Eee Martelaar.
Uit de Pers.
(Tweede Blad, behoorende
bij De Leidsche Courant van
Woensdag 19 Juni no. 819.
KAMEROVERZICHT.
TVi EEDE KAMER.
De Radenwet. Art. 1 aangenomen.
■De politieke onweersbuien, die de vo
rige week boven de Kamer losbarstten,
zijn nog niet weggedreven; de Kamer-
;atmospheer was heelemaal nog niet opge-
'frischt, toen gisteren werd voortgegaan
met het op Vrijdag 7 juni stopgezette
'debat over art. 1 der Radenwet.
De daarop ingediende amendementen
iwaren feitelijk slechts van formeel be
lang. Of de nieuw in te stellen lichamen,
belast met de uitvoering der verzekerings
wetten, bij hun doopsel den naam „Raad
.van Arbeid" ontvangen, volgens het idéé
.van den Minister, dan wel, of de heer
Patijn als peter optreedt en diensvolgens
aan „Verzekeringsraad" de voorkeur
iwordt gegeven, i.s een zaak van zuiver vor-
melijken aard. Hoofddoel moet zijn, dat de
nieuwe organen aan hun bestemming be
antwoorden en geen kindertjes met lamme
handjes worden.
Indien de zaak geen dieperen onder
grond had, zou de Kamer er geen twee
dagen over hebben zoek gebracht. Het
oorspronkelijke plan van Minister Jaima
bij de indiening der Radenwet was echter,
door de Raden van Arbeid publiekrech
telijke lichamen in het leven te roepen,
belast met de uitvoering van alle wet
ten, op den arbeid betrekking hebbende.
[Tegen dien grootscheepscnen opzet kantte
de meerderheid der Kamer zich en daar
om koos Minister Talma den verstandjg-
cten weg en beperkte den werkkring der
Arbeidsraden tot de sociale verzekeringen,
opmerkend, dat een Jatérewetgever, als
(hij de Raden voor de uitvoering van
(andere arbeidswetten noodig had, er toch
gebruik van kon maken.
Door deze voorgeschiedenis verkreeg
het amendement-Patijn zeer zeker méér
beteèkenis, omdat het klaarblijkelijk de
taak van den Raad van Arbeid voor eens
en altijd wilde terugdringen tot de sociale
verzekeringen. En 't was dus heel ver
klaarbaar, dat de Minister hiermede niet
gediend was. Met .37 tegen 34 st. werd
het amendement ten slotte verworpen.
Met de linkerzijde stemde van rechts voor
jiet amendement de heeren Loeft (R. K.),
Schiinrnelpenninck, van Idsinga, de Sa-
vornin Lobman en van Wassenaer van
Catwjjck (allen C..H); alle overige leden
van rechts stemden tc^en.
Eenzelfde lot onderging het voorstel-
iTreub, om voor het gebied van iederen
Raad van Arbeid een minimum-inwoners
tal van 5000, inplaats van 25000 volgens
(het Regeeringsontwerp voor te schrijven.
[De bureaucratie voert gij door uv£ voor-
Stel ten top, verweet de heer Duys aan
mr. Treub, die voorts van den' socialist
harde noten kreeg tic kraken, dat hij
mr. Treub wel mooie sociale theo-
riën in boeken en schrifturen voortslaat,
maar armzalig terugkrabbelt ^ls het op
aan komt die theoriën in daden om te
zetten. De Minister bestreed het amende
ment, omdat liet doel, dat .-r door wordt
beoogd, ook door het ontwerp niet in
den weg wordt gestaan. De Raad van
Arbeid, hoewel een inwonersgebied van
:25000 zielen omvattend, kan voor ge
deelten van zijn gebied ziekenkassen op
richten. Met 44 tegen 25 st. leed mr.
[Treub zijn eerste fiasco.
