Uit de Pers. Een Martelaar. Gemengd Nieuws. Derde Blad, behoorende bij De Leidsche Courant van Vrijdag 28 Juni no. 827. De nieuwe Bakkerswet. In verband met het bericht van de s/rijd-, volgens hetwelk bij enkele Ka derleden het plan zou bestaan om een hieuw ontwerp-Bakkerswet in te dienen, '[schrijft het Centrum: Men zal er zich slechts over kunnen verheugen, wanneer blijkt, dat al het werk, jdat reeds gedaan werd, niet vergeefsch is [geweest en binnen niet te langen tijd fangs wettelijken weg aan de misstanden iin het bakkersbedrijf een einde wordt gemaakt. W; i e het doet, komt er ten slotte |min- Üder op aan, als het maar gedaan wordt. Evenwel dient er nadrukkelijk aan te [Worden herinnerd, dat het ontwerp van 'minister Jalma de duidelijk uitgesproken sympathie genoot van hen, die op de (eerste plaats bij den arbeid waren be trokken: de gezellen en zeer vele patroons. Nog aan den vooravond der eindstem ming werd een adres van laatstgenoem den, met verzoek tot aanneming van het .ontwerp, aan de Kamer gezonden. De oppositie buiten de Kamer ging Sn hoofdzaak uit van eenige groot industrieel en. En nu kunnen wij begrijpen, dat men 'pok aan bezwaren van dien kant tracht tegemoet te komen; maar een wet, die .voornamelijk aan de wenschen der groot industrie zou beantwoorden, met misken ning van hetgeen noodig is voor het middelbaar en klein bedrijf, met zijne vele belanghebbenden, zou van twijfel achtige waarde zijn en niet de oplossing brengen, welke terecht wordt verlangd. Het ware daarom zeer de vraag, of de Kamer aan een dergelijke wet hare sanc tie zou kunnen hechten. Het DagbladvanNoordbrabant merkt op: Dat kan een ontwerp van mr. Aal- berse zijn. Want die schreef in 'tlaatste nummer van het K. S. ,Wkbl. dat mr. Loeff tegen •de Bakkerswet had gestemd, wijl hij jdaarin de vrijheid om te arbeiden (voor jden alleenwerkenden patroon) aange- (rand zag. Welnu, ais men die vrijheid nu eens liet bestaan. Maar verbood, dat de winkel van den !s nachts werkenden patroon vóór een bepaald uur in den och+^nd jennend werd. Dan had men de bezwaren van den |heer Loeff ondervangen. En kon de nachtarbeid der bakkersge zellen toch worden afgeschaft Zoo ongeveer redeneerde het K. S. £Wbl. van mr. Aalberse. Ala, men kan 't probeeren. Of alle Kamerleden, die indertijd zich achter den breeden rug van dén heer Loeff .hebben verscholen, nu van harte vóór een eventueel ontwerp-Aalberse zul len stemmen, staat echter te bezien. He t öuisgezi n, eveneens herinne- jrend aan genoemd artikel in het Kath. (Soc. Weekbl., schrijft: Dit ware inderdaad een oplossing. De bakkerspatroon zou dus hebben te kiezen: óf zich voegen naar den gelden- |den regel, óf zich daar niet naar te voegen en dus werken wanneer het hem belieft, maar dan pok niet verkoopen vóór het uur, dat anderen, die 's nachts niet mogen arbeiden, met hun gebak klaar zijn. Prgctisch zou dus dezelfde uitkomst verkregen worden. Nu zijn de meeste kleine bakkers tevens min of meer kruidenier, en daar •een verkoopverbod ook hun andere win kelwaar zou treffen, zullen de patroons, voor de keuze gesteld, liever met de (anderen gelijk beginnen, dan hun ge ileden winkel enkele uren gesloten te zien. Als nu maar degenen, die onoverkome lijke bezwaren hadden tegen het patroons- larbeidsverbod, geen bedenking hebben FEUILLETON. (NAAR HET DUITSQH.) 