KAM VERZICHT.
feïïïlleton7~*
„8) MAGNA.
BUITENLAND.
BINNENLAND.
££-is£*££?'iis Uöö SINGEL 54, 3L EJID E W.
Interc. Telefoon 935. Postbus 6.
DIT BUD VERSCHIJNT ELKEN DAG, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN
DE MNEMENTSPRIJS bedraagt met GRATIS POLIS Ongevallen-verzekering
en het vi ÓLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor Leiden 9 cent per week
ƒ1.10 per kwartaal; bij onze agenten 10 cent per week, 1.30 per kwartaal. Franco
per post ƒ1.50 per kwartaal.
Afzonderlijke nummers 278 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 5 cent.
De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van 1—5 regels 0.75, elke regel meer lr
ingezonden mededeelingen van 1—5 regels 1.50, elke regel meer 30 cent. met gratis
bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Groote letters naar plaatsruimte.
Kleine Advertentiëngevraagde betrekkingen, huur en verhuur, koop en verkoop
(geen handels-advertentiën) 1—5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent; aangeboden
betrekkingen 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent.
DE KAMER.
1PaaschreccsRegeling van werkzaam
heden. Absenteïsme.
Wellicht reeds hedenmiddag zijn onze
Tweede Kamerleden op Paaschreccs ge
gaan. De voorzitter achtte dit maar het
beste, daar er toch vóór Paschen
langer dan tot 3 April had men in geen
geval bijeen willen blijven geen be
langrijke wet kon worden afgehandeld.
,Deze twee dagen heeft men nu besteed
aan de behandeling van of liever gezegd
aan de stemming over eenige kieinere
wetsontwerpen cn de regeling van de
werkzaamheden na het Paaschreccs. Eerst
zullen we krijgen de behandeling van
de Inkomstenbelasting, en daarna komt
de Stuwadoorswet aan de beurt. Dit
laatste is een succesje voor den heer
Van Voort van Zijp, die verleden week
aandrong op een spoedige behandeling
van de Stuwadoorswet, maar toen niet
mocht slagen. Geheel de linkerzijde
ook de sociaal-democratische Kamer
fractie stemde tegen het voorstel van
den anti-revolutioniren leider om de
behandeling dier wet te verzekeren
door voor haar een bepaalden tijd aan
te wijzen. En nu.... nu kwam de soc.-
democr. Spiekman imt ev vsc.ctel om
de Stuwadoorswet voó - de Inkomsten
belasting op de agenda te plaatsen. Zijn
voorstel' kreeg slee!its elf stemmen, 't
Is ook al te doorzichtig, dat de S. D,
A. P. de Tweede Kamer wil maken tot
een reclame-instituut, en van zulk een
reclame, dat de eerlijkheid ervan niet
zoo héél' hoog r.iag worden aangesla
gen
Er wordt wel eens gekh agd over het
absenteïsme, der rechtsche leden. Maar
gisteren waren dé on wn blijk' aar goed
present en telde lints r^el s, j'elaars,
wat uitkwam in de Heuw getrokken af-
deelingen. Dit hAncen d r afdeelingen
pleegt op gezette t jden te gebeu
ren. Gekozen werden toch tot af-
deexingsvoorzitters de heeren Nolens
Aaiberse, Jansen (Den Euag), De Sa-
vornin Lonman en Eland, cn rot onder
voorzitters de heeren Van Vliet, De
Geer, Van Byl'andt, Loeft en Hubrecht.
Alzoo stechts twee linksche voorzit
ters en één linksche ondervoorzitter.
Een rad van avontuur, die afdeelingen.
Leege kerken.
't Wordt met den dag duidelijker, dat
de Protestanten, die hun godsdienst wil
len vervrijzinnigen, dezen na kortereji of
langeren tijd geheel en al verwaarloozen.
