Gemengd Nieuws. ik er trad daarin op Dr. Edw. B. Koster, Vit 's-Gravenhage, met het onderwerp: „Uit mijn laatste werken, poëzie en pro za". Spr. gaf daarbij voordrachten uit Odysseus' Dood, Adrastos e. agedichten en verder enkele verklaringen uit een bundel „Verhalen uit Shakespeare". Deze verhalen waren niet enkel navertellingen in proza van Sh.'s drama's, maar er worden een kleine 2000 verzen van dien .werelddichter in aangehaald, alle door Er. Koster metrisch vertaald. Behalve deze fragmenten uit het episch gedicht „Odysseus' Dood" en „Adrastos" werden evrder voorgedragen uit spr.'s laatste werken „Beethoven's Negende", „Isadora", „Deuionen van Notre-Dame", „Aan Tijs Maris", „het Adonisfeest" (naar .Theohritos), „Vaak in den stillen Nacht" (naar Otto Julius Bierbaum), en meerdere sprokkelingen op dichterlijk gebied. Na het eindigen der voordracht werd aan spr. namens de aanwezigen door den voorzitter dank betuigd voor zijne veels zins belangrijke voordracht. Vervolgens werd overgegaan tot be spreking en regeling van eenige onder werpen van huishoudelijken aard in ver band met de in Juni te houden jaar vergadering. Rechtszaken. Niet verschijnen als getuige. Gisteren is uitspraak gedaan in de zaak* tegen den gemeente-veldwachter J. B. te Blaricum, die als hoofdgetuige in het proces tegen den ex-burgemeester H. was opgetreden, hij was op 23 Decem ber gedagvaard om als getuige voor het kantongerecht te Hilversum te verschij'- nen. Dien morgen werden er te Bla/ri- cuji een groot aantal huwelijken geslo ten jWaarbij zijn diensten noodig wa ren. Hij schreef daarom aan den ambte naar "van het O. M. een brief, waarin hij Verzocht na twaalf uur de bedoelde izaak In behandeling te nemen onder over legging Van een brief van den waarne- anenden burgemeester, die zijn verkla ringen bevestigde. Aan liet verzoek werd voldaan, doch tegen den veldwachter een Vervolging ingesteld. 'De man werd door den kanton rechter veroordeeld tot een boete Van! f7.50 subs. 5 dagen hechtenis. In hooger beroep eischte het O. M., bij de Amsterdamsche Rechtbank, verklaren de van den brief niet geweten te heb ben, -f2.50 boete subs. 1 dag. De 'rechtbank achtte het wettig en' ove tuigend bewijs niet geleverd eb sprak bek IVrij. Likeurbonbons. De Amsterdamsche Rechtbank deed uitspraak in de zaak tegen de firma Ben's- dorp, tegen wie door de drankwetinsepc- tie een vervolging was ingesteld, wfei- gens het ten verkoop in'>t klein in voor raad hebben van sterke dranken. 't Betrof hier likeurbonbonS, waarvan! sommige een kleine hoeveelheid alcohol- lioudend vocht bevatten. De kantonrechter had in eersten aanleg een vrijsprekend vonnis gewezen en bij de behandeling voor de Rechtbank con cludeerde het O. M. eveneens tot vrij spraak. De Rechtbank heeft zich met dit re quisitoir vereenigd en' sprak bekl. vrij. Een juffrouw, die doktert. Voor de Rechtbank te Amsterdam' stond in hooger beroep terecht juffr. O. van de Mamixkade, beschuldigd van- onbevoegd uitoefenleoi; der geneeskunst. De juffrouw had aan een meisje dat pijin in! rug en' borst had en aan duike lingen leed, een smeersel en een drank verkocht en koudwaterwasschingen' aan geraden. Door den kantonrechter was zij daar voor veroordeeld tot een geldboete1 van f25 of 20 dagen hechtenis. Zij was vari dit vonnis in' hooger beroep gegaan en jvverd voor de Rchtbank Verdedigd door mr. Bekker. Deze achtte de dagvaarding niet juist gesteld ,want aan' de patiënte zelf was miets verkocht of aangeraden, daar