Van harte heet ik u allen, uit naam van het bestuur van de gemeente Lei den en ook uit naam van de ingezetenen dezer stad, welkom binnen de muren van dit al-oude Raadhuis. Het besluit, om de Algemeene verga dering van de Hollandsche Maatschap pij van Landbouw op den 13den Sep tember 1911 te Leiden te houden, werd door het gemeentebestuur met in genomenheid begroet, en om de eer die de gemeente daardoor te beurt viel, én om de levendigheid en drukte, die de tentoonstelling, meestal onafscheidelijk aan de jaarvergadering verbonden, bin nen onze gemeente zal brengen. Lang reeds, juist 19 jaren, i» het ge leden, dat de Algemeene vergadering, gevolgd door eene tentoonstelling, bin nen Leiden plaats had en dit is nog maar ten deele waar. Voor 19 jaar namelijk Inoest Leiden zelf weer de gastvrijheid eener naburige gemeente inroepen en pnocht die ook genieten het Raam land van de gemeente Leiden, waarop de ten toonstelling gehouden werd, lag toen nog onder de gemeente Zoeterwoude. Thans zijn wij in staat volle gastvrij heid te verleenen en we doen dat met lust en opgewektheid, omdat Leiden veel voelt voor den Landbouw, veel voelt \oor de Hollandsche Maatschappij. Wel is waar beoefenen niet velen on zer ingezetenen het landbouwvak, gevolg van de geringe territoriale uitgebreid heid onzer gemeentedaarentegen is cel: Ier Leiden te beschouwen als de metropolis van een groote welvarende landbouwende streek, landbouw in den ruimsten zin van het woord. Is de landbouw nog steeds de hoofd bron van ons volksbestaan, wij liggen hier te midden van een groot aantal ge meenten, waar land- en tuinbouw, bol- Jcn, boom- en vruchtencultuur en spe ciaal veeteelt en zuivelbereiding de voor naamste bronnen van welvaart voor de groote meerderheid der bewoners zijn. Binden ons dus vele banden aan de landbouwende streek, in welker midden wij zijn gelegen, binden ons vele ban den aan den landbouw zelve hoe zou den wij dan geen sympathie gevoelen voor de Holl. Maatsch. en hare afdec- ling Leiden? De Hollandsche Maatschappij, die se dert hare oprichting in 1847 zooveel ge daan heeft, om deu hoofdtak van onze nationale productie omhoog te werken, die handelde en steunde toen geen an der dacht om de hooge belangen, die op hei spel konden staan. Heeft ook niet dc Holiandsche Maat schappij den stoot gegeven tot oprich ting van hfet Botercontrólestation in Zuid-Holland en van de beide kaascon- trolestations in de twee Holl. provin ciën Is aan haar niet te danken de instel ling van de Zuivelconsulentschappen in Zuid en Noord-Holland? Doch genoeg, meer bevoegden zullen zonder eenigen twijfel dezer dagen wel doen uitkomen, al het nut dat de Holl. Maatschappij reeds stichtte en nog al tijd bliift stichten. Niet onvermeld mogen hier ook blij ven de groote belangstelling en de groo te steun door de Hooge Regeering in .latere tijden aan den landbouw betoond en geschonken. Namens de gemeente breng ik hiervoor mijne oprechte hul de aan den hier aanwezigen Directeur- Generaal. Doch ook de Regccring en de vroed schap dezer stad is niet achtergebleven. Hoe kon het ook anders. Geeft onze sleutelstad niet haar naam aan een voortreffelijk en uitermate sma kelijk zuivelproduct, en voert dat zuivel- proauctn iet hetzelfde wapen als wij? Leiden is dan ook bij den landbouw bekend om hare bloeiende vee, boter, kaas-, groenten- en ooftmarkten, ai het valt niet te ontkennen, dat Leiden, voor zooverre het in haar vermogen is, veel in het belang van die markten doet. Ik noem hier slechts de