Rona
Cacao
Uit de Pers.
BINNENLAND.
Van Houten s
I De beste voor den prijs
Tweede Blad, behoorende
bij DeLeidsche Courant van
Woensdag 7 Aug. no. 860.
Hoe de Tariefwet bestreden wordt!
.Wij lezen in de O e 1 d e r 1 a n de r
De „N. Ct." gaf er Vrijdagmorgen
reeds een voorproefje van in een artikel,
dat de liberale en neutrale bladen zich
gehaast hebben in bun kolommen over
te drukken. Het is ook zoo gemakkelijk
teen argument, dat men niet weerlegr
igen kan, in het bespottelijke te trekken.
Het betrof de bekende stelling, reeds
in de jaarvergadering van den Neder-
jandschen Boerenbond, het vorig jaar
gehouden, door den heer Wijckersloot
de Weerdesteijin ontwikkeld, dat wij met
het buitenland, dat door rechten be
schermd wordt, slecht ruilen.
Bij den internationalen ruil aldus
;in het verslag der commissie van voor
bereiding moet ons land de waarde
'jzijiner goederen plus het bedrag der bui-
,tenlandsche inkomende rechten, zeg 110
percent der waarde leveren en het ont
vangt niet meer dan 100 percent terug.
Nu heeft de „N. Crt." het lumineu-
,'ze idee, dat hier bedoeld zou zijn, dat
.wij voor elke ,110 gulden die wij uitr
voeren slechts 100 gulden terug zou
den ontvangen.
„Is dat niet kostelijk? vraagt het blad.
Inderdaad kostelijk, of liever bespotte
lijk en bedroevend, dat men tot zulk
een voorstelling zijn toevlucht moet ne
men, om een niet tot ontzenuwen ar
gument in een belachelijk daglicht te
stellen.
Wat is de bedoeling van hen, die dit
argument bezigden.
Voert Nederland iets uit naar een ber
schermd land, dan zal het in veel geval
len zelf de rechten moeten betalen, daar
anders de buitenlandsche afnemer zal
zeggen: we zijn van uw waar niet ge
diend, we kunnen in ons eigen land
goedkooper terecht.
Op de productiekosten komt dus een
zeker bedrag stel 10 procent in
voerrechten. De winst wordt dus zooveel
kleiner, als de Nederlander aan invoer
rechten voor zijn rekening moet nemen
om te kunnen concurreeren. Krijgt hij
110 gulden uitbetaald, dan zal daarvan
af moeten bijv. 10 gulden wegens in
voerrechten. Zijn winst is dus heel wat
kleiner, dan die van den buitenlander,
die hier invoert en het bedrag dat hij
opstrijkt, geheel in den zak kan steken.
Waar de buitenlander bij ons op een
invoer van 100 gulden bijv. 10 gulden
winst zal maken, daar zullen wij om de
zelfde winst in het buitenland te maken
voor bijv. 1.1 maal zooveel of voor 110
gulden moeten invoeren. De ruil is dus
ongelijk.
Misschien begrijpt thans de „N. Ct."
het argument, dat blijkbaar haar begrips
vermogen te boven ging. Wij geven toe
dat het vrij gedrongen gesteld is, maar
dat geeft het blad niet het recht er
smalend over te schrijven, zooals het
doet.
Het „Hbl." geeft ook een paar be
schouwingen ten beste, die een aandach
tig lezer wanhopig de vraag doen stel
lenweet je nou toch heusch niets be
ters
Nu de meelrechten zijn ingetrokken,
meent het orgaan, hoort men heel het
ontwerp in te trekken.
„Indien lage beschermende rechten
voor een zeer algemeen verbruiksartikel
dat in groote hoeveelheden verbruikt
wordt, immoreel en onverdedigbaar zijn
zijn ook hoogere rechten voor andere
even algemeen en haast even noodza-
kelijke artikelen, die in iets minder groo
te hoeveelheden gebruikt worden, on
zedelijk en ontoelaatbaar."
Men vraagt zich met een verbluft go-
zicht af, of het paard nu wel niet een
iniet al te hard van stal loopt. Kan het
„Hbld." ook zeggen waar de minis
ter, of waar de rechtsche leden der
Commissie erkend hebben dat een recht
FEUILLETON.
De Erfgenaam van hertog Jean.
NAAR HET FRANSCH.
12)
De .herinnering aan die mislukking ver
donkerde een oogenblik het gelaat van
den Broeder; maar al spoedig had hij
zijn gemoedskalmte herkregen en ging
hij voort:
„Bijna allen gaan goed vooruit, eenigen
zelfs heel goed, ziet u maar!"
