Uit de Pers. Eind goed.al ped. Tweede Blad, behoorende bij De Leidsche Courant van W oensdag 18 Sept. no. 895. KAMEROVERZICHT. TVS BEDE KAMER. Een demonstratief redevoerinkje. De nieuwe president. De oude heer Lieftinck heeft zich giste ren, toen hij als nestor der Kaïner den voorzitterszetel mocht innemen en de eer- iste vergadering-van het nieuwe parlemen taire jaar mocht leiden, leelijk vergalop peerd. Hij moest natuurlijk 'n openings- speechje houden 'n redevoerinkje, {waarin hij zich op strikt neutraal terrein jmoest bewegen. Maar de heer Lieftinck deed zulks niet. {Hij gevoelde behoefte om te getuigen, (Om zijn beginselen voorop te stellen en [maakte aldus misbruik van zijn positie als Kamerpresident, evenals de heer Van *jDoorn ?t eenigen tijd geleden deed als {Voorzitter eener rapporteurscommissie. Wat de tijdelijke voorzitter dan wel jzeide? Niets meer of minder, dat een jeerste vereischte voor een wet, wil deze (op den duur blijken te zijn in het lands belang, is, dat zij gegrond moet wezen j,,op den bodem der vrijheid" d. L pp liberalen grondslag. Wie nu heelemaal geen vreemdeling is in Jeruzalem, weet dat de liberalen ide aanhangige sociale wetgeving beschou iwen als in strijd met de vrijheid en van- jdaar, dat 's ^eeren Lieftinck's rede een rechtstreeiksche aanval was op de wefcs- voorstellen-Tahna. Hun verwaandheid kunnen de liberalen maar niet afleggen. Een wet, opgebouwd inaar de inzichten der Christelijke socio logen, heet in strijd met 's lands belang! Nog op een andere zaak is de aandacht te vestigen. Toen bekend werd, dat graaf [van Bylandt den voorzittershamer voor goed zou neerleggen en een Katholiek Jdeze hooge betrekking ten deel zou val ken, werd deze keuze in de liberale pers fel bestreden. Een Katholiek is immers ivoor zoo'n gewichtig ambt niet geschikt: En kijk nu eens naar den liberaal, die /zelfs niet één dag de maat weet te hou- |den en door zijn demonstratieve woorden jhet cachet van partijdigheid op zich [drukt O, verwaten liberalen. De rechterzijde heeft zicih evenwel aan 'de herrie in de linksche pers niet ge stoord en voor het kamerpresidium aan |H. M. de Koningin als nummer één voor gedragen 'n katholiek, den sympathieken [jhr. Octave van Nispen tot Sevenaer. Hem zal een zware taak wachten en iWij kunnen ons best indenken, dat groote aandrang op hem is uitgeoefend alvorens 'hij zich beschikbaar stelde. Want al moge ide heer Lieftinck gewenscht hebben dat met noeste vlijt werd gewerkt, hij be paalde die noeste vlijt .tot dat soort wet ten, die in zijn liberalen smaak valleïi. Voor de oveiige, die de rechterzijde wenscht, is klaarblijkelijk geen noeste Vlijt noodig. Jhr. van Nispen heeft echter bij vo rige gelegenheden reeds zijn uitstekende igaven als leider van ons woelig parlej- 'rnent getoond. Kalm, vastberaden, onpartijdig en /strikt rechtvaardig zal hij de beraadsla gen regelen, zonder zich te laten over bluffen door de brutale meetingsmanie ren der socialisten, zonder zich te be kommeren om de meer geniepige ob structie der liberalen. De Rechterzijde 'kon voor het moeilijke werk, dat haar •vooral te verrichten staat, kwalijk op een 'betere haar keus hebben laten vallen,, idan op dezen n'obelen katholieken afge vaardigde. De Troonrede. Wij laten hier volgen eenige pers-stem- tnen over de troonrede. Nadat de T ij d gewezen heeft op de [zinsneden, die in de .Troonrede steeds gewijd zijn aan den algemeenen toestand FEUILLETON. Humore$Kf. i) i Van den stadstoren sloeg het in zware ijslagen 'twaalf uur en aanstonds daarop [liet ook' de oude klok in het dakkamertje fvan den kleermaker Mertens haar stem ilhooren. Nauwelijks was de klank van den laat ste n slag weggestorven, toen de oude :iMt: rtens, die met over elkaar geslagen jbeienen op de werktafel zat, de krant, jjdie hij m;et koortsachtige opgewonden heid had doorgekeken, plotseling liet itzinken, den grooten hoornen bril met [feen ruk hoog tegen het voorhoofd plakte !!en met een voor zijn leeftijd bewonde- Jjrenswaardigen zwaai te midden in de ka lmer is prong. „Barmhartige hemel!" klonk het van 'Ide lippen van het jonge meisje, dat voor jjhet venster der kamer zat. „Barmhartige jfiömel!" echode 'het ook van de geopen de deur, waar zoo juist vrouw Regien fcnet een dampende schotel verschenen •W£s. ora -s hemels .wil, h,eeft een des lands, en dit jaar bijzonder verblij dend zijn, gaat liet blad verder: Niettemin acht de Regeering een duur zame versterking der middelen dringend noodzakelijk, waaruit volgt, dat zij de totstandkoming van de verhooging der Invoerrechten in het thans begonnen zit tingsjaar zooveel mogelijk zal trachten te bevorderen. Noodig is die versterking der inkom sten bij de invoering van de sociale wetten, die voor behandeling in de Tweede Kamer gereed liggen, en die de toewijding en krachtsinspanning der afge vaardigden „op zware proef zullen stel len". Of het gelukken zal, behalve de In validiteitswet, ook de .Ziektewet in diit zittingsjaar aan H. M. ter teekening voor te leggen, zal afhangen van het al dan niet welslagen der pogingen tot overleg, die tusschen Regeering en Kanier onge twijfeld beproefd zullen worden. Met 's Rijks financiën staat ook in nauw verband het aangekondigde ge wichtige ontwerp tot geleidelijke ophef fing der Staatskoffiecultuur in Óost-Indië. Ofschoon de Kamer in haar huidige samenstelling haar laatste zittingsjaar is ingegaan en vóór de volgende plechtige opening algenieene verkiezingen zullen zijn gehouden, geeft de Regeering in de Troonrede haar voornemen te kennen, om nog meer gewichtige wetsvoorstellen to zullen indienen. Vóór Januari e.k. zullen voorstellen tot Grondwetsherziening de Kamers be reiken. Zoo het gelukken mag, vóór Juni a.s. die voorstellen in eerste lezing te behandelen, dan zullen zij bij de ver kiezingen ongetwijfeld een veelbeteeke- nend programma vormen voor liet kiezersvolk. Het is niet te verwachten, dat de drie wetsontwerpen op het gansche gebied van het onderwijs, die als vrucht van de voorlichting, door de Ineenschakelings- commissie gegeven, worden toegezegd, nog vóór de verkiezingen zullen zijn tot stand te brengen. Ook hieromtrent zullen de politieke partijen buiten de Kamer zich aan de stembus kunnen uitspreken. De Maasbode noemt het een wijze tactiek, dat in de troonrede geen nieuwe wetsontwerpen worden opgestapeld. De volle arbeidskracht zal noodig wezen zegt het blad voor de sociale wet geving, met name voor de invalidireits- en ouderdomsverzekering, voor de tarief- wet en zoo mogelijk voor de ziektever zekering. Merkwaardigerwijze is het de Regee ring zelf, die voor de vaststelling van het werkprogram een duidelijken wenk geeft en aldus zeker hen tevreden zal stellen, die beweren, dat van deze Regeering geen leiding uitgaat. „Uwe aandacht blijven vragen", zegt de Regeering van deze wetsontwerpen, en wel „allereerst". Men zou het misschien kunnen op vatten, als wilde zij eenzijdig het werk program der Kamer vaststellen. Dat echter kan de bedoeling niet wezen. W.el is thans de opinie der Regeering omtrent de urgentie van de verschil lende wetsontwerpen uitgesproken en zelfs de meening over de volgorde, waarin de verzekeringsontwerpen zullen moeten behandeld worden. Des te minder is hier van dwang tegenover de Kamer sprake, omdat bij deze zelf een onmiskenbaar verlangen aanwezig is, om in de aangegeven volg orde de sociale verzekering verder ter hand te nemen. Aan deze meest actueele passage over de verzekeringen, gaat de mededeeling vooraf, dat nog dit kalenderjaar, dat wil dus zeggennog binnen ruim drie maan den, regeeringsvoorstellen tot herziening der Grondwet zullen binnenkomen. 