aan, dat de heer Lohman uit volle over
tuiging vóór de wet zal stemmen, al
kwam de bekeering wat plotseling.
's Ministers rede miste warmte en za
kelijke argumenten. Spr. protesteert te
gen de uitdrukking van den heer Duijs,
idat spr. had moeten zwijgen, omdat hij,
komt de risico-overdracht, millioenen zal
verdienen. Spr. noemt dit verdachtma
king, welke uitdrukking de Voorzit-
t er niet kan toelaten. Spr. noemt de be
wering te onzinniger, omdat hij de par
ticuliere maatschappijen er buiten wilde
laten.
De Minister van Landbouw,
Handel en N ij verheid, de heer
T a 1 m a begint met naar aanleiding van
de aanvallen op zijn eerste rede op te
merken, dat alle sprekers der oppositie
reeds in eersten termijn zeiden tegen
de wet te zullen stemmen, ja 't hunne
te zullen bijdragen om de wet niet uit
gevoerd te krijgen. Nu had de Minister
niet tot de oppositie, maar tot het volk
kunnen spreken, doch dit heeft geen
belangstelling meer voor de couranten
verslagen van deze lange debatten. Wat
den voorrang van deze wet betreft vóór
de ziekteverzekering, betoogt spr. nog
maals, dat niet electorale motieven, doch
parlementaire hebben overwogen, en
verdedigt hij vervolgens nogmaals het
gebruik maken van de Duitsche cijfers
voor den financieelen opzet van dit ont
werp, alsmede zijn standpunt inzake de
Krankenrente en het Heilverfahren.
Liever dan een academische bespre
king van het Belgische stelsel te hou
den, zal de Minister nog even over zijn
ontwerp spreken. De samenkoppeling
van de ouderdoms- en invaliditeitsverze
kering verdedigt spr. met een beroep op
den heer Verhees, die de vrijwillige ver
zekering met staatssteun in België hielp
invoeren en die nu zelf bekeerd werd.
Deze wet zal voor honderdduizenden ar
beiders zekerheid brengen en een ze
gen voor hen zijn, zegt de Minister, die
zijn stelsel verdedigt, waarbij financieele
centralisatie noodig is. Wat de samen
koppeling van invaliditeits- en ziektever
zekering betreft, in Engeland moet nog
blijken of dit stelsel mogelijk is. Volgens
dit ontwerp krijgt de weduwe een rente
in de moeilijkste periode van haar leven,
n.l. wanneer zij staat voor de opvoeding
van haar kinderen. Waar het geld voor
een weduwenrente vandaan moet komen
zonder renteverlaging weet spr. niet, of
wil men hiervoor een staatstoelage. Spr.
bestrijdt vervolgens de uitdrukking van
den heer Schaper dat dit ontwerp een
straf cp de zelfstandigheid zou zijn, om
vervolgens in het licht te stellen het
verschil tusschen de Staatsbijdrage van
deze wet, die een bijdrage in ééns is
voor den inkoop van een bestaande ar
beidersbevolking in een verzekering, met
de Staatsbijdrage van andere stelsels.
Wat de lage loonen betreft, meent
spr. dat zijn stelsel wellicht nog goed-
kooper is dan dat van den heer Patijn.
Tegen een vaste staatsbijdrage heeft
de Minister bezwaar, als zijnde een bij
drage aan de werkgevers, die te lage
loonen betalen.
De heer Tydeman heeft 's Ministers
woorden inzake de Kerk en de Armen
zorg verkeerd uitgelegd. Spr. zet zijn
fetandpunt nader uiteen. Wanneer wij
aan de Kerk denken, denken we tegelijk
aan het belang der armen, maar die zoo
spreken, als de heer Tydeman, zullen
dit standpunt niet begrijpen.
Spr. bestrijdt ten slotte, dat hij de
antithese in de zaak der sanatoria bracht.
Hij is overtuigd dat men ook nu weer
zeggen zal dat hij niet op de zaken is
ingegaan. Wanneer de wolken van den
strijd zullen zijn weggetrokken, moge
men ook hier te lande van links en van
rechts deze zaak doen strekken in het
belang van de arbeiders en van het ge-
heele volk. (Applaus rechts.)
