Uit de Pers. Erna von Harneck. BINNENLAND. Tweede"Blad, behoorende bij De Leidsche Courant van Woensdag 26 juli. Qua vadis gcliriift de „N e d e r I a n d e r" boven een lezenswaardig hoofdartikel, waarin het C H. orgaan twee opmerkelijke ver schijnselen van de nu afgeloopen ge meenteraad bespreekt. Daar is, in de eerste plaats, het stij gende stcminencijfer der sociaal-demo- kraten, en ten tweede: de achteruitgang van het liberalisme. Verschijnselen intusschen, die, zoo ze al niet geheel tot één terug te brengen zijn, toch met elkaar in zeer nauw ver band staan. Want terwijl de vrijzinnige partijen, mccnend hunne positie te moeten redden tegenover rechts, rekenen op de hulptroepen van de sociaal-dcmokraten, verliezen zij wat zij nog hoopten te be houden aan hun nieuwe bondgenooten, die met den buit gaan strijken. De libe ralen winnen in de meeste gevallen niets doch bereiken dat de sociaal-democraten hun posities zoo goed als overal aan merkelijk zien versterkt. Meer dan iets andiers demonstreert deze hopelooze afzakking, dit in arren moede zich werpen in de armen der re volutionaire partij, dat het liberalisme aan beginselkracht verliest, dat het al meer in een leeg en krachteloos anti- clericalisme verloopt. Bij de jongste gemeenteraadsverkie zingen heeft men in de groote steden een klimming van het stemmencijfer der socialisten gezien; in de gemeenteraden van Amsterdam, Rotterdam, Utrecht, Arnhem, komen zij sterker dan te vo ren weer binnen, in plaatsten, die als centra van industrie staan geboekt, Al melo, Hengelo e. d. wordt gelijk ver schijnsel waargenomen. Natuurlijk betcekent dit niet, dat de sociaal-demokratische partij in de groo te steden of in die fabriekscentra zoo sterk is. De stemmen, in de hoofdstad alleen op socialistTsche candidaten uit gebracht. vormen tezamen een grooter getal dan heel de partij leden telt. Maar achter de r^ode vaan schaart zich heel het heirleger van ontevredenen, dnom welke redenen dan ook, van mee- nuig zijn, dat uit heet zaad der ontevre- d.nheid alleen de heerlijke vruchten op wassen. die allen rijkelijk zullen voeden; heel het heirleger der onnoozelen die te naïef zijn om te begrijpen dat meer dan een incnschenlcvcn noodifj zou zijn ter vet vulling van de beloften, waarmee de s» il-ih mocraten zoo buitengemeen gul zijn En als derde in den bond komen nu de vrijzinnige partijen, en vervullen de rol van slippendraagstcr der partij, die 't op den ondergang van den huidigen maatschappij-vorm, op de overmacht van één klasse, op de heerschappij van de massa heeft toegelegd Na opgemerkt te hebben, dat, ofschoon er geen band is. die vrijzinnigen en so cialisten bindt, tciwij! de vrijzinnigen in de bestuurscolleges al evenmin ge noegen van dc roodt bondgenooten be leven, men toch ziet gebeuren dat de li beralen den socialist boven een man var; rechts verkozen, zich van stemming onthielden of een formeel verbond met de socialisten sloten, vervolgt het blad: Waarlijk, het schijnt wel dat de lei ders van het vrijzinnig kiezersvolk met blindheid geslagen zijn. In. dezen moeilijken tijd, waarin de Overheid meer dan ooit den steun be hoeft van de duizenden in den lande, die orde en gezag als de onontbeerlit.c steunpilaren der samenleving bevestigd wenschen, in een tijd, waarin de sociaal- democratie haar masker van revisionis tische en bijna-burgcrlijke hervormings partij weer eens aflegt, om aan een an- architisch terrorisme als dat van de Am- stcrdamsche stakers steun tc verleenen, in zulk een tijdstip scharen zij die niet .tot dc partijen van het revolutionair principe behooren, zich niettemin aditer FEUILLETON. Naar het Duitsch. 