Uit de Pers.
Erna von Harneck.
BINNENLAND.
Tweede Blad, behoorende
bij De Leidsche Courant
van Woensdag 7 Juni.
De Gemeenteraadsverkiezingen.
Het (A.-R.) „Nieuwsblad voor
Leiden" schrijft o. a. in een artikel over
dit onderwerp:
De rechterzijde zal eens flink te strij
den hebbenmaar alle winst zou weinig
beteekenis hebben, indien het slechts ging
om de macht Het gaat om Leiden's be
langen. En dan komen de anti-revolutio-
inairen met eenige wenschen, wier ver
vulling Leiden tot zegen zijn zal.
Nog nooit heeft de anti-revolutionaire
partij te Leiden een gemeente-program
ontworpen, en dit gebrek is vooral merk
baar bij de algemeene raadsverkiezingen.
[Toch zijn er wenschen, die, al zijn zij
nooit in den vorm van een program ge
goten, ongetwijfeld als wenschen van
onze partij .mogen worden genoemd.
in de eerste plaats wering van het pu
bliek terrein, alles wat de Zondagsheili
ging belemmert, en bevordering van de
Zondagsrust.
Aandringen op nauwlettend toezicht op
den aard van opvoeringen in schouw
burgen en instellingen van vermaak.
Geen subsidie uit de gemeentekas voor
publieke vermakelijkheden, die geen alge
meen nationaal karakter dragen.
Vooral bij deze verkiezingen moet
nauwlettend worden toegezien, dat geen
voorstanders van schouwburgsubsidie ge
kozen worden.
Maar bij deze verkiezing moet een
hoofdpunt zijn het onderwijs.
Reeds door velen, ook van vrijzinnige
zijde, is op bezuiniging aangedrongen.
De scholenbouw is te duur.
Herhaaldelijk is de wensch geuit, dat
voorzoover de wet het toelaat, de kos
tende prijs van het onderwijs per leer
ling als schoolgeld worde in rekening
gebracht aan hen, die niet als on- of
minvermogend geheel of gedeeltelijk van
betaling moeten worden vrijgesteld.
Dat laat bij ons veel te wenschen over.
Dan de gemeente-belastingen
en de uitgaven u-o o r publieke
we rke n.
Het is noodzakelijk, dat een splitsing
kome tusschen inkomsten uit ambt en
beroep en die uit vermogen.
Meerdere aftrek voor kinderen is even
eens gewenscht.
Ook de uitgaven voor publieke werken
moeten naar veler oordeel worden be
perkt. Er heerscht een zekere ontstem
ming in Leiden over het te hoog op
voeren.
Beide onderwerpen, de schoolkwestie
en het laatst genoemde, zullen in dit
blad later uitvoeriger worden behandeld.
Wij zouden onze wenschen met vele
kunnen vermeerderen.
Wij wenschen tegenstanders vanschool-
voeding, schoolbaden, schoolkleeding.
Wij wenschen voorstanders van volks-
baden en zweminrichtingen en van maat
regelen die leiden tot betere verzorging
van arme zieken in ziekenhuizen of in
hun woning.
Het is ons doel niet, om thans een
gemeente-program te ontwerpen; wij
wijzen slechts op eenige zaken voor onze
gemeente van het hoogste belang, waar
mee bij deze verkiezingen rekening moet
gehouden worden.
Wij moeten weten, wat wij aan een
candidaat hebben. Ook de tegenpartij
moet dit weten. De kiezers moeten niet
in den blinde tasten bij het uitbrengen
van hun stem. Vooral in een stad als
Leiden, waar zoo scherp gecritiseerd
wordt, gaat het niet langer, om in goed
vertrouwen iemand te steunen, omdat hij
wel een braaf en fatsoenlijk man is. Wij
moeten mannen hebben, die weten wat
zij willen, en die hun wil duidelijk uiten.
Dan is een verkiezing geanimeerd. Dan
gaat de sufheid eruit Dan keert het
enthousiasme weer terug. Dan weet men,
voor wien en voor wat men moeite doet
FEUILLETON.
