Liefde en Haat.
Roomsch-Katholieken
E. R. K.
«oesterr tegen de geestelijkheid, een haat,
lie hem het wapen van kwaadaardigen
aster ter hand doet nemen. Eerst geeft
iet blad, dat de arbeiders wil opvoeden,
ten beschrijving van het carnaval, zoo
jrof en walgelijk mogelijk. En clan zegt
'net, dat de Katholieke Kerk dien toe
stand bestendigt, omdatzij arbeiders,
die geen wanrdigheidsgcvoel hebben, hei
gemakkelijkst onder de duim houdt. De
Kerk wil de uitspattingen van liet car
naval omde menschen te verlagen.
Is het niet walgelijk? Wat moet er toch
van de socialistische arbeiders, die zoo
worden voorgelicht, geworden?
Laten we maar gauw afscheid nemen
van dat inooie blaadje, om eens evenijes
te praten over de Vastenbrieven van de
doorluchtige bisschoppen.
Overal wordt gewerkt voor Zondags
rust, door geloovigen en ongcloovigen,
en nu vond ik het zoo mooi, dat onze
Bisschop ons er eens aan kwam her
inneren, dat het streven naar Zondags
rust eigenlijk niet noodig zou zijn, als
er geleefd en gehandeld werd volgens
Rcomsche beginselen. Er zouden heel
wat andere sociale maatregelen over
bodig zijn, als dc leer van liet Christen
dom beter onderhouden werd. Dit tus-
«chen twee haakjes.
Maar nu zou ik mezelven te veel ge-
\veld moeten aandoen, als ik den brief
van den Aartsbisschop buiten bespreking
liet. Mei wat kracht van woorden heeft
Z. D. H. gewezen op den plicht let
we!den plicht om de Rcomsche pers
te sieunen en te lezen, en op het gevaar,
dat het lezen van niet-katholieke
bladen medebrengt! Altijd blijven er nog
Oost-Indisch dooven en eigenwijzen! En
Paus Pius X heeft toch nog onlangs
geschreven: „Die bladen (de neutrale)
doen het oordeel en de zeden der Ka
tholieken meer wankelen, dan de bladen
zouden kunnen doen, die openlijk aan de
Kerk vijandig zijn." Kan hel sterker?
Komaan, ik zou hier een pleidooi voor
de Roomsche pers gaan houden, en
die het moeien hooren, hooren het toch
niet. Of zijn er nog praaigenooten van
me, die op de Roomsche courant ge
abonneerd zijn, doch ook een niet-Ka-
tholiek blad lezen, en zelfs dit laatste
als hun lijfblad beschouwen? Dat zal
toch niet, hoop ik.
Wat zijn de sociaal-democraten hier
in Leiden vlug geweest! Neem me
niet kwalijk, dat ik het nog 'ns over die
menschen heb. Het volgend jaar wor
den degenen, die in den reinigingsdienst
werken, gemeente-werklieden, daar dan
in het vervolg die tak van bedrijf door
de gemeente zal geëxploiteerd worden
en nu heeft de S. D. A. P. al een;
vergadering gehouden om die w erklieden
onder te brengen bij den sociaal-demo
cratisch en bond van gemeente-werklie
den! Wat 'n vlugheid! De kinderen der
duisternis zijn slimmer, enz.
Maar zij zijn niet slim in het vinden
van bewijzen om aan te toonen, dat de
Paus door zijn Motu-proprio over het
dagvaarden van geestelijken voor de we
reldlijke rechtbank de staatswetten met
voeten treedt 'tls treurig, hoe geleerde
heeren en greote couranten zoeken om
de Katholieke Kerk door verdachtmaking
te bezwadderen.
ja, 'tis wel een tijd van heftigen strijd
tegen alles, wat Roomsch is. Maar ook
éen tijd van krachiigen strijd van alle
Roomscben voor hun beginselen. Is het
niet?
Tot de volgende week! JAN.
Brief uit Waalsdorp.
li.
