Gemengd Nieuws.
ik er trad daarin op Dr. Edw. B. Koster,
Vit 's-Gravenhage, met het onderwerp:
„Uit mijn laatste werken, poëzie en pro
za". Spr. gaf daarbij voordrachten uit
Odysseus' Dood, Adrastos e. agedichten
en verder enkele verklaringen uit een
bundel „Verhalen uit Shakespeare". Deze
verhalen waren niet enkel navertellingen
in proza van Sh.'s drama's, maar er
worden een kleine 2000 verzen van dien
.werelddichter in aangehaald, alle door
Er. Koster metrisch vertaald.
Behalve deze fragmenten uit het episch
gedicht „Odysseus' Dood" en „Adrastos"
werden evrder voorgedragen uit spr.'s
laatste werken „Beethoven's Negende",
„Isadora", „Deuionen van Notre-Dame",
„Aan Tijs Maris", „het Adonisfeest"
(naar .Theohritos), „Vaak in den stillen
Nacht" (naar Otto Julius Bierbaum), en
meerdere sprokkelingen op dichterlijk
gebied.
Na het eindigen der voordracht werd
aan spr. namens de aanwezigen door den
voorzitter dank betuigd voor zijne veels
zins belangrijke voordracht.
Vervolgens werd overgegaan tot be
spreking en regeling van eenige onder
werpen van huishoudelijken aard in ver
band met de in Juni te houden jaar
vergadering.
Rechtszaken.
Niet verschijnen als getuige.
Gisteren is uitspraak gedaan in de zaak*
tegen den gemeente-veldwachter J. B.
te Blaricum, die als hoofdgetuige in het
proces tegen den ex-burgemeester H.
was opgetreden, hij was op 23 Decem
ber gedagvaard om als getuige voor het
kantongerecht te Hilversum te verschij'-
nen. Dien morgen werden er te Bla/ri-
cuji een groot aantal huwelijken geslo
ten jWaarbij zijn diensten noodig wa
ren. Hij schreef daarom aan den ambte
naar "van het O. M. een brief, waarin
hij Verzocht na twaalf uur de bedoelde
izaak In behandeling te nemen onder over
legging Van een brief van den waarne-
anenden burgemeester, die zijn verkla
ringen bevestigde.
Aan liet verzoek werd voldaan, doch
tegen den veldwachter een Vervolging
ingesteld. 'De man werd door den kanton
rechter veroordeeld tot een boete Van!
f7.50 subs. 5 dagen hechtenis.
In hooger beroep eischte het O. M., bij
de Amsterdamsche Rechtbank, verklaren
de van den brief niet geweten te heb
ben, -f2.50 boete subs. 1 dag.
De 'rechtbank achtte het wettig en'
ove tuigend bewijs niet geleverd eb sprak
bek IVrij.
Likeurbonbons.
De Amsterdamsche Rechtbank deed
uitspraak in de zaak tegen de firma Ben's-
dorp, tegen wie door de drankwetinsepc-
tie een vervolging was ingesteld, wfei-
gens het ten verkoop in'>t klein in voor
raad hebben van sterke dranken.
't Betrof hier likeurbonbonS, waarvan!
sommige een kleine hoeveelheid alcohol-
lioudend vocht bevatten.
De kantonrechter had in eersten aanleg
een vrijsprekend vonnis gewezen en bij
de behandeling voor de Rechtbank con
cludeerde het O. M. eveneens tot vrij
spraak.
De Rechtbank heeft zich met dit re
quisitoir vereenigd en' sprak bekl. vrij.
Een juffrouw, die doktert.
Voor de Rechtbank te Amsterdam'
stond in hooger beroep terecht juffr.
O. van de Mamixkade, beschuldigd van-
onbevoegd uitoefenleoi; der geneeskunst.
De juffrouw had aan een meisje dat
pijin in! rug en' borst had en aan duike
lingen leed, een smeersel en een drank
verkocht en koudwaterwasschingen' aan
geraden.
Door den kantonrechter was zij daar
voor veroordeeld tot een geldboete1 van
f25 of 20 dagen hechtenis. Zij was vari
dit vonnis in' hooger beroep gegaan en
jvverd voor de Rchtbank Verdedigd door
mr. Bekker.
