Grappige beweringen,
DE TWEE VRIENDEN.
Uil de Pers.
Uit Stad en Omgeving.
Tweede Blad, behoorende
De bij Leidsche Courant van
Maandag 3 Maart no. 1031.
(Ingezonden.)
Een zeer eigenaardig bewijsmiddel
voor de deugd van het vrijhandelsstel
sel vinden de freetraders d,aarin, dat
hun stelsel de energie zou stalen en al
dus bijdragen om de industrie krachtig
t,e maken.
Dit kan voor zeer enkele gevallen al
waarheid bevatten, over het algemeen
gaat dat heelemaal niet opi.
Men moet wanhopigen moed "bezit
ten, om bij die vloedgolf van medeldln^
ging uit h_et Westen en Zuiden staande
te blijven. Zeer krachtige naturen kuii-
-n,en na aanhoudende Vorsteling na te
genslag het hoofd omjhoogl houden, de
r,est verzinkt en gaat ten onder. Zóó
gaat h,et in 't leven, zóó ook in handel
en nijverheid.
Wat bij uitzondering na een alge-
meenen ondergang nog krachtig staat,
jmag dan toch niet in zijn alleenstaand
als bewijs aangehaald worden, dat er
geen débaclie geweest is; Waar door
den vrijen toegang van alle buitenlands
sche firma's tot ons land vele zaken go-
gleden hebben of ten onder gingen mag
men uit een enkel goed march eer en de
zaak met een buitengewonen leider aan
't hoofd toch niet besluiten, dat vrjj-
handel goed werkt.
Die logica schijnt bij de freetraders
dikwijls opi reis te yijn.
Toch gebruikt men het argument
Het zoeken naar débouchés, de con
currentie, zij zullen wel altijd bTijvfen
bestaanmaar men moet daartoe in alle
geval zeker gelegenheid hebben in naak
te pvmgeving, in eigen land. Waarvoor
jjs men anders Nederlander?
Gaarne haalt men pok aan, om maar
te bewijzen dat het laag of onbelast
binn,en komen van vreemde voortbreng
selen ons niet schaadt, verschillende ;za^
ken, die wij naar het buitenland kuhnien!
leveren.
Daarvan mogen hier eens enkele.door
antitariefwet-voorstanders - opgegeven
staaltjes vplgen. Ze zijn dan: geweven
go,ederen, chocolade, slaolie, gist, pa
pier, margarine en baggermolens. Zeecr
variante artikelen. Men ziet er is pene
bonte verscheidenheid. Laten wij ze eens
bezien.
Geweven goederen. Naar Japan,
China, en verder gaan gedrukte katoen
tjes, dat is zoo, ver genoeg weg
maar probeer eens in Nederland de En-
gelsche, Duitsche, Belgisdh,e *en Fran-
sche geweven goederen te verdringen.
Daar is meer aan verdiend. Maar dat
gaat dan toch maar niet Probeer eens
dekens en aanverwante- goederen naar
.DuitsChland te leveren: dat gaat niet.
Kom eens met uw fabrikaat in België!
Dat lukt niet! Want het buitenlahd
houdt zijne poorten gesloten.
Wat adverteêrt men in de confeo-
tie-magazijnen, geen Nederlandsch fabri
kaat, maar Engelsdi goed.
Waarom heeft men, vragen wij voor
ile zooveelste maal fabrieken gaan
verplaatsen naar Roubaix naar Charleroi
naar Aken, als men zoo goed naar an
dere landen leveren kon Als er wat van
waar is, is d,e zaak zeker zeer sterk
otverdreven, want in het officieels ver
slag over handel, nijverheid en scheeps
vaart ov,er 1911 klaagt men qyer bui-
tenlandsche mededinging en over die! lage
prijzen van het buitenland in garens,,
trijp en wollenstoffen wat alweder geen
teeken van welvaart is.
Chocplad.e. Men vergeet hierbij,
d,ai verschillende fabrikanten dszclfdje fa
brjeken, die ze hier in Holland bezitten,
aan de overzij der grens gebouwd heb
ben, zoo Bensdorp!, van Houten en an
deren. En wat vindt men in de fijnjef
winkels uitgesteld? Zwitsersché Cho-
FEUILLETON.
