Uit de Pers.
MAGNA.
zoo au serieuz genomen te worden als
bovengenoemde sprekers deden. 'tBilijkt,
hoe langer zoo meer, [dat de heer Van
(Wijnbergen de juiste tactiek toepiaste,
toen hij op een avond te Leiden weigerde
verder met dezen professor te de-
batteeren.
En de Maasbode merkt oL.m;. op:
iHet schijnt, dat aan anti-revoliuitionairen
kant de malle aanval van den heer Eerd
mans bijzonder kwaad bloed heeft gezet.
iHjij heeft (den anti-revolutionairen .namelijk
verweten, dat zij lOods iWioord (wat zou
deze ultra-vrijzinnige professor houden
omtrent „Gods :Wioord"?), hadden ver
waarloosd, hun licht alleen hadden ge
zocht bij de menschelijke rede en thans
zoover kwamen om den Zondags arbeid te
^villen regelen, ldj.wj.z. het kwaad te re
gelen, Icf.i. te 'erkennen). Ofschoon we niet
vermogen te begrijpen, waarom aan de
zeer middelmatige praatjes van den heer
Eerdmans nog Zooveel waarde werd ge
hecht, nu het eenmaal' geschiedde .moet
ons een enkel woord over het theologisch
debat, door hem ontketend,, van het hart.
iBij het aanhalen van de (Heilige Schrift,
bij het noemen alleen reeds van. de na
men van Nieuw- of Oud-Testament, ge
droeg zich het verreweg grootste deel
der linkerzijde waarlijk .ergerlijk. Gezich
ten, die in ernstige plooi zouden staan,
wanneer de Koran werd aangehaald of
de Veda's, glunderjdien spottend, nu het
ging over "het ,Boek der |B|oeken. Het re
gende hoonende opimerkingen.. Daarbij
had de nestor der Kamer (I), idls;. Lief-
tinck, de leiding met warey onbeteeke-
nende grolden.
Heel Nederland moest zulk een droe
vig tooneeltje eens bijwonen,. (Het wist
dan eens voorali, wat het van de Christe
lijkheid van het grootste deel der lin
kerzijde te denken heeft.
Strijdvragen,
De Standaard geeft de volgende
driestar
„,'In ons opkomen hoorde men telkens
van strijdvragen, die thans bijna geheel
worden doodgezwegen.
Zoo raakt Idle pjit er uit.
En dat deed Idie Coalitie.
Denk nu slechts aan idrie altoos 'pletil-
'liante strijdvragen van voorheen: le. de
(Theologische Faculteit; ,2e. de Dood
straf, en 3e. Ide gedwongen vaccinatie.
Vóór deze eeuw intrad, leefden deze
vraagstukken onder ons,. Ieder voelde hoe
voor on Si in imeer dan één opzicht,, schier
ales aan de Theologische Facujlteitsi-
kwestie hing. Inzake de Doodstraf, erken
de men onzerzijds steeds*, 'dat het hier
een beginsel gold*, dat we niet in den
steek mochten laten. En wat de Vacci
natie aanging, lijverden .we steeds als één
man tegen dwang.
Zoo 4\varen er meer kwesties. Neem
blijv. de Staatsloterij, de Opium-kwestie
in Indië, de eedskwestie en zooveel moei;
En wat is nu 'i gevoilg der Coalitie?
Dit immers, dat onze bede inzake deze
problemen geheel opzij is geschoven. Als
drie saam moeten J open, zoo oordeelde
|m:en, (moeten (de :twee (snellere loopiers fzich
.schikken naar de imaat van wie 't minst
hard loopt.
'Zelfs ging 't nu zoover, dat onder het
vorig Kabinet de Staatsloterij onverholen
bepleit werd en de groote kwestie van
Groen werd opzij gezet
|Men achtte zich naar de .Bondgenooten
te (moeten schikken en wij kregen den
deksel op den neus..
iNu iloopt dit o;> 'zijn eind. Komt de
Evenredige Vertegen woordigingl, dan
krijgt Links voor jaren gedaan en is de
stembus vrij. Ook vrij kunnen dan weer
met onze problemen komen.