Naar het Duitsch.
38)
De hoofden der beide dames wend
den zich vlug om; daarna keken zij el
kaar vol. verstandhouding aan.
Geef acht, zeide barones Berger tot
haar zuster. De eigenlijke held is afge
treden. De heer von Neinstetten heeft een
gevaarlijke mededinger bekomen.
Nu wendde'Eichsteht vergenoegd den
langen, witblonden snorrebaard om dvri
vinger draaiend, zich tot freule v. Har
neck, en fluisterde:
Een'fameuze inval, nietwaar? Ik
heb mij erbarmt over den armen kerel,
die natuurlijk van heimwee verging.
Erna gevoelde hoe diep zij bloosde. In
Steinfels' gezicht verried niets, of ook hij
de woorden gehoord had. Kalm voerde
hij een onderhoud met de beide hupsche
'jonge vrouwen, die hem met voorko
mendheid tegemoet traden. Doch slechts
weinige woorden konden gewisseld wor
den, wijl de muziek spoedig den eersten
wals inzette, en d" dansers van alle zij
den kwamen opdagen.
Dan komt er opgewekt publiek leven.
Dat is noodig in Leiden, hard noodig
ook.
De Landbouw in de knel.
In een eerste artikel over dit onder
werp schrijd de (A. R.) „Rotter
dammer":
De afkeer onzer vrijhandelaren tegen
beschermende rechten bereikt zijn hoogte
punt wanneer het oog op den landbouw
wordt geslagen. Al mocht gij er in slagen
zoo luidt het betoog met uw be
schermend tarief eenige bate aan som
mige takken van industrie te brengen, dan
staat daar enorme schade voor den land
bouw tegenover en wijl nu die landbouw
voor de welvaart van ons land over-
heerschende beteekenis bezit, is op dien
grond reeds protectie veroordeeld. Met
zóó groote kracht werd deze meening
verdedigd, dat zij' ook op meerdere
schrandere plattelandici indruk maakte.
In onderscheidene agrarische kringen is
verzet tegen protectie het beginsel van
alle economische wijsheid. Het komt ons
voor, dat ten aanzien van dit punt
velerlei misverstand heerscht en dies
scheen het ons geraden aan de positie
van den landbouw tegenover de tariefs
wijziging aandacht te schenken.
Het blad meent de onrust bij som
migen onzer boerenbevolking te verkla
ren door den gang van zaken in Düitsch-
land, waar door het hoog beschermend
tarief tal van industrieën kunstmatig ont
wikkeld zijn en de hooge loon en de
boerenarbeiders verleidde hun woonstêe
te verlaten om zich in de industrieele
bedrijven een bestaan te veroveren. Zóó
nijpend gebrek aan arbeidskrachten is in
het leven geroepen, dat millioenen zijn
verloren gegaan doordien de veldvruchten
niet op tijd konden worden binnenge
haald. Welnu, een dergelijke toekomst
staat Nederland ook te wachten. De
kunstmatig beschermde industrie met
haar onnatuurlijk hooge loonen zal de
arbeiders aan het boerenbedrijf onttrek
ken. Het toch reeds schaars bevolkte
platteland zal geheel worden ontbloot en
de landbouw zal met een tekort aan
arbeidskrachten hebben te worstelen, dat
een succesvol „boeren" onmogelijk maakt
De heer De Boer, het oud-Kamerlid voor
Zaandam, heeft in zijne bekende rede
voering, voor de Liberale Unie in het
najaar van 1906 gehouden, dit gevaar
voor den landbouw in levendige kleuren
geschetst.
Ware de profetie juist, dan zou pro
tectie alle waardeering goeddeels ver
beuren. Echter bestaat velerlei reden om
aan haar betrouwbaarheid te twijfelen.