129)
Eindelijk, op zekeren morgen, deed
men mij roepen en een man in het zwart
gekleed, met veeren op ,den hoed, ook
zwart als die van een raaf, las mij een
papier voor en Zeidie ten slotte tot mij:
Gij, zijlt vrij.
Vrij, heiaas, om door de straten ite
dolen als een verdwaalde hond, maar
niet om Parijs te verlaten, waar ik niet
zou kunnen leven, want hoe had ik er
in mijtn onderhoud moeten voorzien, i'k,
die geen enkel beroep ken?
Gelukkig bezat ik nog eenige loulis, idiie
mijn vader mijl had gegeven op den dag
voor dien, waarop hij voor de revolutioai-
naire rechtbank moest verschijnen en de
barones de Frévent had mij;, op het
oogenblik, dat men mij riep, haar beurs
in de hand gedrukt, .en "terwijl zij iniij
omhelsde alsof ik haar doditer was, zeg
de zij met een. goedheid, die ik niet
zou kunnen beschrijven
Kjoop lederen morgen een dagblad
en zie wat er van mij geworden is.
Wianneer ik het onverhoopte geluk heb,
oak nog van hier te Icomen, ga dan snaar
colade Milka en andere Francche Cho
colade en daarbij Fransche pralines, dure
geconfijte vruchten en zoetigheden.
Mogelijk, dat er chocolade .uitgevoerd
wordt, tengevolge der reusachtige ren
dame, die vroeger van Houten maakte,
en welke navolging heeft gevonden, maar
dat deze uitvoer iets te maken heeft
Wft gunstige werking van den v^jhandel
believen wij niet te gelooven.
Slaolie. Men moge daarvoor in het
buitenland eenig afgezefgebied gevon
den hebben, niemand zal ontke|nnen, dat
de fijne tafelolie niet van Holland-
schen oorsprong is en veel uitgevoerd
wordt, jammer genoeg tot schade van
'onze producten. De Hollandsche slaolie
is ook een geheel alleenstaand, geheel
verschillend product.
Qist. Men moet eens ^waarnemen,
hoe ijverige steunpilaren de buitenland-
vsdhe gisthandeiaars van het anti-tarief-
wctnxnnité zijn. Zij" vaardigen prompt
hunne agenten af ter bijwoninlg van Ver
gaderingen. Die agenten schrijven zelf
Vergaderingen uit en roeren .zich, dat
is hun recht. Maar waarom zouden ze
dat doen, als onze gist zoo goed naar 't
buitenland ging en ze niet bang waren,
dat hunne bron van inkomsten ten dee>-
lie opdroogde? Of dat hun vreemde
gist door het recht v^n 5 .gulden per
'100 'kilogram, 5 cent per kilo, achter
moest gaan staan bjj ons eigen product.
Dezelfde agenten, die nu de buitenlandi-
■sche nijverheid steunen, kunnen bij het
oplleven onzer nijverheid, ook hier en
met veel minder moeite hun brood ver
dienen. Een p'aar slechte overgangsjaren
worden dan weer goed gemaakt dioor
de verbetering der eigen klandisie en die
mindere onkosten.
Papier. Men moet aan volslagen on
kunde lijden, om dét aan te halen als
behoorende bij de Neder land,sche pro
ducten, die naar 't buitenland gaan. Het
Duitsche normaalpapier, heeft ons ve
lijn verdrongen, het Engelsen© papier
ona schrijfpapier en wij zullen et alleen
op wijzen, dat papier ook genoemd
wordt onder de noodlijdende zaken in
meergenoemd verslag over 1911.
Geschept papier zal wel in zekere
hoeveelheden hier of daar heen gezon
den worden ook. En die schijnt mede te
tellen, maar men kan hieruit duidelijk
zien, wat men er al niet met de haren
bijsleept om maar te betoogen dat het
buitenland ons geen kwaad doet.
Margarine. Hierbij behoeft men
eenvoudig te vragen, waarom verplaats
ten de firma Jurgens, de gebrs. Albérs
en anderen hunne fabrieken naar Goch
en elders? Deed men dat, omdat het
leveren naar het buitenland zooveel voor
deel bracht Oï omdat hunne buitenland-
eche klanten verdwenen?