haar moeder het woord had gevoerd en zij zelf bij het bezoek aan de juffrouw geert' mond had opengedaan'. Bovendien had de juffrouw voor haar „adVies" geen' geld gevraagdzij had alleen een drank ien een smeersel verkocht, iets wat straf feloos geschiedt als 't gebeurt in winl- kels als van Cléb'an', Van' Tuyll e. d. en dus ook de juffrouw biet schuldig maakt Op een vraag van den! .president of liet meisje zich verzet had toen "haar moe der namens haar het woord deed, am't- iwoordde de beklaagde ontkenlnend. De ambtenaar van! het O. M. achttte h'et ten laste gelegde wettig eiii overtui gend bewezen' en requireerde bevesti ging van het veroordeel end vonnis van den 'kantonrechter. Uitspraak over 14 dagen. Ongelukken. Woensdagnacht kreeg een bootwerker te Rotterdam in het voorruiin van het stoomschip Gor- redijk, liggende jn de Maashaven, een 200 kilogram .wegende baal papier, die uit een strop schoot, op het hoofd en rug. Jnewndig werd de man ernstig gekwetst Bij een onderlingen twist is eer gisterenavond de schippersknecht H. S., .van het Rijnschip Rhein, liggende inde JVlaashaven te Rotterdam, met een bijl op het hoofd geslagen door een dek- tóeqht van jde sleepboot RjjnstrQom, *n dezelfde haven liggende. H. S. werd vrij ernstig aan het hoofd gewond. Hoe gevaarlijk de gewoonte is, oei spelden in den mond te steken, onder vond Woensdagmiddag de dienstbode A. S., van den heer König te Schagen. De speld bleef met den kop naar beneden steken, halverwege den slokdarm. Op advies van den plaatselijken geneesheer vertrok ze onmiddellijk naar het St. Eli- zabethsgasthuis te Alkmaar, cn op last van den daaraan verbonden geneesheer naar het academisch Ziekenhuis te Lei den. Terwijl de werkman P. H. R. in de Coöperatieve Zuivelfabriek aan den Persoonsdam te Rotterdam bezig was met het kneeden van boter, werden zijn kleeren door de drijfas van een kneder gegrepen. De man werd eenige keeren rondgeslingerd, waarbij hem een been werd afgeknepen. Bovendien kreeg hij verschillende kwetsuren. .Hij is naar het Ziekenhuis gebracht. Slim als een...vos. Eenige ja- fers vonden jn een dennebosch over de wentsche grens een vossenhol, waarin zich maar even negen jongen bevonden. Het ouderpaar had de ruimte gezocht, toen het de ongenoode gasten bespeur de. De jachtopziener Loth bedacht een slim middel om de oude moeder-vos te vangen. Hij. veronderstelde, dat zij wel terug zou komen om naar de jongen te kijken. Daarom werd een der jongen, goed vastgebonden, in het hol gelaten, waarna bij den ingang een klem werd geplaatst. Deze werd zóó gesteld, dat er niets van te bemerken was voor den n iet-ingewijde. Den volgenden morgen vond men het jong verdwenen. De klam was onaan geroerd, doch een nieuwe ingang wees den weg aan, waarlangs de jonge vos ontsnapt .was. Het touw, waarmede het was vastgebonden geweest, bleek door gebetenWaarschijnlijk js de moeder- vos inderdaad teruggekomen, heeft ze de zaak bij den ingang niet vertrouwd en is dadelijk een nieuwen loop gaan graven, waarna het doorbijten van het touw kinderwerk .was. (Tub.) De vermiste student. Volgens te Bochoit ontvangen bericht, is de se dert Juni 1910 vermiste student Ernst Josephson te Barmen, naar wien men langen tijd bij Binxperlo zocht, te Wet- trup teruggevonden ,en aan zijn ouders teruggebracht. Brand. Eergisteravond tusschen 9 en 10 uur is de boerderij, bewoond door T. Robbertsen, in de Middelbuurt onder Rhenen, tot den grond afgebrand. De brand is ontstaan in den