Deze achtte de dagvaarding niet juist
gesteld ,want aan' de patiënte zelf was
miets verkocht of aangeraden, daar haar
moeder het woord had gevoerd en zij
zelf bij het bezoek aan de juffrouw geert'
mond had opengedaan'. Bovendien had
de juffrouw voor haar „adVies" geen'
geld gevraagdzij had alleen een drank
ien een smeersel verkocht, iets wat straf
feloos geschiedt als 't gebeurt in winl-
kels als van Cléb'an', Van' Tuyll e. d. en
dus ook de juffrouw biet schuldig maakt
Op een vraag van den! .president of
liet meisje zich verzet had toen "haar moe
der namens haar het woord deed, am't-
iwoordde de beklaagde ontkenlnend.
De ambtenaar van! het O. M. achttte
h'et ten laste gelegde wettig eiii overtui
gend bewezen' en requireerde bevesti
ging van het veroordeel end vonnis van
den 'kantonrechter.
Uitspraak over 14 dagen.
Ongelukken. Woensdagnacht
kreeg een bootwerker te Rotterdam in
het voorruiin van het stoomschip Gor-
redijk, liggende jn de Maashaven, een
200 kilogram .wegende baal papier, die
uit een strop schoot, op het hoofd en rug.
Jnewndig werd de man ernstig gekwetst
Bij een onderlingen twist is eer
gisterenavond de schippersknecht H. S.,
.van het Rijnschip Rhein, liggende inde
JVlaashaven te Rotterdam, met een bijl
op het hoofd geslagen door een dek-
tóeqht van jde sleepboot RjjnstrQom, *n
dezelfde haven liggende. H. S. werd vrij
ernstig aan het hoofd gewond.
Hoe gevaarlijk de gewoonte is, oei
spelden in den mond te steken, onder
vond Woensdagmiddag de dienstbode A.
S., van den heer König te Schagen. De
speld bleef met den kop naar beneden
steken, halverwege den slokdarm. Op
advies van den plaatselijken geneesheer
vertrok ze onmiddellijk naar het St. Eli-
zabethsgasthuis te Alkmaar, cn op last
van den daaraan verbonden geneesheer
naar het academisch Ziekenhuis te Lei
den.
Terwijl de werkman P. H. R. in
de Coöperatieve Zuivelfabriek aan den
Persoonsdam te Rotterdam bezig was
met het kneeden van boter, werden zijn
kleeren door de drijfas van een kneder
gegrepen. De man werd eenige keeren
rondgeslingerd, waarbij hem een been
werd afgeknepen. Bovendien kreeg hij
verschillende kwetsuren. .Hij is naar het
Ziekenhuis gebracht.
Slim als een...vos. Eenige ja-
fers vonden jn een dennebosch over de
wentsche grens een vossenhol, waarin
zich maar even negen jongen bevonden.
Het ouderpaar had de ruimte gezocht,
toen het de ongenoode gasten bespeur
de. De jachtopziener Loth bedacht een
slim middel om de oude moeder-vos te
vangen. Hij. veronderstelde, dat zij wel
terug zou komen om naar de jongen te
kijken. Daarom werd een der jongen,
goed vastgebonden, in het hol gelaten,
waarna bij den ingang een klem werd
geplaatst. Deze werd zóó gesteld, dat er
niets van te bemerken was voor den
n iet-ingewijde.
Den volgenden morgen vond men het
jong verdwenen. De klam was onaan
geroerd, doch een nieuwe ingang wees
den weg aan, waarlangs de jonge vos
ontsnapt .was. Het touw, waarmede het
was vastgebonden geweest, bleek door
gebetenWaarschijnlijk js de moeder-
vos inderdaad teruggekomen, heeft ze
de zaak bij den ingang niet vertrouwd
en is dadelijk een nieuwen loop gaan
graven, waarna het doorbijten van het
touw kinderwerk .was. (Tub.)
De vermiste student. Volgens
te Bochoit ontvangen bericht, is de se
dert Juni 1910 vermiste student Ernst
Josephson te Barmen, naar wien men
langen tijd bij Binxperlo zocht, te Wet-
trup teruggevonden ,en aan zijn ouders
teruggebracht.