Eerst in de Kamer Zal 't dan op een
accoooird' moeten gaan,.
Doch dan juist kan 't accoord zoo heel
anders worden gesiloten. Niet zooals nu,
dat de zwakste partij allies wint, en de
beide andere alles toegeven moeten.maar
heeli anders, en wel zooy dat men gelijk
oversteekt en over en weer elkanders
pretentiën bevredigt."
De Week
in het Buitenland!.
In de afgeloopen week heeft weder 'de
(Fransche republiek haar zes-en-vijftigste
•Ministerie gekregen; het vierde tevens
(onder het Presidentschap van P'oincaré.
Deze beide getallen doen zien, Frank
rijk zeer veel ministeries aan kan. Ook
het Kabinet Ribot wordt een kort leven
voorspeld, daar intusschen de geimifieer-
de socialisten besloten tegen de regee
ring tie stemmen, waardoor de kansen
van de regeering duis uiterst twijfelachtig
geworden zijn,. Z|ij hebben gevolg gege
ven aan dit besluit, en daarmede een
•.'inde gemaakt aan het zes en vijftigste
ministerie. Zie hierover het Budteiilajidscb
Overzicht.
Twijfelachtig is ook de houding dier
'mogendheden tegenover Albanië,. Eind'e-
lllijk zijln zij1 overeen gekomen een vloot-
demonstratie te houden te Durazzo, dbch
geen troepen ter beschikking te stelen
van den Mbret, om diens opstandige on-
(derdanen tot rede te brengen; hij zal'
dit alleen moeten klaar spelen.
Direct een opstand is er in Ierland nog
wel iniet, doch het heeft er allen schijn
van, dat het op een burgeroorlog zal
uitloopen. Was Redmond, de leider der
lersche nationalisten, nog enkele .maanr
den geleden vrij sterk gekant- tegen de
beweging, om tegenover 'de vrijwilligers
in filister nationalistische vrijwilligers te
istellen, thans blijkt dat hij van gevoelen
Veranderd is, en vindt rdiat ideze beweging
van p'ractisch nut kan zijn voor de na
tionalistische zaak. De lersche partij heeft
dan ook haren vrienden medegedëeld, dat
de vrijwilligersbeweging gesteund moest
worden en dit heeft ten gevolge gehad,
dat zij zich heeft uitgebreid als een prai-
riebrand, zoodat binnenkort alle natio
nalisten van Ierland daaraan deel zullen
nemen.
Er staan dus in Ierland twee Vijandige
Vrijwilligerscorpsen tegenover elkander.
Beider positie vat de Daily Mail aldus
jsanHen. De Uilstersche vrijwilligers tel
den 100.000 man, waarvan 38.000 mor
derne Mausergeweren hebben, 'teirwijl de
andere voorzien zijn van budere wapens,.
De nationalistische vrijwilligers, naar
het heet 1;20,.00,0 man, zijn op het oogen-
bllik "hog grootendeels zonder moderne
wapens en alleen voorzien van revolvers
en oude geweren. Zij Zijn nog niet ge
organiseerd en met hun oefening is eerst
in den l'aatsten tijd begonnen,.
De Keizer van Duitschland is een be
zoek gaan brengen aan den Oostenrijk-
schen troonopvolger op diens landgoed
Konopischt, en dit geeft aanleiding tof
meer of minder sensationeele berichten.
Men wil weten, dat deze ontmoeting in
vetband staat met de Middellandsche zee-
lovereenko'rnjst vaz het Drievoudig Ver
bond, welke Frankrijk ingeval van oor
log moet beletten, de 80.000 man Afri-
kaansche troepen naar het vaderland te
rug te brengen. In verband daarmede
.loopt het gerucht, dat in November of
pecember een nieuw vliootontwerp den
Rijksdag Zou bereiken, waarin sprake zou
zijn van den bouw van een .nieuwen krui
ser jaarlijks en versnelling van het tem
po van aanbouw der oorlogsschepen.
In elk gevalj, nu de politieke toestand
van'Europa zoo ingewikkeld is als thansy
zal keizer Wilhelm de laatste niet zijn,
om zich deze gelegenheid te laten ont
gaan om met den bondgenoot ide poli
tieke aangelegenheden te behandelen.