De algemeene beraadslagingen wor
den gesloten, de art. 1 en 2 z. h. si
goedgekeurd en daarna de vergadering
tot Vrijdag verdaagd.
Gemeenteraad van Leiden.
(Vervolg.)
Na een uur wordt de openbare ver
gadering heropend en is opnieuw aan
de orde
Het volkspark.
6o. Voorstel
a. tot aankoop van de perceelen be
noorden de Decimastraat, kad. bekend
.Sectie K nis. 544, 545 en 2454;
b. tot vaststelling van den debetref-
ffenden suppletoiren begrootingsstaat.
B. en W. stellen voor ten behoeve
van den aanleg van een volkspark tot
den aankoop van bovengenoemde epr-
ceelen over te gaan ter grootte van
23.448 vierk. M. voor f 17.600.
De heer v. d. Eist heeft met sym
pathie het voorstel begroet. Hij meent
evenwel niet, dat van ddt terrein een
volkspark zal kunnen worden gemaakt
in den geest vian het van der Werff-
pjark. Het kan echter tot een zeer mooi
ontspanningsterrein voor de jeugd wor
den gemaakt, waar ook opgaand hout
kjan worden aangeplant en zitbanken
worden geplaatst
Het terrein is te ver afgelegen van
den openbaren weg en zou als park te
veel toezicht eischen.
De heer Rei m erin ge r juicht het
voorstel ten warmste toe; spr. brengt
hulde aan B. en W., die zeer diligent
zijn geweest. De keuze van het terrein
acht spr. zeer gelukkig.
De heer Carpentier Alting
wenscht £an het voorstel toe te voegen,
dai het terrein voor volkspark of speel
terrein iis bestemd en d-at het dus niet
voor bouwterrein gebruikt zal worden.
De heer Fokker lean zich met dit
denkbeeld niet vereenigen, orndjat hij de
gemeente niet wil binden om dit*terrein
voor een bepaald doel te bestemmen.
Misschien komt in de toekomst nog een
beter terrein in handen der gemeente.
De heer A. Mulder betreurt, diat het
voorstel niet in de commissie van fa
bricage is geweest. Ware dit wel het
geval geweest, misschien zou een ander
denkbeeld aan de hand zijn gedaan. Spr.
juicht thans het voorstel toe, ook omdat
de prijs van den grond niet hoog is. Spr.
wijst er v,oorts op, dtat dit voorstel geen
succes is voor de socialisten, die eenigen
tijd geleden een dergelijk verzoek aan
den Raad deden. Immers, jarenlang is
een volkspark reeds in den Raad be
sproken.
De heer Vergouwen sluit zich hier
bij aan. Spr. vraagt, tot welken prijs
B. cn W. het te maken bouwterrein
denken ,aan te koopen.
De heer Carpentier Alting
wenscht de door hem besproken clausule
niet in het koopcontract op te riemen,
maar allen de gemeente moreel te bin
den door een bestemming van het ter
rein in het voorstel op te nemen. Spr.
doet uzlks om den verkoop niet los te
maken van de idéé van een volkspark.
De heer Hoog eb oom staat aan de
zijde van den vorigen spreker. De aan
koop moet niet geschieden voor bouwter
rein, want daaraan bestaat in dat gedeelte
der gemeente geen behoefte. Spr. heeft
bezwaren tegen het terrein, dat niet ligt
aan een grooien verkeersweg, maar ver
stopt ligt achter het station der H. E.
S. M. en arbeiderswoningen. Het park
zal niet ten goede komen aan een groot
deel der gemeente; het zal niet een plek
worden, die door de gemeentenaren
wordt opgezocht. Spr. raamt de kosten
van ophooging 20 a 30 ct. per M2. hoo-
ger dan B. en W., zoo'dai de uitgaven
meer zullen bedrogen dan f 50.000. Spr.
acht de uitgaven te hoog.