Belofte maakt schuld, niet waar, en wijl
ik in mijn vorigen brief beloofd heb,
eenige bewijzen aan te voeren dat er met
ons Roomschen tegenwoordig wel ter
dege rekening wordt gehouden, zal ik
ook trachten die belofte te volbrengen.
Vroeger in dien goeien, ouwen tijd. toen
de menschen nog heel broederlijk met
elkaar omgingen, waren hier in Waals
dorp natuurlijk ook baantjes te vergeven,
zooals uit mijn eersien brief gebleken is.
Er waren baantjes, zoogenaamde „vette"
maar natuurlijk ook „magere". Wij we
ten nu eenmaal dat het onmogelijk is om
het een ieder naar den zin te maken,
:EUILLETON.
ROMAN UIT WESTFALEN.
71)
IX.
Dirk Tweehuis ging dadelijk naar huis,
want in deu namiddag wilde hij den tuin
omploegen en 'tgaf voorts aller handen
arbeid. Hij dacht erover, wat Jeanne
wel van de nieuwe meid zou zeggen, die
hij tegen alle gebruik in en zoo onver
wachts gehuurd had.
De namiddag brak aan, maar van Dirks
werkplannen kwam niet veel. Juist toen
hij tw ee voren had getrokken, kwam van
Sengen, Job Weikamp en zijn broeder
Clemens. Jan moest nu verder ploegen
en Dirk leidde de bezoekers in huis.
De nieuwsgierigheid die de Amerikaan
opwekte, droeg er deel bij, dat hij over
al vriendelijk werd ontvangen. De oude
vrouw Twechuis zette dadelijk koffie en
sneed koek. Vader Twechuis bood de
mannen een plaats aan in het beste ver
trek. Hij wilde zijn tabakszak te voor
schijn halen, doch had ze niet bij zich.
Toen haalde Job een goed gevulde
doos uit zijn zak. „Probeer eens deze
doch was het altijd naar den zin
van hem, di niet Roomsch was, en de
Roomschen konden lijdelijk toezien, en
dat deden die goede menschen dan ook.
Verbeeld je, onze partij werd ioen stel
selmatig en soms nog door eigen toe
doen^ overal in geweerd; een Roomsche
deugde heelemaal niet voor een zooge
naamd vet baantje.
Ofschoon Waalsdorp overwegend Ka
tholiek was, hadden wij een burgemeester
die niet bij ons in de kerk thuis hoorde,
net zoo min als de gemeente-secretaris.
Ook werd er destijds door ons waar
schijnlijk niet geleerd voor notaris, noch
postdirecteur, noch gemeente-ontvanger.
Niets van dit alles, neen, alleen de baan
tjes van vuilnisman, gemeente werkman,
lantaarnopsteker en het opzicht hierover,
werden, als meerendcel „magere baan
tjes", aan de Katholieken toevertrouwd,
en somwijlen nog maar bij liet kantje af.
Dat is tegenwoordig, dank zij onze krach
tige actie, ook veel verbeterd, en zijn de
vette baantjes niet alléén meer voor de
vriendjes, doch eerlijk verdeeld, en zoo
behoort het ook.
Verdraagzaamheid is een heele mooie
deugd, doch alles verdragen en altijd ver
trapt worden, neen, daar hebben we te
genwoordig niet meer van terug. Ja, wilt
u wel gelooven, heer Hoofdopsteller, dat
hier vroeger openlijk op het gemeentehuis
gezegd werd, dat een Roomsche mis
schien nog geschikt was voor klerkje op
de secretarie, doch van vette baantjes ble
ven zij verre.
Ja, 't was me toch een rare boel, dat
kunnen we ons haast niet meer voorstel
len. Tegenwoordig gaan hier de Room
schen hand aan hand. steeds eensgezind
en vroeger?
Zooals elk dorp was ook Waalsdorp
goed vertegenwoordigd door landbou
wers, die meestal hunne landerijen pacht
ten van niet Roomsche landeigenaars.
Wanneer het nu destijds verkiezing
voor het een of ander was, werden die
landbouwers gedwongen om hun candi-
daat, pardon, hun tegencandidaat, te steu
nen en openlijk aan te bevelen, uit vrees
voor den landheer.