Art. 1 werd daarna met 53 tegen 7
stemmen aangenomen, nadat velen
der linkerzijde de vergaderzaal hadden
verlaten. De 7 tegenstemmers waren de
Christelijk-Historischen Van Wassenaar
van Catwijck en van Idsinga en de Unie
liberalen Dolk, de Kanter, Jannink v.
(Doorn en Rink.
Beslist in andere omstandigheden de
stemming over het eerste wetsartikel
dikwijls over het principe van de ge-
heele wet, ditmaal was dit niet het ge
val, gezien de motieven waarom sommige
leden hun vóór uitbrachten, of b.v. de
liberalen, die thans vóór art. 1 steurden,
consequent zullen blijven, staat te be
zien.
FEUILLETON.
(NAAR HET DUITSCH.)
54)
Hatto, die het geheim der samenstelling
van sommige dranken en spijzen bewaarde,
bewoog zich verheugd onder de gasten.
De gunst des -konings was hem geheel
teruggeschonken. Vóór den maaltijd had
LWenceslaus hem zijn gouden halsketen
omgehangen en hem daarbij de verzeke
ring gegeven, dat hij zonder vrees de
eene. of andere gunst kon vragen.
Toen Hatto antwoordde, dat hij slechts
een aanmoediging, een waardeering
hoopte te verwerven voor de wijze, waar
op hij het feest geregeld had, klopte
[Wenceslaus hem vertrouwelijk op den
schouder, terwijl hij hem toevoegde:
Alles schijnt mij op uitstekende wijze
bereid; geve de hemel, dat zich aan al
die toebereidselen moge paren hetgeen
de grootste, bekoorlijkheid van het leven
(uitmaakt: de vergetelheid.
Inderdaad scheen alles gedurende de
eerste helft van het feest tot voldoening-
der gasten bij te dragen.
Er is gisteren druk gedebatteerd over
een Regeeritigswijziging, waardoor het
verordeningsrecht in de Raden van Ar
beid de steen des aanstoots van 'de
heeren Loeff, van Idsinga en andere)
Grondwet-paladijnen werd terugge
nomen. Het bleek, dat Minister Talma
bij de Radenwet deze klipi wil omzeilein
om later bij de Ziektewet den Raden die
bevoegdheden toe te kennen, welke zij in
verband met de richtige uitoefening hun
ner taak1, noodig zullen hebben.
De grondwettige bezwaren worden
dus .tot later bewaard.
In zijn antwoord deed de Minister
voorts een gewichtige mededeeling aan
gaande de Invaliditeits- en Ouderdoms-
verzekering. Aan het departement van
Landbouw wordt nl. de laatste hand ge
legd aan het laatste stuk over die wet
vóór de mondelinge gedachtenwisseling.
Men schiet dus met de voorbereiding op.
Indien echter tusschen mondeling over
leg en openbare behandeling der Invalidi
teitswet evenveel tijd verstrijkt als bij
de Ziektewet, zullen er nog vijf maanden
verloopen alvorens zij' aan de orde komt.
De Voorzitter stelde bij den aanvang
der vergadering 'een avondzilting tegen
Donderdag in vooruitzicht om aan de
auteurswet te beginnen.
Een waarschuwend woord.
Wij lezen in het K a th o 1 i e k Week
blad:
Op de R. K. Middenstandsvergadering
te Haarlem, de feestbijeenkornst van de
Hanze, heeft onze doorluchtige Kerk
voogd ook woorden gesproken van op
wekking aan de middenstanders, om toch
vooral geen neutrale en liberale bladen
te lezen, maar zich katholieke couranten
aan te schaffen. Wie voor zaken een och
tendblad noodig heeft behoeft nu niet
meer naar de bladen van andersdenken
den zijn toevlucht te nemen. En wie van
locale en plaatselijke toestanden goed
op de hoogte wil zijn, behoeft niet meer
in allerlei neutrale locale blaadjes te le
zen, welke toch steeds gevaar opleveren.