62) Voortaan noch rust, noch verlichting in den strijd. Wel de worsteling, welke ver scheurt.... Tegenover het kruis plaatst men (den kelk, alsof de kelk niet van den Ver losser zelf kwam, na hem van hand tot jhand aan ons te hebben overgeleverd.... {Bohemen, uw dierbaar vaderland, ligt als !een doodelijk gewonde in stuiptrekkingen. IHet bloed stroomt, de puinhoopen sta pelen zich op en bedekken de verwoeste altaren en de verbrijzelde beelden.... Wat heeft men met uw kloosters gedaan? (Waarheen sleept men die in ketenen ge klonken monniken? Wat willen die bar- baarsche horden?... O, mijn God, ge doog niet, dat mijn oog een dergelijk (schouwspel ziet! Herinner U mijn liefde voor mijd vaderland. Roep mij voor den aanvang van dien worstelstrijd en die ver delging tot U in den hemel. De leerlingen van Satan treden met de (Twaalf in strijd; zij geven voor de dog- jpia's der Kerk te willen herzien, het Evan gelie; t£ .wiljen verklaren en zij kennen tegen het verkoopverbod, dat ook de vrijheid aan banden legt Hebben ze bedenking, dan schieten we nog niet op. Laten dus zij, die met het wetsont werp, in den aangeduiden geest gewijzigd, willen komen, zich vergewissen, dat een dergelijke regeling niet op tegenstand stuit bij hen, wier stem voor de wet men daarmee hoopt te winnen. Invaliditeitsverzekering. iWij lezen in het Centrum: Wat het volk vooral van de Recht- sche Regeering en meerderheid verwacht, is de Invaliditeits- en Ouderdomsver- zekering. Niet de Ouderdomsverzekering alleen, gelijk het vorige (liberale) Kabinet voor stelde, maar "de Invaliditeitsverzekering erbij. De meeste arbeiders zullen daarvan profiteeren, omdat de ongeschiktheid om in zijn eigen onderhoud te voorzien, een veel grooter aantal werklieden omvat, dan de gedwongen rust op den ouden dag. Oud worden betrekkelijk weinig men- schen, maar invaliden vindt men er velen, vóór nog de oude dag gekomen is. En nu is het schrijnende in de samen leving, dat die oude en invalide arbeiders na een leven van inspanning en dikwijls van ontbering, onverzorgd staan, wan neer de werkkracht hun begeeft. Aan dien wantoestand een einde te maken, is sinds jaren een voornaam punt op het program der Rechtsche partijen. Daarvoor ook hebben de kiezers ge streden aan de stembus. Het was een eisch, waarvan eenieder de rechtmatigheid voelde, die sympathie wekte en méér dan dat. De billijkheid ervan was meer tastbaar voor het volk, dan die van welke andere verzekering ook, en men kan het dus begrijpen, dat men aan de Invaliditeits verzekering den voorrang trachtte te ge ven boven de Ziekteverzekering. Met de behandeling van het Invalide teitsontwerp mag dan ook niet lang meer worden gewacht. De moeilijkheden,waarmee een Rechtsch ministerie te worstelen heeft, en de tegen werking, welke het van zijne bestrijders in de Kamer ondervindt, gaan meestal boven het begrip van den gewonen man. Hij' is niet in staat, al de kronkel paden der politiek te volgen. Maar hij zou het daarom ook niet be grijpen, wanneer er in deze zittingsperiode niets van de zoolang toegezegde verzeke ring terecht kwam. De verantwoordelijkheid daarvan zou hij ten onrechte laden op Kabinet en meerderheid. En dit is het ergste niet i IIi-i dn-tjüenoi sianu iwiiii, wat het meest urgent is en nu reeds jaren op regeling en invoering wacht. Komt men met de Ziektewet niet tijdig klaar wat te voorzien is dan krijge eerst de Invaliditeitswet haar beurt Zij werd bereids jn de lente van 1911 ingediend. Zwijgen. In de Standaard schrijft de drie star-schrijver de volgende zeer ad rem zijnde driestar onder bovenstaanden titel Van Sociaal-democratische zijde be klaagt men zich er over, dat Dr. Kuyper te veel zw ijgt. Hij'moest meer spreken. En daarom prikkelt men hem waar 't kan, om hem toch aan 't spreken te krijgen. Vooral ditmaal had men er iets op uitgevonden, waarmee een jonger Kamer lid er allicht ware ingevlogen. Men wees er namelijk op, dat in het ontwerp-Kuyper over de Ziektewet veler lei, o, zooveel beter in elkaar zat, dan in Talma's ontwerp, en zoo veelszins overeenkwam met wat thans van links als amendement op Jalma's ontwerp wordt voorgeslagen. Eigenliefde had een „novus homo" lidht kunnen verlokken om hierop in te gaan, en