Grappige beweringen, DE TWEE VRIENDEN. Uil de Pers. Uit Stad en Omgeving. Tweede Blad, behoorende De bij Leidsche Courant van Maandag 3 Maart no. 1031. (Ingezonden.) Een zeer eigenaardig bewijsmiddel voor de deugd van het vrijhandelsstel sel vinden de freetraders d,aarin, dat hun stelsel de energie zou stalen en al dus bijdragen om de industrie krachtig t,e maken. Dit kan voor zeer enkele gevallen al waarheid bevatten, over het algemeen gaat dat heelemaal niet opi. Men moet wanhopigen moed "bezit ten, om bij die vloedgolf van medeldln^ ging uit h_et Westen en Zuiden staande te blijven. Zeer krachtige naturen kuii- -n,en na aanhoudende Vorsteling na te genslag het hoofd omjhoogl houden, de r,est verzinkt en gaat ten onder. Zóó gaat h,et in 't leven, zóó ook in handel en nijverheid. Wat bij uitzondering na een alge- meenen ondergang nog krachtig staat, jmag dan toch niet in zijn alleenstaand als bewijs aangehaald worden, dat er geen débaclie geweest is; Waar door den vrijen toegang van alle buitenlands sche firma's tot ons land vele zaken go- gleden hebben of ten onder gingen mag men uit een enkel goed march eer en de zaak met een buitengewonen leider aan 't hoofd toch niet besluiten, dat vrjj- handel goed werkt. Die logica schijnt bij de freetraders dikwijls opi reis te yijn. Toch gebruikt men het argument Het zoeken naar débouchés, de con currentie, zij zullen wel altijd bTijvfen bestaanmaar men moet daartoe in alle geval zeker gelegenheid hebben in naak te pvmgeving, in eigen land. Waarvoor jjs men anders Nederlander? Gaarne haalt men pok aan, om maar te bewijzen dat het laag of onbelast binn,en komen van vreemde voortbreng selen ons niet schaadt, verschillende ;za^ ken, die wij naar het buitenland kuhnien! leveren. Daarvan mogen hier eens enkele.door antitariefwet-voorstanders - opgegeven staaltjes vplgen. Ze zijn dan: geweven go,ederen, chocolade, slaolie, gist, pa pier, margarine en baggermolens. Zeecr variante artikelen. Men ziet er is pene bonte verscheidenheid. Laten wij ze eens bezien. Geweven goederen. Naar Japan, China, en verder gaan gedrukte katoen tjes, dat is zoo, ver genoeg weg maar probeer eens in Nederland de En- gelsche, Duitsche, Belgisdh,e *en Fran- sche geweven goederen te verdringen. Daar is meer aan verdiend. Maar dat gaat dan toch maar niet Probeer eens dekens en aanverwante- goederen naar .DuitsChland te leveren: dat gaat niet. Kom eens met uw fabrikaat in België! Dat lukt niet! Want het buitenlahd houdt zijne poorten gesloten. Wat adverteêrt men in de confeo- tie-magazijnen, geen Nederlandsch fabri kaat, maar Engelsdi goed. Waarom heeft men, vragen wij voor ile zooveelste maal fabrieken gaan verplaatsen naar Roubaix naar Charleroi naar Aken, als men zoo goed naar an dere landen leveren kon Als er wat van waar is, is d,e zaak zeker zeer sterk otverdreven, want in het officieels ver slag over handel, nijverheid en scheeps vaart ov,er 1911 klaagt men qyer bui- tenlandsche mededinging en over die! lage prijzen van het buitenland in garens,, trijp en wollenstoffen wat alweder geen teeken van welvaart is. Chocplad.e. Men vergeet hierbij, d,ai verschillende fabrikanten dszclfdje fa brjeken, die ze hier in Holland bezitten, aan de overzij der grens gebouwd heb ben, zoo Bensdorp!, van Houten en an deren. En wat vindt men in de fijnjef winkels uitgesteld? Zwitsersché Cho- FEUILLETON. 