Ja, ja, zeiden die menschen, jelui vrije
mannen hebt goed praten, doch wanneer
ons de huur vv'rdt opgezegd, of de
pacht verhoogd, dan ziiten wij met de ge
bakken peren, neen, dan verraden wij
nog liever onze eigen partij. Wie lacht
daar? Doch niet alleen de landbouwers,
neen, alle ondergeschikten werden zoo
bewerkt, en moesten hun eigen partij
ten gronde helpen en den baron of jonk
heer naar de oogen zien. Doch die tijden
zijn, Goddank, voorbij, en een ieder wrordt
nu vrij gelaten om zijn eigen partij te
steunen, of men landbouw er of werkman,
boterhandelaar of caféhouder, wagenma
ker of sigarenhandelaar, onderwijzer of
bollenkweeker is, n'importe, een ieder
is vrij, en van een mes op de keel zetten is
geen sprake meer. De andersdenkenden
hebben leeren inzien dat er met ons niet
meer te spotten valt, en de boeman (huur
opzeggen, hooger pacht enz.) geen dienst
meer kan doen. Ze begrijpen nu zeer
goed dat ze ons naar de oogen moe-'
ten zien om niet overal uitgedrongen te
worden. En wat vroeger nog het aller
treurigste van de zaak was, is, dat de
Roomschen er dikwijls zelf de oorzaak
van waren. Immers, onze partij was over
wegend de sterkste, had ook de meer
derheid in den Raad, doch het dagelijksch
bestuur was overwegend niet-Roomsch,
en dit had toch zoo gemakkelijk anders
kunnen zijn, althans tegenwoordig heb
ben onze mannetjes dit begrepen en heeft
het dagelijksch besiuur dezelfde kleur als
de meerderheid van den Raad en de
zaken marcheeren best. Een der omstan
digheden, die vroeger oorzaak waren van
zulk een toestand, zai ongetwijfeld wel
geweest zijn dat een ieder raadslid werd
en niet zoo nauwkeurig werd gekeken.
Destijds bestonden er „onder-onsjes", en
wie bij zulke bijeenkomstjes van de
vriendjes was of het meeste weg gaf,
was de gelukkige. Of die uitverkorene een
onafhankelijk man was, en vrij uit kon
spreken, och dit kwam er minder op aan.
Het is zelfs meermalen gebeurd dat er
iemand candidaat werd met groote meer
derheid van -temmen, doch het ongeluk
soort, ik heb ze uit Amerika mee ge
bracht".
O ja, dal was waar ook. Deze tabak
moest men oplettend rooken. De man
nen dampten zoodat dikke rookwolken
in het vertrek hingen.
„Wat kost deze tabak", vroeg de oude
heerboer na een lange tusschenpoos.
„Ze is op mijn velden gegroeid", ant
woordde Job.
Nu was men in eens op landbouw
kundig gebied aangeland en raakten de
tongen los. Job vertelde van de beet
wortels en tarwe, van nieuwe ploegen en
eggen. Ten slotte liet hij los, dat hij
een boerenhofstede wilde koopen.
Twee paar oogen keken vol achting
en verw ondering naar Weikamp. Een hof
koopen. Niet eens een keuterij. En dat
zei deze man met een kalmte, alsof een
hof poppenspel was. Hij moest veel
geld hebben.
De oude Tweehuis had een idee; bij
Gröhling, die (hans tot zijn familie be
hoorde, had men een jonge boer noo-
dig. Hij kon daar eens aankloppen.