schoorsteen, bij het papkoken voor het avondeten. Het perceel was verzekerd, de inboedel, waarvan slechts weinig is gered, niet. De dorstige schilders. Drie schilders waren bezig, een afgelegen villa van binnen te verven. Van het werken kregen ze dorst en wel dorst naar drank. Maar hoe er aan te komen? Een van de drie stapt naar de vrouw des huizes en zegt haar, dat de lijsten van de schilderijen in olieverf zoo on ooglijk zijn geworden, dat ze noodigeens schoongemaakt moeten worden. En hij vraagt, of daarvoor misschien wat bran dewijn in huis is. „Hoeveel denkt ,u noodig te hebben?" „Een halven liter zoowat", is het ant woord. De dame brengt den schilders het ver langde. Natuurlijk drinken ze den bran dewijn op en maken de lijsten met wa ter schoon Tegen den avond komt de oude dame eens naar de lijsten kijken. „O, die zijn opgeknapt! Ik had nooit gedacht, dat je er zóó goed mee kon schoonmaken. Toch maar goed dat ik den brandewijn nog niet weggegooid had. U moet namelijk weten, dat ik er Zaterdag eerst onzen Beilo al mee heb gewasschen." (De Blauwe Vaan.) ALLERLEI. De voeding der plattelandsbevolking in Zuid-Holland. Hierover schrijft P. Bon in de „VoxMe- dicorum" het volgende: Hoe is de voeding onzer plattelandsbe volking, vraagt U en gaarne wil ik daar op antwoorden, wat ik daarvan in mijne omgeving zie. Ik woon nu ruim 15 jaar op een dorp in Z.-H., en ik weet zeker, dat het op alle dorpen in onzen omtrek ongeveer hetzelfde is. Zijn gewonen werkdag, verdeelt de boer aldusopstaan 's winters .51/26 uur, 's zomers 31/2—4 uur; direct begint dan het melken, wat ongeveer 1 uur in beslag neemt. Is dit afgeloopen, dan wordt het eerste voedsel genomen in den vorm van brood met koffie. Daarop wordt gewerkt tot 81/2 uur, als wanneer het tweede ontbijt volgt, wederom bestaande uit brood met koffie, doch nu is de hoeveelheid voed sel grooter dan de eerste maal. Men gaat hierop aan het werk tot 11 uur, als wanneer het gezin ten derden male koffie geniet, nu met een bal. Om 12 uur wordt het middagmaal gebruikt en om 3 uur weer koffie, zelden thee. Te half vijf wordt weer brood met koffie genoten, om 7 uur alleen koffie en om 9 uur het avondeten, meestal pap. Zoo gaat het tijdens de wintermaanden; des zo mers is men meestal om 5 uur al klaar met melken en men eet dus zijn boter ham .wat vroeger, men wacht dan ook met het tweede ontbijt tot acht uur. Het brood, dat hier gegeten wordt, werd vroeger door de boerin zelf jjebakke«4 Tegenwoordig eet het overgroote dec! der bevolking bakkersbrood, wat, naar mijn bescheiden meening, veel beter is. Wat ik hier toch zag van het brood bak ken jn huis, deed mij begrijpep dat de meeste boerinnen de kunst niet verston den of zich geen tijd gundenvoeg daar bij dat ze allen zonder uitzondering veel te .weinig gist gebruikten, en u zult in zien, dat het resultaat was slecht door werkt en niet uitgerezen brood: erg voed zaam maar o zoo zwaar in'je maag! Viel daarbij de tarweoogst eens wat slechter uit door ongunstig weer of ziek te in het koren, dan at het gezin het gansche jaar brood van minder kwaliteit. Daar staat tegenover, dat de bakkers hier goede grondstoffen gebruiken, en bet goed bewerken, zoodat het ieder die bij ons komt, opvalt en ieder zegt: wal hebben jelui hier lekker brood! Om deze redenen prefereer ik hier het bakkersbrood boven eigengebakken. In hoofdzaak worden hier drie soorten van brood gebakken en wel van onge- build tarwemeel: het boerenbrood, 2o. brood half van ongebuild