129) Eindelijk, op zekeren morgen, deed men mij roepen en een man in het zwart gekleed, met veeren op ,den hoed, ook zwart als die van een raaf, las mij een papier voor en Zeidie ten slotte tot mij: Gij, zijlt vrij. Vrij, heiaas, om door de straten ite dolen als een verdwaalde hond, maar niet om Parijs te verlaten, waar ik niet zou kunnen leven, want hoe had ik er in mijtn onderhoud moeten voorzien, i'k, die geen enkel beroep ken? Gelukkig bezat ik nog eenige loulis, idiie mijn vader mijl had gegeven op den dag voor dien, waarop hij voor de revolutioai- naire rechtbank moest verschijnen en de barones de Frévent had mij;, op het oogenblik, dat men mij riep, haar beurs in de hand gedrukt, .en "terwijl zij iniij omhelsde alsof ik haar doditer was, zeg de zij met een. goedheid, die ik niet zou kunnen beschrijven Kjoop lederen morgen een dagblad en zie wat er van mij geworden is. Wianneer ik het onverhoopte geluk heb, oak nog van hier te Icomen, ga dan snaar colade Milka en andere Francche Cho colade en daarbij Fransche pralines, dure geconfijte vruchten en zoetigheden. Mogelijk, dat er chocolade .uitgevoerd wordt, tengevolge der reusachtige ren dame, die vroeger van Houten maakte, en welke navolging heeft gevonden, maar dat deze uitvoer iets te maken heeft Wft gunstige werking van den v^jhandel believen wij niet te gelooven. Slaolie. Men moge daarvoor in het buitenland eenig afgezefgebied gevon den hebben, niemand zal ontke|nnen, dat de fijne tafelolie niet van Holland- schen oorsprong is en veel uitgevoerd wordt, jammer genoeg tot schade van 'onze producten. De Hollandsche slaolie is ook een geheel alleenstaand, geheel verschillend product. Qist. Men moet eens ^waarnemen, hoe ijverige steunpilaren de buitenland- vsdhe gisthandeiaars van het anti-tarief- wctnxnnité zijn. Zij" vaardigen prompt hunne agenten af ter bijwoninlg van Ver gaderingen. Die agenten schrijven zelf Vergaderingen uit en roeren .zich, dat is hun recht. Maar waarom zouden ze dat doen, als onze gist zoo goed naar 't buitenland ging en ze niet bang waren, dat hunne bron van inkomsten ten dee>- lie opdroogde? Of dat hun vreemde gist door het recht v^n 5 .gulden per '100 'kilogram, 5 cent per kilo, achter moest gaan staan bjj ons eigen product. Dezelfde agenten, die nu de buitenlandi- ■sche nijverheid steunen, kunnen bij het oplleven onzer nijverheid, ook hier en met veel minder moeite hun brood ver dienen. Een p'aar slechte overgangsjaren worden dan weer goed gemaakt dioor de verbetering der eigen klandisie en die mindere onkosten. Papier. Men moet aan volslagen on kunde lijden, om dét aan te halen als behoorende bij de Neder land,sche pro ducten, die naar 't buitenland gaan. Het Duitsche normaalpapier, heeft ons ve lijn verdrongen, het Engelsen© papier ona schrijfpapier en wij zullen et alleen op wijzen, dat papier ook genoemd wordt onder de noodlijdende zaken in meergenoemd verslag over 1911. Geschept papier zal wel in zekere hoeveelheden hier of daar heen gezon den worden ook. En die schijnt mede te tellen, maar men kan hieruit duidelijk zien, wat men er al niet met de haren bijsleept om maar te betoogen dat het buitenland ons geen kwaad doet. Margarine. Hierbij behoeft men eenvoudig te vragen, waarom verplaats ten de firma Jurgens, de gebrs. Albérs en anderen hunne fabrieken naar Goch en elders? Deed