Brand. Eergisteravond tusschen 9
en 10 uur is de boerderij, bewoond door
T. Robbertsen, in de Middelbuurt onder
Rhenen, tot den grond afgebrand. De
brand is ontstaan in den schoorsteen,
bij het papkoken voor het avondeten.
Het perceel was verzekerd, de inboedel,
waarvan slechts weinig is gered, niet.
De dorstige schilders. Drie
schilders waren bezig, een afgelegen villa
van binnen te verven. Van het werken
kregen ze dorst en wel dorst naar drank.
Maar hoe er aan te komen?
Een van de drie stapt naar de vrouw
des huizes en zegt haar, dat de lijsten
van de schilderijen in olieverf zoo on
ooglijk zijn geworden, dat ze noodigeens
schoongemaakt moeten worden. En hij
vraagt, of daarvoor misschien wat bran
dewijn in huis is.
„Hoeveel denkt ,u noodig te hebben?"
„Een halven liter zoowat", is het ant
woord.
De dame brengt den schilders het ver
langde. Natuurlijk drinken ze den bran
dewijn op en maken de lijsten met wa
ter schoon
Tegen den avond komt de oude dame
eens naar de lijsten kijken.
„O, die zijn opgeknapt! Ik had nooit
gedacht, dat je er zóó goed mee kon
schoonmaken. Toch maar goed dat ik
den brandewijn nog niet weggegooid
had. U moet namelijk weten, dat ik er
Zaterdag eerst onzen Beilo al mee heb
gewasschen."
(De Blauwe Vaan.)
ALLERLEI.
De voeding der plattelandsbevolking
in Zuid-Holland.
Hierover schrijft P. Bon in de „VoxMe-
dicorum" het volgende:
Hoe is de voeding onzer plattelandsbe
volking, vraagt U en gaarne wil ik daar
op antwoorden, wat ik daarvan in mijne
omgeving zie. Ik woon nu ruim 15 jaar
op een dorp in Z.-H., en ik weet zeker,
dat het op alle dorpen in onzen omtrek
ongeveer hetzelfde is. Zijn gewonen
werkdag, verdeelt de boer aldusopstaan
's winters .51/26 uur, 's zomers 31/2—4
uur; direct begint dan het melken, wat
ongeveer 1 uur in beslag neemt. Is dit
afgeloopen, dan wordt het eerste voedsel
genomen in den vorm van brood met
koffie. Daarop wordt gewerkt tot 81/2
uur, als wanneer het tweede ontbijt
volgt, wederom bestaande uit brood met
koffie, doch nu is de hoeveelheid voed
sel grooter dan de eerste maal. Men gaat
hierop aan het werk tot 11 uur, als
wanneer het gezin ten derden male koffie
geniet, nu met een bal. Om 12 uur wordt
het middagmaal gebruikt en om 3 uur
weer koffie, zelden thee. Te half vijf
wordt weer brood met koffie genoten,
om 7 uur alleen koffie en om 9 uur
het avondeten, meestal pap. Zoo gaat
het tijdens de wintermaanden; des zo
mers is men meestal om 5 uur al klaar
met melken en men eet dus zijn boter
ham .wat vroeger, men wacht dan ook
met het tweede ontbijt tot acht uur.
Het brood, dat hier gegeten wordt, werd
vroeger door de boerin zelf jjebakke«4
Tegenwoordig eet het overgroote dec!
der bevolking bakkersbrood, wat, naar
mijn bescheiden meening, veel beter is.
Wat ik hier toch zag van het brood bak
ken jn huis, deed mij begrijpep dat de
meeste boerinnen de kunst niet verston
den of zich geen tijd gundenvoeg daar
bij dat ze allen zonder uitzondering veel
te .weinig gist gebruikten, en u zult in
zien, dat het resultaat was slecht door
werkt en niet uitgerezen brood: erg voed
zaam maar o zoo zwaar in'je maag!
Viel daarbij de tarweoogst eens wat
slechter uit door ongunstig weer of ziek
te in het koren, dan at het gezin het
gansche jaar brood van minder kwaliteit.
Daar staat tegenover, dat de bakkers
hier goede grondstoffen gebruiken, en
bet goed bewerken, zoodat het ieder die
bij ons komt, opvalt en ieder zegt: wal
hebben jelui hier lekker brood!
