Uit de Pers.
Eind goed.al ped.
Tweede Blad, behoorende
bij De Leidsche Courant van
W oensdag 18 Sept. no. 895.
KAMEROVERZICHT.
TVS BEDE KAMER.
Een demonstratief redevoerinkje. De
nieuwe president.
De oude heer Lieftinck heeft zich giste
ren, toen hij als nestor der Kaïner den
voorzitterszetel mocht innemen en de eer-
iste vergadering-van het nieuwe parlemen
taire jaar mocht leiden, leelijk vergalop
peerd.
Hij moest natuurlijk 'n openings-
speechje houden 'n redevoerinkje,
{waarin hij zich op strikt neutraal terrein
jmoest bewegen.
Maar de heer Lieftinck deed zulks niet.
{Hij gevoelde behoefte om te getuigen,
(Om zijn beginselen voorop te stellen en
[maakte aldus misbruik van zijn positie
als Kamerpresident, evenals de heer Van
*jDoorn ?t eenigen tijd geleden deed als
{Voorzitter eener rapporteurscommissie.
Wat de tijdelijke voorzitter dan wel
jzeide? Niets meer of minder, dat een
jeerste vereischte voor een wet, wil deze
(op den duur blijken te zijn in het lands
belang, is, dat zij gegrond moet wezen
j,,op den bodem der vrijheid" d. L
pp liberalen grondslag.
Wie nu heelemaal geen vreemdeling
is in Jeruzalem, weet dat de liberalen
ide aanhangige sociale wetgeving beschou
iwen als in strijd met de vrijheid en van-
jdaar, dat 's ^eeren Lieftinck's rede een
rechtstreeiksche aanval was op de wefcs-
voorstellen-Tahna.
Hun verwaandheid kunnen de liberalen
maar niet afleggen. Een wet, opgebouwd
inaar de inzichten der Christelijke socio
logen, heet in strijd met 's lands belang!
Nog op een andere zaak is de aandacht
te vestigen. Toen bekend werd, dat graaf
[van Bylandt den voorzittershamer voor
goed zou neerleggen en een Katholiek
Jdeze hooge betrekking ten deel zou val
ken, werd deze keuze in de liberale pers
fel bestreden. Een Katholiek is immers
ivoor zoo'n gewichtig ambt niet geschikt:
En kijk nu eens naar den liberaal, die
/zelfs niet één dag de maat weet te hou-
|den en door zijn demonstratieve woorden
jhet cachet van partijdigheid op zich
[drukt
O, verwaten liberalen.
De rechterzijde heeft zicih evenwel aan
'de herrie in de linksche pers niet ge
stoord en voor het kamerpresidium aan
|H. M. de Koningin als nummer één voor
gedragen 'n katholiek, den sympathieken
[jhr. Octave van Nispen tot Sevenaer.
Hem zal een zware taak wachten en
iWij kunnen ons best indenken, dat groote
aandrang op hem is uitgeoefend alvorens
'hij zich beschikbaar stelde. Want al moge
ide heer Lieftinck gewenscht hebben dat
met noeste vlijt werd gewerkt, hij be
paalde die noeste vlijt .tot dat soort wet
ten, die in zijn liberalen smaak valleïi.
Voor de oveiige, die de rechterzijde
wenscht, is klaarblijkelijk geen noeste
Vlijt noodig.
Jhr. van Nispen heeft echter bij vo
rige gelegenheden reeds zijn uitstekende
igaven als leider van ons woelig parlej-
'rnent getoond.
Kalm, vastberaden, onpartijdig en
/strikt rechtvaardig zal hij de beraadsla
gen regelen, zonder zich te laten over
bluffen door de brutale meetingsmanie
ren der socialisten, zonder zich te be
kommeren om de meer geniepige ob
structie der liberalen. De Rechterzijde
'kon voor het moeilijke werk, dat haar
•vooral te verrichten staat, kwalijk op een
'betere haar keus hebben laten vallen,,
idan op dezen n'obelen katholieken afge
vaardigde.
De Troonrede.
Wij laten hier volgen eenige pers-stem-
tnen over de troonrede.
