j Tweede Kamer.
Uit de Pers.
DE TWEEYR1ENDEN.
f
«reede Blad, behoorende
De Leidsche Courant van
iterdag 23 Aug. no. 1177.
I verslag van de vergaderingen der Kamer.
)et Kort Verslag der vergaderingen
de Tweede Kamer der Staten-Oene-
I verschijnt op den avond van eiken
waarop de Kamer vergadert.
ie abonnementsprijs bedraagt f 1.—
n abonneert zich voor den tijd van
geheel zittingjaar.
I Pij stellen onze lezers echter in de
egenheid, mits zij dit t ij d i g opgeven,
j kort of analytisch verslag te "be-
j jenvoor den.prijs van
I 55 cent
i |k bedrag per vooruitbetaling
Et worden voldaan door het inzenden
postwissel of postzegels aan ons
es.
j )p bestellingen, waarbij het verschul-
1 Je bedrag niet gevoegd Is, wordt be-
tgeen acht geslagen, en wij beschifc-
I I tr ook niet over tegelijk met het
I uiementsgeld voor onze courant.
ft aandacty van hen, difi reeds voor
i inïge Zitting op het Kort Verslag
n geabonneerd, wordt erop geves-
dat het noodig is om, wanneer pij
gedurende de nieuwe Zitting het
slag weder wenschen te ontvangen,
l OPNIEUW te abonneeren.
)m de bestelling te vergemakkelijken
ut in dit nummer een formulier voor,
welk, duidelijk Ingevuld, aan de Ad-
nistra tie, Oude Singel 54, Leiden
et gezonden worden.
De Directie.
Over mannen.
(Wijlezen Inde N« Limburger Koe
lt:
$edert kanunnik Moufang het bekende
oord „Es fehlt uns.an Mannern" heeft
sproken, zjjn er alom velen, die dezen
renaam verdienen, ook ten onzien^ op-
Estaan.
Doch met het oog op den pram enden
ood onzes tijds, overtreft nog steeds
de „vraag" in ruime mate het „aanbod",
jodat vriji algemeen over ie kort moet
orden geklaagd.
Het man fijn, door ons bedoeld, heeft
et den „Burgerlijken Stand" niets te
iken.
Evenmin, mei het dragen van jas of
1, mitsgaders baard en snor.
Het is een zaak van fut, karakter,
Is- en werkkracht, van helder uit de
igen kijken en kloek plichtbes effen.
Het Is dat, wat David, stervend, zijln.
5 on ai opvolger Salomon op het hart
ikte.
Aan het man-zij'n worden, vooral in
e ze dagen van ongemeen harden kamp
ide hoogste goederen, bijzonder hooge
chen gesteld,
s'iet ztóó hooge evenwel, .dat ieder
in daaraan niet zou kunnen beantwoor-
L
ndien hij 't maar .wil, ernstig wil,
uur! ijk.
Wat ens ontbreekt is,r.iet het kun«
i, maar het willen", 'zei dr. Poels.
i
)m man te zijln moet men het goede
Hen, het schoone liefhebben, 'het edele
treven, doch meenens gelijk men
[t - en kloekdadig,
ïoo kan, als men 'het wel beschouwt,
j' (9 eene van de ^wakkere kunne" of
ggejurkte, inderdaad man-zijln.
l FEUILLETON.
■ij zelf hadden hem reeds .aan hun
ifd gesteld en hem benoemd tot h'un
8 sident, na hem het opperbevel te heb-
- 'gegeven over 't garnizoen van Parijs,
let orkest speelde zacht een prach-
fantaisie van Mozart
:r hadden zich, tusscfyen twee dansen
groepen jgjevormd', die in de balzaal
trien te lachen en te praten, terwijl
limine paren die elkaar heel gewich-
8 dingen te zeggen hadden, arm in
i rondwandelden en op fluisterenden
n met elkaar spraken,
ia een hoek zat DaVid', de voormalige
tobijjn, een schilder die beroemd ge-
rden is om de woeste tafereelen, wei-
Jij op het doek bradht, maar die heel
gematigder was geworden sedert
aval van Robespierre, en maakte schet-
a en studiën voor 2ijn volgende mees-
werken.
:r waren .modellen in overvloed en
lachten den schilder vriendelijk toe,
|f'jl deze .schetsen van Jien nam.