Dan komen, het lligt voor de hand, het
Balkan-thema, en in het bijzonder Alba
nië, op den voorgrond. Want op dit
oogenblik is, zooals reeds zoovele jaren,
dén Balkan het brandpunt van Europa,
en ofschoon het in de laatste jaren daar
genoeg gebrand heeft, er bestaat daar
nog steeds een smeulend vuurtje, dial
weinig noodig heeft om weder in lichte
laaie uit te barsten,.
W eekpraatj e.
't Zijn sterke beenen, die de weelde
kunnen dragen, maar de weelde van het
zomersch weer zal tot hiertoe niemand
te dartel hebben gemaakt. Is er eigen
lijk wel een afgezaagder onderwerp dan
het weer? Wanneer men heelemaal
niets anders weet, dan begint men over
het.weer, en gewoonlijk wordt er dan
op het weer gescholden. Het is een
feit, dat de menschen zelden over het(
weer tevreden zijn, en wanneer het mis
schien een naar den zin is, zijn er da
delijk twee, wien het niet past. Het is'
ook merkwaardig, hoe snel de men
schen het weder weer leed worden, wan
neer het eenmaal zoo is geworden, als
ze dit zich gewenscht hadden.
Juist toen ik van de week op 'n
avond tegen m ezel ven zat te jeremiaden
dat het van het jaar nooit weer schijnt
te worden voor een heerlijke zomer
avondwandeling, viel mijn aandacht op
een hoofdstuk van een der mooiste boe
ken, die mij de laatste maanden in han
den zijn gekomen, nl. „Het boek van de
Vier bronnen", van Augustin iWjbibettl,
uit het Duitsch vertaald door Anton
van iWelisem, |Pr.. En dat hoofdstuk heet
„Het juiste weer." Ik kan me werke
lijk niet weerhouden iets van de be
schouwingen, die de schrijver in dat
hoofdstuk ten beste geeft, aan u voor
te zetten. Ik vind ze zoo ongewoon
mooi en passend juist. De schrijver zegt
dan, dat de onbestendige wisseling van
het weer, die met gunst en ongunst
speelt, een school voor ons is, een
school voor het lichaam en voor den
geest, maar ook voor het karakter. En
op dit laatste stramien voortbordurend,
maakt hij de vo;Igende opmerkingen, die
ik voor mij heel graag wensch te ont
houden. Het weer, zoo zegt hij, leert
ons deemoedig te zijn, wijl wij zoo
klein en zoo zwak zijn, en dankbaör
te wezen, wijl wij den zegen van God
[ontvangen moeten, en tevreden te zijn,
daar we nemen moe'tên, wat komt. Is het
weer goed en vriendelijk, zoo doorlich
te en doorwarm e het onze ziel m et
vreugde. Maakt het een streep door on
ze rekening en door onze schoonste plan1-
nen, dan leere het ons zelfbeheersching,
gemoedsrust en gelatenheid. Oefent het
een drukke invloed op onze zenuwen en
daardoor op onze gezondheid en stem
ming, dan roept het ons tot den gees
telijken strijd om onze energie te ster
ken en heerschappij en vrijheid te ge
winnen,.
Dat is nu eens een leerzaam praatje
over het weer, en, nu wij er de laatste
dagen zoo over hebben geklaagd, up-to-
aate ook.
't Zou ook up-to-date zijn den roem-
ruchtigen professor Eerdmans eens in
het zonnetje te zetten, nu hij deze week
in de Tweede Kamer weer zoo'n flater
heeft gemaakt, met zijn „theologische"
„wijsheid" over den Zondagsarbeid!
Maar al zet je dien professor een
jaar lang in de zon, de microben van
dommen haat brandt je toch niet uit zijn
hoofd.
„Al is de leugen nog zoo snel, de
waarheid achterhaalt ze wel". De juist
heid van dit oude rijmpje gevoelt de
heer Eerdmans aan den lijve. Och, mocht
zoo iemand toch eens. inzien ,dat alle be
strijding -van de Christelijjke waarheid is
versplinterd in den loofp (der eeuwen, 'en
alleen de waarheid in volle schittering
over de wereld is blijven schijnen. Dat
zulke menschen als de heer Eerdmans
toch niet langer ziende blind mochten
blijven! JAN.