Hoe kan er ook sprake zijn van een
Godsdienst, van een God dienen, als de
mensch zijn rede en zijn wil niet aan den
Oppermachtige wil onderwerpen, maar
„vrij" zijn „zinnen" volgt (daarop komt
toch dikwijls in de practijk het „vrijzin
nig" neer) De vrijzinnigen zelf willen
echter liefst verdonkeremanen dat onder
hen de godsdienst zoo verzwakt en ver
slapt
Ja, wij konden misschien zwijgen
en het volk van de draagwijdte der
maatregelen, die nu tegen de Katholieke
Kerk in 't leven geroepen worden, in
het onzekere laten. Zoudt u echter dat
zwijgen voor gerechtvaardigd houden?
De wereld verheft haar stem zoo hoog,
als het stoffelijke belangen geldt. En
als dan de heiligste rechten worden aan
getast, zouden wij dan een ongezonden
vrede boven den eerlijken strijd verkie
zen? Als ons de school ontnomen wordt,
als de Staat het hoogste gezag niet er
kennen wil, zou het dan onrecht zijn, zich
tot tegenweer te gorden. Iedere geoor
loofde weg, moet dan ingeslagen wor
den en het is een schoone gedachte, me
de te strijden in den geestelijken kamp
die toch alle en aller aardsche belangen
te boven gaat. Moge God ons den
moed geven, dat wij niet verzagen. Ik
weet, dat wij thans verongelijkt worden,
dat men onze vaderlandschliefde in twij
fel trekt. Maar het vaderland voor zoo
noodlottige maatregelen te beschermen
en te trachten deze' af te wee-Jen, is
meer waard, dan zich het loon en de
Nu heeft evenwei de bekende anar
chist, ds. N. J. C. Schermerhom, predi
kant der Ned. Herv. Gemeente, te Nieu
we Niedorp, mededeelingen gedaan, die
veel gelijken op een bekentenis. In de
„Hervorming" schrijft hij o.m.
„Ik preek des Zondags, evenals
eenige honderden ambtsbroeders, voor
stoelen en banken."
Dat is klare taal.
Op vergaderingen, waarin tot Gods
dienst-haat wordt geprikkeld, kan men
wei vele vrijzinnig-„geloovigen" vinden,
doch niet in de kerk, welke tenminste
een min of meer positieve belijdenis
vraagt.
Arm volk, dat meent twee heeren te
kunnen dienen, God en zijn zinneni!
ALGEMEEN OVERZICHT.
De Mexicaansche rebellen
zijn nu eindelijk met den aanval op
Torreon, een belangrijke strategische
plaats, begonnen. En niet zonder succes.
In den nacht van Zondag op Maandag
hebben zij na een kort, maar hevig .ge
vecht de versterkte voorstad van Torreon,
Gomez Palacio, genomen. De regeerings-
troepen hadden zich stevig verschanst
achter de wallen der irrigatiewerken, maar
een geweldig artillerievuur der opstan
delingen, onder bevel van generaal Villa,
noodzaakte de federale troepen af te
trekken. Na dezen aftocht kostte het
weinig moeite meer om Gomez Palacio
te bezetten, waar toch verschillende fa
brieken en huizen zijn platgeschoten. Dan
zeiten de rebellen hun voorwaartsche be
weging vanuit Gomez Palacio voort. Ce
federalen ha*dden zich bij Pila Hill ver
sterkt, maar moesten andermaal aftrekken
in de richting van Torreon. Vanuit het
noorden werd de stad Torreon onder
vuur genomen. Bevelhebber der artillerie
zou hier zijn generaal Angeles, die in
Europa zijn militaire opleiding heeft ge
noten.
Ook van de andere zijden wordt Tor
reon bedreigd. In het westen heeft gene
raal Urbina den pas in het San reman do-
gebergte geforceerd en het plaatsje Lerdo,
op enkele mijlen afstands van Toriccn,
genomen. In het zuiden zijn de troepen
van generaal Contrera door den Calara-
bat-pas gedrongen en uit liet oosten mar
cheert de troepenmacht van generaal Be
nevides tegen Torreon op, dat derhalve
geheel door de rebellentroepen is inge
sloten. Ofschoon bij bovenvermelde ge
vechten aan weerszijden een vrij groot
aantal manschappen gevallen was men
spreekt van 1000 hoopte generaal
Villa, na versterkingen gekregen te heb
ben, toch binnen 24 uur in de stad
te zijn.