men dat, omdat het leveren naar het buitenland zooveel voor deel bracht Oï omdat hunne buitenland- eche klanten verdwenen? Was dat van wege de zegeningen van on9 vrijhandelstelsel of omdat Pruisen jammen opwierp tegen onzen afzet, in den vorm van verhoogde invoerrechten Baggermachines. Ook die haalt men er bij. De tientallen baggermachi nes, die men opi aanraden Van onlzei knap pe koppen kocht, toen deze naar liet buitenland geroepen werden, omdat men ze daar noodig had, zullen toch wel niets uit te staan hebben met den Vrij handel. Men ziet de argumenten tegen de ta rief wet moeten wel dun gezaaid zijn, dat men er zoo van alles bijhaalt, om te bewijzen, dat vrijhandel niet schaadt en toch je ware is. Maar iets anders Is het, dat er .ber il alve de draadnagelfabriekën, dje pan nen- en aardenbuizen-bakkerij, nog an dere duidelijk aangewezen nijverheid;s- afdeelingen bestaan, die wei geleden hebben blijkens gemeld verslag, zoo de ledier-industrie, de steenfabricatie, kunst meststoffen, machines, loodwit, kachel- ellebogen en hoefijzers, wollen .stoffen, garens, trijp, sigaretten en andere. ;D;at tracht men nu weer goed te pra ten, b.v. in den „N. IR. Ct." van '9 Novi 1912, met vpor te geven, dat er lieden zijn, die daaryan profiteeren, maar men ziet voorbij, dat .de Nederlandlsche fa brieken en fabriekarbeiders daardoor grootelijks lijden. Het doet dan ook komiek aan> dat j gewurm, om de bouwvallen die de vrij- j handel maakte, weer te jnaken tot pas sabele woningen der volkswelvaart. Maar het spreekwoord blijft waar: de 'bru tale heeft de halve wereld, daarom1 be weert men maar lustig er qpi los. Toch zijn de theorieën grappig voor den gOed- ingelichte de rue dui Bac, n. 30, en vraag Idaar naar de burgeres Louiise. Zult gij 'het niet vergeten, mijn kind? Ik heb het niet vergeten, maar de dag bladen hebben mij tot dusverre nog niets Voortreffelijke vrouw! lederen dag bid ik voor haar redding, Oi wanneer zij nog aan de handen van1 den beul kon ontkomen. Wanneer ik haar kon terug vinden. Maar dat is een zwakke hoop. Ik Lees de Maden met aandacht^ maar ik heb haar naam er nog niet in aan getroffen. Het overige van mijn tijd breng ik door met door de stad te loopen om een betrekking te zoeken, maar ik vind niets. Overal waar ik mij aanmeld, ontvangt men mij met gejammer over den slechten tijd, maar genoeg van die treurigheden, mijn vriendin, mijln lieve zuster, laten wij nu over ons zelf spreken. Ik woon in bij een uitdraagster, die Laurette heet en' die zeer vriendelijk voor mij is. Ik heb het geluk gehad, bij toeval in haar huis te komen., waar ik een klein kamertje heb gehuurd, karig ge meubileerd, maar zeer zindelijk. De burgeres Laurette gij weet idat er geen dames, geen meisjes, geen vrou wen meer zijn doch alleen burgeressen is een alledaagsche vrouw, in het minst niet deftig, maar zij lijkt mij goed en gedienstig toe en ik kan het best met haar vinden. Mijn huur is niet hoog De Bakkerswet. Wij lezen in het Centrum: De „Zutphensche Crt." tracht na te hebben vooropgezet, dat mr. Aailbers© niets anders overblijft, dan zijn onitwerp- Bakkerewet in te trekken daaruit een verwijt te distilileeren aan het adres van den Katholieken afgevaardigde, .om dan terzclifderjjjd den Unie-liberalen hoed mat een pluim te versieren. Op yerrnanden toon schrijft het blad: Voor den heer Aalberse moge