In zoovele plaatsen zijn er gelukkig nu
katholieke plaatselijke bladen de kleine
katholieke locale pers iheeft zich goed
ontwikkeld.
Er is reeds veel, misschien te veel
over het steunen van de katholieke bla
den geschreven. We zouden dan ook op
deze quaestie niet terugkomen, ware het
niet dat naar aanleiding van ide vingerwij
zing des Bisschops ieto naar voren is
getreden, dat meerdere behartiging nog
verdient.
Met nadruk' heeft de Bisschop er op
gewezen, dat men katholieke couranten
moet lezen, en het lezen daarvan dient
te propageeren, ten einde de neu
trale en liberale bladen met
hun verderflijken invloed te
weren!
Men dient te letten op dit gewichtig
verband der gespatieerde woorden
Wij moeten propaganda voor onze R.
K. pers voeren om de andere bladen ver
wijderd te houden
,En juist dit wordt door zéér velen nog
niet begrepen
Want wat gebeurt er maar al te dik
wijls Ijverig wordt er propaganda ge
maakt voor onze groote katholieke dag
bladen ten koste van onze eigen
plaatselijke goede pers.
Al die propaganda-ijver geeft aldus
voor de goede zaak zelf niets, werkt vaak
verkeerd. Een goede plaatselijke pers is
hoogst nuttig, bevorderlijk' en noodzake
lijk'voor de goede zaak. Niemand heeft
dit beter begrepen dan onze groote ka
tholieke voorman, wijlen dr. Sohaepman.
Veel, zeer vele menschen op kleine plaat
sen en vooral op het land hebben een
groot dagblad van noode, willen dit niet
hebben, omdat er te veel in staat. Ze
kunnen dat alles niet bijhouden en ver
werken. De arbeid, b.v. in land- en tuin
bouwbedrijf, laat niet toe veel tijd aan
courantenlezen te besteden. Toch willen
de menschen goed op de hoogte blijven
van alles en zoo hebben zij' noodig een
blad, dat een korte zakelijke samenvat
ting van het wereldgebeuren geeft, met
daarnaast het directe plaatselijke nieuws,
De uitgezochte wijnen wekten in den
aanvang den geest op; doch van liever
lede verminderde de helderheid der rede
onder het overdadig gebruik vaii het
druivennat. Reeds waren eenige drinkers
geheel beneveld. Wenceslaus evenwel
ging voort met beker na beker door te
zwelgen. Zijn oogeii glinsterden, zijn
roode lippen schenen door bloed gedrenkt,
zijn gesprekken verrieden gedeeltelijke
dronkenschap. In dien benevelden toe
stand was hij ihoogst gevaarlijk; dan toch
schenen alle droombeelden werkelijk
heid en alle misdaden mogelijk. Het was
bij dergelijke gelegenheden, dat de Ro-
meinsche keizers zich als godheden deden
erkennen en hun toekomstige vergoding
vierden.
De luide lach van Wenceslaus verkon
digde niet uitsluitend een onverdeelde
vroolijkheid. Het scheen wel of hij aan
de eene zijde zijn schenker, aan de andere
zijde zijn beul zou gewenscht hebben.
Terwijl hij den Tokajer overdadig ver
zwolg, sprak hij van bloedvergieten. 'Aan
de zijde van de sierlijk uitgedoste vrouwen
en jeugdige mannen verhaalde hij van
zonderlinge sterfgevallen 'en over het uit
vinden van een samenstel van folteringen.
Zijn gesprekken kwamen overeen met
die van zulke booswichten, die door God
van elke troostende gedachte verstoken
dat hen interesseert en dat geen groot
blad zóó nauwkeurig geeft of geven kan.
Hoe ook Mgr. de Bisschop dit gevoelen
deelt, bewijst wel zijn ijveren en steun
voor en aan de plaatselijke Rqomsche
pers. 1
Wie geen vreemdeling is in Jeruzalem,
weet ook hoe onze Katholieke partij met
groote belangstel Eng den bloei der plaat
selijke pers bevordert."