Dat inderdaad de Duitsche landbouw met
gebrek aan arbeiders jaren lang heeft te
worstelen gehad, kan niet worden geloo
chend. Echter is het verkeerd om dit
euvel als een noodzakelijk gevolg van het
beschermend tarief voor te stellen. Hoe
voorzichtig men met dergelijke conclusies
moet wezen blijkt reeds uit de enkele
verwijzing naar Engeland, in dit lanil
van den vrijhandel, waar geen enkel be
schermend recht aan den landbouw on
natuurlijke concurrentie aandoet, is de
klacht over gebrek aan landarbeiders
niet minder sterk dan in Duitschland. In
de literatuur bestaat vrijwel eenstemmig
heid, dat in het protectionistische Duitsch
land èn in het vrijhandelslieve Engeland
gelijke omstandigheid dit proces in het
leven heeft geroepen. De te sterke ge
bondenheid van den grondeigen om moet
als de hoofdreden worden aangemerkt.
Door de regeling van het erfrecht, door
allerhande fideïcommissen, bepalingen die
de vervreemding van den bodem beletten,
is eene zoo sterke opeenhooping van den
bodem in weinige handen ontstaan, dat
voor geheele klassen der bevolking elke
mogelijkheid om grond te erlangen was
buitengesloten. Dat drukte de landarbei
ders; een eigen stukje grond verkrijgen
was schier onmogelijk, een hoogere sport
van de maatschappelijke ladder bereiken,
lag niet binnen hun bereik. Vandaar die
uittocht naar het vrije stadsleven, het zich
begeven in het industrieel bedrijf. Van
daar ook dat in den vreemde de wetgever
zich ernstig heeft bemoeid om door een
reeks van wettelijke maatregelen meer
soepele verdeeling van den grond tot
Bij den ingang der zaal tegen een pi
laar leunend volgde Hans Otto's blik als
geboeid Erna's gestalte, die nu hier dan
daar te vooschijn trad. Hij zag dat zij het
hoofd een weinig afwendde van haar dan
ser, baron von Neinstetten, en om haar
mond had zich de afwijzende trek ge
vormd, die hij op ditoogenblik met vreug
de begroette. Hij was het toch reeds lang
met zich zeiven eens, dat hij freule von
Harneck beminde en wel met dat diepe,
sterke gevoel, hetwelk het gansche leven
vervult Dat het een hoogen prijs was,
waarnaar hij de hand uitstrekte, dat was
het niet, wat hem nadenkend maakte,
terwijl zijn oogen Erna volgden. Verre
van alle zeifonderschatting ga. zijn groote
liefde hem tegelijk een gevoel van kracht
en vastberadenheid.
Iets anders drukte hem.
Onverschillig was hij het jonge meisje
niet, zoo zeide hij bij zich zelf. Zij- was te
oprecht om hem daarover in twijfel te la
ten. Onverklaarbaar was hem slechts,
waarom zij den laatsten tijd naast een
hem gelukkig makende natuurlijke ver
trouwelijkheid en wonderbare órughou-
houdendheid, een zekere vreemde ruste
loosheid toonde, die geen gril was en
hem daarom verontrustte. Voor de kan
ten en hoeken van haar karakter vreesde
hij niet; welk een diep gevoel zich daar
onder verborg, was hein reeds lang be
stand te brengen en ookden inin ier
bedeelden toegang tot den grond te
geven. Het goede resultaat is daarvan
reeds eenigermate zichtbaar en inderdaad
is men er in geslaagd om door Ideze
maatregelen in meer dan één streek den
arbeider vaster aan den bodem te binden.
Welnu, bij ons is een dergelijke staat
van zaken, als we uiteenzetten, niet aan
wezig. Van zoo starre, stroeve opeenhoo
ping van den bodem is geen sprake. En
voor zoover nog door beletselen de na
tuurlijke Ontwikkeling van het kleingrond-
bezit wordt tegengehouden, maakt de
wetgever zich reeds op om eiken hinder
paal te verwijderen.
Ook kan niet worden ontkend, dat ten
onzent van een absoluut gebrek aan ar
beiders als een algemeen voorkomend
euvel niet mag worden gewaagd.
Bovendien mag niet worden vergeten,
dat het toenemend gebruik van machines
in het landbouwbedrijf de vraag naar
boerenarbeiders vermindert en in de toe
komst in dit opzicht nog verminderen zal.