Nadat de T ij d gewezen heeft op de
[zinsneden, die in de .Troonrede steeds
gewijd zijn aan den algemeenen toestand
FEUILLETON.
Humore$Kf.
i)
i Van den stadstoren sloeg het in zware
ijslagen 'twaalf uur en aanstonds daarop
[liet ook' de oude klok in het dakkamertje
fvan den kleermaker Mertens haar stem
ilhooren.
Nauwelijks was de klank van den laat
ste n slag weggestorven, toen de oude
:iMt: rtens, die met over elkaar geslagen
jbeienen op de werktafel zat, de krant,
jjdie hij m;et koortsachtige opgewonden
heid had doorgekeken, plotseling liet
itzinken, den grooten hoornen bril met
[feen ruk hoog tegen het voorhoofd plakte
!!en met een voor zijn leeftijd bewonde-
Jjrenswaardigen zwaai te midden in de ka
lmer is prong.
„Barmhartige hemel!" klonk het van
'Ide lippen van het jonge meisje, dat voor
jjhet venster der kamer zat. „Barmhartige
jfiömel!" echode 'het ook van de geopen
de deur, waar zoo juist vrouw Regien
fcnet een dampende schotel verschenen
•W£s. ora -s hemels .wil, h,eeft een
des lands, en dit jaar bijzonder verblij
dend zijn, gaat liet blad verder:
Niettemin acht de Regeering een duur
zame versterking der middelen dringend
noodzakelijk, waaruit volgt, dat zij de
totstandkoming van de verhooging der
Invoerrechten in het thans begonnen zit
tingsjaar zooveel mogelijk zal trachten
te bevorderen.
Noodig is die versterking der inkom
sten bij de invoering van de sociale
wetten, die voor behandeling in de
Tweede Kamer gereed liggen, en die de
toewijding en krachtsinspanning der afge
vaardigden „op zware proef zullen stel
len". Of het gelukken zal, behalve de In
validiteitswet, ook de .Ziektewet in diit
zittingsjaar aan H. M. ter teekening voor
te leggen, zal afhangen van het al dan
niet welslagen der pogingen tot overleg,
die tusschen Regeering en Kanier onge
twijfeld beproefd zullen worden.
Met 's Rijks financiën staat ook in
nauw verband het aangekondigde ge
wichtige ontwerp tot geleidelijke ophef
fing der Staatskoffiecultuur in Óost-Indië.
Ofschoon de Kamer in haar huidige
samenstelling haar laatste zittingsjaar is
ingegaan en vóór de volgende plechtige
opening algenieene verkiezingen zullen
zijn gehouden, geeft de Regeering in de
Troonrede haar voornemen te kennen,
om nog meer gewichtige wetsvoorstellen
to zullen indienen.
Vóór Januari e.k. zullen voorstellen
tot Grondwetsherziening de Kamers be
reiken. Zoo het gelukken mag, vóór
Juni a.s. die voorstellen in eerste lezing
te behandelen, dan zullen zij bij de ver
kiezingen ongetwijfeld een veelbeteeke-
nend programma vormen voor liet
kiezersvolk.
Het is niet te verwachten, dat de drie
wetsontwerpen op het gansche gebied
van het onderwijs, die als vrucht van de
voorlichting, door de Ineenschakelings-
commissie gegeven, worden toegezegd,
nog vóór de verkiezingen zullen zijn tot
stand te brengen. Ook hieromtrent zullen
de politieke partijen buiten de Kamer
zich aan de stembus kunnen uitspreken.
De Maasbode noemt het een wijze
tactiek, dat in de troonrede geen nieuwe
wetsontwerpen worden opgestapeld. De
volle arbeidskracht zal noodig wezen
zegt het blad voor de sociale wet
geving, met name voor de invalidireits- en
ouderdomsverzekering, voor de tarief-
wet en zoo mogelijk voor de ziektever
zekering.
Merkwaardigerwijze is het de Regee
ring zelf, die voor de vaststelling van het
werkprogram een duidelijken wenk geeft
en aldus zeker hen tevreden zal stellen,
die beweren, dat van deze Regeering
geen leiding uitgaat.