Volgens de laatste telegrammen zouden
de opstandelingen reeds eenige wijken
van Torreon bezet hebben en zou het
gevechtsterrein thans naar de straten der
stad verplaatst zijn.
lof der wereld te verwerven, ik kan mij
geen schooner beroep denken.
Frans had, medegesleept door zijn on
derwerp, plotseling levendig en vleiend
gesproken. Zijn gestalte had zich opge
richt, op zijn gelaat las men den moed
der overtuiging en geestdrift blonk uit
zijn oogen.
Edith's blik rustte met verwonde
ring op hem; hij scheen haar van ge
daante veranderd.
Het moet zeer schoon zijn, iets
zoo klaar en duidelijk als hei ware en
goede te erkennen, dat men zijn gansche
persoonlijkheid daarvoor in de waag
schaal stelt, sprak zij nadenkend. Maar
ik vrees, dat ik u erg heb gestoord.
Uw courant heeft anders in den Iaatsten
tijd ook allerliefste novellen gehad. Ik
moet bekennen, dat ik die liever heb ge
lezen, dan die artikelen, gewijd aan den
strijd. En zelfs mijn vader, die uw cou
rant haat, keek ze toch wegens die no
vellen altijd i n. Kunt gij mij den schrijver
of de schrijfster niet noemen? vroeg zij
nieuwsgierig.
Later misschien.
Dus dan kom ik het toch wel eens
te weteij. Dat doet mij pleizer... U zult
dus voor den brief zorgen? vroeg zij
nog eens. Dan hebt gij mij voor de
tweede inv.l gcholnen Den derden keer
zal 't mijn beurt zijn.
Een wederzijdsche handdruk en Frans
beijverde zich om de jonge dame tot
aan de siraaideur tc begeleiden. Doch zij
weigerde dit volstrekt.
Mijn rijtuig staat buiten, sprak zij.
Nog een vriendelijk knikje van het
lieve kopje, en toen scheen het Frans
of een visioen verdwenen was.
In de redactiekamer weergekeerd, was
het hem,' of alles daar verduisterd was.
Dicht bij zijn lessenaar lag echter op
den grond een meibloem-takje, dat haar
ontvallen was. Met eeii ijver, alsof hei
gold een schat ie redden, raapte Frans
het op. En hij scheen het tot onderwerp
eener botanische studie te maken, zoo
lang rustte zijn blik er ofc> ien zoo zorgvul
dig verborg hij het in zijn portefeuille.
Hij keerde tot zijn arbeid terug; deze
scheen hem echter nu veel moeite te kos
ten. Wel vloog de pen dikwijls haastig
over het papier, maar steeds scheen het
geschrevene weder onvoldoende. Eerst
laat kreeg de drukkerij het artikel en
de zetters mopperden over de onduide
lijkste doorhalingen en over de veelvul
dige correctie.
Gebruik makend van Edith's verlof,
had hij van den inhoud van haar brief
kennis genomen; hij stond verbaasd over
de groote som, die zij hein van het deel
ter hand stelde.
„Den verdediger; zijner overtuiging vol
De „Figaro" bevat een
brief van den schrijver Henri Bernstein
waarin deze verzoekt als getuige te mogen
optreden. |Hij zalde verklaringen van
madame Estradère, die, gelijk men weet,
ten gunste van madame Caillaux ge
tuigde, ontzenuwen.
„ledereen, die Gaston Calmette gekend
heeft, zal", zoo schrijft Bernstein, „de
verklaringen van de oud-medewerkster
aan de „Figaro" over net aanbod van
Calmette om particuliere brieven van ma
dame Caillaux in handen te krijgen, ten
einde deze te publiceeren, met een min
achtend schouderophalen gelezen hebben."