'tls toch het recht van een Regeering om, als het op scheiden gaat, aan de kiezers, die te beslissen hebben, in duide lijke termen aan te geven, wat men van haar te verwachten heeft, indien de stem bus haar bestendigen wil. Wanneer men de Troonrede kortelijk zou willen samenvatten en karakteri- seeren, zegt het Centrum, dan zou men daarvoor kunnen kiezen de woor- vergiftige spin je gestoken?" „Ik 'heb het!" riep de oude snijder uit „Ik heb het: Ik heb het! vrouw": 'Re gien"!" jubelde 'hij, terwijl hij zijn trouwe wederhelft omhelsde, zoodat de schotel soep in 'bedenkelijk gevaar kwam. „Elise!" riep hij daarna, nu ook zjjn dochter aan zijn hart drukkend. „Ik heb het, kinderen! O, gij geluk aanbren gende krant", vervolgde hij daarna, het blad 'met 'diepen /eerbied aan zijn lippen drukkend, „gij geeft mij de reddende vin gerwijzing, mij' vrij te maken van de el lende Van dit leven. Wees gezegend, ge luk aanbrengend blad.... Maar gij", daarbij greep hij de el en het strijkijzer beet gij die ik al jaren lang gehanteerd heb, en die mij alleen kondt dienen om een beklagenswaardig bestaan ,te leiden, van den oenen dag in den anderen te leven, weest vervloekt!" Met luid gedruisch vloog het strijkijzer in <den hoek rinkelend viel de soep- terrlen, 'die aan de handen der vrouw was ontvallen, op den grond, en de dikke •erwtensoep dreef over iden vloer. „Barmhartige hemel, hij heeft zijn ver stand verloren", gilde de vrouw en vluchtte achter haar dochter. „Vader wat scheelt ,u toch?" riep Elise angstig. «Mjj schgelt niets,,., ik .word, ik word den, door Hare Majesteit gesproken tot de vereenigde vertegenwoordigers der Natie: „Deze zitting zal uwe toewijding en krachtsinspanning op zware proef stellen". Inderdaad, vele en belangrijke ont werpen liggen tot behandeling en afhan deling gereed; en daarbij stelt de Troon rede nieuwe wetsvoordrachten in het naaste verschiet, waarbij niets minder dan de regeeringsvoorstellen tot Grond wetsherziening, welke nog vóór 1913 de Kamer zullen bereiken. Wat alleen reeds aan zulke voorstellen vastzit, behoeft hier niet in den breede te worden uiteengezet. En dan heeft men daar nog te wachten een drietal ontwerpen naar aanleiding van het rapport der ineenschakelings- commissie, de samensmelting van Oorlog en Marine tot een Departement van Defensie, de kanaliseering der Maas, en wat verder in de rede wordt opgesomd. „Multa" en „multum". Niemand zal ver wachten, dat de Kamer al dien arbeid vóór de verkiezingen afdoet. Maar zij moge toch in de belangrijke en veel omvattende taak, die haar wacht, een prikkel vinden tot verdubbelde werk zaamheid, opdat althans het meest dringende zijn beslag krijge. Aan lange redevoeringen is daarbij zeker niet het meest behoefte, wèl aan een "knappe en stevige leiding der debatten. De Nieuwe Haarl. Courant is zeer optimistisch gestemd omtrent de afdoening van dc wetsontwerpen en de Grondwetsherziening. Het belangrijkste is wel, dat de regee ringsvoorstellen tot Grondwetsherziening nog in den loop van dit kalenderjaar, dus binnen enkele maanden, bij de Sta- ten-Generaal zullen worden ingediend. Dat brengt mede, dat een ontbinding der Staten-Generaal, zoodra de wet, die de wensch elijkheid van deze veranderin gen „in overweging neemt", is aangeno men, voor de deur staat. De Regeering zal die ontbinding wel laten samenvallen met de periodieke Kamerverkiezangen doch zekerheid daaromtrent bestaai; er niet In i eder geval dienen wij nu eerst de regeeringsvoorstellen, op het rapport der Staatscommissie gebouwd, af te wachten De Invaliditeitswet staat voorop, en terecht zegt H. M. de Koningin, dat „de toewijding en krachtsinspanning" der Kamer „op zware proef" zal worden ge steld. Het is te hopen, dat de plichtsbe trachting der Kamerleden ten bate van het algemeen belang tegenover die toe wijding en krachtsinspanning het zal volhouden. Na de Invaliditeitswet komt dadelijk de Ziektewet óók nog in dit zittings jaar. De Tariefwet lijkt ons voor Üeze periode niet zóó op den voorgrond ge schoven de financieel e paragraaf spreekt wel van „dringend noodzakelijk", doch doet ook uitkomen, dat de toestand „voorshands niet ongunstig" is. Wijmee- neu hierurt 'te kunnen