belangrijke vergrooting van de veemarkt in 1905, de oprichting van een vette varkensmarkt den bouw van een weegloods, de oprich ting van een veilingloods voor groenten en ooft, en ten slotte de stichting van een abottoir, eene inrichting in het be lang van den landbouw, evenzeer als in dat van vleeschhouwer en consument. Wellicht zou binnenkort de instelling van een paardenmarkt nog hierbij ge- genoemd kunnen worden. En dat de verbeteringen en v^igroo- tingen van de veemarkten den bloei dier markten heeft doen toenemen, dat be wijst wel het feit, dat sedert de vorige [landbouwtentoonstelling in deze ge beente, dus sedert 1892 het aantal jaar lijks ter markt aangevoerde runderen is gestegen van 26000 tot 44000, het aan tal kalveren van 5000 tot 7000, het aan tal schapen en lammeren van 92.000 tot 100.000 en het aantal varkens en big gen van 17000 tot 64000. Het zij mij vergund thans nc^gi een enkel woord over de zoo straks te ope nen tentoonstelling te zeggen. Zeer zeker vallen hoogelijk te roe men de onvermoeide werkkracht en de onvermoeide werkzaamheid van het be stuur der Leidsche afdeeling en van dc •verschillende sub-commissies, die af gaande op het onlangs verschenen pro gramma, inderdaad, al wat mogelijk iSj gedaan hebben, om de tentoonstelling goed te doen slagen, en zoo aantrekkelijk mogelijk te maken. Ontmoedigd en mistroostig gestemd moet wel het afdeelingsbestuur zijn ge weest toen in de eerste jn aa n den dezes jaars, als 'r ware in her zicht der ten toonstelling, het mond en klauw-zeer uitbrak en zich zeer snel allerwege heen verspreidde. Een oogenbük werd er soms gemom peld ,,de tentoonstelling gaat niet door" doch de moed van het bestuur verflauw de niethet zette met nieuwen ijver zijn werk voort eu ik ben er van overtuigd, dat, als straks de tentoonstelling geo pend is, a! zijn dan ook de belangrijke afdee'ingen groot en klein vee moeten vervallen, dat dan zal blijken, dat deze tentoonstelling uitmuntend geslaagd is dank zij de veie eri belangrijke inzen dingen in dé afdee'ingen zuivelproduc ten, landbouwwerktuigen, tuinbouw, vruchten-, en bloementeelt, paarden, pluimvee, enz. enz. Bovendien zal dour de uitstekende zor gen van de feestcommissie ai van de Commissie voor het concours-hippique voor de ncodige attracties gezorgd wor den, zoodat aan het nuttige en interes sante het aangename zal gepaard ga na. Wanneer ik thans eiudig, dan doe ik dat met den wensch, dat de Algemeene Vergadering op morgen belangwekkend en goed bezocht moge zijn, dat de Landbouwtentoonstelling talrijke bezoe kers tot zich moge trekken en goed mo ge slagen, dat de Landbouwbelangen én door de vergadering én door de ten toonstelling gebaat mogen worden, en dat deze landbouwweek in Leiden er toe zal bijdragen, om den band tusschen burgerij en bewoners van de omliggen de gemeenten meer en meer te verster ken. Dat zij zoo. Mr. C. P. Zaaijer, voorzitter van het hoofdbestuur der Holl. Maatsch. van Landbouw, drukte namens het hoofdbe stuur zijn erkentelijkheid uit voor de hartelijke ontvangst. Spr. zeide verheugd te zijn, omdat Leiden een dubbele be- teekenis voor tien landbouw heeft. Lei den is van huis uit een landbouwplaats, daarna is de industrie gekomen en ver volgens de wetenschap, maar nimmer heeft Leiden zijn beteekenis als land- oouwstad verloren. Spr. herinnert hoe de Leidsche veemarkten zijn ontstaan door de nijverheid, die wol noodig had. Spr. herinnert hoe Leiden voorts als stad c4er wetenschap voor den landbouw herinnert dat het