Liberale Logica.
Wij lezen in de (A. R.) Rotterdam
mer
Het „Handelsblad," de voorstellen
van de Staatscommissie voor de Grond
wetsherziening besprekend, behandelt
daarbij ook de wijziging, die de Com
missie wil aanbrengen in het artikel dat
handelt over den financieelen band tus
schen den Staat en de Kerkgenootschap
pen.
Daarvan wordt dit gezegd
De kerkgenootschappen hebben in
den aanvang der 19de eeuw toelagen
verzekerd gekregen, in de plaats der
hun ontnomen goederen, 't Wensche-
lijlcst ware, deze financieele verhou
ding eindelijk eens voor goed te limi-
teeren, om de verwarring van den
staat met de materieele-kerkelijke be
langen, te keeren. Maar wel verrei
daarvan wordt voorgesteld een sub-
sidieering per hoofdelijk lidmaat; en
voorts subsidieering van alle nieuwe
kerkgenootschappen of secten, ook die,
wien nimmer goederen ontnomen zijn,
en dus geen enkele aanspraak jegens
den staat kunnen hebben, behalve de
ze, dat brutalen de halve wereld 'heb
ben. Zoo, en niet anders kunnen wij
dit voorstel der commissie bezien, dat
ook alweer terug dringt naar oudere
rechtsinstellingen, en smaakt naar 't
concordaat.
Daaraan wordt dan nog toegevoegd,
dat de vertegenwoordigers der linksche
partijen „zich tegen de struikroovers-
streek met het kerkengeld" verzetten.
Nu spreken wij over de zaak zelf niet,
maar vestigen enkel de aandacht er op,
hoe een deftig liberaal orgaan 'als het
„Handelsblad", dat anders zoo vaak den
schijn aanneemt van fie hooge waarde
van den godsdienst ook voor het volks
leven te erkennen, hier zijn eigenlijken
geest openbaart.
Hetzelfde blad, dat steun uit de pu
blieke kas voor schouwburg en tooneel
met warmte verdedigt, kan alleen aan
„brutaliteit" toeschrijven de gedachte,
dat de Staat Kerkgenootschappen zou
subsidieeren.
En een voorstel in den meest wette-
lijken en regelmatigen vorm, dat zon
der eenige onderscheiding van richting,
aan elk kerkelijk genootschap naar den
maatstaf van het aantal zijner leden een
subsidie wil geven, heet „een stmikroo-
versstreek".
Voor een tooneel, dat, enkele goede
stukken daargelaten, grootendeels de
moralisatie en hoogstens amusement
brengt, waarvan een zeer groot deel van
het volk bovendien niet gediend is, geeft
het blad gaarne geld uit de publieke kas.
Maar voor godsdienstige genootschap
pen wie daarvoor geld vraagt dat is
een struikroover
Een waardevolle bijdrage voor den
geest der liberale partij!
De verdwenen amendementen.
Over de intrekking van de amendemen-
ten-Lohman en de indiening daarna door
den heer Roodhuijzen, lezen we in de
Christelijk-Historische Nederlander,
het partij-orgaan van den heer Lohman.
Ware, toen de heer Roodhuijzen de
zelfde amendementen indiende, terstond
over de verzending naar de afdeelingen
gestemd, dan zou misschien nog eenige
schade zijn veroorzaakt. Maar daarvoor
heeft het verzet van den voorzitter, en
de aangeboren voorzichtigheid van Dr.
Nolens ons bewaard gezorgd werd, dat
de stemming eerst kon plaats hebben
op Vrijdag.