Ook de redactie van de „Figaro" wijst
erop, dat madame Estradère niets wist
omtrent de plannen van Calmette. De
vermeerde hoofdredacteur wist maar al
te goed, dat madame Estradère huis
vriendin was van madame Caillaux, zoo
dat hij er zich wel voor gewacht zal
hebben om haar iets mede te deelen
cm'rent zijn campagne tegen Caillaux.
Verder wijst der„Figaro" op verschil
lende onjuistheden in de verklaringen van
madame Caillaux.
Zoo had de moordenares verklaard
dat, toen een bediende haar visitekaartje
had binnengebracht, Calmette op uit-
dagenden toon en heel luide had ge
roepen: „Laat madame Caillaux binnen
komen!" Dit luid/roepen van aar naam
en de uitdagendetoon hadden haar, zoo
verklaarde zij, tot het uiterste opge
wonden.
De „Figaro" zegt, dat deze verklaring
onwaar is. Zcow'el de redactiebediende
als de redacteurs zullen getuigen, dat
Calmette op zijm gewonèn kalmen toon
gezegd heeft: „Laat mad. binnenkomen."
Van uitdaging v.As geen sprake en alles
wat mad. Caillaux- daaromtrent vertelt,
is louter verzinsel.
Het blad vestigt verder de bijzondere
aandacht op de verklaring van madame
Caillaux, dat zij namelijk de revolver
reeds iri de wachtkamer gereed hield.
Daaruit blijkt voldoende welke plannen
mad. Caillaux koesterde, zoo merkt de
„Figaro" terecht op.
Nadere bijzonderheden over het
ongeluk op de Spree
deelen het volgende mede:
lil de buurt van Köpenick iigt aan de
rivier ue groote ververij van Spindler.
De fabriek bezit een 15-tal groote roei-
booien, waarmede de arbeiders, die aan
den anderen kant van het water wonen,
's morgens en 's avonds de Sprce over
steken. Dat gaat nu al zoo sedert 35
jaar. C-p het punt, waar de booten over
steken, komen de Spree en de Dahirte
samen. (EIet is een punt met drukke
scheepvaart, waar men bovendien door
een bocht van de Spree geen goed uit
zicht heeft over het vaarwater. Desniette
min is er tctnutoe nooit een ernstig on
geluk gebeurd.
Eergisteravond kwam een boot met 22
arbeiders in het vaarwater van een sleep,
die ongemerkt den heek omkwam. De
stuurman van de sleepboot trachtte nog
te stoppen, maar het was al te laat. De
passagiers en de roeiers van de roeiboot
raakten het hoofd kwijt. Ze gleden nog
rakelings langs de sleepboot, maar wer
den overvaren door <een aak, die er achter
hing. De boot werd geheel onder water
gedrukt. Er waren veel roeibooten in de
buurt en ook op verschillende stoom-
booten deed men wat men kon om de
drenkelingen te redden. Desniettemin
konden slechts 8 menschen levend opge-
vischt worden, onder wie nog een vrouw,
die aan het hoofd gewond was en later
stierf. Er worden 15 menschen vermist.
Op den oever vielen intusschen schok
kende tooneelen voor, vooral doordat men
niet wist, wie er in de boot geweest
waren en de verwanten van honderden
arbeiders daar in den hevigsten angst
tezamen geloopen waren. De kapitein
van de sleepboot is aangehouden^ Hij
had het roer overgelaten aan een 19-
jarigen maat, die ook aangehouden is,
en deze heeft zich bij het ongeluk zeer
onverschillig gedragen.
Bij het ongeluk zijn 8 menschen om
gekomen. Verschillende vermisten heb
ben zich gisterochtend weer op de fabriek
voor hun werk aangemeld.
GEMENGD.