hooger onderwijs het fundament van alle onderwijs moet zijn. Spr. stelt een dronk in op het gemeen tebestuur van Leiden. (Applaus.) Daarna begaf men zich weer per ex tra tram naar den Rijnsburgersingeil om door den hoofdingang het terrein te te bereiken. Deopeningsplechtiglieid. In en voor het hoofdgebouw hadden zich een groot aantal genoodigden ver zameld. Er werden opgemerkt vele le den van het Eere-Gomité, de burgemees ters van de omliggende gemeenten, civie le en militaire autoriteiten. Mr. A. J. Fokker, voorzitter van de afdeeling Leiden en omstreken, sprak de welkomstrede uit en wijdde daarbij aller eerst enkele woorden aan tie nagedach tenis van twee mannen, die tijdens de voorbereiding der tentoonstelling aan hun gezinnen en aan de maatschappij ont vielen, nl. mr. J. C. de Marez Oyens, die als voorzitter van den Tuinbouwraad in het Eere-comité zitting had en daarmede de bijzondere beteekenis erkende, die eene landbouwtentoonstelling in deze streek ook voor den tuinbouw heeft, alsmede jacobus de Graaf, bestuurslid der afdee ling, die hem siechts noode kon missen. Spr. veiwelko nde d.n Directeur gene. raai van den landbouw, die op zich had willen nemen de tentoonstelling te ope nen, welk bewijs van belangstelling, dat spr. meende te mogen beschouwen ook als een bewijs van belangstelling van de Hooge Regeering, op bijzonderen prijs wordt gesteld. Spr. uitte zijn gevoel van dankbaar heid jegens allen, die de tentoonstelling moreel en financieel steunden. Jegens Z. K. H. den Prins der Nederlanden voor het aanvaarden van het bescherm heerschap; jegens H. M. de Koningin en de Koningin-Moeder voor het schen ken van medailles, jegens den Minister van Landbouw voor het toekennen van een Rijkssubsidie. Niet minder dank bracht spr. aan de gemeente Leiden, die op onbekrompen wijze een deel van het risico op zich nam en een terrein ter be schikking stelde, mooier dan eenig ander, waarop wellicht ooit een landbouwten toonstelling werd gehouden. In 't bij zonder huldigde spr. jhr. de Gijselaar, van vvien het bestuur ondervond hoe krachtig de steun is, die hij weet tegeven aan zaken, waarmede hij meent, dat de belangen van Leiden zijn gemoeid, hoe hij daarvoor in de bres springt als hij die belangen bedreigt acht. Na zich nog afzonderlijk gericht te hebben tot de leden van het hoofdbe stuur en den heer Croessen, secretaris der Kon. Landbouwvereen., sprak mr. Fokker eenige erkentelijke woorden tot hen, die hun werkkracht, kennis en erva ring stelden ten dienste van het comité. Allereerst aan den bouwmeester, den heer W C. Mulder, aan de inzenders, aan den Directeur-generaai van den land bouw, door wiens medewerking een be langrijke regeeringsinzending tot stand kwam, in zoovele rubrieken verdeeld, maar te zamen getuigenis afleggend van de intense zorg van de regeering voor den landbouw en die aan de tentoon stelling een wetenschappelijk cachet geeft. Deze regeeringsinzending geeft een uit nemend beeld van den arbeid der Ke gel, ring ten bate van den vaderlandschèn landbouw. Spr., die niet alle commissies en juryleden afzonderlijk kon gedenken, maakte een uitzondering om jhr. Six. den ijverigen secretaris, wellicht tegen zijn zin, openlijk een woord van warmen dank en oprechte hulde ie brengen. Voor hem zal het weislagen der tentoonstelling een machtige voldoening zijnmoge die eenige bekroning, die hem voor den arbeid ge geven kan worden, geschonken worden. En als de voorteekenen niet bedrie gen, zat de tentoonstelling siagen, al zou hei