Nuit porte conseil. Den volgen
den dag begreep „rechts" beter waar het
om te doen was. De zaak was nu zuiver
„politiek" geworden. Dat bieek o.a. heel
aardig uit een rede van den heer Goe
man Borgesius, die toen opnieuw, ('t
zijn. Hij berekende zoo ongeveer het
aantal gevangenen in den kerker, en
daarbij ontsnapte hem Otfried's naam. Hij
loofde een aanzienlijke belooning uit voor
hem, die folteringen zou bedenken, in
overeenstemming met de misdaad, waar
aan hij den page schuldig dacht.
Nu dit punt eenmaal was ter sprake
gebracht, hoorde men weldra aan de ko
ninklijke tafel niets anders dan verhalen
van monsterachtige misdaden, de verdedi
ging van schandelooze handelingen en zin-
nelooze droomerijen. Men kwam er toe,
zich in het vooruitzicht te verheugen
enkele ongelukkigen die folteringen te
zien ondergaan. Men ging die folteringen,
het schepsel aangedaan, dat door God
met een ziel begiftigd 'en door Christus'
bloed werd vrijgekocht, bespreken, toen
de edelknapen-voorsnijders het wildbraad
op tafel plaatsten. iWij hebben reeds op
gemerkt, dat het feest allen lof verdiende;
doch hetzij de kok slecht door zijn hel
pets was bijgestaan, hetzij een verstrosiing
hem belet had genoegzame aandacht aan
dit gedeelte van den feestmaaltijd te
schenken, zooveel Is zeker, dat het wild
braad verbrand én geheel bedorven was.
Hatto, riep jWenceslaus, dat is u on
waardig; zulk éen gebraad doet het feest
maal oneer aan, daardoor verliest gij uw
eer
was reeds herhaaldelijk gezegd), door
den heer Van Idsinga er opmerkzaam op
was gemaakt, dat verzending niet ge
paard behoefde te gaan aan sohorsing,
antwoordde, „daarover met zijn vrienden
te moeten raadplegen". Dat doet men
alleen bij quaesties van politiekén aard,
niet bij de technische quaestie, hoe het
mogelijk is, eene beslissing uit te lok
ken over twee stelsels, die niet in het
zelfde wetsontwerp voorkomen. Inder
daad een lastige, doch niet een politieke'
puzzle.
Ronduit gezegd, was naar onze mee
ning ook Vrijdag de leiding der Com
missie van Voorbereiding niet gelukkig.
Waarom niet eenvoudig gezegd: „M. H.,
na al wat hier gisteren is gezegd, moeten
wij toegeven dat inderdaad ons advies
ernstiger en bedenkelijker gevolgen zou
kunnen hebben, dan wij op dat oogenblik
hebben vermoed; maar het spreekt van
zelf, dat wij, welstaanshalve, over de
zelfde zaak heden geen ander advies ge
ven kunnen dan gisteren. De naam van,
den onderteekenaar verandert aan de
zaak zelve niets." De uitslag zou dezelf
de geweest zijn, maar de verdere behan
deling der zaak' niet.
Gelukkig zullen de fulminante spee
ches van eenige linksche leden, die ten
gevolge van de houding der Commissie
zijn afgestoken, bij weinigen indruk ma
ken, indien in het oog wordt gehouden,
dat, al zijn een paar leden dier Commis
sie niet geheel correct geweest, de leden
der rechterzijde volstrekt niet met zich
zeiven in tegenspraak zijn geweest, om
de eenvoudige reden, dat zij zich den
dag te voren niet hebben uitgesproken.
Van verlaging van het Kamerpeil is mits
dien niets gebleken
Wat nu de „verdwenen amendemen
ten" aangaat geheel waardeloos zijn ze
niet geworden. Zij die twijfelen hoe ze
over de Radenwet zullen moeten stem
men, hebben uit die amendementen kun
nen zien dat ook bij verwerping der wet,
invoering der Ziektewet, mits ietwat ge
wijzigd, mogelijk is. Daardoor zal hun
twijfel misschien worden overwonnen.