Hij liet a'lsnu de meesterstukken van
zijn leerlingen zienbladzijden magistraal
schrift, teekeningen, landkaarten, ver
scheiden andere werkzaamhedenalles
evenzeer getuigend van hun ijver als van
'tgeduld en de weergalooze vernuftig
heid van hun onderwijzer.
Onze welwillende aandacht verflauw-
'de spoedig, want de verdienstelijke po
gingen van dien goeden Broeder en van
zijn boerenjongens waren niet van een
aard om onze ruime geesten bezig te
houden.
Wij werden zelfs zeer ongeduldig, nu
vader voortging met vragen en praten tot
in het oneindige. Meg hoestte, bewoog
zich onrustig heen en weer, tikte met de
punt van haar parasol herhaaldelijk zaclit-
op meel immoreel en onverdedigbaar is?
Wij hebben de intrekking, der meelrech
ten toegejuicht, al hebben wij vroeger
meermalen geschreven, welk een opbloei
onzer maalnijverheid die meelrechten tot
gevolg zouden hebben een opbloei, die
.nu, helaas, achterwege zal blijven.
Wij hebben die intrekking echter
slechts toegejuicht, omdat nu tenmin
ste niet langer op een misselijke wijze
tegen de geheele tariefwet geageerd zou
worden, omdat nu niet langer de ge
heele tariefwet gevaar liep door een laf
fe wijze van stemming maken daartegen
door organen, die wel wezen op „het
volksvoedsel, dat belast werd met 4
maal honderdduizend gulden", maar die
niet dorsten voorrekenen hoeveel dat wel
per persoon en per jaar was, die niet
dorsten zeggen, dat in landen waar een
invoerrecht op meel bestaat, het brood
vaak goedkooper is dan bij ons.
Van het immioreele en onverdedigbare
der meelrechten het „Hbl." nem'e
ons ons onverstand, zooals zij het gelieft
te noemen, niet kwalijk zijn wij als
nog niet overtuigd. Aan de consequen
ties, die zij uit dat onzedelijke en on
toelaatbare der meelrechten trekt, be
hoeven wij ons niet te storen.
Het ander praatje dat voor de zoo-
veelste maal opgeld rnoef doen, is dat
de Rechterzijde de tariefwet bij de ver
kiezingen zoo'n beetje achterbaks heeft
gehoudenin alle geval heeft de Ren
geering niet gewild, dat er bijv. een
beweging ontstond om leden der rech
terzijde, die tegenstanders waren van be
schermende rechten, in de volksvertegen
woordiging te brengen.
Het wordt al maar mooier.
De regeering, die op haar programma
een tariefwet had geplaatst, had kunst
matig een beweging tegen die tariefwet
in het leven moeten roepen, zij had be
paald aan de kiesvereenigingen moeten
zeggenToe, stellen jullie nu asjeblieft
candidate», die tegen een nieuwe tarief
wet zijn. Precies alsof bijv. de Unie-
liberale leiders aan de kiesvereenigin
gen een oproep zouden doen om toch
ook vooral candidate» te stellen die zich
tegen algemeen kiesrecht verklaren.
Waar trouwens onmiddellijk na den
uitslag der verkiezingen van 1909 de
„N. R. Ct." schreef, dat nu spoedig
een nieuwe tariefwet zou worden inge
diend, daar is het toch wel op z'n zachtst
uitgedrukt, kinderachtige draaierij, te
willen beweren, dat de kiezers daarop
volstrekt niet bedacht waren geweest.
Zulk een bestrijding der Tariefwet is
een beetje al te kras. i
Ook daarin de leiding.
Het is merkwaardig om te zien, schrijft
het Huisgezin, hoe de sociaal-demo
craten aan de linkerzijde steeds meer de
leiding nemen, ook buiten de Kamer.
Nu weer in de zaak van het staats
pensioen.
De Bond voor Staatspensionneering
hield Zaterdag een congres.
De heeren Borgesius, Rink en De
Klerk van de Liberale Unie waren aan
wezig, maar zwegen.
Het vrijzinnig-democratisch Kamerlid
Teenstra sprak vóór een staatspensioen,
maar in deze zaak staat hij niet naast,
doch tegenover de kopstukken zijner
partij, zoodat hij niet als de woordvoer
der zijner gfroep mag worden beschouwd.