meel, half- bloem en 3o. gebuild brood. Dit laatste is ons pain de luxe: het wordt gebak ken met melk; beide eerste soorten met water. Het witte brood wordt door vele boeren minder noodig geacht; anderen, vooral de burgerklasse, eten het alleen op Zondag; ook snoept men dan hier krentebrood, kadetjes en beschuiten. Het brood wordt in het algemeen niet erg dik met boter besmeerd en veel met suiker bestrooid, genoten. Wie dat niet lust, krijgt kaas, die hier zeer goed is. En enkele maal zie ik eens een stukje rookvleesch, worst of een eitje bij het brood gebruiken, maar dat is meestal bij een herstellende zieke of bij een hoogen feestdag regel is suiker of kaas. Moet er zwaar gewerkt worden, zooals in den hooibouw, of moet eten meegenomen naar het land, dan gebruikt men wel brood met spek of ham. Het middagmaal bestaat in hoofdzaak uit aardappelen, waarbij spek of pekel- vleesch, soms groenten, en pap toe. Spek of vleesch worden door den boer of boerin vóór den maaltijd gedeeld, d.w.z. jeder krijgt op zijn bord een por tie. Eveneens geschiedt het met de groen ten, waarvan door de boeren niet veel werk wordt gemaaktzeer dikwijls zijn dit peren, die ongeschild en in hun ge heel gekookt zijn. De hoofdschotel be staat uit aardappelen, hiervan kan een ieder zich naar hartelust bedienen. Het maal wordt besloten met pap in allerlei soort als bv.. meel met karnemelk, rijst met karnemelk, havermout, soms zoete melk met bloem, enz.'. Ieder, die het maar even doen kan, slacht hier in het najaar een varken, de boeren slachten behalve hun varken ook nog een koe; soms als het niet te best kan lijden of het gezin is niet groot, met z'n tweeën of vieren. Ddt zelf slach ten wordt in den laatsten tijd wel minder maar daar staat tegenover, dat er meer versch vleesch gegeten wordt, wat wel blijkt uit het feit, dat we nu geregeld vcrsch vleesch in het dorp kunnen "krij gen, terwijl we het voor enkele jaren nog geregeld van elders moesten laten komen. Visch wordt hier maar alleen genoten in den vorm van zoutevisch, en dan steeds op Zondag; andere visehsoorten worden bijna niet gebruikt. Een enkele maal iri den winter bakt de boerin pannekoeken, met spek of met kaas, vetbollen of. wafels. Allemaal bij zonder traktement. Eieren worden ook nog al gebruikt, vooral des middags, geprakt met een aardappel en met boter: voor hen die het vette spek niet lusten of het zoute vleesch niet verdragen. Voorts heeft een ge klutst ei, des morgens nuchteren ge bruikt, hier de reputatie nu bij uitstek gezond te zijn voor zwakken, vooral voor hoestende menschen. De allerminste voedingswaarde heeft het middagmaal hier, vind ik, in het be gin van den zomer; dan eet iedereen hier nog oude aardappelen met voor groenten sla er overheen, overgoten met spekvet en azijn en soms met zure wel- melk. Zoo gauw de nieuwe aardappelen hier goed zijn, eet echter geen mensch meer sla. Een vreemde combinatie is voor mij ook altijd nog het gerecht: aardappelen met karnemelk; velen smul len hier aan. Boonen eten de boeren hier nog lang niet genoeg. Het middagmaal is weer een herha ling van dat van 's morgens. Het avondmaal verschilt nog al eens naar het jaargetijde: in het najaar en begin van den winter, als men nog volop aardappelen heeft, wordt vaak ten twee den male aardappelen gegeten, nu opge bakken (gebraden zegt men hier). Een enkele maal zelfs gebakken met jonge kaas, een delicatesse voor de liefhebbers. Later eet men meestal pap; zelfde soor ten als 's middags