14 Een Martelaar. BUITENLAND. 3e Jaargang. No. 815. Bureau OUUE SINGEL. 34, LEIDEN. Interc. Telefoon 935. Postbus 6. DIT BLAD VERSCHI|NT ELKEN DAQ, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN. DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt met GRATIS POLIS Ongevallen-verzekering en het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor Lelden 9 cent per week, 1.10 per kwartaal; bij onze agenten 10 cent per week, 1.30 per kwartaal. Franco per post f L50 per kwartaal. Afzonderlijke nummers 21/, cent, met 'Geïllustreerd Zondagsblad 5 cent. Vrijdag Juni 1912. De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van 15 regels 0.75, elke regel meer 15 cent ingezonden mededeelingen van 1—5 regels 1.50, elke regel meer 30 cent, met gratis bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Qroote letters naar plaatsruimte. Kleine Advertentiëngevraagde betrekkingen, huur en verhuur koop en verkoop (geen handels-advertentiën) 1—5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent; aangeboden •betrekkingen 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. Een goed idee. leder, die houdt van wandelingen in jde vrije natuur en gaarne uit de raampjes der spoorwegcoupé's het landschap over ziet. heeft zich natuurlijk al eens geër gerd aan de brutale reclameborden, die om een haverklap het uitzicht belemme ren. Die lamme dingen maken je waarlijk korzelig. Telkens lees-je dezelfde op schriften, zie-je 7t zelfde meisje de wasch ophangen, worden je dezelfde kieeren tals de beste aanbevolen, tergt je dezelfde ^nand champagne of dezelfde kop cacao, terwijl den laatsten tijd ook een sigaret ten rookenden Pers óf Turk op de prop pen is gekomen, die je brutaal uitlacht. Gestadig worden die borden grooter en de mooie zijn zeldzaam, gezwegen nog [yan het feit, dat ze leelijker worden naar 1 gelang het seizoen vordert, zoodat menig ;;aardig uitkijkje wordt bedorven door een 'verschoten of scheef gezakt getimmerte. Het euvel breidt zich uit als een olie vlek, waarbij natuurlijk juist die punten ter ontsiering worden gekozen, welke 'door hun natuurschoon de meeste aan dacht tot zich trekken. Wordt er geen ftschotje voor geschoten dan zullen we eer lang heele reclameschuttingen in onze '.weilanden en langs onze wegen zien staan. Ook in het buitenland klaagt men over dergelijke wantoestanden, wat den Fran- 'schen minister van financien er toe heeft geleid, de landschapontsierders te treffen !iin hun meest gevoelig lichaamsdeel: hun portemonnaie.-Hij wil zulke hooge rech- 'ten heffen van die wanstaltige borden, dat de reclame te kostbaar wordt. Ziehier het voorgestelde tarief: Op meer dan 100 M. afstands van een ^bebouwde kom moet een recht worden betaald van 50 frs. per vierk. meter voor borden kleiner dan 6 vierk. M., van 100 ;ifrs. bij borden van 6 tot 10 M., 200 voor *jdie van 10 tot 20 M. en 400 frs. per jyierk. M. voor borden, die grooter zijn dan JCO vierk. M. Bevat een bord meer dan *één reclame, dan wordt de te betalen [som zooveel maal hooger als het aantal 'reclames bedraagt. Uitstekend Een Nederlandsch jurist vraagt natuur lijk dadelijk naar den „rechtsgrond" van fioo'n wetsontwerp, aanvoerend: men mag rtoch op particulier terrein timmeren en iy erven wat men wil. Alles goed en wel, fimaar er heerschen verordeningen voor pzóóveel dingen, die op particulier terrein f'Jiggen, staan, loonen of worden opge dicht wetsstijl! dat zoo'n belasting f'ten bate van het natuurschoon er best bij kan. Hóe minder dergelijke belasting op brengt hos beter, terwijl bovendien de 'vrijheid der reclamemakers behoorlijke elasticiteit kan verkrijgen, want niet kwaad jlls ook in het Fransche wetsvoorstel, dat .^ide gelegenheid open blijft om artikelen haan te bevelen op de muren van huizen en schuttingen binnen de bebouwde kom en 'zelfs tot op 100 M. afstands daarvan. Zoo vlak bij kan 't best gebeuren, want 'de zelfkant der gemeenten is toch leelijk. s Alzoowordt gevraagd een wetjen te- fjgen deuitspattingen der reclame. FEUILLETON. (NAAR HET DUITSCJU.) 