struisvogelpolitiek zijri, hier niet rui terlijk te erkennen, dat een rubriek ont breekt, die haar waarde zeer zou hebben vcrlKx.gci; een rubriek, die zou hebben kunnen doen zien, hoe de veeteelt is voortgeschreden en hoezeer het vcreeni- gingsleven op fokkerij-gebied in Zuid- Holland een niet minder hooge vlucht heeft genomen dan elders in den lande. Helaas aldus vervolgde spr. de omstandigheden hebben het anders ge wild. Het mond- eu klauwzeer is van onzen bodem nog niet geweken, al werd be weerd, dat de Hollanden uitgeziekt waren. Ai werd door menigeen onder ons, uit langdurige ervaring in de praktijk des levens sprekend, betwijfeld of uit een oog punt van besmetting er wel reden bestond om de afdeelingen Groot en Klein vee niet te iatcn doorgaan, van den uitkijk op den Haagschen toren, die ons ge- heek vaderland overziet, werd anders ge oordeeld. En in volle vrijheid, niet zonder moeite, maar zonder dat iemand ons iets aan het verstand behoefde te brengen, in het be sef, dat de Directeur-generaal ons jjeen advies, waarvan de opvolging ons zoo smartelijk zou zijn, zou geven, indien dringende redenen dat niet onvermijdelijk maakten, namen wij het besluit, dat ook in den boezem oirzer afdeeling tot cri- tiek aanleiding gaf. Een critick, waarop ik hier niet zal in gaan, het is daarvoor hier de plaats niet, maar een critiek, die gemakkelijk kon worden geoefend, omdat zij met het dragen van verantw oordelijkheid niet ge paard ging. Ons besluit heeft mij ontlast van de drukkende angst, dat mogelijk onze ten toonstelling nieuwe haarden van besmet ting zou kunnen doen ontstaan; dat nieu we verliezen van onzen veestapel, die waarlijk genoeg te lijden heeft gehad, op onze rekening kunnen worden gesteld. Bitter is deze teleurstelling vooral ge weest voor hen, die hunne beste krachten hadden gegeven om de afdeeling Groot vee te doen slagen niet atleen, maar om ze de clou van deze tentoonstelling te maken. Hun werk kan hun lo,f niet meer zin gen de vrucht van hun arbeid mocht niet tot rijpheid komen, maar de com- jnissiën, zoowel groot- als voor het klein vee zullen hier onzen dank wel in ont vangst willen nemen. Gelukkig dat wij hier tegenover mo gen wijzen op .een afdeeling zuivel, die in belangrijkheid evenredig is aan de zorgen aan hare voorbereiding besteed. Zullen wij ons doel hebben bereikt, zal, zoo deze tentoonstelling is geslo ten, van haar kunnen worden gezegd;, dat zij den landbouw op de baan van den vooruitgang een schrede verder heeft gebracht Dank zij krachtigen regeeringssteun, en machtige ontvouwing van vroeger sluimerenden, eigen krachten mogen wij hier de resultaten van een vooruitgang aanschouwen, die in de laatste 20 jaren met reuzen passen voorwaarts schreed. Wanneer het zien van vooruitgang tot meerderen arbeid aanspoort en een prik kel is tot nieuwe kradiüsifiepanning, dan durf ik de zooeven gestelde vraag onmiddellijk bevestigend beantwoorden. Ten slotte verzocht spr. den Direc teur-generaal de tentoonstelling te wil len openen. (Applaus.) Aan deze uitnoodiging voldeed de heer van Hoek door het uitspreken eener rede, waarin hij herinnerde aan de vele goed geslaagde exposities der Holl. Maatschap pij en speciaal aan de groote landbouw tentoonstelling van 1907, die een blijvend succes werd voor de Maatschappij en die, niettegenstaande het ontbreken van het rund- en kleinvee aan geheel Nederland de groote beteekenis van onzen landbouw openbaarde en tevens leerde dat eene goed georganiseerde landbouwtentoon stelling