Van beteekenis is evenzeer de overweging
dat bij onzen bevolkingsaanwas, bij den
landbouw ingeval van goede ontwikkeling
de grens der bcnoodigde arbeidskrachten
spoedig is bereikt.
Voeg daaraan eindelijk nog toe dat bij
de komende tariefsherziening niemand
onzer er aan denkt om een bescherming
naar Duitsch model door te voeren, waar
door ten onzent kunstmatig allerhande
industrieën worden geschapen, maar
slechts een matige bescherming, waar
door met name bestaande bedrijven tot
krachtiger ontwikkeling kunnen komen.
Wie dan dit alles overweegt, zal ge
voelen hoe inderdaad te zwart gekleurd
is de sombere profetie van de zwermen
arbeiders, die van den lande naar de stad
trekken.
Echter is hiermee het voorzichtige
soliede boerenhart nog niet gerustgesteld.
Stel dat inderdaad geen schrikbarend
tekort aan arbeidskrachten te duchten is,
dan dreigt toch ander gevaar. Onze land
bouw voert uit, voert sterk naar den
vreemde uit. Voor honderdduizenden gul
dens landbouwproducten worden ieder
jaar naar het buitenland gezonden. En
wat zal er nu gebeuren als wij den in
voer van artikelen uit den vreemde gaan
belemmeren? Zal het buitenland ten aan
zien van de landbouwproducten geen ver
geldingsmaatregelen nemen? Zoo raakt
de landbouw in de knel! Zoo zijn de
arme boeren weer het kind van de
rekening.
Ï3e Limburgsche Katholiekendag.
Tweede Pinksterdag is te Sittard de
13e Limburgsche Katholiekendag gehou
den. Na een H. Mis, opgedragen door
den pastoor-deken van Sittard, J. S. La-
noy, werden eif verschillende samen
komsten gehouden. De Limburgsche R. K.
Volksbond had tot inleider Wassink,
de R. K. Onderwijzersbond de heer Th.
Alsil, de Landbouwbond de heer J. J.
W. Winterman, zuivel-consulent van N.
Brabant, de Hanze besloot tot opheffing
van de bestaande Limburgsche Hanze
en ewrd onmiddellijk overgegaan tot op
richting van een Bond van R. K. Mid-
denstandsvereenigingen. Het spoor- en
tramwegpersoneel had tot inleider de heer
H. E. A. Donné, de R. K. Patroonsbond
de heer Baeten, de R. K. Mijnwerkers-
vereeniging de heer Jac. P. van Term,
eD post- en telegraafbeambten de heer
L. Schreurs, Jong Limburg de fr. Ger-
manus Vrijmoed O. F. M., het Lim-
burgsch Kruisverbond de heer O. Haff-
mans, de Limburgsche Mariabond prof.
A. v. d. Venne.
Op de algemeene vergadering was
feestredenaar de heer Karei Beyaert uit
Brugge, die in een gloedvolle peroratie
allen aanspoorde zich katholiek in het
openbare leven te toonen en besloot zijn
redevoering met een schoone verheerlij
king van het H. Sacrament des Altaars.
Mgr. Drehmanns sprak tenn slotte de
vergadering toe, eerstens de wakkere
Sittardenaren, dan den feestredeneaar,
die gebeiaard heeft de eeuwige waarhe
den, ep ze voor onze geestdrift hoogcr
kend en in dit opzicht zag hij met ver
trouwen de toekomst tegemoet. Maar wat
kon er achter haar stemmingen schuilen?
Zoodra de dans geëindigd was, zocht
Steinfels den ouden Harneck op. Er tee-
kende zich wel eenige verbazing af op
diens trekken, toen hij den jongen man
voor zich zag, maar toch kon deze zich
over de ontvangst niet beklagen. ,Hij
werd aan graaf Orben voorgesteld, had
gelegenheid om freule Lili te begroeten en
Herman de hand te drukken. Toen hij
zich eenige oogenblikken later met me
vrouw von Eichsteht voor de quadrille
opstelde waren Herman en Lili het te
genover staande paar.