opmaken, dat de Tariefwet na de Grondwetsherziening zal komen. Doch de Regeering handhaaft de Tariefwet uitdrukkelijk: het woordje „alle" in deze paragraaf is veelzeggeend. Naar aanleiding van de vele wetsont- 'ontwerpen, die in de Troonrede worden opgenoemd, vraagt het Huisgezin: Spant de regeering haar boog niet te strak Zal, zelfs indien de Kamers de volle maat geven van de toewijding en krachts inspanning, waarvan de Troonrede ge waagt, hetgeen de regeering wenscht te verwezenlijken zijn? Wie zou het niet willen, maar eveneens wie zou het durven hopen? Intusschen, indien de Tweede Kamer zich weet te verheffen tot de hoogte ha- rer 'taak als natonale instelling; indien zij aan partijzucht en berekening het zwij gen weet op te leggen en zich enkel laat leiden door overwegingen, aan het lands belang ontleend, zal zij, zoo niet alles, toch veel tot stand kunnen brengen. Allereerst, zegt de Gelderlander, zal de regeering de invaliditeits- en ouder domsverzekering In et liet voorstel tot dekking der kosten derhalve het Ta- geheim poliüeageet!" riep hij met schitterende oogen uit „Heb ik het je -niet gezegd? Ü»j is gek!" riep vrouw Regien uit, en snelde naar het venster. „Hulp! .Hulp! Mijn man is krankzinnig!"- Doch vóór zij ,het venster geopend had had de kleermaker zijn vrouw bij haar rok gepakt en trok hij haar weer in het midden 'der kamer. „Regien", riep hij, .met alle geweld de zich werende terughoudend, „zijt gij dan door den duivel bezeten ?"- „Laat mij, ik ,ben bang voor je", huil de zij. „Vader, lieve, beste vader," riep nu ook 'het jonge .meisje, „zeker, wij zijn bang voor je." „Gij ook?" brulde de snijder, wiens armen krachteloos langs het lichaam vie len. „Halt!" onderbrak hij zich, terwijl hij beide vrouwen, die door de deur naar de gang wilden vluchten, in den weg trad, „eerst wil jk weten, wat jullie zoo bang maakt." „Nu, wat anders dan gij zelf met je geheime politieagent", stotterde vrouw Regien. „Hoe 'kan .een verstandig ineiisch op zul ken onzin komen?" „Zoo, onzin noemt gij dat?" Hij barstte in een hoongelach uit. „En voor krankzinnig beschouwt gij mik en riefor.iwcrp k rug en af te handelen, alsmede daarna de Ziektewet. Als dat achter den rug is, zullen we zeker een goed eind opgeschoten zijn. De regeering blijkt terecht van mee ning dat er dan niet veel tijd meer voor andere wetsontwerpen, zal overblijven, zoodat zij met de indiening van nieuwe maar hoogst zuinig is. De aangekondigde voorstellen, zooals die betreffende woon wagens, liabitueele dronkenschap, land- looperij en bedelarij, verder omtrent elec- trieiteitsvoorzTiening, kanaliseering der Maas enz. zijn niet van bijzonder ingrij penden aard. Werkplan en promesse saamgevat, maakt in deze Troonrede een uitstekend geheel, zegt de Standaard. Het zou moeilijk zijn te zeggen, wat er nog aan toe ware te voegen geweest, en evenzoo ware niet licht iets aan te stippen, "dat zonder schade had kunnen gemist wor den. Deze rede geeft juist wat ze geven moest, en verraadt de zelfbeheersching van een Kabinet, dat door een gestie van straks vijf jaren zich vast in het zadel voelt, en geen woord ten beste geeft, dat niet helder doordacht is. Het verheugt het blad, dat de regee ring onomwonden heeft uitgesproken, dat zij er op rekent, om aanstonds in October met de Invaliditeitswet voor de Kamer te kunnen komen. Vooral deze beslist heid zal in den lande met ongemeene blijdschap vernomen worden. Even verblijdend, gaat het blad dan verder, is de mededeeling, dat de ont werpen voor de Grondwetsherziening reeds zoover gereed zijn, dat ze nog in dit kalenderjaar zullen afkomen. Ook dit toont weer, dat er door dit Kabinet hard gewerkt wordt, en zulks bij schier alle Departementen. Een reeks voorstellen tot herziening van de gansche Grondwet toch, nu reeds bijna gereed, verraadt een werkkracht bij Binnenlandsche Zaken die weldadig aandoet. De (A.R.) Rotterdammer heeft een bemerking over de passage in de