mee te gaan doen aan bestrijding ivan Talma's ontwerp. Toch koos Dr. Kuyper de wijste partij en deed het niet. De motieven voor dit zwijgen liggen voor het grijpen. Nu wordt Dr. Kuyper's .ontwerp, in vergelijking met dat van Jalma, ge- ternauwernood de juiste teksten der H. Schrift! Helaas, zij kennen slechts den hoogmoed, een monsterachtigen hoog moed, welke bloeddorstig maaktDe scheuring zelf verdeelt zich, de dwaling woekert voort, verandert van onderwerp, zooals een stroom zich in duizend beken verliestEn ik zal u den weg niet kunnen wijzen, ik zal u niet kunnen toe roepen: Hier is de waarheid! Men zal u kwellen en verbannen, en ik ik zal er niet meer zijn om u te verdedigen Heer,-er resten mij nog slechts weinige dagen om mij met mijn volk te onder houden, met dat volk, hetwelk ik tot anijn laatsten snik zal beminnen. Geef mij ten minste genoegzame welsprekende over redingskracht om het onafscheidbaar aan u te verbinden. Het behoort mij; Gij hebt het mij geschonken; ik heb het in mijn priesterlijk hart gedragen; bewaar het na mijn verscheiden, o Herder der herders! Dat Uw Geest, met welken ik de christelijke menigte steeds trachtte te be zielen, onder hen verblijve. Wat is er aan de vervolging, de gevangenis, de balling schap, zelfs den dood gelegen? Gij zijtde vrede, de vrijheid, het vaderland, de op standing! Mijn broeders, mijn kinderen, nog slechts een weinig tijds, en gij zult mij niet meer Zjien!,.. Maar ten dage van prezen, maar ieder voelt toch, dat het zelfs geen vraag is, of, ware Dr. Kuyper in 1905 niet gevallen, en waren zijn ontwerpen voor de Kamer :en, de heer en van Links die niet mis schien nóg feller zouden Lheb ben, dan ze dit nu 'tontwerp-a doen. Een tweede motief voor dit zwijgen is, dat een afgetreden Minister nooit een Minister van zijn eigen groep, die na hem komt, tenzij er een beginsel bij in 'tspel is, bemoeilijken moet. Hij is nu van de leiding af, en heeft alsnu fthans te volgen den man, die de leiding kreeg. Maar dan is er nog een derde motief. De praatziekte is thans Links epide misch. Rechts alleen bij de Christelijk- Historischen. Maar bij de Sociaal-Demo craten vooral is die praatziekte febriel. Ze staat op de koortsthermometer met 42 gr. geteekènd. Bijna 250 bladzijden of 500 kolom zijn nu reeds, nu men pas aan art. 3 is, 'vol gepraat, en de Sociaal-democraten doen dat bij dozijnen kolommen tegelijk; Daartegenover staat nu de Antirevo lutionaire partij met 21 leden, die allen saam nog niet over de 12 kolommen liep. Zelfs een Sociaal-democraat eindigt toch met het gekke van zulk een praten bij kolommen in te zien; en daarom wil men nu de Antirevolutionairen ook aan den praat hebben. Juist daarom echter laat men zich van Antirevolutionaire zijde niet in dezen voet angel vangen. Er moet gewerkt, er moet afgedaan. En juist om d i t doel te bereiken, ligt niet in p ra ten, maar in zwijgen keur van politieke wijsheid. STATEN-GENERAAL. TWEEDE KAMER. Zitting van. Donderdag 27 Juni. (Verv). Aan de orde is art. 36 der Raden- w e t. Minister Talm a verdedigt de be noeming van een ambtelijken voorzit ter van den Raad. Deze toch zal heb ben te leiden den gang van zaken niet alleen met betrekking tot de Ziektewet maar ook tot de andere gewichtige ver zekeringswetten. Daarom moeten aan zulk een, veelzijdig man zeer hooge eischen worden gesteld. De gelheele de centralisatie van de Ongevallen verzeke ring berust op; de aanwezigheid in ver schillende plaatsen des lands van man nen, die als president van den Raad van Arbeid, de taak kunnen vervullen, welke de Regeering hun wenscht toe te ver trouwen. Spr. voelt wel is waar veel voor de grondgedachte van de amende- z^T^cfoof3enftaTa^zéj^maar cT^fniis ie?