Was dat van wege de zegeningen van
on9 vrijhandelstelsel of omdat Pruisen
jammen opwierp tegen onzen afzet, in
den vorm van verhoogde invoerrechten
Baggermachines. Ook die haalt
men er bij. De tientallen baggermachi
nes, die men opi aanraden Van onlzei knap
pe koppen kocht, toen deze naar liet
buitenland geroepen werden, omdat men
ze daar noodig had, zullen toch wel
niets uit te staan hebben met den Vrij
handel.
Men ziet de argumenten tegen de ta
rief wet moeten wel dun gezaaid zijn,
dat men er zoo van alles bijhaalt, om
te bewijzen, dat vrijhandel niet schaadt
en toch je ware is.
Maar iets anders Is het, dat er .ber
il alve de draadnagelfabriekën, dje pan
nen- en aardenbuizen-bakkerij, nog an
dere duidelijk aangewezen nijverheid;s-
afdeelingen bestaan, die wei geleden
hebben blijkens gemeld verslag, zoo de
ledier-industrie, de steenfabricatie, kunst
meststoffen, machines, loodwit, kachel-
ellebogen en hoefijzers, wollen .stoffen,
garens, trijp, sigaretten en andere.
;D;at tracht men nu weer goed te pra
ten, b.v. in den „N. IR. Ct." van '9 Novi
1912, met vpor te geven, dat er lieden
zijn, die daaryan profiteeren, maar men
ziet voorbij, dat .de Nederlandlsche fa
brieken en fabriekarbeiders daardoor
grootelijks lijden.
Het doet dan ook komiek aan> dat
j gewurm, om de bouwvallen die de vrij-
j handel maakte, weer te jnaken tot pas
sabele woningen der volkswelvaart. Maar
het spreekwoord blijft waar: de 'bru
tale heeft de halve wereld, daarom1 be
weert men maar lustig er qpi los. Toch
zijn de theorieën grappig voor den gOed-
ingelichte
de rue dui Bac, n. 30, en vraag Idaar
naar de burgeres Louiise. Zult gij 'het
niet vergeten, mijn kind?
Ik heb het niet vergeten, maar de dag
bladen hebben mij tot dusverre nog niets
Voortreffelijke vrouw! lederen dag bid
ik voor haar redding, Oi wanneer zij
nog aan de handen van1 den beul kon
ontkomen. Wanneer ik haar kon terug
vinden. Maar dat is een zwakke hoop.
Ik Lees de Maden met aandacht^ maar
ik heb haar naam er nog niet in aan
getroffen. Het overige van mijn tijd breng
ik door met door de stad te loopen
om een betrekking te zoeken, maar ik
vind niets. Overal waar ik mij aanmeld,
ontvangt men mij met gejammer over
den slechten tijd, maar genoeg van die
treurigheden, mijn vriendin, mijln lieve
zuster, laten wij nu over ons zelf spreken.
Ik woon in bij een uitdraagster, die
Laurette heet en' die zeer vriendelijk voor
mij is. Ik heb het geluk gehad, bij toeval
in haar huis te komen., waar ik een
klein kamertje heb gehuurd, karig ge
meubileerd, maar zeer zindelijk.
De burgeres Laurette gij weet idat
er geen dames, geen meisjes, geen vrou
wen meer zijn doch alleen burgeressen
is een alledaagsche vrouw, in het
minst niet deftig, maar zij lijkt mij goed
en gedienstig toe en ik kan het best
met haar vinden. Mijn huur is niet hoog
De Bakkerswet.
Wij lezen in het Centrum:
De „Zutphensche Crt." tracht na te
hebben vooropgezet, dat mr. Aailbers©
niets anders overblijft, dan zijn onitwerp-
Bakkerewet in te trekken daaruit een
verwijt te distilileeren aan het adres van
den Katholieken afgevaardigde, .om dan
terzclifderjjjd den Unie-liberalen hoed mat
een pluim te versieren.