75) Op zekeren avond hadden Oreifen, Nunstetten, Harneck en ecnige andere officieren zich bij graaf Orbcn om den groenen tafel vereenigd toen ook Ber ger binnentrad. Om den aanwezigen door zijn tegenwoordigheid niet tc hinderen, had hij, hoewel hij geen smaak in het spil Jiad, zich tot deelneming bereid verklaard. Plotseling meende hij te zien, dat Orei- efn met e en bliksemsnelle beweging een kaart u it de mouw van zijn jas liet glipi n. Terstond daarop ontmoet ten Oreifen's oogen toevallig die van Berger, w elke in gespannen aandacht op hem gevestigd waren. Een oogenblik tce- kende zich op Oreifen's gelaat een on zekere uitdrukking af; daarna streek hij haastig mot dc linkerhand over het hoofd en wijdde verder al zijn aandacht aan de kaarten. Berger wachtte het einde der aangc- de roóde vaan, en helpen de zege ver zekeren aan candidaten als de heer Smit te Amsterdam, een niet-cervol uit den gemeentedienst ontslagen ambtenaar. En wie zijn het, die aldus door de verbonden groepen van socialisten en andere vrijzinnigen worden bevochten? Zijn het burgers gevaarlijk voor den Staat, lieden van slechte reputatie, op- werpers van barricaden, stakers en uio- lest-plegers, oproerkraaiers of landver raders Niets van dit alles. Zc zijn de partij en van rechts. Zij zijn dc aanhangers dier politieke richting, welke belijdt, dat het maatschappelijke en het politieke le ven niet tot duurzaam welzijn van ons land kan worden geleefd buiten verband met Ciod en godsdienst. Nog nimmer hebben zich de vrijzin nigen, onder rechtsch regiem, over kne- velari* of over misbruik van macht waar lijk in ernst te beklagen gehad. Waar mannen van rechts een regeer- of be stuurszetel hebben bezet, beijverden zij zich steeds recht te doen aan allen, en de openbare school is zelfs onder een rechtschen wethouder van onderwijs (tc Amsterdam) zoo beheer lijk verz rgd, dat men tegen zijn beleid niets steekhou dende heeft weten in te brengen. Wat is het dan anders dan de, in wat fatsoenlijker vorm dan dien van Jan Rap geuite, weerzin tegen alles wat naar godsdienst zweemt, die hen dc par tij van wanorde en revolutie doet ver kiezen boven de partijen van orde en recht? Gelukkig is de dwaasheid niet alge meen. Gelukkig zijn er leiders, die de gevaren inzien. Het „Handelsbl." heeft begrepen, dat de hoofdstad, over geleverd aan de socialisten, inderdaad een tijdperk van wat wij gisteren noem den „bedenkelijke proefnemingen tege moet gaat. Het heeft ronduit gezegd dat het den man van rechts verkoos bo ven den sociaal-demokraat. Een invloedrijke man als prof. l)e Louter te Utrecht, heeft de liberale kies- vereeniging aldaar den rug toegekeerd, om de toepassing der taktiek, dat het doel de middelen heiligt. Men kan het slechts betreuren dat mannen als hij hun afkeer niet omzet ten in een daad. Het liberalisme, te Utrecht en elders, moet worden wakker geschud, zal het niet, ui zijn slaapwan- deeling van het oogenblik, den nek bre ken. Helaas, een gevoelige stoot schijnt daartoe noodig te zijn. Het op zichzelf opmerkelijke feit, dat in de gemeente Goor, waar de socialisten de meerderheid hadden, een coalitie van rechts en links aan die meerderheid een einde heeft gemaakt, zal daartoe al licht niet voldoende zijn. Wij vreezen dat de hoofdstad, of een onzer andere groote steden eerst del schromelijke gevolgen van het roode re giem zal moeten ondervinden. De onte vredenheid zal ten top moeten stijgen, het terrorisme moeten zegevieren, t li c m a n i n the street zal moeten regeeren... Dien kant drijven de liberalen van lie den het op. Doch voor die gevolgen te waarschu- ween -is niet genoeg, is ons niet ge noeg. Wij hebben te doen wat wij kun nen om het socialistisch gevaar te kecren, en herhalen daarom, voor Den Haag, zoo wel als voor andere plaatsen, waar nog moet worden gestemd, ons adviesGeen sociaal-democraat, nu niet en nooit Een liberale „overwinning" te Arnhem Evenals te Utrecht hebben de liberalen te Arnhem voor dc raadsverkiezingen een „monsterverbond" gesloten met de so ciaal-democraten. Doel er van was, van dc weinige zetels, die door Rechts in den Raad worden ingenomen, er nog enkele af te nemen, om den socialistischcn invloed in den Raad te vergrooten. Dit doel is geslaagd en de candidaten der vereenigde liberalen en sociaal-demo craten bij dc herstemming voor den ge meenteraad van Arnhem op écn na geko zen. Over deze overwinning voor de ver eenigde linkerzijde-partijen is de liberale „Arnhemsche Courant" niet goed te spreken en in krasse bewoordingen krijgen de partijgenoot en er van langs. vangen partij rustig af, maar toen men hem weder kaarten bood, sprak hij luide en voor ieder verstaanbaar: Toch niet, ik heb er genoeg van. Genoeg gewonnen, of genoeg ver loren, klonk liet schertsend. Gewonnen heeft alleen de lieer Oreifen, antwoordde Berger, den ge noemde recht in de oogen ziende. 