~ is innig overtuigd op grond van! het bo ven betoogde, dat de zaak niet marchee- ren .kan als de president niet door den Kroon wordt aangewezen. De heer Duys (S.D.) bij repliek zijn amendement nader verdedigende, critiseerde het, dat de .Minister het be streden heeft met een beroep op den op zet zijner verzekeringswetten en dit tel kens doet, niettegenstaande er volsla gen onzekerheid bestaat of er van die wetten iets terecht zal komen. Waarom spreekt de rechterzijde zich niet eens rondweg uit of zij bijv. de Ziekteverzeke ring al dan niet wil behandelen. Uit het amendement Bos neemt spreker over het gedeelte dat de stemmingen over de voorzitterskeuze regelt en bepaalt dat de Kroon den voorzitter benoemt, bij her haald ontbreken van cene meerderheid. De heer Bos (V.D.) trekt zijn amende ment in ten gunste van den heer Duys. De heer Nolens (R. K.) voorzitter der Commissie van Rapporteurs, zegt, in antwoord op den heer Duys, dat er niets van te zeggen valt, of er al dan niet iets terecht komt van de Verzekerings wetten. Dat kan geen Minister voorspel len, noch eenig Tedacteur van eenig blad. Dat hangt geheel en uitsluitend af van den gang van zaken. Öp het oogenblik hebben de Kamer en de Regeering te rekenen met een complex van verzeke ringswetten. En als de Mniister met het oog op dat complex als voorzitters van den Raad mannen noodig heeft als door hem geschetst, dan moet de voorzitter het gevaar, wanneer de heilige muren waggelen, wanneer de vlammen van den brand haar onheilspellend schijnsel op u werpen en u met schrik vervullen, wan neer het bloed in de straten van Praag stroomt, is de ziel van Johannes Nepo- mucenus, welke niet als zijn ellendig lichaam in het graf neerzinkt, midden onder uZie ik mijn vaderland enlmijn vrienden in gevaar, dan schijnt het mij toe, dat ik als een andere Lazarus uit het graf zal opstaan, mijn hart behoort u te zeer toe, dan dat een mirakel van God mij niet zou veroorloven mij nog toe te wijden aan hen, die ik zoozeer bemind heb, bemind tot aan het einde.... Niemand zou du staat geweest zijn de onuitsprekeelijke ontsteltenis af te malen van Johannes' gehoor. De aandoening, de schrik, de angst beklemden ieders borst. Tranen vloeiden, gesnik vervulde 'de kerk. Zoo groot was het gezag van Johannes' woord, dat niemand aan de voorspelde ongelukken twijfelde. Wat God aan den priester openbaarde van den strijd van Hieronymus van Praag en jan HUss, vervulde de zielen met schrik en ontsteltenis. In ccn oogenblik begreep men, wat later de Taboriten en de volge lingen van Jan Ziska zouden ten uitvoer brengen. Het gedrag va:n fences la us, zijn afper- iflderdaad do y, orden aange wezen. In tui-, c meerderheid der Commissie van Cours vóór het am end eriïen t- Duy s. De heer Duys (S. D.) betoogt na der met klem, dat de Kamer moet weten, welken weg 't opgaat met de Ziektewet. Het amendement-Duys wordt hierop v e r w o r p e n met 44 tegen 35 stemmen. Toen eenige verdere amendementen- Duys in behandeling zouden komen, riep deze: ik" zie van het woordi af, ga maar direct stemmen, het geeft toch niks Een oogenblik later riep hij, dat hij ze maar introk, om geen vujge kolen op het hoofd der heeren te stajoelen. Bij het verdere debat verdedigde dö heer P a t ij n (U. L.) eenige amendemen ten, beoogende, om te doen uitkomén, dat tenzij de Raad van Arbeid het anders wenscht de betrekking van secretaris van den Raad van Arbeid zal zijn een hoofdbetrekking en geen bij betrekking^. De heer Te ens tra (U. L.) verdedigt een amendement met de strek king, dat de secretaris geen rechtsgeleer de behoeft te zijn. De heer De Wiij- kerslooth de Weerdesteyn (R. K.) verdedigt een amendement, strekken de om de rechtspositie van den secretaris te omgeven met eenige waarborgen, zoo dat ontslag, anders dan overeenkomstig 'eigen verzoek, steeds met redenen om kleed moet