Job Weikamp knikte. Hij kon de zaak
eens overleggen. In zijn binnenste keur
de hij dit plan direct af. Hij! moest met
Hendriks belangen rekening houden en,
wilde zijn vrijheid niet inboeten. Neen,
hij wilde"iiiet inhuwêlijken. Bovendien
had van geen „onder-onsjes man te zijn,
en de man zakte, o zoo diep. Zoo iets zal
hier niet meer voorkomen, o neen, nu
wordt wel terdege uitgezien of een can
didaat in alle d.eelen van baron of jonk
heer onafhankelijk is, om vrij uit zijn mee
ning te kunnen zeggen, en die liooge
oomes niet naar de oogen behoeven te
zien. Heer Hoofdopsteller, ge begrijpt,
het wordt voorjaar, ten minste de blom
metjes beginnen hier in Waalsdorp zacht
jes aan uit den grond te komen en bren
gen w erk aan en daar een blommeman bij
blommetjes thuis hoort, is er nu wel wat
anders te doen dan brieven te schrijven
Zoodra er echter een oogenblikje ruim
te is, zal de Leitlschë Courant heusch
niet vergeten w orden.
BLOMMETJE BLOMMEMAN.
Gemeenteraad van Nieuwveen.
Voorzitter: de heer T. M. Baud, bur
gemeester.
Aanwezig 6 leden. Afwezig de lieer
van Bemmel.
De Voorzitter opent de vergade
ring met gebed. De notulen w orden voor
gelezen en onveranderd vastgesteld.
De Voorzitter leest een schrijven
voor van den Directeur der Hol!. Elec-
trische Spoorweg-Maatschappij, waarin
deze op een desbetreffende vraag van
den Burgemeester mededeelt, dat het in
de bedoeling ligt ie Nieuw veen een sta
tion te plaatsen. Deze informatie is ge
nomen op verzoek van den heer Konst
die een en ander had hooren tegenspre
ken.
Vervolgens heeft dc Voorzitter op
verzoek van den heer van Leeuwen een
onderzoek doen instellen voor de nabij
de KaPenbrug gepleegde straatschende
rij.
De heer van Heusden heeeft den
Rijksveldwachter hieromtrent verklaard x
dat hij des avonds rumoer gehoord
heeft, dat hij daarna r.aar buiten is ge
sneld, en gezien heeft dat een paar per
sonen wegvluchtten.
Voorts deelt de Voorzitter mede,
dat tot lid van de Gezondheids-Commis
sie is benoemd de heer P. W. Marie, arts
te Moordrecht.
Ingekomen zijn de volgende stukken
een schrijven van de Directie der Holl.
Electrische Spoorweg-Maaischappij, in
houdende een overzicht van de gesloten
overeenkomsten, de toegezegde subsi-
diën enz.
De Voorzitier deelt mede, dat
Nieuwveen de subsidie ook heeft toe
gestaan, onder Voorw aarde, dat geen ge
meente bevoorrecht zal worden, en spr.
is van meening dat zulks ook inderdaad
niet is geschied.
Op verzoek van den heer Kiebert
zal dit schrijven bij de leden circuleeren.
Vervolgens wordt het jaarfijksch verslag
van liet Hoofd der openbare lagere
school alhier, voorgelezen.
Voor kennisgeving aangenomen.
Op een verzoek van S. Bodegraven
om ontheffing van zijn aanslag in het
schoolgeld, en eenzelfde verzoek van C.
Plomp, wordt gunstig beschikt.
Thans komt in bespreking de verla
ging van de z.g. Zaagmolenbrug.
De Voorzitter heeft hieromtrent
een onderhoud gehad met den Voorzit-
-ter van de Malerij en den Opzichter van
den Nieuw koopschen Polder, en kan me-
dedeelen, dat zij eenstemmig van oordeel
zijn, dat de brug veel te smal en daar
om gevaarlijk is en bovendien boog ligt,
wat ook bezwaren heeft. De heef Mol,
opzichter van den Polder heeft een be
grooting van de kosien volgens twee
plannen ontworpen. Bij hei eerste heeft
hij op het oog het wegnemen der brug
en het maken van een duiker onder den
weg, w aardoor de w eg op gewone hoog
te komt.
De hiervoor te maken kosten worden
geraamd op f300.
Het tweede plan betreft verlaging van
de brug met 70 cM. en {egelijk verbreed
tot 4.80 M. Deze kosten bedragen on
geveer f 350.
