BINNENLAND.
50 cent
bij vooruitbetaling.
Uit de Pers.
spel verloren was. En de fout van den
Franschen minister de Selves, die bij de
eerste onderhandelingen, bij de eerste
maal dat hij het idee ppperde om af
stand te doen (November van het vorige
jaar) heeft hem hierbij goed geholpen.
Op onbegrijpelijke wijze had toen Frank
rijk zich de handen gebonden en Moelai
Hafiid zich alle rechten doen voorbehou
den. Nu kon hij afdanken wanneer hij
wilde, zelf zijn opvolger en verblijfplaats
kiezen en zijn jaarwedde bepalen. Alle
tact heeft generaal Liautey, de resident-
generaal moeten gebruiken om dien af
stand niet op den meest ongunstigen tijd
te doen plaats vinden.
Nu is hij gegaan en heeft een zijner
broeders als opvolger aangewezen. (Abd-
el-Azis kon het natuurlijk niet zijn, te
gen wien de Franschen Moelai geholpen
hadden om hem van den troon te stoo-
ten, maar gelukkig hadden zij nog een
goeden stroopop in den amderen broer
Moelai Joessoef. Van dezen is nog niet
veel anders bekend dan dat hij in April,
na de troebelen in Fez tot pasja der
hoofdstad benoemd werd. De „Siècle"
noemt het een niets beteekenendpersoon,
zwak en dom, die niets geen gezag over
de Marokkanen hebben zal. Maar, geeft
het blad direct toe, geen enkele door
Frankrijk beschermde sultan, zal ooit
eenig ander gezag over zijn landgenoo
ten hebben, dan dat, wat de Fransche
geweren en kanonnen hen zullen verze
keren.
'Bij hem schuilt dus geen gevaar, doch
wat zal het zijn als Hafid na zijn ge
schokte gezondheid in Vichy weer op
ree te hebben gebracht jn Janger zijd
domicilie zal willen kiezen, zooails zijn
plan is. De oorspronkelijke overeenkom
sten geven hem daartoe het recht, maar
Frankrijk zal wel Zijn best doen om den
woelwater uit het land te houden, waar
het toch nog genoeg last van de bevol
king zal hebben. V.
Toepassing woningwet.
De Commissaris der Koningin in Gel
derland heeft de gemeentebesturen in
die provincie medegedeeld, dat de ken
nisneming der verslagen, uitgebracht ter
voldoening aan art. 52 der Woningwet
den indruk heeft gegeven, dat het in ve
le gemeenten met de toepassing dier
wet over het algemeen treurig is gesteld.
Voel ik mij, aldus heet het, in deze!
mededeeling, derhalve ertoe gedrongen
bij de gemeentebesturen, wie het aangaat
ernstig aan te dringen op een, gloeide
toepassing der Woningwet en de krach
tens die wet vastgestelde bouwverorde
ningen, overtuigd dat daarbij bevorde^
ring van de welvaart hunner gemeen,ten
ten nauwste betrokken is, ik wenSch!
hierbij nog te wijzen op een voorname
oorzaak van belemmering in verbeten-
ring van woningtoestanden', bestaande
in onvoldoenden aanbouw, van z.g. ar
beiderswoningen.
De Commissaris acht het zeer aan
bevelenswaardig het bevorderen door de
gemeentebesturen dat in hun gemeenten
een ivi-ereeniging, een vennootschap, of
stichting tot stand kome, als bedoeld
in art. 30 der Woningwet, welke door
de Kroon is toegelaten als vereenigimgt
enz., uitsluitend in het belang van, ver
betering der volkshuisvesting werkzaam.
Reeds bestaat een dergelijke verüeni-
ging in onderscheidene Geldersche ge
meenten. Het zal allicht niet gemakke
lijk zijn een vereeniging als hier bedoeld
tot stand te brengen, maar de commis
saris roept hierbij krachtige medewer
king in van het bestuur der _gemeénten,
in zijn gewest. Hij verwacht voor 1
October mededeeling, welk gevolg aan
zijn schrijven is of zal worden gege
ven.