en Zaterdagavond eet zeker 3/4 van de bevolking grutten- brei met stroop. Ziedaar, geachte redacteur, het eten van den boer in mijn omgeving. iHet is paar onzen smaak wellicht wat een tonig, slecht is het niet en de menschen varen er wel1 bij. Hun drank is vooral koffie, die in alle graden van sterkte {of slapte) genoten wordt. v00r zwakken of kinderen is steeds in overvloed voorhanden. De zer dagen verzekerde mij nog een melk boer (ine'.ksli ter), dat het melkgebruik in .49 ia&tste lfl—U ivsa bji ons leer vermeerderd .was bij even groote be volking. De pap werd vroeger bijna uit sluitend gekookt van karnemelk of wei- melk, tegenwoordig zeer veel in volle zoete melk. Chocolademelk, vroeger eer. lekkernij, die maar een paar maal des winters genoten werd, wordt nu zeer veel gedronken. In zijn dagelijksch leven drinkt de boer hier zeer weinig alcohol, hiér alleen zomer's in den hooibouw. Het drinkwater is hier nog al slecht, niets dan polder- of rivierwater; alleen heeft het gemeentebestuur ïn de kom van het dorp een zeer diepe pomp laten slaan (100 M.) voor zuiver drinkwater. Het resultaat is helaas niet onberispelijk. Vruchten hebben we hier alleen in den vorm van appels en peren; maar die dan ook goed en overvloedig. Wel heeft men hier en daar wat aardbeienplantjes of wat bessenboompjes, maar veei levert dat toch niet op. De burgers, d.w.z. de bewoners van de kom van het dorp, als smeden, bakkers, winkeliers enz., verdeelen hun dag al ongeveer eveneens. Hun voedsel is ook ongeveer hetzelfde, alleen is er des mid dags wat meer variatie: zij eten meer versch vleesch, wat meer soep en meer groenten. Nog een belangrijk deel der bevolking zijn de daggelders; daaronder bevinden zich de echte minimumlijders. Niet dat er onder hen menschen zijn, die het materi eel vrij goed hebben, zeker, ik ken er, die van hun matig Inkomen goed voortkomen die b.v. ieder jaar een vet varken slach ten én in geen opzicht gebrek lijden. Maar dat zijn luidjes, die eerst ge spaard hebben en dus niet zoo jong zijn getrouwd. Daartegenover staat een heele reeks die jong trouwen, dikwijls al met schuld beginnen, en die direct aangewe zen zijn op hun weekloon. Komt daarbij nu nog wat meestal het geval is een groote kinderzegen, dan is schraal hans keukenmeester. Ze kunnen niet slachten, ze hebben 'geen of een veel te klein stukje grond, 'om aardappels te bouwen, enz. enz.ze hebben overal schuld en zitten 'steeds in de misère. Ge volg js, dat zij steeds lijden aan onder voeding. Van de 'andere klassen der be volking is, naar 'mijn bescheiden meening, hier de voeding ruim voldoende. Thee. Thee is afkomstig uit Korea, kwam' van daar voor 16 eeuwen naar China, en voor duizend [aar naar Japan. In 1630 werd ze in ons vaderland, in 1680 in Engeland ingevoerd. Thans is geen cultuurvolk zonder thee denkbaar. De thee-uitvoer uit China is belangrijk, de opgaven hierover loopen echter uiteen, n.l. van 30 tot 133 millioen kilogram'. Ook de thee werd voor alles en nog wat o.a. door Bontekoe aanbevolen. Zelfs Grieksche en Latijnsche lofdich ten vielen haar ten deel. De theepjant is een tot zes voet hoo- ge heester, met stijve, rechtloopende stammetjes en takjes van taai hout. De bladeren zijn donker groen, als ze oud zijn leerachtig, als ze jong zijn, zijn ze opgerold en met dons bedekt. Bij het oogsten der thee worden uit sluitend de toppen der plant weggeno men en wel voor de fijnere soorten al leen de bladknoppen al of niet miet het eerste blad er nog