De heer H e e re s komt er tegen op,
dat de heer A. Mulder aan de S.D.A%f.
wil ontzeggen aan de totstandkoming de
zer zaak te hebben meegewerkt Spr.,
die geporteerd is voor den aanleg van
het park, gelooft niet, dat van het ieF-
rein 8000 M2. voor bouwterrein kan wor
den onttrokken.
"De heer Bosch meent, dat op den
duur de toegang tot het park zal wor
den verbeterd. Spr. wijst er op, dat alle
pariijen hebben aangedrongen, jaren
voordat de S.D.A.P. het deed, op een
volkspark en spr. betreurt daarom, dat
het praeadvies begint niet het adres der
S.D.A.P. te memoreeren.
De heer Sijtsma bestrijdt den heer
Hoogeboom. Men krijgt rond het volks
park een goede arbeiderswijk.
T>e Voorzitter gaat grootendecls
mede met het aangevoerde. B. en W.
bevelen dezen aankoop aan met het oog
op de stichting van een volkspark. Nu
had het kinnen zijn, dat de Raad hier
over anders dacht, doch zelfs dan hadden
B. en W. geadviseerd het terrein aan
te koopen. Spr. acht een aanhangsel aan
het raadsbesluit volkomen overbodig. Het
plan van aanleg zal later kunnen worden
beoordeeld. Zoo zal het heel goed kun
nen zijn, dat een gedeelte wordt ge
projecteerd voor speelterrein. Spr. vindt
de plaats uitstekend en men zal er veel
van ptofüeeren. Spr. zelf is voor park-
aanleg; wordt het vernield, dan kan men
nog altijd verder zien. B. en W. geven
aan niemand de eer van het werk; dit
stond niet in het praeadvies te lezen.
Spr. meent, dat landaankoop nooit in
fabricage wordt behandeld, riet terrein
is dadelijk beschikbaar en de plannen
zullen zoo spoedig mogelijk worden uit
gewerkt.
Het voorstel wordt hierna zonder hoof
delijke stemming goedgekeurd.
Spoedeischend wordt vervolgens be
handeld een voorstel tot aankoop der
perceelen Lange gracht 116, 128 en 130
voor f 8625, ten behoeve van de Ste
delijke gas- en eleriricsteitsfabrieken, en
het Prinsensteegje aan den openbaren
dienst te onttrekken 3ls perc. 116 is ge
sloopt. Het voorstel worat goedge
keurd.
Het volgende punt der agenda, de
verzoeken betreffende de verplichte win
kelsluiting, wordt aangehouden tot
een volgende vergadering, die over 2 of
3 weken wordt gehouden.
Daarna sluit de Voorzitter de ver
gadering.
Gemeenteraad van Alkemade.
(Vervolg.)
De verordening schoolgeld wordt zon
der discussie vastgesteld, zooals deze
was opgesteld.
Vervolgens wordt overgegaan tot be
noeming van een onderwijzeres aan de
openbare lagere school te Roelofarends-
veen.
Nadat eerst een voordracht was op
gemaakt tot de benoeming van een on
derwijzer, waarbij B. en W. niet met
den arrondissements schoolopziener kon
den overeenkomen, en nadat de eenige
volgens B. en W. benoembare in een
andere functie een benoeming had aan
genomen, aldus lichtte de Voorzit-
t er toe, hadden nu B. en W. op ver
zoek van het hoofd een voordracht tot
benoeming van een onderwijzeres opge
steld.
De heer de Jong uit zijn spijt, dat
er geen onde» wijzer kan benoemd wor
den, vooral daar hij liever een onder
wijzer met acte talen zou hebben gehad,
daar dit, gezien den aanleg der kinderen,
aanbeveling zou hebben verdiend.
De Voorzitter zegt dat men bij
een volgende vacature op dit verlangen
zal letten.
Sommige leden merken nog op het
niet goed te vinden, dat B. en W. bij
hun voordracht geheel op het inzicht van
het hoofd zijn afgegaan.
De Voorzitter schorst hierop ter
nadere inlichting van de leden de ver
gadering.
Na heropening wordt benoemd mej.
M. W. Seebregts, van Amsterdam, met
algemeene stemmen.