Maar de man vail den dag was de
heer Troe'.stra, die de Liberale Unie deze
veeg meegaf, dat aan haar houding de
actie van den Bond voor Staatspensioiv
neering niet vreemd was; lichtelijk spotte
met de ethische en humanitaire over
wegingen ten gunste van het staatspen
sioen, en ronduit zei, dat het -een strijd
gold tusschen arbeid en kapitaal, die
voor een groot deel afhankelijk zou zijn
van de doorvoering van algemeen kies
recht voor mannen en vrouwen.
Zoo bracht de heer Trodstra de .kwestie
op zuiver sociaal-democratisch terrein en
zette de heeren van de Liberale Unie
eenvoudig in een hoek.
Voor den heer Borgesius zijn zulke
dingen niet prettig, maar hij kan er niets
aan doen, dat de sociaal-democraten hem
telkens vóór zijn en ongegeneerd hem
de leiding uit handen nemen.
Links wordt sociaal-democraat hoe
langer hoe meer troef, en komt er ooit
weer een linksche meerderheid in de
Kamer, dan behoort naar recht en reden
de heer Jroelstra kabinetsformeerder te
worden.
jes "op den vloer en keek van verveling
door het venster naar de speelplaats,
met spichtige hoornen beplant en in het
midden versierd met een leelijk beeld
van den H. Joseph, oprijzend uit een
magere groep geraniums.
Eindelijk hief mijn vader zijn hoofd op,
dat hij gebogen had gehouden over dé
lei, waarop een dreumes van acht jaren
een zeer moeilijk rekenkunstig vraagstuk
had opgelost.
..Uw arbeid boezemt me belaryg in,
waarde iBcoeder", sprak hij. „En dat te
meer, wijl ik uit eigen ondervinding weet
hoe nuttig hij is. Ik ben een oud-leerling
der Broeders."
Waarom dat in Is hemelsnaam gezegd!
Ik stiet hem met mijn elleboog aan. Meg
beet op haar lippen en Broeder Regim-
bertus daarentegen zette een verwonderd
en opgetogen gezicht
„Als zoodanig," hernam vader, „ben
ik u veel verschuldigd, en van die schuld
wil ik mij kwijten ten voordeele der kin
deren van Sommerive. Vraagt aan uwe
instelling den assistent, die voor u on
misbaar is. Ik belast me met zijn onder
houd en met alle kosten van den bouw
der nieuwe zaal."
Broeder Regimbertus kon niet spreken
van blijde verrassing en dankbaarheid.
De eerzuchtige droppien, waarvan hij
Tegen het Bieralcoholisme.
Het Katholiek Congres tegen het Biier-
alcoholisme, ter gelegenheid van het
12i/2-jarig bestaan van het Limburgsche
Kruisverband, werd gisteren ten 10 uur
geopend met een H. Mis, opgedragen
door kapelaan A. van der Venne te Roer
mond in de Munsterkerk.
Onder de H. Mis werd een predikatie
gehouden door pater Borromeus de
Greeve van Vorden, naar aanleiding der
woorden: Charitas Christi urget nos, de
liefde van Christus dwingt ons.
De gewijde redenaar herinnerde eraan,
dat de liefde van Christus de groote en
machtige beweegreden moet zijn voor
den Katholieken drankbestrijder, die ons
ook hier op dit congres moet bezielen.
Het zien van menschelijke ellende dwingt
medelijden af, geen wonder dan ook, dat
men zich heeft opgemaakt ter bekamping
van het alcoholisme. Maar bij ons Katho
lieken is het de liefde tot Christus, door
Christus geleerd, die den strijd maakt
tot een verheven en heilige actie van
Christelijke naastenliefde, zich uitend in
tal van vormen. Indien de liefde ons dus
dwingt tot drankbestrijding in het alge
meen, dan dringt zij ons ook tot dit con
gres, waar de drankbest ijders van geheel
Nederland samenkomen, om te beraad
slagen over de middelen tegen het Lim
burg teisterend bier-alooholisme.
De redenaar eindigde zijn predikatie
met een gebed, om Gods zegen voor het
congres af te smeeken.
Na de H. Mis werd het Veni Creator
gezongen.