STATEN-GENERAAL™
TWEEDE KA MEE'.
Vergadering \van Vrijdag 12 Jmi.
De behandeling van art. 11 wordt
Voorlbopig aangehouden, omdat dit ver
band' houdt met het amendement op art.
1|0, waarover straks nog moet worden
gestemd'.
Op artikel1 12 zijln ingediend eenige
amendementen-van 'Idsinga, .bedoelende
in het algemeen de macht der ambtena
ren inzake het geven van „nadere! voor
schriften", waaraan de stuwadoorsonder
nemingen mbeten voldoen, meer te be
perken. Die voorschriften will de voor
steller zooveel mogelijk' zien opgenomen
in een algemeenen bestuursmaatregel en
hij wenscht, dat het betrokken disiridts-
hoofd of een anaer door den Minister
aangewezen ambtenaar slecht^ in be
paalde gevallen zelfstandig voorschrif
ten zal kunnen uitvaardigen. Voorts
schrijVen de amendementen voor, dat de
betrokken patroons tegen een naderen
eisch van het districtshoofd of een an
deren ambtenaar binnen twee dagen be
roep kunnen instellen bij aeq voorzitter
der havencommissie, of, zoo zulk ecu
commissie er niet is, bij den burgemees
ter, tegen wiens beslissing dan weer
beroep kan worden ingesteld bijl den
Minister. (Het regeerings,artikel' kent
niet het beroep op de plaatselijke auto
riteiten).
De Minister neemt het amende
ment betreffende het opnemen der voor
schriften in een algemeenen bestuurs
maatregel over, maar tegen het tweede
heeft hij het bezwaar dat hij in een
kl'eine gemeente den burgemeester niet
de aangewezen persoon acht om be
roep, bijl in te stellen. Indien de heer
Van Idsinga dit amendement will Wijlzigen
in dien zin dat het beroep worde in
gesteld bij een daartoe door den Mi
nister aan te wijzen persoon, die in
gezetene is der gemeente, waartoe de
haven behoort, zal de Minister ook dit
amendement overnemen.
De heer v,. I d sin g a (G-Hi.) geeft aan
dien wenk gevolg, waarna het amende
ment wordt overgenomen.
Bjij het verdere debat worden door
den Minister eenige amendementen en
wijzigingen van ondergeschikten aard
overgenomen, waarna op art. 19 de heer
Spiekman (S.D.) een amendement ver
dedigt, bedoelende zoowel den arbeiders
als den weikgevers meer invloed te ver
zekeren op de samenstelling van deComu
missie van advies voor den havenarbeid).
Daartoe wil hij de leden en plaatsMer-
vangende leden der havencommissie!
niet door de Kroon, in overleg met
de belanghebbenden benoemd zien, maar
ze direct doen kiezen door den werk
gever en arbeiders zelf.
De heer Nierstrasz (V„L.) verdedigt
ieen umentiJelment om in de havencommissie
ook op, te nemen twee onpartijdige, bui
ten het stjuwadoors,bedrijf staande per
sonen.
De M i n i s t e r verklaarde sympathiek
gestemd' te zijn voor het amendement-
Spiekman.
Het verdere debat over dit artikell 19
werd daarna op verzoek' van den heer
Spiekman aangehouden, ten einde de
Viereischte wijlzigingen te kunnen aan
brengen.
De heer Spiekman ($.D„) vraagt
aanhouding van het artikel opdat hij de
redactie van, het amendement verander^.
Aan de orde is art. 19bist.
Dat artikel regelt ide schrapping van
een stuwadoorsonderneming van de lijst,
waarop zij imoet zijn ingeschreven, en
het hooger beroep en cassatie van de
beslissing.
Het artikel wordt aangenomen, nadat
de Minister §enige door den heer
Rutgers (A.R.) ingegeven wijzigingen
heeft overgenomen.
