Karadatsch al zijn .mannen in dlea strijd geworpen. Een reus gelijk in kracht en gestalte, van top tot teen in het harnas en met een geweldige knots .gewa pend, drong hij vooruit aan 't hoofd der 'zijnen, wierp hij $en eersten aanval twee ridders om ver, verbrijzelde een der Cata- lonïers den schedel en sloeg als een -waanzinnige op zijn vijan den in. Het werd nu een- vree- selijke kamp van man .tegen man op leven en dood. Het klei ne 'hoopje ridders en roeiers raakte in 't gedrang en had moeite -zich tegen de geweldige slagen van den Karadatsch te beschermen. Toen stormden de monniker met pater Balduin aan 't hoofd tot ontzet der rid ders aan. Balduin kwam juist op tijd om met zijn schild den slag op te vangen, diie voor rid der Archibald bestemd was. Het sterke ijzerer schild sprong kletterend aan stukken, maar nog voordat de reus zijn doo- delijk wapen nogmaals had op geheven, trof hein de strijdbijl van Archibald aan het voor hoofd. De Karadatsch tuimelde half om en viel, door een twee den slag van Balduin getroffen, brullend als een dolle stier op het dek neer. De roovers, door den val van hun aanvoerder ontmoedigd, trokken zich terug en zochten vluchtend hun eigen schip weer te bereiken. Maar hier kwam hun een an dere vijiand tegemoet. De Chris ten galeislaven waren door de open gerammeidevdeur uit het ruim op het dek gedrongen en vielen nu. met knuppels, stok ken en bijlen gewapend, op de roovers aan, en dezen, nu tus- sohen twee viianden in 't nauw gedreven, werden tot op den laat-sten man neergehouwen. Daarmee was de overwinning bevochten. Zij had den Chris tenen zes dood en en vijftien ge wonden gekost. De lijken dèr Turken -werden zonder verde ren omslag in zee geworpen, die der Christenen afgelegd en IIET NIEUWE RAADHUIS TE CASTRICUM, een alleraardigst in 17de eeuwschen stijl gehou den bouwwerk, dat dezer dagen in gebruik is genomen. DIRK NADFRMAN EN NEELTJE HOOGEEOOM te Roelofarendsveen, mochten dez*er da gen den dag herdenken, waarop zij voor 58 jaren door Pas oor van der Stadt z.g. in de oude kerk in den echt werden verbonden. Wel hebben de laslen der jaren hun ruggen eenigs- zins gekromd, doch overigens zijn ze nog zeer goed bij, zoodat Grootje zelfs nog van Pastoor's trouwpreek wist te vertellen. Mogen de brave en steeds opgeruimde oudjes vooral door den steun der meergegoede ingezetenen nog een paar gelukkige jaren beleven! de verwonden door pater Roderick verbonden. Hierna begaf zich Archibald, begeleid door den prior en een/ige ridders en monniken, naar het rooversscihip. Zij zagen, hoe daar twee jongens hoog boven in den masttop zaten, hoe ze de zwarte d-rakenvlag jubelend naar beneden haalden, terwijl de bevrijde galeislaven hen onder aan den mast ston den toe te juichen. Het waren Jean en Filippo, die, zoo gauw de strijd geëindigd w.as, op het dek geklommen en dadelijk op den lustig flad-- derenden wimpel aangevallen waren. De galeislaven waren nu bezig om met -behulp van smidshpmer en tangen hun voeten van de kettingen te -bevrijden. Zij begroetten de .ridders en monniken met luid 'hoera geroep en drongen vooruit om den paters de hand -te kussen. „Bewaart uw kettingen goed," sprak Archibald vriendelijk, „en brengt ze -aan O. L. Yr. ter Wacht in Marseille tot aandenken." MGR. TH. VAN ROOSMALEN C.S.S.R.. de nieuwe Apostolische Vicaris van Suriname, in bisschopskleedij na de plechtige wijding in de Bossche Kathedraal. 37 5 „Dat zal geschieden1," bevestigde de grauwbaard, zoowaar ik Martin Jacquenart heet." „En de zwarte „Drakentong" moet ook opgehangen worden," bracht een heldere stem in 't midden. He-t was Jean, die als een eekhorentje langs de touwladder naar beneden geklommen was en de vlag triumfeerend achter zich aansleepte. „Wel, wel, hoe komen jelui hier?" vroeg Balduin, „gij waart toen in het ruim opgesloten?" En Jean vertelde omstandig hoe alles gegaan was. „Mooi," moedigde pater Balduin hen aan. „Maar ga nu naar uw vader en' meld hem onze overwinning; hij zou nog door ongeduld verteerd wor den." En vroolijk liepen de jongens weg. „Eene vraag, riddeT," zei de grauwbaard, „wat zal er met den „Draken-tong" gebeuren?" „Die gaat in vlammen op!" „Verbranden't zou jammer wezen van het mooie schip!" ,,'t Kan wel zijn, maar de vlammen kunnen niet spoedig genoeg deze planken verteren, waarvan iedere duim hout met bloed en schande zij bezoedeld. En dan, de ridders van on ze orde mogen -bovendien geen buit m-alken." „Een uitgezonderd," merkte pateT Balduin op, „en dat zijn de gevangen broeders." (Wordt vervolgd.! DE GEPENS. SERGEANT-MA JOOR B, H. EREN SEN, die na 57 dienstjaren in het Mi litair Invalidenhuis te Leiden werd opgenomen en aldaar op 26 November ziin 90en verjaar dag hoopte te vieren, is Donder dag jl. plotseling overleden! BURGEMEESTER MOOIJ VAN CASTRICUM, de verdienstelijke, ijverige en wel willende burgen ader de/or wel varende gemeente, die vol opge wektheid het besiuur voert en nu in het nieuwe Raadhuis troont

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1911 | | pagina 11