zijn en de goedkeuring beh hoeft van den verzekeringsraad. Minister Talm a neemt alle deze amendementen over, behalve dat van den heer Patijn, hetwelk den secretaris de leiding over het personeel zou geven. Op verzoek van den heer Duys (S. D.) die er tegen is, dat bij de wet een secretaris aan den Raad wordt opgedron gen en meent, dat het aan de Raden zelf moet worden overgelaten, of zi5 al dan niet een secretaris willen aanstellen, wordt de titel van 7 luidende: „Van den secretaris", in stemming gebacht. Hij wordt goedgekeurd met 45 te gen 14 stemmen. Het amendement-Patijn (de secretaris chef van het personeel) wordt verwor pen met 46 tegen 12 stemmen. De vergadering wordt verdaagd. Twee misdaden. In Alsdorf, een mijndorp bij Kerkrade, hebben twee ern stige misdaden plaats gehad. Sedert en kele jaren onderhield een kostganger rela ties met de dochter des huizes. Doch daar het meisje blijkbaar een anderen man be loofd Jiad om te trouwen, besloot de te leurgestelde zien te wreken; hij zou het meisje ^e_n zich ^zelf dooden^ 's Nachts om revolver in de slaapkamer van het meisje en schoot twee keeren; het meisje werd tweemaal in het hoofd getroffen en viel bewusteloos uit het bed. Daarna richtte de man het wapen op zichzelf en joeg zich een kogel in het hoofd. Spoedig was de politie ter plaatse; het meisje werd vervoerd naar het ziekenhuis te Barden- bïtg, waar de kogels uit het hoofd werden verwijderd. Zij is niet doodelijk gewond, evenmin als de man, die, nadat hij ver bonden was, naar de gevangenis te Aken werd overgebracht. Een ernstiger geval had eenige oogen- blikken later plaats. Tusschen verschillende jongelieden had een woordenwisseling plaats gehad, plot seling stiet een Oostenrijker een mes in de borst van een 20-jarig mijnwerker, het hart werd geraakt. De gestokene liep nog enkele passen en viel dood neer. De moordenaar sloeg op de vlucht. Een wilde jacht begon op den vluchteling door politie en burgers, doch hij wist te ontkomen; men vreesde, dat hij de Hol- landsche grenzen had bereikt en moest de vervolging opgeven. Doch Dinsdagoch tend gelukte het den Oostenrijker te .arres teeren. Hij ontkende den moord gepleegd te hebben. Later bekende hij en werd naar Aken ter beschikking der justitie overgebracht. (Tijd.) Oplichters. Rondtrekkende ven ters hebben bij den juwelier T. Faberij te Goes gouden ringen uitgezocht en zijn vertrokken zonder iets te koopen. !Na hun vertrek bleken enkele gou- singen, de omkoopbaarheid zijner gunste lingen, de goddelooze wreedheid ten op zichte van den priester der O. L. V. kerk maakten dit alles mogelijk. De heilige dienaar, verschrikt over de profetische woorden, welke hem zijns on danks ontsnapt waren, beschouwde met diepe treurigheid zijn vrienden, zijn broe ders en kinderen, welke terneergedrukt waren onder het gewicht zijner verschrik kelijke voorzeggingen. Hij sidderde over geheel zijn lichaam en tranen rolden over zijn vermagerde wangen. Een oogenblik liet hij het volk aan zijn droefheid den vrijen loop geven; hij wilde dat vurige smeekbeden uit de bewogen harten zouden opstijgen. Toen hij dacht dat de uitbarsting van wanhoop en schrik bedaard was, richtte hij zich tot de ka nunniken en de overige geestelijken, en vroeg zijn broeders in het priesterschap vergiffenis voor de ontstichtnig hun ge geven en de moeilijkheid hun veroorzaakt. Hij, de heilige, de apostel, reeds om zijn wonden als martelaar geëerd, veroot moedigde zich, knielde neder en stelde zich beneden allen. Hij smeekte toege vendheid, beschouwde zich als een on waardige zondaar en bezwoer zijn vrien den voor hem bij d.en oppersten Meester genade te vragen. O, heilige vernedering! O, ongehoorde grootheid! O, heme.isphe Ingezonden Mededeelingen. 