Zevende Sociale Week.
[Wij ontvingen het lijvige Program
maboek (90 blz.) van de Zevende So
ciale Week, welke van 1 tot 8 September
te Breda zal worden gehouden.
Nog beter dan uit het vroeger reeds
gepubliceerde Program, blijkt uit dit boek,
waarin reeds een korte leiddraad der
verschillende te houden voordrachten is
opgenomen, van hoe groot belang deze
zevende Sociale Week is.
Aan de Inleiding ontleenen wij
het navolgende:
„De Sociale Week' is in het katholiek
leven van Nederland een vaste instelling]
geworden. Bij honderden zijn de mannen
en vrouwen te tellen, die op hare banken
plaats namen, om hunne sociale kennisi
te vermeerderen.
Zoo komt dan thans de zevende So
ciale Week als een vanzelfsprekendheid.;
Wij zullen daar weer velen ontmoeten,
die in vorige jaren ook reeds aanwezig
waren. Maar Vele nieuwelingen moeten
daar óók komen priesters en leeken,
mannen en vrouwen, theologanten ;en
studenten, middenstanders en arbeiders
voor hen allen valt hier ontzaglijk veei
te leeren.
Nog steeds kunnen wij, Katholieken/'
getuigen, dat nog geen andere partij of
geestesrichting in ons land een derge-
lijke week van degelijke sociale studie!
heeft kunnen organiseeren. Die gedachte
moet voor ons een aansporing te meer,
zijn, om dit instituut hoog te houden
en in eere.
Het programma zal dit jaar voor
breede kringen van ons volk veel ver-
lokkends hebben.
„Rechtvaardigheid en Naas
tenliefde" is het algemeen onder
werp. Maar de uitwerking ervan wijst
erop, dat het zich tot veel afwisseling
gemakkelijk leende.
Laten nu niet alleen de mannen en
vrouwen der sociale actie in engeren zin
deze Sociale Week bezoeken, doch ook
zij, die meer uitsluitend zich met werken
van liefdadigheid en armenzorg bezig
houden. Vele Vincentianen en Armbe
stuurders mogen thans neerzitten naast
de Dames van St. Elisabeth en Lidwina
en de Meisjesbescherming!
Maar ook zij, die tot nu zich'
meer met de onderwerpen van sociale
rechtvaardigheid bezighielden, zullen ge
wis gretig de gelegenheid aangrijpen, om
van de katholieke char it as wat dieper,
studie te maken.
Zoo moge, onder Gods zegen, ook
deze zevende Sociale Week te Breda
rijke vruchten afwerpen voor de katho
lieke actie in ons Vaderland."
Uit een schrijven van Mgr. den Bis
schop van Breda blijkt, dat Z. D. FL
het houden der Sociale Week te Breda
„volgaarne goedkeurt", en zijne beste
wenschen uitspreekt" „voor het welsla
gen van dezen gezegenden arbeid".
Behalve het volledjge program en del
korte overzichten der te houden voor
drachten, bevat het Programmaboek ver
schillende nuttige wenken voor de be
zoekers van de Sociale Week.
Allereerst wordt meegedeeld, dat er
drie soorten van t o e g a n g s k a a r t e n
verkrijgbaar zijn:
le. Weekkaarten. (Prijs f2.50.)
2e. Doorloop end e Avondkaar-
ten (Prijs f 1.
Deze kaarten kunnen reeds per post
wissel besteld worden aan het Cen
traal Pp r eau voor de K.S.A. te Lei
den, evenals het Programmaboek (prijs
f 0.20.)
3e. Kaarten voor 'een ochtend-, mid
dag- of avondvergadering. Prijs f0.20.
De Sociale Week wordt gehouden in
de groote zaal van de St. Joseph-
Kring (Waterstraat 5).
LWij véstigen er échter de bijzondere!
aandacht op, dat de Openings-ver-
g a d e r i n gwegens het te verwachten
zeer drukke bezoek, zal gehouden wor
den in de St. Antonius-kerk (St Jans*
straat, vlak bij de Groote Markt).