deze loop van zaken een "teleurstellende wezen, hij heeft dat aan zich zelf te wijten, Dadelijk na den val van minister Talma's ontwerp doken er berichten op van plannen aan beide zijden der Ka mer, om een nieuwe regeling voor te bereiden. Ook de Unie-liiberale Kamer leden waren in die richting werkzaam. Had de heer Aalberse daar steun ge zocht, om door onderling overleg te bereiken, wat bereikbaar was, mét ver mijding der principdeele grieven van de tegenstemmers, dan ware 'het hem stel lig gelukt een ontwerp1 te doen aan nemen, dat althans een flinke hervor ming in het bakkersbedrijf gebracht zou hebben. En verder: Met wat meer toeschietelijkheid^ wat m eer zin voor overleg en lust tot samen werking met .politieke tegenstanders ware het hem gelukt, een inderdaad nationale wet op dit gebied tot stand te brengen, welke dan steeds zou heb ben herinnerd aan haar v§der, mr. Aalberse. Die kans Is nu verkeken. Of de kans inderdaad verkeken isk zullen we in ?t midden laten. De toon der „Zutphensche" klinkt well wat al' te apodictisch. En wat het vreemdst aandoef, is, dat dit orgaan der Unie-liberalen het gepast oordeelt als tuchtmeesters op te treden len bestra ffenderwijze over „samenwerking met politieke tegenstanders" te morali- seeren. I Van die samenwerking had de Linker zijde verleden jaar kunnen blijk gevers bij de behandeling Van Ihet ontwerp- Talma. Maar wat zag 'men toen geschieden? Dat op één enkele uitzondering na, de gansche vrijzinnigheid'tegenstemde en de wet vallen deed! Of toen niet „wat meer toeschietelijk heid" enz. op haar plaats zou zijn ge weest bij de liberale groepen? iWanneer de liberalen, en met name de Unie-Liberalen, zooveel prijs stellen op „samenwerking met politieke tegen standers", dan hebben, rij daartoe meer dan één gelegenheid: laten voorbijgaan. Maar men vraagt zich onwillekeurig af, of ook de bovenstaande ontboezeming der „Zutphensöhe Crt.", waarin zekere „Schadenfreude" schijnt door te klinken, wel getuigt van den ernst ^ier gezind heid, waarvoor het biL'ad een zoo roerend pleidooi houdt, en of die gezindheid bij de behandeling yan "het ontwerp iri de afdeelingen niet op ietwat bedenkeljjke manier in ;t gedrang kwam. Oude plunje. Onder dit opschrift schrijft de N. Ti 1 b: Crt: Een goed stelsel v.oor het pensioen v,an den werkman is, dat de Staat, dé patroon en de werkman erin bijdragen. Het lijkt immers niet meer dan billijk, dat de eerste belanghebbenden, de werkman, wien het ten goede komt, en de patroon in wiens dienst de werkman gewerkt heeff, het hunne er aan be talen, terwijl 'de Staat dan aanbrengen, en op de voeding héb ik niets aan te merken. Ik lean dus voor eenigen tijd onafhankelijk bllijlven, dank zij de Louis van mijn armen vader en de beurs der barones, die mij zoo goedhartig werd aan geboden, dat ik haar niet heb kunnen weigeren. Zoo is nu mijn toestand, lieve vriendin. En gij? Hoe maakt gij het en hoe maakt het mijnheer Nollan, uw vader? In mijn verbeelding zie ik u diep treurig! in uw groote kamgr, zooals ik het in de mijne ben, want gij hadt ons hartelijk lief, daar ben ik zekér van, mijn Thérèse ik zie u met het hoofd in de handeni, peinzend over het verLeden, over de stor men, die al dezen vrede hebben verwoest. Daar Waar rust en overvloed heersch- ten, vindt men nu slechts woeling en ellende. Het is, alsof een bliksemstraal allés