30 cents per regel. DE Eerste Roomsch Katholieke Levensverz. Maatschappij te HAARLEM gaat per maand gemiddeld met f 100.000 verzekerd! kapi taal vooruit De gezonde en krachtige ontwikkeling dezer instelling, trots en verdachtmaking van concurrenten, bewijst glas helder, dat zij in eene behoefte voorziet. Vraagt hare tarieven. (2881) den ringen door doubléringen te zijn vervangen. Jeugdige avonturiers. In den nacht van Maandag op Dinsdag wer den door de politie in een portiek van' een woning aan de la Sablonière-kade tcj Kampen twee jongens van ongeveer 8- en 10-jarigen leeftijd slapende gevon-* den. Medegenomen naar het politiebu reau deelden zij mede, een woonwagen ontvlucht te zijn, doch den naam van hunnen vader, die daarmede zoude ren zen, niet te kennen. Voorts dischten zij een fantastisch ver haal op van het reizen en trekken met woonwagens. Onmiddellijk trok eetf agent per rijwiel op onderzoek uit, of zich in den omtrek ook woonwagens be vonden. Onder Zwolle aangekomen, ver nam hij daar, dat in Zwolle twee jongens vermist werden en nu bleek, dat de jeugv- dige avonturiers thuis behooren in do Waterstraat aldaar. Zij waren de ouder lijke woning ontvlucht, doch zijïi door de goede zorgen van de politie daarin! weer teruggebracht. Verdronken. Te Rotterdam is van den steiger van de veerboot Heen en, Weer aan de Westerkade te water go- vallen en verdronken de 19-jarige F. C. V. Een half uur later heeft de rivierpoli* Woensdag kwam te Amersfoort om het leven een 60-jarige tuinman, toen hij aan den vijver in den tuin, waar hij werkzaam was, zijn handen wilde was- schen. Door een duizeling overvallen, sloe® de bejaarde man voorover en verdronk. Ongelukken. Aan het Rheden- sche veer te Rheden zijn gistermiddag 2 jongens onder een stapel zware dennen- boomen geraakt die, terwijl zij er bil zaten te rusten, plotseling uit elkaar, rolde De .13-jarige B. J. was onmiddelijk dood, terwijl de andere, H. P., zoo ern stig gekwetst werd, dat men yoor zijn leven vreest. Gistermiddag had in de dezer da gen te Apeldoorn geopende .autogara ge Juliana een ernstig ongeluk plaats, Bij het plaatsen van een draaibank kreeg nl.. de 18-jarige leerling-chauffeur K. een 1750 KG. zwaar deel van die bank op het lichaam, waardoor hem beide bee- nen gebroken werden. Per auto is hij naar het ziekenhuis overgebracht. De toe stand van K. is naar omstandigheden redelijk'. Een merkwaardige gemeente raadsverkiezing. Bij de jongste gemeenteraadsverkiezing te Bunschoten waren voor één vacature niet minder dan 5 candidaten gesteld. Toch namen van de 584 kiezers slechts 140 aan de stemming ming deel, en bedroeg het grootste aan tal stemmen op 1 eandidaat uitgebracht twaalf. zachtmoedigheidIn dit oogenblik schijnt Johannes Nepomucenus ons verhevener dan toen de engelen om zijn slapen den van sterren fonkelenden lichtkrans legden. De geestelijkheid, die getuige was van Johannes' afscheid, kon haar aandoening nauwelijks bedwingen. Zij achtte Johan nes hoog en eerde hem! Toen de martelaar van den predikstoel daalde, zag hij zijn broeders geknield met het doel hem zijn laatsten zegen te vra gen. Johannes legde zijn hand op ieders hoofd en verwijderde zich toen, terwijl hij fluisterde: God bescherme de Kerk van Bohemen! Na dien dag verwachtte hij het uur zijns doods. Niet den dood van den grijs aard, wiens levensfakkel wordt uitge- bluscht, ook niet dien van den zieke, door lijden uitgeput, maar den gewelddadigen dood, waarmede Wenceslaus hem had bedreigd. Op een morgen begaf hij zich alleen te voet naar Bruntzel, teneinde daar vooc een miraculeus beeld van O. L. V. td bidden. Dit beeld, een voorwerp van hooge ver eering, was in Bohemen gebracht door de Apostelen der Slaven, de H.H. Cy- rillus en Methodius. (W,ordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1912 | | pagina 5