Nadat het vorige raadsbesluit inzake
geldleening schoolbouw Roelofarends-
veen, door Ged. Staten was teruggezon
den met het verzoek een paar posten
daarop te schrappen, leggen B. en W.
nu een nieuw plan ter goedkeuring aan
den Raad voor. Het bedrag der leening
is f 26000 tegen 41/2 pet. af te lossen
binnen twintig jaar.
Zonder hoofd, stemming goedgekeurd
In verband met de electriciteitsvoor-
ziening wordt besloten tot aankoop van
grond van L. Pouw te Roelofarendsveen
en L. Kreling, te Oude-Wetering, een
gelijk besluit wordt genomen ten aan
zien van den grond van K. Koning, noo
dig voor schoolbouw te Kaag, en kos
tende f 3400. Bij de voorwaarden zal be
dongen worden een overweg over grond
van de firma Lemmerzaal voor uitweg
naar water.
Ter voldoening aan de formaliteiten
wordt besloten als plaats voor het nieu
we schoolgebouw te Kaag aan te wij
zen, de bovenvermelde aan te koopen
grond.
Voor electriciteitsvoorziening 1913
wordt besloten een leening zoo noodig
aan te gaan van f 9000 tegen hoogstens
41/2 pH. en af te lossen binnen 30 ja
ren, en voor schoolbouw een leening van
f 12000 tegen hoogstens 41/2 pet. en af
te lossen binnen 40 jaar.
Krachtens een vroeger raadsbesluit
moet de gemeente gratis in gebruik ge
ven eenige perceeltjes voor kabelhuis
jes en transformatoren, wat nader in
de concessies moet worden omschreven.
Besloten wordt aldus de concessies na
der vast te stellen.
B. en W. stellen voor den onderwij
zer P. de Zomer, wegens het waarnemen
der functie van Iioofd der O. L. school
gedurende 15 maand, een gratificatie toe
te kennen, groot f 150. Deze gelden zijn
te vinden uit den post onderwijs op de
begrooting 1912.
Aldus wordt besloten.
Er is een adres ingekomen van de
Ond. Brandwaarborg Maatsch. St. Pan-
cratius verzoekende de openbare gebou
wen bij deze plaatselijke Maatschappij
te verzekeren. B. en W. stellen voor,
na ingewonnen advies van Ged. Staten,
hierop afwijzend te beschikken.
De heer Straa thof acht het wel
goed om het verzoek in overweging te
nemen. Men beoordeelt een plaatselijke
Maatschappij, die daarom ook in de ge
meente een goeden naam krijgt.
De Voorzitter acht het niet aan te
bevelen wegens de onvastheid van het ta
rief. Nu zijn de gebouwen bij zeer soliede
maatschappijen, tegen een zeer concur-
reerend tarief verzekerd. Spr. aeht dat de
kosten grooter zullen worden bij aanslui
ting bij de onderlinge.
Besloten wordt dit punt ter nader
onderzoek tot later aan te houden.
Ingekomen is een adres van de afd.
Zuid-Hollandsche Noordhoek van den
Bond van Ned. Ond., om over te gaan
tot verhooging der salarissen van de
onderwijzers in de gemeente AJJcema-
de, vergezeld van een uitvoerige memo
rie van toelichting.
B. en W. stellen voor het adres voor
kennisgeving aan te nemen.
Aldus besloten.
De afd. Alkemade van den Prov. Boe
renbond heeft een adres aan den raad
gericht tot aanstelling van een onder
wijzer met landbouwacte. B. en W. stel
len voor dit stuk naar hun college te
renvoyeeren, om bij voorkomende vaca
ture dit verzoek in overweging te ne
men.
De heer Strijk zou het beter vinden
als er dan iemand gevonden werd die
de land en .tuinbouwacte bezat.
De Voorzitter vindt dat zoolang
er geen vacature is, men er niet op vooruit
moet Ioopen. Bij geval van vacature stelt
spr. zich voor bij den Raad te komen
met de vraag van welke acte het bezit
het meest gewenscht is.
Een schrijven is ingekomen van inge
zetenen van Oud-Ada, om een verzoek
te richten aan de spoorweg-administra-
tratie om aldaar een halte in te stellen.