50)' Ik' begrijp u niet, stamelde Johannes. Moet ik dan alles zeggen, en ur een óvoor een al de geheimen van mijn ge lweten ontdekken zooals ik die van an- [jderen wil weten?... Gij begrijpt mij niet. Logen. Ja, gij weet wat ik vraag, gij {weet, wat ik eisch. h Neen, neen! riep de priester, terwijl hij i jzijn gelaat met beide handen bedekte llwat door mijn geest vaart is al te ver- f'schrikkelijk Gij ziet wel jn, dat gij de waarheid jVermoeddet. Dat kan niet zijn, riep Johannes wan- Jiopig. Het zal zijn, spreek, en in geheel het ijrijk is er geen post zoo hoog, welken |jgij niet kunt verkrijgen. Ik bied u tot oprijs voor dien vriendschapsdienst het iïisdom van Leitomeritz aan, de betrek king van erfelijk kanselier des konink lijks, alles, alles, wat gij zult wenschen.... Word mijn raadgever, mijn minister, de |litdeder mijner gunstenik zal in u een KAMEROVERZICHT. TVS EEDE KAMER. De amendementen-Lohman op de Ziekte- wet ingetrokken en vervangen door amendementen-Roodhuijzen. De heer Goeman Borgesius stond gis teren in de Kamer „paf" en wij willen hem ditmaal gaarne gelooven. .Want de houdiqg van den heer de Savornin Lohman zal de linkerzijde wel bar zijn tegengevallen. Wat 'n aangenaam perspectief had de heer Lohman door zijn amendementen aan de linksche heeren geopend! Ze verkneuterden zich al in het voor uitzicht, dat de geheele sociale wetge ving door toedoen van den ouden recht- schen veteraan, aangemoedigd en opge warmd en gesteund door de linkerzijde, in den war zou worden geschopt. Zoo'n politiek fortuintje neen, geen fortuintje, maar een fortuin, had de linkerzijde niet kunnen droomen. Nu zijn die zoete droomerijen als rook vervlogennu zitn de gewekte verwach tingen den bodem ingeslagen; nu komt er van den heelen opzet niets te recht! De linkerzijde is gedesillusio neerd. Onder schallende bijvalsbetuigingen van de liberale pers had de heer Lolh- man zijn bekende amendementen inge diend. Nauwelijks had men ze in druk voor zich, of men was reeds met zjjn meening klaar. Dat de .amendementen in compleet waren, hinderde niet. Dat de toelichting absoluut onvoldoende was, deerde niet. Het stelsel-Lohman decre^ teerde de liberale pers tot het stelsel der vrijheid en zij prees het hemelhoog bo ven het dwangstelsel van den Minister. Het stelsel-Lohman was zoo goed niet als de vrijzinnigen in geestesvervoering wilden doen geloovener kleefden zeer ernstige fouten aan, zóó ernstige dat een kalme zakelijke beoordeelaar den Minis ter boven Lohman zou prefereeren. Thans is het stelsel-Lohman van de baan. Gistermorgen heeft de voorstel ler zijn amendementen ingetrokken on der hoongelach en verguizing van dege nen, die hem pas enkele uren te voren in de hoogte hadden gestoken. Wat de heer Lohman tot deze veran derde houding bewoog? Bij den aanvang der vergadering had de heer Nolens als Voorzitter der Commissie van Voorbe reiding het advies dier Commiss|iie uit gebracht, concludeerende tot verzending der amendementen naar de afdeelingen. Dit voorstel werd gedaan door de grootst mogelijke meerderheid der Com missie (naar verluidt was alleen dr. de Visser er tegen), op grond, dat de amendementen een heel ander stelsel be vatten dan de aanhangige ontwerpen zoowel wat de organisatie der verzeke ring betreft als wat de verhouding van bijzondere en openbare kassen aangaat. Deze verzending was echter niet naar den wensch van den voorsteller. Hij zag zeer goed in, dat er van de sociale wet geving niets terecht komt, als de ge- grenzenloos vertrouwen stellen, in u ge looven als aan mij zelf. Alzoo, hernam Johannes, zoudt gij in mij beginnen te gelooven op den dag, waarop ik mij elk vertrouwen onwaardig zou gemaakt hebben. Wien zoudt gij verraden? God, antwoordde Johannes. God wfl, dat de vrede zich vestige in de koninkrijken en heersche in liet huwe lijk; ik zal geen vrede hebben zonder de waarheid aangaande Johanna te weten. Maar weet gij dan niet, hoe na Johanna mij aan het harte ligt? Bij de gedachte door haar verraden te zijn, kookt mijn bJoed van hevige gramschap en voel ijk mij aangegrepen door een woeste