een demonstratief onderwijsmid del is van den eersten rang. In andere landen, met name in En ge land, Duitschland, Zweden, heeft men dit eerder leeren inzien dan bij ons hoewel door de oprichtaig in 1908 van de Konink lijke Neder]. Landbouwvereeniging in de gewenschie richting wordt gestuurd. We hebben dan ook reeds eenige ten toonstellingen, zoowel in hei ressort der Holiandsche Maatschappij van Landbouw als in dat van andere landbouwmaatschap- pijen gehad, waarin de nieuwere denk beelden aangaande dé landbouwtentoon stellingen meer of minder aan den dag traden. 't Doet spr. genoegen, dat te kunnen constateeren, omdat de ernst van den ar beid der landbouwmaatschappijen ook moei spreken uit den degel ijk en opzet ha- rer tentoonstellingen en dat de zoo dik wijls en niet altijd ten onrechte gecritiseer de landbouwfeesten afbreuk kunnen doen aan het prestige eener landbouwmaat- schappij. Ten einde de tentoonstellingen steeds beter aan haar doel te kunnen doen be antwoorden en voor elke volgende ex positie te kunnen pro jitter en van de erva ring bij cenc voorgaande opgedaan, komt het spr. wenschelijk voor, dai elke maat schappij voor zoover zulks nog niet het geval is over een commissie voor de ten toonstellingen b -schikt, die, desgew enscht in overleg inet den secretaris der Konink lijke Landbouwvereeniging, handelend en adviseerend kan optreden, indien eene ten toonstelling vanwege eene afdeeling dier maatschappij wordt georganiseerd. Thans gebeur! het nier zelden, dat in eene af deeling eene tentoonstelling moet worden georganiseerd, door cal comité, dat om trent eene zoodanige organisatie geene ervaring bezit. Ook op enkele andere zaken moet ver der de aandacht worden gevestigd. De organisatie eener tentoonstelling cischt tijd van voorbereiding. Dikwijls is die tijd te kort berekend, doordat slechts één jaar te voren tot het houden eener tentoonstelling bij gelegenheid eener al gemeene vergadering wordt besloten. Een voorbereiding van 2 jaar acht snr. noodig. De betrokken maatschappij of afdee ling heeft dan ook eenige meerdere ge legenheid om geiden voor de expositie af te zonderen en behoed niet zooals nu nog wel eens geschiedt, hare toe vlucht te nemen tot het houden van ver- lotingen, welke niet altijd eene waardi ge bron van inkomsten leveren. En wat spr. ten siottc ook gaarne zoude willen dat is, dat de landbouw maatschappijen ten aanzien van net hou den van gewone tentoonstellingen éeryg overleg met elkaar zouden willen ple gen. Dit zoude bevorderlijk zijn aan het verkrijgen van meerderen steun van Rijkswege, hetzij in den vorm van gel delijke bijdragen hetzij in den vorm van inzendingen. Na deze algemeene beschouwingen dankte spr. voor hef woord van welkom tot hem gericht. Dat bij de voorbereiding dezer ten toonstelling moeilijkheden en teleurstel lingen zijn ondervonden, is ons allen, bekend. Wij weten, dat droevige om standigheden den Voorzitter hebben be let, in den aanvang voor de expositie zooveel te doen als hij wilde. Toen kwam het mond- en klauwzeer. Het heeft niemand meer dan spr. leed gedaan, dat hij als gevolg daarvan heeft -moeten adviseeren tot weglating van de rubrieken groot- en kleinvee, niet al leen omdat daardoor een zoo belangrijk onderdeel, kwam te vervallen, maar ook omdat zijri raad grond vindt in het heerschen dier besmettelijke ziekte on der ons vee, waardoor aan onze veehou ders zulke énorme nadeelen zijn toe gebracht en nog wórden toegebracht en waarvan de gevolgen voor de toekomst nog niet