heeft getroffen en neergeworpen. De mens ch en zijn weg en de vroeger zoo vroolijke huizen staan nu ledig. Herinnert gij u die lieve meisjes, zoo edel, zoo bevallig, Valentine de Kéroual en Marje de Belazé? Zij, zijn in den storm ondergegaan. Twee vriendinnen!, twee zusters van ons, gestorven, en welk een dood? En zooveel anderen. Ik durf hun namen zelfs niet noemen. En Jean, mijn 'beminde broeder, uw vriend, die zoo aan u gehecht was, hij, is ook dood, zonder ons zelfs te hebben weergezien Als ik daaraan denk,'dan breekt mij het kan wat er te kort komt. Zoo is 't nu ook feitelijk in de wet Talma, waaraan men druk bezeg is. Nu i9 in de „sociale kwestie", vooral waar de politiek in het spel komt, een ongelukkig ding, dat er zooveel met machtwoorden gewerkt wordt, macht woorden, die bij de onnadenkenden inL slaan, blijven hangen en dan. tot voor- oordeelen leiden. Zoo werd van de socialistische Zijde Op hoogen toon en met schelle akkoor den gezongen en gespeeld over en voor het eenig goede staatspensioen. En de vrijzinnige concentratie nam he': lied over. Daar zat stembusstroop aai dat pensioenkwastje. De Staat maar eenvoudig alles laten betalen, wat s'ploedlig is gezegd, maar waaryoor niet zoo spbedjg een goede Rechtsgrens is aan tegevlen. De menigte heeft echter aan alle rechtsgronden J,m'aiinig,; volgeins het his torische kiesche woord yan den heer Schaper, en lichtelijk zullen wat lichtgéf- loDvigen door de leuze van het staats pensioen worden gebiologeerd. Wat het doel is voor de vrijzinnige ipblitieke tinnegieters. Intusschen hebben alle sociaal-djemo- craten er niet altijd hetzelfde van gen dlacht. Wij vonden namelijk een oud snuifje, Tets wat de heer Vliegen indertijd in 1905 in „Het Volk" schreef. En 'als men dat nog eens leest dan ziet men, dat ook dp sociaal-democratie oudje plunje heeft enals 't noodig is wegwerpt. De. heer Vliegen schreef dan niets min der dan het volgende: „Het is dus billijk, dat er een .bij drage van den patroon wordt gjeheven, niet een paar centen-bijdrage, die elke week wordt opgehaald, maar een be lasting bi.v. van f5.voor eiken ar beider dien een patroon jn dienst heeft. Dit zou ongeyeer 5 miillioen gulden op^ leyeren." En de arbeiders of degenen, dje voor het pensioen in aanmerking moesten komen, zouden dan, volgens den heer Vliegen, een bijzondere belasting te be talen hebben, waaryoor eten anderhalf miltioen 'bij elkaar zou worden ge bracht." Dit is dus in het geheel geen staats pensioen. Het is niet veel anders dan wat de minister nu ook voorgesteld heeft: bijdragen v^n bedde p'artijen. Thans vragen de sociaal-democraten in de Kamer eenyoudig staatspensioen en Zijn er dus ook.onder hep^-die evenals dc. vrijzinnigen, thans aanbevelen;, wat Zij vroeger niet wenschelijk1 en billijk achtten. LEIDEN, 3 Maart. St. Petrus. Gistermiddag vergaderde in bet ge bouw van den Ned. R. K. Volksbond de afdeeling Leiden van 'den Nederl. R. K. Bond van Hebeis-, Kantoor- en |W|inkeJlr bedienden. De voorzitter, de beer B, H. v, 'Dieren, opende de vergadering met den C'hr. groet - en heefte zoowel Idle oude als de nieuwe leden welkom op deze vergade ring, waarop uiteengezet zal worden de noodzakelijkeheid van organisatie en Ka tholieke organisatie. Het vereenigen op principieelien grondslag wordt als nood zakelijk ingezien door de sociaal-demo craten ook wij moeten