Barras en Pierre Lasson gaderden de
Gaf Ood aan de eers^geschapene niet
den beteekenisvollen naam van virago
dien onze gixoote Vondel Treffend juist
vertaalde door „mannin"
Kent ieder onzer niet vrouw, maagd
of huismoeder, door edelen durf en moed
menigen flinkgeleeste beschamend?
Kent gij ookjgeen breedgeschouderde,
met vuisten als knuisten aan den romp
en met lang afgolven den baard om de
bakken, die het in wezenlijk man zijn
moet afleggen t$gen een jeugdigen pro
pagandist, wiens reine zael van geestdrift
in brand is geslagen?
De kracht van binnen, die den man
moet kenmerken, uit zich niet in geweld
naar buiten, niet door staag halsstarrig
vasthouden aan eigen dunk en blind ver
trouwen op licht van eigen wijsheid, zoo-
als men soms ten onrechte meent.
De man, dien eerenaam waardig, wil
op de hem door Ood In de wereld aan
gewezene plaats met al de hem daartoe
verstrekte vermogens vastberaden jfla
plicht doen.
Wanneer dit plicht doen lasten oplegt,
zet hij kalm en koen de ^s^phouders er
onder; worden er offers ^gevraagd, dan
ziet hij daarvoor niet om naar andermans-
zijde.
Plicht is zijn hoogste wel; piiidht doen,
zijn hoogste streven.
„Kraft er wart ich vem Mann, des Ge-
setse9 Wiürde behaupt er". (Schiller).
Dezulken komen wij heus voorloopig
nog te kort.
En niet het minst op huisvaderlijk
gebied.
Voor het stoffelijk, evenals ivooir hiet
geestelijk welvaren van zijn huisgezin
moet de man bereid zijiix te doen wat
des echtgenoots en des.'Vadens isi.
Deze Wil ds er (doorgaans wel, maar
een te laksche, een te wankele, niet altoos
bestand tegen de verleiding, ^uitgaande
van kameraden, die al .eveneens kwaad
woord en voorbeeld van (anderen volgen.
„Zijt gij niet uw Leigen meester", zoo
gekscheert men hem toe, („een vrij man,
bevoegd om te doen en te laten wat
hem blieft?"
„Vrij man" dat lijkt 'm, dat gaadt 'm!
En om nu eens ivoor goed te toornen,
dat hij het is, en zijn mannenhart voor
mann en vrijheid kloekmannelijk Jdopt,volgt
hij slaafs wat anderen zeggen en doen,
verzaakt hij aan, hetgeen ijhij als echtge
noot en vader eerlijk (veiplicht isi.
En deze avenrechtsiOhe opvatting Warn
het begrip „vrijheid" brengt Cover menig
gezin, waar zoete vree ten vreugde kon
heersdien, jheelwat schade en (Jueelwat
schande. i
Wlie kent er geen 'man, die, goedig
van aard, gedienstig £dsi\een kabouter, op
de hoogte van vak \of ambacht als geen
tweede, van louter goedheid \geen knip
voor den neus waard vjs?
Bezorgd en wijs zelfs, voor 'Jan en
alleman, uitgezonderd slechte voor Re
genen, die hij op <de allereerste plaats
gelukkig moest maken.
Ten gerieve van wie zijn diensten
vraagt, waadt hij' door Lvuur en water,
maar prettig bij vrouw en kleintjes een
avond door te brengen..
IWaar eigenlijk zijn tehuis is en hij
den naam van hoofd ,van 't huisgezin en
huisvader aan te 'danken heeft, op die
plaats voelt hij zidi minder dan waar
ook op het wijlde .wereldronjd tehuisL
Kent gij zelfs geen (echtgenoot en huis
vader, die niet veel (minder tijldsi aan uit
spanning dan aan beroepsarbeid besteedt,
en in zijln huis al® 'tware niet meer dan
kostgangert, wijl hij er T>ijna uitsluitend
verschijnt om te eten 'en te slapen.
Als een vreemdeling, een geherbergde,
hij, die daar als een koning moest zetften,
den breeden kring zijner 'dierbaren regee-
rend met gezag, doch (met een gezag,
derwijis getemperd docr liefde, dat den
onderdanen het gewillig-zijn' makkelijk
valt, wijl het met dankbare liefde ge
schiedt I i
Tot zulk een man-ennkoning-zijin van
haren echtvriend ook'dit diient gezegd
'kan moeder de vrouw ontzaggelijk
veel bijdragen.
Niet zelden immersi wordt veen goediig
twee tooneelspeelsters en dokter Nollan,
die behaagli|k achterovergeleund in zijn
Zetel, dë be en en over elkaar geslagen
in de meest ongedwongen houding, te
gen de beide dames sprak, waarbij, voort
durend een glimlach om zijn lippen
speelde.
