Uit de Pers. MAGNA. mans door de Nieuwe Rotterdamschie Courant ook aanbevolen omdat hij om trent de verzoening in zake de school strijd zulke voortreffelijke denkbeelden heeft en die straks bij de onder\vij«4le- batten meesterlijk kan onifwük'keJen. Wieet ge, welke geest :dan dezen ver- zoeningscandidaat bezielt? Zijn rede aan den vooravjond v,an de verkiezing in Rotterdam gehouden, zegt het u. Dezelfde Nieuwe Rotterdamsche Cou rant geeft er dit verslag van IW.at er ook imoge gebeuren, spre ker meende, dat het de taak der vrij zinnigen zal zijn imieJt ide deugdelijkheid en den krachtigen vooruitgang van h,et onderwijs der jeugd niét te laten tran- sigieeren, want wij zullen nooit moeten laten aansturen op een klassieweten- schap, op wat ouderwetsch onder wijs aan ;h et Idoimmne viojljk1, dat de me er- derheid Van de kiezers oplevert en op meer verhelderd inzicht bijl de wei- inuigle uitverkorenen, die zich gemak kelijk de heersdi|ap|pij: weten te ver werven door hun tactiek. Er Zij'n mid den in ons land donkere ged'eeltfejn!, waar zulke toestanden nu reeds be staan. Is in den jongsten tijd' ooit driester uitgesproken de hoon end e beschuldiging tot de mannen van het Christelijk On derwijs, dat zij het volk dom willen hou den Hoe hebben wij het nu Is de verzoeningscommissie een flater of de candid'atuur van Prof. Eerdimans Hopen Wij. het laatste! Electriciteits-voorziening en Overheidszorg. Over dit zeer actueele onderwerp schrijft Dr. O;, in het Centrum een zeer duidelijk artikel. Wje meenen goed te doen hieronder een resumé vani dit oolk voor vele onzer lezers belangrijke artikel te geven. De schrijver vangt rijn beschouwing al dus aani: C ,,In de vorige parlementaire periode is door de Regeering een wetsontwerp inr gediend op de electriciteits -voorzieniing. B|ij dit wetsontwerp wordt het con cessie-stelsel gehuldigd, nil. het site&seu, krachtens hetwelk voortaan de distribu tie van electriciteti slechts zal kunnen geschieden na concessie-verleening. Zulk eene .^oncessie zal dan practisch vrij wel een mpnopolie meebrengen voor hét gebied, waarvoor ze verleend is. N,u zal de distributie van electrioiiteiiii van zelf reeds de medewerking der over- hieids-organen noodig hebben, wegens het onvermijdelijke gebruik van de pu blieke wegen. Maar een belangrijker motief voor de overhieidis-bemoeiiing ten deze, hetwelk dan ook in de memorie van toelichting bij bovenvermeld wetsontwerp op "den voorgrond wordt gesteld isdateen, waarborg worde verkregen, dat de st room 1 e vering aan de bevol king in haar geheel 'ten^oed^ kom e, niet enkel aan de dichtst "bevolk te centra, en dat verder de stroomleve- ring voordeeliger en beter wordt, wan neer zij op groote schaal wordt gedreven en dat door een en ander aan land en tuinbouw en aan de klein-industrie ook tin afgelegen streken, een gezonde ontwikkeling gewaarborgd wordt. Aan deze bemoeiing var„ het Rijk is, volgens spr., echter een °chaduw zijde verbonden, welke hij als volgt mm „Eigenaardig is vooral cn. dit teckemt 'het monopolie-stelsel, waarvoor de Re geering gewonnen schijnt dat r.e.ze ■inmiddels tracht de oprichting een. uit breiding tegen te gaan van cenfra- le's, die niet passen In de door haar óp: haar bureau in Den Haag uitgedachte district-indeeling. Een treffend geval hier omtrent wordt door den ingiineur w Flesseman aangehaald in eene