Nog een ander adres is ingekomen
van inwoners van de gemeente Alkema
de, om een som van f 250 bij te dragen
in de kosten van een stopplaats, die de
Holl. spoor op verzoek van belangheb
benden er wil doen aanleggen.
B. en W. stellen voor deze stukken
ter fine van onderzoek en advies naar
hun college te renvoyeeren.
De heer S t r ij k acht het eerste ver
zoek niet aannemelijk, het plan is geheel
ondoordacht.
De heer Straathof acht dat de
Maatschappij ook in de kosten van aan
leg zou moeten bijdragen, daar het ook
voor haar een groot voordeel zal zijn.
Hij stelt voor een minder bedrag toe
te zeggen.
Na nog eenige discussie stelt de
Voorzitter voor aan de gemeente
Warmond en Woubrugge mede te dee-
len, dat Alkemade in beginsel geneigd
is het bedrag te geven, wanneer War
mond en Woubrugge, zooals verzocht
is f150 en f100 resp. willen toestaan.
De heer S t r a a t ho f wil de som zon
der voorbehoud vastgesteld zien op een
bedrag van f175. Waarschijnlijk zal de
maatschappij het wel voor minder dan
f 500 doen.
De heer Los stelt voor om f 250 te
geven en voorts te werk te gaan, zooals
B. en W. voorstellen.
Het voorstel wordt aangenomen. Te
gen stemden de heeren Straathof en De
Jong.
Goedgekeurd wordt een af- en over
schrijving voor onderhoud wegen groot
f 500, op de begrooting van 1912.
De begrooting 1912 moet worden ge
wijzigd wat betreft de buitengewone in
komsten en uitgaven in verband met den
schoolbouw tot een bedrag van f718.75.
Aldus wordt besloten.
Het punt 21. Reclames Hoofd, ojmslag
stelt de Voorzitter voor tot later
te verschuiven. Aldus besloten.
De heer Strijk vraagt hoever de
lichtvoorziening gevorderd is. Spr. ziet
er nog niet veel van.
De Voorzit te r deelt mede dat er
flink doorgewerkt wordt. De straatver
lichtingspalen worden omgewerkt en de
aansluiting begint van den kant van Lei
den uit, het eerst dus te Oud-Ade.
De heer Strij k blijkt niet voldaan,
liet werk gaat een slakkengang, de aan-
leggers moeien achter hun staart gereden
worden. Hierna sluit deVoorzitter de
vergadering.
Rond den Oorlog.
De Tsjataldsja-linie.
Nu de Turken ondanks de doorloopen-
de successen der Bulgaren niet van toe
geven willen weten z^i waarschijnlijk
nog een laatste slag bij: de Tsjataldsja-
linie gestreden worden. Majoor vt>i
Kreutzbruck heeft in een krijgskundige
brochure de volgende bijzonderheden
erover gepubliceerd.
„De eerste linie, ook wel die vari
Tschekmedsche genoemd, ligt 40 kilome
ter ten Westen van Konstantinopel en
verspert (het ruim dertig kilometer breede
schiereiland, tusschen de Zee van Mar
mora en dé Zwarte Zee en werd ini
187779 tot bescherming van de hoofd
stad opgetrokken door Blum PaSja. De
ruimte die versperd moet worden is 25
kilometer breed, want het schiereiland
wordt ingesneden door den inham van
Bojuk-Tsjekmetsje en een groote lagune
een de Zwarte Zee, genaamd Terkos-
Gol. De tot een moeras dicht geslibte
Kara-Su-laagte is een natuurrijk bolwerk.
De 27 versterkingen liggen op een
heuvelrug 'die Noordwaarts loopt, op
sommige zwakke plaatsen in rijen achter
elkander. Soms zijn het hooge aardwer*
ken, soms schansen vpor 3 a 400 man
en voor vier a vijf kanonnen. Naar ver*
luidt, is er ook voldoende vestinggeschut
van verschillend kaliber en verschillen
de ouderdom.