Om deze redenen prefereer ik hier
het bakkersbrood boven eigengebakken.
In hoofdzaak worden hier drie soorten
van brood gebakken en wel van onge-
build tarwemeel: het boerenbrood, 2o.
brood half van ongebuild meel, half-
bloem en 3o. gebuild brood. Dit laatste
is ons pain de luxe: het wordt gebak
ken met melk; beide eerste soorten met
water. Het witte brood wordt door vele
boeren minder noodig geacht; anderen,
vooral de burgerklasse, eten het alleen
op Zondag; ook snoept men dan hier
krentebrood, kadetjes en beschuiten.
Het brood wordt in het algemeen niet
erg dik met boter besmeerd en veel met
suiker bestrooid, genoten. Wie dat niet
lust, krijgt kaas, die hier zeer goed is.
En enkele maal zie ik eens een stukje
rookvleesch, worst of een eitje bij het
brood gebruiken, maar dat is meestal bij
een herstellende zieke of bij een hoogen
feestdag regel is suiker of kaas. Moet
er zwaar gewerkt worden, zooals in den
hooibouw, of moet eten meegenomen
naar het land, dan gebruikt men wel
brood met spek of ham.
Het middagmaal bestaat in hoofdzaak
uit aardappelen, waarbij spek of pekel-
vleesch, soms groenten, en pap toe.
Spek of vleesch worden door den boer
of boerin vóór den maaltijd gedeeld,
d.w.z. jeder krijgt op zijn bord een por
tie. Eveneens geschiedt het met de groen
ten, waarvan door de boeren niet veel
werk wordt gemaaktzeer dikwijls zijn
dit peren, die ongeschild en in hun ge
heel gekookt zijn. De hoofdschotel be
staat uit aardappelen, hiervan kan een
ieder zich naar hartelust bedienen. Het
maal wordt besloten met pap in allerlei
soort als bv.. meel met karnemelk, rijst
met karnemelk, havermout, soms zoete
melk met bloem, enz.'.
Ieder, die het maar even doen kan,
slacht hier in het najaar een varken, de
boeren slachten behalve hun varken ook
nog een koe; soms als het niet te best
kan lijden of het gezin is niet groot,
met z'n tweeën of vieren. Ddt zelf slach
ten wordt in den laatsten tijd wel minder
maar daar staat tegenover, dat er meer
versch vleesch gegeten wordt, wat wel
blijkt uit het feit, dat we nu geregeld
vcrsch vleesch in het dorp kunnen "krij
gen, terwijl we het voor enkele jaren
nog geregeld van elders moesten laten
komen.
Visch wordt hier maar alleen genoten
in den vorm van zoutevisch, en dan
steeds op Zondag; andere visehsoorten
worden bijna niet gebruikt.
Een enkele maal iri den winter bakt de
boerin pannekoeken, met spek of met
kaas, vetbollen of. wafels. Allemaal bij
zonder traktement.
Eieren worden ook nog al gebruikt,
vooral des middags, geprakt met een
aardappel en met boter: voor hen die het
vette spek niet lusten of het zoute vleesch
niet verdragen. Voorts heeft een ge
klutst ei, des morgens nuchteren ge
bruikt, hier de reputatie nu bij uitstek
gezond te zijn voor zwakken, vooral voor
hoestende menschen.
De allerminste voedingswaarde heeft
het middagmaal hier, vind ik, in het be
gin van den zomer; dan eet iedereen
hier nog oude aardappelen met voor
groenten sla er overheen, overgoten met
spekvet en azijn en soms met zure wel-
melk. Zoo gauw de nieuwe aardappelen
hier goed zijn, eet echter geen mensch
meer sla. Een vreemde combinatie is
voor mij ook altijd nog het gerecht:
aardappelen met karnemelk; velen smul
len hier aan.
Boonen eten de boeren hier nog lang
niet genoeg.
Het middagmaal is weer een herha
ling van dat van 's morgens.
Het avondmaal verschilt nog al eens
naar het jaargetijde: in het najaar en
begin van den winter, als men nog volop
aardappelen heeft, wordt vaak ten twee
den male aardappelen gegeten, nu opge
bakken (gebraden zegt men hier). Een
enkele maal zelfs gebakken met jonge
kaas, een delicatesse voor de liefhebbers.