wan hoopWat ik niet weet, weet gij... in den biechtstoel, aan de voeten van God, zou Johanna niet kunnen liegen Dat zij haar echtgenoot verraadt, is mo gelijk; doch zij vreest de hel. Spreek^ openbaar mij hetgeen zij, neergeknield in den stoel van boetvaardigheid, aan uw oor toevertrouwde Een echtgenoot is geen mensch als elk anderJohanna's hart moet mij toebehooren; waarom wilt gij niet, dat iik er in lees? Zoo zal er dan gezegd worden, sprak Johannes met diepgevoelde smart, dat men een dienaar des Heeren in die mate veracht, dat men hem vQOfsteilen Jv&njtet dane voorstellen nader in de afdeelingen moeten worden uitgewerkt. Het verslag zou eerst tegen September verwacht kun nen worden en in October zou men in het allergunstigste geval kunnen voortgaan met de Radenwet, want een beslissing over zijn amendementen is z. i. niet mogelijk alvorens de Raden- wet is afgedaan. Men loopt dan heelemaal met de Inva liditeitswet vast, omdat de invaliditeits verzekering verband houdt met de Ra denwet. En in 1913 staat men met leege handen voor de kiezers. Welk' een figuur zou de Kamer en spe ciaal de r echterzijde maken, riep! de heeT Lohman uit, wanneer over geen enkele, sociale wet werd beslist! Deze woorden werden door den heer Thomson en andere leden van links met een spotlach begroet, hetgeen de heer Lohman deed opmerken, dat het links wel genoegen zou doenj als dat eens ge beurde. Maar hij wil daaraan niet mede werken. Hij is geen bewonderaar van de voorstellen der Regeering, doch wil als lid der meerderheid het kabinet een fair trial mogelijk maken en daar het voorstel der Commissie van Rapporteurs die proef onmogelijk maakt, nam de liqer Lohman zijn amendementen terug. Toen had men de poppen aan -'t dan sen. De linkerzijde zag zich de kans ontglippen een spaak in het wiel van den rechtschen wagen te steken en van daar dat de fiolen der gramschap over 's heeren Lohman's hoofd werden uitge stort. Wij passeer en die redevoeringen en leggen ze kalm naa>t ons. De amende- menten-Lohman zijn in onvoorzichtigheid geboren en hoe meer wij het terug treden van den leider der Christ, hist, groep toejuichen, des te sterker blijven wij zijn optreden betreuren. Bij het ver dere debat heeft de heer Lohman gezegd als verdediging van de tot hem ge richte verwijten, dat hij de amendemen ten toch zou hebben ingetrokken indien de Minister ze onaannemelijk had ver klaard. Waarom heeft hij echter voor de indiening geen overleg met de Regee ring gepleegd? Dat ware de aangewe zen weg geweest, inplaats van onver wachts een stel amendementen in het debat te gooien. Men genoegen hebben wij van den heer Lohman vernomen, dat hij de Regeering geen beletselen in den weg wil leggen voor de afwerking van haar program en dat zijn amendementen beoogden de Ziektewet te redden voor het geval de Radenwet werd verwor pen. Jiet ware echter practischer en voorzichtiger geweest eerst het lot der Radenwet af te wachten, waaromtrent niemand iets met zekerheid kon zeggen. De heer Lohman heeft aan de oppo sitie haar wapenen tegen de Regeering geleverd. Dadelijk na de intrekking Zi\n de oude amendementen weer ingediend met de onderteekening Roodhuyzen. Een andere vlag dekt dus de lading en de lin kerzijde koestert thans de verwachting, dat de Commissie van Voorbereiding, in wier handen de amendementen-Roodhuy- zen ten slotte werden gesteld om daar- heim der biecht te verkoopen? Niet de keizer, maar de echtgenoot vraagt. Voor den biechtvader is de keizer een mensch, ien aan dien mensch kan ik niet antwoorden. Dan is Johanna schuldig! riep .Wences laus in drift; in een 'ander geval zoudt gij spreken. Ach, sire, weet het, ik kan geen be wijs meer voor haar onschuld geven. Gij zoudt haar redden. Ik zou mijn ziel verliezen. Zou zij u een onbescheidenheid kunnen verwijten, waarvan haar redding het uit vloeisel is? Vergeet gij mijn eigen verdoemenis Op den dag des oordeels, wanneer ik mij voor den .Heer zal vertoonen, zouden de heilige engelen, als wachters bij den stoel van boetvaardigheid aangesteld, geen vlammende zwaarden