Op yerrnanden toon schrijft het blad:
Voor den heer Aalberse moge deze
loop van zaken een "teleurstellende
wezen, hij heeft dat aan zich zelf te
wijten, Dadelijk na den val van minister
Talma's ontwerp doken er berichten op
van plannen aan beide zijden der Ka
mer, om een nieuwe regeling voor te
bereiden. Ook de Unie-liiberale Kamer
leden waren in die richting werkzaam.
Had de heer Aalberse daar steun ge
zocht, om door onderling overleg te
bereiken, wat bereikbaar was, mét ver
mijding der principdeele grieven van de
tegenstemmers, dan ware 'het hem stel
lig gelukt een ontwerp1 te doen aan
nemen, dat althans een flinke hervor
ming in het bakkersbedrijf gebracht
zou hebben.
En verder:
Met wat meer toeschietelijkheid^ wat
m eer zin voor overleg en lust tot samen
werking met .politieke tegenstanders
ware het hem gelukt, een inderdaad
nationale wet op dit gebied tot stand
te brengen, welke dan steeds zou heb
ben herinnerd aan haar v§der, mr.
Aalberse.
Die kans Is nu verkeken.
Of de kans inderdaad verkeken isk
zullen we in ?t midden laten.
De toon der „Zutphensche" klinkt well
wat al' te apodictisch.
En wat het vreemdst aandoef, is, dat
dit orgaan der Unie-liberalen het gepast
oordeelt als tuchtmeesters op te treden len
bestra ffenderwijze over „samenwerking
met politieke tegenstanders" te morali-
seeren. I
Van die samenwerking had de Linker
zijde verleden jaar kunnen blijk gevers
bij de behandeling Van Ihet ontwerp-
Talma.
Maar wat zag 'men toen geschieden?
Dat op één enkele uitzondering na,
de gansche vrijzinnigheid'tegenstemde
en de wet vallen deed!
Of toen niet „wat meer toeschietelijk
heid" enz. op haar plaats zou zijn ge
weest bij de liberale groepen?
iWanneer de liberalen, en met name
de Unie-Liberalen, zooveel prijs stellen
op „samenwerking met politieke tegen
standers", dan hebben, rij daartoe meer
dan één gelegenheid: laten voorbijgaan.
Maar men vraagt zich onwillekeurig af,
of ook de bovenstaande ontboezeming
der „Zutphensöhe Crt.", waarin zekere
„Schadenfreude" schijnt door te klinken,
wel getuigt van den ernst ^ier gezind
heid, waarvoor het biL'ad een zoo roerend
pleidooi houdt, en of die gezindheid bij
de behandeling yan "het ontwerp iri de
afdeelingen niet op ietwat bedenkeljjke
manier in ;t gedrang kwam.
Oude plunje.
Onder dit opschrift schrijft de N.
Ti 1 b: Crt:
Een goed stelsel v.oor het pensioen
v,an den werkman is, dat de Staat, dé
patroon en de werkman erin bijdragen.
Het lijkt immers niet meer dan billijk,
dat de eerste belanghebbenden, de
werkman, wien het ten goede komt, en
de patroon in wiens dienst de werkman
gewerkt heeff, het hunne er aan be
talen, terwijl 'de Staat dan aanbrengen,
en op de voeding héb ik niets aan te
merken. Ik lean dus voor eenigen tijd
onafhankelijk bllijlven, dank zij de Louis
van mijn armen vader en de beurs der
barones, die mij zoo goedhartig werd aan
geboden, dat ik haar niet heb kunnen
weigeren.
Zoo is nu mijn toestand, lieve vriendin.
En gij? Hoe maakt gij het en hoe
maakt het mijnheer Nollan, uw vader?
In mijn verbeelding zie ik u diep treurig!
in uw groote kamgr, zooals ik het in de
mijne ben, want gij hadt ons hartelijk
lief, daar ben ik zekér van, mijn Thérèse
ik zie u met het hoofd in de handeni,
peinzend over het verLeden, over de stor
men, die al dezen vrede hebben verwoest.
Daar Waar rust en overvloed heersch-
ten, vindt men nu slechts woeling en
ellende. Het is, alsof een bliksemstraal
allés heeft getroffen en neergeworpen.