De voornaamste steunpunten zouden
van sterke verdedigingswerken voorzien
worden, dit is echter slechts op drie}
plaatsen gebeurd. Talrijke magazijnen
en depots liggen achter deze linie. Die
vestingen zijn onderling ook telegrafisch
verbonden. Omdat de zee aan beide
zijden van het schiereiland ligt, kan de
vloot ook bij de verdediging medéhelpen.
Al is het waar dat verschillende ver
sterkingen verouderd, of ongunstig gele
gen zijn, dan blijft deze vestingrij toch
nog altijd een flinke verdedigingslinie.
Vallen deze vestingen dan is Konstan-
tinopel echter hoogst waarschijnlijk ver
loren, want de versterkingen aan de land
zijde van Konstantinopel zijn voor een
deel vervallen, of geheel verouderd. Zij
bestaan uit schansen en redouten, die
in 1877 in allerijl werden opgeworpen,
en zes tot 10 kilometer ten Westen van
de stad gelegen zijn. Soms liggen er drie
rijen achter elkaar. De bekende muur vain
Justinianus is alleen van historisch, niet
van strategisch belang, dn zou op sommi
ge plaatsen al gesloopt zijn.
Groote oorlogs-cijfers.
Men heeft zich in den beginne ver
wonderd over de krachtige militaire orga
nisatie der Balkanstaten. Minder groot
zou die verbazing geweest zijn, schrijft
de „Figaro", indien men eens de uitgaven
voor militaire doeleinden had nagegaan,
welke die landen zich de laatste tien
jai;en getroost hebben. Zij hebben het
voorbeeld der groote mogendheden ge
volgd en voortdurend hun oorlogsbud-
getten opgevoerd, hetgeen blijkt uit het
volgende staatje betreffende uitgaven
voor leger en vloot in 1902 en 1911
1902 1911
Bulgarij e 23.310.000 f rs. 3<>. 99O.CO0 frs.
Griekenland 25.158.000 29.312.000
Montenegro 116.000,, 273.COO
Servië 18.474.000,, 30.116.000,,
Totaal 67.058.000 frs. 99.691.000 frs.
De militaire lasten per hoofd voor 1911
bedragen: in Bulgarije: 9frs. 24; Monte
negro: 1.09 frs.; Servië: 10 frs. 34 cn in
Griekenland: 11 frs.
Uit deze cijfers b ijkt voldoende, welke
opofferingen de Balkanstaten zich ge
troost hebben, om hun weerkracht op een
hoogte te brengen, welke hen in staat
stelt met kans op succes den erfvijand
te lijf te gaan.
De légers, die thans op den Balkan on
der de wapenen tegenover elkander
staan, worden als volgt geschat:
Bulgaren400.000
Serviërs250.000
Grieken110.000
Monienegrijnen 30.000
Turken (minstens) 300.000
1.190.000
De omvang van dezen oorlog komt het
best uit, als men het aantal strijders
vergelijkt met dat van dc laatste tien
grooie oorlogen der geschiedenis, waarbij
het aantal strijders gedurende de eerste
maanden der vijandelijkheden bedroeg:
Boeren-oorlog (1899) 100.000
Pruisisch-Fransche oorlog (180ü) 240.000
Fransch-Oosienr. oorl. (1859) 310.000
Krim-oorlog (1854) 340.000
Russisch-Japansche oorl. (1904) 400.000
Russisch-Turksche oorl. (1877) 500.000
Fransch-Oostenr. oorl. (1809) 330.000
Russisch-Fransche oorl. (1812) 750.000
Oostenr:-Pruisische oorl. (1806) 830.000
Fransch-Duiische oorl. (1870) 1.025.000
Naar aanleiding van den slag van Loe-
le-Boergas, moet opgemerkt, dat de ge
schiedenis slechts één slag kent, waar
aan meer soldaten deelnamen, n.l. de
volkerenslag bij Leipzig in 1813.
Toen stonden 300.000 coalitiegen00ten
tegenover 117.000 Franschen, terwijl nu,
ais de cijfers tenminste juist zijn, 203.000
Bulgaren met 192.000 Turken gestreden
hebben; 400.000 soldaten namen dus aan
den slag deel, dai is 71.000 minder dan
bijna een eeuw geleden bij Leipzig.