Ook de Regeering kan, tenzij „het stel-
sel-Lohman" haar geheel onbruikbaar
voorkomt, en dat kan toch ook
bij de discussiën over de Ra
denwet worden aangetoond
tot het inzicht komen, dat verwerping
der Radenwet voor haar geen reden b e-
hoeft te zijn om de Ziektewet te laten
liggen. Ook kan zij, om sommiger be
zwaren weg te nemen, uit haar voorstel
eenige steenen des aanstoots wegnemen.
Zij zal zich daartoe te eer gedrongen
voelen, naar mate het besef tot haar
doordringt, dat de Radenwet wel eens
kon worden verworpen.
Hoe dit zijeene eindbeslissing zal
in elk geval nu genomen worden. Nu
de tijd zoover verstreken is en aan be
handeling, Iaat staan afhandeling der
Ziektewet niet meer te denken schijnt,
zul en Regeer'nj en Commissie van Voor
bereiding meer dan ooit zich moeten toe
leggen op bespoediging van de voorbe
reiding van het Ouderdoms- en Invalidi-
teitswetsontwerp, dat immers steeds bij
dit Kabinet de hoofdschotel is geweest.
En komt de Ziektewet wel aan de orde,
dan belet niets de nu ingetrokken amen
dementen opnieuw in te dienen.
Ingezonden Mededeelingen.
STATEN-GENERAAL.
TWEEDE KAMER.
Zitting van Dinsdag IS ïuni (Vervolg.)
Na de pauze wordt gestemd over het
amendement-van Hamel op art. 20 van
het wetsontwerp inzake de militaire
rechtspleging, welk amendement
strekt om o-ok gepromoveerde officieren
van administratie benoembaar te verkla
ren tot fiscaal bij den Zeekrijgsraad-te
Amsterdam. Het wordt aangenomen
met 48 tegen 9 stemmen.
Daarna wordt voortgegaan met de dis
cussie over art. 1 der Radenwet.
De Minister van Landbouvv,
N ij verheiden Handel, de heer ,T a 1-
m a, verdedigt zijn stelsel nader tegen
over dat van den heer .Treub. Een gebied
van 25000 inwoners is werkelijk niet te
groot, te meer waar ten platten lande
plaatselijke organisaties kunnen worden
Sire, antwoordde Hatto, het wil mij
voorkomen, dat mijn bezigheden zich tot
bevelen bepalen en ik den dreippel der
keuken niet behoef te overschrijden. Daar
ik de eer had aan den maaltijd uwer
majesteit deel te nemen, kon immers de
verplichting niet op mij rusten over het
braadspit te waken? Of konden wij,toen
wij hier aan tafel lachten, tegelijkertijd het
vuur doen verflauwen, dat een krankzin
nige kok bovenmate had aangeblazen?
De kok zal gestraft wordenriep de
koning.
Dat is rechtvaardig, antwoordden de
dischgenotoen.
Wat zal zijn straf zijn? vroeg de ko
ning; ik wil den raad van ieder uwer
vernemen.
Ik zou hem acht dagen op water en
brood zetten, zeide een der gasten.
Ik liet hem tweemaal vier en twintig
uur vasten, voegde een ander er bij.
Hij moest een maand in de gevan
genis doorbrengen, liet een jonge vrouw
zich hooren.
Wenceslaus begon te lachen.
Neen, neen! riep hij, terwijl hij met
de eene hand op de tafel steunde en
met de andere langs zijn rossigen knevel
streek, de wedervergeldingIk ken niets
beter dan de straf der wedervergelding!
Welaan, heeren, zoo even gaaft gij zulke
opgericht, die een deel van de taak kun
nen overnemen. Wat betreft de quaes
tie van de terugneming van het vérorde
ningsrecht der Raden, herinnerde spr. er,
aan dat hij aan grondwettelijke bezwaren
zou tegemoet komen, als dit kon geschie
den zonder dat het hoofdbeginsel in ge
vaar zou komen. En nu is spr. overtuigd,
dat die grondwettelijke bezwaren aan de
orde kunnen komen bij die artikelen van
de verzekeringswetten zelf, waarbij aan
de Raden zekere opdrachten of bevoegd
heden worden toegekend. En daarom kon
bij deze Radenwet het grondwettelijk be
zwaar betreffende het verordeningsrecht
voorloopig ondervangen worden door dat
recht uit de Radenwet te verwijderen.