cri'.iek op het aanhangige wetsontwerp, voorkomen de in nr. 44 van „De Ingenieur" van 1913. Het Oudzijdsche waterschap te Ab coude had besloten tot electrische be maling. i H,et kon echter van de regeering geen verlof krijgen, om uit eene in de nabijV 'heid gelegen fabriek den electrischen stroom over den Rijksweg aan te voeren. En evenmin om dit te doen uit de ge meentelijke electrische centrale te Am sterdam. Zulks nl. omdat, in het stelsel der Regeering, Abcoude Was toegedacht aan de centrale té Naarden..*, die in middels nog geen concessie heeft. Zoo- dat het Oudzijdsche waterschap tenge volge dezer regeerings zo rg voor de ver spreiding van eiectriciteii op het platte- and van electrische bemaling heeft moeten afzien en een stoomgemaal heeft gesticht f Niet minder merkwaardig is het, dat de Regeering in de M. v. X. op boven genoemd wetsontwerp, er zich zelfs op beroemt, dat zij, als beheerscheres van publieke wegen, kanalen, rivieren en spoorwegen, den aanleg van èen kabel- .ïet, dat niet met 'hare plannen zoude stroo'kan, kan t egengaan. Eene pirac- rijk, die ongetwijfeld als détourne- m ent d e pouvoir (machtsmisbruik) zoude gebrandmerkt worden, indien wij administratieve rechtspraak hadden." ■B|eter is de schrijver t:e spreken, over de bemoeienis van dep r o v i n c i ë|n. „Hieel wal sympathieker dan deze n e>- gataeve bemoeienis met het electricl- eits-vraagstuk is het positieve ingrij pen in Groningen en in Noord-B|rabant De Staten van N.-Blrabant hebben onlangs besloten, van provinctewege de distributie van electrische eno;g>ie in dat gewest te bezorgen. Daartoe is eene naanilooze vennootschap opgericht met een 'kapitaal van "'één miltioen guijdei\ waarvan de provincie f 996.000 four neert en een paar gemeenten de overige f 4000. De Staten van Groningen daarentegen hebben 'besloten tot het bouwen rechtstreeks door de provincie van eene electrische centrale. En tevens neemt de provincie voor f20.000 deel in het kapitaal ad f 100.000 eener te vo rm en di stributi e-m aats chappij. Gok de Staten van Gelderland hebben onlangs besloten van provinciewege de voedingskabels voor het verspreiden van electrische energie door de provincie te laten aanleggen. De Staten van Overijssel 'hebben de zaak nog in studie, doch zullen reeds in het aanstaande voorjaar hiervoor eene buitengewone zitting houden. Ook bier zal ongetwijfeld door de provincie, 'zoo zij al niet zelfstandig de zaak alleen tot stand brengt, krachtige financieele steun1 worden verleend voor eene eventueel daarvoor te vormen matftschappij. Friesland heeft over Tiet vraagstuk reeds een uitgebreid rapport ingewon nen van professor .Feldmann, terwijl de provinciale 'besturen van Utrec|hit en Zuid-HioHand eveneens de vraag of en in hoeverre zij zich deze zaak hebben aan te trékken, ih ernstige studie heb ben genomen." Deze overbeddsbemo'ieiïng ver gelijkt de schrijver met particuliere electriciteitsvoorziening, in"" het voordeel van de eerste. „Zoo zien wij alerwege de eleatrici- teitsvoorziening tot een voorwerp van overheidszorg gemaakt. En zulks niet ten onrechte. Laat men deze zorg uit sluitend over aan het particulier initiiar idef, dan zuilen zeker de dicht bevolkte streken even goed van den moedigen stroom worden voorzien, doch het ware dan even zeker te verwachten, dat an dere gebieden daarvan nog jaren, lang, zoo niet voor