Te half 12 had in het St. Christoffel-
huis de openingsvergadering plaats,welke
werd bijgewoond door Z. D. H. den
Bisschop van Roermond, den Commis
saris der Koningin in de provincie Lim
burg, dr. Mannens, vicaris-generaal van
het bisdom Roermond, mr. Bolsius, lid
van de Tweede Kamer, zeer vele Eerw.
heeren geestelijken, de studenten van het
Groot-seminarie, mr. Lietaert Peerbolte
als vertegenwoordiger van Minister
Heemskerk, de vertegenwoordiger der
andere diocesane bonden, dr. Verhagen,
als vertegenwoordiger van Z. D. H. den
Aartsbisschop van Utrecht, de vertegen
woordigers van Z. D. H. den Bisschop
van 's Hertogenbosch, van de besturen
van verschillende nationale drankbestrij
ders-organisaties, van de oversten van
verschillende religieuze orden, en den
Zeereerw. kanunnik Langendonck, als
vertegenwoordiger van Z. Em. kardinaal
Mercier.
De bijeenkomst werd door den voor
zitter van het Limburgsch Kruisverbond,
jhr. mr. Ch. Ruys de Beerenbrouck, na
het uitspreken van den Christelijken
groet, met een korte rede geopend, waar
in hij herinnerde aan de voortgaande ont
wikkeling van de Katholieke drankbestrij
ding ook in Limburg. Hier lijdt men
vooral onder het bier-alcoholisme, waar
tegen de strijd zoo moeilijk is door de
gemoedelijkheid van dat alcoholisme en
door het bierkapitaal, terwijl hij dankbaar
herinnerde aan den van alle zjjden voor
het congres ondervonden steun en een
warm woord van welkom sprak tot alle
aanwezigen.
Achtereenvolgens werd daarna een kort
woord gesproken door den heer Spitzen
namens de federatie Sobriëtas, door mej.
van Blarkom namens den Limburgsch en
Mariabond. Vervolgens sprak nog ka
nunnik van Langendonck als vertegen
woordiger van Z. Em. kardinaal Mercier,
en pater Syrig, namens den Duitschen
Drankbestrijdersbond. Daarna voerde
het woord mej. Kessler namens den Bre-
daschen Mariabond en mej. v. d. Domgen
namens den Haarlemschen Mariabond.
De heer Verhoeven sprak nog namens
den Bredaschen Bond van Kruisverbon-
den en de heer Bon namens den Dio-
cesanen Bond van R. K. Drankbertrijders-
vereenigingen in het bisdom Haarlem,
Door den heer Bianchi werd gesproken
namens de Utr. Bonden van Kruisverbon-
nauwelijks de gedeeltelijke en verre ver
vulling had durven hopen, werden eens
klaps, door een onverwacht middel, ver
wezenlijkt. En toen hij, zich beheer-
schend, het gebruik der spraak had te
ruggekregen, kon hij, mijns vaders han
den drukkend, slechts mompelen
„O, mijnheer Ravenot, mijnheer Ra-
venot. Dat is een goede gedachte, die
gij daar hebt verkregen. En God zal ze
u vergelden."
Wij zouden met genoegen die stree-
lende scène nog een poosje hebben ge
rekt, maar op zijn beurt had mijn vader
nu haast om te vertrekken. Den waarden
Broeder achterlatend, die nog niet tot
bedaren was gekomen, zette hij groote
stappen op den terugweg naar ;t kas
teel. Hij had een stralend gezicht, als
of hij zeer voordeelige zaken had
maakt, en floot tusschen de tanden een
ons welbekend deuntje, dat hij, toen hij
nog kind was, had geleerd op schopl
en gaarne herhaalde.
Ons humeur was weer opgehelderd.
De mooie daad van onzen vader scheen
ons toe zijn vorige onhandigheden te ver
goeden en de eer der familie te verhoo
gd.
Wij hadden liever gezien, dat hij iets
anders geschonken had: een tweede klok
bv., nog gropfer dan dé klok van hertog
den en Mariavereeaigingen, Dr. Slote-
maker de Bruine namens „Eukrateia",
Bond van Protestantsch Chr. Drankbe-
strijdersvereenigingen, door den heer Van
der Woude namens de Nederl. Onder-
wijzers-Propagandaclub, door den heer
Schmidt namens de Nederl. Vereeniging
tot afschaffing van alcoholhoudende dran
ken. door den heer Verkouteren namens
den Volksbond tegen Drankmisbruik,
den heer prof. van Rees namens den Al-
gemeenen Nederl. Geheelonthoudersbond
en de neutrale Tempelieren, door den
heer Jansen namens den R. K. Onder
wijzersbond in Limburg, door den heer
Peters namens den Limburgschen Land-
bouwbond, do-or den heer Koning na
mens het R. K. Secretariaat van $poor- ,en
Tramwegpersoneel, en door den heer
Zielemans namens den Christelijken Mijn-
werkersbond.