't Spijt mij oneindig, lachte Oreifen spottend, dat u de geluksgodin minder gunstig gezind is dan mij. Zeg liever, dat ik minder handig was. Diepe stilte was op deze woorden ge volgd aller blikken waren gericht op Oreifen, die plotseling verbleekt was. Hoe moet ik die woorden verstaan, kwam het moeizaam van zijn lippen. Geheel zooals liet den lieer van Oreifen belieft. Nadat Oreifen, begeleid door Herman Harneck, dien hij tot zich gewenkt had,' de kamer verlaten had, bestormden de achterblijvenden baron Berger*met vra gen. Val mij niet lastig, mijne heeren, had hij afwerend geantwoord. Laten wij afwachten, wat die lieer doen zal. Aan zijn zwager Eichstett had Berger daarna van zijn vermeende ontdekking Hoe gaarne we als liberalen schrijft het blad den triomf onzer beginselen in hun toenemenden invloed zouden con- stateeren, komt ons deze overw inning tc bedenkelijk voor, dan dat w e er ons over verheugen kunnen. Zij is o. i. verkregen tengevolge van een bondgenootschap, dat den liberalen onzer stad voor langen tijd dc handen zal binden; verkregen tenge volge van een compromis, dat niet zal na laten scherpe verbittering te wekken en felle aanwakkering van den partijstrijd binnen de grcnfccii onzer gemeente. Het blad sciirijft verder; „En wat nur ls deze liberaal-sociaal democratische coalitie voor één enkelen keer (met inbegrip van de nieuwe verkie zing in district III, noodig door de dub bele verkiezing van den heer Zoestbergen) verkregen? Ln zal, als 1911 achter den rug is, de liberale partij zichzelf hervatten, onafhankelijk willen zijn en dan in 1913, grootinoediglijk beschikkende over haar overwegende positie, ook de rechten der minderheden erkennen Maar gestekl, dat zij dit kan doen, wat dan te denken van dit tijdelijk samengaan met de sociaal-de mocraten op een oogenblik, dat er van gevaar voor de liberalen nog geen sprake was Het is geen mooie politiek, die deze verkiezing boekt op de rekening van ons liberalen. Ook is het een politiek, waarbij o.i. aan de eischen der betamelijkheid tegenover de aftredende leden schrome lijk is te kortfcgedaan. En we vreezen, dat op allerlei wijze de brutale veroverings zucht der liberalen, voortgekomen uit angst voor het clericalisme, ui het samen leven in onze gemeente zal worden ge straft. We herhalen, tegen de nieuwe mannen in onzen Raad, die onze geestverwanten zijn, hebben wij niets. En dat w ij verheugd zijn, dat de bekwame vertegenwoordi gers, die wij daarin hadden, met groote meerderheid van stemmen zijn herkozen, behoeven wij zeker niet te zeggen, wij, die ook hen hebben aanbevolen. Doch we zijn overtuigd, dat de stembus-actie van 1911 voor onze partij zadclijke schade en voor onze stad onderlinge partij-verbitte- ring zal tengevolge hebben." Subsidicn in beroep. De Haags die correspondent van dc „Stand." schrijft: Naar aanlcdiing van de klacht uit Vee- nendaal over het lang uitblijven van de beslissing der Kroon op een tegen een subsidie-aanvraag ingesteld beroep, heb ik mij voor zoover het mij niet bekend was eens op de hoogte gesteld, hoe het met zulke beroepen gaat. Men moet na melijk weten, dat er t >t du&it-r, van einde Maart af reeds "ëpft Zestigtal beroepen zijn ingesteld tegen de beslissingen van üed. Staten over subsidie-aanvragen der bijzondere scholen. Die beroepen zijn in gesteld resp. door de inspecteurs l.o., door de commissarissen der Koningin en door dc schoolbesturen zelf. Telkens ko men