Een detective uit Miami, in den
staat Florida, heeft dezer dagen door
middel van een watervliegma-
chine een jongen dief aangehouden. De
dief, een neger-bediende in een hotel, had
zich schuldig gemaakt aan het stelen van
een kostbare diamanten broche van een
der gasten en was per stoomschip naar
Bermuda gevlucht Per draadlooze tele
grafie werd den „speurder" meegedeeld,
op welk schip de neger zich bevond, en
dadelijk stapte de detective in zijn ma
chine om het schip achterna te zetten.
Spoedig had hij het ingehaald en streek
langszij neer. De jongen werd aange
houden en per vliegmachine naar de
gevangenis overgebracht
Het is een film voor een bioscoop!
„Heldenvereering", aldus merkt de
„Rhein. jWestfal. Ztg." op, „bestaat er
bij de sociaal-democraten in het minst
niet, zooals men weet. De vereering der
nagedachtenis van gestorven partijgenoo-
ten geschiedt dan ook gteeds o|p een heel
eigenaardige wijze. Bijzonder beteekenis-
volle vormen hebben zij nu voor de
„vereeuwiging" van Bebel uit
gevonden. Korten tijd geleden hebben
wij van een Bebel-das gelezen; daarop
volgt thans volgens een annonce in de
„Vorwarts" de Bebel-sigarct.
„Ze wordt", zoo gaat het blad voort,
„naar we vermoeden, gezocht in dankbare
herinnering aan de blauwe rookkringen,
die Aug. Bebel zijn aanhangers zijn leven
lang voor de oogen heeft doen wolken.
Voor 2 tot 5 pfg. zijn ze te koop en
flinke reizigers worden gezocht. Aldus
staat het te lezen in de „Vorwarts"."
Carnegie heeft weer een nieuw
middel bedacht om propaganda te
maken tegen den oorlog. Er is een
bekende plaats, gereproduceerd naar een
eerbied en erkenning gewijd door een
vereerster van het schoone en edele",
luidden de weinige maar beteekenisvolle
woorden, die de rijke gave vergezelden.
Frans bezon zich daarbij, van een
Fraulein Schulze, die schatrijk was, ge
hoord te hebben. Maar hoe kon zij, de
andersdenkende, zich zoo voor de Katho
lieke zaak interesseeren?
Het zou hem wel wat ontnuchterd
hebben, als hij geweten had, dat aan
Edith in haar ijver om ook haar vader
belang te doen stellen in i et lot van
den gevangene, gebleken was, dat de Mi-
nisterialrath wat Bruckhoven betreft de
hand in het spel -had gehad. Edith was
daardoor in haar plan versterkt gewor
den, ten einde de handeling baars vaders
eenigermate goed te maken. De herin
nering aan haar Bruckhovener tijd was
haar heilig.
Frans was den volgenden "morgen nog
onder den indruk der gebeurtenis van
den vorigen dag. Hij gunde zich des
ochtends altijd een wandeling in 't vrije
veld, om zich van den voortdurenden ar
beid te ontspannen. Ditmaal scheen hem
de lucht helderder, liet groen weliger,
de vogels schenen lieflijker te zingen
Hij wist zelf niet recht, waardoor die
stemming iv... 1 ei den wel doo. "i
welgeslaagde ariikei
schilderij van Angus Mc Donell, waarop
een man voorgesteld wordt, die gereed
staat om in den oorlog te gaan. Hij
neemt afscheid van vrouw >en kind
een klein meisje. Op den achtergrond
een knecht met een gezadeld etn gepakt
paard. Het meisje zegt tot den vader:
„Paatje, gaat u nou het paatje van een
ander meisje doodmaken?" Carnegie
voelt veel voor die plaat en heeft de
oorspronkelijke schilderij in zijn wei ka
mer te New-York hangen. Hij heeft thans
50.000 reproducties laten vervaardigen^
die bestemd zijn om te worden opgehan
gen in lokalen van universiteiten en mid
delbare scholen, waar ook ter wereld.