In deze vergadering, welke te 8 uur
aanvangt, zal de 'Openingsrede gehouden
worden door den HoogEdelGestrengen
Heer H. W. Bogaardt, die als Voorz. van
het Diocesaan Com. voor de K.S.A. in 't
Bisdom Breda, zal optreden als Voor
zitter van deze Sociale Week.
Vervolgens wordt een redevoering uit
gesproken over ^Rechtvaardigheid en
Naastenliefde" door Pater Borromacus
de Greeve, O. F. M. Deze vergadering
wordt geopend en gesloten door het zin
gen der liederen: „Kom, Schepper, hei
lige Geest"-, en „Aan U, o Koning der
Eeuwen." Het belooft een prachtige ver
gadering te worden.
Tweede Blad, behoorende
bij DeLeidsche Courantvan
Zaterdag 17 Aug. no. 868.
STATEN-GENERAAL.
TW BEDE KAMER.
Kort Verslag van de vergaderingen
der Kamer.
[Het Kort Verslag der vergaderingen
Van de Tweede Kamer der Staten-Gene-
Faal verschijnt in den avond van eiken
;]dag, waarop de Kamer vergadert.
De abonnementsprijs bedraagt f 1.
■Men: abonneert zich voor den tijd van
jteen geheel zittingsjaar. Voor de verzen-
foing van het Verslag aan abonnementen
[binnenslands is geen port verschuldigd,
fj/ [Wij steller! onze lezers echter in de
[gelegenheid, mits zij dit TIJ Dl O opge
lden, het Kort of Analytisch verslag te
(bekomen voor den prijs van
Dé verzending van het Verslag ge>-
(S'chiédt ook in dit geval portvrij.
Alle betalingen van het Kort Verslag
[(geschieden
De aandacht van hen, die reeds voor
de vorige zitting op het Kort Verslag
waren geabonneerd, wordt er op ge
vestigd, dat het noodig is, om, wan
neer zij ook gedurende de nieuwe
[zitting het Verslag weder wenschen
fte ontvangen, zich opnieuw te abon-
neeren, en dat het, met het oog op
[eene geregelde toezending van het
I begin der zitting af, gewenscht is
dat vooral TIJDIG te doen.
Om de bestelling te vergemakkelijken,
IRomt in dit nummer een formulier voor,
"hetwelk duidelijk ingevuld, aan
fde Administratie, OUDE
SINGEL 54, LEIDEN,
i'smoet gezonden worden.
DE DIRECTIE.
Militaire opvoeding?
(Wij lezen in de Nederlander:
Men vestigt onze aandacht op een ar
tikeltje, in het orgaan der vereenigingi
iVan Onderofficieren „Ons Belang" het
jÏAlg. Militair Weekblad. Men weet, dat
itdeze vereeniging in de Tweede Kamer
'ieenige malen ter sprake is gekomen dat
iij zich bijzonder verheugt in de be
scherming van de heeren Marchant ,en,
(Thomson, doch van meer dan één mi
nister van Oorlog, een minder vleiend
'getuigenis kreeg. Minister Colijn ge
tuigde van haar, „dat voor een belang
rijk deel haar optreden zijn instemming
biet heeft", iets, waarover men zich niet
zeer zal verwonderen, als men de vol
gende fraaie rethorica uit het Weekblad
gelezen heeft. Het is uit een zomerme-
!lditatie:
^„En terwijl-nu de fabrikant zijn heen-
lijk buiten betrekt, of zeiltochtjes gaat
maken op de meren, ploeteren zijn arme
islechtbetaalde arbeiders van den vroe
gen morgen tot den avond in, de onh
(dragelijke hitte der fabriek, bij het ge-
j'stamp en geratel der machines, of bij
(den gloed en den smook der ovens, ter-
pwijl de vrouwen en kinderen der rijken;
licht, lucht en leven halen uit 't strand
jof uit de bergen, blijft de arbeidersvrouw
rvrouw steeds gebukt gaan onder den
[last der meest afmattende zorgen, moet
[zij zich eiken dag kwellen om van één
(dubbeltje verdienste voor twee dubbel-
jtjes te koopen, en blijven hare kinderen;
ildé duffe lucht der kleine woning of de
[vunzige dampen der benauwde stegen inr
i (ademen.