Door den heer Stassar werden de beste
wenschen overgebracht namens den JBond
Jong-Liinburg" en de Studenten-organi
satie, door Mgr. Mannens, president van
het Groot-seminarie te Roermond, na
mens het Priester-Kruisverbond.
Ten slotte werd nog het woord ge
voerd door jhr. Ruys de Beerenbrouck,
Commissaris der Koningin in Limburg,
die dank bracht voor "het vele goede door
de drankbestrijders in zijn gewest ver
richt. Hij verklaarde, dat op de een of
andere wijze een einde moet komen aan
de toename van het aantal verloven, daar
bij de hoop uitsprekende, dat het congres
de oogen van vele gemeentebesturen zal
doen opengaan voor de noodzakelijkheid
van medewerking.
In de middagvergadering hield dr. P.
Coebergh, onder-directeurs van de Rijks
H. B. S. te Maastricht, een rede over het
onderwerp: „Photographie van het bier
alcoholisme in Limburg." Spreker heeft
de volgende stellingen opgezet:
1. Het bierdrinken wordt in Limburg;
bevorderd door den niet gering te schat
ten invloed van belanghebbenden.
2. Behalve door, soms aan dwang gren-
zenden druk van anderen, wordt het o.a.
bevorderd: door het overgroot aantal
drankhuizen en hiermede nauw saaien-
hangende toestanden, door genotzucht,
door onnadenkend meedoen aan ver
keerde gebruiken, door gehechtheid aan
het algemeen geloofde genotmiddel, door
toedoen van toonaangevende personen.
3. Het bierdrinken is zóó algemeen en
wordt vaak in die mate bevorderd, dat
bier-alcoholisme daarvan het noodzake
lijke gevolg is.
Wat is een leek?
De „N. Tilb. Crt." schrijft:
Een leek is iemanddie van een vak
niets weet en er toch over spreekt.
Hij excuseert zich dan met de mede-
deeling, dat hij „als leek" er zoo over
denkt.
Maar in de oorspronkelijke anti-these
is een leek iemand, die geen priester of
kloosterling is.
Zoo gold het vroeger.
Tegenwoordig echter schijnt een leek
iemand te zijn, die niet Katholiek is
althans in Frankrijk.
Daar is een polemiek gaande tusschen
den bekenden schrijver René Bazin en
een zekeren doctor* Barot, burgemeester
van Angers.
René Bazin is nl. uitgesloten van de
bestuurscommissie van het stedelijk wees
huis van Angers.
De schrijver vroeg: waarom?
Antwoordomdat gij niet genoegzaam
leek zijt.
„Hoe is 't mogelijk", zegt René Bazin.
„Ik ben gehuwd en vader van acht
kinderen."
Daarop antwoordde de burgemeester
van Angers weer, dat de heer Bazin met
woorden speelde.
Immers: „Wij weigeren als leek te be
schouwen een professor van een katho
lieke universiteit even goed als een onder
wijzeres van een vrije (bijzondere) school*
Zij mogen „leek" zijn in den canonieken
zin van het woord, zij zijn geen leeken
in den wijsgeerigen en republikeinschen
zin."
Nu gij, lezer!
Gij staat verbaasd? Of verbaast gij u
over niets meer?
In Frankrijk wordt de Kerk tegen-
Ingezonden Mededeelingen.
Jean en nog meer geraas makend, maar
in elk geval zouden zijn mildheden voor
zeker een goeden indruk maken in de
streek en er viel te hopen, dat hij, voor
gelicht door onzen goeden raad, zich al
lengs in de practijk in zijn plichten als
leenheer zou inwerken.
V.
Het moeilijkste was, hem ie bew-egen
een bezoek te brengen aan de burcht-
heeren van den omtrek. Alvorens dit te
bewerken, kniesde Meg minstens drie
dagen, verklarende, dat zij haar entree in
de wereld wilde maken, in de voorname
gezelschappen wilde schilt ren, of anders
van verveling zou sterven. En ik beklaag
de mij bitter dat ik geen gesprekken kon
voeren met ontwikkelde lieden, wier
smaak overeenstemde met den mijnen.
Moeder Crustaud zei, dat onze gezond
heid kwijnde bij gebrek aan lichaams
oefening en ontspanning, en mejuffrouw
Espérit erkende, dat het bezoek van uit
gelezen gezelschappen onmisbaar was
voor de ontwikkeling van onzen nobe-
len aanleg en voor de bekroning van on
ze gelukkige opvoeding.