Sicard, die zijn gewezen medeplichtige
had vergezeld, stond geleund tegen den
rug van den zetel der diva van het
Théatre Feydeau.
De salons vulden zich tneer en meer
met een menigte dames en heeren, die
bij Barras hun opwachting kwamen ma
ken.
Zoo vormde de burger-directeur reeds
een ware hofhouding.
Hoe lang?
Ook hij zou ondervinden, hjoe vergan
kelijk roem en glans zijn.
Dus, zeide de schoone Annettfe
Lange gij gaat ons verlaten, waarde dok
ter?
Ja, dames.
Ik kan mijn ooren byna niet ge*
looven, gij, een getrouwe van Parijs, eene
liefhebster van schilderijen, van schouw
burgen, van muziek en dans, gij! zoudt
dit alles verlaten?
Toch is het zoo.
Qij gaat u begraven in een afge
legen provincie, vegeteeren tusschen
en lankmoedig aangelegde man (het huis
uit, de straat op [eni nog verder gedreven
door 't onverstand van degene, die in
lief en leed zijln deelgenoote, het licht
zijner oogen, de troost .van zijn hart, in
één woord: zijln gade moest wezen.
Doch, wanneer zij, naar (het vermaan
der Kerk, voor haren echtgenoot is „lief
tallig als Rachel, vroed .als Rebekka,
trouw als Sara", dan :zal het haar niet
moeilijk vallen, den huiselijken haard te
maken tot een gezellig zoet en zonnig
verblijf van vrede, waar onderling ver
trouwen en liefde, waar orde en vreugde
ouders en (kinderen innig samen vereendgi
Dan zullen de kinderen, op ftjlperen leef
tijd gekomen, niet zonder vader of moeder
dankbaar te huldigen, met heimweeënd
hart terugdemjken aan 'tgeluk, eertijlds zoo
volop onder veilige, heilige hoede ge
noten.
Helpe derhalve de vrouw haren echt
vriend waarlijk man-zijn en man-blijven.
Discipline.
Naar aanleiding van een artikel van
mr. Wittert in de „Maasbode" schrijft
het Huisgezin onder den titel „Dis
cipline" het volgende:
Wij weten, dat professor Struyken
voor algemeen kiesrecht is.
Wij vernemen thans uit een artikel
in de „Maasbode", dat jhr. mr. Wittert
voorstander is van actief en passief al
gemeen kiesrecht voor mannen en vrou
wen.
Op zich zelf behoefde dit nfeft in zoo
hlooge .mate .te Interesaeeren.
Anders staat het, nu belden .pogen
d'e katholieke staatspartij te Overreden,
sterker, haar plicht voorhouden, zich(
voor algemeen kiesrecht te Verklaren.
De katholieke staatspartij heeft Sen
aanzien van het kiesrecht positie geno
menhaar program zegt hoe zij daar
over denkt.
Moet zij nu haar houding herzien om
dat de heeren Struycken en Wittert zulks
vvenschelijk oordeelen?
Er zijn onder ons voorstanders van
algemeen kiesrecht, dat weten we zeer
'goed, en ze zijn er geen haar minder
uitnemend katholiek om.
Maar er is een uitspraak van onze
partij, en daarnaar behoort de niinder-
heid zich te voegen.
Zeker is het th,ans het minst gelegen
pogfenblik, om de Jkatholieke partij op
het terrein van het kiesrecht een zwen
king te doen maken.
De linkerzijde heeft de rechterzijde
mede bestreden omdat deze tegen al
gemeen kiesrecht was; de rechterzijde
heeft op het program van het mi
nisterie-Heemskerk den slag aanvaard.
En nu zouden we, zes weken later,
een der punten van dat pnogfram tot
scheurpapier verklaren, erkennen d^t de
verkiezingsstrijd onzerzijds voor een deel
een vergissing is geweest
Tegen de discipline is\et, th,ans, nu
de kabinetsformatie nog hangende is en
de barensweeën blijkbaar hevig "zijn, de
(tegenpartij tegemoet te komen en de
taak der leiders te verzwaren.
De heer Wittert verklaart, dat de ka
tholieken tegenover staatspensioen de
wetten-Talma, tegenover buitensporige
opvoering v,an directe belastingen de ta-
rlefwet stellen.