Mijne vrienden, let op deze tegenstel
lingen in het maatschappelijke leven,
^verlies dit nimmer uit het oog, wan
neer uwe taak en uwe plicht u roepen.'
Wij zouden wel eens willen verne
men, wat de schrijver van dit jraais
[bedoelt, vooral met de laatste zinsnede,
Mdie in een of ander anarchistisch blad
phi et misstaan zou.
FEUILLETON.
[De Eïfgenaam van hertog Jean.
NAAR HET FRANSCH.
f?°)
Si „O, dat gaat heel goed", gaf hij achte-
jloos ten antwoord.
p „De wond op uw wang heeft een littee-
yjcen achtergelaten."
j?i „Och, wat zou dat Mijn oud lichaam
yjièeft wel andere gezien."
„Waar hebt u de pokken opgeloopen?'
Lvroeg ik' met meer belangstelling dan
|kieschheid.
„Gedurende den oorlog in de ambulan
ces."
I*/ .„Hebt gij in den oorlog ook' een wonde
[jaan uw been gekregen?,"
„Ja, door een ongeluk."
„Welk ongeluk?"
„Een verdwaalde kogel."
'„Waart gij dap op het slagveld?"
^„Evenals zoovelen van onze Broeders
jom de gewonden pp te nemen."-
i. Broeder Claudius wilde blijkbaar liefst
[0at gesprek niet voortzetten. Plotseling
pan den weg afwijkend ging hij een
.$mal pad op dopr de velden heen.
Bescherming.
De Ut r e c h ts c h e C o u r a n't schrijft
In deze idagen, nu, wegens het ver
schijnen van het verslag der Commissie
van Voorbereiding ter zake van het ont-
werp-tarief, in veler mond de kwestie
van „bescherming" en „vrijhandel" we
der bestorven ligt, kan het geen kwaad
er eens op te wijzen, dat de voorstelling
alsof „bescherming" slechts het onbe
twistbaar domein der rechter-partijen is,
door de feiten dubbel en dwars wordt ge
logenstraft.
Al was het in de eerste plaats alreeds
omdat er hier te lande pok rechts wel
„vrijhandelaars" worden gevonden en
links wel „beschermers." 1
Doch, als wij eens buiten onze grenzen
kijken, zien wij, dat:
in Frankrijk, waar radikalen en socia
listen de regeeringspartijen sinds jaar en
dag vormen, de invoerrechten niet zijn
afgeschaft;
in Italië de liberale regeering niet an
ders deed;
in Portugal de radiko-socialistische
meerderheid evenmin over afschaffing der
invoerrechten dacht
in Australië de socialistische regeering
mede het profektie-tarief niet introk;
in Zwitserland en Noord-Amerika, de
republikeinen niet minder beschermings-
gezind zijn
in Spanje, sedert de liberale leiders
Canalejas en Mores de lakens uitdeel en,
er van intrekking der invoerrechten geen
spraTce is.
Als „bescherming" dan zoo fnuikend is
voor de welvaart van een land en „vrij
handel" van zóó reusachtig voordeel, ei-
lieve.... zijn die Fransche, Italiaansche,
Portugeesche, Zwitsersche, Spaansche,
Amerikaansche en Australische regee-
ringsmannen, die maar geen eind maken
aan hunne respektieve beschermende
rechten, dan zulke stumpers, dat zij dit
met hun allen niet inzien?
Sterker nog: Duitschland, het protek-
tionistische Duitschland, dat bij de jong
ste Rijksdagverkiezingen een nieuwe,
linksche meerderheid kreeg, zal niet tot
een verlaging der beschermende rechten
overgaan, maar in de „N. R. Ct" spoe
dig na genoemde verkiezingen in eene
Berlijnsche korrespondentie werd mede
gedeeld door een Duitsch liberaal en
voorman in den toen juist afgeloopen
verkiezingsstrijd.