„Uwe aandacht blijven vragen", zegt
de Regeering van deze wetsontwerpen,
en wel „allereerst".
Men zou het misschien kunnen op
vatten, als wilde zij eenzijdig het werk
program der Kamer vaststellen. Dat
echter kan de bedoeling niet wezen.
W.el is thans de opinie der Regeering
omtrent de urgentie van de verschil
lende wetsontwerpen uitgesproken en
zelfs de meening over de volgorde,
waarin de verzekeringsontwerpen zullen
moeten behandeld worden.
Des te minder is hier van dwang
tegenover de Kamer sprake, omdat bij
deze zelf een onmiskenbaar verlangen
aanwezig is, om in de aangegeven volg
orde de sociale verzekering verder ter
hand te nemen.
Aan deze meest actueele passage over
de verzekeringen, gaat de mededeeling
vooraf, dat nog dit kalenderjaar, dat wil
dus zeggennog binnen ruim drie maan
den, regeeringsvoorstellen tot herziening
der Grondwet zullen binnenkomen.
'tls toch het recht van een Regeering
om, als het op scheiden gaat, aan de
kiezers, die te beslissen hebben, in duide
lijke termen aan te geven, wat men van
haar te verwachten heeft, indien de stem
bus haar bestendigen wil.
Wanneer men de Troonrede kortelijk
zou willen samenvatten en karakteri-
seeren, zegt het Centrum, dan zou
men daarvoor kunnen kiezen de woor-
vergiftige spin je gestoken?"
„Ik 'heb het!" riep de oude snijder uit
„Ik heb het: Ik heb het! vrouw": 'Re
gien"!" jubelde 'hij, terwijl hij zijn trouwe
wederhelft omhelsde, zoodat de schotel
soep in 'bedenkelijk gevaar kwam.
„Elise!" riep hij daarna, nu ook zjjn
dochter aan zijn hart drukkend. „Ik heb
het, kinderen! O, gij geluk aanbren
gende krant", vervolgde hij daarna, het
blad 'met 'diepen /eerbied aan zijn lippen
drukkend, „gij geeft mij de reddende vin
gerwijzing, mij' vrij te maken van de el
lende Van dit leven. Wees gezegend, ge
luk aanbrengend blad.... Maar gij",
daarbij greep hij de el en het strijkijzer
beet gij die ik al jaren lang gehanteerd
heb, en die mij alleen kondt dienen om
een beklagenswaardig bestaan ,te leiden,
van den oenen dag in den anderen te
leven, weest vervloekt!"
Met luid gedruisch vloog het strijkijzer
in <den hoek rinkelend viel de soep-
terrlen, 'die aan de handen der vrouw
was ontvallen, op den grond, en de dikke
•erwtensoep dreef over iden vloer.
„Barmhartige hemel, hij heeft zijn ver
stand verloren", gilde de vrouw en
vluchtte achter haar dochter.
„Vader wat scheelt ,u toch?" riep Elise
angstig.
«Mjj schgelt niets,,., ik .word, ik word
den, door Hare Majesteit gesproken tot
de vereenigde vertegenwoordigers der
Natie: „Deze zitting zal uwe toewijding
en krachtsinspanning op zware proef
stellen".
Inderdaad, vele en belangrijke ont
werpen liggen tot behandeling en afhan
deling gereed; en daarbij stelt de Troon
rede nieuwe wetsvoordrachten in het
naaste verschiet, waarbij niets minder
dan de regeeringsvoorstellen tot Grond
wetsherziening, welke nog vóór 1913 de
Kamer zullen bereiken. Wat alleen reeds
aan zulke voorstellen vastzit, behoeft hier
niet in den breede te worden uiteengezet.
En dan heeft men daar nog te wachten
een drietal ontwerpen naar aanleiding
van het rapport der ineenschakelings-
commissie, de samensmelting van Oorlog
en Marine tot een Departement van
Defensie, de kanaliseering der Maas, en
wat verder in de rede wordt opgesomd.