Reeds zijn' er verzonden naar China, Ja
pan, Indië en Turkije.
De schuldige.
Volgend stukje knippen we uit het
verslag van de „Nieuwe Rott. Crt."
„Eén ding valt te betreuren. Tusschen
Kerst- en Paaschreces is geen enkele
belangrijke wet behandeld. De schuldige
is niet ver te zoeken. Het is de Tweede
Kamer zelf. die zich al te lang met
de behandeling van de Staatsbegrootingi
heeft beziggehouden, en daarvoor eeni
ge weken meer noodig had dan tot vóór
kort voldoende werd geacht. En helaas,
van de Kamerleden zijn die vqn de lin
kerzijde de grootste zondaars. ge
spoedig (beterschap te constateerc.i zijn
't Is om te onthouden, wat hier wordt'
gezegd.
„Van de Kamerleden zijn die van de
linkerzijde de grootste zondaars".
Zoo er dus ooit en die verregaande
brutaliteit is te verwachtenwordt
beweerd dat de-tijdverslindende behar. he
ling van de Staatsbegrooting is te wij
ten aan de praatziekte van rechts, clan
wete men, dat door de linksche pers
zelf de linkerzijde als de schuldige is
aangeklaagd.
Weer een.
Er is weer cc.i nieuwe godsdienstig»
politieke organisatie bijgekomen een die
ontstaan is in den kring van den Vrijz.
democr. Bond. 't Is wel treurig voor
dien Bond, dat van hare toch niet bijster
talrijke leden er zich uu nog ettelijke
gaan afscheiden. En waarom Wat wil
len de heeren, die zich tot een _>r-
loopig comité hebben gevormd, ni. de
heeren Dr. J. D. Bierens de Haan, Aer-
denhout, dr. H. Brugmans, Hoogleeraar,
Amsterdam, H. van EmbdenDe Rid
der, Amsterdam, dr. F. H. Fischer
Letterkundige, Amsterdam, G. Fopma,
Doopsgez. Pred. Steenwijk, dr. J. d.
Gunning, Districts-Schoolopziener, Am
sterdam, dr. G. J. Heering, Rem. Pred.
Arnhem dr. F. H. G. v. Iterson, Ned.
Herv. Pred. Wirdum, dr. Ph. Kohnstamm
buitengew. Hoogleeraar, A.msterdam, A.
Roest Croilius, s-Gravenhage en A. C.
Schade van Westrum, Ev. Luth Pred.
Haarlem, wat willen deze heeren? Zij
schijnen politiek en godsdienst met el-
Bij een draai van den weg zou hij óp
onaangename wijze uit dezen gedachten-
gang gerukt worden. Een man, wiens
kleeding toonde, dat hij tot de betere
standen behoorde, doch met verwaaid
uiterlijk, kwarn daar aan. Hij had blijk
baar juist van eenige feestgenooten af
scheid genomen, die hem nog lachend
nastaarden, terwijl hij, met een stok heen
en weer zwaaiend, nauwelijks recht uit
kon blijven gaan.
Frans trad ter zijde, om hem voorbij
te laten gaan, toen hij tot zijn namelooze
schrik zijn broeder August herkende. Hij
was hem sinds hun eerste ontmoeting in
de Berl-ijiisclie straten niet weder tegen
gekomen; daar August geen lust tot toe
nadering betoond had, was hij te trotsch
geweest zich aan hem op te dringen.
Zijn eerste gedachte was thans ook,
hem uit den weg te gaan, doch op het
zelfde oogenblik kwarn hem dat zeer ver
keerd voor. Hij trad op zijn broe r
toe.
August, als moeder je zoo eens
zag, sprak hij ernsiig, hem de hand op
den schouder leggend en hem zoo tot
siLstaan dwingend. Of als een van je
voer :atne bekenden je maar eens tegen
kwam, en je in dezen toestand zag. Denk
eens wat graaf Dornick er van zeggen
zou.
(Wordt vervolgd.)