Later eet men meestal pap; zelfde soor
ten als 's middags en Zaterdagavond
eet zeker 3/4 van de bevolking grutten-
brei met stroop.
Ziedaar, geachte redacteur, het eten
van den boer in mijn omgeving. iHet
is paar onzen smaak wellicht wat een
tonig, slecht is het niet en de menschen
varen er wel1 bij.
Hun drank is vooral koffie, die in alle
graden van sterkte {of slapte) genoten
wordt. v00r zwakken of kinderen
is steeds in overvloed voorhanden. De
zer dagen verzekerde mij nog een melk
boer (ine'.ksli ter), dat het melkgebruik
in .49 ia&tste lfl—U ivsa bji ons leer
vermeerderd .was bij even groote be
volking. De pap werd vroeger bijna uit
sluitend gekookt van karnemelk of wei-
melk, tegenwoordig zeer veel in volle
zoete melk. Chocolademelk, vroeger eer.
lekkernij, die maar een paar maal des
winters genoten werd, wordt nu zeer
veel gedronken.
In zijn dagelijksch leven drinkt de boer
hier zeer weinig alcohol, hiér alleen
zomer's in den hooibouw.
Het drinkwater is hier nog al slecht,
niets dan polder- of rivierwater; alleen
heeft het gemeentebestuur ïn de kom van
het dorp een zeer diepe pomp laten
slaan (100 M.) voor zuiver drinkwater.
Het resultaat is helaas niet onberispelijk.
Vruchten hebben we hier alleen in den
vorm van appels en peren; maar die
dan ook goed en overvloedig. Wel heeft
men hier en daar wat aardbeienplantjes
of wat bessenboompjes, maar veei levert
dat toch niet op.
De burgers, d.w.z. de bewoners van de
kom van het dorp, als smeden, bakkers,
winkeliers enz., verdeelen hun dag al
ongeveer eveneens. Hun voedsel is ook
ongeveer hetzelfde, alleen is er des mid
dags wat meer variatie: zij eten meer
versch vleesch, wat meer soep en meer
groenten.
Nog een belangrijk deel der bevolking
zijn de daggelders; daaronder bevinden
zich de echte minimumlijders. Niet dat er
onder hen menschen zijn, die het materi
eel vrij goed hebben, zeker, ik ken er, die
van hun matig Inkomen goed voortkomen
die b.v. ieder jaar een vet varken slach
ten én in geen opzicht gebrek lijden.
Maar dat zijn luidjes, die eerst ge
spaard hebben en dus niet zoo jong zijn
getrouwd. Daartegenover staat een heele
reeks die jong trouwen, dikwijls al met
schuld beginnen, en die direct aangewe
zen zijn op hun weekloon. Komt daarbij
nu nog wat meestal het geval is
een groote kinderzegen, dan is schraal
hans keukenmeester. Ze kunnen niet
slachten, ze hebben 'geen of een veel te
klein stukje grond, 'om aardappels te
bouwen, enz. enz.ze hebben overal
schuld en zitten 'steeds in de misère. Ge
volg js, dat zij steeds lijden aan onder
voeding. Van de 'andere klassen der be
volking is, naar 'mijn bescheiden meening,
hier de voeding ruim voldoende.
Thee.
Thee is afkomstig uit Korea, kwam'
van daar voor 16 eeuwen naar China,
en voor duizend [aar naar Japan. In
1630 werd ze in ons vaderland, in 1680
in Engeland ingevoerd. Thans is geen
cultuurvolk zonder thee denkbaar. De
thee-uitvoer uit China is belangrijk, de
opgaven hierover loopen echter uiteen,
n.l. van 30 tot 133 millioen kilogram'.
Ook de thee werd voor alles en nog
wat o.a. door Bontekoe aanbevolen.
Zelfs Grieksche en Latijnsche lofdich
ten vielen haar ten deel.
De theepjant is een tot zes voet hoo-
ge heester, met stijve, rechtloopende
stammetjes en takjes van taai hout. De
bladeren zijn donker groen, als ze oud
zijn leerachtig, als ze jong zijn, zijn ze
opgerold en met dons bedekt.