Maar de heer Wittert \yeet zoo goed
als wijl, dat er ook onder de katholie
ken voorstanders van staatspenSGonnee-
ring en tegenstanders yam de tariefwet
zijn.
Indien dezen nu ook, zooals de heer
Wittert ten aanzien van het Jriesredhjl
doet, voor een herziening van h,et katho
lieke program op die punten gingen
pleiten
Wel, dan konden we ons ^program
eenvoudig opbergen en dat van concen
tratie jen soriaal-democr.itle aanvaarden.
Dan ware de miaisterieele crisis met
een opgelost.
Waar blijft, Indien anderen bef Voor
beeld van de heeren ,Struycken en Wit
tert giaan volgen, de partij-discipline?
boeren en veehouders, u vervden In de
eenzaamheid van een kasteel, uit welks
vensters men niets ziet dan velden en
boss chen?
Waarom niet?
Ik vraag mjj af wie dat wonder
heeft te weeg gebracht
S*card zdde lachend:
De liefde!
Maar dien kleinen, machtigen god
kan men toch ook te Parijs ontmoeten,
nog meer zelfs dan ergens anders.
En met een ondeugend lachje voegde
Annette er bij:
Ik meende zelfs, dat hij! zich hier al
op den weg van den dokter had bevonden.
Tegelijkertijd keek zij haar vriendin
veelzeggend aan.
Lydie Manon sprak geen woord. Haar
oogen hadden een boosaardigen glans
gekregen. Ondanks de pogingen, die zij
deed om zich te bedwingen, beet zij
met haar witte tanden van ergernis op
haar lipen.
Toch merkte zij schijnbaar talm op:
Gij vergist u, mijn lieve, het was
geen liefde, die de dokter hier ontmoet
heeft.
Wat dan?
Hubert Nollan was op dreef. De ge
dachte aan zijn aanstaande overwinning
op Rose de Trémazan, die het doel van
De Week
in het Buitenland.
Met spanning ziet Europa nog steeds
uit naar twee dingen: of nu werkelijk de
groote mogendheden eens beslist zullen
durven optreden om voorgoed een eindie
aan het Balkangeharrewar te maken, en
of Turkije het werkelijk zal durven be
staan een nieuwen oorlog uit te lokken.
Het een houdt natuurlijk verband met
het ander en de mogendheden houden
althans een voorwendsel over jn den
dreigenden toestand, waarin men niet
weet wat Turkije feitelijk zal doen. Op
treden toch met gestrengheid om be
treurenswaardige dingen te voorkomen
hebben we van hen nog niet gezien,
zullen we ook wel niet mogen verwach
ten.
Wat de andere kwestie aangaat, heeft
het, mogen we den correspondent
van de „Frankf. 2tg." gelooven, maar
een haar gescheeld of je had de poppen
weer aan het dansen gehad. Doch dat
gevaar Is reeds weer vermeden en er
blijken, al'wil Bulgarije ntets weten van
onderhandelingen over kwesties die door
den vrede van Londen zijn beslist, toch
besprekingen nog gaande te zijn. Het zal
echter ernstig te bezien staan, of deze,
wanneer niet eindelijk eens een beslis
sende stem gehoord wordt, wel tot een
behoorlijk resultaat zullen leiden.
Turkije toch kan, om wille der in
wendige gesteldheid des lands, zich niet
bij het verdrag van bonden neerleggen.
Al zou de regeering in Konstantinopel
nog zoo graag Willen, ze durft niet toe
geven voor het leger, dat feitelijk alle
macht In handen heeft. Door het succes
vol opdringen van den iaatsten tijd ge
looft het zich weer geiheel baas In Thra-
cië, te meer daar nu feitelijk pas de
Turksche mobiiisaïe voltooid is. de ap
proviandeering en de verzorging van het
leger goed geregeld is eri er voldoende
joed geoefende soldaten "klaar staan om
een Bulgaarsch leger, ware het ook ster
ker dan het nu uitgeputte land bjj mo
gelijkheid hier tegenover kan stellen, te
weerstaan en te verslaan.