Men late dus eens af het steeds te doen
voorkomen, alsof het verlangen naar be
schermende tarieven, alleen den recht-
schen partijen eigen is.
Het lijkt er niemendal op!
Hier zitten geen partijbelangen, doch
de welbegrepen belangen van eigen in
dustrie voor
Meer dan een mooi gebaar.
Onder dit opschrift driestart het Huis
gezin:
De jionge groothertogin van Luxem
burg heeft de anti-kathjolieke schoolwet
geteekend.
Zij heeft moeten zwichten voor den
dwang der constitutioneel e noodzake
lijkheid.
Met dit al blijft haar aanvankelijke
weigering een mpoi gebaar.
Meer dan een gebaar.
Een (opwekking aan haar voor de
overgroote meerderheid katholieke volk
om zidh te ontworstelen aan de heer-
sdhappij eener liberale en vrijmetselaars-
meerderheid in het Parlement, om weer
zich zelf te zijn.
De Luxemburgsche Katholieken zijn
ingedommeld, zooals ook de Belgische
Katholieken een tijd van indommeling
gekend hebben.
Moge de liberale dwangwet hen
wakker schuddenzooals van Hum-
beeck's schoolwet de Belgische Katho
lieken en Kappeyne's scherpe resolutie de
christelijke partijen jn ons land tot een
krachtig verweef ontvlamde.
Te gemakkelijker moet Het den Lu-
xemburgschen Katholieken vallen, het
liberale dwangjuk af te schudden, nu ze
gezien hebben, dat hun jonge vorstin
aan hun zijde staat en in gedachten den
blijden dag begroet, waarop het haar ver
gund zal zijn een streep te halen door het
product van liberalistische wetgeving.
„Waar gaat u naar toe, Broeder?"
vroeg ik verbaasd.
„Ik ga naar huis terug."
„Hoezoo, langs dien weg? Ik geloof
dat gij u vergist. Ik ken de streek door
en door, maar nooit ben ik dien weg
gegaan, en ik raa:d u dus, liever 'den groo-
ten weg te houden."
Gewillig keerde broeder Claudius op
zijn schreden terug. Ik verveelde me;
ik had igeen trek, om alleen te blijvem,
en het denkbeeld, dat hij in den oorlog
was geweest, deed me prijs stellen op
zijn 'gezelschap.
„Gij zijt vermoeid", zei ik op een toon
van gezag. „Ik wil niet, dat u weer ver
trekken zult, zonder een poosje te heb
ben uitgerust. Het kasteel is vlakbij;
ga met mij mede."
„Ik dank u", antwoordde hij haastig.
„Broeder Regimbertus wacht me, en ik
heb me nog'op mijn les voor morgen
voor te bereiden."
Ik hield hem bij den arm vast, en om
zijn schuchtere verlegenheid weg te ne
men, verklaarde ik: j
„Ik neem alles op mij, en broeder Re
gimbertus zal niet brommen. Bovendien
bent u ons een bezoek schuldig. Mijn
zuster en haar gouvernante zullen blij
de zijn, ute zien. Wij zijn zeer eenvoudig
zonder pretentie, en het kastéél mag, ,u
De Week
in liet Buitenland.