Wat Lili Orben haar cavalier lachend
zeide, terwijl zij naar Erna Harneck keek,
die aan het andere einde der zaal naast
een officier van haar broeders regimennt
stond, kon Hans Otto niet verstaan. Het
moest intusschen op hem zelf betrekking
hebben, want een sombere blik uit luite
nant Harneck's oogen trof hem.
Sinds vader en zuster in Münberg wa
ren, had de freule natuurlijk Herman Har-
neok minder vaak gezien. Dit was zeer
in strijd met haar verlangen, en eigenzin
nig gaf zij hiervan Erna de schuld. Daar
om verschafte het haar zekere vreugde,
deze nu en dan een part te spelen. Lili
verstond voortreffelijk de kunst, onder
het masker van vriendschap en belangstel-
heeft doen oplaaien, vervolgens 'n woord
over Mr. Regout, Minister van Justitie.
Deze heeft getoond de kath. beginse
len in 7s lands vergaderzaal niet onder
tafel te verbergen, maar kloekmoedig
heeft hij de kath. beginselen verdedigd
en daarvoor eerbied van voor- en tegen
stander afgedwongen. Mgr. bracht in
dankbare woorden vooral den minister
Regout hulde voor de totstandkoming der
wet tegen de openbare zedeloosheid. Aan
hem onze hulde en dankbetuiging hier
voor.
Als al onze Limburgsche mannen zoo
denken en handelen als minister Regout
een voorbeeld gaf, dan kon ons vaderland
„ruhig" zijn. Dan zullen we vormen een
falanx voor God cn vaderland, voor Kerk
en maatschappij. Mgr. gaf ten slotte de
vergadering zijn bisschoppelijken zegen.
Hieremde was de vergadering gesloten.
Eereteeken voor belangrijke
krijgsverrichtingen.
(Bij kon. besluit is bepaald, dat het
eereteeken voor belangrijke krijgsverrich
tingen wordt toegekend aan allen, die
hebben deelgenomen aan de krijgsver
richtingen
I. op Bali van en met 14 September
tot en met 27 October 1906 en van en
met 27 April tot en met 2 Mei 1908;
op .Timor van en met 30 Augustus
1905 tot en met 1 Maart 1908;
op Soemba van en met 10 Maart 1906
tot en met 15 Dec. 1909;
op Soembawa van en met 17 Febr. tot
en met 14 April 1909, en
op Fiores van en met 1 Maart 1908 tot
en met 1 October 1909;
II. in het gouvernement Atjeh en on-
derhoorigheden gedurende het tijdvak 1
Januari 1906 tot ultimo December 1910.
De ter zake uit te reiken gespen zullen
de opschriften dragen
„Kleine Soenda-eilanden 19051909",
voor zooveel betreft de sub I e|n
„Atjeh 1906—1910",
voor wat aangaat de sub II bedoelde
krijgsverrichtingen.
STATEN-GENERAAL.
EERSTE KAMER.
Merken van kaas.
In, haar antwoord op het afdeelim^s-
verslag over het wetsgn,twerp tot vast
stelling eener bepaling betreffende het
merken, van kaas, geeft de Regeerimg le
kenjien, dat de bedoeling alleen is, voor
hen, die zulks wenschen, onder bepaal
de voorwaarden de gelegenheid te bie
den,, door het aanbrengen van een offi
cieel vastgesteld merk de echtheid van,
hun, product te waarborgen.
Een krachtens de voorgestelde wet
aangebracht RJJksmerJc is alleen te be-,
schouwen, als een bewijs, dat de bereider
van de daarmede gemerkte kaas zich
heeft verbonden tot de naleving der door
de Regeering gegeven voorschriften en
verder daarmede vrijwillig door hem aan
vaarde controle t£ onderwerpen.