zijn te overzien. Welke teleurstellingen echter ook mo gen zijn ondervonden bij de voorberei ding dezer tentoonstelling, spr. is daar van overtuigd, dat het tentoonstellings comité alle krachten heeft ingespannen om deze expositie te maken tot eene tentoonstelling, der Hollandsche Maat schappij van Landbouw waardig. Spr. twijfelt er niet aan of zij zal beantwoor den aan den eisch, dat zij is eene leer school voor aanschouwelijk landbouw onderwijs en in dat geval zal zij opwek ken tot nieuwe krachtsinspanning, zal zij sluimerende krachten opwekken en zal zij bijdragen tot den vooruitgang van de ontwikkeling1 van den landbouw in het algemeen en van dien in de omge ving van Leiden in 't bijzonder. Met den wensch, dat dit het resultaat moge zijn van den onverdroten arbeid van het comité voor deze tentoonstel ling, verklaart spr. haar voor geopend. (Applaus.) Het stedelijk muziekkorps speelde daar na eenige volksliederen. Hierna maakten de genoodigden een ommegang over het terrein. Om half twee had de opening plaats van het Lunapark met een toespraak van de heer H. W. Cahen, Voorzitter der feestcommissie en mr. A. J. Fokker waaraan laatstgenoemde wees, dat eene tentoonstelling nu eenmaal niet zonder vermakelijkheden kan slagen. Bekroningen. Afd. Zuivel. Fabrieksboter, voorzien van het Rijksmerk. Eereprijs, groote zil veren medaille, uitgeloofd door H. M. de Koningin en le prijs ad f 30: Coöp. Stoomzuivelfabriek en Melkinrichting, Eefde bij Zutfeneerste prijzen ad f30 Coöp. Stoomzuivelfabriek De Vrij heid, Holten; Coöp. Stoomzuivelfabriek, Beien en Coöp. Stoomzuivelfabriek, Koekange tweede prijzen ad f 20Coöp. Stoomzuivelfabriek Wilp bij Deventer; Coöp. Stoomzuivelfabriek Weddehoen, Goor en N. V. Stoomzuivelfabriek, Hei- no derde prijzen ad f5: Lonneker Coöp. Melkinrichting en Zuivelfabr. Enschedé; Stoomzuivelfabriek Samenwerking Gies- sen NieuwkerkCoöp. Zuivelfabriek Ju liana, Achtevelden Coöp. Stoomzuivel fabriek Dalen, diploma's: Coöp. Stoom zuivelfabriek de Eendracht, Giethoorn Coöp. Zuivelfabriek de Cloese, Lochem en Coöp. Stoomzuivelfabriek, Havelte. Boerenboter, voorzien van het Rijks- merk le prijs ad f30: P. van der Geest, Oud A d e (gemeente Alkemade). Twee de en derde prijs niet toegekend. Goudsche kaas met control em erk Goudakaas van 31/2 tot 6 K.G., le prijs, gouden medaille en Eereprijs, verguld zilveren medaille uitgeloofd door Mr. A. J. Fokker: W J.. van Beusekom,i Hekendorp; 2e pr., verg. zilv. med. en f10. A. Rijneveld, Waddingsveen; 3e wijs. zilv» med. en t5. M. C. Rieck Czn., Uudshoorn; 4e prijs, zilv. med. A. J. van Rhijn, Waddingsveen, eer volle vermelding, A. Breedijk, Wad dingsveen. Goudakaas van 6 tot 10 K.G. le pr. gouden med. M. Th. Kompier, Zoeter woude; 2e prijs verg. zilv. med. en en f 10. A. Verboon Jr., Voorscho ten, 3e prijs, zilv. med. J. Naber, Bloe- mendaal bij Gouda4e pr. zilv. med. M C. Pi eek, Oudshoorn, eervolle ver melding G. Verburg Czn., Leim ui- den en W. J. den Hertog, O uils- hoor n. Goudakaas boven 10 K.G. Eereprijs, groote zilv. med., uitgc-looiV door H. M. de Koningin en le pr., gouden me daille, uitgeloofd door liet K&ascontró- Jestation A. Oudijk, Moordieeiit; 2e pr. verg. zilv. med. en f20, B. den Her tog Pzn., Oudshoorn, 3e pr. zilv. med. en f 10. W. J. den Hertog, Ouds hoorn, 4c pr. zilv. med. Wed. A v ..d. Heuvel, Moordrecht Goudakaas van 6—10 K.G., zonder contrölenierk le prijs gouden med. S. Moons, R e e u vv ij k, overige prijzen niet toegekend. Goudakaas boven 10 K.G., alleen