Overstelpt door al die klachten, moest
mijn vader, als naar gewoonte, toegeven,
en gedurende acht aqliteieeiivoigende da
Ieder die een proef
neemt met
jzal tevreden zyn en|
moeten erkennen dat|
deze cacao is
1 Kg. 1.50
- 0.80
y^Kg.f 0.42£
-0.18.
woordig bestreden onder de leuze„voor.
het leekendom".
En aangezien men de dingen maar een
naam behoeft te geven, is de uitleg van
doctor Barot heel correct: de leeken»
repiibliek is immers eenvoudig anti
katholiek.
En zoo is een ware leek dan iemand...,
die geen en vooral geen acht kinderen
heeft.
Een ware leek is de schrijver van anti
godsdienstige pamfletten; van Nieuwmal-
thusiaansche propaganda. Een ware leek!
is kerkvervolger en klooster jager; een
ware leek is vooral lid der vrijmetselarij;
hij kan ook heeten Flachon en veroor»
deeld zijn als kinderbederver... andere
ware leeken zorgen wel, dat hij weer.
loskomt.
Maar een lid der Fransche academie,
beroemd schrijver en vader van acht
kinderen, dat is geen ware leek!
Bouw van bijzondere scholen.
Verschenen is een Koninklijk besluit
betreffende den bouw en de inrichting
van lokalen voor bijzonder lager onder
wijs. Het volgende overzicht nemen we
op:
Behalve de gunstige bepalingen over,
woninggemeenschap, over leerlingental
voor één vertrek, over vertrekken voor
ten hoogste dertig leerlingen en over
min of meer uitgebreide vrijstelling vaa
de anders geldende eischen met betrek
king tot lokalen bestemd voor gymnas
tiek, voor laboratorium, voor teekenon-
derwijs en (iets nieuws voor onderwijs
in de handwerken aan meisjes, zijn er.
ook eischen gesteld in het belang van
de gezondheid en veiligheid der leer
linge nvan de degelijkheid van den bouwi
waarvan sommige een aanzienlijke ver
meerdering van uitgaven van de school
besturen zullen vorderen.
De voornaamste zijn de volgende
1. De zolderingen moeten wit gestu-
cadoord of licht gekleurd zijn en niet
werken. (Art. 13).
2. Buitenmuren van verdiepingen moe
ten ten minste 0.33 M. dik zijnbuiten
muren tusschen het Zuiden en het Wes
ten moeten als spouwmuren worden op
getrokken.
Er is echter dispensatie te verkrijgen,
wanneer ander materiaal dan baksteen
gebruikt wordt. (Art. 7.)
3. De lichamen moeten een glasop
pervlakte hebben van een vijfde of een
zesde van de vloeroppervlakte en in elk!
vertrek moeten de onderramen ten min
ste één lichtkozijn geheel kunnen worden
opengeslagen. (Art. 8).
4. De vloer van het schoolvertrek'
moet vlak en dicht zijn. (Art. 9)
5. De gangen in scholen met een of
meer verdiepingen of in'zulke, waar
de lokalen zich niet alle aan denzelfden
kant bevinden, moeten 2.50 M. breed
zijn.
De trappen moeten 1.25 M. breed
gen begaven wij ons van kasteel tot kas
teel, zes mijlen in het rond, in onze
groote met wapenschilden versierde
koets, met moeite voortgetrokken door
de twee aamechtige paardjes. Om de
waarheid te zeggen hadden wij al eenige
teleurstellingen. Sedert den verren tijd
van hertog Jean, waren verscheidene fa
milies uitgestorven en waren vele ande
ren verstrooid geraakt. Het strenge le
ven, de sobere genoegens van het land
leven waren niet meer voldoende voor
de strevingen der moderne geslachten, en
om trouw te blijven aan dezen achter
hoek i'n een afgelegen streek, in een win
ter van vijf maanden, moest men er wor
den teruggehouden door echt landelijke
gewoonten of door gebiedende noodza-
kelijkheid. In plaats van den door ons ge-
droomden aristocratischen luister, von
den wij weinig meer dan vervallen kastea
len, bescheiden huizen, bewoond dooi
goede landeigenaars, ruwe jagers, kale
landjonkers, oude dwaze heeren en ia
stemmig zwart gekleede oude dames.
Daartegenover echter overtrof de ont
vangst onze verwachtingen.
(Wordt vervolgd)