De Minister van Landbouw meent, dat
er door het aanbrengen van een Rijlk's-
merk op de kaas geen ernstige moeielijk1-
heden voor den handel zullen rijzen,
aangezien niet eerder tot de uitgifte van
merken zal worden overgegaan, dan wan
neer het vaststaat, dat deze geheel aan
de billijke eischen0 door den handel ge
steld of door de ervaring aangegeven),
voldoen.
Bij invoering van Rijkskaasmerken zal
daaraan, op ruime en oordeelkiunidig-e
wijze in het buitenland publiciteit wor
den gegeven.
Land- en Tuinbouw.
In „Buiten" van deze week schrijft
G. de Graaf over de bestrijding van
runderiiorzels.
Dr. Oudemans gaf de volgende verkla
ring: „De larven, welke zich op ruuder-
huid uit de daarop gelegde eieren ont.
wikkelen, veroorzaken kriebeling, wor
den door de dieren opgelikt en komen
in hun slokdarm terecht. Vervolgens
doorboren zij den slokdarm, kruipen tus
schen de wervelbogen door in het rug-
gemergkaiiaal en verhuizen verder door
ling kleine boosheden te zeggen, waar
voor niemand zoo ontvankelijk was als
Herman Harneck. Zijn spijt was dan de
gerechte straf daarvoor, dat hij zich nog
altijd niet van den leiband van zijn zuster
wist te bevrijden.
Eindelijk Steinfels had het een eeuw
toegeschenen kwam de dans, die hij
zich bij freule Erna verzekerd had. Toen
hij haar naderde, trad Erich Neinstetten
tegelijkertijd op de gezochte toe.
—Onze wals, freule Erna, zeide hij
met een nijdigen blik op Hans Otto.
Ik geloof, dat gij u vergist, mijnheer
von Neinstetten. De freule beloofde mij
dezen dans, merkte Steinfels hoffelijk op.
Ik dwaal niet, baron, antwoordde
Neinstetten kortaf. Freule Erna gaf mij
den dans. Ik sta op mijn recht.
Dat zou zeer natuurlijk zijn, als gij in
uw recht waart. Hierover verschillen i,
echter van rneening. De freule zal dus te
beslissen hebben.
Steinfels sprak met groote kalm e.
Daarna wendde hij zich tot het jonge
meisje, terwijl Erich rood.van toorn,zri-
de:
Nu, Erna, spreek dan. Zeg den heer
von Steinfels, dat hij een onrechtmatige
aanspraak doet gelden.
Freule von Harneck zag den toornigen
man uit de hoogte aan, vóór ,zij ant
woordde:
het weefsel naar de huid, waar zij d,e<
bekende gezwellen veroorzaken."
Deze lezing blijkt thans de meest cor
recte, we hebben haar te danken aan tië
onderzoekingen van Cooper Curtice, een'
Amerikaansch geleerde, en dezer dagen'
werd zij door Bouvier in de Fransche
Akademie van Wetenschappen nader be
vestigd en toegelicht.
Vooral vlak boven de hoeven der ruri-
deren legt de horzel haar eierende
larven hechten zich evenals die der paar-
denhorzels, binnen het weefsel met be
hulp van naar achteren .gerichte haak
jes aan de ringen en eenmaal aan de
huid gekomen maken zij van binnen uit
een opening in de opperhuid, welke
daardoor in ontsteking geraken kan.
Deze nie'uwste biologische gegevens'
omtrent de runderhorzels volgende, is de
oplossing der horzelbestrijding terugge
bracht tot de vraag: Hoe houden we
horzels uit de buurt der pooten van! het
vee?
In Engeland zoekt men naar resultaat
met verschillende vloeistoffen, welke on
aangenaam zouden zijn voor liet insect,
het rund of voor beide. Picrinezuur
schijnt de horzels op een afstand te
houden en er zullen thans proeven ge
nomen worden met indompeling der
pooten van het vee in .een dat zuur be
vattende "vloeistof.
Sport.
Vliegen.