De mens ch en zijn weg en de vroeger
zoo vroolijke huizen staan nu ledig.
Herinnert gij u die lieve meisjes, zoo
edel, zoo bevallig, Valentine de Kéroual
en Marje de Belazé? Zij, zijn in den
storm ondergegaan. Twee vriendinnen!,
twee zusters van ons, gestorven, en welk
een dood? En zooveel anderen. Ik durf
hun namen zelfs niet noemen. En Jean,
mijn 'beminde broeder, uw vriend, die
zoo aan u gehecht was, hij, is ook dood,
zonder ons zelfs te hebben weergezien
Als ik daaraan denk,'dan breekt mij het
kan wat er te kort komt.
Zoo is 't nu ook feitelijk in de wet
Talma, waaraan men druk bezeg is.
Nu i9 in de „sociale kwestie", vooral
waar de politiek in het spel komt, een
ongelukkig ding, dat er zooveel met
machtwoorden gewerkt wordt, macht
woorden, die bij de onnadenkenden inL
slaan, blijven hangen en dan. tot voor-
oordeelen leiden.
Zoo werd van de socialistische Zijde
Op hoogen toon en met schelle akkoor
den gezongen en gespeeld over en voor
het eenig goede staatspensioen.
En de vrijzinnige concentratie nam
he': lied over. Daar zat stembusstroop
aai dat pensioenkwastje.
De Staat maar eenvoudig alles laten
betalen, wat s'ploedlig is gezegd, maar
waaryoor niet zoo spbedjg een goede
Rechtsgrens is aan tegevlen.
De menigte heeft echter aan alle
rechtsgronden J,m'aiinig,; volgeins het his
torische kiesche woord yan den heer
Schaper, en lichtelijk zullen wat lichtgéf-
loDvigen door de leuze van het staats
pensioen worden gebiologeerd.
Wat het doel is voor de vrijzinnige
ipblitieke tinnegieters.
Intusschen hebben alle sociaal-djemo-
craten er niet altijd hetzelfde van gen
dlacht.
Wij vonden namelijk een oud snuifje,
Tets wat de heer Vliegen indertijd
in 1905 in „Het Volk" schreef. En
'als men dat nog eens leest dan ziet
men, dat ook dp sociaal-democratie oudje
plunje heeft enals 't noodig is
wegwerpt.
De. heer Vliegen schreef dan niets min
der dan het volgende:
„Het is dus billijk, dat er een .bij
drage van den patroon wordt gjeheven,
niet een paar centen-bijdrage, die elke
week wordt opgehaald, maar een be
lasting bi.v. van f5.voor eiken ar
beider dien een patroon jn dienst heeft.
Dit zou ongeyeer 5 miillioen gulden op^
leyeren."
En de arbeiders of degenen, dje voor
het pensioen in aanmerking moesten
komen, zouden dan, volgens den heer
Vliegen, een bijzondere belasting te be
talen hebben, waaryoor eten anderhalf
miltioen 'bij elkaar zou worden ge
bracht."
Dit is dus in het geheel geen staats
pensioen. Het is niet veel anders dan
wat de minister nu ook voorgesteld
heeft: bijdragen v^n bedde p'artijen.
Thans vragen de sociaal-democraten in
de Kamer eenyoudig staatspensioen en
Zijn er dus ook.onder hep^-die evenals
dc. vrijzinnigen, thans aanbevelen;, wat
Zij vroeger niet wenschelijk1 en billijk
achtten.
LEIDEN, 3 Maart.
St. Petrus.
Gistermiddag vergaderde in bet ge
bouw van den Ned. R. K. Volksbond de
afdeeling Leiden van 'den Nederl. R. K.
Bond van Hebeis-, Kantoor- en |W|inkeJlr
bedienden.