en wrekende gee- sels genoeg hebben om mij te verjagen en met de verdoemden neer te storten. En alile stemmen zouden mij beschuldigen en de 'duivelen zouden onder elkaar zeggen: Ziet dien eerloozen priester, hij heeft het biechtgeheim geschonden. Hij voert een tot nu toe ongekende misdaad onder ons aan! Gehoorzaamheid aan zijn vorst is vol strekt geen misdrijf, sprak Wenceslaus; ijaaLënfeöven hebt gij reeds lang genoeg over te rapporteeren, een gelijkluidend advies zal uitbrengen. Het door den heer Lohman niet bedoelde en door de rech terzijde niet gewenschte effect zou dan toch worden bereikt. .Wij koesteren die verwachting niet. Dr. Nolens heeft gisteren in de Kamer opgemerkt, dat men Vrijdagmiddag een tactische fout beging door bij de Ra denwet amendementen te bespreken, die thuis hooren bij de Ziektewet. De Kamer had Vrijdag geen ooren voor voor het betoog van dr. Nolens, dat de amendementen-Lohman niet aan de orde waren. Er heerschte te veel verwarring en vandaar dat ten einde raad het voor- stel-van Karnebeek om de Commissie advies te vragen, werd aangenomen. Ditmaal zal men zich wel niet laten overbluffen. De Radenwet is aan de orde en moet aan de orde blijven. Blijkt nu later, aldus dr. Nolens dat er amendementen zijn op de Ziektewet die de heele Radenwet zou den omverwerpen, dan moet de Kamer haar verantwoordelijkheid kennen. Ove rigens moet de Kamer het pad verlaten dat zij op een verkeerd oogenblik heeft ingeslagen en den goeden >veg weer vervolgen, door te blijven doorgaan aan de Radenwet. Wij denken dan ook niet, dat de Commissie van Voorbereiding heden zal voorstellen de amendementen-Roodhuij zen in de afdeelingen te onderzoeken. Er zal wel een orkaan door haar tegen overgesteld voorstel ontstaan ,doch een goede opkomst der rechterzijde (gisteren waren van rechts meer dan 50 leden pre sent) kan elke poging verijdelen om de sociale wettenr nog meer tegen te hou den. Op 'n paar punten willen wij ten slot te wijzen. De heer Troelstra viel ofschoon geheel buiten de orde hef tig uit tegen den driestarschrijver in de „Std.", die telkens de obstructie van links aan de kaak stelt. Maar is het dan geen tegenwerking als de heer Troel stra in dezelfde rede verklaart de amen dementen-Roodhuijzen n i et te verlangen, maar ze desondanks naar de afdeelin gen wil verzenden, waardoor van de Ziektewet niets terecht komt? Dinsdag is de Minister uit de verga dering der Commissie van Voorberei ding heengegaan, omdat een der leden bezwaar tegen zijn aanwezigheid maakte. Gisteren bleek in de Kamer, dat dit lid de heer Patijw was, die als plaatsvervan ger feitelijk het recht van spreken miste, en door zijn houding een staaltje gaf van liberale tegenwerking en grofheid. ALGEMEEN OVERZICHT. De Italianen gaan nog steeds voort hun overwinning bij Zanzoer op te hemelen. Zoo weet een Italiaansch blad op gezag van een soldaat die dat gevecht meemaak te, te vertellen dat de Italianen 800 krijgs gevangenen maakten en een onnoeme- lijken voorraad geweren en schietvoorraad bemachtigden. Over hun eigen verliezen aan mijn bede weerstaan; wanneer de gebieder spreekt, moet men hem gehoor zamen. En den Koning des Hemels, vergeet gij Hem? vroeg Johannes. Gij zijt niet meer vrij om aan te nemen of te weigeren, red of verderf de koningin. Ik kan niets, sire! niets dan smeeken. u de goedheid en zachtmoedigheid der keizerin voor den geest te stellen; niets dan u herinneren van welke deugden zij het voorbeeld gafKan ze de overleve ringen der eer van al de vorstinnen van haar geslacht verloochend hebbend Kan zij in één dag de eerbaarheid der vrouw en de waardigheid van koningin vergeten hebben? Kan zij uw genegenheid met voeten getreden, een liefde miskend heb ben, welke, ondanks haar woeste vervoe ring, niet minder ernstig en machtig is? Ja, ernstig, sprak Wenceslaus, zijn vuis ten ballende. Johanna met haar zwakheid, die oprechtheid, waarin ik geloofde, die blauwe oogen, haar kleine handen, waarin mijn schatten tot aalmoezen versmolten, Johanna beheerschfe mij, nam mij in, bezat mijik schonk haar