goed, verstoken zouden blijven. De overheidsbemoeiing kan heer den zwakken, den geïsoleerden, ter hulp komen door ook voor hen strooimk vering te bedingen. Natuurlijk geschiedt dit ten Laste der dichte, bevolkteeenfrahet eene moet Ihet andere goed maken. En ock •h erbij zal een zekere maat moeten wor den gesteld: men 'kan niet naar iedere geïsoleerde woning, ten koste eener ag glomeratie, een kabel leggen. Maar just om de hier aan te leggen, maat iets milder te banteeren, dan enkel naar de economische uitkomsten van het bedrijf, schijnt de overheid wel aangewegen om ten deze de harmonie der belangen te bewerkstelligen." De schrijver besluit: „Het Provinciaal bestuur schijnt ir. deze wel het meest aangewezen, omdat het hder vooral noodig ,is, een ruim ge bied te bestrij'ken, dat zcoweL steden als platteland omv"4 Zonder de steden toch zou het bedrijf moeilijk rendabel zijn te maken. En richten de stedelijke besturen het zelf in, dai zai 1 :t omliggende platteland alléén 'dh voor zich zelf uit ininnen doen. W|ij zien trouwens op dit gebied reedc meerdere gemeenten samenwerken. Zoo hebben Zwolle, Deventer en Zutphen reeds voor gezamenlijke rekening de „IJselcentrale" gesticht. In Twente koopen Versched'denie ge meenten den electrischen stroom van het Twentsdh centraalstation, gelijk zij het in Zuid-Limburg doen van de Stroo-m verkoop-mij., welke op 'hare beurt weder den stroom inkoopt van' de mijn WlLl- helmdna. Waar .nu de électri'citeit allengs van zoo1 groot belang is geworden voar de klejn-industrie, voor land- en tuinbouw, ep anderzijds er slechts zeer weinig kans schijnt te bestaan, dat eene flink' opge zette centrale met een eeiii6srins rüi.r.1 gebied niet rendeeren zal, Qi.ar men het zeker eene gelukkige gedadve noemen va'n de Provinciale besturen, dat zij ide,zen zoo bela'ngrijken tak van sociale economie hun volle aandacht ddheriken, en niet aarzelen om, hetzij, het particulier initiatief 'krachtig te steunen, hetzij zelf de, zaak als .provinciaal 'bedrijf te onder nemen." De Week in Het Buitenland. „Vooruit", is de leus van onzen tijd. De zenuwachtig overspannen haast, waar mede men menschen uit allerlei stand en klas ziet werken om in een minimum tijd een maximum hoeveelheid arbeid te leveren, is bewijs genoeg voor onze stel ling. Of zij.t gij, geachte lezer, daarmede niet tevreden, neem ,'dan eens een kijkje in internationale treinen, waar honder den menschen met zenuwachtig verwron gen gelaatstrekken zich verheugen over het feit, dat het stalen monster hen met een snelheid van 70, 80, 90 Kilometer per uur naar andere landen en wereld- de el en voert. Ga anders eens kijken in de machine kamers van onze groote Gceaanstoomers, waar gij versuft wordt van het gestamp1 en gedreun der machines, waar gij in bewondering staat voor die wonderen, der moderne techniek, waar de vakman u vertellen zal, dat 'die of die as zooveel omwentelingen in de seconde maakt, en die of die machine zooveel duizend paar denkracht ontwikkelt. s De energie van den koning der schep ping stelt zich niet tevreden met de aar de. Zijn heerschappij moet zich ook uit strekken over de lucht .en als een wit- gevederde vogel ziet ge hem ^opstijgen tot hoog in, de wolken en hechts een act van, zijn wil is noodw'. u hij „valt van uit de hoogte 'neer weer op te stijgen, als hij de aarde order zich ziet De ingewanden