doordrongen zijn van deze noodzakelijkheid Spr. heette welkom den pionier van de Katholieke organisatie der Handels-, Kantoor- en Winkelbedienden, den heer A. A. van hamersvelld, (bondsvoorzitter te Amster dam, 'die dat alles in den 'breed© zal uiteenzetten, en den geestelijken adivi- s :ur, den Welleerw. pater C. IL. Zuidgeest, d e steeds toomt ide Ivereeniging een warm hut toe te dragen. Nadat de notulen waren voorgelezen 11 goedgekeurd, deed 'de "voorzitter mede- d telling van de verdeöling der bestunrs- f ncties. Voorzitter de beer B. Hj. van 1 irt en mijn oogen vullen Zich met ftraneni. O! mijn Lieve Thérèse, wat al rampen, ei van waar zijn die toch gekomen..." Daar hield de brief op; het plotselinge 1 nnentreden van Hubert Nollan had de s brijfster gestoord. Nu hij weg was, ham zij de pen loip n haar brief af 'te schrijven, maar eens- i! aps liet zij haar weer op ide tafel 'rusten. Vanwaar die rampen gekomen waren? i on zij daar nog aan twijfelen? Hadden 1 mr vader en haar moeder, op hun densweg van Rennes naar Parijs, haar 't ;en deelgenoote van hun vermoedens j. smaakt? Had zij het zichzelf niet ge- gd^ met haar helder verstand, dat er i aar één schuldige, één verrader kon 4 jn? Was niet de naam van dokter ,Hu- '1 irt 'Nollan op de lippen van ai zijn s achtoffers gekomen? Thérèse was de zuster van den schul- ic ge, van den verrader, 'zeker onkundig tn een verraad, dat 'haar zou hebben k >en blaken van verontwaardiging, maar if ch was zij aan hem gebonden met de 1 inden des bloeds.. Waarom dan vriend^ s hapsbetrekkingen met haar te onder- 1 uiden, die er haar aan zouden bloot- s ellen, nogmaals van aangezicht tot aan- 2zicht te staan met het-verfoeide wezen, v el.lcs aanblik alleen reeds zooveel smar- t lijkc herinneringen en zooveel haat in Ir-ar opwekte? Zij was haar vriendin, hiar boezemvriendin. Zeker. Maar be2it Dieren, 2e voorzitter de heer P. J. Schoonderwoerd, le secretaris de heer J. H. F. Smit, 2e secretaris de heer P* Heemskerk, penningmeester de heer M. Gerdes. Verder bracht spr. een woord van dank aan den afgetreden voorzitter, den heer Heemskerk, en den afgetreden secretaris, den heer Schoonderwoerd. Na dat door den heer Vreeburg namens de controle-commissie was medegedeeld, dat de boeken van den penningmeester in orde waren bevonden, verkreeg de heer Van Hamersveld- het woord. Spr. begon met er op te wijzen, dat wij leven in een tijd van organisatie. Als wij een blik werpen in onze samen leving, zien wij ook in de noodzakelijk heid van organisatie. De enkeling is zwak, in de vereeniging ligt de kracht. Als de bedienden alleen staan, geheel op zichzelve, dan zijn ook zij zwak, staan ook zij machteloos, zoowel op godsdienstig als op maatschappelijk ge bied,. Machteloos staan zij tegenover hen, die opwerpingen maken tegen den gods dienst, machteloos ook tegenover teveel eischende patroons. Wij hebben, aldus spr., God zij dank, een R. K. Bond voor handels-, kantoor- en winkelbedienden,. Deze bond werkt voor de godsdienstige en maatschappelijke belangen van de han dels-, kantoor- en winkelbedienden. Die geschiedenis bewijst het, dat rij, die alleen staan, 'ten gronde gaan. Toen de gilden door het liberalisme uit elkan der waren gerukt, toen ieder op zich zelve stond, toen was er in naam vrij heid, maar in werkelijkheid slavernij en verdrukking. De gevolgen van het