Men gaat dan na eenïge discussie over
tot 'de stemming over het aangehouden
am.endement-ISpiekman, dat wordt aange
nomen met 41 tegen 39 stemmen.. 'Het
amendement-Nierstrasz'is. door den voor
steller ingetrokken..
Volgt de stemming over 'het aange
houden amerideimient-y. d,. 'Voort vw Zijp
op art. 1 (b 'Het wordt verworpen met
50 tegen 30 stemmen.
Na rege'ing van werkzaamheden en de
behandeling van een rapport over eenige
verzoekschriften, worden de aangehouden
artt. 10 en 1(1 aangenomen,
iBiiJ arj. 21 'neemt de .Minister een amen
dement van den beer Nierstrasz over.
;De artt. 2127 worden aangenomen.
iBjij art. 28 verdedigt de heer N ie ri
stras z een amendement, om tot de
werkzaamheden, buiten de wet vallende,
ook te brengen die, welke vereiseht wor
den in dienst "Van een publiekrechtelijk
lichaam.
De heer 'Sm een ge (U.L.) bespreekt
Tweede Blad, behoorende
by De Leidsche Courant van
Zaterdag 13 Juni no. 1419.
KAMEROVERZICHT.
TWEEDE KAMER.
iDe Brxoiwerkerswet.
iHet gisteren over de Bootwericerswet
verhandelde is in korte woortden saam,
te vattei,. Met 41 tegen 39 stemmen (inks
tegen rechts imiet at.wijlking alleen van de
(heeren Nierstrasz en Van Voütenhovcro)
werd een door Tden minister welwillend
ontvangen amendemeiit-Spiekman. aange
nomen, dat beoogde, ide havencommissie
niet door den minister te doen benoe
men, doch door de belanghebbenden te
doen kiezen.
't Belangrijkst was de Donderdag uit
gestelde stemming over het amendement
Van der Voort van Zijp betreffende een
Verpachten loonbijslag voor Zondagsar
beid. Tegen dit door flen [minister
onaannemelijk verklaarde amendement
stemde de gansche linkerzijde, benevens
(7 Jeden van rechts, nj. de cbristelijk-
ihistorischen Van idsinga en De Geer,
de wild-christelijk-historische ,Bichon van
ijsselmonde en de Katholieken Van ;den
Berch van [Heemstede, Q. van Nispjen,
J, |W|. van Nispen en Artsa Siamen 50.
De groote (meerderheid der rechterzijde,
30 leden, stemde v&ór het amendement.
Op een nader aan te wijzen dag' zal
de eindstemming plaats hebben, die reeds
nu ten gunste van het w-etsontweip is
beslist.
Zonder discussie werden verder een
aantal kleine wetsontwerpen afgehandeld.
Een nre professor.
Naar aanleiding van wat de heer Eerd
mans Donderdag in de ,1 weedie Kamer
heeft gesproken, schrijft ide ,Tijd:
De heer Eerdmians schijjnt voorbestemd
te zijn, om telkens, als hij optreedt, eeo
zonderling figuur te slaan,. Dat was eerst
bij de gelegenheid, dat hij [betrapt wend
jop onjuiste voorstellingen in een ver
kiezing,sspieech dat was later, toen hij
over de Leidsche UniversiteitspJjanniejni
sprak; dat was nu vandaag vyeer.
De heer Eerdmans schijnt "met zich
zelf een wedstrijd aan te- gaan in ongeh
lUkkige debuten,.
(Hij zwalkte er vandaag lustig op los
opi de theollogis ch-so cial e en scripturale
golven,. Zijn liberale vrienden keken hem
angstig na. (H|ij kwam aandragen met de
spiksplinternieuwe ontdekking, dat irien
eigenlijk niet van ide Zondagsrust, maar
van de Sabb'athsiruist moest spreken. Ook
moest men maar geen bepalingen maken,
want dan „regelt men het kwaad maar",,
't iWas fraai, want 't was den heer Eerd
mans alleen er om te doen, aan te too-
Inen, dat nu van rechts, op dergelijke,
vroeger .afgekeurde ireglemienteerdng werd
aangedrongeni.