toegekend 4e pr. zilv. med. Lecn- dert de Vries Jzn., Gouda Verbetering. In ons verslag van de prijsuitdceling der teekenschool van den R. K. Volksbond staat bij de bekro ningen abusievelijk vermeld H. en J. Rij- zevoort. Dit moet beide wezen N. Rei/.e- voort. HILLEGOM. De balans der begrooting 1912 voor de gasfabriek geeft als eind cijfers: boten f 62527,29s, lasten f 57406,51* batig saido f5120,78. KATWIJK. In de alhier gehouden ge meenteraadszitting werd wna langdurige ciscussie over de al of niet wettigheid van de benoeming van een lijdelijk wet houder en een lijdelijk lid in de gas- en watcrlcidingcommissie besloten dc vergadering te verdagen tot hcdeima- middag vier uur. De burgemeester en de lieer De Ruij- ter Zijlker zouden een audiëntie aanvra gen bij den Commissaris der Koniny i», om diens advies in te winnen. ZOETERWOUDE. Ter vergadering van Ingelanden van den Oost- en West broekpolder op 11 Sept. jï. gehouden, waren verschenen 11 ingelanden te samen veriegenwoo'rdigende 144 stemmen. De voorzitter, de heer J. v. d. Poel, opende de vergadering en zeide dat een groote reparatie aan den Westbroek mo len aanleiding was tot het bijeenroepen der ingelanden. Het bestaande windpeitivv in den molen is gevaarlijk en moet nood zakelijk vernieuwd worden. Het bestuur steide voor dit te vervangen door een ijzeren, waarvan de kosten bedragen i 283. De Vergadering beslooi met algemeene stemmen daartoe over'te gaan. In verband met dit besluit werd een suppletoirc be grooting 1911 opgemaakt in ontvangst en uitgaaf van f290.40, en werden de polder- lasten voor 1911 gebracht van 1450 op f5.10. De voorziiter sloot daarna* de verga dering. GEWESTELIJK GEMENGD. Diefstal. Door den knecht van den landbouwer P. J. v. R. te Warmond is bij de po litie aangifte gedaan van het verbreken van z.;n op zolder aanwe^ge kist, waaruit ontvreemd was een portemonnaïe met geld en eenige gereedschappen. Na ingesteld onderzoek werden dc ge reedschappen gevonden in de kist van een anderen knecht, doch de por tem on na ie noch het geld was aanwezig. Nader on derzoek wordt ingesteld. De gevonden voorwerpen zijn in beslag genomen en voorts is van een en ander proces-verbaal opgemaakt. Brand. Waarschijnlijk door het stoken van een voederfornuis brak gisteren middag te Hiilegom plotseling een hevige brand uit in de bollenschuur van den heer S. de G., in de Ambachtstraat. De brandspuit was spoedig ter plaatse aanwezig en kon met succes de belen dende woonhuizen, die reeds vlam be gonnen te vatten, beschermen. De scha de aan gebouw en bloembollen wordt door verzekering gedekt. Miltvuur. Onder den veestapel van den landbou wer L. P. aan de Vliet onder Zoeter woude is een geval van miltvuur voor gekomen. De voorschriften der wet wor den in toepassing gebracht. Kerknieuws. Mgr. de Bisschop van 's Bosch heeft benoemd tot pastoor te Leende, den Wei- eerw. heer W. M. Steenbekkerslot kapelaan te Tilburg ('tHeike) den Wel eerw. heer L. C. J. M. van Heeswijk; en tot kapelaan te Kaatshevel, den Eerw. heer G. F. L. van Erp, priester van het Seminarie. De Weleerw. heer J. Th. J. Onel, sedert zes jaren pastoor te Djokjakarta, is, naar Mataram verneemt, overgeplaatst naar Makasser, terwijl de Weleerw. heer H„ H. O. Leemker, pastoor te Makasser, naar Djokjakarta komt ter vervanging van pastoor Onel. Academienieuws. Prof. de Groot. Het bericht omtrent het naar Beriijin gqan vftn prof, de Groot wordt van awUlt

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1911 | | pagina 2