Op nog betrekkelijk kalme en oogen-
schijnlijk weinig gevaarlijke wijze is nu,
nog vrij plotseling, Frankrijk zijn sta-in-
den-weg voor de z.g. „vreedzame indrin
ging" in Marokko, Moelai Hafid, kwijt
geraakt. Het is een lange lijdensgeschie
denis geweest Voor beide partijen; voor
den sultan, die zich stukje voor beetje
alle macht ontnomen zag door den vreem
deling, die hem zelf eerst wederrechtelijk
op den troon geholpen had; voor Frank
rijk dat steeds door de listig kuipende
vijandelijkheid van Moelai Hafid zich ge
stadige gevaren in het Moorenland om
zweven zag. Werd niet o. m. de plotse
linge overval en het bloedbad onder de
Franschen in het begin van dit jaar groo
tendeels op zijn reekning gesteld, of
schoon men hem geen kwade trouw kon
bewijzen? En was niet eveneens zijn dik
wijls te kennen' gegeven wensch om voor
zijn .abdicatie een bedevaart naar Mekka
te maken, een voortdurend schrikbeeld
voor hen, die vreesden dat het fanatisme
der Muzelmannen niet alleen in Marokko,
maar ook in Algerië en Tunis zou ontke
tend worden. Immers een aftreden, on
middellijk volgend op zijn terugkeer van
het Islamitische heilige der heilige, zou
het karakter gehad hebben van een pro
test uit godsdienstige overwegingen, dat
niets dan onheil spelde voor de Christe
nen. En nu nog weet men niet goed wat
eigenlijk de motieven zijn die hem tot het
neerleggen der regeering, die hij nog
slechts in naam voerde, geleid hebben.
Was hij in ernst dit weinig lastige regee-
ren moede, of wilde hij Frankrijk's optre
den in Marokko bemoeilijken?
Was dit laatste zijn bedoeling, dan
blijkt hij werkelijk misgerekend te heb
ben. Indertijd met gejuich door de fa
natieke bevolking ingehaald als de toe
komstige bevrijder .van het land van de
gehate vreemdelingen, gaat hij nu heen,
zonder dat het volk zich om zijn verlies
gevoelig toont. Integendeel, mag men de
uitingen der Fransche pers gelooven, die
in deze nu juist niet onbevooroordeeld is,
dan zou het volk hem zelfs met vreugde
zien gaan. En dat zou geen wonder zijn.
Als onbedwingbare tegenstander toch,
trad hij na zijn proclamatie tot sultan, nu
vier jaar geleden, op, doch nauwelijks in
zijn residentie geïnstalleerd zag hij zich
gedwongen de voetsporen van zijn broe
der te drukken en denzelfden weg te vol
gen, die lijnrecht inging tegen de bedoe
ling, waarmede hij op den troon gezet
was. En hoe kon het anders? De erken
ning van zijn t roonsbestijging kon hij
slechts van de mogendheden verkrijgen
onder bepaalde waarborgen, de handha
ving namelijk van de verdragen door zijn
broeder gesloten. Deze afhankelijkheid
was reeds het bewijs dat hij nooit het
land van de- gehate vreemdelingen zou
kunnen verlossen. Integendeel heeft hij
steeds verder moeten wijken voor hun
invloed, steeds meer concessies moeten
doen, tot hij zich zelf den doodsteek gaf
met toe te stemmen jn het protectoraat
van Frankrijk.
Had niet geldgebrek hem voortdurend
geplaagd, zoodat hij zelf jn staat was
geweest zich door een behoorlijk leger de
macht te verzekeren, het ware zeker niet
zoover gekomen, of tenminste hadden de
Franschen zioh niet op deze, nog be
trekkelijk gemakkelijke wijze in 'Marok
ko kunnen nestelen. Nu echter moest hij
voortdurend leentjebuur spelen bij den
vreemdeling, waardoor hij zich jn diens
macht overleverde. En toen ging het van
kwaad tot erger, totdat hij zelfs de
Franschen te hulp moest roepen tegen de
oproerige stammen, die hem in zijn eigen
hoofdplaats Fez belegerden. Met een stou
ten sprong ware misschien nog veel te
redden geweest, als hij zich openlijk aan
het hoofd der zijnen tegen den indrin
ger gesteld had; in de ure des gevaars
hadden de oproerige stammen wellicht
zijn partij gekozen. Zijn achterbaksch ge-
konkei tegen de Branschen, van wie
hij nog trachtte te halen wat er van te
halen viel, bracht hem echter in discre-
diet bij beiden.
