche en Servische inwoners, zegt Baedeker. Vlak tegenover Semlin, ook op den rechter Donau-oever, maar aan den overkant van de Sawe, ligt Belgrado. Om de Serviërs te tuchtigen, was Oostenrijk-Hongarije op het oorlogspad getogen. De inneming van Semlin door de Serviërs moet in Oostenrijk-lHiongarije dus wel een diepen indruk maken. Zuid-Afrika en de oorlog. Uit Kaapstad wordt dd. 11 September geseind: Generaal Smuts wordt bij zijn komst in de vergaderzaal van het Parlement zeer toegejuicht. Vervolgens wordt een motie-Botha goedgekeurd, waarbij werd voorgesteld, om aan koning Oeorge een betuiging van aanhankelijkheid te zen den, waarbij er door het Parlement op gewezen wordt, dat de slachtoffers der Duitsche wreedheden de eigen fiere zonen zijn van dezelfde voorouders. Het Belgische, Fransche en Engelsche volk is gewikkeld in een reusachtige worste ling voor de vrijheden, die aan de Zuid- Afrikaanders zoo dierbaar zijn. Deze ge voelen levendige sympathie voor het kleine België, dat zooveel zaken gemeen heeft met Zuid-Afrika. Vele zonen van Zuid-Afrika hebben Belgisch of Fransch bloed in de aderen en daar Engeland, het moederland, verplicht is geworden deel te nemen aan dezen oorlog, kunnen ook de inwoners van Zuid-Afrika niet lijdelijk blijven. Gevechten In Afrika. De Engelsche Min. van KoL heeft een van Woensdag gedateerd telegrafisch bericht ontvangen van den gouverneur van Nyassalanid, waarin wordt ge meld, dat den 8sten dezer de hoofd macht der Engelschen was opgerukt met het doel den vijand over de grens te drijJ ven. Een vijandelijke macht van onge-i veer 400 man ontweek de Engelschen en deed in den ochtend van Woensdag een aanval op K a r o n g a, dat door een veertigtal mannen, o. w. negen Europe anen, verdedigd werd. Nadat deze drie uur de verdediging hadden volgehouden, kwam een afdeeling van de Britsche hoofdmacht opdagen en verjoeg den vij-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1914 | | pagina 1