De voorzitter, de beer B, H. v, 'Dieren,
opende de vergadering met den C'hr.
groet - en heefte zoowel Idle oude als de
nieuwe leden welkom op deze vergade
ring, waarop uiteengezet zal worden de
noodzakelijkeheid van organisatie en Ka
tholieke organisatie. Het vereenigen op
principieelien grondslag wordt als nood
zakelijk ingezien door de sociaal-demo
craten ook wij moeten doordrongen zijn
van deze noodzakelijkheid Spr. heette
welkom den pionier van de Katholieke
organisatie der Handels-, Kantoor- en
Winkelbedienden, den heer A. A. van
hamersvelld, (bondsvoorzitter te Amster
dam, 'die dat alles in den 'breed© zal
uiteenzetten, en den geestelijken adivi-
s :ur, den Welleerw. pater C. IL. Zuidgeest,
d e steeds toomt ide Ivereeniging een warm
hut toe te dragen.
Nadat de notulen waren voorgelezen
11 goedgekeurd, deed 'de "voorzitter mede-
d telling van de verdeöling der bestunrs-
f ncties. Voorzitter de beer B. Hj. van
1 irt en mijn oogen vullen Zich met ftraneni.
O! mijn Lieve Thérèse, wat al rampen,
ei van waar zijn die toch gekomen..."
Daar hield de brief op; het plotselinge
1 nnentreden van Hubert Nollan had de
s brijfster gestoord.
Nu hij weg was, ham zij de pen loip
n haar brief af 'te schrijven, maar eens-
i! aps liet zij haar weer op ide tafel 'rusten.
Vanwaar die rampen gekomen waren?
i on zij daar nog aan twijfelen? Hadden
1 mr vader en haar moeder, op hun
densweg van Rennes naar Parijs, haar
't ;en deelgenoote van hun vermoedens
j. smaakt? Had zij het zichzelf niet ge-
gd^ met haar helder verstand, dat er
i aar één schuldige, één verrader kon
4 jn? Was niet de naam van dokter ,Hu-
'1 irt 'Nollan op de lippen van ai zijn
s achtoffers gekomen?
Thérèse was de zuster van den schul-
ic ge, van den verrader, 'zeker onkundig
tn een verraad, dat 'haar zou hebben
k >en blaken van verontwaardiging, maar
if ch was zij aan hem gebonden met de
1 inden des bloeds.. Waarom dan vriend^
s hapsbetrekkingen met haar te onder-
1 uiden, die er haar aan zouden bloot-
s ellen, nogmaals van aangezicht tot aan-
2zicht te staan met het-verfoeide wezen,
v el.lcs aanblik alleen reeds zooveel smar-
t lijkc herinneringen en zooveel haat in
Ir-ar opwekte? Zij was haar vriendin,
hiar boezemvriendin. Zeker. Maar be2it
Dieren, 2e voorzitter de heer P. J.
Schoonderwoerd, le secretaris de heer
J. H. F. Smit, 2e secretaris de heer P*
Heemskerk, penningmeester de heer M.
Gerdes. Verder bracht spr. een woord
van dank aan den afgetreden voorzitter,
den heer Heemskerk, en den afgetreden
secretaris, den heer Schoonderwoerd. Na
dat door den heer Vreeburg namens de
controle-commissie was medegedeeld, dat
de boeken van den penningmeester in
orde waren bevonden, verkreeg de heer
Van Hamersveld- het woord.
Spr. begon met er op te wijzen, dat
wij leven in een tijd van organisatie.
Als wij een blik werpen in onze samen
leving, zien wij ook in de noodzakelijk
heid van organisatie. De enkeling is
zwak, in de vereeniging ligt de kracht.
Als de bedienden alleen staan, geheel
op zichzelve, dan zijn ook zij zwak,
staan ook zij machteloos, zoowel op
godsdienstig als op maatschappelijk ge
bied,. Machteloos staan zij tegenover hen,
die opwerpingen maken tegen den gods
dienst, machteloos ook tegenover teveel
eischende patroons. Wij hebben, aldus
spr., God zij dank, een R. K. Bond voor
handels-, kantoor- en winkelbedienden,.
Deze bond werkt voor de godsdienstige
en maatschappelijke belangen van de han
dels-, kantoor- en winkelbedienden.