Overigens sp'rak hij zalvend, ja, dier
baar over Zondagsrust. Zij is immers
„volgens Gods woord". En, zei de heer
Eerdmans, „zie nu eens, hoe dicht wij
bij elkaar staan",.
[Men verwacht natuurlijk van mij geen
minachtingvoor een theologisch debat,
maar deze verpol)iti.eki:e-ariti-anti'ilh'es.e-bL-
schouwingen deden unie jets. als van wak-
ging naar tie keel komen,. En de hoeren
dr. Sicheurer, mr. Rutgers, ds„ (Brummek
(kamp en ds. Van der Voort van Zijp
hadden groot gelijk, dat zij' er scherp
tegenop kwamen,. iWiant het ergerlijke in
het optreden van den heer Eerdmans
werd nog vermeerderd |dioo,r het feit, d'at
hij quasi ales voor het „sympathieke"
amendement-v. d,- Voort zei 'te voelen,
maar dat hij er ten slotte toch tegen was,
|bm de practische bezwaren en omdat
maar betrekkelijk weinig (bootwedkers ge
regeld "Ziondagsarbeid verrichten.
Maar laten we iden heer Eerdmans met
vrede. Deze heer verdient werkelijk niet
fbUILLKTON.
Frans Hëübrinck's moeder genoot in
die dagen toch de bevrediging, aan de
beroemdheid van haar zoon te mogen
gelooven. Zoodra zijn aankomst in rui
meren kring was bekend geworden, was
men allerwege dn ide weer, hem tot zich
te trekken. 'Mannen van beteekenisi zoch
ten met hem in verbinding te treden;
erkende aanvoerders der partij en der
journalistiek wendden zich tot hem om
zijn medewerking te verkrijgen, zijn in
zichten te hooren. De posterijl van Felld-
haus had nog nooit zooveel brieven in
het Hellbrinck-huis te bezorgen gehad
alls in die dagen.
Van „Feidhaus" Zoowel als van „Lands-
kron" werden de vriendschappelijke be
trekkingen in stand gehouden en niet
alleen vrouw iH,ellbrinck, maar ook het
gansche dorp interesseerde het, gade te
slaan, hoe bijna dagelijks een bediende
kwam met een boodschap of een uit-
nooidiging voor den heer Frans.
brinck of hoe vaak het grafelijk rijtuig
voor 'de deur van iden schrijnwerker stil
hield, om diens zoon af te halen.. In
het verkeer met de bedde familiën bracht
*'de schoonste uren door en vooral
l'Bernard Behrenberg's Wijdvertakte be
langen, die alle min of meer het welzijn
van staat en Kerk betroffen, lbodeu een
rijk veilld tot onderhoud,.
(Het was voorwaar een schoone tijd,
waarin zoo opgewekt (leven opbloeide en
in aille lagen der bevolking doordrong.
S|chouder aan schouder werkten adel en
middenstand, geestelijkheid iein boeren, en
niet 'minder toonde zich in de stedelijke
arbeiders- en burgerkringen ieen ijver als
nooit te voren,. Vereenigingen van lede
ren aard hadden zich gevormd, idie allie
Uitingen van het Katholiek leven betrof
fen en in 't bijzonder namen de jaar-
üijksche Katholiekendagen een grooten
Vlucht.
Uit zichzellven b'ezocht Frans ook] al
degenen, die hem toenmaals bijl zijn
Vlucht geholpen hadden, den groenten-
handelaar van Blrüddioven en vooral den
smid van Dornidk'. De sfnid was de
luidruchtigste in zijh begroetï'ngsirede. Ja,
hoe dat alles zoo gekomen was; en wat
zag de heer Hellbrinck thans anders, uit
Zijn oogen. 't Zou thans zwaarder wor
den hem zoo flink in den wagen te
krijgen alls toenIX... Maar die arme,
schoone Fraiilleinl...,
De ruwe hand van den smid streek
langs Zijn oogen, want hij wist, wiens
hand het ongeluk1 veroorzaakt had. De
herinnering aan de lieve, jonge dame
die toen zoo dapper voor den gevangene
optrad, 1'ag hem nog na aan 't hart en
z!ij stond in zijn hoogachting naas;t den
gravin.