omheen (de zoo genaamde Pecco) het 2e, 3e en 4e blad léveren ook goede thee, die als Pecco, Souchon, en Congo in d|en handel komt. De bereiding, die de blaadjes ondergaan is verschillend naarmate inen zwarte of groene thee wil verkrijgen. Ter berei ding van zwarte thee iaat men de blaad jes eerst eenigen tijd aan zich zelf over, waardoor ze ver fleur en en slap worden. Ze worden daarna gerold met de hand of met machines, om den inhoud der sellen goed dooreen te mengen;. Men laat nu de blaadjes fermenteerenV een werking, die men met gisten verge lijken kan; de thee wordt hiertoe in lagen uitgespreid en aan zich zelf over gelaten. Bij dit procédé wordt onder in vloed van het ferment een groot ge deelte der looistoffen geoxydeerd ,<ot donker gekleurde Verbindingen, waar door de zwarte kleur der thee wordt ver oorzaakt. Ter bereiding van groene thee laat men de blaadjes oveneens verweb kenze worden daarna ook 'gerold1, maar nu dadelijk gedroogd. Het fermen- teerproecs blijft hierbij achterwege en het blad bevat dus nagenoeg alle looistof, wat belangrijken invloed heeft op den smaak van het aftreksel. De voornaamste vervalsching is het gebruik van reeds eenmaal afgetrokken thee. Deze knoeierij wordt volstrekt niet geheim gehouden, dergelijke waar staat bekend als „redried tea". Dr. Suyver die voor eenige jaren op deconferentiie voor voedingsmiddelscheikunde een me- ded,eeling voor voedingsmiddelscheikun- de een mededeeling over „Theevleirval1- sching" deed verhaalde, dat hij van een groot thee-importeur te Amsterdam ver nam, dat er handelaars waren, die ho tels en andere groote inrichtingen af liepen om de gebruikte theebladeren te verzamelen. Deze gaan door vele han den en komen later als echte thee weer te 'voorschijn. Ondanks vele pogingen kon Dr. Suyver geen monsters van deze thee verkrijgen. Niemand wist er iets van Andere theevervalschingen hebben plaats met: gips, talkpoeder, zand, aai> de, notenbolsters, houtskool, ijzervijlsel, ge-ccydeerde koperkrullen e t gedroogi- l de >Lukjen van andet.e plakten, j t De ste bestanddeclen van thee zijn: Theïne 1.5— 2.4 o/0 Aetherische olie 0.61 Looizuur 13 18 Eiwit 4 Suiker 7.3—12.2 Extractiefstoffen 19.9—23 Asch 4.8— 5.6 Plantenvezels 14.128.3 Water 4—10 De theïne werd in 1827, dus 7 jaar na de coffieïne door Oudry ontdekt en irK 1838 werd doo. Mulder en J >!se de iden titeit dier beide stoffen vastgesteld. Be reidt men thee door ze mét kokend wa ter te overgieten en met gesloten deksel 5 minuten te laten uittrekken (door ko ken komt looizuur in bet'water en smaakt de thee wrang) dan heeft mén in een kop thee van 56 gram echte bladeren evenveel coffeïne als 'in een kop koffie vatn 17 gram boonen. De werking van thee is dan onge veer geheel gelijk aan die van koffie,' maar daar thee nier gebrand is en dusi geen producten van droge destillatie bevat, is haar werking als genotmiddel' en als prikkie! een zachtere. Maar ook! tegen een te rijk theegeb'ruik kan slechts! gewaarschuwd warden. Men denke ook! hier weer aan de toenemende zenuw achtigheid en ook aan den bij vele per-' sonen voorkomende slechten stoelgang, daar thee constipeerend werkt. Kinde ren mag- Lrnen zoomin koffie als thee geven. Groote hoeveelheden thee en koffie wierken evengoed bedwelmend als wijn, de laatste drank is dan nog liet minst gevaarlijk. De thee, 'die ons 's ochtends moet op wekken, 's 'avonds wakker houdien, die de conversatie 'nio'et doen vlotten, die het studeeren 'moet ondersteunen door