De Maleriï heeft ool^ groot belang bij
deze verandering, en stelt voor, dat èn
de gemeente èn de Malerij met betrek
king tot het eerste plan tezamen 1/3 in de
kosien, dus elk f50 bijdragen.
dacht hij heelemaal nog niec aan her
trouwen, en. als hij er eens toe over
ging, dan koos hij. zich geheel uit eigen
beweging een vrouw. Zijn eerste hu
welijk had hem weinig geluk gebracht.
De halve toezegging ,die li ij aan Twee
huis had gedaan, was eigenlijk reeds te
veel. Hij was ten laatste echter mees
ter over zijn doen en laten.
Tw ee uur later wandelde Clemens en
Job Weikamp naar „Heidehoeve" terug.
Clemens was weinig spraakzaam als al
tijd en Weikamp had reeds zooveel moe
ten vertellen, dat hij fel ij' was te kunnen
zwijgen. Oude dierbare herinneringen
werden hem voor derj geest getooverd.
Hier was vroeger zijn opslagplaats van
hout, gindsche w eide had hij in et groote
moeite aangelegd. Voor hij het wist,
stond hij voor de heidewoning.
Trees kwam hen tegemoet. Zij had
aardappelen in de schuur uitgezocht en
ze voor het pooien gereed gemaakt. Ma
rie hielp haar daarbij. Het grove grau
we boezelaar had zij afgedaan en veeg
de er dc handen aan af.
„Welk nieuws brengt je van den
Schoutenhof?"
Weikamp antwoordde niet aanstonds.
Met doordringenden blik keek hij Trees
aande frissche kerngezonde boeren
dochter viel in zijn geest. Hij stiet zijn
De Voorzitter deelt de meening,
dat deze voorziening in het belang is
van het publiek verkeer en stelt daarom
voor den Polder te verzoeken, de brug
weg te nemen overeenkomstig het eer
ste plan, mei toekenning eener subsi
die van de gemeente van f 50, dus sa
men met de Malerij - of f100 in de
kosten bij te dragen.
De heer Habermehl kon zich hier
mede niet vereenigen en meent, dat de
Malerij er groot belang bij heeft, en niet
het publiek, zoodat bij het billijk vindt,
dat de Malerij alleen in de kosien bij
draagt.
De V o 0 r z i 11 e r repliceert, dat hij
nooit hei belang van de Malerij op het
oog heeft gehad, evenmin ten aanzien
van de demping van de sloot aldaar.
De raad heeft hiervoor subsidie toe-
g*estaan, en heeft dus slechts hei alge
meen belang hierdoor willen dienen. Ook
is de Malerij de eenige particulier die
hiervoor bijdraagt omdat zij vooral veel
belang er bij hééft.
De heer van Lee u w e n heeft ook
bezwaar legen het wegnemen van de
brug, aangezien het water dan niet meer
per vaartuig ie bereiken is, wat voor
hem en wellicht ook voor Noteboom
groote moeilijkheden zou veroorzaken,
aangezien zij' aldaar steeds bagger en
mest moeien lossen.
De Voorzitter voert hieriegen
aan, dat de raad het belang van twee
personen niet mag stellen boven het al
gemeen belang.
De heer Konst oordeelt, dat door
verlaging van de brug, overeenkomstig
het tweede plan, twee partijen zijn ge
baat. Spreker kan zich er niet best mee
vereenigen, dat twee personen overlast
wordt aangedaan.
De Voorzitter wijst er met klem
op, dat wanneer de raad alleen f50 sub
sidie verleent ten behoeve van de uitvoe
ring van het eerste plan, de polder hier
geen genoegen mee zal nemen, aange
zien hij de onderhoudskosten der brug
blijft dragen, wat door wegneming der
brug dan vervalt. Althans de polder zal
in casu veel meer subsidie eischen.
De Voorzitter brengt thans zijn
voorstel in stemming. Het wordt ver
worpen met 5 tegen 1 stem, die van
den Voorzitter.
Daarna dient de heer Kiebert een
voorstel in lot verlaging en verbreeding
der brug overeenkomstig het tw eede plan
met toekenning oen gemeentelijke subsi
die van f75.