der -■-'e worden door dien ~:.:g blootgelegd; niets mag voor hem verborgen zijn. Als pendant naast deze beschouwing zouden urn een beschrijving willen; ge ven van -ae rampen, waardoor 'Europa in de Taatste dagen weder getroffenls. Laat niemand uit deze woorden .de conclusie trekken, dat wij, Katholieken, tegen y or uitgang en ontwikkeling zijn, omdat met /die beschaving en. cultuur tal van rampen gepaard gaan. De opwer- ping is fe oud en. te dom om hier nog weerlegd behoeven, te worden. W|ij zou den hier enkel de vraag willen stellen,: wat heeft de mens-ch aan stoffelijke be schaving, wanneer daarmede niet hand in hand gaat een zedelijke en, godsdien stige beschaving? Nog zoo verschi in het geheugen, ligt de groote zeeramp van de „Volturno" en toch wordt de herinnering er 'ham vervaagd en wegjgo- u^-ezeid door tal van, gvootere cn '1*M- nere rampen, waardoor ons werelddeel in het nieuwe jaar weder gefroffe^ is. Wiij noemen hacr slechts de scheep er ramp van de „"Oklahoma", waarvan wij in 'eenige onzer vorige nummoo reJIs oijzondcrheaen hebben medegedeeld. Zonder 'moeite zouden wij hier nog 'een lijst van ongelukken Sroot en kir in kur.ne:i later, volgen, nuar cn .ü'ist ir» herhaling tc treuai^ splljr, vjf t/c ï'xi opsommen, daar wij onze lezer» van al hetgeen in het buitenland gébei.'.rt, aoo nauwkeurig mogelijk cp de 'hoogte trach- Len te houden. Men ^behoeft werkelijk geen kwezel of een overdreven sentimentalist te zijn, om m een christelijk gevoel van naasten liefde mede te leven, met de ongelukkige slachtoffers, die jjij internationale ram pen plotseling door God ui,t het Leven voor 'zijn rechterstoel "woilden geroepen* Om dn die diep-tragische Wereld-drama's a,eis meer te zien, dan scenes, die cup het wereldtooneel worden afgespeeld, i,s een sociaal voelend mensdhenharti voldoen dei. iWjij zijn aan filosofeeren geslagen, geachte lezer, en zöiO' 'iets komt voor een journalist in 't minst niét te pas. Zoo een mensch leeft louter van indruK.ken en feiten. Ons vergrijp is echter in diit sp&- ciale geval erger dan u wel denkt Ik meen, zonder redactiegeheimen te seinen den, u wel te mogen mededeel en, dat onze courant lijdt aan een chronische kwaal, die op z'n .Hollandsch „plaats gebrek" heet U begrijpt nu, hoe die ziekte toeneemt door filosophische be schouwingen. Daarom stappen wij zoo gauw! mogelijk van dit onderwerp a^f, oni u nog wat te verteilen over..y. na tuurlijk de Zabern-kwestie. Biinnen- en buitenlandsche bladen hebben kolommen en nogmaals kolommen volgeschreven over de verhalen van getuigen en ge- dagvaarden in deze rec.htsz.aaic. Vandaag, Zaterdag, zou de uitspraak moeten val len. Wiij zijn benieuwd welk vonnis er over de hoofdpersonen geveld zal wor den. Dat von rorstner vrijgesproken zou worden, zooals door Obenksriegsgerichts- rath Medicus, die met de behandeling van de processen tegen Rentier en Forst- ner niets te maken heeft, beweerd werd, is naar ons oordeel zeer twijfelachtig, vooral daar gebleken is, dat op hec ze- vooral daar gebleken is, dat deze mijn heer ook nog van aiwlere strafbare feih ten beschuldigd wordt. Van Dunitschland naar Bielgjë, ji n'y a qu 'un pas, als men, ziiCh tenminste voorstelt iin onze provincie Limburg te zitten. De Bielgiische Kamer is weer bijeen gekomen om de besprekingen der schooL- wet voort te zetten. Alvorens daartoe over te gaan, diiende