Todh heeft hij nog goed voor eigen
toekomst gezorgd, toen hij zag dat het
geen angst aanjagen."
„Het kasteel jaagt me igeen vrees aan",
zei hij met plotselinge beslistheid, door
mijn welwillende woorden gerustgesteld.
„Ik volg u."
VII.
Zwaar steunend op zijn stevigen wan
delstok, stapte hij niet vlug, en terwijl
wij de laan afliepen, zocht ik naar het
middel, om in het gesprek het onderwerp
te mengen, dat me steeds op de lipften
brandde.
Hooren spreken van hertog Jean was
zeker heel aangenaammaar ik zelf van
hem spreken, aan een onwetende de
roemvolle legende openbaren, er mij me
de sieren als met een persoonlijk souve
nir, den geest van een ander b'elan(gl
doen stellen en dien treffen door de
zelfde zaken, die den mijnen hadden ver
baasd, i/i verrukking gebracht, scheen me
een zeldzaam en nieuw genot.
Zeker, in zijn nederige loopbaan had
de goede broeder Claudius nooit van iets
dergelijks gehoord.
Wij schreden door het hek, en broeder
Claudius stond eenige seconden stil,
blijkbaar verblind door den luister on
zer woning.
„Dat ziet er goed uit, niet waar?"
vroeg ik hem. „Als we (dat alles haar
onzen smaak zullen hebben gerestau
reerd, zal het kasteel zeer bewoonbaar
wezen. Het heeft een nogal aardigen
aristocratisch en stempel. Weet u, dat dit
'de oude residentie van de hertogen van
Sommerive geweest is?"
Dat woord vulde mijn mond zoodanig,
dat bij het uitspreken ervan mijn wan
gen zich tot aan de coren opbliezen.
'Het stelde me dus niet weinig teleur,
den Broeder doodbedaard te hooren ant
woorden 1 i
„Ja, dat wist ik."
„Op nog plechtiger toon hernam ik
„Hebt u hooren spreken van den laat-
sten eigenaar, hertog Jean?"
De oogen van broeder Claudius knip
ten even weifelend, waarna hij antwoord
de:
„Nu en dan"
Dat stelde me nog meer teleur. Inwen
dig wrokte ik tegen de onbescheiden en,
wier voorbarige praatjes aan de mooiste
verhalen hun kleur ontnemen. Op dat
oogenblik opende moeder Crustaud, die
ons in tie verte had zien aankomen, voor
ons de groote deur en voegde ons
dienstijverig toe: „De dames zijn in het
salon".
De Zondagen, die geen bepaalde feest
dagen zijn, brengen hun eigenaardige
verveling] mee. Het i ::rieggen va,n den
arbeid, met gemis van genoegen ver-
eenigd, doet een melancholische leegte,
een zekeren weemoed ontstaan, en Meg
had al zoo dikwijls gegeeuwd, dat haar
een bezoeker, hoe nederig ook, heel wel
kom was.
Broeder Claudius had zijn ouden hoed
aan den kapstok' in de vestibule opge
hangen, zijn parapluie in den parapluie-
standaard in den hoek rechts gezet, was
alleen de trap op gesukkeld, en stond
nu hijgend want de beklimming had
hem moeite gekost stil aan den in
gang van het salon.
„U bent beslist een topograaf (plaats
kundige), Broeder", voegde ik hem toe.
„U kent op onze eigendommen wegen,
die mij onbekend zijn, u gaat recht
streeks op het doel af, alsof de plaatsetï
niet vreemds voor u hebben."
De Broeder hijgde te zwaar, om mij
te kunnen antwoorden. Ik hoorde zijn!
adem en zag zijn borst op en neer gaan.
onder de versleten stof van zijn tooig.
Meg trad ons nu te gemoet. Zij zag er
vriendelijk uit, liet thee brengen en
speelde heel majestueus de meestens
van den huize, met vele kleine beleefd
heden aan het adres van den gast en vele
kleine terechtwijzingen, op gedempteo!
toon, aan het ^dres der dienstdoen den*
ffordt vervolgd.}