troonrede, waarin wordt gezegd dat „de toestand van den landbouw gunstig is, ondanks ernstige tegenspoeden die een tijdelijk karakter hebben''. „Deze ver klaringen", zegt het blad, „schijnt ons toe niet in volkomen overeenstemming te wezen met de werkelijke verhoudin gen. Wij vreezen dat de mislukking van een niet-gering deel van den oogst in tal van streken van ons vaderland bij een groote reeks van pachtboeren, die in deze tijden van opgaande conjunctuur op drukkende voorwaarden hebben ge huurd, velerlei ellende die in breeden kring moet doorwerken, zal veroorza ken." Lichtelijk verwijtend en vrien delijk dringend, staat het in de troon rede zegt het blad verder: „Nu voor en boven alles Invaliditeitswet, Tariefwet en zoo mogelijk Ziektewet." „Uit den aard der zaak", zegt de N e- derlander, bevat eene Troonrede, ge houden in het laatste jaar eener parle mentaire periode weinig, dat op een Re- geeringsprogram gelijkt en zoo is dan ook de Troonrede, heden door H. M. de Koningin in de Vereenigde Staten-Ge neraal uitgesproken, een uitermate so ber stiik. Doch hoe sober de Troonrede ook zij, zij levert het bewijs op, zegt het blad, dat er zelfs al werden' voor het scheiden van de markt in 1913 alle aanhangige wetsontwerpen afgehandeld, voorloopig nog werk genoeg voorhan den is. De Nieuwe Rott. Courant is er slecht over te spreken, dat de regeering gewag maakt van een grondwetsherzie ning, omdat er toch niets van zal komen. „Zie" zegt zij „wat de regeering zelve in de andere paragraaf van de Troonrede, waarop wij boven doelden, aan de Kamer als werkprogram voor dit jaar suggereert. Een „zware proef" gelijk zij het terecht noemt: Afdoening van het Invaliditeitsontwerp, van het Ta rief thans, in onderscheiding met vroegere jaren, ongetwijfeld wegens de verblijdende mededeelingen welke in den aanvang' van de troonrede over de voor uitgang van nijverheid, handel en söheep- dat juist op het oogenblik, waarop ik helder ziende geworden ben! In één oogenblik stond het .mij voor den geest hoe ik een einde kon maken aan dit leven vol ellende en zorgen, en nu houdt gij mij voor gekl" „Hoe kunt gij ,er bij je ouderdom aan denken, bij de politie te worden aange steld", zei vrouw Regien, „daartoe heeft men jonge, krachtige lieden noodig." „Ach wat, aangesteld worden wie denkt daar aan'!" bromde de snijder. „'Maar luistert", vervolgde hij, ik zal jullie mijn idee .meedeelen, en daarna wil ik zien, of gij nog meent, dat mijn geestvermogens geleden hebben, of ik niet veel meer geïnspireerd ben door een geniale gedachte. Gij weet, dat er in een groote ,stad dagelijks heel wat gebeurt: roof, moord, diefstallen zijn te genwoordig aan de orde van den dag. Onze politie iis .voortreffelijk georgani seerd en onvermoeid werkzaam, om de misdadigers <op te sporen en te doen straffen, maar hoevele misdaden blijven er niet ongestraft, ,wijl men den dader niet kan achterhalen. In zulke gevallen wordt idan steedis ,de medewerking van het publie,k door |de juistitie gevraagd, die ieen hooge .belooning toezegt op de ontdekking van den misdadiger en hoe dikwijls gebeu,rt het niet, dat door de vaart worden gedaan, maar weer als „hef voorstel tot dekking van de daaruit (d-i« de Invaliditeitsverzekering) voor 'sland* schatkist voortvloeiende tosten" ten toof neele gevoerd alsmede van het ont werp-ziektewet,o! ironie! Daar wordj nu officieel van regeeringswege gecapb tuleerd en zoowaar door haar zelve d4 Ziektewet in het achterste gelid gen plaatst. De regeering weet zelve natuurlijk op* perbest dat wanneer met eene verkiezing in het vooruitzicht, de „toewijding en inspanning" der Kamer op eene derge lijke wijze aan eene krachtproef onder- derworpen is, voorstellen tot grondwets* herziening maagdelijk' zullen blijven ligp gen. Het Handelsblad wenscht naajfi aanleiding van de regeeringsvojorstellen tot Grondwetsherziening de regeering kracht toe, en geeft als reden van dien, wensch aan: „het is waarlijk