van der Velde eeu voorstel iin, de regeerimg aansporehde, te zorgen, dat verschillende wetsontwer pen nog voor de verkiezingen van, Mei a.s. zouden zijn aangenomen. Daarvoor achtte hij ochtendzittingen, poodzakeLijk. Minister de Biroqueville verklaarde, dat de rageeriing zich' .met dat voorstel kon vereenigen. Daarna werden, de debatten, over'de schoolwet vooilgcz- j wel over ^rtk 14, luidende: De gemeenteraad stelt de v/cMe Van de gemeentelijke öod.erwdjzerB vist, 7 J- ke noodzakelij!: zal toestaan ui't1. re aanvangswedde van 1200 frank voer 'de onderwijzers en vart '11ÖQ frank v.v.: ~ds onderwijzeressen. 2e. Feu vergoed'rg voor verblijf: in de gemeenten, met 5000 inwoners en minder, 150 bapkin de gemeenten met 5001 tot 40.000 inwoners. 200 frank; in de gemeenten met 40.001 tot 100.000 300 frank; in de gemeentel! met meer dan 100.000 inwoners 400 ft. Deze vergoeding wordt verdubbeld a. voor de gehuwde onderwijzers; b. voor de onderwijzers 'en onderwij zeressen, die schoolhoofden zijn. Verschuilende leden oordeelden de aan vangssalarissen niet voldoende, terwijl an deren er op .aandrongen, dat de begin salarissen der onderwijzers en onderwij zeressen geLijlk "zouden zijb. Tweede Blad, behooren ie bij De Leidsche Courant van Zaterdag 10 Jan. no. 1290. De uitslag van Rotterdam UI Naar aanleiding hiervan schreef de Maasbode het volgende: „•De strijd bleef onbeslist. Wat al aanstonds een moreele nederlaag be- teekent voor de ,concentr4ie- Immers, werd de heer Lasonder de zen zomer met circa 200 stemmen boven de volstrekte meerderheid bij eerste stemming gekozen, ditmaal bleef de concentratle-candiidaat circa 200 stemmen benelden de meer derheid terwijl het stemmencijfer der concentratie in totaal met 800 stem men achteruit ging. Voor de falgemeene politieke con stellatie is deze stembus-ebbe aanVriJ- zinnigien kant teekenenld. Ook op den coalitie-candlidaat wer- |den intusschen een 200 stemmen mini- der uitgebracht dan afin de periodieke steimbus. Aaugézien €en kfeine 2000, kiezers van huin stemrecht geen gebruik rnaak- ten (tegen 1000 in Juni j.l.) valtov(er den uitslag der herstemming pp' 14 Januari a.s. weinig te voorspellen'. ;Het zal 'in ieder geval zaak zijn, dat de thuisblijvers aan onzen kant ter dege worden bewerkt. Dan behoeven wij ;den moed geens zins op te geven". De Nieuwe Rotterdam'sche Courant gaf het volgende te lezen „Het is weer ;de oude geschiedenis!. Tusschentijdsthe verkiezing, slecht? opkomst, en onder degenen, die door .afwezigheid schitteren, drommen libe ralen. 't Is om er tureluursch van te worden. Het weer was slecht, 'twas koud, en och, dan wacht men maar liever de herstemming ,af. Hoe ont moedigend dat is voor de mannen, die hun tijd en him moeite eraan ge ven, en geen lasten te zwaar vinden', om de verkiezing van den liberalen candidaat te beyorderen 'dat kan zulke lauwen niet schelen. Ze zullen immers bij de herstemming wel op komen heusch, dan zijn ze zonder mankeeren present En zoo. zijn er dan gisteren voor- loopig ongeveer 1900 kiezers maar tftuis gebleven, ongeveer een derde van het aantal stemgeredi'tigden. Eén troost is ier, al X'bet een |LwijlfelaChtige troost. Aan de rechterzijde heeft men met hetzelfde euvel te "kampen,, schoon bij de daar heerschende disci pline lang niet zoo sterk als bijl de onzen. Dientengevolge staan de vrij zinnigen er