dat zij herinneringen uit dé nevelen der vergetelheid wakker'roept., die dc zintui gen tot 'nauwkeuriger waarneming-en in' staat sfe!t, die de phantasie lec- binden en 'scheiden.... kan bedwelming!,, beving en langdurig zenuwlijden vern oorzaken. Proeven met Suiker bij het Leger. In het eerste nummer van ons orgaan hebben wij reeds melding gemaakt vani het suikergebruik bij de legers van an dere landen het Oostenrijksche leger verstrekt aan zijn manschappen 30 60 gram per hoofd en per dag; in liet Fransche leger 'bedragen deze hoeveel heden 10 grain in garnizoensdienst, 21 gram op manoeuvre en 31 gram in oor logstijd de Engelsche soldaat ontvangt 38 gram per dag in vredestijd, 57 gram: in tijd van oorlogin België is het dage lijks rantsoen suiker op 45 gram per manschap gebracht. Of suikergebruik v or soldaten v. cn- schelijk is? De „Deutsche Militararzt Zeitschrift" maakte ettelijke jaren geleden melding! van proeven met suiker bij het leger ge nomen. De „Obcrstabarzt", dr. Leitcn- storfre, heeft bij een der groote herfst- manoeuvrés die proeven gedaan en inte ressante resultaten verkregen. De proe ven waren er op gericht om te toonen het verschil in arbeidsvermogen tusschen sol daten, wier gewoon voedsel gedeeltelijk door suiker vervangen was ei manschap pen, die op de gewone wijze en in del gebruikelijke hoeveelheden hun voedsel bekwamen. 1 In iedere compagnie van de drie b'a- taillons werden 10 manschappen voor de suikerproef bestemd en daarnaast 10 manschappen uitgekozen, die, gewoon gevoed, ais „Kontrolleute" dienst de den; bij de keuze der 10 suiker-man schappen had men speciaal gelet op mid delmatige, eer zwakke dan sterke natu ren. Met zeven stukjes tabletsuiker per dagl werd begonnen en langzaani-aan werd de hoeveelheid suiker tot 12 tabletten op.-< gevoerd. De proefnemingen gaven nul de volgende uitkomsten allereerst steegl het lichaamsgewicht der „suiker"-mau- schappen tijdens de manoeuvres meer, dan dat der „Kontrolleute" dit resul taat is vooral daarom zoo belangrijk, om'-i dat zooals wij boven reeds meldden niet de sterkste, veeleer de zwakke re soldaten voor de suiker-proef waren! uitgekozen. Vervolgens bleek, dat doorj suikergebruik het gevoel van honger lan ger onderdrukt kon worden dan bij hel toedienen van gewoon voedsel en dal bovendien op den marsch zelve de hon ger door suiker spoediger dan door ander, voedsel was te stillen. Evenzoo hadden de met suiker gevoede manschappen iminH der last van dorst en slechts een paaii, suikertablettem waren voldoende om bij! een langen tocht den dorst voor gerui- men tijd te lesschen. Na het gebruik vanj suiker voelden de desbetreffende solda,-, ten zich ook frisscher dan van te voreffil en tot grooter uithoudingsvermogen iri'; staat. Een tegenzin tegen de suiker deed zich bij al de proefnemingen niet voor. Opmerkenswaard is het tenslotte, dat bij dreigende afmatting suiker spoedig den! patiënt weder op krachten helpt. Ais practisch gevolg van zijn proeven! beveelt dr. Leitenstorfer het gebruik vanf suiker bij het leger met het volgelntlfl drieledig doel aan lo. als toegift bij het dagelijksch voed- sel, tot verhooging van de voedingswaar!!?. del 2o. als gemakkelijk mede te voere.itt rantsoen voor den soldaat op marsch erf als gemakkelijk te bewaren proviand vo.otf vestingen, hospitalen en schepen 3o. als tijdelijk krachtig opwekking* middel op den marsch (vervanging Vjyj de» bottel.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1911 | | pagina 6