Bij het oogsten der thee worden uit
sluitend de toppen der plant weggeno
men en wel voor de fijnere soorten al
leen de bladknoppen al of niet miet
het eerste blad er nog omheen (de zoo
genaamde Pecco) het 2e, 3e en 4e blad
léveren ook goede thee, die als Pecco,
Souchon, en Congo in d|en handel komt.
De bereiding, die de blaadjes ondergaan
is verschillend naarmate inen zwarte of
groene thee wil verkrijgen. Ter berei
ding van zwarte thee iaat men de blaad
jes eerst eenigen tijd aan zich zelf
over, waardoor ze ver fleur en en slap
worden. Ze worden daarna gerold met
de hand of met machines, om den inhoud
der sellen goed dooreen te mengen;.
Men laat nu de blaadjes fermenteerenV
een werking, die men met gisten verge
lijken kan; de thee wordt hiertoe in
lagen uitgespreid en aan zich zelf over
gelaten. Bij dit procédé wordt onder in
vloed van het ferment een groot ge
deelte der looistoffen geoxydeerd ,<ot
donker gekleurde Verbindingen, waar
door de zwarte kleur der thee wordt ver
oorzaakt. Ter bereiding van groene thee
laat men de blaadjes oveneens verweb
kenze worden daarna ook 'gerold1,
maar nu dadelijk gedroogd. Het fermen-
teerproecs blijft hierbij achterwege en het
blad bevat dus nagenoeg alle looistof,
wat belangrijken invloed heeft op den
smaak van het aftreksel.
De voornaamste vervalsching is het
gebruik van reeds eenmaal afgetrokken
thee. Deze knoeierij wordt volstrekt niet
geheim gehouden, dergelijke waar staat
bekend als „redried tea". Dr. Suyver
die voor eenige jaren op deconferentiie
voor voedingsmiddelscheikunde een me-
ded,eeling voor voedingsmiddelscheikun-
de een mededeeling over „Theevleirval1-
sching" deed verhaalde, dat hij van een
groot thee-importeur te Amsterdam ver
nam, dat er handelaars waren, die ho
tels en andere groote inrichtingen af
liepen om de gebruikte theebladeren te
verzamelen. Deze gaan door vele han
den en komen later als echte thee weer
te 'voorschijn. Ondanks vele pogingen
kon Dr. Suyver geen monsters van deze
thee verkrijgen. Niemand wist er iets
van
Andere theevervalschingen hebben
plaats met: gips, talkpoeder, zand, aai>
de, notenbolsters, houtskool, ijzervijlsel,
ge-ccydeerde koperkrullen e t gedroogi-
l de >Lukjen van andet.e plakten, j t
De ste bestanddeclen van
thee zijn:
Theïne 1.5— 2.4 o/0
Aetherische olie 0.61
Looizuur 13 18
Eiwit 4
Suiker 7.3—12.2
Extractiefstoffen 19.9—23
Asch 4.8— 5.6
Plantenvezels 14.128.3
Water 4—10
De theïne werd in 1827, dus 7 jaar na
de coffieïne door Oudry ontdekt en irK
1838 werd doo. Mulder en J >!se de iden
titeit dier beide stoffen vastgesteld. Be
reidt men thee door ze mét kokend wa
ter te overgieten en met gesloten deksel
5 minuten te laten uittrekken (door ko
ken komt looizuur in bet'water en smaakt
de thee wrang) dan heeft mén in een
kop thee van 56 gram echte bladeren
evenveel coffeïne als 'in een kop koffie
vatn 17 gram boonen.
De werking van thee is dan onge
veer geheel gelijk aan die van koffie,'
maar daar thee nier gebrand is en dusi
geen producten van droge destillatie
bevat, is haar werking als genotmiddel'
en als prikkie! een zachtere. Maar ook!
tegen een te rijk theegeb'ruik kan slechts!
gewaarschuwd warden. Men denke ook!
hier weer aan de toenemende zenuw
achtigheid en ook aan den bij vele per-'
sonen voorkomende slechten stoelgang,
daar thee constipeerend werkt. Kinde
ren mag- Lrnen zoomin koffie als thee
geven. Groote hoeveelheden thee en
koffie wierken evengoed bedwelmend als
wijn, de laatste drank is dan nog liet
minst gevaarlijk.