In dat leger, dat nu geheel uit Mos
lims bestaat (de christelijke soldaten dier
regimenten zijn naar Anatolië gezonden)
heerscht tengevolge der berichten over
de Inderdaad gepleegde of misschien zelfs
verzonnen gruwelen der Bulgaren, een
geest, die meent dat slechts door een
nieuwen oorlog voldoening te verkrijgen
is, voor wat lil bet afgeloopen jaar ge
schied Is.: Hieruit volgt, dat het_ zldh
absoluut niet stoort aan bevelen uit de
hoofdstad, waardoor de regeering in een
lastij» parket gebracht wordt en geen
houding weet aan te nemen tegenover
de groote mogendheden. Of misschien
zelfs vindt zij dien toestand nog zoo on
aangenaam niet, daar de Porte zich kan
verschuilen echter haar onmacht om het
leger binnen de perken te houden en zich
In haar vuistje verkneutert over de ge
stage bedrejglnig der troepen van het
land aan gene .zijde der Maritsa. Het
blijft tobben met de voortdurende half
slachtigheid van Turkije, dat het nog
nooit verder dan tot beloften heeft laten
komen.
In ernst wor'dt er nu nog v^an gespro
ken, dat Turkije voornemens is In een ul
timatum Bulgarije aan te sporen zich bij
den bestaanden toestau3 neer te leggen
en van Adrianapel afstand te doen. Het
is natuurlijk geenszins aan te nemen, dat
Bulgarije hierin zou bewilligen, doch dan
zou het toch éindelijk tijd worden, dat
de mogendheden, voordat Turkijé nog
brutaler gaat optreden, eens een stok
je bij dit spelletje steken. Misschien
het wordt van vele welingelichte zijden
beweert, wacht de Porte slechts op een
ot andere dwangmaatregel om direct te
rug te trekken, wijl de regeering zich
dan voor het volk op force majeure kan
beroepen. Maar wanneer dit waar ls, dan
wordt het toch hoog tijd. V.
Weekpraatje.
't I» de tijd van tentoonstellingen en
oongressen. Een gunstig samentreffen
al zijn streven, de kroon op zijn carrière,
de veiligheid van zijn vermogen was ge
worden, de gunstige wending, die de
openbare meening te Lamballe omtrent
hem nam en die hem was meegedeeld
in van daar ontvangen brieven, dat alles
gaf hem den overmoed van gelukkige
menschen, wien alles meeloopt en diie
daardoor meenen', dat zij tegen alle slagen
van het noodlot zijn beveiligd.
Hij antwoordde met een 'gemakkelijk
heid, die aantoonde hoe bewust hij was
van zijn zedelijk overwicht:
Inderdaad, het is geen liefde, die ik
te Parijs ontmoet heb, dames, maar iets
beters, minder gevaarlijk en minder trou
weloos: het is vriendschap, gulle, vroo-
lijike vriendschap, zonder verlichtingen en
zonder offers, een roos zonder doornen.
Dat is de lachende hartstodht, die ons
leidt naar de tuinen van Armiida en ons
gedurende eenigen tijd houdt onder die
bekoring van een droom, maar waaruit
men moet ontwaken tot de werkelijkheid
van het leven, die plichten oplegt, waar
aan men zich niet kan onttrekken, zoo-
ate die om zijn. toekomst te verzekeren
en de moeilijkheden te ontwijken, waar
op men daarbij stuiten kan.
Hij keerde zich nu geheel haar Lydie
Manon, die eenigszins verwonderd naar
dien vloed van welsprekendheid zat te
ivoor de bezoekers van d(e laatste, die hun
ne.vermoeide hersenen op die eerste wat
ontspannia'g kunnen geven. Het voor
naamste congres van deze en de volgen
de maanden is wel dat, hetwelk op het
oogenblik te 'g Gravenhage wordt ge
houden. Het twintigste .wereldfoojigres
voor den vredie. Nederland, waaraan de
eer te beurt valt, de hooge congressisten
te ontvangen, maakte ook wel aanspraak
op die onderscheiding. Nederland ls door
de vredesconferenties tusschen verschil
lende mogendheden, waarvan nu sjioedig
de vierdë zal plaats jjebben, door de
stichting van het vredespaleis, d'at over
enkele dagen zal worden ingewijd, door
de vestiging van het internationaal hbf
van arbitrage te 's-Gravenhage zoo lang
zamerhand (hiet groote middenpunt ge
worden yan dfe beweging die zich ten
doel stelt dien vrede .te bevprderen en
de gruwelen en ellenden van den oor
log zooveel mogelijk te voorkomen. Aan
die vredesbeweging, voorzoover deze be
doelt nieft een afschaffen van eiken strijd',
ook den strijd voorset .goede, doch een
afwenden van eiken onnoodligen, roeke-
loozen en ruwen kjijg, doen ook dë Ka
tholieken mede. Er is nog kort gele
den in pns land .een ^Katholieke ver-
eeniging voor de wereldvrede gesticht
en niemand mindler dan Z.Em. Kardinaal
Van Rossum heeft gr het .Beschermheer
schap Dver aanvaardt!