De volgende cijfers doen de belangrijk
heid van den slag bij Bunarhissar-Loele
Boergas nog meer uitkomen bij Water
loo (1815) streden 194.000 strijders
(116.000 bondgenooten en 78.000 Fran
schen), bij Solferino (I860) 287.000 strij
ders (124.000 Franschen en 163.000 Oos
tenrijkers), bij Königgratz, (1866) 291.000
strijders (141.000 Pruisen en 150.000
Oostenrijkers), bij Gravelotte (1S70)
396.000 strijders (270.000 Duitschers en
126.000 Franschen), bij Sedan (1871)
314.000 strijders (190.000 Duitschers en
124.000 Franschen), bij Liao-Yang (1905)
285.000 strijders (145.000 Japaneezen en
141.000 Russen).
Een Engelscii blad is van oordeei, dat
hoewel er in dezen oorlog reeds vele
menschenleveiis te betreuren zijn, de ver
liezen nog geenszins buitengewoon zijn.
In den slag bij Moekden werden de ver
liezen op 60.000 dooden en gewonden
aan Russische zijde, op 40.000 aan Ja-
panschen kant geschat. Bij Liao Yang
sneuvelden er 40.000 van de 330.000 man
bij Sedan (met inbegrip der krijgsgevan
genen) 25.000 en bij Gravelotte 32.000.
De zwaarste verliezen zijn in het ver
leden in 1813 bij Leipzig geleden, waar
het aantal dooden en gewonden het
schrikwekkende cijfer van 113.000 be
reikte.
Het Nederïandsche Roode Kruis.
Dr. van Tienhoven, die zich reeds in
Servië bevindt, tot hulp der gewonden,
schreef reeds een paar maal aan zijn
familie. Uit het gepubliceerde in de
„N. Ct." citeeren wij het volgende:
„Ik heb het razend druk en ben de
chirurg van 284 patiënten, en heb eF
alleen hulp van een student en een jon
gen dokter, die niet veel weet.
Ik logeer nog in het Grand Hotel,
maar morgen is er een kamer voor mij
ingericht in het Ziekenhuis. Voorloopig
blijf ik dan daar.
Gelukkig dat ik veel instrumenten enz.
had meegenomen, want er was absoluut
niets. Ik heb nu zoo wat een operatie
kamer gemaakt, waar ik vandaag voor
het eerst heb geopereerd.
De menschen zijn hier buitengewoon
aardig voor mij.
Die soldaten zijn zeldzaam kranige ke
rels, allen vroolijk, geen kik wordt ge
hoord, hoeveel pijn ze ook hebben, en
allen hunkeren om er weer op los te
kunnen gaan. De Turken zijn zeldzaam
wreed.
Ik ben den geheelen dag in het hos
pitaal, en het eten is er zeer goed des
avonds natuurrijk doodmoe, maar mijn
werk is buitengewoon prettig, ik leer.
het hoe langer hoe beter. Ik opereer
prachtig, en ik heb al heel wat kogels,
uit armen, beenen, buiken enz. gehaald.
Een kogel heb ik uit de keel gehaald,
die was vlak bij het oog ingegaan door,
de kaak, 2 tanden er uit, en dan door
de tong tot achter in de keel. De man
leeft prachtig. Wat een geluk dat ik
zooveel goede instrumenten meenam.
Van een Hollander, die mij dagelijks:
couranten bezorgt, hoorde ik dat Ne
derland misschien een expeditie naar
Griekenland zal uitzenden. Ik heb da
delijk aan Bierens de Haan geschre
ven, dat het toch wel wat erg bar zoul
wezen. Vanavond lees ik dat hij zelf
meegaat.
Waarom het zoo erg is, zal ik u ver
tellen. In Griekenland zijn nog geen
1000 gewonden en reeds 2 Roode-Kruis-
expedities van andere landen. Servië,
heeft 7000 gewonden en alleen 1 Rus
sische expeditie. Nu zal er uit Oosten
rijk ook hulp komen."
Het slot van den brief is een verzoek
om maar veel te zenden.