libe ralisme. het valsdhe vrijheids systeem dc en zich nog gevoelen. Denken we b.v. aan den vrouwen- en kinderarbeid. Stoffelijke ellenden zijn er' door ontstaan, die weer de oorzaak zijn geworpen van zedelijke rampen. Om dat alles te keeren, heeft Paus Leo XIII tot allen, ook tot de bedienden, den oproep gericht om rich te organise eren, inaar te organiseeren op Katholieken grondslag. Zoo alleen kunnen ide rampen, gebracht door het liberalisme, worden afgeweerd. Wat is op vereenigingsgebied gedaan door de handels-., kantoor- en jvinkelr bedienden aldus spr. Wlij moeten be kennen, dat er door hen nog te weinig is gedaan. Door hen wordt nog t© weinig ingezien, dat de R. K. vakbeweging het middel is tot behartiging hunner gods dienstige en maatschappelijke belangen. Toch is er in die twee jaar, dat de R. K. Bond bestaat, reeds betrekkelijk veel tot stand gebracht. Er zijn reeds 17 afdeelingen gesticht. Men erkent het be staan van «den bond; men houdt er rekening mede; men vraajgt de meening van den bond iin verschilenide kwesties. Spr. toont dit aan uit verscheidene feiten. Dat onze bond reeds veel invloed heeft, wordt ook bewezen door de bestrijding, 'die hij van niet-katholieke organisaties ondervindt, en wei omdat onze bond Ide neutraliteit verfoeit, ten allien tijde reke ning houdt met de beginselen van den R, K^ godsdienst De R. K. Bond heefjt georganiseerd In die twee jaar een plaatsingsbureaii!, dat reeds zichtbare resultaten heeft opge leverd. Opgericht is een fonds tot onder- li.igen steun bij overiijden, dat zich ten doel stelt uitkeeringen te geven aan de weduwen der bedienden; eveneens is in wording een werkloozenfonds. Spr, bracht ook in herinnering de aatie voor de win kelsluiting. In Amsterdam is de R. K. Bond de eerste geweest, die opkwam voor de negen-uur-sluiting, en er ten tweeden male voor opkwam, toen het voorstel in den Raad verworpen was. In verband hiermede wees spr. op de noodzakelijkheid van een koteren arbeids duur voor de behartiging der godsdien stige en .maatschappelijke belangen, en ook voor de gezondheid. Ook voor de Zondagsrust is door den Bond reeds veel en met succes geijverd, daar deze aller noodzakelijkst moet geacht worden. In feiten toonde spr. aan, dat er op 'het gebied van arbeidsduur en Zondagsrust nog zeer treurige toestanden bestaan, Amsterdam haaide spr. als voorbeeld men een hart geheel, waaraan men niet lal zijn geheimen kan toevertrouwen? Haar onderhoud met dokter Nollan hrd haar afkeer van hem nog verdubbeld. Zij nam den brief op en scheurde hem in kleine snippers. Daarna opende zij haar venster en strooide die snippers in den wind. v Nu was zijl geheel alleen en zou haar- tot ondergaan. Thérèse zelfs was een vreemdelinge voor haar geworden. In die benedenverdieping van het huis had dokter Nollan een lang gesprek met 'deuitdraagster. Toen hij zich gereed maakte om heen te gaan, zeidie hij tot haar: Gij hebt mijl dus begrepen? Volkomen. Tk wit dat meisje. Het is goed. Elk middel is mij goed, mits het maar doel treft. Dien mij goed en ik zal u met ruime hand betalen. Hoeveel? Hij noemde een bedrag. Dat blijft afgesproken. En gelijk overs téken. En gelijk oversteken. Tot weerziens. De dikke vrouw lachte 'begeerig en herhaalde met een veelzeggenden bik: Ja, tot weerziens. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1913 | | pagina 5