V
364
T
#- 'V
S,
-
5cknctrLi
GRIEKSCIIE SCHIPBREUKELINGEN IN
IJMUIDEN
in het Kanaal zonk dezer dagen, bij stormweer,
het Griekscbe stoomschip de „Lordon Sirro'',
door de „Grotius", een Nederlandsche mailboot
werden drie man van het schip gered en te
IJmuiden aangebracht, waar onze fotograaf fce
kiekte.
EEN ZELDZAAM ONGEVAL TE ROTTERDAM:
de st-eenkoo 1 transpor leur Holland, die aan de kade te Feijenoord lag, kantelde dezer
dagen bij het zakken van het water, en sloeg op den wal, waarna het schip zonk.
Onze fotograaf maakte een aardig kiekje waaruit de omvang van het ongeval is te
zien.
Eindelijk was de beurt aan Jac
ques d'Elbris om in hert heiligdom
te worden toegelaten....
En toen hij er uitkwam! Welk
een teleurstelling! Welk een ineen
storting van al zijn hoopvolle ver
wachtingen
Ja, hij had vage uitspraken ge
hoord. over jonge auteurs, raadge
vingen en verontschuldigingen.
Maar ten slotte was het harde
woord toch gesprokenmen had zijn
„Drama op het land" geweigerd!
Zou hij zich bij anderen aan een
nieuwe teleurstelling wagen? Hij
was door deze eerste weigering
reeds geheel ontmoedigd! Zelfs kon
hij den weg terug naar zijn hotel
niet afleggen. Hij ging op een bank
zitten en bleef daar geruim en tijd
neerslachtig met het hoofd in Je
handen droomen. Al zijn moed en
vertrouwen van den vorigen dag
was weg. Treurig schudde hij einde
lijk het hoofd en mompelde:
„Ik heb een schoonen droom ge
had!"
Hij stond op en bereikte, met tra
ge schreden voortgaande, zijn hotel.
Hier was .zijn eerste werk, aan zijn
oom te schrijven.
Parijs, Juni 18.
Waarde Oom,
Ik ben diep terneergeslagen.
Men heeft mij zoo duidelijk te ver
staan gegeven dat ik nog niet rijp
ben voor het schrijven van een werk
van hooge letterkundige waarde,
dat ik van alle verdere pogingen afT
zieIk ben dus arm v,oor altijd
en kan mijn verloofde niets aanbie
den dian mijn toewijding. Moge de
Voorzienigheid mij te hulp komen.
Ik schrijf u dit in het kort. Mijn
verdriet belet mij in bijzonderheden
te treden.
Ik zal mijn verblijf to Parijs niet
verlengen, want ik verlang naar
een vriendelijken handdruk, naai
den troost van liefderijke woorden.
Tot een spoedig weerzien, waarde
oom! Zeg aan Yvonne, dat indien ik onder mijn echec lijd, als ik er
geheel door ontmoedigd ben, het is om harentwil. Voor haar" had ik
van een schoone toekomst gedroomd.
Uw neef,
Jacques d'Elbri s".
Toen Pierre Commercuc dit schrijven ontving, wandelde hij dooi
de lanen van zijn huis met een vriend zijner jeugd', Sir Edward Bilson.
Deze rijke Amerikaan had zich bij zijn komst in Frankrijk verheugd
op het weerzien van den schrijver, dien hij hoogachtte om zijn talent,
zijn bescheidenheid) en zijn eerlijkheid en met wien hij sedert meer dan
twintig jaren een trouwe briefwisseling onderhield.
EEN-. ALLERAARDIGST KIJKJE OP EEN AMER1KAANSCH OOR
LOGSSCHIP:
een modern slagschip der Vereenigde Staten, van boven gezien terwijl
het door sleepboolen wordt buitengehaald. De eigenaardige .staal-
kooi' -masten en de reusach tige' kanonnen (vergelijk de lengle er
van met de personen die er bij staan) zijn op-de foto goed te zien.
De beide vrienden vergaten in
de vreugde van het wederzien de
vermoeienis en wandelden onder
gesprekken over vervlogen d,agen
langen tijd in den zeer grooten
tuin. Ze hadden elkaar in ruim
twintig jaren niet gezien en die
jaren hadden voor beiden zeer
veel verandering gébracht. Op
den Amerikaan hadden de jaren
echter niet dien invloed gehad als
op den ouden journalist.
„Ja, mijn waarde Commercuc,"
sprak hij met zijn zwaar, ener
giek geluid, „ik heb gewerkt dag
en nacht. Maar wij, burgers van
het vrije, Amerika, wij houden v-an
hard werken. Ge (herinnert u wel
d;a.t ge mij gekend hebt als een
armen handelsagent In Amerika
heb ik schepen bezocht, ien aan
leg van een spoorweg bestuurd,
landerijen gekocht en verkocht en
nu ben ik millionair."
Na eenige oogenblikken i^aden-
kens, gang hij vooTt:
„Ik wou dat ik een zoon had.
Ik heb mij vaak afgevraagd vac
er van het huis Bilson zal worden
als ik er niet meer ben."
Op vroolijken toon ging hij
daarop weer voort:
„Daar gij, mijn vriend, niets
voor u zelf wilt laannemen, Iheb ik
besloten uw neef aan een flinke
positie te helpen. Ge hebt me in
uw brieven over dien jongen man
gesproken. Volgens uw zeggen
moet hij een begaafde jongen zijn.
Waarom is hij niet naar Amerika
gekomen? In ons land draait het
rad der fortuin met groote snel
heid, menschen en zaken gaan
daar steeds met de vaart van een
expresstrein. New-York is een
plaats waar hij, gesteund door
mijn raad en mijn invloed, niet
lang zal behoeven te wachten om
een goudmijn te vinden."
Commercuc's gelaat betrok. De
scheiding v-an Jacques zou hem
vecsl verdriet doen.
De Amerikaan haalde de schouders op.
„Jullie hier in Frankrijk zij-t veel te sentimenteel. Mijn hemel, uw
Jacques kan u toch voortdurend van zijn leven op de hoogte 'houden."
En met een zeker gezag ging hij voort:
„Dat is dus afgesproken, ik zal den jongen man medeneanen om mij
>n mijn ondernemingen bij te staan. Ik maak hem tot mijn sec ret a-is,
mijn rechterhand. Vindt ge het goed?"
Pierre C'ommurcuc glimlachte bij deze snelle beslissing.
„Jacques is een dichter," zei hij, „en men beweert dat dichters slechte
zakenmensehen zijn. Vergis u niet, Bilson."
Du Amerikaan keek hem vlak in het gelaat.
„Uw neef is de rechtschapenheid zelf, niet waar?"
„O ja, ik sta voor hem in -als voor mij zelf."
Bilson dacht een oogenblik na