nog meer beroepen in. Intusschen zijn de beslissingen op enkele der eerst ingestelde beroepen reeds afgekomen, dus na circa drie maanden. Waarom dc beslissingen zoo lang uitblijven, is ge makkelijk te verklaren. Als toch een beroep bij de Kroon is ingekomen, wordt het in handen gesteld van den Minister van Binncnlandsclie Za ken, die de GcJ. Staten der betrokken provincie over deze zaak hoort en daar na machtiging aanvraagt om haar bij den Raad van Staten aanhangig te maken. Is het beroep bij den Raad Staten dan worden belanghebbenden gedurende een tiaar weken iu de gelegenheid gesteld, stukken in te dienen en van stukken ken nis te nemen. Daarna wordt in een open bare vergadering van den Raad, afd. ge schillen van bestuur, verslag uitgebracht en eerst als dit geschied is, bcdiscusccrt de Raad de zaak, waarvoor hij natuurlijk ook een paar 2 a 3 weken noodig heeft ls dc beraadslaging over de aangele genheid afgeloopen, dan wordt zoetjesaan advies uitgebracht aan dc Kroon, die na tuurlijk ook niet op stel en sprong 'be slist, maar er licht een paar weken over heen laat gaan, eer ze een beslissing neemt medcdeeling gedaan. Na kalm overleg was hij zelf tot de erkenning gekomen, dat hij onbezonnen had gehandeld wel had hij argwaan, dat Greifen zijn geluk in dc hand had gewerkt, maar bewijzen kon hij liet niet. Oreifen verklaarde alle middelen tot verzoening van dc hand tc wijzen en deed door Herman Harneck zijn uitda ging doen. Het duel vond plaats en ein digde met de doodelijke verwonding van Berger. Later echter werd von Greifen toch van valsch spel overtuigd en wel door den den heer Echstett. De speelavonden bij graaf Orben wa ren namelijk weder aangevangen en Ech stett verscheen er betrekkelijk regelma tig, om, zoo verzekerde hij lachend, ook eindelijk eens zich tc verrijken met den goudregen, die daar alle avonden neder daalde. Op zekeren avond Greifen speelde weder met groot geluk was de heer Eichstett ongemerkt naast dezen speler komen zitten. Plotseling omklemde /.ijn hand bliksemsnel de hand van Greifen en zijn heldere, doordringende stem riep: Eindelijk heb ik den schurk. Allen waren opgesprongen en dron gen om beiden heen, terwijl Qreifen alle Alles bij elkaar genomen, kan men be grijpen, dat het, nadat een beroep is inge steld, gemakkelijk twee of drie maanden duren kan, eer op zoodanig beroep door de Kroon beslist is. En daar de hiërarchi sche w erkwijze naar haar aard langzaam is, en het dus wel altijd blijven zal, is niet wel in te zien hoe bespoediging in de af- doeninng van zaken ten deze kan wor den bewerkt, daar toch wel niemand een der waarborgen, die nu voor een goede beslissing bij de wet gegeven zijn, zal willen uitschakelen. De economische toestand op Java en de suikermarkt. De voortdurend droge en warme weers gesteldheid in Europa oefent op met beet wortelen beplante terreinen in l>uitsch- land, Oostenrijk en Hongarije een zeer nadeeligen invloed, zoodat de stand van dit gewas, vergeleken bij vorige jaren, sterk ten achter is en men zelfs voor een misoogst vreest. Deze voor de cultuur ongunstige om standigheid heeft een uitgebreide specu latieve vraag naar suiker iu het leven ge roepen, welke den prijs van liet product sterk in dc hoogte heeft gedreven. Voor de Java-suikerindustrie komt die vraag en de daarmede gepaard gaande stijging van de prijzen zeer gelegen, zoo dat thans reeds op levering in den oogst van 1912 op groote schaal alleszins be vredigende biedingen zijn gedaan. Van dc suikerfabriek Kriam o.a. werden op oogst 1912 40.000 pikols Muscovados in kranjangs tot den prijs van 0;' i gulden per pikol verkocht. Het meerendeel der op Java uitge brachte biedingen w erd evenwel door een belanghebbende geweigerd, omdat men als gevolg van de hcerschendc droogte in Europa nog hoogere prijzen verwacht. Voor de Java-suikerindustrie en den daarmede in nauw verband staanden eco- nomisehen toestand van Ned.