geheel mijn wezen: ziel en neiging. Van het hart van den wilde maakte zij een hart van vleesch; zij breidelde een ongetemde, een ontem bare natuur; jk gehoorzaamde haar £n zwijgen zij echter. Het gaat er nu wel eenigszins op lijken dat de opgave dec Turken nog zoo geheel mis niet is geweest. Anders ware er wel tegenspraak gekomen waarmee ze er altijd als de kippen bij zijn< De Jurksche minister van oorlog heeft bv. een telegram openbaar gemaakt uit Homs van den zesden dezer, waarin wordt go. meld dat de Turken op dien dag een fort bij Mektab hebben ingenomen. De Itali anen hadden twintig dooden. Den vol-* genden dag hernamen de Italianen het fort, maar zij werden gedwongen het op* nieuw te ontruimen, zij trokken zich ten deele op Homs en ten deele op Mektab terug. Aanstonds echter telegrafeerde men uit Rome dat de berichten van het Turksche ministerie van oorlog over het gevecht bij Homs op den zesden en zevenden Juni onjuist zijn. Tegelijkertijd berichtten de Iialianenuit Homs dat zij in den nacht van den elfden op den twaalfden dezer door de Turken en Arabieren de Italianen bjj Lebda zijn aangevallen. Zij hadden stelling genomen op de heu vels bij Lebda. Na een verwoed gevecht werden de Turken en Arabieren versla gen en weggemaaid. Zij leden zeergroo* te verliezen. De Italianen hadden 31 doo den en 59 gewonden. j De kwestie der Dardanellen komt ook weer op den voorgrond. Het „Berl. Tagebl." krijgt nl. uit Konstanti- nopel geseind, dat jn tegenspraak met de berichten als zouden de mogendheden heb ben weten te bewerken dat Italië af zou zien van de bezetting van de meerdere eilanden, in Konstantmopel het gerucht loopt dat de Italianen na het vertrek van hun uitgewezen landgenooten, opnieuw een actie zullen gaan beginnen in de Aegeische Zee. Turkije bereid zich voor om zoo noodig overal tegenstand te bie den, maar de regeering gelooft, dat de Italianen slechts overal schijnaanvallen doen, om de Turksche krijgsmacht te ver deden. Men is bevreesd dat de Dardanellen weer gesloten zullen worden. Een voor naam ambtenaar trok het in twijfel of de Dardanellen over een week nog wel open zullen zijn. De uitwijzingstermijn is weliswaar ver lengd, maar 'de Italianen zullen Zaterdag wel vertrokken zijn. Nog wordt aan de Lokal Anzeiger ge- •meld, dat volgens officieele mededeelin gen in .Turkije op het oogenblik een half millioen soldaten onder de wapenen staan De regeering heeft besloten bij een aanval der Italianen opLdiios of Lesbos de Dar danellen weer te sluiten. Naar aanleiding dier berichten ver klaart de Popoio Romano, dat de regee ring er in het minst niet aan 'rt meer dere eilanden te bezetten, ofschoon zij ec de vrije hand toe heeft. De laatste slag bij Zanzoer is „evenveel waard als de bezet ting van twee jChiossen, drie Lesbossen en vier Lemnossen." schiep er behagen in aan haar onder worpen te zijnMaar bezat zij over mij die macht, zij dankte zulks aan haar deugd. Maar zonder deze geldt Johanna mij niet meer dan de ellendigste der sla vinnen, het zedelijk meest bedorvene dec schepselen, en ik wil het laatste woord dier ziel weten. Is zij van slijk of van goud? Moet ik haar vloeken of bidden?, Vloek slechts uw blinde hartstochten! zeide Johannes met inwendige siddering. Zult gij spreken? vroeg Wenceslaus. Nimmer, antwoordde de priester. En Johanna's verhaal? Zal sterven tusschen mij en God. Dat is zinneloos! riep de keizer, zinne loos en dom Wat is het wezen der biecht zonder het geheim? vroeg Johannes Nepomuce- nus. De hartstocht verblindt u in dit op zicht, sire, zoodat gij u geen nauwkeu rige rekenschap geeft van de zaken. Zoo de biechteling, neergeknield in den stoel van boetvaardigheid, niet zeker is van da onveranderlijke stilzwijgendheid des pries ters, zou nimmer de bekentenis over zijn lippen komen. Het sacrament van boet vaardigheid heeft tot grondslag een be paalde geheimhouding. Hef deze op en aan de Kerk is het uitnemendste harer voorrechten, dat der vergiffenis, ontnomen^ tWoctt ystyoUrd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1912 | | pagina 1