„Multa" en „multum". Niemand zal ver
wachten, dat de Kamer al dien arbeid
vóór de verkiezingen afdoet. Maar zij
moge toch in de belangrijke en veel
omvattende taak, die haar wacht, een
prikkel vinden tot verdubbelde werk
zaamheid, opdat althans het meest
dringende zijn beslag krijge. Aan lange
redevoeringen is daarbij zeker niet het
meest behoefte, wèl aan een "knappe en
stevige leiding der debatten.
De Nieuwe Haarl. Courant is
zeer optimistisch gestemd omtrent de
afdoening van dc wetsontwerpen en de
Grondwetsherziening.
Het belangrijkste is wel, dat de regee
ringsvoorstellen tot Grondwetsherziening
nog in den loop van dit kalenderjaar,
dus binnen enkele maanden, bij de Sta-
ten-Generaal zullen worden ingediend.
Dat brengt mede, dat een ontbinding
der Staten-Generaal, zoodra de wet, die
de wensch elijkheid van deze veranderin
gen „in overweging neemt", is aangeno
men, voor de deur staat. De Regeering
zal die ontbinding wel laten samenvallen
met de periodieke Kamerverkiezangen
doch zekerheid daaromtrent bestaai; er
niet In i eder geval dienen wij nu eerst
de regeeringsvoorstellen, op het rapport
der Staatscommissie gebouwd, af te
wachten
De Invaliditeitswet staat voorop, en
terecht zegt H. M. de Koningin, dat „de
toewijding en krachtsinspanning" der
Kamer „op zware proef" zal worden ge
steld. Het is te hopen, dat de plichtsbe
trachting der Kamerleden ten bate van
het algemeen belang tegenover die toe
wijding en krachtsinspanning het zal
volhouden.
Na de Invaliditeitswet komt dadelijk
de Ziektewet óók nog in dit zittings
jaar. De Tariefwet lijkt ons voor Üeze
periode niet zóó op den voorgrond ge
schoven de financieel e paragraaf spreekt
wel van „dringend noodzakelijk", doch
doet ook uitkomen, dat de toestand
„voorshands niet ongunstig" is. Wijmee-
neu hierurt 'te kunnen opmaken, dat de
Tariefwet na de Grondwetsherziening zal
komen. Doch de Regeering handhaaft de
Tariefwet uitdrukkelijk: het woordje
„alle" in deze paragraaf is veelzeggeend.
Naar aanleiding van de vele wetsont-
'ontwerpen, die in de Troonrede worden
opgenoemd, vraagt het Huisgezin:
Spant de regeering haar boog niet te
strak
Zal, zelfs indien de Kamers de volle
maat geven van de toewijding en krachts
inspanning, waarvan de Troonrede ge
waagt, hetgeen de regeering wenscht te
verwezenlijken zijn?
Wie zou het niet willen, maar eveneens
wie zou het durven hopen?
Intusschen, indien de Tweede Kamer
zich weet te verheffen tot de hoogte ha-
rer 'taak als natonale instelling; indien
zij aan partijzucht en berekening het zwij
gen weet op te leggen en zich enkel laat
leiden door overwegingen, aan het lands
belang ontleend, zal zij, zoo niet alles,
toch veel tot stand kunnen brengen.
Allereerst, zegt de Gelderlander,
zal de regeering de invaliditeits- en ouder
domsverzekering In et liet voorstel tot
dekking der kosten derhalve het Ta-
geheim poliüeageet!" riep hij met
schitterende oogen uit
„Heb ik het je -niet gezegd? Ü»j is
gek!" riep vrouw Regien uit, en snelde
naar het venster. „Hulp! .Hulp! Mijn
man is krankzinnig!"-
Doch vóór zij ,het venster geopend had
had de kleermaker zijn vrouw bij haar
rok gepakt en trok hij haar weer in het
midden 'der kamer.
„Regien", riep hij, .met alle geweld de
zich werende terughoudend, „zijt gij dan
door den duivel bezeten ?"-
„Laat mij, ik ,ben bang voor je", huil
de zij.
„Vader, lieve, beste vader," riep nu
ook 'het jonge .meisje, „zeker, wij zijn
bang voor je."