De thee, 'die ons 's ochtends moet op
wekken, 's 'avonds wakker houdien, die
de conversatie 'nio'et doen vlotten, die
het studeeren 'moet ondersteunen door
dat zij herinneringen uit dé nevelen der
vergetelheid wakker'roept., die dc zintui
gen tot 'nauwkeuriger waarneming-en in'
staat sfe!t, die de phantasie lec-
binden en 'scheiden.... kan bedwelming!,,
beving en langdurig zenuwlijden vern
oorzaken.
Proeven met Suiker bij het Leger.
In het eerste nummer van ons orgaan
hebben wij reeds melding gemaakt vani
het suikergebruik bij de legers van an
dere landen het Oostenrijksche leger
verstrekt aan zijn manschappen 30
60 gram per hoofd en per dag; in liet
Fransche leger 'bedragen deze hoeveel
heden 10 grain in garnizoensdienst, 21
gram op manoeuvre en 31 gram in oor
logstijd de Engelsche soldaat ontvangt
38 gram per dag in vredestijd, 57 gram:
in tijd van oorlogin België is het dage
lijks rantsoen suiker op 45 gram per
manschap gebracht.
Of suikergebruik v or soldaten v. cn-
schelijk is?
De „Deutsche Militararzt Zeitschrift"
maakte ettelijke jaren geleden melding!
van proeven met suiker bij het leger ge
nomen. De „Obcrstabarzt", dr. Leitcn-
storfre, heeft bij een der groote herfst-
manoeuvrés die proeven gedaan en inte
ressante resultaten verkregen. De proe
ven waren er op gericht om te toonen het
verschil in arbeidsvermogen tusschen sol
daten, wier gewoon voedsel gedeeltelijk
door suiker vervangen was ei manschap
pen, die op de gewone wijze en in del
gebruikelijke hoeveelheden hun voedsel
bekwamen. 1
In iedere compagnie van de drie b'a-
taillons werden 10 manschappen voor
de suikerproef bestemd en daarnaast 10
manschappen uitgekozen, die, gewoon
gevoed, ais „Kontrolleute" dienst de
den; bij de keuze der 10 suiker-man
schappen had men speciaal gelet op mid
delmatige, eer zwakke dan sterke natu
ren.
Met zeven stukjes tabletsuiker per dagl
werd begonnen en langzaani-aan werd
de hoeveelheid suiker tot 12 tabletten op.-<
gevoerd. De proefnemingen gaven nul
de volgende uitkomsten allereerst steegl
het lichaamsgewicht der „suiker"-mau-
schappen tijdens de manoeuvres meer,
dan dat der „Kontrolleute" dit resul
taat is vooral daarom zoo belangrijk, om'-i
dat zooals wij boven reeds meldden
niet de sterkste, veeleer de zwakke
re soldaten voor de suiker-proef waren!
uitgekozen. Vervolgens bleek, dat doorj
suikergebruik het gevoel van honger lan
ger onderdrukt kon worden dan bij hel
toedienen van gewoon voedsel en dal
bovendien op den marsch zelve de hon
ger door suiker spoediger dan door ander,
voedsel was te stillen. Evenzoo hadden
de met suiker gevoede manschappen iminH
der last van dorst en slechts een paaii,
suikertablettem waren voldoende om bij!
een langen tocht den dorst voor gerui-
men tijd te lesschen. Na het gebruik vanj
suiker voelden de desbetreffende solda,-,
ten zich ook frisscher dan van te voreffil
en tot grooter uithoudingsvermogen iri';
staat. Een tegenzin tegen de suiker deed
zich bij al de proefnemingen niet voor.
Opmerkenswaard is het tenslotte, dat bij
dreigende afmatting suiker spoedig den!
patiënt weder op krachten helpt.
Ais practisch gevolg van zijn proeven!
beveelt dr. Leitenstorfer het gebruik vanf
suiker bij het leger met het volgelntlfl
drieledig doel aan
lo. als toegift bij het dagelijksch voed-
sel, tot verhooging van de voedingswaar!!?.
del
2o. als gemakkelijk mede te voere.itt
rantsoen voor den soldaat op marsch erf
als gemakkelijk te bewaren proviand vo.otf
vestingen, hospitalen en schepen
3o. als tijdelijk krachtig opwekking*
middel op den marsch (vervanging Vjyj
de» bottel.)