voor de herstemmingen toch nog tamelijk goed voor. Als dan ten iminste de vrijzinnigen riu maar zullen willen begrijpen, dat het er bij de tweede stemming werkelijk op aankomt Maar het mooie is er toah. af. Vergeleken bij de verkiezing Van verleden zomer, toen er 4769 stemmen zijn uitgebracht, ongeveer 900 meer dus dan gisteren, is de liberale canidi- ldat 700 stemmen verminderd, ep de •R. K. candidaat (toen en nu dezelfde) 2Dc. Alleen de sociaal-democraten hebben zïch op het oude punt weten te handhaven. De hier gansdi onbe kende heer Loopuyt haalde bij de Ka merverkiezing in den zomer 446 stem men, nu de heer De Zeeuw 527, maar- deze candidaat ha,d bij'd'e Statenverkie zing, enkele dagen voor de Kamer verkiezing gehouden524 stemmen verkregen. Hij heeft dus geen winst, doch ooK geen verlies en dat is in de gegeven omstandigheden wellicht als winst te bes'chouwen". Is dat de verzoening? iWiij lezen in de (A.-R.) Rotterdam mer: Voor Rotterdam III werd Prof. Eercü- FEUILLETON. De voortdurende vermindering van krachten vervulde Magna met bezorgd heid. Zij liet door tusschenkomst van haar broeder den graaf op de hoogte stellen van den gevaarlijken toestand, waarop Dornick terstond overk\vam, ver gezeld van een geneeskundigen specia liteit, om nog zooveel mogelijk hulp te kunnen verschaffen. Gaby werd door het bezoek van den geleerde zich van haar toestand bewust, doch bleef er evenwel kalm onder. Zeg eens Magna, ik heb wel be merkt, wat die professor bedoelt. Ar thur houdt m ijvoor zoo dom, of ik niets merken zal, voegde zij er ongeduldig bij. 't Zal mij overigens welgevallig zijn als k spoedig weder bij mijn kleine kom. Mijn oudste zal zich wel door de wereld nelpen en op den 'duur zou het met nij en Arthur toch niet goed zijn ge gaan.... Meent gij, dat ik hem veel ge daagd heb? vroeg zij lachend, maar vendde dra het hoofd op, als wilde zij -ie bevestiging van haar vraag niét hooren. Na eenig stilzwijgen begon zij weder: Getrouwd te zijn is niet zoo makke lijk als gij denkt, Magna, en vooral niet met Arthur. Een andere maal (Sprak; zij1, terwijl haar koortsachtig gloeiende handen Magna angstig vasthielden. Gij zijt meer voor mij geweest dan een liefhebbende zuster en moet nu nog voor het laatste zorgen, dat voor den Katholieken Christen te doen blijft. Weet gij' wel, gij| hebt idaar indertijd Josi aan herinnerd. Arthur bemoeit zich daar zoo niet mede... Laat mama er echter niets van weten, die kan komen als ik beter ben, sprak zij, m'et den voor een oogenblik oplaaienden moed van een zieke. Magna vervulde gaarne den wensch van den kranke en droeg zorg, dat haar geestelijken bijstand ten deel viel. Zij zelf bad innig, dat dit leven behouden mocht blijvenDornick 'gedroeg zich on verschillig er onder, maar liet haar rus tig haar gang gaan. Zoo oneindig deze echt meerendeels geweest was, zoo vreedzaam waren de laatste dagen, waarin Gaby, ondanks haar toenemende zwakte, zich zichtbaar inspande, om haar gade liefde te bewijzen. Zacht was Gaby den doodslaap inge treden, haar hand liggend in die van haar man, aan haar zijde tante Clarisse, die niet opgehouden had voor en met haar te bidden. Toen Magna kwam, was alles voorbij. Eenig'e uren later trad graaf Lands- Skron binnen, die men, volgens "den wensch der stervende, eerst had mogen roepen, toen de ernst van het oogenblik vaststond. Tegenover dezen