„Gij ook?" brulde de snijder, wiens
armen krachteloos langs het lichaam vie
len. „Halt!" onderbrak hij zich, terwijl
hij beide vrouwen, die door de deur naar
de gang wilden vluchten, in den weg
trad, „eerst wil jk weten, wat jullie zoo
bang maakt."
„Nu, wat anders dan gij zelf met je
geheime politieagent", stotterde vrouw
Regien. „Hoe 'kan .een verstandig ineiisch
op zul ken onzin komen?"
„Zoo, onzin noemt gij dat?"
Hij barstte in een hoongelach uit. „En
voor krankzinnig beschouwt gij mik en
riefor.iwcrp k rug en af te handelen,
alsmede daarna de Ziektewet. Als dat
achter den rug is, zullen we zeker een
goed eind opgeschoten zijn.
De regeering blijkt terecht van mee
ning dat er dan niet veel tijd meer voor
andere wetsontwerpen, zal overblijven,
zoodat zij met de indiening van nieuwe
maar hoogst zuinig is. De aangekondigde
voorstellen, zooals die betreffende woon
wagens, liabitueele dronkenschap, land-
looperij en bedelarij, verder omtrent elec-
trieiteitsvoorzTiening, kanaliseering der
Maas enz. zijn niet van bijzonder ingrij
penden aard.
Werkplan en promesse saamgevat,
maakt in deze Troonrede een uitstekend
geheel, zegt de Standaard. Het zou
moeilijk zijn te zeggen, wat er nog aan
toe ware te voegen geweest, en evenzoo
ware niet licht iets aan te stippen, "dat
zonder schade had kunnen gemist wor
den. Deze rede geeft juist wat ze geven
moest, en verraadt de zelfbeheersching
van een Kabinet, dat door een gestie van
straks vijf jaren zich vast in het zadel
voelt, en geen woord ten beste geeft, dat
niet helder doordacht is.
Het verheugt het blad, dat de regee
ring onomwonden heeft uitgesproken, dat
zij er op rekent, om aanstonds in October
met de Invaliditeitswet voor de Kamer
te kunnen komen. Vooral deze beslist
heid zal in den lande met ongemeene
blijdschap vernomen worden.
Even verblijdend, gaat het blad dan
verder, is de mededeeling, dat de ont
werpen voor de Grondwetsherziening
reeds zoover gereed zijn, dat ze nog in
dit kalenderjaar zullen afkomen. Ook dit
toont weer, dat er door dit Kabinet hard
gewerkt wordt, en zulks bij schier alle
Departementen. Een reeks voorstellen tot
herziening van de gansche Grondwet
toch, nu reeds bijna gereed, verraadt
een werkkracht bij Binnenlandsche Zaken
die weldadig aandoet.
De (A.R.) Rotterdammer heeft
een bemerking over de passage in de
troonrede, waarin wordt gezegd dat „de
toestand van den landbouw gunstig is,
ondanks ernstige tegenspoeden die een
tijdelijk karakter hebben''. „Deze ver
klaringen", zegt het blad, „schijnt ons
toe niet in volkomen overeenstemming
te wezen met de werkelijke verhoudin
gen. Wij vreezen dat de mislukking van
een niet-gering deel van den oogst in
tal van streken van ons vaderland bij
een groote reeks van pachtboeren, die
in deze tijden van opgaande conjunctuur
op drukkende voorwaarden hebben ge
huurd, velerlei ellende die in breeden
kring moet doorwerken, zal veroorza
ken." Lichtelijk verwijtend en vrien
delijk dringend, staat het in de troon
rede zegt het blad verder: „Nu voor en
boven alles Invaliditeitswet, Tariefwet
en zoo mogelijk Ziektewet."
„Uit den aard der zaak", zegt de N e-
derlander, bevat eene Troonrede, ge
houden in het laatste jaar eener parle
mentaire periode weinig, dat op een Re-
geeringsprogram gelijkt en zoo is dan
ook de Troonrede, heden door H. M. de
Koningin in de Vereenigde Staten-Ge
neraal uitgesproken, een uitermate so
ber stiik. Doch hoe sober de Troonrede
ook zij, zij levert het bewijs op, zegt
het blad, dat er zelfs al werden' voor
het scheiden van de markt in 1913 alle
aanhangige wetsontwerpen afgehandeld,
voorloopig nog werk genoeg voorhan
den is.