Na re- en dupliek wordt dit voorstel
aangenomen. "De Voorzitter stemt tegen.
Op de reclame tegen den aanslag in
den Hoofdelijken Omslag van D. van
der Ent, Braat en A. M. de Lange wordt
gunstig beschikt.
Namens B. en W. stelt de Voorzit
ter voor de boomen op de Algemeene
begraafplaats, welke blijkens onderzoek
te veel dood hout bevatten, tc doen
rooien, en daarvoor in de plaats te stel
len een groene haag.
Na eenige bespreking wordt hiertoe
met algemeene stemmen besloten.
De heer van Leeuwen vraagt of
den toestand der wegen en de wijze van
een en ander bij publieke inschrijving
zal geschieden.
De Voorzitter antwoordt, dat lie't
in de bedoeling ligt van B. en W. om de
boomen niet op stam maar gerooid te
vërkoopén dan zien belanghebbenden
wat zij koopen. De wijze van verkooping
wordt aan B. en W. overgelaten.
Bij de rondvraag bespreekt de heer
va n R ij n de toestand van het Blokland.
Spreker meent, dat hij die weg in ver
gelijking met den anderen weg slecht
wordt onderhouden.
Dc heer Konst pleit voor verhar
ding van het pad, gelegen tusschcn het
dorp en de Amstel. Door toeneming van
de bevolking aldaar meent spreker dar
zij er aanspraak op inag maken.
Na eene algemeene b„-schouwing over
den toestand der wegen en de wijze van
verbetering, zeggen B. en W. hun me
dewerking toe, naar een en ander een
onderzoek te doen instellen door deskun
digen.
Daarna w ordt de. vergadering geslo
ten.
stevige cikensiok in den zandigen bo
dem en zeide
„Veel nieuws is cr nu juist niet te
vertellen. Alles is bij het oude geble
ven. Maar mij dunkt, het duurt niet lang
meer en dan verandert bij ons in Mun
sterland ook alles. Als er maar eens
spoorwegen door het land rijden en nieu
we verkeerswegen zijn aangelegd, zal de
tijd niet ver meer af zijn, of ook bij ons
komen fabrieken en dan gaat alles met
stoom."
Verbaasd en ongeloovig luisterde
Trees naar Job's woorden. Clemens trok
een bedenkelijk gezicht en keek naar de
rustige heide. Voor hem was deze voor
spelling geen nieuws. Men sprak tegen
woordig over. niets anders dan spoor
wegen. Soldaten die hun dienstplicht
hadden vervuld, brachten in den afgcloo-
pen herfst het nieuwtje naar Sengen en
sindsdien hoorde men dikwijls de vraag
„Komt de spoorweg ook hier langs?"
Honderden plannen werden besproken.
De boeren wilden van de gevaarlijke
nieuw igheid niets weten. Dc w egvliegen
de vonken van de locomotieven zouden
de heide en de akkers in brand steken
en het stampende monster zou door de
geweldige dreuning de grondlagen bena-
deelen, terw ijl de rook dc lucht kon ver
pesten. Jot dusver was men zonder
Ingezonden Mededeelingen.
a 30 cents per regel.
I
B
Uwe FINANT1EELE maar
vooral uwe HOOGERE BE
LANGEN vragen van U, dat
Gij U en de Uwen laat ver
zekeren bij de
Levensverzekering Mij. te
HAARLEM.
De Maatschappij opgericht
uitsluitend dóór en, wat meer
zegt,krachtens hare statuten voor
immer, uitsluitend vóór Katho
lieken. (648)
Gemeenteraad van Ter Aar.
Voorzitter de heer Jhr. K. W. L. de Mu-
ralt.
Tegenwoordig alle leden.
Mededeelingen: Eene dankbetuiging
van A. S. J. J. Dinakgreve, ambtenaar
ter secretarie voor de verhooging zijner
jaarwedde; een schrijven van den heer
J. v. d. Eisen, waarin hij wegens ver
trek uit de gemeente ontslag neemt als lid
der commissie tot wering van schoolver
zuim. En nog eenige andere stukkeu die
voor kennisgeving worden aangenomen.