nieuwen smart stond hij sprakeloos en verslagen. Het was a in Magna overgelaten, zich aan haar ouden vriend te wijden. Na den begrafenisdag keerde Magna niet weder naar 't slot Dornick terug. Zij verzekerde, zich thans geheel aan haar vader te moeten wijden. De oude graaf Landskron kwam haar dikwijls in Feldhaus bezoeken, daar hij zich tc huis z*oo eenzaam gevoelde. Hij kon met Magna vele dingen vrijer be spreken, dan met haar broeder, daar diens verhouding tot Tiny hem eenigen dwang oplegde. Landskron bejammerde het nog al tijd ten zeerste, dat het huwelijk tus- schen die twee niet was tot stand geko men. Tiny's levendige geest had zoozeer een Vaste leiding noodig, zeide hij tot Magna en dan vertelde hij, hoe haar bui tensporige vaderlandslievende stemming hem een tijd lang de grootste zorg had gebaard, daar hij vreesde, dat die haar tot onverstandige handelingen zou kun nen Voeren. De oude Eggerstorf had haar helaas, in den politieken strijd ge mengd en had maar al te vaak aan haar geest en haar moed hulde gebracht. Ge lukkig was Tiny op zekeren dag plot seling opgehouden zich met de poli tiek te bemoeien, zonder daarom van inzicht te veranderen,'. OD.'ej joorzaak! h'ad de graaf niet kunnen achterhalen. Hij was intusschen van plan, dezen winter van de Oostenrijksche hoofdstad te blijven. Ik' denk idezen winter naar Rome te gaan, sprak de graaf. Bij de groote ge beurtenis, die daar op handen is, moet het er wel interessant zijn. Zoo'n kerk vergadering is een zoo ongewoon schouwspel, dat ik hoop, er eenige af leiding in te vinden voor onze smart. Dat zou ook iets voor u zijn, Magna. Gij, met uw vromen zin en uw veelomvat tende belangstelling, zou er zoo recht aandeel in nemen. Magna kon echter ditmaal |den wensch des graven niet beamen. Zij betrapte zich nu zelfs op den wensch, dat het concilie niet tot stand mocht komen. V/aarom? Zij kon het met zichzelven daarover niet eens worden. Zij zocht daarom van onderwerp van gesprek te veranderen en vroeg naar haar oom Eggestorf. Is het waar, dat hij zoo groote verliezen geleden heeft? Heeft hij aan de vestiging der bank, die, naar de couranten vermelden, de financieele krachten zijner partij bijeen zou brengen, zoo groot aandeel genomen. j De graaf bevestigde dit. Het grootste deel van h"-t Egge- storfsche vermogen is verloren. Een treurig gevolg van onstaatkundige ge- voelspolitiek. Had Eggestorf liever het geld aan uw broeder gegeven. Ik had altijd gehoopt, dat hij ten slotte daartoe wel zou besluiten. Ook ik had het gehoopt, sprak Magna bezorgd. Deze erfenis was steeds in uitzicht gehouden; het benadeelt Ber nard zeer. De graaf had hetzelfde gedacht. Bernard zal een schitterende car rière maken, sprak hij troostend. Alle toestanden in uw staat zijn grootscher geworden; men kan vele bekwame man nen gebruiken.... Ik moei echtii nog eenmaal op mijn persoonlik-j aange legenheden terugkomen, Magna, ging Landskron levendig voort. Heeft Dor nick al laten doorschemeren wat hij van plan is met zijn zoontje te doen? Hij is zoo vaak van huis. Mijn vrouw droeg mij op hem tc zeggen, hoe gaarne zij dat kind bij zich nemen zou. Wilt gij bij Dornick eens hooren, hoe hij daar over denkt? Gij weet bij hem den rech ten toon zoo aan te slaan, wat mij nicü Igelukken wil. (Wordt vervolgd.|

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1914 | | pagina 3