De Nieuwe Rott. Courant is er
slecht over te spreken, dat de regeering
gewag maakt van een grondwetsherzie
ning, omdat er toch niets van zal komen.
„Zie" zegt zij „wat de regeering
zelve in de andere paragraaf van de
Troonrede, waarop wij boven doelden,
aan de Kamer als werkprogram voor dit
jaar suggereert. Een „zware proef"
gelijk zij het terecht noemt: Afdoening
van het Invaliditeitsontwerp, van het Ta
rief thans, in onderscheiding met
vroegere jaren, ongetwijfeld wegens de
verblijdende mededeelingen welke in den
aanvang' van de troonrede over de voor
uitgang van nijverheid, handel en söheep-
dat juist op het oogenblik, waarop ik
helder ziende geworden ben! In één
oogenblik stond het .mij voor den geest
hoe ik een einde kon maken aan dit leven
vol ellende en zorgen, en nu houdt gij
mij voor gekl"
„Hoe kunt gij ,er bij je ouderdom aan
denken, bij de politie te worden aange
steld", zei vrouw Regien, „daartoe heeft
men jonge, krachtige lieden noodig."
„Ach wat, aangesteld worden wie
denkt daar aan'!" bromde de snijder.
„'Maar luistert", vervolgde hij, ik zal
jullie mijn idee .meedeelen, en daarna
wil ik zien, of gij nog meent, dat mijn
geestvermogens geleden hebben, of ik
niet veel meer geïnspireerd ben door
een geniale gedachte. Gij weet, dat er
in een groote ,stad dagelijks heel wat
gebeurt: roof, moord, diefstallen zijn te
genwoordig aan de orde van den dag.
Onze politie iis .voortreffelijk georgani
seerd en onvermoeid werkzaam, om de
misdadigers <op te sporen en te doen
straffen, maar hoevele misdaden blijven
er niet ongestraft, ,wijl men den dader
niet kan achterhalen. In zulke gevallen
wordt idan steedis ,de medewerking van
het publie,k door |de juistitie gevraagd,
die ieen hooge .belooning toezegt op de
ontdekking van den misdadiger en hoe
dikwijls gebeu,rt het niet, dat door de
vaart worden gedaan, maar weer als „hef
voorstel tot dekking van de daaruit (d-i«
de Invaliditeitsverzekering) voor 'sland*
schatkist voortvloeiende tosten" ten toof
neele gevoerd alsmede van het ont
werp-ziektewet,o! ironie! Daar wordj
nu officieel van regeeringswege gecapb
tuleerd en zoowaar door haar zelve d4
Ziektewet in het achterste gelid gen
plaatst.
De regeering weet zelve natuurlijk op*
perbest dat wanneer met eene verkiezing
in het vooruitzicht, de „toewijding en
inspanning" der Kamer op eene derge
lijke wijze aan eene krachtproef onder-
derworpen is, voorstellen tot grondwets*
herziening maagdelijk' zullen blijven ligp
gen.
Het Handelsblad wenscht naajfi
aanleiding van de regeeringsvojorstellen
tot Grondwetsherziening de regeering
kracht toe, en geeft als reden van dien,
wensch aan: „het is waarlijk niet onver
schillig tegen de stembus van 1913 te
weten, hoe de gezamenlijke rechtsdhe)
partijen denken over Grondwetsherzfe-i
ning en speciaal over het kiesrecht. Ootó
al weten wij vooruit, dat die voorstellen!
voor deze wetgevende periode piet meer!
van beteekenis zullen zijn, als politielklel
geloofsbelijdenis zijn zij van groot gei-
wicht" En verder zegt het blad: „dat
een goede, verstandige oplossing van dö
sociale vraagstukken, waarbij met allei
belangen zooveel mogelijk rekening ge
houden wordt, het resultaat van dit zit
tingsjaar moge zijn, dat wenschen wij
zij het niet zonder eenigen twijfel aan
de vervulling van Üien wensch ons
volk zeer zeker toe."