Voorts wordt gelezen een verzoek
schrift van het bestuur van den tuin-
dersbond „De Hoop geleidt ons", om wij
ziging te brengen in de diensturen van
het telefoonkantoor aan den Aardam, eu
wel zoodanig dat het kantoor is open
gesteld van des middags 2 tot -1 uur. De
Voorzitt- r-re-i* dat hiertegen geen
bezwaren zijn. Alle eden vereenigden zich
met het verzoek het kantoor op de aange
geven uren open te stellen eii wel van l
Juli tot 1 October; een aanvraag van
dc schietvereeniging „Piet Hein" om
voor hun oefeningen in gebruik te mo
gen nemen de lokalen van de openbare
school. De Voorzitter stelt namens
het dagelijksch bestuur voor op het ver
zoek niet in tc gaan, aangezien dc school
als gemeente eigendom voor die doel
einden niet geschikt wordt geacht. Mei al
gemeene stemmen wordt het voorste! van
het dagelijksch bestuur aangenomen een
schrijven van de gezondheidscommissie
te Bodegraven, waarbij voorziening ge
vraagd wordt met betrekking tot aan te
brengen verbeteringen van woningen in
de gemeente, volgens advies van den
vierden December 1911 aan Burgemees
ter en Wethouders gezonden en waarop
binnen eene maand geen beslissing was
genomen. De Voorzitter zegt dal aan
dat schrijven op den 6 Februari is vol
daan, doch teneinde aan eerstgenoemd
schrijven te voldoen stelt'hij voor overeen
komstig de besluiten van het dagelijksch
bestuur welke inmiddels worden mede
gedeeld, eene beschikking te nemen, uit
gezonderd liet doen rijzen van een zolder
in het pand C no. 34 en het doen aan
brengen van dekstukken op schoorstee-
nen door genoemde commissie aangege
ven. Met algemeene stemmen wordt al
dus" besloteneen schrijven van het ge
meentebestuur van Rijnzatervvoude, waar
in wordt meegedeeld dat de raad dier ge
meente in beginsel besloten heeft, tot sa
menwerking met de besturen van deze ge
meente en van Wou brugge ter verkrij
ging van opname in het spoorwegnet.' In
verband hiermede zegt de Voorzitter
dat naar aanleiding van eene onlangs
plaats gehad hebbende conferentie dc ge
meentebesturen van Woubrugge, Rijnza
tervvoude en Ter Aar van eerstgenoem
de gemeente alsnog bericht wordt ver
wacht en in geval van medewerking van
die gemeente een gezamenlijk adres zal
spoorweg heel goed klaar gekomen
waarom zou bet in de toekomst niet
evengoed gaan Kort en krachtigde
boeren lieten zich aan het nieuwmodische
ding niets gelegen liggen. Desondanks
werd steeds beslister beweerd, dat over
korteren of langeren tijd een spoorweg
van Munster naar Rheine en Emden zou
worden gelegd.
Spraakloos ging Clemens het huis
binnen; hij trok zich terug en ging da
delijk aan den arbeid. .Trees verrichtte
bezigheden aan den haard en Job keek
haar zwijgend aan en smeedde toekomst
plannen. Zijn plannen hadden een góe
den grondslag en waren geenszins on
doordacht of lichtzinnig. Hij overwoog
de vraag, of hij niet spoedig naar een
vrouw moest omzien. Als hij slaagde een
goede boerderij te koopen, kon hij, trots
zijn veertig jaren, nog wel een poging
wagen. Maar hij had den tijd.
Trees' gebabbel onderbrak zijn gedach-
tengang. Zij was met dc toebereidselen
voor het maal gereed en nam een oogen-
blik naast haar gast plaats, die zoo ont
zettend veel nieuws wist. Zij had wer
kelijk fespect voor hem. Wanneer zij
hem hoorde vertellen, ging haar hart nog
geheel anders open als bij het lezen van
boeken,
(Worcrt veryplgd)V