Maar wanneer zall 'de gravin nu
komen? ging de oude eeniigszinsi heftig
•Voort. Reeds drie weken zijn -ze daar
op Landskron en nog alltijld niet hier
geweest, en het idorp wil hen toch een
intocht bereiden, zooails er nog pooit een
geweest is,. |Wjij hebben- reeds gehoord
hoe schoon tile graaf biij den maaltijd op
La n'dskron gesproken heeft,. Een man,
'die zoo tot (erkenning komt, moet men
hoog houden. Met die eene rede heeft
hij alles weder goed gemaakt. Wiel doet
mij alleen maar leed, dat de rentmeester
Bdlse het niet meer gehoord heeft; die
j.s verleden jaar gestorven. Die heeft er
anders in de 'laatste jaren het Hjetzen
ook aan gegeven,.
jSiinds men wist, dat de graaf en de
gravin komen Zouden, vertelde hij 'ver
der, was er gewerkt om den slottuin en
de weg daarheen zoowel als de kerk
txpi te isiereu. Muziek, fakkeloptocht ien een
uitvoering van de zangvereeniging zouden
aangeboden worden. Die gravin zou zien,
dat men haar goed in de gedachten had
gehouden en ook den graaf izou het ge
noegen doen. Als men maar den dag
wist en het reeds spoedig zou zijn.
Frans was er niet zoozeer van over
tuigd, dat graaf Dörnick zich over deze
luidruchtige uiting van hun gevoelens
zoo erg verheugen zou. ^-ijn terugkeer
naar Dornick was hem blijkbaar pijnlijk
eri hij had die van dag tot dag uitge
steld, om dein een of anderen dag daar
stil te kunnen binnentrekken.
Dornick was intusschen meegaande ge
noeg, om aan iHellbrinck's voorstellen ge
hoor te geven. ,H|ij gunde den leden, die
zijn vrouw zoo lange jaren ter zijde had
den gestaan, de vreugde haar te begroe
ten en bij was ook aan zijn gemaillni
nog het binnenvoeren vaji zijn woning
schuldig. i
Zoo verliep alles ten genoege van den
smid en zijn feestgenooten en het kjeine
dorp was namveilijks te herkennen, zoo
had ieder aan zijn vreugde uitdrukking
gegeven,. Alle huizen waren versierd, ge
weerschoten en muziek weerklonken vol
gens programma. Magna werd) van alle
rijden de hand gereikt en men heette
haar opnieuw welkom. En toen haar ge
maal1 .die bewijizen van liefde zag, die
men haar bewees en erkende, hoe ver
heugd de lieden ook Zijln terugkeer be
groetten, kon ,ook hij zijn ontroering
niet meer weerhouden. Dien jongen graaf
Dietrich en de kleine werden zooveel
zegewenschen gebracht, dat het langste
leven voor al dat geltik niet voldoende
zou zijp. i
Toen des avonds, de vreugderoes ge
ëindigd en de gasten van Feidhaus; en
Landskron, die hen vergezeld hadden,
vertrokken waren, voerde Magna haar
echtgenoot naar het kleine kerkhof, waar
degene sluimerde, die hun beider terug
keer well met het meeste verlangen ver
wacht en wellicht het grootste aandeel
aan de gelukkige oplossing gehad had.
Op het stille graf der goede oude tante
vertelde Magna onder tranen haar echt
genoot tante's laatste woordende bede
die rij voor Gods troon voor haar neef
zou uitspreken.
D;at is wel om mij Jiet laafsjte
bolwerk der eigenliefde te ontnemen,
antwoordde Dornick, zijn diepe ontroe
ring onder scherts verbergend. Ik dacht,
dat eigen inzicht mij den terugkeer ge
wezen had; maar de genade des Heeren
zal daartoe toch wel het meeste bijge
bracht hebben. Des menschen geest kan
veel hier op aarae, maar kinderlijk ge
loof en kinderlijk gebed vermag toch
veel' meer. Ieder moge in den kamp van
den tijd al doen, wat hij wil, Paus Pius;
moet gezegd hebben: „Geef mij een le
ger van biddenden, dan zegepralen wij
altijd". j
EINDE