Hierna beantwoordde spr. de bestrijding
van de Radenwet door de heeren Rink
en van Karnebeek, daarbij mededeelende
dat binnen eenige weken te wachten is
de laatste der schriftelijke documenten
van zijn departement betreffende de inva
liditeits- en ouderdomsverzekering die de
mondelinge voorbereiding moeten voor
afgaan. Uitvoerig zette spr. uiteen het on
gegronde van het verwijt dat de groot-
scheepsche inrichting van de Raden zoo
veel geld zal kosten; men vergeet daarbij
dat die Raden behalve voor de Ziektever
zekering ook zullen dienen voor de Onge
vallenverzekering en voor de Invaliditeits-
en Ouderdomsverzekering dus over drie
sociale verzekeringen moeten worden om
geslagen.
Ten slotte ried de Minister aan deze
zaak toch eindelijk eens af te doen. De
Kamer is natuurlijk niet verplicht deze
wet aan te nemen, maar het volk moet
toch ook eens weten waar het met de Ka
mer aan toe is op dit gebied.
Na re- en dupliek worden de beraad
slagingen besloten.
Het amendement-Treub (minimum 5000
inwoners voor het gebied van een Raad
van Arbeid) wordt verworpen met
44 tegen 26 stemmen.
Het amendement-Patijn (Verzekerings
raad in plaats van Raad van Arbeid) wordt
verworpen met 37 tegen 34 stemmen.
Art. 1 wordt aangenomen met 53
tegen 7 stemmen.
De Kamer gaat daarna in de secties.
Radenwet.
De minister van landbouw, nijverheid
en handel heeft aisriog in verschilende
artikelen van de Radenwet wijzigingen
voorgesteld, meerendeels van redactio-
neelen aard of van ondergeschikt belang.
De p r in c i p i e e 1 e w ij z i g i n g,
welke wordt,aangebracht, bestaat hierin,
dat, in verband met de daartegen ge
voerde bedenkingen, het verordenings
recht voor den Raad van Ar
beid wordt geschrapt.
Auteurswet.
De heer Drucker heeft twaalf amende
menten voorgesteld op het wetsontwerp,
houdende nieuwe regeling van "het au
teursrecht.
schoon e verhalen ten beste over het ge
noegen en kwaamt gij bijna tot de ge
volgtrekking, dat, om de geheele verfijning
van den menschelijken wellust te smaken,
liet noodig is het gevoel en het gezicht
van anderer smarten waar te nemen;
ik ga aan uw verlangen voldoen. Dit
feest zal niet gelijken op die, welke ik
voorheen gaf en waarvan de herinnering
al zeer spoedig, was uitgewischt. Terwijl
gij deze "uitstekende wijnen proeft en u
de uitgezochte schotels laat smaken,
welke dit afschuwelijk wildbraad zullen
vervangen, wil ik, dat de straf van den
schuldige u zal verstrooien. Beurtelings
zult gij de tonen 'der muziek en dekreten
van den doodstrijd hooren. Den koning
van een genoegen berooven is éen mis
daad van majesteitschennis en zulks wordt
met den dood gestraft.
Wenceslaus wendde zich tot een page.
Men hale Kostoïy.
Kostoïy was de beul.
Ditmaal beschouwde Hatto zijn meester
met verbazing.
Het feestmaal werd voortgezet, doch
een loodzwaar gewicht drukte op de
gasten. Men vroeg zich af, wat toch
wel het einde van dit feest zou zijn.
(Wordt vervolgd.}