niet onver schillig tegen de stembus van 1913 te weten, hoe de gezamenlijke rechtsdhe) partijen denken over Grondwetsherzfe-i ning en speciaal over het kiesrecht. Ootó al weten wij vooruit, dat die voorstellen! voor deze wetgevende periode piet meer! van beteekenis zullen zijn, als politielklel geloofsbelijdenis zijn zij van groot gei- wicht" En verder zegt het blad: „dat een goede, verstandige oplossing van dö sociale vraagstukken, waarbij met allei belangen zooveel mogelijk rekening ge houden wordt, het resultaat van dit zit tingsjaar moge zijn, dat wenschen wij zij het niet zonder eenigen twijfel aan de vervulling van Üien wensch ons volk zeer zeker toe." De Nieuwe Courant is er be zorgd over, dat de Kamers het te drulcj zullen krijgen. „Op de behandeling van de (in de tweede plaats genoemde en im mers ann de Invaliditeitswet verknochte) Tariefherziening schijnt de regeering vast te rekenen, zegt het blad. Wij blij ven te dien aanzien sceptisch gezind. De toewijding en krachtsinspanning, waarvan de Troonrede spreekt als voor- waarde voor afwerking van het drieledi ge werkprogram, zal niet slechts „op zware proef" gesteld worden, zij zal schier Ixvv en menschel ijk moeten zijn, wil zij bewerken, dat het Tarief-ontwerp voor Juni niet alleen door de openbare behandeling van de Tweede Kamer, maar ook door de schriftelijke en mon delinge van de Eerste heen het Staats blad bereikt." Het Vaderland is al erg verstoord en schrijft: Vatten wij ons gevoelen aan gaande de heden uitgesproken Troonrede samen, dan domineert bij ons de indruk! dat wij onder deze regeering steeds ver der naar het conservatisme afzakken, en dat in dit alles tweeërlei element zich verraadtde overheerschende invloed van den leider wiens leiding niet openlijk! mag worden erkend, en de stembus van 1913. STATEN-GENERAAL. EERSTE KAMER. Zitting van Dinsdag 17 September. De Voorzitter aanvaardt zijn eer volle betrekking met de verwachting uit te spreken dat deze Kamer ook in het thans ingetreden parlementaire zitting jaar moge beantwoorden aan de roeping die voor haar is weggelegd. Spr. ver trouwt dat de leden bereid zullen zijn die wetsontwerpen zoowel als die welke reeds aanhangig zijn, met ernst, nauw gezetheid en gepasten spoed te onder zoeken. Tot leden van de Commissie voor de verzoekschriften worden benoemd de heeren v. d. Maesen de Sombreff, Barge, van Hardenbroek, de Boer en Lely. Besloten wordt de Troonrede met een Adres van Antwoord te beantwoorden. De Kamer gaat daarna over tot het trekken der afdeelingen. De vergadering wordt verdaagd tot Woensdag. TWEEDE KAMER. Zitting van Dinsdag 17 September. De waarnemende voorzitter, dé lieer belooning aangespoord, gewone ineri- schen misdadigers -ontdekken. Nu ziet, zulk een geheim politieagent wil ik wor den. Ik verzamel (Oude politiebladen, prent oude steekbrieven in mijn geheu gen, om, daarmee .uitgerust, de misdadi gers op te sporen, en dat ik dan ook zal vinden wat ik (zoek, dat waarborgt me niet 'alleen mijn zekere, scherpe blik, maar ook dit .hier, wat ik zooeven in de Politiekrant vond. Luistert nu: Hij nam het blad en zijn bril weer recht zetteiuL ias hij: „Het is (...i onverklaarbaar, maar ze» ker feit, dal dc misdadiger steeds terug keert naar de plaats, waar hij zijn mis drijf beging. Door een onzichtbare maar onwederstaanbare macht gedreven, wordt hij steeds weer daar heen gedreven. Ge looft de misdadiger zich daardoor vei lig voor ontdekking, als hij zich tus schen al die nieuwsgierigen dringt, of is het het booze geweten ,dat bem pij nigt, dat hem dwingt, de plaats weer op te zoeken, waar hij gezondigd heeft tegen recht en wet? Hoe het zij, het is een feit, dat niemand kan loochenen, en daar om moeten onze crimineele beambten vóór alles een waakzaam oog houden' op de plaats, waar de misdaad is ge schied en op de menigte, die deze plaats omringt..., (Wprdt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1912 | | pagina 5