-liulic is het vooruitzicht alleszins gunstig. (N. Cl) Partijgenoot Duys gekapitteld. Partijgenoot Jan van Zadcllioff schrijft een boos ingezonden stuk in Het Volk Hij heeft gelezen dat de Prins der Ne derlanden bij dc opening van de Zaan- damsche haven aan boord van een boot geweest is, waar het Wilhelmus werd gespeeld en waar zich autoriteiten be vonden met wie Z. K. H. kennis maakte. En een eindje verder in hetzelfde ver slag heeft hij gelezen dat zich onder de aan boord zijnde autoriteiten ook be vond. het Kamerlid Duys Neen maar.Indien dit waar is, „dan mogen we aldus partijgenoot Zadcl lioff dit niet laten passeeren zonder een ernstig protest onzerzijds". En hij schrijft Stel je voor: Duys op de boot bij den Pnns, buigend en kennismakend met hein als beleefd man met den hoed in de hand bij het spelen van het Wilhelmus; misschien wel mccjuicliend toen 'thoo- ge gezelschap aan boord kwam. Duys, onze propagandist, in die situatie, 't is niet mogelijk, zei mij een partijgenoot. Zoo kan iemand zich niet vergeten. Want als hij er geweest is, dan is 't opzet van Duys, dan is hij er moedwillig heenge gaan en dan Ik zei'k zal 't hem eens vragen ui Het Volk. En daarom, i>uys: tien jij 't, die ui 't Handelsblad bedoeld wordt? Zoo ja, dan vraag ik nietWat deed je er, maar dan zeg ik kort en goed: Dat was heel onverantwoordelijk van je, daar mee deed je een daad jou en je partij onwaardig. Of hebben we ons soms in je vergist en is al dat spreken van je op onze vergaderingen, in de Tweede Ka mer enz. maar uiterlijke schijn Lu nu zal partijgenoot Zadcllioff de „zaak" in zijn ufdecluig ter sprake bren gen en zou gaarne van andere partijge noot cn vernemen of zc zijn zienswijze dcclcn. Arme Duys. Zoo werkt men jaren lang als een paard voor dc zaak van het „ver drukte volk en praat en schreeuwt zich iu en buiten de Kamer de keel stuk ten bate van de socialistische propaganda. Dan breekt er ecu uurtje van locale glorie aan, waaronder nu eenmaal ook het samenzijn op één boot met een prins behoort En daar komt, terstond, de on vermijdelijke partijgenoot voor den dag, die vraagt of altemet al dat spreken op vergaderingen en in de Kamer maar uiter lijke schijn geweest is! Ce sont les difficultcs du métier Toch maar goed dat ze er zijn! Anders zou liet baantje van volksmenner nog aan trekkelijker worden dan het reeds schijnt te wezen. Koloniën. krachten inspande om Eichstctt's hand los te wringenhij kromde zich in aller lei bochten. Daar klonk nog eenmaal Eichstctt's stem boven de gesprekken der anderen int. De kerel heeft de kaart nu onder dc tafel laten vallenKijk er naar, heeren. Hij trok troe-aas uit den mouw, toen ik hem betrapte. Juist zoo: op het tapijt voor den stoel van Greifen lag troef-aas. Eichstett wendde zich met een gebaar van verachting af en ging heen zonder nog een enkel woord te spreken. Hem was de treurige opdracht voorbehouden, de on gelukkige w eduwe van Oreifcns offer van het voorgevallene medcdeeling te doen. De ontmaskerde gelukzoeker verliet nog denzelfdeii avond dc stad. Dc ontgoocheling was algemeen groot. Men maakte Herman Harneck in zekeren zin mede verantwoordelijk, daar hij het geweest was, die door zijn vertrouwelijke betrekkingen von Greifen den toegang tot alle kringen ontsloten had. Slee hts von Eichstctt's kalm en verstandig optreden wist verdere verwikkelingen te voorko men. Dat alles riep echter den doode niet in het leven terug, die het slachtoffer gc- II et Katholicisme in O.