Die geschiedenis bewijst het, dat rij,
die alleen staan, 'ten gronde gaan. Toen
de gilden door het liberalisme uit elkan
der waren gerukt, toen ieder op zich
zelve stond, toen was er in naam vrij
heid, maar in werkelijkheid slavernij en
verdrukking. De gevolgen van het libe
ralisme. het valsdhe vrijheids systeem
dc en zich nog gevoelen. Denken we b.v.
aan den vrouwen- en kinderarbeid.
Stoffelijke ellenden zijn er' door ontstaan,
die weer de oorzaak zijn geworpen van
zedelijke rampen. Om dat alles te keeren,
heeft Paus Leo XIII tot allen, ook tot
de bedienden, den oproep gericht om
rich te organise eren, inaar te organiseeren
op Katholieken grondslag. Zoo alleen
kunnen ide rampen, gebracht door het
liberalisme, worden afgeweerd.
Wat is op vereenigingsgebied gedaan
door de handels-., kantoor- en jvinkelr
bedienden aldus spr. Wlij moeten be
kennen, dat er door hen nog te weinig
is gedaan. Door hen wordt nog t© weinig
ingezien, dat de R. K. vakbeweging het
middel is tot behartiging hunner gods
dienstige en maatschappelijke belangen.
Toch is er in die twee jaar, dat de
R. K. Bond bestaat, reeds betrekkelijk
veel tot stand gebracht. Er zijn reeds 17
afdeelingen gesticht. Men erkent het be
staan van «den bond; men houdt er
rekening mede; men vraajgt de meening
van den bond iin verschilenide kwesties.
Spr. toont dit aan uit verscheidene feiten.
Dat onze bond reeds veel invloed heeft,
wordt ook bewezen door de bestrijding,
'die hij van niet-katholieke organisaties
ondervindt, en wei omdat onze bond Ide
neutraliteit verfoeit, ten allien tijde reke
ning houdt met de beginselen van den
R, K^ godsdienst
De R. K. Bond heefjt georganiseerd In
die twee jaar een plaatsingsbureaii!, dat
reeds zichtbare resultaten heeft opge
leverd. Opgericht is een fonds tot onder-
li.igen steun bij overiijden, dat zich ten
doel stelt uitkeeringen te geven aan de
weduwen der bedienden; eveneens is in
wording een werkloozenfonds. Spr, bracht
ook in herinnering de aatie voor de win
kelsluiting. In Amsterdam is de R. K.
Bond de eerste geweest, die opkwam
voor de negen-uur-sluiting, en er ten
tweeden male voor opkwam, toen het
voorstel in den Raad verworpen was.
In verband hiermede wees spr. op de
noodzakelijkheid van een koteren arbeids
duur voor de behartiging der godsdien
stige en .maatschappelijke belangen, en
ook voor de gezondheid. Ook voor de
Zondagsrust is door den Bond reeds veel
en met succes geijverd, daar deze aller
noodzakelijkst moet geacht worden. In
feiten toonde spr. aan, dat er op 'het
gebied van arbeidsduur en Zondagsrust
nog zeer treurige toestanden bestaan,
Amsterdam haaide spr. als voorbeeld
men een hart geheel, waaraan men niet lal
zijn geheimen kan toevertrouwen?
Haar onderhoud met dokter Nollan
hrd haar afkeer van hem nog verdubbeld.
Zij nam den brief op en scheurde hem
in kleine snippers. Daarna opende zij
haar venster en strooide die snippers in
den wind. v
Nu was zijl geheel alleen en zou haar-
tot ondergaan. Thérèse zelfs was een
vreemdelinge voor haar geworden.
In die benedenverdieping van het huis
had dokter Nollan een lang gesprek met
'deuitdraagster.
Toen hij zich gereed maakte om heen
te gaan, zeidie hij tot haar:
Gij hebt mijl dus begrepen?
Volkomen.
Tk wit dat meisje.
Het is goed.
Elk middel is mij goed, mits het
maar doel treft. Dien mij goed en ik
zal u met ruime hand betalen.
Hoeveel?
Hij noemde een bedrag.
Dat blijft afgesproken.
En gelijk overs téken.
En gelijk oversteken. Tot weerziens.
De dikke vrouw lachte 'begeerig en
herhaalde met een veelzeggenden bik:
Ja, tot weerziens.
(Wordt vervolgd.)