Te Maastricht heeft verleden week
Kardinaal van Rossum zijn laatste offi-
deele bezoek gebracht Z.Em. gaat nu.
nog de Redemptoristenkloosters in Bel
gië bezoeken om daarna naar iRome terug
te keeren. Dë bezoeken, door Z.E,m. op
verschillende plaatsen en aan verscheide
ne instellingen gebracht, de woorden,
door Hem bij allerlei gelegenheden ge
sproken, zullen ongetwijfeld rijke vruch
ten afwerpen.
Over „rijke vruchten" gesproken
wat zitten we toch nog maar steeds in
de misere met den afloop der Kamer
verkiezingen. Je zoudt haast vergeten, dat
ef altijd nog zoo iets ls van een minish
tercrisis. Voor zulk een prachtige „over
winning" hebben de linksche kiezers zich
afgeslooft, hebben velen hunner in strooi
biljetten, in. bladen, op vergaderingen
hun fatsoen weggegooid. In plaats van
Staatspensioen te krijgen en algemeen
kiesrecht en alle andere rijke vruoh.tlen,
die de linksche voormannen haddeji be
loofd. .zitten ze nu te ttnren, waar die
onmacht van links ten slotte zal aan
landen, 't Blijkt intu«6chen meer en meer,
't wordt met den dag duidelijker, dat
pud|erdlom8pensioen alleen door rechte
op een gezonde 'manier kan gegeven
worden. De Kabinetsformateur heeft im
mers de grootste moeite om een minister
van financiën te vinden. De hoogste amb
tenaar van (het ministerie van financiënt
de heer van Gijn, <fie eensdeels goed op
de hoogte ls, anderdeels van onverdacht
vrijzinnige richting is, heeft verklaard,
dat hij er geen kans toe zag om aan .li,et
g-eld te komen, als de vrijzinnigen hun
eischen willen doordrijven, als zij staats
pensioen willen geven.
En algemeen kiesrecht... Staat er
jook niet erg gunstig voor.
Maar laten we tot slot van al die
narigheid afstappen om nog even in her
innering te brengen, dat wij"1 in de afge
loopen weken JiebbJen doorleefd .een tijd
van vele echte Roomsahe feesten, van
vele priester-feesten. En daar werd' ate
«ten schaduw over heen geworpen de on
verwachte doods'tijlding van aen goéden
herder van Bodegraven. JDe .overleden
pastoor viere zijn eeuwigdurend feest
hierboven.... JAN.
Rechtzaken.
Mishandeling met doodclijke afluop.
De 35-jarige proviandgaarder E. O. Q.t
wonende te Lehe, thans te Rotterdam ge
detineerd, stond gisteren voor de recht
bank aldaar terecht, omdat hem was ten
laste gelegd, in den 'nacht van 6 op 7
Juli 1913 J. Q. v. Bastelaar te hebben
mishandeld, door opzettelijk gewelddadig
uit een revolver een kogel op hem af
te schieten, met het gevolg, dat v. 'B.
luisteren, welke haar denken deed aan
de clausen van een jeune amoureux op
het toneel en, terwijl hij opstond, ging
hij voort:
De bekoring ls niet gebroken en zal
nooit breken. Mijn geheel e leven zal ik
mij de heerlijke uren herinneren, die ik
hier heb doorleefd en die ik niet vergeten
wil. O, Lydie, uw beeltenis staat onuit-
wischbaar in mijn hart gegrift en niets
zal haar kunnen doen verbleeken; gij
doet mij denken aan licht en jeugd, aan
vroolijike avonden, aan kunst en schoon
heid. Gij zult blijven de fee mijner droo-
men, aan wie ik zonder eenige smart zal
kunnen denken, en de bloein van mijn
herinneringen.
'Hij liet er snel op volgen:
Maar de noodzakelijkheid dwingt
mij, aan 's levens loop kan men zich niet
onttrekken. Ik doe hetgeen ik doen moet:
afzien van hetgeen mij behaagt en den
weg volgen, die mij is voorgeschreven.
I 1Het afscheidsuur heeft geslagen.
I 'Annette Lange riep spottend uit, om
hem te vergelijken bij den acteur, die
aan het Théatre de la Nation de verliefde
rollen speelde:
1Fleury, op en top Fleuryi
(Wordt vervolgd.)