-l n 'd i Pater A. v. Croonenburg, M. S. C., schrijft in „de Annalen van O. L. Vrouw, van het H. Hart": Het is niet, om bemoedigende cijfers over liet aantal Katholieken inOost-Indië in 't algemeen mede te doelen, dat ik dit artikel ga schrijven. Jammer genoeg ziet het er- daarmede niet zoo roos^ kleurig uit. Immers als men liet getal inwoners van den Oost-Indischen Archi pel berekent op ongeveer veertig mil- lioen, dan vormen de circa 70.00t) Ka tholieken onder dit getal werkelijk een onbeduidend groepje. Nu wordt die slechte indruk wel eenigszins weggeno men, als men eens vergelijkt bij den toe stand vóór 100 jaar. Toen de eerste Hollandsche geestelijken, sinds eeuwen uit de Oost geweerd, in 1808 voet aan wal zetten op Java, vonden zij daar niet liet kleinste begin van een georganiseerd Katholiek kerkgenootschap. Er waren ecnige Katholieken verspreid, zonder herder, zonder sacramenten, zonder on derlinge gemeenschap. En als men be denkt, dat er thans op Java cn andere! eilanden van liet apostolisch vicariaat van Batavia verschillende goedgeregelde parochies bestaan met mooie kerken, Ka tholieke scholen en gestichten en to /amen ruim 00.000 Katholieken dat er bdvend'cn nog twee prefecturen zijn op gericht, n.I. van Nieuw-Ouinea en Bor neo 1elk met ongeveer 40 missiona rissen en een flinke kern van bekeerlin gen, werkelijk, dan ziet iedereen, dat er vooruitgang is. Maar hoe verre zijn wij er nog van, eer w ij kunnen spreken van een geker stende Oost-Indische bevolking! Onder die 10.000.000 inwoners van Insulindc zijn ongeveer 20.000.000 geloovige Ma- homedanen, die men gerust kan beschou wen als verloren voor den zegenrijken invloed van onzen heiligen godsdienst. Onder de overige 20.000.000 Oost-In diërs zijn ongeveer 250.000 protestanten en bijna 70.000 Katholieken. De rest, dus ruim negentien milliocu, die nog heiden, hindoe of iets dergelijks zijn, is nog tc winnen voor de Katholieke Kerk. I ii dat d7e inwoners vatbaar zijn voor de Christelijke beschaving, ja, hcgecrig uitzien naar dc blijde tijding van liet Evangelie, bewijzen die prachtige missies in de Minalias9if op Celebes en in dc binnenlanden van I lores. Dat bewijst ook dc zegenrijke uitslag van het werken onzer missionarissen op d Kei-eilanden. Eii het is hierop, dat ik thans de aan dacht wilde vestigen. Een missie lu-giiincn in onbeschaafde streken, is een werk van geduld. Na- tuurmenschen, die weinig hooger staan dan dieren, kunnen niet dan langzaam opgevoerd worden tot een hooger leven. Hunne opvoeding is heel wat moeilijker dan die van een kind. Ecu kind neemt gemakkelijker de goede indrukken op en volgt schier blindelings de lessen en voorschriften der deugd. Doch een na- tiiui rncnsch is reeds iu een andere rich ting, in dc richting van liet uitsluitend dierlijke en zinnelijke, gevormd of liever misvormd. I i wordt dus meer dan dub bel werk gevraagd, om hem te brengen tot verstandelijke, zedelijke en godsdien stige ontwikkeling en hooger plichtsbe trachting. Maar eens komt toch liet oogenblik, dat ook hij door de werking der genade zich getrokken gevoelt tot het eenig Ware en Goede, dat ook hij erkent den God-Mensch hristus en ver langt deel tc hebben aan de verdien sten der Verlossing. En dat oogenblik schijnt thans voor dc licidensche bewo ners der Kei-eilanden te zijn aange broken. Onlangs omvingen wij van den A|>ost. Prefect van Ned. N.-Guinea, Pater M. Neijens, een overzicht van het bckec- ringsw erk op deze eilanden. Het is zeker worden was van dien waandat de bc- lecdigde recht heeft op een bloedige ver zoening. Dc schokkende berichten over deze voorvallen hadden Erna diep getroffen. Als er nog een oorzaak noodig was, om haar tc tooueii, hoezeer de zoogenaam de wet der eer een hoon is jegens dc ware eer van den mail, dan was zulks het treurige lot van haar vriendin, barones Berger. Later ecnige jaren waren sinds deti dood haars vaders voorbij gegaan ont ving Erna Harneck een brief van haar broeder. Hij schreef, dat de nalatenschap van z.iju schoonvader graaf Orb^n was inmiddels gestorven veel minder be duidde dnu men met grond had kunnen verwachten; dat hij reeds veel geldelijke verliezen had geleden en dat zijn vrouw verpleging behoefde sinds hun een kind geboren was. Zoo was hij tot de overtui ging gekomen, dat het iu ieder op/jcht het beste zoude zijn, als Erna bij hen kwam inwonenLaat ons vergeten, w at tusschcn ons is voorgevallen, Erna. Herinneren wij ons slechts, dat wij el kander lief hadden (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1911 | | pagina 5