De Nieuwe Courant is er be
zorgd over, dat de Kamers het te drulcj
zullen krijgen. „Op de behandeling van
de (in de tweede plaats genoemde en im
mers ann de Invaliditeitswet verknochte)
Tariefherziening schijnt de regeering
vast te rekenen, zegt het blad. Wij blij
ven te dien aanzien sceptisch gezind.
De toewijding en krachtsinspanning,
waarvan de Troonrede spreekt als voor-
waarde voor afwerking van het drieledi
ge werkprogram, zal niet slechts „op
zware proef" gesteld worden, zij zal
schier Ixvv en menschel ijk moeten zijn, wil
zij bewerken, dat het Tarief-ontwerp
voor Juni niet alleen door de openbare
behandeling van de Tweede Kamer,
maar ook door de schriftelijke en mon
delinge van de Eerste heen het Staats
blad bereikt."
Het Vaderland is al erg verstoord
en schrijft: Vatten wij ons gevoelen aan
gaande de heden uitgesproken Troonrede
samen, dan domineert bij ons de indruk!
dat wij onder deze regeering steeds ver
der naar het conservatisme afzakken, en
dat in dit alles tweeërlei element zich
verraadtde overheerschende invloed van
den leider wiens leiding niet openlijk!
mag worden erkend, en de stembus van
1913.
STATEN-GENERAAL.
EERSTE KAMER.
Zitting van Dinsdag 17 September.
De Voorzitter aanvaardt zijn eer
volle betrekking met de verwachting uit
te spreken dat deze Kamer ook in het
thans ingetreden parlementaire zitting
jaar moge beantwoorden aan de roeping
die voor haar is weggelegd. Spr. ver
trouwt dat de leden bereid zullen zijn
die wetsontwerpen zoowel als die welke
reeds aanhangig zijn, met ernst, nauw
gezetheid en gepasten spoed te onder
zoeken.
Tot leden van de Commissie voor de
verzoekschriften worden benoemd de
heeren v. d. Maesen de Sombreff, Barge,
van Hardenbroek, de Boer en Lely.
Besloten wordt de Troonrede met een
Adres van Antwoord te beantwoorden.
De Kamer gaat daarna over tot het
trekken der afdeelingen.
De vergadering wordt verdaagd tot
Woensdag.
TWEEDE KAMER.
Zitting van Dinsdag 17 September.
De waarnemende voorzitter, dé lieer
belooning aangespoord, gewone ineri-
schen misdadigers -ontdekken. Nu ziet,
zulk een geheim politieagent wil ik wor
den. Ik verzamel (Oude politiebladen,
prent oude steekbrieven in mijn geheu
gen, om, daarmee .uitgerust, de misdadi
gers op te sporen, en dat ik dan ook zal
vinden wat ik (zoek, dat waarborgt me
niet 'alleen mijn zekere, scherpe blik,
maar ook dit .hier, wat ik zooeven in de
Politiekrant vond. Luistert nu:
Hij nam het blad en zijn bril weer
recht zetteiuL ias hij:
„Het is (...i onverklaarbaar, maar ze»
ker feit, dal dc misdadiger steeds terug
keert naar de plaats, waar hij zijn mis
drijf beging. Door een onzichtbare maar
onwederstaanbare macht gedreven, wordt
hij steeds weer daar heen gedreven. Ge
looft de misdadiger zich daardoor vei
lig voor ontdekking, als hij zich tus
schen al die nieuwsgierigen dringt, of
is het het booze geweten ,dat bem pij
nigt, dat hem dwingt, de plaats weer op
te zoeken, waar hij gezondigd heeft tegen
recht en wet? Hoe het zij, het is een
feit, dat niemand kan loochenen, en daar
om moeten onze crimineele beambten
vóór alles een waakzaam oog houden'
op de plaats, waar de misdaad is ge
schied en op de menigte, die deze plaats
omringt..., (Wprdt vervolgd.)