Zondagavond brak boven Soesterberg
een onweer los, terwijl de tweedekker
van Wijnmalen nog voor de loods aldaar
stond. De monteur wilde de zwe'efvogel
naar binnen brengen, doch had de on
voorzichtigheid er in tejjaan zitten en te
trachten al rijdende de loods biinlneli te
komen,. Flet vliegtuig begon zich e:en wei
nig opwaarts te bewegen en werd door
een hevigen rukwind omgeslagende
monteur kwam met hevigen schrik vrijt
doch Wijnmal en's beroemd vliegtuig,
waarmede hij den, tocht ParijsBrussel
deed, was vernietigd, alle'en den' motor
was onbeschadigd.
Wielrennen.
Op de Scheven.ingsche wielerbaan won'
de Hollander Van Nek op schitterende
wijze de revan.chematch tegen den Ame
rikaan Horan.
Ulysses won, wederom een nummer
ii,I. de wedstrijd met tanderngangmakingi
tusschen amateurs (in drie ritten.
Gemeentezaken.
De electrische tram.
Binnenkort zal de paardentiamdienst
in onze gemeente door een electrischeu
tramdienst worden vervangen en daar
door eene wijziging noodiy worden van
de verordening op de straatpolitic.
Deze wijzigingen ontworpen door de
Commissie voor de Strafverordeningen,
zijn bij den Raad ingediend. In de eerste
plaats is daarbij elke bestaande bepaling,
die gehandhaafd behoort te worden, met
de nieuwe toestanden iu harmonie ge
bracht, terwijl bovendien de opneming
van eenige nieuwe bepalingen, n lodzake-
lijkin verband met de grootere of bijzon
dere gevaren, die voor de algemeene vei
ligheid uit electrisch tramverkeer voort
komen.
In de eerste plaats zijn eenige arti
kelen uit de concessie opgenomen, op
welker overtreding straf is gesteld. Hier
onder behooren; art. 94, dat den wagen
bestuurders verbiedt met grootere snel
heid te rijden dan 300 Meter per minuut,
onverminderd hunne verplichting om hij
het omgaan van hoeken, het naderen van
wegkruisiiigen en overal, waar de drukte
van het verkeer zulks noodig maakt, de
snelheid van hun wagen zoodanig te be
perken, als de veiligheid vordertart. 96,
dat verbiedt meer dan één bijwagen te
gebruiken of den bijwagen te doen duwen
en art. 97, dat den wagenbestuurders
verplicht de motorwagens niet te ver
laten, zoolang er nog eenige mogelijkheid
bestaat, dat de wagens door het publiek
in beweging worden gebracht.
In de tweede plaats zijn eenige nieuwe
bepalingen opgenomen, die de openbare
veiligheid in het bijzonder tegen de ge-
Had ik u dezen wals beloofd, mijn
heer von Neinstetten? Is liet u voldoen
de, wanneer ik er u opmerkzaam op maak
dat uw herinnering zich bedriegt? Zoo
niet, dan staat mijn balboekje ter inzage.
Dan hebt gij u vergist, Erna. Ik geef
mijn aanspraak niet op, zeide Erich nog
toorniger. Dc heer von Steinfels zal inzien
dat hij terug heeft te gaan, waar wij te
genover elkander staan.
Volstrekt niet! antwoordde Hans
Otto kort. Freule von Harneck heeft in
mijn voordcel beslist en daarbij blijft het
Ik denk er niet aan terug te trekken
Mag ik u verzoeken, freule?
Een booze blik van Neinstetten volgde
het zich verwijderende paar. De zelfbe-
hecrsching van den ander veroorzaakte
hem een gevoel, alsof hij een slag in het
aangezicht ontvangen had. Het denkbeeld,
dat baron Steinfels hem bij freule von
Harneck in den weg kon treden werd
duidelijker. Hoe haatte hij dien indringer.
Terwijl Erich Neinstetten zich niet
moeite uiterlijk zocht te bedwingen, had
den zoowel Steinfels als Erna het voor
val reeds vergeten. Voor de eerste maaf
den arm om freule von Harnecks veer
krachtige gestalte leggend, maakte Hani
Otto slechts met haar een ronde door
de lange zaal.
(Wordt vervolgd.)